OPLEIDING tot Verzorgende-IG Kraam Ondersteuningsmagazijn Beroepstaak C Gevorderd KD 2012 Albeda college Branche gezondheidszorg Kwalificatieniveau 3 Cohort: 2011-2012 Fase: gevorderd Naam student:. Albeda college Branche Gezondheidzorg 1
Albeda college Branche Gezondheidzorg 2
De betekenis van preventie en GVO De student geeft de betekenis aan van preventie en GVO Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 1 hoofdstuk 1 met behulp van antwoordmodel. Vraag zo nodig verduidelijking aan de docent. Lees hoofdstuk 1 van boek:voorlichting, advies en instructie Maak uit Thema 1 De betekenis van preventie en gezondheidsvoorlichting: Praktijk 1 van hoofdstuk 1. Praktijk 2 van hoofdstuk 1. Praktijk 3 van hoofdstuk 1 De kennisopdrachten van hoofdstuk 1 Albeda college Branche Gezondheidzorg 3
Gezondheidsvoorlichting De student kan aangeven wat wordt verstaan onder gezondheidsvoorlichting. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 2 Primaire preventie toepassen H1 Gezondheidsvoorlichting met behulp van antwoordmodel. Vraag zo nodig verduidelijking aan de docent. Maak uit Thema 2 Primaire preventie toepassen, H1 Gezondheidsvoorlichting: Praktijk 1 Kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 4
Veiligheid en hygiëne ompetentie De student kan uitleggen wat wordt verstaan onder veiligheid en hygiëne en hoe de veiligheidsrisico s voor het kraamgezin kan worden beperkt. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 2 Primaire preventie toepassen Hoofdstuk 2 Veiligheid en hygiëne met behulp van antwoordmodel. M. Analyseren Lees hoofdstuk 2 thema 2 van het boek: Voorlichting, advies en instructie Maak uit hoofdstuk 2: Praktijk 2 De kennisopdrachten Maak de hieronder beschreven casus Casus Mevrouw Nordheim is zwanger van haar tweede kindje. Jij gaat als kraamverzorgster naar het huis van de familie Nordheim voor een intakegesprek. Het is een gezellige peuter van twee jaar oud die de deur voor je open doet en direct begint te praten over haar val van de trap van zojuist. Ze laat de plaats zien waar het gebeurd is en laat ook trots haar pleister op haar elleboog zien. Ze kletst honderd uit over haar konijn en haar elektrische speelgoedtrein. Mevrouw Nordheim laat haar dochter even haar gang gaan en zet een volle pot thee op tafel. Mevrouw geeft aan dat ze haar dochter lief vindt, maar ook erg moe wordt van de energie die ze heeft. Mevrouw Nordheim vraagt je om haar dochter even te helpen met het aanzetten van de elektrische trein. Terwijl je de trein aanzet zie je dat de stopcontacten niet zijn afgedekt. Vragen bij de casus: 1. Welke veiligheidsrisico s loopt de dochter van Mevrouw Nordheim? 2. Welke preventieve maatregelen moeten er volgens jou genomen worden? 3. Welke actie zou jij ondernemen als jij het intake gesprek zou doen. 4. Welke maatregelen rondom veiligheid neemt de werkgever? Albeda college Branche Gezondheidzorg 5
Hospitalisering voorkomen De student legt in eigen woorden uit wat wordt verstaan onder hospitalisering, wat de kenmerken zijn van hospitalisering en met welke maatregelen hospitalisatie kan worden voorkomen. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 2 Primaire preventie toepassen Hoofdstuk 3 Hospitalisering voorkomen met behulp van antwoordmodel. Vraag zo nodig verduidelijking aan de docent. C. Begeleiden D. Aandacht en begrip tonen. Maak van thema 2 Primaire preventie toepassen, Hoofdstuk 3 Hospitalisering voorkomen: Praktijk 1 Praktijk 2 Kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 6
Veilig, gezond en aangenaam werken De student kan uitleggen wat te doen als kraamverzorgende om onveilige en ongezonde werksituaties te voorkomen. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 2 Primaire preventie toepassen Hoofdstuk 4 Veilig, gezond en aangenaam werken met behulp van antwoordmodel. Vraag zo nodig verduidelijking aan de docent. M. Analyseren Maak van Thema 2 Primaire preventie toepassen, Hoofdstuk 4 Veilig, gezond en aangenaam werken: Praktijk 1 De kennisopdrachten Bekijk de DVD : titel Stress (netwerk) nr. 415.9 Beantwoord de volgende vragen: Vragen: 1. Beschrijf de fysiologie van stress 2. Benoem oorzaken van stress. Albeda college Branche Gezondheidzorg 7
