Gemeente museum Den Haag De wereld van Co Westerik groep 7 en 8 Lees- en verteltekst
Voor de leerkracht Museumlesbeschrijving Het Gemeentemuseum organiseert in de herfst een overzichtstentoonstelling van de belangrijke Nederlandse kunstenaar Co Westerik (*1924). Westerik neemt in zijn schilderijen, grafiek en aquarellen bijna altijd de mens tot onderwerp. Hij schildert niet zozeer portretten, als wel mensen in relatie tot elkaar, vaak tegen een landschappelijke achtergrond of in direct verband met planten, dieren en dingen. Aan zijn schilderijen is goed te zien dat hij veel belangstelling heeft voor het lichaam, vooral voor huid. Hij legt nadruk op de weergave van bijvoorbeeld handen, ribben, voeten en gezichtspartijen. Bekend zijn de diverse schilderijen Snijden aan gras die zo n indringend beeld opleveren dat je zelf bijna een snee in je vinger voelt door er naar te kijken. Hij ontkracht de realistische aspecten in zijn werk vervolgens door niet-kloppende verhoudingen in te brengen en door weinig of geen diepte te suggereren. Soms schildert hij, net als kinderen dat op een heel andere manier ook doen, in werkelijkheid onzichtbare dingen als lichtstralen en adem. Al met al roept Westerik een fascinerende wereld op, die een direct appèl op je doet. De kinderen krijgen na het bekijken van een aantal schilderijen allemaal een vergrootglas om daarmee hun eigen hand te kunnen bestuderen: poriën, plooitjes, sproetjes en haartjes geven karakter aan de huid, waaronder de botjes schuilgaan. Het onderwerp van een tekening is dan natuurlijk onder handbereik: je eigen vinger of hand, maar dan sterk vergroot - met al zijn eigenaardigheden.
Lesdoelen De leerlingen bekijken schilderijen van de kunstenaar Co Westerik en vertellen over wat zij zien en daarbij denken. De leerlingen worden zich er bewust van dat ogenschijnlijk gewone dingen bijzonder zijn als je er bij stilstaat. De leerlingen zien dat Westeriks voorstellingen herkenbaar zijn, maar niet net echt. De leerlingen kunnen enkele onderwerpen en kleuren noemen die vaak in het werk van Westerik voorkomen. De leerlingen bekijken hun huid door een vergrootglas en maken naar aanleiding hiervan een tekening. Kerndoelen 1 NEDERLANDS > Mondeling taalonderwijs De leerlingen leren informatie te verwerven uit gesproken taal. Ze leren tevens die informatie, mondeling of schriftelijk, gestructureerd weer te geven. 12 NEDERLANDS > Taalbeschouwing, waaronder strategieën De leerlingen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder woordenschat vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken. 41 ORÏENTATIE OP JEZELF EN DE WERELD > Natuur en techniek De leerlingen leren over de bouw van planten, dieren en mensen en over de vorm en functie van hun onderdelen. Afbeelding voorkant: Co Westerik, Man in het water, vrouw in boot, 1959, olieverf en tempera op doek 54 KUNSTZINNIGE ORÏENTATIE De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken, om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren. 55 KUNSTZINNIGE ORÏENTATIE De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren. 56 KUNSTZINNIGE ORÏENTATIE De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed. Praktische tips Deze lees- en verteltekst is bedoeld om naar eigen inzicht ter voorbereiding van de museumles te gebruiken. De inhoud ervan is een aanvulling op de inhoud van de museumles en valt hiermee bewust slechts gedeeltelijk samen. U kunt deze tekst bijvoorbeeld voorlezen, bespreken of als inspiratie gebruiken voor een andersoortige les. Voor groep 4 zult u dit materiaal uiteraard op een andere manier kunnen gebruiken dan voor groep 7. Ook treft u tot besluit suggesties aan voor een of meerdere les(sen) na het museumbezoek. Het is voor de kinderen fijn om bij hun naam te worden aangesproken in het museum. Een naambordje op hun kleding werkt goed. Het is prettig als u de kinderen alvast zou willen uitleggen dat kunstvoorwerpen in een museum niet aangeraakt mogen worden. Het is mogelijk dat er tijdens de les andere schilderijen van Westerik bekeken en besproken worden dan die afgebeeld staan in deze lees- en verteltekst. Mocht het voorkomen dat u met de kinderen ruim voor aanvang van de museumles arriveert in het museum, dan kunt u de Bewaking of de Informatiebalie in de hal vragen om tekenspullen. Zo kan de wachttijd plezierig en zinvol worden besteed.
