Deltion College ICT-Flex 2007, 2008, 2009, 2010



Vergelijkbare documenten
Studeren bij ICT-Flex Studiegids BOL Niveau 3 Cohort 2010

Studeren bij ICT-Flex

Studeren bij ICT- Flex

Studeren bij ICT- Flex

Studeren bij ICT-Flex

Groningen, Hoogeveen, Hardenberg ICT.

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

Handleiding BPV-beoordeling voor de deelnemer. Dossiers

Handleiding BPV-beoordeling voor de deelnemer. Dossiers VMBO

Groningen, Hoogeveen, Hardenberg ICT.

MBO-beroep in beeld. Medewerker ICT mbo-beroep, niveau 2. Bent u HR-adviseur? Bent u praktijkopleider, begeleidt u een stagiair?

Opleidingsplan. ICT-medewerker beheer. Uitstromen : Crebo nummer : Cohort : Medewerker Beheer ICT 95070

Handleiding Proeve van Bekwaamheid voor de deelnemer. Dossiers VMBO

Opleidingsplan. Medewerker ICT. Uitstromen : Crebo nummer : Leerweg :BOL, Niveau 2. Cohort : Medewerker ICT 95060

Vlot van Start Formulieren

BPV werkboek. Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: BPV-werkboek 25262/versie sept.

Versie Opleidingsplan. netwerkbeheerder. Crebo nummer : Cohort : Uitstromen :

Juridische medewerker

Medewerker ICT. Mbo-kwalificaties in de sector ICT. Medewerker ICT

2 Stappen en fasen bw.indd :35

Op het Nova College leer je een vak. Bijvoorbeeld verpleegkundige, monteur of kok. Dat kies je zelf, waarschijnlijk samen met je

CONCEPT Format OER voor 2010 competentiegerichte opleidingen in het nieuwe format A. Basisgegevens

Dit portfolio is eigendom van: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon: Naam studieloopbaanbegeleider: Telefoon:

dienstverlenend zijn. Volop doorstroommogelijkheden

Deelnemersinformatie Beoordeling Eerste Autotechnicus. Crebocode 93420, dossier

Handleiding examinering student eind stage

Opleidingsplan. Crebo uitstroom Cohort : Niveau : 2

Nieuw vmbo op. het Haarlem College. op het Haarlem College kan het. Podium & Presentatie Mavo en Mavo + Informatie voor de leerlingen van groep 8

Medewerker beheer ICT

Feedback Project Ergonomisch Ontwerpen

STUDIEHANDLEIDING AKA

Handboek Examinering Praktijkschool Grotius College Delft*

Portfolioformulieren Niveau 2

Laura Kamies Het Assink Lyceum Klas 4T3 4 e schooljaar. Sectorwerkstuk. Pedagogisch medewerker

Vlot van Start Formulieren

Versie Opleidingsplan. ICT-medewerker beheer. Crebo nummer : Cohort : Uitstromen : Medewerker Beheer ICT 95070

Sectorwerkstuk

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

DRENTHECOLLEGE.NU STUDIEGIDS ICT-LYCEUM Programma van Toetsing en Afsluiting. TE nr1

Werken op een servicedesk

Competentiescan Klant exemplaar

Handleiding BPV-Beoordeling voor de beoordelaar. Dossiers vmbo

Deltion College ICT Flex

Studiegids Startbaan AKA

flexibel Je gedrag kunnen veranderen als de situatie verandert of als dit nodig is om een doel te bereiken. computervaardigheden

Zorg voor je carrière. Neem gerust contact op of maak een afspraak. Telefoon: (030) of

1. Wat is beroepspraktijkvorming

Handleiding voor de leerling

Nieuwe. Handleiding voor leerlingen/stagiairs Versie 2013

INtheMC. Niveau (NQF) Startdatum: Einddatum: Aanvinken v=voldoende a = aanpassen 2=2e gelegenheid

Inhoud en competenties leer-werkboeken

Tekst lezen en vragen stellen

Persoonlijke competenties Sociale competenties Leer (school) competenties

STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE

Studentopdracht INtheMC

BPV Begeleidingsmap Groenhorst Almere Cursusjaar

Sectorwerkstuk. Theoretische Leerweg. Klas 4 TL/M

Secretaresse niveau 3 en management assistent niveau 4

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

SECTORPROJECT 4 VMBO - T

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Opleidingsplan. Uitstroomdifferentiaties : Medewerker beheer ICT Crebo uitstroom Cohort : Niveau : 3.

secretaresse! niveau 3 en! management assistent niveau 4!

Format OER voor 2011 competentiegerichte opleidingen in het nieuwe format

Praktijkschool diploma. De Faam November 2014

Onderwijs- en Examenregeling

TANDARTSASSISTENTE. Lis Hendriks 11 NOVEMBER Sectorwerkstuk HET ASSINK LYCEUM

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Opdrachtenboek Start ICT-Flex Niveau 2, 3 en 4 Cohort Deltion College ICT Flex

Studentopdracht INtheMC

MBO-Productonderzoeker

Leren aan het Alfa-college. Welkom

Hoe gaat het met je studie?

