PATIËNTENINFO HEUPFRACTUREN



Vergelijkbare documenten
Delirium - acute verwardheid. informatie voor patiënt en familie

Patiënteninformatie. Acute verwardheid

Heu e pfrac a tu t ur u

Informatiebrochure voor familie & betrokkenen

Acute verwardheid. Informatie voor familie en betrokkenen

PERSOONLIJKE EVOLUTIEFICHE

Orthopedie. Instructies voor patiënten met een kunstheup

REVALIDATIEBROCHURE TOTALE KNIEPROTHESE SINT-ELISABETH GODVEERDEGEMSTRAAT ZOTTEGEM ALGEMEEN ZIEKENHUIS

REVALIDATIE BROCHURE TOTALE HEUPPROTHESE

REVALIDATIEBROCHURE TOTALE HEUPPROTHESE SINT-ELISABETH GODVEERDEGEMSTRAAT ZOTTEGEM ALGEMEEN ZIEKENHUIS

Onthaalbrochure. Tips voor het dagelijks leven. na een heupoperatie

Patiënteninformatie. Delier: Acute verwardheid

REVALIDATIE 8.1 KINESITHERAPIE. 2. Voeten op en neer bewegen:

De totale knieprothese Ergotherapeutisch advies

PATIËNTENINFO. Totale knieprothese. Praktische tipss. Fysische geneeskunde - Ergotherapie

H E U P F R A C T U U R P R O T H E S E

Revalidatie na een heupprothese INFORMATIE VOOR PATIËNTEN

Delier. Informatie voor familie en betrokkenen

REVALIDATIE BROCHURE TOTALE KNIEPROTHESE

Ontslag na een totale heup- of kophalsprothese

REVALIDATIEBROCHURE NA KNIEPROTHESE

Adviezen na totale heupoperatie

Totale heupprothese. Tips voor thuis en meest gestelde vragen. Afdeling Orthopedie

De patiënt met acuut optredende verwardheid (delier)

Subtrochantere fractuur. Breuk onder de. Collumfractuur De breuk ligt in het bovenste gedeelte van het dijbeen, collumfractuur. verdikking van het

De heupfractuur. Bekkenbeen. Heupkom Femurkop (kogel) Dijbeen (femur)

DECUBITUSPREVENTIE SAMEN DECUBITUSLETSELS VOORKOMEN. - Patiëntinformatie -

Acute verwardheid (Delier/Delirium)

Delier. Acuut optredende verwardheid

Oefeningen en adviezen na een totale heupoperatie

De medische term voor doorliggen is decubitus. Het is een beschadiging van de huid. U kunt het krijgen als u veel in één houding ligt of zit.

Revalidatiebrochure na knieprothese

Acuut optredende verwardheid Delier

Totale heupoperatie. Oefeningen en leefregels voor de eerste maanden

Gebroken heup (proximale femurfractuur)

Uw heupgewricht is vervangen vangen door een kunstheup (heupprothese

Onderwerp: Acute verwardheid of delier

Knieprothese. Revalidatiebrochure

Spoedopname 2 2. Collumfractuur 3 Pertrochantere fractuur 3 subtrochantere fractuur. 3 4

I Informatiebrochure I

Delirium op de Intensive Care (IC)

Vermijden van doorligwonden

I n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n

Adviezen na een totale knieprothese

Gebroken heup. Algemeen

Overzicht van de postoperatieve oefeningen. Pagina 1 van 13

GEBROKEN HEUP BIJ EEN VOLWASSENE

Informatie over delier

De patiënt met plotseling optredende verwardheid (delier) Informatie voor familie en betrokkenen

Een gebroken heup. Albert Schweitzer ziekenhuis januari 2013 pavo 0174

Totale heupprothese (nieuwe heup)

Revalidatie na een knieprothese INFORMATIE VOOR PATIËNTEN

Wat is decubitus? Wanneer ontstaat decubitus?

