Sociale Zorgpaden voor Kwetsbare Zwangeren

Vergelijkbare documenten
Kansrijke Start : samenwerken!

6 a 8 controles afhankelijk van professionele noodzaak en/of behoefte vrouw. -Er is aandacht gegeven aan medische en psychosociale.

Inleiding. Namens de werkgroep vroegsignalering Annemarieke Koops Gynaecoloog WZA Augustus 2011

Samen werken aan betere geboortezorg voor moeder en kind!

Handreiking prenataal huisbezoek jeugdgezondheidszorg Amsterdam

Implementatie Zorgstandaard Integrale Geboortezorg

Visietekst PRAGT Perinataal Regionaal Ambulant GezinsTraject

6 10 weken weken weken weken weken weken weken weken weken

Factsheet jeugdhulp, algemene informatie over de (toegang tot) jeugdhulp voor asielzoekerskinderen en amv

Waarom een zorgpad voor zwangeren met sociale risicofactoren:

Als het rommelt in de roze wolk. Marieke Bink-Buis verloskundige

Waarom een zorgpad voor zwangeren met sociale risicofactoren:

Projectplan geboortezorg Hoogeveen 2015 Pag 1 van 6 Bij een goede start hoort een goed begin: Doorbreken van het generatie op generatie effect

Doelstelling Dit protocol heeft een optimale uitkomst van de zwangerschap en baring tot doel en substitutie van 2 de naar 1 ste lijns zorg

Factsheet jeugdhulp Algemene informatie over de (toegang tot de) jeugdhulp voor asielzoekerskinderen en amv

Jeugdgezondheidszorg interventies. Pre- en postnataal

Opdracht vanuit geboortestandaard:

Handreiking. Casemanagement 1

Healthy Pregnancy 4 All vroege start, lang profijt. Adja Waelput. 8 juni 2015, UMCG

Een prenataal traject bestaande uit één tot vier huisbezoeken voor een selectieve groep zwangere vrouwen. Aantal uitgevoerde huisbezoeken.

Visie Preall Auteur: Kerngroep/MR januari 2016 Definitief 1.0

Presentatie. POP poli Aandachtspunten bij kinderwens, zwangerschap en bevalling bij cliënten met psychische klachten/aandoeningen.

Signaleren en dan? De samenwerking tussen gezondheidszorg en jeugdzorg bij zorg/risico-zwangeren. Roermond, 3 september

Richtlijn Kindermishandeling (2016)

POP polikliniek. voor vrouwen vóór, tijdens en na de zwangerschap. Wat moet u echt weten! We kijken samen hoe we u kunnen helpen.

POP als onderdeel van psychosociale zorg Almere Monique Frohn, psychiater Gunilla Kleiverda, gynaecoloog Dianne Maingay, kinderarts

Hoe bevalt het met de Martini Geboorte Groep?

Transmurale afspraken POP-protocol vakgroep gynaecologie verloskunde Isala en de eerstelijns verloskundigen kring Zwolle

Handreiking. Huisbezoek

UMC Kraamzorg. De zorgverzekering voor universitair medische centra


Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld

Jeugdarts en de Jeugdwet 2015

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Plan van aandacht

Concept checklist voor afspraken in de regio (VSV) versie 0.1

Nieuwsbrief Stichting Mind2Care

De zwangere met extra aandacht

Beleidsplan VSV Kracht

Gebruik van antidepressiva voor en tijdens de zwangerschap en in het kraambed

Uitkomsten zorgverlenersvragenlijst 2015

Bureau Jeugdzorg afdeling Jeugdbescherming. Mathilde Roubos Anjo Mangelaars

De zwangere centraal. Naar multidisciplinaire samenwerking rondom geboortezorg in de Regio Rivierenland

Preventie: ontzorgen en normaliseren

VSV Almere. Onze trots: Integrale Intake voor alle zwangeren van Almere

Het kind in beeld. Sandra Rijnaars-Hekel en Arie van der Meer Brijder Verslavingszorg Programma Verslaving en Ouderschap 18 oktober 2016

EG J. IIINO innovation. for life TNO WERKT AAN GEZOND EN VEILIG OPGROEIEN

Thema Wat is aangepast? Waar te vinden?

