De koren- en pelmolen van Midwolda



Vergelijkbare documenten
SMS-je nieuwsbrief van de Slochter Molen Stichting

Leonard Janssen molenaar Kepelse Meule van

Contract tussen de volmachten van de molenkolonie De Vereeniging Oostkant te Borgercompagnie met de molenaar

Iets over de Scheemder molens

MOLENROUTE TUBBERGEN 30 KM

De Rosmolen te Kampen

Boven in het pand bevinden zich twee platte gevelstenen. In een van de gevelstenen (boven de voordeur) is de tekst 'HUIZE LOUISE' gebeiteld.

Cursusdag 4: Les lokatie. Brugge: Boeverbos, Leopold III laan, 41

BOERDERIJ MOERBEEK 48 LUTJEWINKEL juni boerderij Moerbeek 48. Inleiding. eerste steen. Luchtfoto vanuit het noorden.

De naam van het kindertehuis is Visatorii Dat betekent dromen. De droom werd een nachtmerrie.

B1 Hoofddorp pagina 1

6Plekjes met voelbare historie

Familie Olgers HET GESLACHT OLGERS IN EN RONDOM. Het Oldambt GESCHREVEN DOOR. Albert Olgers en Jochum Roosma. Kerk te Midwolda

Het Snijdersplein. Voorwoord

HANDBOEK VAN EEN WAGENMAKER

Molen De Vier Winden te Pieterburen

De molen te t Lage van de Weg

Warder in Gevelstenen. De oude huizen van Warder met hun gevelstenen

Van Hoop tot Hoop een bereisde molen

Opdrachten De Korenmolen

D52, Past. Van Haarenstr

SMS-je. nieuwsbrief van de Slochter Molen Stichting

Lesbrief voor het basisonderwijs. Molen de Windhond Soest. De korenmolen. Stichting De Windhond Soest Lesbrief Korenmolen de Windhond Pagina 1

Ik zocht een oude woning en die heb ik gevonden

Ongelukken in, om en met de molens

De Jonge Pieter in Leimuiden

Wie was Schafrat(h)? En wat was de relatie met Van Gogh?

Turfgravers worden binnenschippers

DIJKHUIS ZWAAGDIJK-OOST

Tuinaanbod. Overzicht te huur / te koop staande percelen bij Onze Tuin in Kampen

De graven van de molenaarsfamilie Tillema op de begraafplaats Snakkeburen te Ulrum

MOLENS. Molens in Nederland

de straat van toen Koningstraat Naaldwijk

De molens en molenaars te Zeerijp

Uitzicht op de heuvels 10 km van Kabaya Uitzicht op de heuvels ten noorden van Kabaya. Ongeveer 7 km van het dorp.

Welke opdracht gaf Jakob aan zijn zonen vanwege de hongersnood?

Ytzen Lieuwes Tamminga # Hiltje Karsjens Kalma * , *

OPEN VRAGEN. VRAGENLIJST n r I VERGELIJKEND EXAMEN Brussel, zaterdag 10 maart 2012 (voormiddag)

Café Kerkemeijer te Rekken

VRAGENLIJST n r II CONSULTATIES-CLAUSULES

Lekker erbij! Appelpunt 2,35 verse huisgemaakte appeltaart met rozijnen en walnoten

Het huis had een houten skelet, daartussen fistelstek besmeerd met leem.

9.1 MOLENROUTE REIMERSWAAL een fietsroute van 36 km. Deze route is gebaseerd op de ANWB/VVV toeristenkaart schaal 1:

Agnes Alida Huber liet samen met haar zuster Judith Anna

Gent 24b. De Predikherenlei anno 1820 door de Hollandse soldaat Wynantz. Onderbergen. Het pand van de Dominicanen. Predikherenlei

Het Bergpad 20km. Beste scout,

Archief van het Algemeen Armbestuur van Poortvliet

De Romeinen. Wie waren de Romeinen?

