Betreft: Wetsvoorstel Warmtewet 15 februari 2012

Vergelijkbare documenten
Warmtewet. Enkele juridische aspecten voor woningcorporaties. mr. drs. J.Chr. Rube Gaastra advocaten

Aanleiding. Waarom de Warmtewet

Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. Vaste commissie voor EL&I Postbus EA Den Haag. Geachte Tweede Kamerleden,

Achtergrond Warmtewet

Warmtewet vervolg. implementatie proces

Mr. drs. J.Chr. Rube1 Artikelen De Warmtewet en woningcorporaties De (onbedoelde) gevolgen van de invoering van de Warmtewet voor woningcorporaties

Zienswijze Woonbond Wijziging Warmtewet

Themabijeenkomst Warmtewet

Presentatie Warmtewet. Marijn Huijbers VBTM Advocaten

Tweede Kamer der Staten Generaal Commissie EZ Postbus EA DEN HAAG. Briefnummer: Voorburg, 9 juli 2014

Voor wie geldt de Warmtewet eigenlijk? Waarom wordt de Warmtewet ingevoerd? Waarom komt de informatie zo laat? Wie is mijn warmteleverancier?

Informatie over de Warmtewet Volkshuisvesting December 2014

MJA Workshop Wet & Regelgeving. Duurzaamheid, gebouwen en energiebesparing

Vanaf wanneer geldt de Warmtewet? Per 1 januari 2014.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Randvoorwaarden van de warmtewet voor warmteleveranciers

Masterclass Warmtewet 3 en 5 juni Marco de Boer VBTM Advocaten m.de.boer@vbtm.nl

Ons kenmerk G610/ Datum uw brief

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Masterclass Warmtewet. Marijn Huijbers VBTM Advocaten

1 Heeft u kennisgenomen van het artikel De problematiek van blokverwarming; invoering per 1 januari 2014? 1

Datum 17 augustus Kenmerk BBPZ/WdeV/RBos/16-115

Vraag en Antwoord over de Warmtewet

Ministerie van Economische Zaken. Nederlandse Woonbond Dhr. R. Paping Postbus AD AMSTERDAM

Beleidsvoorstel Warmtewet

armtewet: : meer vragen dan antwoorden 1 Warmtewet

Spreektekst Technische Briefing Tweede Kamer, 30 november 2017.

Uitspraak. van de Huurcommissie

Wetsvoorstel Wijziging van de Warmtewet

Tweede Kamer der Staten-Generaal

WELKOM! WARMTEWET EN BLOKVERWARMING

Visie op de Warmtewet

Uitspraak. van de Huurcommissie

Actie Giga Joule. Warmtewet. N M D A - principe / beginsel. versus M A X I M U M P R I J S. Dupliek inzake Consultatie warmtebesluit en warmteregeling

Betreft: Warmtewet funest voor studenten Utrecht, 6 november 2014

De Warmtewet: wat u moet weten. Iman Brinkman

151. Actualiteiten Warmtewet

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Themablad Energie B.V.

Ontwerp van een algemene maatregel van bestuur, houdende regels ter uitvoering van de Warmtewet (Warmtebesluit)

Bestuur bewonersvereniging Het Breed p/a F. Witzen Het Hoogt GX AMSTERDAM. 22 maart 2010 stookkosten Eneco. Geachte bestuursleden,

Datum 15 oktober 2018 Betreft Beantwoording vragen over het ontwerpbesluit tot wijziging van het Warmtebesluit

Ministerie van Economische zaken T.a.v. Minister Kamp. Veenendaal, juli Geachte heer Kamp,

Informatiebijeenkomst. Aanpassing Warmtewet. 14 oktober 2010

Masterclass Warmtewet 3+5 juni Albert Koedam

De VvE en de Warmtewet: Een ongelukkige combinatie

Uitspraak. van de Huurcommissie

Uitspraak. van de Huurcommissie

Handreiking Warmtewet

Datum 14 februari 2014 Betreft Beantwoording vragen met betrekking tot tarieven bij stadsverwarming

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Handreiking Warmtewet

Vastgoed Belang. vereniging VOOI paiticulieie beleggers in vastgoed

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Uitspraak. van de Huurcommissie

Warmtewet & EED (Energy Efficiency Directive) Vastgoed Management Nederland 26 november 2013

VOORBEELD. De Warmtewet. Een handreiking voor huurders over. stadsverwarming, blokverwarming en. collectieve duurzame warmtelevering

Regiobijeenkomst Warmtewet. 29 januari 2015

Workshopmiddag Warmtewet

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

De waarde van stadswarmte. Hoe komt de prijs tot stand?