Observeren van gezondheidsproblemen De student kan secundaire preventie toepassen door goed te observeren. Boek Voorlichting, advies en instructie Thema 3 secundaire preventie toepassen Hoofdstuk 1 Observeren van gezondheidsproblemen Met behulp van antwoordmodel. M. Analyseren Lees het aangegeven hoofdstuk en maak de vragen bij praktijk en de kennisopdrachten. Albeda college Branche Gezondheidzorg 8
Observaties rapporteren De student kan schriftelijk en mondeling rapporteren Boek Voorlichting, advies en instructie Thema 3 Primaire preventie toepassen hoofdstuk 2 Observaties rapporteren Met behulp van antwoordmodel. M. Analyseren Lees het aangegeven hoofdstuk en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 9
Gezondheidsproblemen bespreken De student kan gezondheidsproblemen bespreken met de zorgvrager. Boek Voorlichting, advies en instructie Thema 3 secundaire preventie toepassen hoofdstuk 3 Gezondheidsproblemen bespreken met behulp van antwoordmodel. M. Analyseren Lees de aangegeven hoofdstukken en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 10
Reacties op gezondheidsproblemen De student weet de begrippen gezondheidsprobleem, stoornis, beperking en handicap uit te leggen. boek Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen hoofdstuk 1 Reacties op gezondheidsproblemen. Maak gebruik van de antwoordmodellen. M. Analyseren Lees het aangegeven hoofdstuk en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 11
Negatieve effecten van gezondheidsproblemen voorkomen De student kan de negatieve effecten van gezondheidsproblemen benoemen. Studieboek Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen Hoofdstuk 2 Negatieve effecten van gezondheidsproblemen voorkomen. Maak voor het nakijken van de opdrachten gebruik van de antwoordmodellen. M. Analyseren Lees het aangegeven hoofdstuk en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 12
Gevolgen van hospitalisering beperken s De student kan benoemen hoe de gevolgen van hospitalisering beperkt kunnen worden. Studieboek Voorlichting, advies en instructie Thema 4 tertiaire preventie toepassen Hoofdstuk 3 Gevolgen van hospitalisering beperken Maak voor het nakijken van de opdrachten gebruik van de antwoordmodellen. M. Analyseren Lees het aangegeven hoofdstuk en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 13
Aanpassingen in de leefwijze De student kan een zorgvrager adviseren en begeleiden bij het aanpassen van de leefwijze. boek Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen Hoofdstuk 4 Aanpassingen in de leefwijze Met behulp van het antwoordmodel M. Analyseren Lees de aangegeven hoofdstukken en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 14
Vaardigheden, gedragsregels en hulpmiddelen De student kan hulp bieden bij de ondersteuning van de zorgvrager, de omgang met gedragsregels en het gebruik van hulpmiddelen. boek Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen hoofdstuk 5 Vaardigheden, gedragsregels en hulpmiddelen. Maak gebruik van de antwoordmodellen. L. Materialen en middelen inzetten M. Analyseren Lees het aangegeven hoofdstuk en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 15
Andere hulpverleningsmogelijkheden s De student weet welke andere hulpverleners er zijn en wat ze te bieden hebben door het maken van een sociale kaart. boek Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen Hoofdstuk 6 Andere hulpverleningsmogelijkheden Door middel van de antwoordmodellen. M. Analyseren Lees het aangegeven hoofdstuk en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 16
