SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN



Vergelijkbare documenten
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. PERSANTIN, injectievloeistof 5 mg/ml Dipyridamol

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

NOSCAPINE HCl TEVA 1 MG/ML stroop. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 13 november : Productinformatie Bladzijde : 1

Hulpstof met bekend effect: Opticrom, oogdruppels bevat benzalkoniumchloride. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. PROTAGENS MONO 2 %, oogdruppels, oplossing, voor éénmalig gebruik

Kruidvat Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp mg paracetamol.

ETOS AMYLMETACRESOL PLUS DICHLOORBENZYLALCOHOL HONING & CITROEN zuigtabletten

THIAMINE HCL TEVA 25 MG THIAMINE HCL TEVA 50 MG THIAMINE HCL TEVA 100 MG tabletten

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Kruidvat Amylmetacresol Plus Dichloorbenzylalcohol honing & citroen zuigtabletten

Summary of the Product Characteristics

Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat per ml.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

VITAMINE C TEVA 250 MG VITAMINE C TEVA 100 MG. VITAMINE C TEVA 500 MG tabletten

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

16024 GHRH SPC SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Persantine 50 mg/10 ml Concentraat voor oplossing voor infusie dipyridamol

Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Thiamini hydrochloridum 100 mg/ml, oplossing voor injectie thiaminehydrochloride

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Bij vastzittende hoest, ter vergemakkelijking van het ophoesten indien dit door taai slijm wordt bemoeilijkt.

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Vi-polysaccharide van Salmonella typhi (Ty2 stam)

Package leaflet

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Broomhexinehydrochloride 8 mg tabletten Samenwerkende Apothekers

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Water voor injecties B. Braun, oplosmiddel voor parenteraal gebruik 100% m/v

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Bij vastzittende hoest, ter vergemakkelijking van het ophoesten indien dit door taai slijm wordt bemoeilijkt.

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Hulpstoffen met bekend effect: 0,5 g vloeibare maltitol (E965) en 1,8 g isomaltitol (E953).

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Summary of product characteristics / 1 van 5

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN (Ref )

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Actief bestanddeel: Gezuiverd capsulair Vi polyoside van Salmonella typhi (stam Ty2): 25 microgram

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Eén harde capsule met gereguleerde afgifte bevat 200 mg mebeverinehydrochloride.

Suspensie voor oraal gebruik. Oranje suspensie, vrij van zichtbare verontreinigingen en agglomeraten.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BOOTS PHARMACEUTICALS PARACETAMOL 500 MG tabletten. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 2 juni : Productinformatie Bladzijde : 1

Summary of Product Characteristics

1.3. PRODUCT INFORMATION

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

LUUF VERKOUDHEIDSBALSEM (voor kinderen) Zalf voor inhalatiedamp

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJSLUITER. BIbv pagina 1 van 5 Persantin Retard 150, PIL 1506

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. BRONCHOSTOP Duo Hoestpastilles tijm- en heemstwortelextract

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Addaven bevat: 1 ml 1 injectieflacon (10 ml)

Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Hulpstof: Bisolvon druppels voor kinderen bevat 1 mg methylparabeen (E218) per ml

Thymoseptine is een traditioneel geneesmiddel op basis van planten; het gebruik bij deze specifieke indicatie is uitsluitend gebaseerd op traditie.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Water voor Injecties B. Braun, oplosmiddel voor parenteraal gebruik

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJSLUITER (Ref )

Samenvatting van de Productkenmerken

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

De tabletten zijn geel, rond, vlak met een breukstreep en de inscriptie Ac. Fol. 5.

SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Gaviscon Extra Sterk liquid sticks pepermunt, suspensie voor oraal gebruik

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Volwassenen 1-2 tabletten per keer, maximaal 6 tabletten per dag.

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

MEDIAVEN FORTE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS

Healthypharm B.V., Etten-Leur, The Netherlands XT Luis 4% g/g, oplossing voor cutaan gebruik RVG Dimeticon

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

1 sachet à 5 gram bevat 3,25 gram psylliumvezels (fijngemalen en gegranuleerde vezels van de Plantago ovata).

SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Summary of product characteristics van 5

EFEDRINE HCl TEVA 50 MG/ML oplossing voor injectie. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 14 april : Productinformatie Bladzijde : 1

Hulpstoffen met bekend effect: 8,8 mg propyleenglycol, 1,1 g glucose en 1,4 g sucrose.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Bisolnasal met eucalyptus, neusspray oplossing 1,18 mg/ml

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. NORGALAX, 0,12 g / 10 g, gel voor rectaal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Albert Heijn Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp mg paracetamol.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Xylometazoline EG bevat 1 mg xylometazolinehydrochloride per ml.