Voor de leerlingen Co Westerik Ieder land heeft zijn eigen beroemde kunstenaars. Een van de bekendste schilders van Nederland, die nu nog leeft, is Co Westerik. Hij werd geboren in ónze stad Den Haag op 2 maart in het jaar 1924. Als je een beetje rekent weet je dat hij nu dus 82 jaar oud is. Al meer dan vijftig jaar tekent en schildert hij en maakt hij prenten. En dat doet hij nu nog. Kunstenaars gaan meestal niet met pensioen. Ze willen en kunnen niet stoppen met het maken van kunst. De helft van het jaar woont Westerik in Frankrijk; de andere helft in Nederland. Samen met zijn kunstwerken reist hij heen en weer. Eigen stijl Als je eenmaal schilderijen van Co Westerik hebt bekeken, zul je ze altijd en overal herkennen. Dat is zeker. De manier waarop hij schildert is typerend. Niemand anders schildert zo. Het is een eigen stijl. Als je zijn schilderijen ziet, lijken ze op het eerste gezicht heel echt. Je kunt namelijk goed zien waar ze over gaan. Maar dan, als je iets beter kijkt, valt je op dat er iets vreemds mee aan de hand is. Zo echt blijkt de voorstelling toch niet te zijn. Er hangt een wonderlijke sfeer, waar je zelf bij kunt fantaseren. Er zit een verhaal achter. Westerik verwondert zich over mensen en de wereld. Dat zie en voel je in zijn schilderijen. Klein zelfportret (3) met bril, 1994, olieverf en alkyd op paneel
Om te bedenken -Hoe word je kunstenaar? -Hoe leer je schilderijen maken? Verf Co Westerik is een kunstenaar die veel weet van soorten verf en hoe je hiermee kunt werken. De eerste schildering op een doek - de eerste laag - schildert Westerik vaak met tempera (tém-pera). Dat is de verf waarmee kunstenaars lang geleden werkten, toen je nog niet fluitend naar de winkel liep om een tubes olieverf te kopen. Temperaverf wordt een kunstenaar zelf gemaakt: een mengseltje van geklutst eigeel en pigment (gekleurd poeder). Als de eerste laag klaar is, laat hij de tempera drogen. Ondertussen werkt hij aan een ander schilderij. De tweede laag schildert Westerik met olieverf. Hij vindt dat werken in laagjes verf het mooist wordt. Co Westerik, De visvrouw, 1951, olieverf en tempera op doek Co Westerik, Plant plukken (1), 1987, olieverf en tempera op doek
Om zelf te doen Zin om zelf verf te maken? Bereid het voor met je meester of juf, vader of moeder. Wat je nodig hebt: -een ei -een beetje water -pigment (te koop in winkels met kunstschilderspullen) -azijn -2 jampotjes met deksel -oud plat bord -een pollepel -een kaasschaaf -een kwast met stevige haren Hoe je het maakt: -Breek een ei voorzichtig doormidden. Laat het eiwit tussen je vingers door lopen; houd het eigeel ondertussen voorzichtig in je hand. Vraag of een volwassene het voordoet als je niet weet hoe dat gaat. Grassen in storm, 2001, olieverf, tempera en alkyd op paneel
-Prik met een schaar zachtjes in de eierdooier, die je in je in je hand houdt. -Laat het eigeel in een potje lopen (en gooi het vlies van het eigeel weg). -Doe net zoveel kraanwater in het potje als er eigeel is. -Voeg 2 druppels azijn toe. -Sluit het potje en schud flink. -Strooi nu een hoopje pigment op een plat bord. -In het midden maak je een kuiltje waarin je een beetje water giet. -Wrijf met de platte kant van een pollepel (houd hem dus horizontaal) het pigment door het water. Maak daarbij de beweging van een 8. -Haal met een kaasschaaf het gekleurde papje van de glasplaat en doe het in een potje. -Giet er net zoveel eimengsel bij als er pigmentpasta is. -Roer alles met een kwast met stevige haren door elkaar. -Nu heb je temperaverf! -Pas op: tempera bederft snel en gaat dan flink stinken! Man in zonlicht, 1992, olieverf, tempera en alkyd op doek
Om te doen Draai je eens om naar het meisje of de jongen naast wie je zit in de klas. Bekijk met aandacht zijn/ haar ogen. Giechel eerst maar even. Maar kijk daarna écht. Zie je hoe ingewikkeld zo n oog in elkaar zit en hoe mooi dat is? Maak er een tekening van. Om te beleven Ga eens op een mooie dag in het gras liggen. Draai je op je zij en verbaas je over hoe groot die grassprieten zijn. Tuur op je rug naar de hemelsblauwe lucht en wees gelukkig dat je leeft. Om over te filosoferen Stel dat jij kunstenaar was. Waar zouden jouw kunstwerken over gaan? In het museum Binnenkort ga je met de klas naar het museum. Daar gaan we schilderijen bekijken van Co Westerik en er samen verhalen bij bedenken. We gaan ook zelf tekenen. Op een andere manier dan je gewend bent. Het onderwerp? Dat ben jij zelf. Met een vergrootglas bekijk je je eigen hand. Er is meer te zien dan je misschien dacht: poriën, plooitjes en sproetjes. Daar maak je een tekening over. Aan het einde van de les kun je altijd en overal een schilderij van Co Westerik herkennen.