Patiëntenvoorlichting De student kan het doel van patiëntenvoorlichting aangeven en weet hoe deze op methodische wijze gegeven kan worden. boek Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen Hoofdstuk 7 Patiëntenvoorlichting Maak gebruik van de antwoordmodellen. M. Analyseren Lees het aangegeven hoofdstuk en maak de vragen bij Praktijk en de kennisopdrachten Albeda college Branche Gezondheidzorg 17
Geïndiceerde en niet geïndiceerde symptomen De student kan een onderscheid maken tussen geïndiceerde symptomen en niet geïndiceerde symptomen. Boek Voorlichting, advies en instructie Thema 3 secundaire preventie toepassen Hoofdstuk 1 Observeren van gezondheidsproblemen : zie boek. M. Analyseren Maak uit het boek Voorlichting, advies en instructie, Thema 3 secundaire preventie toepassen, Hoofdstuk 1 Observeren van gezondheidsproblemen: de samenwerkingsopdracht. Albeda college Branche Gezondheidzorg 18
Hospitalisatie Taaltaak De student kan uitleggen wat hospitalisatie inhoudt en vertellen door welke maatregelen dit te voorkomen is. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 2: Primaire preventie toepassen Hoofdstuk 3: Hospitalisering voorkomen Internet Bespreek de activiteit na met je groepsgenoten en (eventueel) docent C. Begeleiden D. Aandacht en begrip tonen Je kunt deze activiteit gebruiken als taaltaak. Laat de uitwerking beoordelen door je docent met het beoordelingsformulier schrijven Leg uit wat er verstaan wordt met hospitalisatie door het beantwoorden van de onderstaande vragen. Vragen: 1. Leg in je eigen woorden uit wat je verstaat onder hospitalisering. 2. Wat zijn de kenmerken van gehospitaliseerd gedrag? 3. Hoe ontstaat hospitalisering? 4. Hoe kun je hospitalisering voorkomen? 5. Hoe moet de houding van een verzorgende zijn als ze gehospitaliseerd gedrag opmerkt? 6. Kunnen verzorgenden ook gehospitaliseerd raken?motiveer je antwoord. Albeda college Branche Gezondheidzorg 19
Objectieve en subjectieve zinnen De student toont aan het verschil te weten tussen objectief en subjectief. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema: Secundaire preventie toepassen Hoofdstuk 1: Observeren van gezondheidsproblemen Met behulp van antwoordmodel M. Analyseren Je geeft bij iedere zin aan of deze objectief of subjectief is. Vervolgens bespreek je met elkaar de opdracht. Werkwijze Objectief en subjectief Je ziet hieronder een aantal zinnen staan. Onderstreep bij iedere zin de subjectieve zinsdelen rood en de objectieve zinsdelen blauw. Doe dit eerst individueel, bespreek het daarna na met je groepsgenoten. Welke zinnen zijn objectief en welke subjectief? 1. Het meisje komt de winkel in en loopt naar de winterjassen. 2. Dat mooie meisje heeft een ruige jas aan die haar goed staat. 3. Meneer Peters zal wel weer klachten hebben over het eten, zoals altijd. 4. Hij staat nu een uur te wachten bij de bushalte en kijkt van tijd tot tijd op zijn horloge. 5. Zij was erg slordig gekleed en maakte een onverschillige indruk. 6. Mijn vriendin werd ten onrechte beschuldigd, want die vent heeft gewoon een hekel aan haar. 7. Mijn vriendin is erg onzelfstandig en stelt voortdurend vragen. 8. De man draagt een blauwe broek met een blauwwit gestreepte trui. 9. Volgens mij had ze vandaag geen goede zin, ze keurde alles af. 10. Toen het Joost voor de derde keer niet lukte het stukje in de puzzel te leggen, gooide hij het stukje op de grond. 11. Als hij lacht, knijpt hij zijn ogen samen en komen er rimpeltjes aan weerskanten. 12. Het hoofd van de afdeling zegt tegen de stagiaire dat zij die bewoner de volgende keer niet meer mag helpen met aankleden, omdat deze dat goed zelf kan. Kijk deze oefening gezamenlijk na. Bespreek met elkaar wat de begrippen subjectief en objectief inhouden. Albeda college Branche Gezondheidzorg 20