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Dipyridamole EG 75 mg omhulde tabletten Dipyridamole EG 150 mg filmomhulde tabletten.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Isosorbide Mononitraat Retard RPH 30 mg, tabletten met gereguleerde afgifte

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS

Transcriptie:

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIbv pagina 1 van 8 Persantin injectievloeistof 5mg/ml, SPC1308

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Persantin, injectievloeistof 5 mg/ml 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 Ampul van 2 ml bevat 10 mg dipyridamol (2,6-bis(diethanolamino)-4,8-dipiperidino-pyrimido (5,4-d)-pyrimidine). Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3. FARMACEUTISCHE VORM Oplossing voor injectie. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 Therapeutische indicaties Persantin injectievloeistof is bestemd voor de diagnostiek van ischemische hartziekten, waarbij het voorafgaand aan thallium-201-myocardperfusie scintigrafie moet worden toegediend. Intraveneuze toediening van dipyridamol wordt beschouwd als een goed alternatief voor inspanningsonderzoek (fiets-ergometrie of tredmolen), voorafgaand aan thallium-201- myocardperfusiescintigrafie, met name bij patiënten die niet in staat zijn tot het leveren van voldoende inspanning (bijvoorbeeld in geval van perifere vaataandoeningen, neurologische afwijkingen, orthopedische aandoeningen, respiratoire aandoeningen, onvoldoende algemene lichamelijke toestand, het niet beheersen van de fietstechniek) of bij wie hiervoor een contra-indicatie bestaat (bijvoorbeeld symptomatisch aneurysma van de aorta). 4.2 Dosering en wijze van toediening Dosering De dosering van Persantin injectievloeistof bij thallium myocardperfusie scintigrafie dient te worden bepaald aan de hand van het lichaamsgewicht van de patiënt. De aanbevolen dosering is 0,142 mg/kg/minuut, toegediend gedurende 4 minuten (0,567 mg/kg totaal). Voorafgaand aan de toediening dient Persantin injectievloeistof in een verhouding van tenminste 1:2 verdund te worden met natriumchloride 0,45% of 0,9% of met glucose 5%, tot een totaal volume van ca. 20-50 ml. Infusie van onverdunde Persantin injectievloeistof kan lokale irritaties veroorzaken. Thallium-201 dient binnen 5 minuten na de injectie met Persantin toegediend te worden. Men dient zich 24 uur voor aanvang van het onderzoek te onthouden van xanthinehoudende dranken of spijzen zoals koffie, thee, cacao en cola. Pediatrische patiënten De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen is niet vastgesteld. BIbv pagina 2 van 8 Persantin injectievloeistof 5mg/ml, SPC1308

4.3 Contra-indicaties Persantin injectievloeistof dient niet te worden toegediend aan patiënten die overgevoelig zijn voor dipyridamol of één van de andere bestanddelen of patiënten die lijden aan een ernstige vorm van CARA (Chronische Aspecifieke Respiratoire Aandoeningen). In de voorgeschreven dosering dient Persantin injectievloeistof niet te worden toegediend aan patiënten die in een niet-stabiele hemodynamische toestand verkeren zoals het geval kan zijn bij een recent doorgemaakt of acuut myocard-infarct, instabiele angina pectoris c.q. dreigend myocard-infarct, bij manifeste decompensatio cordis (klasse IV, NYHA), bij een belangrijke hartritme- of geleidingsstoornis (bijvoorbeeld ventriculaire tachycardie) en bij andere vormen van circulatoire insufficiëntie (bijvoorbeeld cardiogene shock). Andere contra-indicaties worden gevormd door ernstige subvalvulaire aortastenose en ernstige hartklepafwijkingen. 4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik De voor- en nadelen van het gebruik van Persantin injectievloeistof bij thallium myocardperfusie scintigrafie dienen zorgvuldig te worden afgewogen. Stressreacties die vergelijkbaar zijn met inspanningsgebonden reacties kunnen voorkomen. Daarom is een adequate bewaking van de patiënt noodzakelijk. Patiënten met ernstige coronaire aandoeningen dragen een hoger risico. Tijdens de uitvoering van thallium myocardperfusie scintigrafie met behulp van Persantin injectievloeistof dient men parenteraal aminofylline paraat te hebben om eventuele bijwerkingen als bronchospasmen en angina pectoris te kunnen opheffen. Gedurende de eerste 10-15 minuten na aanvang van de intraveneuze toediening van Persantin dient de patiënt ten aanzien van bloeddruk, hartfrequentie en ECG bewaakt te worden. Indien zich ernstige angina pectoris of bronchospasmen voordoen, kan parenteraal aminofylline per langzame (50-100 mg, gedurende 30-60 seconden) intraveneuze injectie overwogen worden, in een dosering van 50-250 mg. Op basis van klinische ervaring lijkt het raadzaam bij patiënten die oraal met dipyridamol behandeld worden en die een farmacologische stress test met intraveneus dipyridamol nodig hebben, de behandeling met geneesmiddelen die orale dipyridamol bevatten 24 uur voorafgaand aan de stress test te stoppen. Indien dit niet gebeurd kan de gevoeligheid van de test afnemen. In het geval van ernstige hypotensie dient de patiënt in achteroverliggende houding geplaatst te worden, indien nodig met het hoofd achterovergebogen, alvorens het aminofylline parenteraal toe te dienen. Indien met 250 mg aminofylline de angineuze klachten niet binnen enkele minuten worden verholpen, kan de sublinguale toediening van nitroglycerine overwogen worden. Als de angina pectoris ondanks de toediening van aminofylline en nitroglycerine niet verholpen wordt, dient rekening gehouden te worden met een myocard infarct. Indien de klinische toestand van een patiënt met een dergelijke reactie het toelaat om 1 minuut te wachten met de toediening van aminofylline, kan het thallium-201 geïnjecteerd worden en gedurende 1 minuut circuleren voordat het aminofylline wordt toegediend. Dit maakt het mogelijk om de initiële scintigrafie uit te voeren voordat de farmacologische effecten van Persantin op de coronaire circulatie geantagoneerd worden. Bij patiënten met myasthenia gravis dient rekening te worden gehouden met een mogelijke interactie tussen dipyridamol en cholinesteraseremmers. (zie rubriek 4.5) BIbv pagina 3 van 8 Persantin injectievloeistof 5mg/ml, SPC1308

