Leerlijn Sociaal-emotionele ontwikkeling



Vergelijkbare documenten
Leerlijn Spelontwikkeling. Leerlijnen voor leerlingen met een IQ tot 35

ZML SO Leerlijn Sociale en emotionele ontwikkeling: zelfbeeld en sociaal gedrag

ZML SO Leerlijn Sociale en emotionele ontwikkeling: zelfbeeld en sociaal gedrag

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (ZONDER extra doelen) - versie januari Naam kind. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

Curriculum Leerroute 4 en 5 Sociale en emotionele ontwikkeling

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

SOCIALE EN EMOTIONELE ONTWIKKELING: ZELFBEELD EN SOCIAAL GEDRAG

Leerdoelen leerlijnenpakket CED ZML

Doelenkaart SO. Domein Sociale en emotionele ontwikkeling: zelfbeeld en sociaal gedrag. Schoolstandaard van de Waterlelie

Arrangementen dagbesteding VSO Oriëntatiefase Verdiepingsfase Integratiefase Leerjaar 1 (de

Leerjaar 4, 8 jaar. Leerjaar 5, 9 Jaar

Leer- en ontwikkelingslijnen 0-7 jaar (ZONDER extra doelen) - versie januari Naam leerling. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

De sociaal emotionele ontwikkeling van het jonge kind

Leer- en ontwikkelingslijnen 0-7 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam leerling. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

Tussendoelen sociaal - emotionele ontwikkeling: Omgaan met zichzelf

Leerlijn Communicatie

VSO Leerlijn Sociale competentie

Mozarthof school voor ZML Leerlijn Sociale competentie dd /11

toont enthousiasme (lacht, kirt, trappelt met de beentjes)

Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli Naam leerling. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

Tussendoelen sociaal - emotionele ontwikkeling - Relatie met andere kinderen

Leerlijn/ ontwikkelingslijn Sociaal-emotionele ontwikkeling cluster 4

Basisleerlijn Sociaal gedrag

Leer- en ontwikkelingslijnen 0-7 jaar (ZONDER extra doelen) - versie januari Naam leerling. Taal Beginnende geletterdheid

Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie aug Naam leerling. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

Leerlijn Zelfredzaamheid

Tussendoelen domein SOCIAAL EMOTIONELE ontwikkeling. Zelfbeeld. *bron: SLO ;6 4 4;6 5 5;6 6 6,6 7

EEN BOEK VOL GEVOELENS

Leer- en ontwikkelingslijnen 2-7 jaar (ZONDER extra doelen) - versie januari Naam leerling. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Taal Beginnende geletterdheid. Beginnende geletterdheid-fase 5

Aanpassingen Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind SEO

Leerlijnen jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie november Naam leerling. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

Betrokkenheid. Competentie. De behoefte aan competentie wordt vervuld.

Gastouderbureau MijnGastouderopvang

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Oriëntatiefase Verdiepingsfase Integratiefase. Leerjaar 3, 15 Jaar. Leerjaar 4, 16 jaar

E Grenzen. E1 Niet zomaar meegaan 3 E2 Privé 8 E3 Grenzen in aanraken 13 E4 Ja en nee 19 E5 Fijne en vervelende geheimen 25

VSO Leerlijn Mondelinge taal

Wanneer behaald. Huidige situatie. Vaardigheid OBSERVATIELIJST FLOORTIME

Wat is een normale ontwikkeling?

Verbindingsactietraining

Lucy heeft een ballon

SO/VSO Leerlijn sociale competentie bij de methode STIP

Babylichaamstaal. Van te vroeg geboren baby s

De Puk-poster. Goed voorbeeldgedrag. Een baby ontwikkelt zich razendsnel. Vaak lijkt. dit vanzelf te gaan. Toch is het belangrijk om ook

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar - versie november Naam kind. Motoriek Grote motoriek

Observatielijst Puk & Ko

Lesmodule 4 fasen van. dementie. VOORBEELD LESMODULE: 4 fasen van dementie

Gastouderbureau Barbamama

Acties / Werkwoorden

Taalontwikkeling bij baby s, peuters en kleuters

Vertel de kinderen, of praat met hen over het verschil tussen film, tv kijken of naar het theater gaan.

Naam: Locatie: Groep: Groeibericht

Prikkelmijders+en+Prikkelzoekers+

Miauw! Miauw!