Observatieverslag De student verwoordt het begrip observatie en is in staat een subjectief observatieverslag om te zetten in een objectief observatieverslag. Boek: voorlichting, advies en instructie Thema 3 Secundaire preventie toepassen Hoofdstuk 1: Observeren van gezondheidsproblemen Laat een medestudent je opdracht nakijken/beoordelen en stel eventuele vragen aan je docent. J. Formuleren en rapporteren M. Analyseren Je leest de opdracht en maakt de bijbehorende vraag. Maak van een subjectief observatieverslag een objectief observatieverslag. Werkwijze Observeren: Je hebt een signaal opgemerkt bij de zorgvrager en je vraagt je af of de behoefte aan zorg aan het veranderen is. Beantwoord de volgende stappen: 1. Eerst moet je voor jezelf bepalen wat je precies wilt weten. 2. Dan vraag je je af in welke situatie je verandering hebt gezien. 3. Vervolgens kijk je in vergelijkbare situaties of je weer hetzelfde ziet. Je doet dat bijv. op vaste tijden van de dag. Je vraagt je dan af; zie ik weer hetzelfde als wat ik de eerste keer heb waargenomen? Er zit een systeem in het observeren. Je hebt er over nagedacht en aan de hand van een plan werk je dat uit. Bij het woord observeren moet je niet alleen denken aan: zien, ruiken, voelen en zelfs proeven. Ook wegen, meten en tellen kunnen hulpmiddelen zijn om nieuwe gegevens te verzamelen. Vraag: Heb je tijdens je stage wel eens iemand geobserveerd? Zo ja, beschrijf de situatie. Zo nee, waarom niet? Soms is het heel moeilijk om goed te observeren, bijv. verdriet of angst voor bepaalde dingen. Bij observeren zijn twee dingen heel belangrijk; objectief en subjectief. Objectief betekent alleen wat is waargenomen; bijv. dit is een spin. Subjectief betekent wat is waargenomen en waaraan dan een eigen mening is toegevoegd, bijv. dit is een heel lieve spin. Observeer objectief, laat je eigen mening erbuiten Observeer nauwkeurig, dus niet alleen horen maar ook. Observeer meer dan één keer en op verschillende momenten Albeda college Branche Gezondheidzorg 21
Opdracht: Lees het onderstaande observatieverslag. Dit verslag is een subjectieve observatie. Maak er een objectief observatieverslag van. Observatieverslag Meneer Karelsen zit verdwaast naar buiten te kijken. Zijn rolstoel ligt op zijn kant naast hem. Hij zal hem wel weer hebben omgeduwd. Hij kijkt erg verdrietig en er loopt een dikke traan over zijn wang. Als hij me ziet zegt hij; waarom moet mij zoiets vreselijks overkomen? Ik zie dat hij ongelukkig is. Hij heeft maar 1 been. Even later doet hij zijn ogen dicht. Een verzorgende komt hem vragen of hij meegaat om een wandeling te maken. Hij reageert agressief. Hij zwaait met zijn armen en roept; ga toch weg mens. Hij draait zijn hoofd naar het raam. Hij doet alsof hij naar buiten kijkt maar hij heeft zijn ogen dicht. Af en toe hoor je een snik. Meneer Karelsen kan zijn handicap niet accepteren. Albeda college Branche Gezondheidzorg 22
Preventie en GVO De student kan uitleggen wat preventie en GVO inhoudt. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 1 De betekenis van preventie en gezondheidsvoorlichting Hoofdstuk1 De betekenis van preventie en GVO Internet Bespreek de opdracht na met 2 à 3 groepsgenoten. Zijn jullie antwoorden vergelijkbaar? Bespreek opmerkelijke verschillen met de docent. I. Presenteren Maak een verslag van de begrippen preventie en GVO aan de hand van de onderstaande vragen. Vragen: 1. Leg in je eigen woorden uit wat jij verstaat onder preventie. 2. Leg in je eigen woorden uit wat jij verstaat onder GVO? 3. Wat versta jij onder gezondheid? 4. Wat wordt bedoeld met lichamelijke gezondheidstoestand? 5. Wat wordt bedoeld met psychische gezondheidstoestand? 6. Wat wordt bedoeld met sociale gezondheidstoestand?. 7 Wat vind jij dat jouw gezondheid bedreigt? 8. Wat bevordert jouw gezondheid? 9. Denk je dat de overheid ook aan preventie doet? 10. Geef aan op welke manier je dit merkt. Albeda college Branche Gezondheidzorg 23