Patiënteninformatie. Delier of plotse verwardheid. GezondheidsZorg met een Ziel

H Zorg voor kwetsbare ouderen

Decubitus (Doorliggen / Doorzitten) Wat kan ik doen?

Adviezen voor patiënten na een totale heupoperatie

Fysiotherapie na een heupprothese (Rapid Recovery) Afdeling Fysiotherapie

Doorliggen. Wat kunt u daar aan doen?

Voorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis. Handleiding voor patiënten

TOTALE HEUP OPERATIE

Fysiotherapie na heupoperatie

Gebroken heup. Heelkunde

Informatiebrochure. Revalidatie na Totale Heupprothese. H.-Hartziekenhuis vzw Mechelsestraat Lier tel fax

Patiënteninformatie. Leefregels en adviezen na een totale heupoperatie via de voorste benadering Leefregels nieuwe heup ventraal.

Doorliggen. (decubitus) Verpleging

Voorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis Handleiding voor patiënten

Acute verwardheid of delier

Een totale knieprothese

REVALIDATIEBROCHURE NA HEUPPROTHESE

Decubitus. samen doorligwonden voorkomen

Voorkomen van doorligplekken

DELIER. Informatie voor partner, familie en vrienden

Hoe u doorligwonden (decubitus) kunt voorkomen

Voorkom een heup uit de kom

Acute verwardheid / Delier

Voorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis.

Acuut optredende verwardheid (delier) Informatie voor familie en bezoekers van het Intensive Care Centrum UMC Utrecht. Afdeling Intensive Care

Delier. (Acuut optredende verwardheid)

Adviezen na totale heupoperatie

DE PATIËNT MET ACUUT OPTREDENDE VERWARDHEID/DELIER INFORMATIE VOOR FAMILIE EN BETROKKENEN

Algemene informatie. Voorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis - Kom uit het bed -

Belasten van de heup 8 Herstel en revalidatie 9 Complicaties 10 Nazorg 10 Ontslag Vragen 11. Spoedopname 2 3

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Voorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis -Kom uit bed-

Doorligwonden (decubitus) Beter voorkomen dan genezen!

Revalidatie nieuwe knie operatie

FIT VOOR EEN NIEUWE KNIE

Onlangs heeft u een heupprothese gekregen en bent u opgenomen geweest op afdeling Orthopaedie.

Fysiotherapie na een KopHals Prothese (Orthopedie)

Adviezen na een totale heupvervanging

acute verwardheid adviezen na een ZorgSaam

Ontslag na een totale knieprothese

Decubitus (doorliggen)

Acuut optredende verwardheid (delier)

Na een totale heupoperatie

ACUUT OPTREDENDE VERWARDHEID (DELIER) INFORMATIE VOOR PATIENT, FAMILIE EN BETROKKENEN

Orthopedie. Instructies voor patiënten met een kunstknie

Onlangs heeft u een heupprothese gekregen en bent u opgenomen geweest op afdeling Orthopaedie.

Patiënteninformatie. Het delier. Informatie voor familie en betrokkenen terTER_

Wat kan ik doen als ik al wonden heb? Deze folder is ook voor u. De adviezen om doorliggen te voorkomen, kunnen u ook helpen.

Transcriptie:

UNIVERSITAIRE ZIEKENHUIZEN LEUVEN PATIËNTENINFO HEUPFRACTUREN

INHOUD INLEIDING 3 INLEIDING..................................................3 ALGEMEEN..................................................4 TWEE SOORTEN HEUPBREUKEN...................................5 DE IDEALE BEHANDELING.......................................6 BREUKEN VAN DE FEMURHALS...................................7 PERTROCHANTAIRE FRACTUREN...................................9 REVALIDATIE NA EEN HEUPFRACTUUR.............................10 MOGELIJKE PROBLEMEN.......................................12 DOORLIGWONDEN.......................................12 BEHANDELING..........................................12 INFO VOOR FAMILIE..........................................14 WAT IS EEN ACUTE VERWARDHEID?..........................14 BEHANDELING..........................................14 U KUNT ALS FAMILIE OOK HELPEN...........................15 ONTSLAGVOORBEREIDING......................................17 PRAKTISCHE TIPS NA EEN HEUPPROTHESE..........................18 PRAKTISCHE GEGEVENS........................................26 Deze informatiebrochure over heupfracturen is in de eerste plaats bestemd voor de patiënt zelf. Het kan echter ook nuttig zijn voor familie of andere personen die de patiënt regelmatig bezoeken om de brochure eens door te nemen. Sommige patiënten lijden tijdelijk aan een acute verwardheid na een heupoperatie. In dat geval raden wij een begeleidend persoon aan om, in het belang van de patiënt, zeker het stukje acute verwardheid vanaf bladzijde 14 te lezen. Hebt u na het lezen van deze brochure nog vragen? Aarzel dan zeker niet ze te stellen. De artsen en verpleegkundigen zullen u graag meer uitleg geven. Wij wensen u een spoedig herstel en een aangenaam verblijf in ons ziekenhuis. De dienst Traumatologische heelkunde Eenheid 456-457 Groene pijl, 5de verdieping

4 ALGEMEEN TWEE SOORTEN HEUPBREUKEN 5 De diagnose heupfractuur wordt in ons land jaarlijks zowat 10.000 keer gesteld. In ongeveer 75 procent van de gevallen gaat het om vrouwen ouder dan 75 jaar.verzwakking van de botten door osteoporose ligt mee aan de basis. Na een banaal ongeval, zoals uitglijden op een gladde vloer of struikelen over een pantoffel, ontstaat al een breuk. Deze breuk komt vaak voor ter hoogte van de heup omdat het skelet daar het meest kwetsbaar is. De behandeling van heupfracturen is erop gericht om, met een zo eenvoudig mogelijke operatie, de patiënt zo snel mogelijk terug te laten stappen en naar huis te laten gaan. De patiënt kan immers na deze ingreep het gekwetste been onmiddellijk terug belasten. Verschillende factoren bepalen welke de beste behandeling is.vooral de aard van de breuk, de fysieke en de mentale conditie van de patiënt op het moment van het ongeval zijn van belang. Er bestaan twee soorten heupfracturen of heupbreuken. Bij het eerste type is de breuklijn net onder de heupkop gelegen (figuur 1a). Dat deel van het bovenbeen of het femur noemt men de hals. Men spreekt dan van een femurhalsfractuur. Uit ervaring is gebleken dat bij een dergelijke breuk de bloedtoevoer naar de heupkop in het gedrang komt. Hierdoor zal de fractuur moeilijk genezen. Door de lage bloedtoevoer kan de heupkop later zelfs afsterven. De andere fracturen liggen wat lager. Dat deel van het bovenbeen noemt men de trochanterstreek. Hier gaat het om een pertrochantaire breuk (figuur 1b). De breukstukken krijgen nu wel voldoende bloed, waardoor er geen gevaar is voor botversterf. Deze breuken zijn soms erg complex en niet altijd gemakkelijk te behandelen. fig. 1a fig. 1b