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

Lesbrief: bolbloem geschiedenis GESCHIEDENIS VAN DE BLOEMBOL. Bloembollenteelt in Nederland

Ik ga mijn spreekbeurt houden over vuur. Ik heb alvast op het bord geplakt waar ik het over ga hebben:

PRIJSBEHEERSCHING IS ZELFBEHEERSCHING

Korenmolen te Grootegast (1)

Nieuwsbrief molen De Nachtegaal nr. 2, november 2011

Over de kerk van Marum

DE KANTEELSTEEN OP T STINS AAN T PASTORIEHUIS TE FERWERD IN HET JAAR 1712.

Eendvogelstraat 50 - Heinkenszand

Het. riet- en gevestigd. Wilgenhorst. kopen. Sliebewust. zijn van drie. was

De Kilsdonkse Molen. Guusje van Boekel. Groep 6B

Vroeger. door Bart Middelburg. Tekening Maarten Oortwijn/Noord-Hollands Archief

Familie Van Bergen. Belangrijke brandweerpersoonlijkheden: Louis van Telgen

Een rijker en groter land dankzij molens

honderd jaar geleden De zomer van 1911 was een rampjaar voor Haaren. Uit Tilburgsche Courant, 8 Augustus 1911 Jos Schuurmans

Pagina 1

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

VERKOOP Woonhuis Plasweg 41 met bijbehorende boerderij Geertruidahoeve, genummerd Plasweg 39 te Waddinxveen

De erfenis. Notaris. Snif, ik mis opa zo! Daniël, Mijn vader was jouw opa helemaal niet! Gerrie

Concept Raadsvoorstel

Notariële Akten na Overlijden Klaas Breedijk (172 )

Architectuur in de toekomst Waar moet je rekening mee houden als je een vrijstaand woonhuis gaat bouwen in de toekomst?

HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET.

Familie Olgers HET GESLACHT OLGERS IN EN RONDOM. Het Oldambt GESCHREVEN DOOR. Albert Olgers en Jochum Roosma. Kerk te Midwolda

Erg ruime en lichte eengezinswoning!

De Uffelter familie Odie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 1 Datum: 27 januari 2010

Werkgroepen. Henk van Hees, Geutoomserf 23, 3755 VL Eemnes. tel

Route.nl - Meer dan 1900 gratis fietsroutes

D67, Hintelstraat 12

Restauratie van De Jonge Jan te Uithuizen

Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te

Dag van het Kasteel 2012

EEN NIET UITGEVOERD PLAN VOOR DE BOUW VAN EEN RHENENSE WATERTOREN

J.J. Allanstraat 63 van Simon Jacobszn Schoen en zijn zoon Gerrit Simonszn Schoen

Annie M.G. Schmidtlaan 69 OEGSTGEEST. Vraagprijs: ,- k.k. Aanvaarding: in overleg

Inhoud. Het leven van Escher. Weiland wordt vogel. Kringloop metamorfose. De wereld op z n kop.

DE OUDSTE GENERATIES VAN HET KAMPER REGENTENGESLACHT VAN INGEN

FireSafety Testimonial. Swinkels tuin & park - Mierlo

Grotestraat 180, 5141 HD Waalwijk

Schoolbestuur baha i-school Bofokule

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Tegenstrijdige opdrachten.

<<< Molen Hunsingo te Onderdendam >>> <<< Ander Molennieuws >>>

Ridder Hendrik van Norch en familie.

Overdrachtsbelasting.

Beoordeling permanente bewoning voor 31 oktober 2003

<<< Nieuwe techniek in een oud jasje >>>

SMS-je. nieuwsbrief van de Slochter Molen Stichting

Boerderij Binnenwijzend 102

Splitsing karakteristieke boerderij Spanjaardsdijk 58 Schalkhaar

Transcriptie:

De koren- en pelmolen van Midwolda door J. P. Koers en T. Kiewiet. In het jaar 1628, tijdens de bekende saneringsmaatregel, stonden er in Midwolda een tweetal houten standerdmolens: een pas gebouwde en een olde. Van de twee mocht de oudste blijven staan, de andere diende te verdwijnen. Lange tijd was de blijver de enige molen in het dorp. Pas in 1854 liet J. Spoor elders aan de Hoofdweg een nieuwe korenmolen bouwen. Deze molen was later eigendom van T. Alfing en werd in 1927 gesloopt, nadat in 1923 de roeden waren verwijderd. Overigens zijn de berichten uit 1628 niet de oudste molengegevens. In 1564, zo weten we uit het Diarium Alting, verkochten de Midwolder kerkvoogden een zekere moele voor 120 Emder gulden, om de door watersnood en vijandelijke invallen berooide kerkkas wat te vullen. Van deze molen is verder niets bekend. De molen uit dit artikel, de blijver van 1628, vinden we voor het eerst vermeld op de provinciekaart van Bartoldus Wicheringe uit 1616. Hoewel er over de historie van de molen tot aan het midden van de 18e eeuw slechts fragmentarisch iets bekend is, is het toch de moeite waard de reeds bekende gegevens eens op een rijtje te zetten. Vooral ook, omdat het plan van de voormalige gemeente Midwolda om de molen in oude glorie te herstellen, door de nieuwe gemeente Scheemda is opgepakt. Als de molen op 25 mei 1745 door Jacobus Molema van Nieuwolda wordt overgedragen aan zijn zoon Gerhard Molema, wordt er nog duidelijk gesproken over een behuizing, molen en molenberg. Kennelijk stond er in die tijd nog een standerdmolen. Het geheel, inclusief de laan naar de Hoofdweg, werd verkocht voor een bedrag van 4.000 Caroli gulden. Wanneer die standerdmolen is verdwenen, is niet bekend. Wel weten we dat er in het begin van de vorige eeuw een achtkante bovenkruier stond met een stelling van 45 voet hoogte en een vlucht van 80 voet. In 1820 werd deze molen verkocht door de toenmalige eigenaar Pieter Galjes Geertsema. Ook de chercherwoning, de sarrieshut, waarin Swaantje Eltjes Menkema, de weduwe van Gerhard Molema sedert 1809 woonde, verwisselde van eigenaar. Koper was Geert Derks Dijkhuis. In 1830 vinden we de molen als volgt omschreven: Riet op een stenen onderstuk, koren- en pelmolen met een koppel roggestenen en een koppel boekweitstenen en twee pelstenen. Als de molen dertien jaar later afgebrand is, is Harm Jans Kubbe eigenaar. In de Groninger Courant van 25 oktober 1843 wordt deze brand uitvoerig beschreven. Midwolda (in het Oldambt), den 24 october 1843 Heden avond had alhier een allerverschrikkelijkste brand plaats, door welken de rogge- en pelmolen van H.J. Kubbe totaal is afgebrand. Kwartier voor tien werd de brand het eerst door eenige lieden in den kap gezien; doch daar de molen voor het grootste gedeelte met riet gedekt was, verspreidde zich den vlam zoo snel, dat de geheele molen boven het steenen muurwerk reeds in volle vlam stond, eer men eenige hulp kon aanbrengen. - Akelig maar tevens allerprachtigst was dit schouwspel -. Wegens het gevaar durfde niemand zich in de nabijheid van den molen te wagen om eenige middelen van blusschen aan te wenden, het welk dan ook aanvankelijk, nadat de roeden met de as waren nedergestort, zich alleen bepaalde tot het beschermen van een klein huisje, dat aan de Zuidzijde van - en zeer nabij - de molen stond en dat ook is behouden gebleven; doch door den zeer hevigen en stormachtige Zuidwestenwind stond, bijna gelijktijdig met den 1