Preventie en GVO aan de kraamvrouw De student heeft kennis van preventie en GVO aan de kraamvrouw Kraamverzorging Vergelijk je uitkomsten met die van een medestudent. Gebruik het antwoordprotocol behorende bij deze opdracht. I. Presenteren, L. Materialen en middelen inzetten Maak de bijbehorende opdracht 1. In een gezin is een baby geboren, het is het eerste kindje. Er komt iedere dag veel bezoek, ook s avonds. De moeder is oververmoeid geraakt en vertelt jou als kraamverzorgster op de laatste dag dat je er bent, dat ze niet weet hoe ze het zonder jou moet redden. Welke adviezen geef je? 2. Een kraamvrouw heeft een langdurige, moeizame bevalling gehad. Ze heeft haar vierde kind gekregen. Ze blijft veel in bed omdat ze wil uitrusten. Straks is de kraamverzorgster weg en moet ze alles weer zelf doen. Je hebt een GVO-gesprek met haar, welke punten komen daarin aan de orde? 3. Wat kunnen oorzaken zijn van overmatig veel huilen en welke adviezen kun je geven aan ouders met een huilbaby? Albeda college Branche Gezondheidzorg 24
Adviezen aanpassing leefwijze De student kan adviezen geven bij gezondheidsproblemen. Boek: voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen Hoofdstuk 4 Reacties op gezondheidsproblemen Door samen met de werkgroepstudentes de evaluatie, die aan het eind van de opdracht in het boek staan, te gaan doen. Vraag eventueel hulp aan de docent. K. Vakdeskundigheid toepassen Maak uit bovenstaand hoofdstuk de samenwerkingsopdracht Variatie: Werk de vragen individueel uit en laat het rollenspel weg. Voor de evaluatie bespreek je met een mede leerling je antwoorden op de vragen. Kies zelf een gezondheidsprobleem waarover je advies wilt geven. Vul zelf het lijstje uit de samenwerkingsopdracht aan. Geef een presentatie over de antwoorden op de vragen in plaats van het rollenspel. Voer een discussie over de antwoorden die je gegeven hebt op de vragen. Maak een folder over het gezondheidsprobleem en de adviezen die jij geeft. Albeda college Branche Gezondheidzorg 25
Contact maken De student is in staat contact te maken met een ander, waarbij de student zich aansluit op het contactniveau van de ander Studieboek De zorgverlening afstemmen en evalueren thema 4 Een functionele samenwerkingsrelatie met een zorgvrager en zijn naasten Hoofdstuk 1 Contact maken met de zorgvrager Bespreek de oefeningen na met je medestudenten en met je docent aan de hand van de evaluatievragen. D. Aandacht en begrip tonen, Door middel van 3 verschillende oefeningen ervaar je hoe je contact maakt met anderen en hoe je je aansluit op het niveau van de ander. Je maakt van iedere oefening verslag en bespreekt deze na met je partner. Benodigdheden: Blinddoek, klaslokaal, allerlei materiaal; tasjes, lippenstift, pennen, sjaals, pen en papier, meerdere kleurpotloden of markers, mede leerlingen Oefening 1 Bij deze fase bied je de zorgvrager situaties aan waarin hij wordt uitgelokt tot het maken van contact. De 2 deelnemers op de gang, waarvan er een geblinddoekt is, worden in de klas uitgenodigd. Degene die kan kijken, leidt de geblinddoekte deelnemer voorzichtig langs de voelroute. Je doet dit door achter hem aan te gaan staan en met beide handen op de schouders de geblinddoekte collega voorzichtig te sturen. Hierbij zeg je wanneer hij moet lopen of stilstaan. Bij een stukje materiaal blijf je staan. De geblinddoekte deelnemer pakt het materiaal op. Tast het goed af en vertelt of het materiaal hard of zacht is, of dat het warm of koud aanvoelt, welke vorm het heeft en waarvan het gemaakt is. Hij vertelt niet wat het is. Oefening 2 In deze fase leert de zorgvrager de mensen en dingen te plaatsen die hem omringen. Iedereen gaat ontspannen zitten, en doet zijn ogen dicht. Dan luister je naar alle geluiden die er om je heen te horen zijn. De leider laat af en toe wat geluiden horen. Denk maar aan een voetstap, de schuivende gordijnen of met een lepeltje in een kopje roeren. De