4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie Xanthine derivaten (bijv. caffeïne en theofylline) kunnen mogelijk het vasodilaterende effect van dipyridamol reduceren en dienen daarom 24 uur voor het verrichten van thallium-201- myocardperfusiescintigrafie met intraveneuze toediening van dipyramidol gestopt te worden. Dipyridamol verhoogt de plasmaconcentraties en cardiovasculaire effecten van adenosine. Dipyridamol kan het hypotensieve effect van antihypertensiva versterken en kan het effect van cholinesteraseremmers tegengaan, met kans op verergering van myasthenia gravis. Klinische ervaring leert dat de gevoeligheid van de intraveneuze dipyridamol stress test kan afnemen bij patiënten die reeds orale dipyridamol gebruiken. Orale behandeling met dipyridamol dient 24 uur voorafgaand aan de test gestaakt te worden. Wegens de fysisch-chemische eigenschappen dient Persantin injectievloeistof niet met andere injectievloeistoffen gemengd te worden. 4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding Zwangerschap Over het gebruik van dipyridamol in de zwangerschap bestaan onvoldoende gegevens om de mogelijke schadelijkheid te beoordelen Er zijn tot dusver bij dierproeven geen aanwijzingen gevonden voor de schadelijkheid. Persantin injectievloeistof dient alleen tijdens de zwangerschap te worden toegepast wanneer hiertoe een duidelijke noodzaak bestaat. Borstvoeding Dipyridamol wordt uitgescheiden in de moedermelk. Persantin injectievloeistof dient alleen tijdens de lactatie te worden toegepast wanneer hiertoe een duidelijke noodzaak bestaat. Vruchtbaarheid Er is geen onderzoek verricht naar het effect van Persantin op de vruchtbaarheid bij de mens. De resultaten uit niet-klinische studies met dipyridamol duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten op de vuchtbaarheid. 4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en van het vermogen om machines te bedienen Er is geen onderzoek verricht naar de invloed van Persantin op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen uitgevoerd. Patiënten dient echter geadviseerd te worden dat zij ongewenste effecten zoals duizeligheid kunnen ervaren tijdens behandeling met Persantin. Voorzichtigheid is daarom geboden bij het besturen van motorvoertuigen en het bedienen van machines. Als patiënten duizeligheid ervaren, dienen zij mogelijk gevaarlijke taken, zoals het besturen van motorvoertuigen en het bedienen van machines, te vermijden. 4.8 Bijwerkingen Twee observationele studies de Multicenter Dipyridamole Safety Study (1995, n = 73.806 patiënten) en de Ranhosky studie (1990, n = 3911 patiënten) zijn gebruikt om het bijwerkingenprofiel te bepalen, evenals spontane meldingen van bijwerkingen. De bijwerkingen zijn gerangschikt volgens de volgende indeling: Zeer vaak ( 1/10); vaak ( 1/100, <1/10); soms ( 1/1.000, <1/100); zelden ( 1/10.000, <1/1.000); zeer zelden (<1/10.000). BIbv pagina 4 van 8 Persantin injectievloeistof 5mg/ml, SPC1308