Solliciteren (2) Waar gaat deze kaart over? Wat wordt er van je verwacht? De sollicitatiebrief

DE ZES-STAPPENMETHODE ZELF WERKEN AAN JE WERKPROCESSEN. Illustraties: Corien Bögels

Inhoud. Subject: Taak Wat is een portfolio? Paul van der Linden MT1a Periode 2 School Docoments, user 9994 Year

Handleiding examinering student 1e stage

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen!

- Een docent controleert of jij je huiswerk op hebt geschreven. - Je hebt aanmoediging nodig om je huiswerk te noteren.

Studieloopbaan en Loopbaanorientatie. Nieke Campagne Studenten Loopbaan Service Universiteit Leiden

Veel begeleiding [vakdocent, instructeur]

Deel 2. Gevolgd onderwijs pag onderwijs op dit moment pag. 10

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid

READER 2015/2016 TALENCENTRUM Deel A

Sectorwerkstuk

Sectorproject op De Dijk: leren door te doen! Inleiding: Situatiebeschrijving 3 VMBO-TL: Situatiebeschrijving 4 VMBO-TL:

MELANCHTHON MATHENESSE

Het Sectorwerkstuk

Opleidingsgids (Onderwijs- en examenregeling)

Toetsanalyse. "Van je fouten kun je leren." Maar dan moet je eerst wel fouten gemaakt hebben. Die kans krijg je bij toetsen.

Examens hout- en meubelopleidingen in het mbo Niveau 2 en 3

Aflevering 2: Solliciteren

Werkboek LINTSTAGE NAAM: KLAS:

VOORTGEZET ONDERWIJS MBO

Handleiding examinering student 2e stage

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo loopbaanoriëntatie

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

Opleidingsplan. De Sumpel, Almelo

GEMENGDE LEERWEG (GL) MAVO (TL) MAVO/HAVO

Transcriptie:

Studeren bij ICT-Flex Studiegids BOL Niveau 4 Cohort 2010

Deltion College ICT-Flex 2007, 2008, 2009, 2010 StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 2

Studeren bij ICT-Flex BOL Niveau 4 Cohort 2010 StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 3

Het ICT-Flex team past de organisatie van de opleidingen steeds aan. Het is dus heel goed mogelijk dat hier en daar iets verandert, of dat om praktische redenen (tijdelijk) andere regels gelden. Informatie daarover krijg je altijd via onze ICT-Flexwebsite www.ict-flex.nl Het is dus belangrijk de website elke dag even te bekijken! Bovendien moet je dagelijks je Deltion e-mail checken! Dit boekje geeft de studenten aan de ICT-Flexopleidingen informatie over hun studie en de gang van zaken bij ICT-Flex. Deltion College ICT Flex 2004, 2005, 2006, 2007, 2008, 2009, 2010 StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 4

Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 5 Vooraf... 7 ICT-Flex in het Deltion College... 9 Op niveau... 11 Het diploma, een vreemd begin?... 13 Het studieprogramma... 18 Docenten en begeleiders... 22 POP, voortgang en portfolio... 26 Wat staat je te wachten?... 30 De dagelijkse gang van zaken... 37 Opdrachtenkaarten... 47 Beoordelen... 49 Belangrijke documenten... 55 Bijlage A: Beroepshouding... 58 Bijlage B: Regels voor werkstukken... 60 Bijlage C: ICT-gebruik... 62 Bijlage D: ECDL... 63 Bijlage E: De huisregels... 65 Bijlage F: Kerntaken, werkprocessen, competenties... 68 StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 5

StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 6

Vooraf Beste Tja, hoe zullen we je noemen? Leerling? Student? Leerling klinkt ons een beetje te kinderachtig, student komt meer in de buurt. Je komt ten slotte bij ons om te studeren. Als student aan onze opleidingen moet je actief meedoen. Bij ICT-Flex kun je niet achteroverleunen in een studieruimte en alles over je heen laten komen. Je kunt niet de docent zijn kunstje laten doen, want jij doet het! Wij, de docenten, zorgen voor een plek, voor spullen en hulp, maar jij doet het. Wij zorgen voor de kansen en jij grijpt die! Dit boekje Met een mooi woord: wij verwachten van je dat je actief studeert. Je wacht niet af, je doet wat. Daarover gaat dit boekje: hoe pak je dat aan, actief studeren bij ICT-Flex? Lees dit boekje helemaal door en aarzel niet als je iets te vragen hebt. Wij zijn er om je te helpen. Wij, de docenten van ICT-Flex wensen je veel succes én plezier bij jouw actieve studie voor een ICT-beroep. Kijk terug Dit boekje is bedoeld om je iets te laten leren en zoals gezegd: jij moet dat doen. Daarom staat aan het eind van elk hoofdstuk een kijk terug paragraaf met een samenvatting van wat je geleerd moet hebben. Na dit hoofdstuk zou je bijvoorbeeld moeten weten wie we zijn hoe we een student hier noemen waarom we dat een goede naam vinden wat we van jou verwachten Je moet zelf kijken of je echt weet wat je na een hoofdstuk zou moeten weten. Die vakjes voor elke regel staan er niet voor niets: je kunt ze gebruiken om af te vinken wat je weet. En als je ontdekt dat je iets nog niet weet, kijk je terug! Of je vraagt hulp Belangrijke regel Een belangrijke regel die tijdens je hele studie geldt, is deze: Als je bij het lezen een woord, uitdrukking of zin tegenkomt die je niet begrijpt, zorg je ervoor dat je de betekenis te weten komt, voordat je aan het volgende onderdeel begint. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 7