6 DE IDEALE BEHANDELING BREUKEN VAN DE FEMURHALS 7 Over de noodzaak van een operatie bestaat geen twijfel. Zonder een heelkundige ingreep raakt de patiënt nooit meer te been en gaat zijn algemene toestand snel achteruit. De vraag is nu welke operatie het best uitgevoerd wordt. De operatieve behandeling mag geen te zwaar risico inhouden. De patiënt moet snel kunnen beginnen met de revalidatie en mag meteen volledig steunen op het geopereerde been. Goed begeleide kinesitherapie is dan ook even belangrijk als de operatie zelf. De fysieke en mentale toestand van de patiënt op het ogenblik van de heupbreuk is heel belangrijk. Kon de patiënt (in het geval van oudere patiënten) net voor het ongeval nog behoorlijk zelfstandig stappen?lijdt hij niet aan een of andere ernstige ziekte (hartproblemen, ademhalingsmoeilijkheden, kanker, dementie enzovoort) waardoor de levensverwachting beperkt is of waardoor een zware operatie onmogelijk wordt? Ook de familiale toestand van de senior is van belang: woont hij nog thuis, met een partner of bij familie? Of verbleef hij in een instelling? In zowat tien procent van de gevallen is de breuk onvolledig ter hoogte van de hals van het femur (of het dijbeen) en niet verplaatst. Het volstaat dan om via een kleine insnede een drietal schroefjes aan te brengen. De genezing verloopt meestal probleemloos, maar bij tien procent van de patiënten kan toch nog versterf van de heupkop optreden. Meestal is een halsbreuk echter sterk verplaatst en moet men kiezen tussen het fixeren met schroeven of het aanbrengen van een heupprothese. In UZ Leuven kiest men al jaren voor een heupprothese. Uit ervaring is gebleken dat een senior dankzij een heupprothese veel sneller opnieuw zelfstandig kan stappen, minder pijnklachten heeft en meer kans heeft om dezelfde fysieke toestand te verkrijgen zoals voor de breuk. Bij een schroeffixatie verloopt de revalidatie langzamer en heeft de patiënt meer pijn. Er bestaat ook een reële kans dat er na een jaar, als de breuk niet genezen is, toch nog een prothese moet aangebracht worden. Er zijn twee soorten prothesen. In het ene geval wordt enkel de heupkop verwijderd en wordt deze vervangen door een kophalsprothese. (zie foto) Dit is een eenvoudige en weinig belastende operatie. Het kraakbeen van de gewrichtspan komt hierbij wel in contact met een metalen heupkop. Dit veroorzaakt lange tijd geen problemen, maar als de senior nog jaren (minstens vijf jaar) actief blijft stappen, kunnen ernstige pijnklachten optreden.

8 PERTROCHANTAIRE BREUKEN 9 Een andere mogelijkheid is om, naast de kop van het bovenbeen, ook de gewrichtspan in het bekken te vervangen. Dit is de pan onderaan het bekken waarin het bovenbeen zit en draait. Men spreekt dan van een totale heupprothese (zie foto). Bij een totale heupprothese blijven laattijdige pijnklachten achterwege, maar de operatie duurt langer en veroorzaakt meer bloedverlies. Deze ingreep wordt dan ook voorbehouden voor de echt valide senioren met een nog grote levensverwachting (jonger dan 80 jaar, geen belangrijke ziektetoestanden, nog goed te been voor het ongeval, enzovoort) Voor de pertrochantaire fracturen is het plaatsen van een prothese slechts zelden nodig. Bij deze breuken worden de beenstukken opnieuw aan elkaar vastgemaakt. Dit noemt men een osteosynthese. Ook hier bestaan twee methoden. In beide gevallen wordt een flinke schroef ingebracht in de hals en de kop van het dijbeen. Bij de ene methode zit de schroef in de huls van een zijplaat die langs de buitenzijde op het bot wordt aangebracht. Bij moeilijke breuken wordt zelfs nog een extra zijplaat aan het bot bevestigd. Bij de andere methode zit de schroef doorheen een stevige nagel die in de mergholte van het dijbeen is ingebracht. Bij beide methodes heeft de schroef een dynamisch karakter. Dit betekent dat, wanneer de patiënt enkele dagen na de operatie terug op het geopereerde been stapt, die schroef letterlijk in de plaat of de nagel, kan glijden. Hierdoor worden de botstukken stevig in elkaar ingehamerd. Aan beide methoden zijn voor- en nadelen verbonden. In UZ Leuven worden de twee manieren toegepast.