Immuunsysteemaandoeningen Zelden: angio-oedeem, overgevoeligheid Zeer zelden: anafylactische reacties Zenuwstelselaandoeningen Zeer vaak: duizeligheid, hoofdpijn Vaak: paresthesie Zelden: transiënt ischemisch attack (TIA) Zeer zelden: cerebrovasculair accident (CVA), convulsies Hartaandoeningen Zeer vaak: angina pectoris Vaak: aritmieën, tachycardie Soms: myocardinfarct, bradycardie Zelden: sinusknoop arrest, hartblok, syncope Zeer zelden: hartstilstand, ventrikelfibrilleren Bloedvataandoeningen Vaak: hypotensie, hot flushes Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen Soms: bronchospasmen Zelden: laryngospasmen Maagdarmstelselaandoeningen Vaak: misselijkheid Soms: buikpijn Zelden: braken, diarree Huid- en onderhuidaandoeningen Zelden: urticaria, huiduitslag Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen Zelden: myalgie Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen Zelden: hartdood, oedeem Onderzoeken Vaak: elektrocardiogram ST-T verandering Zelden: elektrocardiogramverandering Melding van vermoedelijke bijwerkingen Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb (www.lareb.nl). 4.9 Overdosering Symptomen van overdosering met dipyridamol kunnen zijn: hoofdpijn, duizeligheid, gastro-intestinale verschijnselen en hypotensie. Bij onderliggende cardiovasculaire aandoeningen kunnen angineuze klachten ontstaan. BIbv pagina 5 van 8 Persantin injectievloeistof 5mg/ml, SPC1308

Na orale toediening bestaat de behandeling uit absorptieverminderende therapie (maagspoelen na recente inname, toediening van geactiveerde kool en laxans). Vanwege de enterohepatische kringloop en zeker ook in geval van inname van een retard preparaat, kan herhaald geactiveerde kool, zonodig gecombineerd met een laxans, toegediend worden. De verdere behandeling is symptomatisch. Bij ernstige overdoseringen kan langzame intraveneuze toediening van xanthinederivaten (zoals aminofylline (50-200 mg)) als adenosine-antagonist worden overwogen. In het algemeen is een dosis van 100 mg aminofylline voldoende. 5. FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN 5.1 Farmacodynamische eigenschappen Farmacotherapeutische categorie: Thrombocytenaggregatieremmers, ATC-code: B01AC07 De antithrombotische werking van dipyridamol berust op 2 verschillende mechanismen: Remming van heropname van adenosine door de erythrocyten. Remming van de heropname van adenosine resulteert in verhoogde adenosine plasma spiegels. Adenosine activeert enerzijds vasculaire adenosine receptoren die vasodilatatie bewerkstelligen. Anderzijds leidt stimulatie van plaatjes adenosine receptoren tot activatie van adenylaat cyclase, resulterend in een toename van camp. Remming van camp- en cgmp-fosfodiësterase in de bloedplaatjes. Remming van plaatjes fosfodiësterases door dipyridamol verhoogt de hoeveelheid camp en NOgeïnduceerde cgmp in de bloedplaatjes. Beide mechanismen verhogen de camp en cgmp concentratie in het bloedplaatje en remmen daardoor plaatjes functies zoals activatie, adhesie en aggregatie. In de praktijk blijken deze werkingsmechanismen van dipyridamol op het pathofysiologische vlak onder andere te leiden tot een normalisatie van de verkorte levensduur van thrombocyten zoals die kan voorkomen bij verschillende ziekteprocessen. 5.2 Farmacokinetische eigenschappen Distributie Door zijn hoge lipofiliteit (log P 3,92, n-octanol/0,1n NaOH) verdeelt dipyridamol zich over diverse weefsels. Na i.v. toediening (60 mg/75 min) kan de kinetiek het beste beschreven worden aan de hand van een drie compartimenten model: een snelle α-fase, met een halfwaardetijd van ongeveer 3 minuten, die hoogstwaarschijnlijk de distributiefase van het geneesmiddel van het centrale compartiment naar de perifere compartimenten weergeeft. Het schijnbaar verdelingsvolume van het centrale compartiment bedraagt ongeveer 5 l. (vergelijkbaar met plasmavolume). Het schijnbaar verdelingsvolume bij steady state is ongeveer 100 l, wat een verdeling naar de diverse compartimenten weergeeft. Bij dieren vond de distributie voornamelijk plaats naar de lever, en verder naar de longen, nieren, milt en hart. Passage van de placenta door dipyridamol is zeer gering. Dierstudies laten ook zien dat dipyridamol kan worden uitgescheiden in de moedermelk. De plasma-eiwitbinding van dipyridamol is ongeveer 92 99%. Dipyridamol wordt voornamelijk gebonden aan alfa-1-zure glycoproteïnen en albumine Biotransformatie Dipyridamol wordt gemetaboliseerd in de lever voornamelijk door conjugatie met glucuronzuur tot een monoglucuronide, en in geringe mate tot diglucuronide, desalkyldipyridamol en een hydroxyverbinding. Na intraveneuze toediening is ongeveer 10% in de vorm van het monoglucuronide aanwezig. BIbv pagina 6 van 8 Persantin injectievloeistof 5mg/ml, SPC1308