Je begint niet aan een nieuwe paragraaf, voordat je alles wat in deze paragraaf staat snapt. Je begint niet aan een opdracht, als je niet alles wat in de opdracht staat begrijpt. Hoe je de betekenis van een woord, uitdrukking of zin te weten komt? Gewoon: opzoeken of vragen! Dit eerste hoofdstuk bijvoorbeeld kun je niet goed begrijpen als je niet weet wat er bedoeld wordt met het woord actief of met uitdrukking of als je niet weet wat afvinken is. Tweede belangrijke regel Er is nog een tweede regel, die je nooit mag vergeten: Eerst studeren, dan doen Het is de bedoeling dat je steeds meer weet en kunt. Daarvoor moet je studeren: informatie verzamelen, lezen, ordenen en soms zelfs uit je hoofd leren. Veel opdrachten bestaan uit twee activiteiten: studeren en toepassen, dat wil zeggen in een opdracht gebruiken wat je geleerd hebt door te studeren. Als je goed leest wat hier staat, begrijp je de regel ook: om te kunnen gebruiken wat je geleerd hebt moet je eerst leren! BPV Een belangrijk onderdeel van de studie wordt gevormd door de BPV, de BeroepsPraktijkVorming. In gewoon Nederlands de stage(s). Zo belangrijk, dat je ieder schooljaar op stage gaat. Over de BPV vind je in dit boekje weinig informatie. Tegen de tijd dat je op stage gaat hoor je daar meer over en krijg je een apart BPV-boekje. De BPV komt in dit boekje wel een paar keer ter sprake en één ding is zeker nu al van belang: om op stage te mogen moet je aan bepaalde eisen voldoen: Je moet voldoende kennis en vaardigheden hebben Je moet een goede beroepshouding laten zien Het is de bedoeling dat je in de BPV veel leert. Je hoeft niet alles wat je in de BPV nodig hebt al te kunnen of te kennen, want de BPV is er juist om te leren. Je leert er niet alleen kennis en vaardigheden die bij je vak horen, maar ook kennis en vaardigheden die bij een goede beroepshouding horen. Maar je moet wel aan minimumeisen voldoen om aan de BPV te mogen beginnen: voldoende kennis, vaardigheden en een goede beroepshouding. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 8

ICT-Flex in het Deltion College Deltion College ICT-Flex is een zelfstandige unit binnen het ICT-Lyceum van het Deltion College. Het Deltion College is een Regionaal Onderwijs Centrum (ROC) voor middelbaar beroepsonderwijs (MBO). De opleidingen voor beroepen in de Informatie en Communicatie Technologie (ICT) worden verzorgd door het ICT-Lyceum. ICT-Lyceum Het ICT-Lyceum leidt ICT-ers op: computerbouwers, medewerkers van de technische dienst, helpdeskmedewerkers, systeem- en netwerkbeheerders, supportmedewerkers, programmeurs, ontwerpers en ontwikkelaars, projectleiders en managers. Dat kan langs twee wegen: de brede gewone opleiding, die we meestal de BOL noemen; de kortere, flexibele opleiding, die ICT-Flex heet (je komt ook de naam ICT BOL/BBL Flex wel tegen). De opleiding in de BOL is breed: je leert veel over alle aspecten van het ICT-vak. De opleiding bij ICT-Flex is meer toegespitst op je toekomstige beroep en daardoor korter. BOL en BBL De afkorting BOL staat voor Beroeps Opleidende Leerweg en dat betekent gewoon dat je normaal naar school gaat. De andere leerweg die we kennen heet BBL en dat betekent Beroeps Begeleidende Leerweg. Die manier van studeren is alleen voor studenten die al werken in de ICT. Zo n student noemen we een BBL-er. Een BBL-er werkt vier dagen in de week en komt één dag naar school om te studeren. Jij bent dus óf een BOL-er (je hebt geen werk in de ICT) óf een BBL-er. Je begrijpt dat voor BOL-ers en BBL-ers verschillende regels kunnen gelden. Bijvoorbeeld: een BOL-er gaat op stage om praktijkervaring op te doen, een BBL-er niet (want die doet in zijn werk al praktijkervaring op). Je kunt tijdens de opleiding veranderen van BOL-er in BBL-er en omgekeerd. Het komt voor dat een gewone BOL-er aan het eind van zijn of haar stage een baan krijgt bij het stagebedrijf. Hij (of zij) wordt dan BBLer: vier dagen werken, één dag studeren. Het omgekeerde komt (helaas) ook voor: een BBL-er kan zijn of haar baan kwijt raken en gaat dan als gewone BOL-student verder. Stage heet trouwens bij ons BPV (van Beroeps Praktijk Vorming) en die naam zullen we verder ook gebruiken. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 9