Fase Handeling Zorgverlener Preconceptiefase

JGZ-richtlijn Begeleiding gezin bij overlijden kind

Aanmeldprocedure OZAPP

Achternaam en roepnaam van je partner:... Geboortedatum partner:. Welke achternaam gebruik je?.

Aanpak kindermishandeling en huiselijk geweld

Handreiking. Prenatale voorlichting, een nieuwe activiteit in opdracht van de gemeente

Q&A De veranderde werkwijze Veilig Thuis

Thema: Cliënt centraal

Richtlijn Angst (2016)

Ketenrichtlijn Geboortezorg Asielzoekster

Zorgcoördinatie door de Jeugdgezondheidszorg. Paul van der Velpen Directeur GGD Hart voor Brabant

Hoe ziet de kraamzorg er uit in 2020?

Blauwdrukken zorgpaden R4U 3 voorbeelden Versie 2 d.d. 1 maart 2012

Contactmoment 3 Evaluatie bevalling en vooruitblikken kraamperiode

VSV-beleid Coördinerend Zorgverlener juli 2018 VSV. Werkgroep Coördinerend Zorgverlener. Opdracht

FACTSHEET SAMENWERKING COA

THINK BIG, START SMALL

Het Besluit gebruik burgerservicenummer in de zorg wordt als volgt gewijzigd:

Schriftelijke vragen ex artikel 37 Reglement van orde voor de raadsvergaderingen (RvO)

Doorbreken van de cirkel van intergenerationele overdracht van geweld

Verloskundig Samenwerkings- Verband s- Hertogenbosch e.o.

Kraamzorg: krachtige verbinder in de geboortezorg. Visie ActiZ op geboortezorg

Basiszorgpad prenatale en postnatale zorg, 1 e en 2 e lijn VSV Boxmeer e.o. / Geboortezorg aan de Maas April 2018

Bemoeizorg Parkstad. Wat is bemoeizorg? Bemoeizorg Parkstad

BESCHRIJVING ZORGPROCES

Patiënteninformatie. Psychiatrie- Obstetrie- Paediatrie (POP)-poli. Informatie voor patiënten over de POP-poli van Tergooi.

STOPPEN MET ROKEN/ GEISOLEERD CANNABIS GEBRUIK

Tweede Kamer der Staten-Generaal

SSRI. Protocol NVOG/NVK 2012 VSV Geert Jan Blok

Haagse Aanpak Perinatale Gezondheid Plan van Aanpak

DIRECT, DICHTBIJ EN DOELTREFFEND

Veilig Thuis Noord en Oost Gelderland

KNOV Visie op de kraamzorg juni 2010

Standpunt Artsen Jeugdgezondheidszorg Nederland

SSRI-gebruik tijdens zwangerschap, bevalling en kraambed

Van chaos naar structuur: ontpopping van een POP-poli in een perifeer opleidingsziekenhuis

Functiebeschrijving Wijkverpleegkundige Jeugdgezondheidszorg

Healthy Pregnancy 4-All 2 Kraamzorg onderzoek

B. Voldoet deels aan de norm, maar verbetering nodig

Bo Geboortezorg over de professionaliteit van kraamzorg in integrale geboortezorg

Samen aan de start voor een beter Nederland

Medisch specialist ziekenhuis

Redactie M.M. Wagenaar-Fischer, N. Heerdink-Obenhuijsen, M. Kamphuis, J. de Wilde

Uitwerking van de Stappen Voor- en vroegschoolse educatie in Salland

Kindermishandeling. Voor de minderjarige bedreigende of gewelddadige interactievan fysieke, psychische of seksuele aard,

LANDELIJK PROFESSIONEEL KADER UITVOERING BASISPAKKET JGZ

Prenatale Preventie. Best practices in de jeugdgezondheidszorg (JGZ)

Psychosociale oncologische zorg. Afstemming en communicatie tussen eerste- en tweedelijn

Bemoeizorg Parkstad. Volwassenen

3. Vertegenwoordiging a) De samenstelling van het stedelijk overleg keten geboortezorg is gebaseerd op de regio Amsterdam.