Eliminatie Na i.v. toediening (60 mg/75 min) passend bij een 3-comparimenten model, een ß-fase, met een halfwaardetijd van ongeveer 40 minuten, die de eliminatie weergeeft van het grootste gedeelte van het toegediende geneesmiddel en ongeveer 70% (samen met de α-fase) van de AUC in beslag neemt. Een laatste, verlengde terminale eliminatiefase ( z ) met een halfwaardetijd van ongeveer 15 uur. Dit neemt ongeveer 30% van de AUC in beslag en geeft waarschijnlijk de redistributie weer van een gedeelte van de toegediende dosis vanuit perifere weefsels met een lage capaciteit naar het centrale compartiment. De renale excretie van de moederverbinding is verwaarloosbaar (<0,5%). De uitscheiding van de glucuronide-metaboliet via de urine is gering (<8%), de metabolieten worden voornamelijk (ca. 95%) via de gal in de feces uitgescheiden. De totale klaring is ongeveer 200 ml/min en de gemiddelde verblijfstijd is ongeveer 7 uur. Kinetiek in speciale patiëntengroepen Ouderen Plasma concentraties (AUC) bij ouderen (> 65 jaar) waren ongeveer 30-50% hoger met orale toediening van Persantin dan bij jongere proefpersonen (< 55 jaar). Het verschil wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een afgenomen klaring; de absorptie is vergelijkbaar. Patiënten met verminderde leverfunctie Bij patiënten met leverinsufficiëntie worden geen veranderingen in plasmaconcentraties van dipyridamol waargenomen, maar wel een toename van (farmacologisch inactieve) glucuronides. Terughoudendheid met de dosering wordt niet noodzakelijk geacht zolang er geen klinisch bewijs is van ernstige leverinsufficiëntie. Patiënten met verminderde nierfunctie Er werden geen veranderingen in de farmacokinetiek van dipyridamol of zijn glucuronide metaboliet waargenomen bij patiënten met een creatinineklaring tussen 15 ml/min en >100 ml/min als de gegevens werden gecorrigeerd voor het verschil in leeftijd. Dit is in overeenstemming met de lage renale excretie van dipyridamol (5%). 5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek Er zijn geen klinisch relevante bevindingen waargenomen bij doses die overeenkomen met de therapeutische dosis in mensen. 6. FARMACEUTISCHE GEGEVENS 6.1 Lijst van hulpstoffen Polyethyleenglycol 600, wijnsteenzuur, zoutzuur, water voor injectie. 6.2 Gevallen van onverenigbaarheid Wegens de fysisch-chemische eigenschappen dient Persantin injectievloeistof niet met andere injectievloeistoffen gemengd te worden. 6.3 Houdbaarheid 3 jaar. BIbv pagina 7 van 8 Persantin injectievloeistof 5mg/ml, SPC1308

6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren Bewaren beneden 25 C. Buiten de invloed van licht bewaren. Niet in de koelkast of de vriezer bewaren. 6.5 Aard en inhoud van de verpakking Glazen ampul van 2 ml, 5 stuks 6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. 7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Boehringer Ingelheim bv Comeniusstraat 6 1817 MS ALKMAAR Tel: 0800 2255889 8. NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Persantin injectievloeistof 5 mg/ml is in het register ingeschreven onder RVG 12620. 9. DATUM VAN EERSTE VERLENGING VAN DE VERGUNNING/HERNIEUWING VAN DE VERGUNNING 25 oktober 1988 10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST Laatste gedeeltelijke herziening betreft de rubrieken 2, 4.8 en 6.5: 12 mei 2014 BIbv pagina 8 van 8 Persantin injectievloeistof 5mg/ml, SPC1308