ICT-Flex Bij ICT-Flex werkt een team docenten, dat opleidingen verzorgt voor drie ICT-beroepen: ICT-Servicemedewerker Medewerker ICT-beheer ICT-beheerder (met ICT-beheerder en Netwerkbeheerder als uitstroom) Alleen bij ICT-Flex kun je de opleiding tot ICT-Servicemedewerker volgen. Alle BBL-studenten studeren ook bij ICT-Flex. ICT-Flex verzorgt ook de specialistenopleiding Applicatieontwikkelaar, maar in principe alleen voor BBL-studenten. Les ICT-Flex heet niet voor niets zo: de opleidingen zijn erg flexibel en daarom zetten we les ook tussen aanhalingstekens. Bij ICT-Flex moet je zelf actief kennis verzamelen en verwerven: gezellig op de laatste bank in de ruimte gaan zitten en de leraar het werk laten doen is er niet bij! Daarover lees je verderop in dit boekje meer. Kijk terug Je hebt dit hoofdstuk goed gelezen en je zou dus nu iets moeten weten. Ga voor jezelf na of je weet hoe deze school heet weet wat voor soort school het is weet wat een BOL-er is weet wat een BBL-er is weet of je een BOL-er of een BBL-er bent weet waarom onze unit ICT-Flex heet weet voor welke beroepen ICT-Flex opleidt snapt waarom ICT-Flex ook wel ICT BOL/BBL Flex genoemd wordt Het antwoord op deze vragen kun je alleen weten als je alles wat in dit hoofdstuk staat begrijpt. Ga daarom voor jezelf na of je weet wat er bedoeld wordt met ICT-Flex is een zelfstandige unit binnen het ICT-Lyceum je leert veel over alle aspecten van het ICT-vak StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 10

Op niveau Er zijn opleidingen voor ICT-beroepen op drie niveaus Niveau 2: Medewerker ICT Niveau 3: Medewerker beheer ICT Niveau 4: ICT-beheerder, Netwerkbeheerder en Applicatieontwikkelaar Hoe hoger het niveau, hoe zwaarder de studie. Zwaarder kan betekenen: meer weten, meer kunnen. Zwaarder kan ook betekenen: andere, meer ingewikkelde dingen weten en kunnen. Voor niveau-4-studenten zijn de niveau-2- en -3-opleiding niet belangrijk, dus daarover zeggen we hier niets. Niveau 4: ICT-beheer, Netwerkbeheer en Applicatieontwikkelaar De ICT-beheerder en de netwerkbeheerder doen een opleiding op niveau 4. Dat kan in twee jaar, maar dan moet je wel stevig doorwerken. De ICTbeheerder en de netwerkbeheerder weten en kunnen in grote lijnen hetzelfde als de niveau-3-er, maar hij of zij heeft veel meer overzicht. De ICT-beheerder weet wat erbij komt kijken om een computer te bouwen en de software erop te installeren, maar hij hoeft daarin niet zo handig te zijn. Dat geldt ook voor onderhoudswerk en andere technische klussen. De ICTbeheerder is vooral goed in ontwerpen en ontwikkelen en hij kan overleggen, plannen maken en uitwerken, een project managen, taken verdelen, procedures maken, leiding geven. De netwerkbeheerder heeft een vergelijkbare functie, maar dan natuurlijk met het accent op netwerkbeheer. De applicatieontwikkelaar is degene die computerprogramma s maakt: de programmeur. Dat is een héél ander vak dan systeem- en netwerkbeheer en vraagt dan ook om heel andere kennis en vaardigheden. Verder Als je een niveau-4 diploma hebt kun je doorstromen naar een ICTopleiding op Hbo-niveau. Je kunt dan b.v. informatiearchitect, programmeur of hoofd van een ICT-afdeling worden. Of een eigen zaak beginnen Nog verder Misschien heb je behoefte om naast ICT ook ander dingen te leren zoals ondernemen of wil je iets met elektronica doen. Binnen Deltion is veel mogelijk, vraag je begeleider naar de mogelijkheden. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 11

Terugkijken Als je weet wat met het woord niveau bedoeld wordt de woorden hardware, software en netwerk betekenen adviseren is bedoeld wordt met de capaciteiten hebben moet je in dit hoofdstuk geleerd hebben welke drie opleidingsniveaus er zijn op welk niveau de Medewerker beheer ICT en de ICT-beheerder zitten... wat het beroep van Medewerker beheer ICT zo ongeveer inhoudt wat je in grote lijnen moet weten en kunnen als ICT-beheerder welke capaciteiten je moet hebben om ICT-beheerder te kunnen worden hoe lang de opleidingen duren (als je stevig doorwerkt) waar je na niveau 4 nog verder kunt studeren. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 12