Uitspraak. van de Huurcommissie

Informatiebijeenkomst Warmtewet

Pagina 1/8 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/201473_OV Zaaknummer:

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons. ACM/DE/2016/406128_OV kenmerk: Zaaknummer:

Slaaghwijk, tijdelijke oplossing afrekening verwarmingskosten Veel gestelde vragen

Uitspraak. van de Huurcommissie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Brief aan huurders van woningen die zijn voorzien van een collectieve installatie voor de levering van warmte en/of warm tapwater

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Uitspraak. van de Huurcommissie

De dynamiek van de Warmtewet. 15 juni 2017

BESLUIT. I. Juridisch kader. Dienst uitvoering en toezicht Energie

Uitspraak. van de Huurcommissie

Uitspraak. van de Huurcommissie

Leiden, 13 april Geacht raadslid van de gemeente Leiden,

Tweede Kamer der Staten Generaal Commissie EZ Postbus EA DEN HAAG. Briefnummer: Voorburg, 28 oktober 2014

Uitspraak. van de Huurcommissie

Huurcontract Zelfstandige woonruimte (inclusief Warmtewet)

De Nieuwe Warmtewet een korte beschouwing

Pagina. Besluit BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Uitspraak. van de Huurcommissie

Uitspraak. van de Huurcommissie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Uitspraak. van de Huurcommissie

Uitspraak. van de Huurcommissie

Besluit. Ons kenmerk Zaaknummer ACM/UIT/ ACM/18/033495

De wet is met name ingevoerd om de consumenten (afnemers of gebruikers) te beschermen tegen te hoge tarieven.

BEKOM vs Ennatuurlijk

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2015/ Zaaknummer:

LEIDRAAD WARMTEWET VOOR PARTICULIERE BELEGGERS IN VASTGOED

Transcriptie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal Aan de leden van de Commissie EL&I Betreft: Wetsvoorstel Warmtewet 15 februari 2012 Geachte commissieleden, Op 5 oktober 2011 hebben Aedes vereniging van woningcorporaties en Kences, de brancheorganisatie voor studentenhuisvesting, u een brief gestuurd waarin een aantal knelpunten werd gesignaleerd met betrekking tot het wetsvoorstel Warmtewet. De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie heeft op 29 november 2011 een groot aantal vragen van uw commissie over de Warmtewet en de hierbij gesignaleerde knelpunten schriftelijk beantwoord (Kamerstuk 32839, nr.7). Na bestudering van de antwoorden van de minister, moeten wij tot onze teleurstelling constateren dat een aantal door ons gesignaleerde knelpunten niet zijn opgelost. Daarom richten wij ons nogmaals tot u met onze belangrijkste bezwaren, te weten de reikwijdte van de Warmtewet en prijsrisico bij doorlevering stadsverwarming. Hierna gaan wij in op deze twee grootste knelpunten. 1. De reikwijdte van de Warmtewet Het voornaamste doel van het huidige wetsvoorstel Warmtewet is de bescherming van gebonden afnemers van warmte van de grote stadsverwarmingsnetten tegen te hoge prijzen. Daartoe bepaalt de Warmtewet een niet-meer-dan-anders-tarief (NMDA), dat tevens geldt als maximumtarief voor de geleverde warmte. De geleverde warmte moet worden gemeten in GigaJoules en vervolgens op die basis in rekening gebracht bij de eindafnemer/bewoner. Tegelijkertijd wordt de werkingssfeer van de Warmtewet uitgebreid van de (13) grote stadsverwarmingsnetten naar ongeveer 7.000 (kleinschalige) woningcomplexen met klassieke blokverwarming. Het betreft collectief verwarmde en meestal gasgestookte woningcomplexen, die voor het overgrote deel in eigendom zijn van en verhuurd worden door woningcorporaties. Het kan echter ook gaan om woningcomplexen van particuliere verhuurders of appartementencomplexen beheerd door een Vereniging van Eigenaren. Het aantal huishoudens in deze woningcomplexen is niet bekend, maar wij schatten dat het om ten minste een kwart miljoen huishoudens gaat. 1