Voor de leerkracht Boeken en andere informatiebronnen over de kunstenaar Co Westerik ISBN90-90209-95-6 ISBN 90-77907-35-1 Tentoonstellingscatalogus Co Westerik. Overzichtstentoonstelling, Gemeentemuseum Den Haag, 2006, Fenna de Vries (samenst. en red.), Co Westerik. Grafiek, BnM Uitgevers, 2006, Co Westerik - Ik wil het niet zien maar het moet (met film en al zijn schilderijen op DVD. Met gedichten van Rutger Kopland, Nicolaas Matsier, Hans Tentije, Willem van Toorn, Leendert Witvliet), Uitg. Waanders, 2002, ISBN 90 400 8730 x www.westerik.nl ww.gemeentemuseum.nl www.wikipedia.nl Lessuggesties voor ná de museumles 1) Tempera maken Zie in deze lees- en verteltekst de beschrijving bij: om zelf te doen. 2) Schilderen met tempera Nadat de kinderen in groepjes verschillende kleuren tempera hebben gemaakt, kunnen ze hierna gaan schilderen. Zorg dat de verf dun is (eventueel wat aanlengen met water). Laat de leerlingen in lagen werken. Dat wordt het mooist. Wel moet een laagje verf altijd droog zijn voordat er een nieuwe laag overheen wordt aangebracht. Temperaverf droogt gelukkig snel. Met tempera kun je schilderen op stevig op aquarelpapier. Maar het mooist en meest klassiek is het om op hout te schilderen. Bij houthandelaren zijn vaak gratis of heel voordelig kleine stukjes resthout te krijgen. Laat de kinderen voordat ze gaan schilderen eerst een laagje gesso aanbrengen met een kwast. Gesso is een witte onderlaag die nodig is om de verf goed te laten hechten (gesso is te koop bij winkels voor schilderbenodigdheden). 3) Verhalen schrijven Hogere groepen: Laat de kinderen naar aanleiding van afbeeldingen in de lees- en verteltekst, schilderijen die in hun hoofd zijn blijven hangen na de museumles, of platen uit een boek over Co Westerik een verhaal/opstel schrijven. Laat hen bedenken wat er net vóór de afbeelding op het schilderij gebeurde, wat er op het schilderij aan de hand is, en wat er daarna gebeurde.
Voor de leerkracht Lagere groepen: Laat de kinderen naar aanleiding van afbeeldingen in de lees- en verteltekst of platen uit een boek over Co Westerik een verhaal hardop vertellen. De een begint met een stukje verhaal of zin, de ander gaat verder; zo de klas door totdat het klassenverhaal af is. 4) Gedichten schrijven De schilderijen van Co Westerik hebben veel dichters geïnspireerd tot het schrijven van gedichten. Geef de kinderen een afbeelding van een schilderij van Co Westerik en laat hen daarbij een elfje schrijven. Een elfje schrijven Schrijf vijf regels onder elkaar in totaal elf woorden die mooi zijn bij het schilderij: 1 woord, 2 woorden, 3 woorden, 4 woorden, 1 woord. Kijk maar hieronder, zo gaat het. Schrijf hier 1 woord Schrijf hier 2 woorden Schrijf hier 3 woorden Schrijf hier 4 woorden Schrijf hier 1 woord oktober 2006 Gemeentemuseum Den Haag afdeling Educatie Tekst: Jet van Overeem Productiebegeleiding: Arjenne Bouwknegt Vormgeving: Anneke van der Stelt, Rotterdam Deze lees- en verteltekst is ook te downloaden vanaf onze site: www.gemeentemuseum.nl