Het diploma, een vreemd begin? Het lijkt misschien vreemd om ermee te beginnen, maar het is natuurlijk wel het doel van al jouw moeite: het diploma. De belangrijkste vraag is: Hoe kom ik aan het diploma? Het antwoord is simpel: door te bewijzen dat je een competente ICTbeheerder of netwerkbeheerder (niveau 4) bent. Maar van zo n antwoord word je natuurlijk niet vreselijk veel wijzer! Kwalificatiedossier In de eerste plaats is de vraag: wat is dat dan, een competente ICT-er? Het antwoord op die vraag vind je in het zogenaamde kwalificatiedossier: een document waarin het beroep ICT-beheerder, netwerkbeheerder of applicatieontwikkelaar (niveau 4) beschreven staat. Je kunt deze documenten vinden op de website www.loketmboict.nl. In deze documenten staat wat er van de medewerker beheer ICT, de ICTbeheerder en de netwerkbeheerder verwacht wordt. Kerntaken De opstellers van de kwalificatiedossiers hebben eerst naar de inhoud van het werk gekeken: wat doet de medewerker beheer ICT of wat moet hij of zij (kunnen) doen? Dat levert per ICT-beroep een paar kerntaken op: de belangrijkste activiteiten van in het beroep. Een voorbeeld: bij de ICT-beheerder (niveau 4) ziet men de volgende kerntaken: Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen Implementeren van (onderdelen van) informatiesystemen Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen Organiseren van een (bestaande) servicedesk Dat zijn dus in (heel) grote lijnen de dingen die je moet kunnen. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 13

en werkprocessen De kerntaken zijn wel erg globaal, daarom zijn de schrijvers van het dossier een stap verder gegaan: elke kerntaak hebben ze uiteengerafeld in een serie werkprocessen: Kerntaken Installeren van harden software Onderhouden en beheren van hard- en software Ondersteunen van systeem-gebruikers Werkproces 1. Assembleren van systemen 2. Installeren en configureren van systemen 3. Realiseren van de bekabelings-infrastructuur 1. Voorkomen van (ver)storingen 2. Lokaliseren en verhelpen van (ver)storingen 1. Instrueren van gebruikers 2. In behandeling nemen en af-handelen van incidentmeldingen Helemaal precies weet je nu nog niet wat er van je verwacht wordt, maar het wordt al een beetje duidelijker! Waar het nu om gaat in de opleiding is dat je leert alle werkprocessen goed uit te voeren. We zeggen: je moet een werkproces beheersen. En om een diploma te krijgen moet je bewijzen dat je alle processen beheerst. Competenties Een werkproces beheers je pas als je genoeg weet, genoeg kunt én je op een passende manier gedraagt. Als er van je gezegd wordt dat je competent bent, betekent dat, dat je genoeg weet en kunt. Een competente scooterrijder weet wat alle verkeerstekens betekenen en hoe de regels in het verkeer zijn. Hij weet hoe hij zijn scooter moet starten, laten rijden en stoppen. Hij wéét dat niet alleen, hij kán het ook. Maar competent zijn betekent méér. Je bent pas competent als je ook doet wat er gedaan moet worden. De competente scooterrijder houdt zich aan de verkeersregels, is voorzichtig, ziet de gevaren voor zichzelf en voor anderen. En wat ook heel belangrijk is: je moet van alles tegelijkertijd kunnen! StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 14

De opstellers van de kwalificatiedossiers hebben een lijst opgesteld van alle competenties. Een paar voorbeelden (op de lijst staan er in totaal 25): Samenwerken en overleggen Presenteren Formuleren en rapporteren Vakdeskundigheid toepassen Materialen en middelen inzetten Bij deze competenties kun je je vast wel iets voorstellen! Werkprocessen en competenties De volgende stap is: welke competenties moet je hebben om een werkproces te beheersen? Dat wordt dus per werkproces een lijstje competenties. Weer een niveau-3-voorbeeld: bij het werkproces Installeren en configureren van systemen zijn dit de competenties: Formuleren en rapporteren: Nauwkeurig en volledig rapporteren Vakdeskundigheid toepassen: vakspecifieke manuele vaardigheden aanwenden en gevoel voor ruimte en richting tonen Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen en middelen doeltreffend en doelmatig gebruiken, goed zorg dragen voor materialen en middelen Analyseren: oplossingen voor problemen bedenken, conclusies trekken, verbanden leggen Creëren en innoveren: verandering zoeken en introduceren Kwaliteit leveren: kwaliteitsniveaus halen, productiviteitsniveaus halen, systematisch werken Instructies en procedures opvolgen: werken conform voorgeschreven procedures en veiligheidsvoorschriften Dat is dus heel wat! In de kwalificatiedossiers kun je ook nog lezen wat er bedoeld wordt. Bij: Kwaliteit leveren bedoelen ze bijvoorbeeld dit: De medewerker beheer ICT pakt het werk ordelijk en systematisch aan en gebruikt zoveel mogelijk beproefde methoden zodat het installeren, configureren en testen van systemen in één keer goed en correct uitgevoerd wordt, de productiviteitsnormen gehaald worden en het opgeleverde informatiesysteem optimaal functioneert. In normale woorden: geen geklungel, maar vakwerk! Kennis en vaardigheden Wat je in het lijstje competenties niet ziet, is dat je iets moet weten, maar dat is natuurlijk wel logisch: je kunt geen vakdeskundigheid toepassen als je die deskundigheid niet hebt! Zo kun je ook geen dingen doen als je niet weet hoe je ze moet doen en als je de vaardigheid niet hebt om ze te doen. De basis van alle competenties is dus kennis en kunde! StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 15