Het wetvoorstel Warmtewet regelt dat de hiervoor beschreven prijsbescherming het NMDAmaximumtarief - van toepassing wordt op deze woningcomplexen. Dat veroorzaakt de volgende knelpunten: A) Overbodige, want dubbele prijsbescherming van afnemers/huurders Huurders van collectief verwarmde woningcomplexen worden beschermd tegen te hoge verwarmingskosten door Boek 7, titel 4, artikel 259 van het Burgerlijk Wetboek. Dit artikel stelt dat de verhuurder voor (onder meer) de kosten van verwarming slechts de redelijke kosten in rekening mag brengen. Deze prijsbescherming is verder uitgewerkt in de Uitvoeringswet Huurprijzen Woonruimte, die regelt dat de huurder bezwaar kan maken tegen de in rekening gebrachte kosten bij de Huurcommissie. Het is al jaren vast beleid van de Huurcommissie dat zij de werkelijke kosten vaststelt, tenzij deze niet redelijk zijn (bijvoorbeeld wanneer de installatie door achterstallig onderhoud een zeer laag rendement heeft). In dat geval stelt de huurcommissie op grond van artikel 259, Boek 7 BW de redelijke (lagere) kosten vast. Onze conclusie is dat er in het geval van klassieke blokverwarming reeds sprake is van een adequate wettelijke prijsbescherming van huurders/afnemers en dat de Warmtewet daar niet of nauwelijks iets aan toevoegt. B) Administratieve lasten en mogelijk onnodige investeringskosten De Warmtewet eist dat de geleverde warmte per huishouden/woning wordt gemeten en in rekening gebracht op basis van GigaJoules. Dit sluit niet aan op de bestaande praktijk van woningcomplexen met blokverwarming. Meestal worden de collectieve stookkosten/gasrekening bij de bewoners van een woningcomplex in rekening gebracht op basis van een bepaalde overeengekomen verdeelsleutel. De Warmtewet maakt het noodzakelijk dat de geleverde warmte in het vervolg per woning gemeten moet gaan worden, tenzij dat om technische en/of bedrijfseconomische redenen niet mogelijk is. Dit laatste zal bij blokverwarming vrijwel altijd het geval zijn. Omdat de Warmtewet stelt dat in alle betrokken woningen de geleverde warmte in GigaJoules zal moeten worden afgerekend en dit gezien voorstaande niet mogelijk is, leidt dit tot een groot uitvoeringsprobleem en dientengevolge tot onnodige extra administratieve lasten. Wij zijn gezien het voorstaande van mening dat de Warmtewet met de uitbreiding van de reikwijdte naar de ongeveer 7.000 kleinschalige warmtenetten het doel van een adequate prijsbescherming voorbij schiet. Wij doen dan ook een beroep op u om de reikwijdte te beperken tot de grote stadsverwarmingsnetten en warmtenetten waar sprake is van kleinschalige duurzame opwekking. 2. Doorlevering stadsverwarming Bij de nu voorliggende Warmtewet kan de situatie voorkomen dat de prijsstelling van de geleverde warmte van het stadsverwarmingsnet aan de verhuurder niet onder de prijsregulering van de Warmtewet valt (aansluitwaarde is veelal groter dan 100 kw) en de doorlevering hiervan door de verhuurder aan de huurders wél, immers de aansluitwaarde van woningen en ook vaak bedrijfsruimte is altijd lager dan 100 kw. Hierdoor kan er een prijsrisico voor de verhuurder ontstaan, indien de prijs per Giga Joule van de niet beschermde levering hoger is dan de NMDA-prijs. Immers, de doorlevering valt wel onder de regulering en is gemaximeerd middels de NMDA-prijs, 2

waardoor de verhuurder blijft zitten met voornoemd prijsverschil. Dit is in onze ogen een onwenselijke uitwerking van de Warmtewet die volgens ons ook niet beoogd is door de wetgever. In de Nota naar aanleiding van het verslag 1 wordt voornoemd probleem ook gesignaleerd door de leden van de SGP-fractie. Als reactie geeft de minister aan dit issue bij de evaluatie van de Warmtewet mee te nemen. Dat is voor ons uiteraard niet goed verteerbaar, temeer daar corporaties de warmteleverancier vaak van dienst zijn door hem een deel van de administratie uit handen te nemen. Wij stellen dan ook voor de Warmtewet op dit punt aan te passen, zodanig dat dit prijsrisico voor corporaties, immers alleen maar doorgever van de geleverde warmte, niet kan optreden. We hopen dat u onze knelpunten mee kunt nemen in uw voorbereiding op het plenaire overleg met de minister. Voor vragen of toelichting zijn we uiteraard beschikbaar. Met vriendelijke groet, Marc Calon voorzitter Aedes Vincent Buitenhuis directeur Kences Cc Vaste Kamercommissie WWI Wonen Minister van EL&I Minister van BZK 1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2011-2012, 32 839, nr. 7 3