10 REVALIDATIE NA EEN HEUPFRACTUUR 11 EERSTE DAG NA DE OPERATIE Al vanaf de eerste dag na de operatie wordt er gestart met de revalidatie. Op die manier worden complicaties zoals doorligwonden, circulatieen ademhalingsstoornissen vermeden en wordt u voorbereid op een snel ontslag uit het ziekenhuis. Bij een totale heupprothese moet u in bed blijven met een (abductie-) kussen tussen de benen en een (antirotatie-) spalk aan het geopereerde been. De kinesitherapeut geeft oefeningen in bed en controleert uw ademhaling. Indien er een osteosynthese werd uitgevoerd, dan mag u al rechtop zitten onder begeleiding van iemand van het verzorgend team. U mag hierbij steunen op het geopereerde been tenzij de behandelende arts dit verbiedt. TWEEDE DAG NA DE OPERATIE VOLGENDE DAGEN De oefeningen en marsrevalidatie worden voortgezet. In de mate van het mogelijke worden er allerlei oefeningen gedaan: stappen met behulp van een looprek of krukken; Noot: mensen die voordien goed te been waren leren best zo vlug mogelijk terug stappen zonder loophulp, zodat ze de handen vrij hebben voor andere activiteiten zoals een boek dragen, deur openen enzovoort; zelfstandig stappen zonder loophulp; zelf opstaan uit de zetel of van het toilet; zelf uit bed komen; de trap op- en afgaan; volledige zelfstandigheid bij dagelijkse activiteiten zoals wassen, kleden, enzovoort. Patiënten met een totale heupprothese mogen onder begeleiding van de verpleegkundige, de kinesitherapeut of de ergotherapeut voor de eerste keer in de zetel zitten. De oefeningen worden uitgebreid: bewegen van de knie en de enkels versterking van de beenspieren versterking van de bilspieren U leert terug stappen met ondersteuning.

12 MOGELIJKE PROBLEMEN 13 DOORLIGWONDEN Een doorligwonde of een decubitusletsel van de huid en of het onderliggend weefsel ontstaat door: te lang in dezelfde houding te liggen of te zitten, zonder veel te bewegen. Hierdoor veroorzaakt het eigen lichaamsgewicht een aanhoudende druk; in het bed of in de zetel onderuit te glijden zodat de huid en de spieren over elkaar schuiven; wrijving van de huid over het beddengoed. Een doorligwonde kan pijnlijk zijn en geneest langzaam. Het letsel varieert van roodheid van de huid tot ernstige huidbeschadiging of diepe wonden. wisselhouding verloopt volgens een bepaald schema dat vermeld staat op het blauwe formulier naast uw bed. Het is noodzakelijk dat u voldoende eet en drinkt. Als u niet genoeg kunt eten, krijgt u een voedingssupplement (Nutridrink). Dit melkdrankje bevat een hoge dosis eiwitten en calorieën en past bij elk dieet. U moet per dag minstens anderhalve liter vocht opnemen. Wenst u nog bijkomende informatie over doorligwonden? Vraag dan de UZ-brochure Doorligwonden aan de verpleegkundige. Elke patiënt met een sterk verminderde beweeglijkheid kan doorligwonden krijgen maar het risico ligt bij oudere patiënten aanzienlijk hoger. BEHANDELING Het verzorgende team zal er nauwlettend op toezien en de nodige maatregelen treffen om te vermijden dat u doorligwonden gaat ontwikkelen. Afhankelijk van het soort ingreep mag u al de eerste of de tweede dag na de operatie in de zetel zitten. Met behulp van enkele kussens kan de druk op bepaalde risicoplaatsen verminderd worden. Om de druk op de hielen te verminderen, plaatst men een kussen onder de onderbenen. Indien nodig kunt u nog bijkomende hielbeschermers (blauwe botjes) aandoen. Tijdens de bedrust zullen de verpleegkundigen u om de drie uur van houding veranderen. In zijligging wordt dan een kussen tussen de benen geplaatst om de druk van het ene been op het andere te vermijden. De