leider probeert ook een geluid te vinden dat (bijna) niemand herkent. Oefening 3 In deze fase ontwikkelt je voorstellings-, en invoelingsvermogen zich. Schrijf een kort verhaaltje over iets wat je hebt meegemaakt. Daarin moeten situaties zitten die bij jou emoties hebben opgeroepen, zoals iets grappigs, iets droevigs of iets spannends. Schrijf het verhaal in de tegenwoordige tijd, alsof het nu op dit moment gebeurt. Je mag geen emoties beschrijven, maar alleen de gebeurtenis. Na 5 minuten ruil je van schrijfblok. Je leest het verhaaltje van je partner een keer aandachtig door. Pak daarna een aantal kleurpotloden of markers waarvan je de kleur vindt passen bij de emoties die in je opkomen wanneer je jezelf verplaatst in de persoon over wie het verhaal gaat. Geef de zinnen die je leest de kleur die volgens jou bij deze emoties passen. Schrijf onderaan je blad welke emotie bij welke kleur hoort. vragen: Albeda college Branche Gezondheidzorg 26
Oefening 1. Op welke manier zorgde de begeleider voor een veilige situatie waarin de geblinddoekte deelnemer de begeleider duidelijk verteld wat zij voelde en waarom lukte dat wel of niet? Welke andere ervaringen heeft de geblinddoekte deelnemer? Welke andere ervaringen heeft de begeleider? Oefening 2. De leider vraagt aan de groep reacties. Wat heb je gehoord? Wie of wat maakte dat geluid? Wat was je ervaring bij bekende geluiden? Hoe was je ervaring bij onbekende geluiden? Oefening 3. Vertel je partner welke gevoelens jij had bij het lezen van zijn verhaal. In hoeverre vindt je partner dat je een goede voorstelling van zaken hebt gemaakt? Herkent jouw partner haar gevoelens in de kleur van de emotie die jij bij haar zinnen hebt geplaatst? Beantwoordt dezelfde vragen opnieuw voor jouw eigen verhaal Albeda college Branche Gezondheidzorg 27
Doelgericht observeren De student kan bewust en doelgericht observeren. Boek Voorlichting, advies en instructie Thema 3 Secundaire preventie toepassen Hoofdstuk 1 Observeren van gezondheidsproblemen Evalueer met behulp van de evaluatiepunten. J. Formuleren en rapporteren Je gaat samen 3 medestudenten bewust en doelgericht observeren. Dit doe je met behulp van onderstaande punten. Voorbereiding Bespreek van te voren: Wie jullie gaan observeren. Wat jullie gaan observeren. Of het om een lichamelijk verschijnsel gaat of om een bepaald gedrag. Waarom jullie gaan observeren. Welk doel jullie hebben om te observeren. Wanneer, hoe lang en waar jullie gaan observeren. Op welke manier jullie gaan observeren. Welke hulpmiddelen jullie gebruiken bij de observatie (maken jullie van te voren een lijst met observatiepunten of letten jullie gewoon op). Bespreek met de docent jullie voorbereiding. Uitvoering Geef uitvoering aan jullie plan om te observeren op het moment en de manier zoals afgesproken. Product: 1. Wat is jullie conclusie naar aanleiding van jullie observatie? 2. Komt jullie conclusie overeen met wat jullie van te voren gedacht hadden? 3. Wat is het verschil tussen bewust/doelgericht observeren in vergelijking met als jullie onder dezelfde omstandigheden gewoon op dezelfde plaats aanwezig waren. Proces: 1. Hoe is de samenwerking verlopen tijdens deze opdracht? 2. Kwamen jullie observaties met elkaar overeen? Met andere woorden: waren jullie observaties steeds hetzelfde of zaten daar ook verschillen in. Afronding Maak een observatieverslag van 2 A4-tjes waarin de voorbereiding, uitvoering en evaluatie (product en proces) beschreven staan. Albeda college Branche Gezondheidzorg 28