Kindermishandeling & Huiselijk Geweld. Ilona Statius Muller

Prematurennazorgbureau. Zorg voor u en uw kind

Participatie van cliënten laat nog te wensen over. Dit geldt ook voor de eenduidige voorlichting aan (aanstaande) zwangeren en hun partners.

Transcriptie:

Inleiding Psychosociale problemen, verstandelijke beperking, jong moederschap, stress van de verblijfstatus, het ontbreken van een zorgverzekering, middelengebruik etc. etc. Het zijn problemen die regelmatig voorkomen bij zwangeren. Deze omstandigheden kunnen leiden tot nadelige gevolgen voor moeder en kind, zeker als hier sprake is van een stapeling van verschillende problemen. Ondanks deze nadelige gevolgen is er toch vaak sprake van onder detectie en onder- behandeling van deze problemen. Als antwoord op deze problematiek zijn er in Den Haag sociale zorgpaden ontwikkeld voor kwetsbare zwangeren die aansluiten op risicoscreening als de R4U. Het doel is om deze groep kwetsbare zwangeren vroegtijdige te identificeren en optimale ondersteuning en zorg te kunnen bieden in de zwangerschap, tijdens de bevalling en in de kraambedperiode. De uitgebreide zorg die kwetsbare zwangeren nodig hebben komt niet alleen vanuit de geboortezorgketen. Andere partners zijn hierbij betrokken. De sociale zorgpaden zijn ontwikkeld in overleg en samenwerking en met de partners in rond de geboortezorg. Met de partners zijn per zorgpad - afspraken gemaakt over hoe om te gaan met de zorg rond deze kwetsbare zwangeren. De geboortezorgketen en de sociale kaart veranderen continu. Dit vraagt om een continue inzet om de sociale zorgpaden voor kwetsbare zwangeren up to date te houden. Met dit doel functioneert er een VSV overstijgende werkgroep, borging zorgpaden. De sociale zorgpaden zijn in Den Haag een aanvulling op de stedelijke brede verloskundige zorg afspraken, die veelal een meer medische oriëntatie hebben. Voor wie zijn de zorgpaden kwetsbare zwangere De zorgpaden zijn bestemd voor de verloskundige zorgverleners (1 e lijns verloskundige, gynaecoloog) en ondersteunt bij de begeleiding van de kwetsbare zwangeren in de eerstelijns verloskundige praktijk en het ziekenhuis. Doel zorgpad kwetsbare zwangere Vroegtijdig en op een uniforme wijze ondersteunen van de kwetsbare zwangere zodat reeds in de zwangerschap passende ondersteuning ingezet kan worden om een veilige leefomgeving van het kind en zijn ouders in de zwangerschap, kraamperiode en de periode daarna zo goed mogelijk na te streven. Een doelgerichte communicatie tussen de verschillende zorgverleners (ketenpartners) die betrokken zijn bij de geboortezorg. Hierbij is respect voor de privacy van de zwangere een belangrijk aandachtspunt. De zwangere zal ook altijd toestemming moeten geven om informatie aan derden te verstrekken. Uitgangspunten Alle kwetsbare zwangeren worden zo vroeg mogelijk in de zwangerschap (bij voorkeur in het 1 e trimester) routinematig en uniform gescreend op risico s en kwetsbaarheid. Indien er na screening een indicatie bestaat voor ondersteuning, dan is de taak van de verloskundig zorgverlener (casemanager) om tijdig door te verwijzen naar het sociale veld volgens het passende zorgpad. Deze verloskundige zorgverlener blijft verantwoordelijk voor de bewaking van voortgang en afstemming van de gerelateerde zorg. Hiertoe kan de verloskundige zorgverlener altijd contact opnemen met de contactpersoon/partner over de kwetsbare zwangere. De contactgegevens zijn te vinden in de zorgpaden. Het sociale zorgpad voor kwetsbare zwangere sluit aan en ondersteunt het individuele zorgplan wat samen met de zwangere wordt vastgesteld. De zorg wordt zo dicht mogelijk bij de zwangere thuis geboden. De huisarts wordt, ten behoeve van de continuïteit van zorg, geïnformeerd door zwangerschapsmelding en na de geboorte van het kind. Gaat het om een kwetsbare zwangere dan wordt de huisarts op de hoogte gesteld van/betrokken bij dit zorgpad. De kwetsbare zwangere heeft mogelijk een verhoogd risico op vroeggeboorte en/of groeivertraging. De verloskundig zorgverlener dient hier alert op te zijn. 1