Bijlage 1: Kences/Aedes brief d.d. 5 oktober 2011 aan cie EL&I Aan de Commissie EL&I Wetsvoorstel Warmtewet 5 oktober 2011 Geachte commissieleden, Door middel van deze brief willen wij, Kences en AEDES, als vertegenwoordigers van de woningcorporaties en studentenhuisvesters in Nederland graag uw aandacht vragen voor de knelpunten welke de door het in juli 2011 ingediende wetsvoorstel Warmtewet voor de corporatiebranche met zich meebrengt. Algemeen In het verleden zijn er de nodige discussies geweest over de prijsstelling van warmte. Mede daarom heeft een aantal Tweede-Kamerleden een initiatief wetsvoorstel Warmtewet opgesteld waarin de bescherming van verbruikers (particulieren en klein/midden-zakelijk) tegen te hoge tarieven van leveranciers van warmte wordt geregeld. De leden vonden dit noodzakelijk omdat warmtelevering een monopolistische activiteit is: eenmaal aangesloten op een collectief warmtenet zijn er vaak geen andere manieren meer om warmte te betrekken of op te wekken. Het initiatief wetsvoorstel Warmtewet is vervolgens aangenomen door de Tweede en Eerste Kamer, maar nog niet in werking getreden. Dit omdat enkele zaken van de Warmtewet nader uitgewerkt dienen te worden in een Algemene Maatregel van Bestuur. Een concept hiervan is begin 2010 gepubliceerd en heeft veel kritiek gekregen uit de markt, onder meer van Kences en Aedes. Gedurende het Algemeen Overleg op 30 juni 2010 heeft het Ministerie van Economische Zaken het initiatief wetsvoorstel overgenomen van de Tweede Kamerleden en toegezegd de door de markt naar voren gebrachte kritieken te verwerken in een aangepast wetsvoorstel Warmtewet. In juli 2011 is het aangepaste wetsvoorstel Warmtewet en de hierbij behorende memorie van toelichting openbaar gemaakt. Hieronder zullen wij ingaan op de knelpunten welke het aangepaste wetsvoorstel Warmtewet voor de woningcorporaties met zich meebrengt. 4

Prijsstelling in Gigajoules In artikel 5 van de Warmtewet wordt een maximumprijs gedefinieerd. De nadere uitwerking hiervan vindt vervolgens plaats in het Warmtebesluit. De prijsstelling van warmte dient in GigaJoules te worden uitgedrukt volgens de Warmtewet. In de praktijk wordt de prijsstelling van de geleverde warmte echter veelal niet in GigaJoules uitgedrukt. Immers er zijn veelal geen GigaJoules-warmtemeters aanwezig in de verschillende complexen waar woningcorporaties warmte leveren. Daardoor wordt de prijsstelling veelal bepaald door middel van het verdelen van de gemaakte kosten bijvoorbeeld met behulp van vaste verdeelsleutels of door middel van warmteverdampingsmeters. In een aantal situaties is het technisch wellicht mogelijk om GigaJoules meters te plaatsen, echter de kosten hiervan zijn veelal dermate hoog dat dit bedrijfseconomisch niet haalbaar is. De wetgever heeft dit ook voorzien en in artikel 8 lid 2 bepaalt dat het plaatsen van een slimme individuele meter niet verplicht is indien dit technisch of financieel niet redelijk is. Gezien voorstaande zal na inwerkingtreding van de Warmtewet een zeer groot aantal leveringen van warmte door woningcorporaties niet zijn bemeterd en zal daardoor niet worden voldaan aan de eis van artikel 5 om de prijsstelling van de geleverde warmte in GigaJoules uit te drukken. Dit is een van de reden om ervoor te pleiten om deze blokverwarmingssystemen niet in de reikwijdte van de Warmte wet te plaatsen. De huidige verrekening ( warmte kosten verdeling) is uitstekend geregeld in de huidige wetgeving. Huurwet en huurprijzenwet, servicekosten reglementen. We zijn voorstander van het in reglementen opnemen van een informatieplicht van verhuurders aan huurders over het energetisch technisch en financieel functioneren en presteren van de collectieve c.q. blokverwarmingssystemen. Vaststelling 100kW aansluitwaarde De Warmtewet heeft als doel het beschermen van gebonden verbruikers tegen te hoge tarieven en het bieden van leveringszekerheid. In het nieuwe wetsvoorstel is de reikwijdte verlaagd van 1000 kw naar 100 kw. In de praktijk betekent dit in beginsel dat huishoudens wel onder de werkingssfeer van de Warmtewet vallen maar groot zakelijke aansluitingen niet meer. Probleem welke in de praktijk ontstaat bij voornoemde beperking van de reikwijdte van de Wet is hoe deze grens te bepalen. Wij stellen voor dat er een pragmatische bij de dagelijkse praktijk aansluitende methode voor bepaling van deze grens wordt vastgesteld. Een voorbeeld hiervan zou kunnen zijn het aantal verwarmde vierkante meters per aansluiting. 5