14 INFO VOOR FAMILIE 15 WAT IS EEN ACUTE VERWARDHEID? Uw familielid werd opgenomen voor een operatie aan de heup en reageert plots ongewoon op een aanspreking of een gesprek. De patiënt blijkt niet te weten dat hij opgenomen is in het ziekenhuis, weet niet meer wat er gebeurd is, vertoont tekenen van onrust en geagiteerd gedrag, herkent u niet direct en kan zelfs een beetje agressief uit de hoek komen. Soms zien oudere patiënten bijvoorbeeld beestjes of horen ze geluiden die er niet zijn. Op een ander moment is de patiënt abnormaal rustig en stilletjes teruggetrokken, iets wat u niet van hem gewoon bent. De patiënt valt bijvoorbeeld overdag voortdurend in slaap en het kost u moeite om zijn volledige aandacht te krijgen. Dit fenomeen noemt men acuut optredende verwardheid of delirium en komt voor bij één op vier oudere patiënten die in het ziekenhuis worden opgenomen met een gebroken heup. Deze toestand is tijdelijk en van voorbijgaande aard. BEHANDELING Heel wat medische factoren zoals zuurstoftekort, ontsteking, tekort aan vocht en pijn kunnen een acute verwardheid veroorzaken. Artsen en verpleegkundigen doen hun uiterste best om de oorzaak zo snel mogelijk op te sporen en te behandelen. Zoals eerder vermeld werd, is deze toestand tijdelijk en kan de verwardheid enkele uren tot enkele dagen duren. De algemene toestand en de leeftijd van de patiënt bepalen hoe snel deze acute verwardheid behandeld kan worden. Soms kan een patiënt met een acute verwardheid onrustig zijn, aan de lakens en infuzen trekken, uit bed proberen te komen wanneer dat niet kan of niet mag. Het kan dan noodzakelijk zijn om de patiënt vast te maken zodat hij niet uit bed valt en zich kwetst. Soms is het nodig om de patiënt voor een korte periode rustgevende medicatie toe te dienen. Als er iemand op bezoek komt, kan de bezoeker een oogje in het zeil houden en aan de verpleegkundige vragen om de patiënt los te maken. De verpleegkundige moet wel verwittigd worden als de bezoeker vertrekt. U KUNT ALS FAMILIE OOK HELPEN Er bestaan vele oorzaken van verwardheid. Bij sommige oorzaken kunt u de verpleegkundigen helpen en zelfs acute verwardheid voorkomen. Uw familielid was het gewend om thuis slaapmedicatie of andere medicatie in te nemen, maar heeft dit niet gemeld aan het verzorgend team. Door het plotse stopzetten van deze medicatie, kan er verwardheid optreden. Ook de combinatie van de medicijnen die in het ziekenhuis toegediend worden en deze die thuis werden ingenomen, kan voor problemen zorgen. Bezorg daarom een lijst van ALLE medicijnen die de patiënt thuis innam aan de verpleegkundige, ook van de medicijnen waar geen doktersvoorschrift voor nodig is. Uw familielid was het gewend om thuis vóór het slapengaan een slaapmutsje te drinken. Door het plotse stopzetten hiervan kan een acute verwardheid optreden. Breng dus zeker de verpleegkundige op de hoogte. Uw familielid draagt een bril of gehoorapparaat, maar is die vergeten mee te brengen. Breng deze hulpmiddelen zo snel mogelijk naar het ziekenhuis en moedig de patiënt aan om ze te gebruiken. De spoedopname, de vreemde omgeving van het ziekenhuis en de operatie zijn voor de patiënt zeer ingrijpende en stresserende gebeurtenissen. Omdat de patiënt rust nodig heeft, is het aangewezen om tijdens de eerste dagen na de operatie het aantal bezoekers te beperken. Het bezoek van een vertrouwd persoon, iemand die de patiënt goed kent en waar hij goed mee overweg kan, is daarentegen zeker aan te moedigen. Als u op bezoek komt, zeg dan wie u bent en waarom u komt.vertel de patiënt, indien mogelijk, dat hij ziek is en in het ziekenhuis ligt. Geef de vertrouwde roepnaam door aan de verpleeg-