Eerste indruk De student kan onderscheid maken tussen objectieve en subjectieve observatie. Boek Voorlichting, advies en instructie Thema 3 Secundaire preventie toepassen Hoofdstuk 1 Observeren van gezondheidsproblemen. Bespreek de opdracht na met je medeleerlingen en vervolgens met je docent. M. Analyseren Door middel van een oefening kom je erachter hoe je een ander, zowel objectief als subjectief, observeert. Werkwijze: Iedere student komt om de beurt binnen, maar mag helemaal niets zeggen. De student gaat staan, lopen of iets doen, dat mag zij/hij zelf bepalen. Andere studenten observeren op: Objectieve kenmerken Subjectieve kenmerken Beschrijf wat je geobserveerd hebt met behulp van onderstaande tabel. Objectief Subjectief Albeda college Branche Gezondheidzorg 29
Folder maken De student kan informatie geven over de begrippen veiligheid en hygiëne. Boek: Voorlichting, advies en instructie thema 2 Primaire preventie toepassen hoofdstuk 2 veiligheid en hygiëne Door samen met de werkgroepstudenten de evaluatie, die aan het eind van de opdracht in het boek staan, te gaan doen. Vraag eventueel hulp aan de docent. I. Presenteren L. Materialen en middelen inzetten Maak uit Thema 2 Primaire preventie toepassen, Hoofdstuk 2 Veiligheid en hygiëne: De samenwerkingsopdracht Albeda college Branche Gezondheidzorg 30
Genetische afwijking s De student kan voorlichting en advies geven, afgestemd op de zorgvrager met een verstandelijke beperking en zijn familie. Boek het verzorgen van mensen met een verstandelijke beperking thema 3 Contextgebonden zorgverlening, hoofdstuk 4 De zorgvrager met een genetische afwijking Vergelijk met een medestudent de antwoorden. C. Begeleiden, D. Aandacht en begrip tonen, I. Presenteren L. Materialen en middelen inzetten Maak uit het boek het verzorgen van mensen met een verstandelijke beperking thema 3 Contextgebonden zorgverlening, hoofdstuk 4 De zorgvrager met een genetische afwijking : - Praktijk 1 en 2 - Opdracht Albeda college Branche Gezondheidzorg 31
Gevolgen gezondheidsproblemen De student kan negatieve effecten van gezondheidsproblemen benoemen. De student kan maatregelen bedenken om de negatieve effecten te beïnvloeden. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Hoofdstuk 2 (Preventie en GVO Hoofdstuk 10). Door samen met de werkgroepstudentes de evaluatie, die aan het eind van de opdracht in het boek staat. Vraag eventueel hulp aan de docent. s I. Presenteren Doe de samenwerkingsopdracht uit het boek preventie en GVO Variatie: Bespreek met 3 a 4 personen een bestaande situatie uit je leven of omgeving waarin gezondheidsproblemen naar voren kwamen. Je kunt het lijstje uit de samenwerkingsopdracht aanvullen met gezondheidsproblemen die je zelf hebt meegemaakt of interessant vindt om te onderzoeken. Bijvoorbeeld een gebroken been, het hebben van migraine enz. Albeda college Branche Gezondheidzorg 32
Instructie geven hulpmiddelen De student kan instructie geven aan een zorgvrager om een hulpmiddel te gebruiken. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen Hoofdstuk 5 Vaardigheden, gedragsregels en hulpmiddelen Door samen met de werkgroepstudenten de evaluatie, die aan het eind van de opdracht in het boek staan, te gaan doen. D. Aandacht en begrip tonen R. Op de behoefte van de klant richten Lees genoemde hoofdstuk en maak hiervan de samenwerkingsopdracht. Variatie: Doe deze samenwerkingsopdracht met z n tweeën. Bespreek de instructie samen na. Verzin zelf een casus waarin je instructie moet geven. bijvoorbeeld: geef instructie aan een zorgvrager met een gehoorapparaat over het schoonmaken ervan. Of geef instructie over het lopen met een looprek...verzin maar. Maak een video instructie over een hulpmiddel voor een zorgvrager. Vraag hiervoor de camera aan de docent. Albeda college Branche Gezondheidzorg 33