Ketenpartners in en rondom de geboortezorg Bij het reguliere geboortezorgproces zijn verschillende zorgverleners betrokken. Deze zorgverleners zijn vaak elkaar opvolgend maar soms ook gelijktijdig bij eenzelfde zwangere betrokken. Het totaal van de bij de zwangere betrokken zorgverleners noemen we de ketenpartners geboortezorg. De betrokken zorgverleners dragen ieder hun eigen inhoudelijke verantwoordelijkheid in de zorg voor de cliënt. Als vaste ketenpartners binnen het geboortezorgproces onderkennen we: 1. Verloskundige zorgverlener (casemanager): 1 e lijns verloskundige, klinisch verloskundige, verloskunde arts of gynaecoloog 2. Kraamverzorgende 3. Jeugd verpleegkundige/jeugdarts (JGZ) 4. Huisarts (waar nodig) In Den Haag functioneert de werkgroep 1 e Lijnsgeboortezorg. In deze werkgroep worden de afspraken gemaakt tussen de 1 e lijns verloskundige, kraamzorg en JGZ. Functie per zorgverlener: 1. Verloskundig casemanager Dit kan zijn een gynaecoloog, een klinisch verloskundige, een verloskundig arts of een 1 e lijns verloskundige. Deze is verantwoordelijk voor de verloskundige begeleiding van de zwangere en voor de voortgang en de regie van de geboortezorg. Hij/zij legt in zwangerschapsdossier vast wie als contactpersoon kwetsbare situatie betrokken is bij deze zwangere, en legt zo nodig contactmomenten vast. De verloskundige zorg is van tijdelijke aard met als startpunt het eerste contact in de zwangerschap en eindigt in principe aan het einde van de kraamperiode (6 weken na de bevalling). De verloskundig zorgverlener zal aan het einde van de kraamperiode de zorg afsluiten en overdragen aan de ketenpartner (consultatiebureau/jgz) en zo nodig ook naar de contactpersoon bij de betrokken partner organisatie. Voor de overdracht aan de JGZ wordt in Den Haag een gezamenlijk formulier van de geboortezorg (verloskunde en kraam) gebruikt. In kwetsbare situaties is een warme overdracht op zijn plaats, dit kan via telefoon maar ook door bijvoorbeeld al tijdens de zwangerschap een prenataal huisbezoek bij de JGZ aan te vragen (zie de zorgpaden). 2. Kraamverzorgende Zij zal bij een thuisbevalling onder verantwoordelijkheid van de 1 e lijns verloskundige, partusassistentie verlenen. Daarna draagt zij zorg voor de kraamvrouw en de neonaat gedurende 8-10 dagen na de bevalling waarbij ze gedurende deze periode de medische controles, fysieke verzorging en inhoudelijke begeleiding van moeder en kind op zich neemt. Ook onderhoudt zij het contact met de verloskundige, die de medische verantwoordelijkheid dragen tijdens de kraamperiode. 3. JGZ-verpleegkundige en JGZ-arts (CJG) De zorgverleningsrelatie van JGZ richt zich op het kind in de opvoedingsomgeving. De JGZ kan haar regierol zuiver oppakken omdat zij geen hulpverlener is. De JGZ-verpleegkundige en JGZ-arts hebben een signalerende functie met betrekking tot beoordelen van de (on)veiligheid van het opvoedingsklimaat. Ook het brengen van een prenataal huisbezoek in bijzondere situaties behoort tot de taken van de JGZ-verpleegkundige. Tijdens het prenataal huisbezoek en de reguliere consulten op het wijkgebonden consultatiebureau geeft de jeugdverpleegkundige risico reducerende voorlichting, versterkt de eigen kracht van de (a.s.) ouder, normaliseert waar mogelijk, signaleert tijdig bij risico s en schakelt indien nodig hulp in. 4. Huisarts De huisarts heeft voor, tijdens en/of na een zwangerschap meestal contact met de patiënt en het gezinssysteem. Er is sprake van een langdurige zorgverleningsrelatie. Binnen de huisartsen praktijk functioneert de Praktijk Ondersteuner Huisarts (POH-GGZ). De POH-GGZ brengt de klachten en problemen in kaart en stelt in overleg met patiënte en de huisarts vast of zij de vereiste hulp in de huisartspraktijk kan krijgen. Als dit niet zo is, dan kan worden doorverwezen naar een psycholoog of psychiater (zie zorgpad psychosociale problematiek). 2