Sociale/pedagogische vragenlijst

Observatielijst bezoek op de werkplek Competentieprofiel

3. Pedagogisch beleid.1.2.2d observatieformulier Pagina 1 van 12

Ontwikkelingsgerichte zorg op de couveuseafdeling van het CWZ

Psychosociale ontwikkeling

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

Peuters: lief maar ook wel eens lastig

General information of the questionnaire

Draaiboek voor een oudergesprek naar aanleiding van het invullen van de signaallijst

Weekprogramma: 1 jaar Zichzelf in de spiegel bekijken en gezichtsuitdrukkingen nadoen

Observatielijst Welbevinden Algemeen (WA)

maakt (kirrende) geluidjes of brabbelt (tegen personen en speelgoed) begint steeds meer woorden te herhalen en (na) te zeggen

Peuters. Lief maar ook wel eens lastig

Inleiding. OMGANGSKUNDE OEFENINGEN Isa Goossens

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Assertiviteit. BOL 1 e jaars AG studenten

Huilen als communicatiemiddel

Over kalveren en vlinders

Waarom dit boek? 7. 1 De ik-fabriek, wat is dat? Lichaamsseintjes Je lichaam is net een fabriek 17

4 Denken. in het park een keer gebeten door een hond. Als Kim een hond ziet wil ze hem graag aaien. Als

Info. Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten. Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Groepsplan groep Vakgebied Spelontwikkeling Tijdsvak

Voorbeeldles VSO/Zorgonderwijs/MG/Blok 3 We zijn aardig voor elkaar Les 9 a+b: Blij!»

Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin. onderdeel ZIEKTEBELEVING. (NON) HODGKIN Ziektebeleving

Methodisch werken binnen Lang Verblijf. woonzorg en dagbesteding

Repetitive Behavior Questionnaire 1. Bedankt dat u de tijd neemt om deze vragenlijst in te vullen

Gastouderbureau Barbamama

Observatielijst Groepsfunctioneren

Kinderen op bezoek op de intensive care (IC) Informatie voor ouders/verzorgers

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen.

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten.

Beeldvorming sociaal emotionele ontwikkeling niveau A Klasgroep: Namen van de kinderen

Doelen ESDM Louis-Henri Periode: februari 2015 mei 2015

Jan Klaassen en Katrijn in Afrika door Nellie de Kok. Samenvatting

Taalontwikkeling: vloeiend en verstaanbaar vertellen en gesprekjes voeren

Voel jij wat ik bedoel? 17/5/2008

E-BOOK 10 GOUDEN TIPS OVER KINDEREN EN EMOTIES. kinderen en Emoties 10 GOUDEN TIPS OVER KINDEREN EN EMOTIES

Vragenkaartjes voor kinderen van 4 t/m 6 jaar

Lesbrief bij de voorstelling Aardblij

Bijlage 7.3 Praten over gedachten en gevoelens

Energiek de lente in!

1.1. Het creëren van een veilige en vertrouwde omgeving

Transcriptie:

Leerlijn 1.1. Emotioneel 1.2. Sociaal

Stamlijn Niveau A Merkt zintuiglijke stimulatie op (aanraking, vibratie, smaken, muziek, licht) Uit lust- en onlustgevoelens Kijkt gericht enkele seconden naar een voorwerp of een gezicht in het midden van zijn blikveld Kijkt gericht enkele seconden naar een voorwerp of een gezicht aan de rand van zijn blikveld Volgt bewegingen die direct in het gezichtsveld komen Volgt bewegingen tot de middellijn Volgt een horizontale beweging (van voorwerp of persoon) vanuit het midden van het blikveld Accepteert lichamelijke aanraking en bewegingen Laat zich kalmeren door lichamelijk contact Laat zich kalmeren wanneer behoeften bevredigd worden (eten, verschonen, lichamelijk ongemak verzachten) Geeft een (glim)lach als een vertrouwd gezicht in het blikveld verschijnt Reageert op nauw contact met een (vertrouwde) volwassene Laat zich kalmeren door een vertrouwde stem (gedrag verandert in reactie op een stem) Reageert als een persoon tegen hem/haar praat Lacht als een ander tegen hem/haar praat Niveau B Reageert op een bepaalde prikkel door het hoofd (of de ogen) te draaien Draait hoofd/ogen richting een geluid dat vlakbij wordt gemaakt Volgt een verticale beweging (van voorwerp of persoon) vanuit het midden van het blikveld Volgt een bewegend voorwerp met de ogen van links naar rechts en kijkt het voorwerp na in de richting waarin het verdwijnt Merkt personen op die door bewegen (zwaaien) aandacht proberen te trekken Reageert met geluiden, mimiek en/ of glimlach op gezichtsuitdrukkingen van volwassenen Kijkt verbaasd of boos als de volwassene ineens een andere gezichtsuitdrukking heeft Reageert anders op een bekend persoon dan een onbekend persoon Geeft blijk van herkenning bij toenadering door een vertrouwd persoon Laat zich kalmeren door een stem van een willekeurig persoon (gedrag verandert in reactie op een stem) Reageert met een glimlach op een lachend gezicht Kijkt naar/speelt met eigen handen