Instructie geven De student kan in een rollenspel m.b.v. een stappenplan instructie geven aan een oudere zorgvrager over het uitvoeren van een bepaalde handeling. Boek: Voorlichting, advies en instructie Thema 4 Tertiaire preventie toepassen Hoofdstuk 5 Vaardigheden, gedragsregels en hulpmiddelen Evalueer in subgroepje m.b.v. aantal evaluatievragen die in de opdracht verwerkt zijn. D. Aandacht en begrip tonen L. Materialen en middelen inzetten R. Op de behoefte van de klant richten : Met behulp van rollenspel oefenen in het geven van instructies aan een oudere zorgvrager. Dit is aan de hand van een aantal casussen. Werkwijze 1. Vorm een groepje van 3 a 4 personen (zorgvrager, verzorgende, evt. familie, observant). 2. Maak een keuze uit de beschreven casussen. 3. Neem de gekozen casus door en verdeel de rollen. 4. Spreek af hoeveel tijd je hebt voor de voorbereiding en hoelang het spel mag duren. Het is belangrijk dat de voorbereiding apart gebeurt, op die manier weet de zorgvrager niet hoe er uitleg gegeven gaat worden en weet de verzorgende niet hoe de zorgvrager gaat reageren. 5. Maak een plan voor je instructie en ga methodisch te werk. Volg de stappen van het plan voor het geven van een instructie. Gebruik hiervoor je studieboeken. 6. Speel het rollenspel. 7. Bespreek het rollenspel na. De verzorgende uit het rollenspel vertelt hoe het geven van de instructie is verlopen. Vervolgens vertelt de zorgvrager over zijn ervaringen en het evt. familielid. Hierna vertelt de observant wat hem/haar is opgevallen. 8. Doe hetzelfde nogmaals met een andere rol en een andere casus, net zolang iedereen een keer instructie heeft gegeven. 9. Beantwoord hierbij ook de volgende vragen: a. was de instructie juist? b. was de instructie duidelijk? c. werd de instructie methodisch gegeven? d. was de instructie aangepast aan de zorgvrager? e. heeft degene die de rol van de zorgvrager speelde het idee dat ze de vaardigheid beheerst of het hulpmiddel kan gebruiken? 10. Herhaal bovenstaande stappen met een andere casus. Albeda college Branche Gezondheidzorg 34
Casussen Casus 1. Je geeft mevrouw Klomp instructie over het aan- en uittrekken van elastische steunkousen. Mevrouw Klomp is zes dagen geleden bevallen en heeft trombose. Casus 2; Je geeft mevrouw Jansen instructie in het gebruik van een elektrische borstkolf. Ze ligt tijdens de instructie in bed. Mevrouw is vijf dagen geleden bevallen en is doof. Casus 3: Je geeft mevrouw De Vries instructies over het gebruik van de insulinepen omdat zij blijvend diabeet is. Mevrouw spreek alleen de franse taal Casus 4: Je geeft mevrouw Petterson instructies over het verzorgen haar verblijfskatheter die zij tijdelijk heeft gekregen omdat het urineren niet is gelukt. Albeda college Branche Gezondheidzorg 35
Luisteren De student verwoordt het verschil tussen objectief luisteren en subjectief luisteren. Boek Voorlichting, advies en instructie Thema 3 Secundaire preventie toepassen Hoofdstuk 1 Observeren van gezondheidsproblemen Bespreek de opdracht na met je medeleerlingen en beantwoord de evaluatie vragen. J. Formuleren en rapporteren Je geeft aan elkaar een zin door. Degene die het laatst de zin heeft gehoord schrijft de zin op het bord. Je kijkt hoe de boodschap van de zin is overgekomen. Werkwijze Bij een groep van 12 studenten wordt de groep in tweeën verdeeld. Bij een groep van minder dan 12 studenten wordt er in één groep gewerkt. Iedere groep gaat in een rij zitten. De student aan het begin van de rij krijgt een stukje tekst (zie bijlage) te lezen en vertelt deze door aan de buurman en zo verder. De laatste student van de rij schrijft de tekst op een bord. Vergelijk met elkaar wat er opgeschreven is en wat de begintekst was. vragen 1. Is de tekst goed overgekomen? Zo, niet noteer de nieuwe zin. 2. Geef aan welk deel uit de zin objectief luisteren laat zien. 3. Geef aan welk deel uit de zin subjectief luisteren laat zien. 4. Porbeer er gezamenlijk achter te komen bij wie de zin is veranderd. 5. Onderzoek wat de een reden kan zijn dat de zin bij diegene veranderd is. Je kan dan denken aan dat iemand ergens door afgeleid werd, verschillende interpretaties, articulatie, etc. 6. Bedenk een voorbeeld vanuit je werkveld/stage waarin naar voren is gekomen dat er subjectief geluisterd is. Albeda college Branche Gezondheidzorg 36