Signalering, risicoscreening en initiëren van passende zorg voor de kwetsbare zwangere De verloskundig zorgverlener dient bij iedere zwangere actief te onderzoeken of er sprake is van risico s. Het intakegesprek bij de start van de zwangerschapsbegeleiding leent zich hier bij uitstek voor. Het is aan te bevelen om voor de risicoscreening en signalering een objectief risicoscreeningssysteem te gebruiken (zoals R4U). Binnen de verschillende verloskundige systemen is de R4U risicoscreening ingebouwd (Onatal, Orfeus en Vrumun, HIX ) Onderstaande stappen kunnen de signalering in een vroeg stadium van de zwangerschap ondersteunen. Stap 1: inventarisatie risicofactoren en protectieve factoren Tijdens het intake gesprek, bij het afnemen van de anamnese dienen de volgende situaties besproken en genoteerd te worden omdat zij vaak geassocieerd zijn met Psychosociale Multiproblematiek. Indien risicofactoren aanwezig zijn dan dient de verloskundig zorgverlener ook de aanwezige beschermende/protectieve factoren te inventariseren. Risicofactoren voor kwetsbare zwangeren 1 : tienerzwangerschap ongewenste/ongeplande zwangerschap verstandelijke beperking (navragen hoogst genoten opleiding) relatie problematiek huiselijk geweld contact met een gecertificeerde instelling (jeugdbescherming) of Veilig Thuis, nu of in het verleden (zoals voorheen bv AMK of Bureau Jeugdzorg) huisvestingsproblematiek financiële problematiek vluchteling/ asielzoeker/ illegaal laaggeletterdheid (navragen hoogst genoten opleiding) problematiek rond eerder geboren kinderen (uit deze of vorige relatie) psychofarmaca gebruik. middelengebruik van zwangere en/of door partner nu en/of in het verleden psychiatrische en/of psychische problematiek actueel of in het verleden psychiatrische ziekten in eigen familie en/of bij partner Protectieve factoren: aanwezigheid goed netwerk bestaande ondersteuning inzicht in eigen problematiek veranderingsbereidheid proactieve houding Stap 2: aanvullende vragen Aanvullende vragen kunnen worden gesteld over de gemoedsgesteldheid en ondersteuningsbehoefte van de zwangere op dit moment. De antwoorden kunnen ook aanwijzingen voor kwetsbaarheid opleveren. Hoe voelt u zich? (Indien langere tijd angstig of neerslachtig dan is verder onderzoek aangewezen) Denkt u hulp nodig te hebben voor problemen op gebied van psyche, relatie, werk, financiën of middelenmisbruik? Of denkt u dat uw partner hulp nodig heeft op één van de genoemde gebieden? Zijn er reeds zorgverleners of ondersteunende instanties bij u of uw partner betrokken? Of in het verleden betrokken geweest? Stap 3: informatie inwinnen via betrokken zorgverleners Als bovenstaande anamnese en de aanvullende vragen geen of onvoldoende aanwijzingen geven voor het identificeren van problematiek, maar er toch een vermoeden daarop blijft bestaan, dient de verloskundig zorgverlener de zorgwekkende signalen te bespreken met de zwangere om haar te motiveren toestemming te geven voor het verder inwinnen van informatie. Hiervoor kan een 1 De gemarkeerde thema s zijn verwerkt in een Haags sociaal zorgpad voor kwetsbare zwangere. 3