16 ONTSLAGVOORBEREIDING 17 kundigen zodat zij de patiënt op een voor hem herkenbare manier kunnen aanspreken. Het helpt ook als u vertrouwde objecten meebrengt naar het ziekenhuis, zoals bijvoorbeeld een foto waar de patiënt veel belang aan hecht, de wekker van thuis of de stads- of buurtkrant waaruit u stukjes kunt voorlezen. Het is beter voor de patiënt dat u niet meegaat met de vreemde waanideeën of de dingen die de patiënt ziet of hoort maar die er niet zijn. Probeer de patiënt niet tegen te spreken maar maak hem, indien mogelijk, wel duidelijk dat uw waarneming anders is. Maak geen ruzie. Praat met de patiënt over bestaande personen en echte gebeurtenissen. Als de patiënt angstig is, probeert u hem gerust te stellen door eventueel te zeggen dat u zoveel mogelijk bij hem zult blijven. Voor meer informatie kunt u altijd terecht bij de verzorgende verpleegkundige of bij de behandelende arts. Na een heupoperatie zult u ongeveer een à twee weken op onze afdeling blijven. Tijdens deze periode krijgt de operatiewonde tijd om te helen en zal er gestart worden met de revalidatie. Het spreekt voor zich dat het ontslag uit het ziekenhuis de nodige vragen bij u oproept.als u alleen woont, moet er daarom tijdens de eerste weken thuis wat extra opvang voorzien worden. Mogen wij u vragen om zo snel mogelijk contact op te nemen met onze sociaal werkster? Zij zal samen met u naar de nodige oplossingen zoeken om uw ontslag uit het ziekenhuis zo vlot mogelijk te laten verlopen. Indien u in een rustoord verblijft, zullen wij zeker contact opnemen met het rustoord en de nodige informatie doorgeven. Het rustoord wordt ook altijd tijdig op de hoogte gebracht van uw terugkeer.

18 PRAKTISCHE TIPS NA EEN HEUPPROTHESE 19 Na het plaatsen van een heupprothese worden volgende bewegingen best vermeden om te voorkomen dat de heup ontwricht raakt (alle foto s werden genomen voor een patiënt met een prothese aan de linkerzijde): Het overdreven plooien van de geopereerde heup (meer dan 90 ) (fig. 1) extreme draaibewegingen van het geopereerde been (fig. 2) de benen kruisen (fig. 3) x x x Zitten: houd de benen recht voor het lichaam (fig. 5) kies geen te lage of te zachte zetel (fig. 6), neem liever een stoel met een hoge en harde zitting als u gaat zitten, plaats u het geopereerde been best vooruit en steunt u op de armleuning (fig. 7) u mag de benen niet kruisen (fig. 8) x fig. 1 fig. 2 fig. 3 In bed liggen: U ligt best op uw rug met een kussen tussen de benen, zodat u ze niet onverwachts kunt kruisen. Na enkele weken mag u in zijligging op de niet-geopereerde zijde slapen, op voorwaarde dat u de knie van het geopereerde been ondersteunt met een voldoende dik kussen (fig. 4) fig. 5 fig. 7 fig. 6 x fig. 8 fig. 4

20 21 Staan: steun op beide benen houd de benen lichtjes gespreid neem altijd kleine pasjes bij het draaien (fig. 9 en 10) x Schoenen en kousen aantrekken: om te vermijden dat u de heup te veel plooit, gebruikt u best aangepaste hulpmiddelen (fig. 13, 14 en 15) u kunt met uw knie steunen op een stoel en de schoen langs achteren aantrekken (fig. 16) fig. 9 fig. 10 fig. 13 fig. 14 Een voorwerp van de grond oprapen kan op twee manieren: 1. steun met de hand bv. op een kast (fig. 11) steun met uw lichaamsgewicht op het niet-geopereerde been buig voorover terwijl u gelijktijdig het geopereerde been naar achter strekt 2. gebruik een hulpmiddel (fig. 12) fig. 15 fig. 16 Hurken of bukken: tijdens de eerste maanden na de operatie kunt u zich best niet bukken of hurken. fig. 11 fig. 12 Uit bed komen: zet u recht in bed door te steunen op uw armen draai uw bekken en benen samen tot over de rand van het bed