Hoe gaan we je dat leren? Bij ICT-Flex leer je competent te worden door de vakken die we je aanbieden te volgen. Zo n vak is bijvoorbeeld Software : kennis die je nodig hebt voor bijna alle werkprocessen als medewerker beheer ICT. Je leert vaardigheden door te oefenen in de practica van de verschillende vakken. Een router aan de praat krijgen is zo n vaardigheid. Je oefent dat in het datacommunicatiepracticum. Zo leer je en oefen je delen van werkprocessen. Je leert competent te worden door hele werkprocessen in de praktijk te oefenen en uit te voeren. Uiteindelijk zul je hele kerntaken moeten uitvoeren. Studieprogramma In het volgende hoofdstuk lees je hoe dat bij ICT-Flex allemaal in elkaar steekt. Dat hoofdstuk gaat over ons studieprogramma. Nog meer eisen Met de kerntaken en werkprocessen ben je er nog niet! De maatschappij verwacht van je dat je ook goed kunt functioneren als lid van de samenleving. LLB Wat betekent LLB: leren, loopbaan, burgerschap. Ook hier heb je kerntaken en werkprocessen. Die hebben niets te maken met je vak als ICT-er, maar met jou als onder andere werknemer, als student en als consument. LLB is bij ICT-Flex een vak, waarover je in het volgende hoofdstuk meer leest. Een overzicht van de kerntaken en werkprocessen van LLB staat in de laatste bijlage bij dit boekje. Nederlands, Engels en Rekenen Ook aan je beheersing van het Nederlands, het Engels en Rekenen worden eisen gesteld. Er zijn Europese normen voor taalbeheersing en als MBO-student moet je aan die normen voldoen. Dat geldt voor alle studenten, ongeacht het beroep waarvoor ze studeren. Een overzicht van die eisen staat in de laatste bijlage bij dit boekje. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 16

Diploma En wanneer krijg je het diploma? Als je bewezen hebt dat je alle werkprocessen als competente ICT-er beheers. Dat kun je doen door het in de praktijk te laten zien, door te slagen voor een proeve van bekwaamheid (een soort examen), door een project uit te voeren en soms door een portfolio van goed uitgevoerde opdrachten op te bouwen. In een van de volgende hoofdstukken krijg je dat precies uitgelegd. Terugkijkend Als je weet wat er bedoeld wordt met Nee, daar stoppen we nu mee! Je bent nu een competente lezer: je weet dat je iets wat je niet begrijpt moet opzoeken of navragen, voordat je verder gaat. En je doet dat ook, dus dat hoeft niet meer iedere keer gezegd te worden. In dit hoofdstuk heb je geleerd wat een kwalificatiedossier is en waar je er een kunt vinden wat kerntaken en werkprocessen zijn wat het wil zeggen als iemand competent is waar je kunt vinden welke competenties er zijn waarom je kennis en vaardigheden nodig hebt hoe je competent kunt worden en wat er nog meer van je verlangd wordt bij LLB en bij Nederlands, Engels en Rekenen op welke manieren je bewijzen kunt dat je competent bent. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 17

Het studieprogramma Op weg om een competente ICT-medewerker te worden moet je dus werkprocessen leren beheersen en competenties verwerven. Competent worden kun je niet zonder kennis en vaardigheden. Om kennis te krijgen moet je leren en om vaardigheden te verwerven moet je oefenen. Dat doen we op school. We hebben alles wat er geleerd en geoefend moet worden in (school)vakken opgedeeld, zodat de opleiding overzichtelijk wordt. Het complete lijstje vakken bij ICT-Flex ziet er zo uit: Vak ICT-beheerder Netwerkbeheerder Hardware HW3 HW3 Assembleren ASS3 ASS3 Applicatieontwikkelaar Software SW3 SW3 SW3 Netwerkbeheer NETW1, -2, -3 NETW1, -2, -3 NETW1*) Linux LIN4 LIN4 LIN3*) Systeemontwikkeling ONTW4 ONTWN ONTW4 Systeemimplementatie IMPL4 IMPL4 IMPL4 ECDL ECDL3 ECDL3 Service Desk en ITIL SD4 Datacommunicatie DC1, -2, -3 DC1, -2, -3, -4 DC1 Telecommunicatie TEL4 Nederlands NED4 NED4 NED4 Engels ENG4 ENG4 ENG4 Rekenen REK4 REK4 REK4 Algemene Kennis van de ICT ALG4 ALG3 ALG4 Projectmanagement PROJ4 PROJ4 PROJ4 LLB LLB4 LLB4 LLB4 BeroepsPraktijkVorming BPV4 BPV4(N) BPV4(A) Programmeren HTML, PHP Office VBA Database Access Applicatieontwikkeling WEB OFFICE DBAPP APO *) Eén van deze twee naar keuze StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 18