toestemmingsformulier worden gebruikt (aan te bevelen). Denk aan huisarts, JGZ verpleegkundige (indien familie bekend is bij het consultatiebureau), maar ook aan betrokken partners bij bv. MEE. Binnen de verloskunde in Den Haag is er meer en meer sprake van integrale zorg tussen 1 ste en 2 de lijn. Tijdens de werkoverleggen die in het kader hiervan plaatsvinden kan de zwangeren ook besproken worden Een prenataal huisbezoek door de JGZ-verpleegkundige (consultatiebureau) kan door de verloskundig zorgverlener aangeboden worden aan zwangeren, met als doel informatieverstrekking en ondersteuning en tevens laagdrempelig opsporen van ondersteuningsbehoeften van de zwangere. Vervolgens wordt dit huisbezoek aangevraagd bij de JGZ (zie zorgpaden). Mocht zwangere geen toestemming geven om informatie in te winnen bij andere zorgverleners dan is ook dát van belang aan te tekenen in het dossier van de zwangere, naast het vastleggen van de zorgwekkende signalen. Stap 4: initiëren van passende zorg Afhankelijk van de aard van de problematiek kan de betrokkenheid van een andere zorgprofessional gewenst, geadviseerd of geïndiceerd zijn. Hiervoor zijn zorgpaden opgesteld. Deze zorgpaden zijn opgesteld in overleg en samenspraak met betrokken partner. De verloskundig zorgverlener vindt in de zorgpaden alle overwegingen, vragen en contactgegevens van de betrokken partners. Deze zorgpaden worden geüpdatet: In het algemeen geldt dat: Voor lichtere/minder gecompliceerde psychische problematiek kan een verwijzing naar de huisarts volstaan. Voor het in kaart brengen van de aard van de psychosociale problematiek kan de zwangere geadviseerd worden met maatschappelijk werk of het medische maatschappelijk werk (2 de lijn). Afhankelijk van de aard van de problematiek kan een anonieme bespreking met Veilig Thuis aangewezen zijn. Soms zal de aard en ernst van de problematiek aanleiding geven tot een directe melding bij Veilig Thuis. In geval van kwetsbare zwangere kan de verloskundig zorgverlener altijd een casusbespreking in een Multi Disciplinair Overleg ter advisering omtrent het individuele zorgpad. Voor een casusbespreking in een MDO is altijd toestemming van de zwangere vereist. Mocht de zwangere géén toestemming geven voor deze bespreking, dan kan de verloskundig zorgverlener de casus anoniem voorleggen aan een MDO-overleg. Kwetsbare zwangeren kunnen in Den Haag ook ondersteuning krijgen vanuit de gemeentelijke ondersteuningsstructuur. De afspraak is dat hierin de JGZ de verbindende factor is (zie bijlage 1). Concluderend: Na het doorlopen van bovenstaande stappen kan er op basis van de inventarisatie sprake zijn van kwetsbaarheid waarbij er geen of onvoldoende aanwezigheid van protectieve factoren zijn. In dat geval dient de verloskundige zorgverlener in samenspraak met de zwangere passende zorg te initiëren. Let op: Indien er sprake is van een kwetsbare zwangere en passende zorg is geïndiceerd, maar er is aanhoudend sprake van zorg mijdend gedrag dan is bespreking in het MDO-overleg geïndiceerd (desnoods anoniem) om vervolgstappen te bepalen. 4