22 23 Trappen: steun bij voorkeur op de trapleuning (fig. 17) naar beneden gaan: plaats (eventueel) de kruk(ken) een trede lager (fig. 18) plaats daarna het geopereerde been een trede lager (fig. 19) zet het gezonde been bij (fig. 20) naar boven gaan: plaats het gezonde been een trede hoger (fig. 22) zet het geopereerde been en (eventueel) de kruk(ken) bij (fig. 23) fig. 21 fig. 22 fig. 23 fig. 18 fig. 17 fig. 19 fig. 20 Auto instappen: zet uw zetel zo ver mogelijk achteruit ga zijdelings zitten met uw benen uit de wagen zoek steun met de beide handen (gebruik dashbord en portierstijl) draai uw benen en romp samen naar binnen zet uw zetel in de gepaste positie. Opgelet: plooi hierbij uw heup niet te veel uitstappen: open de deur en zet uw zetel zo ver mogelijk achteruit draai uw benen en romp samen naar buiten steun met beide handen op het dashbord en de portierstijl en sta recht

24 25 Een bad nemen: vermijd om diep in het bad te gaan zitten (fig. 23 en 24) fig. 23 fig. 24 Naar het toilet gaan gebruik eventueel een toiletverhoger en een handgreep (fig. 25 en 26) Wassen aan de lavabo ga zitten op een stoel om uw voeten te wassen, kunt u een washandje over een badborstel met een lange steel schuiven om uw voeten af te drogen, kunt u best een grote handdoek gebruiken. U kunt de onderzijde van uw voet afdrogen door de handdoek dubbel te plooien en in een lus rond de voet te houden. Op die manier hoeft u niet te ver voorover te buigen. De bovenzijde van uw voet kan afgedroogd worden met diezelfde handdoek. Als bijkomend hulpmiddel kunt u bv. een stok of borstel met een lange steel gebruiken. Aankleden ga zitten op een stoel een broek, rok of ondergoed kunt u aantrekken met wasknijpers die bevestigd zijn op houten stokjes plaats uw voeten in het kledingstuk trek het naar boven verwijder de wasknijpers fig. 25 fig. 26 Een douche nemen gebruik een antislipmatje en/of stoeltje

26 PRAKTISCHE GEGEVENS NOTITIES 27 DIENSTHOOFD Prof. dr. Paul Broos MEDISCHE STAF Prof. dr. Peter Reynders Prof. dr. Paul Vanderschot Dr. Stefaan Nijs HOOFDVERPLEEGKUNDIGE Mevr. Hilde Vervecken KINESITHERAPEUTEN E 456: Dhr. Patrick De Boodt E 457: Dhr. Dirk Heylen Mevr. Els Horemans ZORGVERANTWOORDELIJKEN E 456: Danny Dierckx E 457: Lieve Jochmans SOCIAAL WERKSTER Mevr. Lena Hollemans PASTOR Vera Nelen ADRES Afdeling Traumatologische Heelkunde UZ Gasthuisberg Herestraat 49 3000 Leuven E 456: Tel. 016 34 45 60 E 457: Tel. 016 34 45 70

2005 Universitaire Ziekenhuizen Leuven Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Algemene Directie van de Universitaire Ziekenhuizen Leuven. Ontwerp en realisatie De tekst van deze brochure werd opgesteld door de dienst Traumatologische heelkunde in samenwerking met de dienst communicatie. Verantwoordelijke uitgever Universitaire Ziekenhuizen Leuven Herestraat 49, 3000 Leuven Tel. 016 34 49 00 www.uzleuven.be juni 2005