In de kolommen ICT-beheerder, Netwerkbeheerder en Applicatieontwikkelaar staan de vakcodes. Soms zie je in de kolommen een code staan met een 3 als niveau-indicatie, b.v. HW3. Dat betekent dat het vak een niveau- 3-vak is, dat je als voorkennis moet hebben voor niveau 4. Als je die kennis mist, doe je dus een niveau-3 vak erbij. Vakkennis en vaardigheden Sommige vakken hebben direct te maken met het beroep van ICT-er. Dat is bijvoorbeeld heel duidelijk voor Hardware Software Datacommunicatie ECDL Door de opdrachten die je voor deze vakken doet, krijg je vakkennis en, omdat je veel moet doen, ook vaardigheid. Andere vakken Naast de vakken waarmee je praktische ICT-vakkennis en vaardigheden leert, zijn er een paar algemene vakken. Dat zijn o.a.: Algemene kennis van de ICT Nederlands, Engels en Rekenen BPV-opdrachten Leren, Loopbaan, Burgerschap (LLB) Wat je in deze vakken leert heb je bij al je werk in de ICT nodig. Algemene kennis van de ICT In dit vak zit veel theorie over de ICT. Je moet als competente ICTprofessional veel weten over hardware, software, gebruik, ICT-beroepen, toepassingen en al die andere dingen die met je vak te maken hebben. Je moet mee kunnen praten over je vak en weten waarover je het hebt. In alle trajecten van alle opleidingen zit een stuk Algemene kennis van de ICT. Nederlands, Engels en Rekenen Nederlands, Engels en Rekenen horen tot wat men in de ICT "Soft Skills" noemt. Skills is Engels voor vaardigheden. Soft skills is een term die in de ICT gebruikt wordt voor vaardigheden die niet direct met de techniek van de ICT te maken hebben, maar met het omgaan met mensen. Elke ICTmedewerker moet kunnen praten over zijn vak. Dat zeiden we hiervoor bij Algemene kennis van de ICT ook al, maar toen bedoelden we: je moet geen onzin uitkramen, maar met verstand van zaken praten. Bij Soft Skills gaat het erom dat je goed uit je woorden kunt komen, iets duidelijk uitlegt, StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 19

goed luistert, de juiste vragen stelt, een foutloos e-mailtje kunt sturen, een formulier correct kunt invullen, een handboek kunt lezen, de juiste informatie kunt vinden. Ook in het Engels. En, op een wat hoger niveau: een onderzoek doen, een rapport schrijven, een advies samenstellen en dat presenteren, een project documenteren, vergaderen. Ook in het Engels. BPV-opdrachten De letters BPV staan voor Beroeps Praktijk Vorming. In gewone taal noemen we dat vaak stage. Tijdens je stage leer je werkprocessen beheersen en werk je aan je competenties, maar BPV is bij ICT-Flex ook een vak, waarvoor je een aantal opdrachten moet uitvoeren. Die opdrachten hebben te maken met de organisatie waarin je als stagiair aan het werk bent. Je onderzoekt de organisatie en hoe die organisatie met ICT omgaat. Leren, loopbaan, burgerschap (LLB) Het vak LLB is een voor alle MBO-studenten verplicht onderdeel van de studie. Het gaat over jou in onze samenleving (maatschappij), bijvoorbeeld Jij als student... Jij als werknemer Jij als consument. LLB gaat over dingen als leren en je schoolcarrière plannen, maar ook over politiek, consumentenrechten, werknemerszaken zoals arbo en medezeggenschap en gezondheid. Sport Het Deltion College biedt je ook de mogelijkheid aan sport te doen. Bewegen is natuurlijk goed voor je gezondheid, maar sporten is ook om andere redenen belangrijk voor beroepsopleidingen. Bij het sporten kun je individuele competenties ontwikkelen of verbeteren. Doorzettingsvermogen, bijvoorbeeld: een hardloper leert steeds beter vol te houden, niet het bijltje erbij neer te gooien. Je niet door tegenslagen uit het veld laten slaan is er ook zo een. Teamsporten zijn goed voor het ontwikkelen en verbeteren van competenties die te maken hebben met samenwerken. Werken als lid van een team, leiding aanvaarden en leiding geven, kritiek krijgen en opbouwende kritiek geven, het zijn allemaal dingen die in de sport een rol spelen en die je in je beroep ook tegenkomt. Daarom is sport een verplicht onderdeel van alle het vak LLB voor alle Deltion-studenten. Je kunt sporten in het Deltion Sport Expertise Centrum StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 20