De Haagse sociale zorgpaden voor kwetsbare zwangere In samenspraak en overleg met het brede veld van partners om de geboortezorg zijn de volgende zorgpaden opgesteld. De update van de zorgpaden heeft plaatsgevonden in overleg met de partners. Op dit moment dat een zorgpad vernieuwd is wordt dit kenbaar gemaakt in de VSV en via de verschillende nieuwsbrieven. Omdat het belangrijk is dat steeds de laatste versie van het zorgpad wordt gebruikt zijn de zorgpaden niet toegevoegd aan deze algemene toelichting. - Alcohol tijdens de zwangerschap - Tienerzwangerschap - Huiselijk geweld en kindermishandeling - Licht verstandelijk beperkten - Minderjarige zwangere - Ongewenst zwanger - Onverzekerden zwangere - Psychosociale problematiek - Roken tijdens de zwangerschap - Vluchtelingen - Laaggeletterdheid (in ontwikkeling) - Voeding en gewicht (in ontwikkeling) Beschikbaarheid Zorgpaden De zorgpaden zijn voor het hele netwerk te vinden op www.kringdenhaag.nl Verantwoordelijkheid zorgpaden Het eigenaarschap van de zorgpaden is belegd bij de VSV s en VZH. De up-date en borging van de zorgpaden is belegd bij de werkgroep borging zorgpaden. Hierin hebben zitting vertegenwoordigers van: - Minimaal 1 vertegenwoordiger per VSV - 1 vertegenwoordiger van de VZH - 1 vertegenwoordiger vanuit de kraamschakel - 1 vertegenwoordiger vanuit de JGZ - Projectleider (HAPG) (Er wordt tevens geprobeerd om een vertegenwoordiging van alle verloskundige zorgverleners te hebben: 1 ste lijns verloskundige, 2 de lijnsverloskundige, gynaecoloog, kraam, beide ziekenhuizen etc.) In november 2017 bestaat de werkgroep zorgpaden uit de volgende leden en hun vervangers: - Margreet Lenters - HMC (voorzitter) - Martine Boerma - Haga Ziekenhuis - Leonie Slagers - VSV Haga - Irene Verhoeven, Nazette Smith VZH - Lucia van Tol - Kraamschakel, VSV HMC - Corinne van der Geest JGZ - Marleen Sterker Projectleider HAPG, GGD 5

Bijlage 1: Afstemming geboortezorg en gemeentelijke zorgteams Jeugdteam en sociale wijkzorgteam) De verschillen in gezondheid van de Haagse wijken worden voor een belangrijk deel verklaard door Psychosociale Multiproblematiek. Zwangeren lopen daarbij een extra risico. De kennis van de zorgverleners in de geboortezorg samen met sociale hulpverlening en voeding- en leefstijlbeïnvloeding legt de basis voor integrale zorg op maat. Aan sociale verloskunde wordt inhoud gegeven door de verbreding van verloskundige zorg (inclusief preconceptie en antenatale zorg) en de lokale sociaal maatschappelijke hulpverlening en de jeugdgezondheidszorg. Om de zorg voor de (kwetsbare) zwangere zo goed mogelijk te organiseren zijn er afspraken gemaakt met de verschillende partners in de stad. Deze afspraken zijn uitgewerkt in sociale zorgpaden voor de geboortezorg. Het resultaat is dat de verloskundig zorgverlener (kwetsbare) zwangeren met sociale problematiek kunnen doorverwijzen. De zorgpaden kun je vinden op www.kringhaaglanden.nl Na een risicoscreening die hoort bij de intake of bij signalen daarna verwijst de verloskundig zorgverlener de zwangere via het zorgpad door naar de best passende zorg. Bij twijfels, sociale problematiek en niet pluis gevoel kan de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) een prenataal huisbezoek brengen tijdens de zwangerschap. De Jeugdverpleegkundig zorgverlener brengt tijdens het huisbezoek de problematiek in kaart, werkt aan stevig ouderschap en kan zo nodig, in overleg met de aanstaande ouders en de geboortezorg, de situatie bespreken met andere betrokken partners (huisarts, Loket voor Jonge Moeders, MEE, St. Wende) en het Jeugdteam. Dit is belangrijk met oog op de continuïteit van zorg voor het ongeboren kind van de kwetsbare zwangeren. Daar waar nodig wordt door de Jeugdverpleegkundige (in overleg tussen verloskundige en Jeugdgezondheidszorg en soms met de huisarts) de verbinding tussen geboortezorg en het multidisciplinair Jeugdteam van het CJG gelegd. Bij voorkeur gebeurt dit door de Jeugdverpleegkundige JGZ (zie kader 5). Vervolgens kan in onderling overleg tussen Jeugdteam en Sociaal Wijkzorgteam afgesproken worden waar nodig het Sociale Wijkzorgteam zijn rol kan nemen. En wie hierin de regie houdt. Met het oog op de continuïteit en de (ongeboren) kinderen is dit bij voorkeur de aangewezen route. Kader 5: Verbinding Geboortezorg met Jeugdteams via Jeugdgezondheidszorg 6