Daarnaast levert het niet toepassen van een staffeling in het vastrecht voor de beschermde zakelijke afnemers, de exploitanten van dergelijke netten een onevenredig groot nadeel op. De voordelen voor de naleving, zoals naar voren gebracht door de NMa, wegen naar onze mening niet op tegen het verlies dat ontstaat op netten met enkel zakelijke afnemers. Deze gaan substantieel minder betalen. Dreiging vergunningplicht voor 100 % dochterondernemingen woningbouwcorporaties In artikel 9 van de Warmtewet is bepaald dat een woningcorporatie als verhuurder niet vergunning plichtig is voor de Warmtewet. Evenwel gezien de huidige tekst van artikel 9 is het mogelijk dat deze bepaling niet geldt voor Energie B.V. s en VVE s van woningcorporaties. Dit lijkt ons niet de bedoeling van de wetgever. Dit blijkt ook uit de memorie van toelichting bij de Warmtewet waar wordt gesteld dat er in Nederland naar schatting 6900 leveranciers van warmte bestaan en dat daarvan slechts 12 als vergunning plichtige worden aangemerkt. De genoemde 12 vergunning plichtige leveranciers zijn ons inziens de exploitanten van stadsverwarmingsnetten. Gezien voorstaande stellen wij voor de tekst van artikel op dit punt op zo n wijze aan te passen dat ook de Energie B.V. s en VVE s van woningcorporaties buiten de vergunningplicht blijven vallen. Doorlevering stadsverwarming In de praktijk gebeurt het regelmatig dat een woningcorporatie warmte afneemt van een stadsverwarmingsnet en deze vervolgens door levert aan de woningen van het desbetreffende complex. Bij de huidige tekst van de Warmtewet kan de situatie voorkomen dat de prijsstelling van de geleverde warmte van het stadsverwarmingsnet aan de woningbouwcorporatie niet onder de prijsregulering van de Warmtewet valt (aansluitwaarde is vermoedelijk groter dan 100 kw) en de doorlevering hiervan door de woningcorporatie wel, immers de aansluitwaarde van woningen is altijd lager dan 100 kw. Door voorstaande situatie kan er een prijsrisico voor de woningcorporatie ontstaan, immers indien de prijs per Gig Joule van de niet beschermde levering hoger is dan de NMDA prijs en de doorlevering wel onder de regulering valt en maximaal de NMDA prijs is blijft de woningcorporatie zitten met voornoemd prijsverschil. Dit is in onze ogen een onwenselijke uitwerking van de Warmtewet welke volgens ons ook niet beoogd is door de wetgever. Leveringsovereenkomst In artikelen 3 en 4 van de Warmtewet wordt ingegaan op de verplichtingen rondom de verplichte leveringsovereenkomst tussen de leverancier en de verbruiker. Voorstaande zou betekenen dat voor elke bestaande levering van warmte een nieuwe overeenkomst zou moeten worden gesloten. Dit is gezien de hoeveelheid leveringen door woningcorporaties praktisch bijna niet realiseerbaar. Volgens de memorie van toelichting kan de leveringsovereenkomst per individuele verbruiker worden opgesteld maar er kan ook sprake zijn van een collectieve overeenkomst. 6

Daarom stellen wij voor dat zodra de Warmtewet in werking treedt de leveringsvoorwaarden collectief worden overeengekomen voor bestaande leveringen van warmte en dat zodra er mutatie plaatsvindt en of opleveringen van nieuwe complexen met collectieve warmtevoorzieningen er dan individuele leveringsovereenkomsten worden gesloten. Met vriendelijke groet, Aedes vereniging van woningcorporaties Jan Boeve Algemeen directeur Kences Vincent Buitenhuis Directeur 7