ofwel kortweg SportEc. Verderop lees je er meer over in de paragraaf over SportEc. Tijdpad In de tijd uitgezet zien de opleidingen Medewerker beheer ICT, ICT- Beheerder en Netwerkbeheerder er zo uit: Semester 1 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 School BVP School BPV Dit plaatje van de opleidingen mag je zien als uitgangspunt: dit is waarnaar we streven, maar we passen het individueel aan. Afhankelijk van je kennis, vaardigheden en beroepshouding kun je vroeger of later op stage (BPV) gaan. Bovendien proberen we zoveel mogelijk rekening te houden met persoonlijke omstandigheden, maar... Je bent verplicht op BPV te gaan als je trajectbegeleider dat nodig of wenselijk vindt Je bent verplicht je aan de regels voor BPV te houden: een periode van een half schooljaar, vijf dagen per week, 40 of 36 uur per week. De BPV is dus niet zo flexibel! Terugblik Kun je nu uitleggen of beschrijven wat we bedoelen met vakken met welke vakken je aan je vakkennis werkt waarom ICT Soft Skills in het leerprogramma zit en welke vakken daarbij horen waarom de BPV bij ICT-flex ook een vak is wat de afkorting LLB betekent en wat dat vak inhoudt waarom er sport in de opleiding zit Hoe de opleiding in de tijd gezien opgezet is Wat je BPV-verplichtingen zijn. 1 Een semester is een half jaar, twee semesters zijn dus samen één school-jaar. StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 21

Docenten en begeleiders We zijn al vaak ter sprake gekomen in dit boekje en langzaam wordt het tijd wat langer stil te blijven staan bij ons, de docenten van het ICT- Flexteam. Onze taken De docenten van het ICT-Flexteam hebben verschillende taken: Ze maken de opleidingen: de docenten hebben het studieprogramma bedacht, de trajecten en modulen opgezet, materiaal verzameld Ze geven de opleidingen door les te geven, workshops te organiseren, taken en opdrachten te geven, vragen te beantwoorden Ze begeleiden de studenten bij hun studie door gesprekken met ze te voeren, te helpen met plannen maken, de voortgang te controleren, afspraken te maken, oplossingen te zoeken bij studieproblemen Ze beoordelen de studenten door toetsen te geven en na te kijken, door werkstukken te beoordelen, verslagen na te kijken Drie van deze taken worden door vakdocenten gedaan, ieder op zijn eigen terrein: maken, geven en beoordelen. Eén taak doet een docent niet vanuit zijn vak: de studiebegeleiding. Vakdocenten De vakdocenten zijn vakmensen op hun gebied. Zo zijn er docenten die gespecialiseerd zijn in hardware. Zij leren je bijvoorbeeld hoe je een computer samenstelt en bouwt, welk gereedschap je moet gebruiken en hoe je veilig moet werken. Een paar vakgebieden zijn: Hardware Software Datacommunicatie Systeemontwerp Servicedesk ECDL Er zijn ook echte specialismen, bijvoorbeeld (maak je maar geen zorgen als je niet weet wat deze afkortingen betekenen): PHP VBA HTML StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 22

In het team zitten ook vakdocenten op heel andere gebieden, bijvoorbeeld: Nederlands Engels Projectmanagement Op sommige vakgebieden hebben we maar één of twee docenten in ons team, op andere (b.v. ECDL) kun je bijna bij iedereen terecht. Jij en de vakdocent De vakdocent is verantwoordelijk voor alle modulen, taken en opdrachten op zijn vakgebied én voor de beoordeling van al jouw werk op zijn terrein. De vakdocent organiseert workshops over bepaalde onderwerpen en geeft soms gewoon les. Met alle vragen over een vakgebied ga je naar een van de vakdocenten. Het is logisch dat de docent hardware je het beste kan helpen als het om hardware gaat en dat je je het beste kunt laten helpen door de docent Engels als je problemen hebt met het schrijven van een e- mailbericht in het Engels. De vakdocent beoordeelt ook jouw werk op zijn terrein. Als je als opdracht krijgt een sollicitatiebrief met c.v. te maken in het Nederlands, lever je die in bij de docent Nederlands. Hij beoordeelt of jouw werk voldoende is gemaakt. Begeleiding Naast de vakdocenten heb je ook een begeleider. Dat is een van de (vak)docenten van het ICT-Flexteam, die je helpt bij je studie zonder op de eerste plaats aan zijn eigen vak te denken. Omdat je deze begeleider tijdens de hele tijd dat je bij ICT-Flex studeert houdt, noemen we hem jouw trajectbegeleider. Hij begeleidt je vanaf de eerste dag tot je de school verlaat. Wie je trajectbegeleider is hoor je aan het begin van je studie. Je moet zo snel mogelijk kennis met hem maken, zodat je niet alleen de naam van je begeleider kent, maar ook zijn gezicht. En je moet natuurlijk zorgen dat je weet hoe, waar en wanneer je hem bereiken kunt. Wat doet jouw trajectbegeleider? Jouw trajectbegeleider maakt samen met jou een plan: wat ga je wanneer doen? Dat plan heet het POP (Persoonlijk Ontwikkelings Plan of Persoonlijk Opleidings Plan) en je leest er meer over in het volgende hoofdstuk van dit boekje. Het POP is een soort afspraak tussen jou en je trajectbegeleider. Van het moment dat het POP klaar is, ga je samen met de trajectbegeleider kijken of je volgens dat plan werkt. De trajectbegeleider nodigt je regelmatig uit voor een gesprek, waarin jullie samen doornemen hoe je vordert StuderenICTFlex4[2010]-rev/12 oktober 2010 23