1.1. Emotioneel 1 2 3 Laat merken dat hij ergens angstig voor is (huilen, afwenden, opwinding) Laat merken dat er iets gebeurt dat hij fijn vindt (opwinding) Is te beïnvloeden/kalmeren bij angst en/of woede door een vertrouwd persoon Laat zich kalmeren door een vertrouwd persoon die op afstand toespreekt Merkt op wanneer een vertrouwd gezicht verdwijnt en en terugkeert Geeft zijn voorkeur voor bepaalde prikkels aan (wil aan bepaalde dingen ruiken of ze aantikken, produceert bepaalde geluiden) Ontdekt bewegingen die hij met zijn lichaam kan maken (wiegen) Ontdekt dat hij met zijn lichaam dingen in gang kan zetten (geluiden maken, bewegingen) Lacht tegen zijn spiegelbeeld Laat merken dat hij iets niet wil of niet leuk vindt (door jammeren, afwenden, voorwerp wegduwen, hoofd wegdraaien, mond dichthouden bij eten) Verdraagt het verblijf in een omgeving met meerdere prikkels (lawaaierige omgeving) Verdraagt de overgang van de ene ruimte naar een andere ruimte Laat zich kalmeren door een bekende gewoonte (aai over het hoofd) Weet wat er er komt bij het uitvoeren van een bepaalde handeling (rammelaar maakt geluid bij schudden) Laat merken dat hij verwacht dat een ander terugkomt nadat hij is verdwenen (blijft richting de deur kijken) Is actief bezig in een vertrouwde omgeving als een vertrouwd persoon nabij is Duidt aan dat hij een object dat hij wil hebben (kijken, reiken) Toont interesse voor de bewegingen die hij in de spiegel ziet Drukt verschillende basale emoties uit (blijdschap, verdriet, boosheid, angst) Laat zich kalmeren door een vertrouwd voorwerp die een ander aanreikt (knuffel, lapje) Gaat op zoek naar een voorwerp/persoon die zojuist uit zijn gezichtsveld is gehaald Geeft een consequente reactie op iets dat hij wel/niet wil (bepaald speelgoed altijd wegduwen) Wijst naar een object (op afstand) dat hij wil hebben Herhaalt handelingen die reactie opleveren Herkent zichzelf in de spiegel (voelt aan zijn pet als hij in de spiegel ziet dat hij hem op heeft)

1.1. Emotioneel - vervolg 4 5 6 Is te beïnvloeden bij verdriet, angst, pijn, door een minder vertrouwd persoon (andere leerkracht) Zoekt iets vertrouwds om zichzelf gerust te stellen (knuffel, lapje) Doet iets vertrouwds om zichzelf gerust te stellen (wiegen, afwenden, naar rusthoek gaan) Ontdekt mogelijkheden met zijn lichaam in de omgeving (rennen, stampen) Gaat door met zijn activiteit wanneer een vertrouwd persoon uit zijn omgeving gaat Gaat op onderzoek uit in een vertrouwde omgeving wanneer een vertrouwd persoon even weg is Schudt nee om zijn wil uit te drukken Doet meerdere pogingen om zijn zin te krijgen/aan zijn behoeften te voldoen Protesteert wanneer hij niet krijgt wat hij wil Maakt een keuze tussen iets lekkers of niets (wel of geen banaan) Verdraagt de afwezigheid van een vertrouwd voorwerp/handeling in een vertrouwde omgeving om tot rust te komen (korte tijd zonder knuffel/lapje) Durft een stukje bij een vertrouwd persoon vandaan te gaan (de klas uit, naar buiten) Is te beïnvloeden om de eigen wil los te laten Maakt een keuze tussen iets lekkers en iets nieteetbaars (jam of lego) Maakt een keuze tussen iets lekkers en iets vies (citroen of suiker) Laat een gevoel van trots zien als hem iets lukt (klapt in zijn handen, wijst, lacht) Zoekt enige tijd naar verstopte voorwerpen (ongeveer een minuut) Gebruikt de woorden ik en jij (nog niet consequent) Noemt zijn eigen naam of wijst op zichzelf om aan te geven dat hij iets wil of dat iets van hem is Maakt een keuze tussen twee lekkere dingen (pindakaas of jam)

1.1. Emotioneel Aansluitende doelen ZML-leerlijnen 1.2. Een keuze maken Maakt met geluid en/ of gebaar duidelijk dat hij iets wel of niet wil (nee schudden, ja knikken) Kiest tussen twee concreet aangeboden voorwerpen (bal pop, jam kaas) Maakt met ja en nee duidelijk dat hij iets wel of niet wil Kiest tussen drie concreet aangeboden voorwerpen of pictogrammen 1.3. Opkomen voor jezelf Laat niet zomaar een voorwerp van zich afpakken Gaat in tegen een verzoek van een ander (heeft een eigen wil) 1.4. Omgaan met gevoelens Reageert zichtbaar op een prettige of onprettige ervaring Uit op een zichtbare manier blijdschap (lachen, zingen of huppelen) Uit passief en/of actief zijn gevoelens en wijst naar de aanleiding Toont blijdschap zonder anderen daarmee vervelend te storen

1.2. Sociaal 1 2 3 Doet de gezichtsuitdrukking/beweging van een bekende volwassene na (mond open, tong uitsteken) Trekt actief de aandacht van een vertrouwd persoon in zijn blikveld met gericht kijken, (hard) geluid maken, bewegen, en/of aanraken Merkt personen op die de ruimte binnen komen Trekt de aandacht of wendt zich af wanneer een persoon in zijn blikveld komt Duwt de hand van een ander weg als hij een voorwerp wil houden Herhaalt activiteit/geluid/beweging bij (positieve) reactie van een ander Reageert op zijn eigen naam Trekt actief de aandacht van een vertrouwd persoon buiten zijn blikveld met gericht kijken, geluid maken, bewegen en/of aanraken Maakt op een gepaste manier fysiek contact (aaien) Staat op verzoek een voorwerp af Kijkt verwachtingsvol wanneer hij een voorwerp aan een persoon geeft Reageert op de eigen naam als een vertrouwd persoon hem roept/aanspreekt 4 5 6 Houdt de aandacht van een ander vast Kijkt naar andere leerlingen Imiteert begroetings- en afscheidsrituelen (terugzwaaien) Voert een bekende alledaagse opdracht uit (op stoel gaan zitten) Luistert als een vertrouwd persoon zegt dat iets niet mag Legt beslag op gewenste voorwerpen Trekt actief de aandacht van andere leerlingen Brengt een boodschap over aan een ander (nonverbaal/verbaal) Voert op verzoek begroetings- en afscheidsrituelen uit (zwaaien, handgeven) Imiteert/doet mee met dagelijkse handelingen (huishoudelijke taakjes) Zet de ander in om eigen wens te vervullen (ander als verlengstuk van zichzelf) Maakt zijn wil duidelijk aan andere leerlingen Maakt duidelijk dat hij hulp nodig heeft Voert uit zichzelf begroetings- en afscheidsrituelen uit (zwaaien, hand geven) Imiteert gedrag van volwassenen (in speelgoedtelefoon brabbelen) Voert een minder bekende opdracht uit (iets terug leggen op aangewezen plaats)

1.2. Sociaal Aansluitende doelen ZML-leerlijnen 2.1. Ervaringen delen Trekt met geluid, gebaar of mimiek actief aandacht als hij iets wil zeggen Wijst naar of benoemt een voorwerp dat hij een ander wil laten zien (bal, mooi) 2.2. Aardig doen Troost een ander wanneer die verdrietig is met een aai of kus Deelt iets met een ander als hem dit gevraagd wordt (schuift op, staat speelgoed af)