molen ook het huis van A.H. Bakker in den brand, het welk op korte afstand ten Oosten van den molen stond; welke brand mede zoo snel toenam, dat de bewoners, welke reeds te bed lagen, in allerijl gewekt moesten worden om niet door het vuur om te komen, en men nauwelijks den tijd had, om het voornaamste van het huisraad te redden. Aan blussching was mede, door den vuurregen, de ontzettende hitte en den verstikkende damp niet te denken, dan nadat het vuur door het instorten van de molen en het huis van Bakker wat beteugeld werd, hoewel het anders aan geene toeschouwers ontbrak, die zelfs, doordien deze brand voorzeker op zeer grooten afstand zigtbaar was, van het naburige Winschoten, Beerta en Finsterwold waren toegesneld. Nimmer kon de wind in dit geval gunstiger zijn, dewijl elke andere streek van dezelven voorzeker noodlottige gevolgen zou gehad hebben, en ware dezelve Noordoost geweest, dan was welligt een groot deel van het dorp eene prooi der vlammen geworden. De molen, als ook het huis en de meubelen van A.H. Bakker zijn behoorlijk verzekerd; zodat de kleermaker H.G. Starke. welke een gedeelte van het huis van Bakker bewoonde, en van belang niets heeft kunnen redden, hierbij, in vergelijking althans, het meeste verloren heeft, doch die, zoo wij hopen, in dezen kommervollen toestan, door medelijdende en deelnemende menschenvrienden zal worden ondersteund en bijgestaan. De oorzaak van den brand is met geene zekerheid te bepalen. In januari 1844 vroeg Harm Jan Kubbe bij de gemeente Midwolda een vergunning aan, om een geheel nieuwe koren- en pelmolen te mogen bouwen. Geschrokken door het rampzalige gevolgen van de in brand geraakte rietbedekking, verleende het gemeente7 bestuur toestemming voor de bouw, mits de molen van hout en asfalt zou worden voorzien. Nog in 1844 werd de molen herbouwd. Het was een achtkante bovenkruier met stelling, een stenen onderstuk en een bovenstuk met kap van geasfalteerd hout. Beide roeden kregen eerst zeilen, later zelfzwichting. Na het overlijden van Harm Jans Kubbe verkocht zijn broer Derk, als voogd van de drie minderjarige kinderen, de molen aan het echtpaar Van Anken. Van de hand van deze Garrelt van Anken is nog een interessante boekhouding bewaard gebleven met betrekking tot de Midwolder molen. In een volgend artikel zullen we deze boekhouding nader gaan bekijken. Garrelt Jans van Anken werd als molenaar opgevolgd door zijn zoon Jan. Samen met zijn vrouw Anje Dijksterhuis nam hij de molen in 1879 over. In 1919 verkochten laatstgenoemden de korenmolen met huis, erf en laan aan Jan Harm Beeuwen. De koopsom bedroeg 9.500 gulden. Voor de overname van allerlei roerende goederen kreeg Van Anken bovendien een bedrag van 500 gulden. Twee jaar na de aankoop van de molen ging molenaar Beeuwen over tot de aanschaf van een elektromotor van 25 PK. Daarmee werd blijkens de aanvraag van de hinderwetvergunning koren gemalen en gerst gepeld. In 1929 werd de Midwolder korenmolen voor de tweede keer door brand getroffen. In de late avond van de zesde maart ontdekte men dat de molen in brand stond. De vlammen grepen snel om zich heen en al spoedig bleek dat de molen en het nabij gelegen woonhuis als verloren moesten worden beschouwd. Met veel moeite werden twee reeds brandende huizen in de omgeving behouden. Door het strenge winterweer had de brandweer, die snel ter plaatse was, te kampen met een ernstig watergebrek. De vlammen sloegen geruimen tijd fel en lieten tot ver in de omtrek hun fantastisch licht schijnen. t Was een mooie doch treurige aanblik!, aldus het verslag in de krant. 2

Van de hier beschreven brand in Midwolda is ons geen foto bekend, maar dat een molenbrand spectaculair is, kunt u zien op deze foto van de koren- en pelmolen van O. Nienhuis te Zoutkamp op 6 september 1933. Deze molen dateerde van 1852. Volgens de nu 89-jarige oud-molenaar O. Nienhuis stond het wiekenkruis gedurende 1½ jaar in de rouwstand vanwege het over1ijden van zijn vader in 1932. Collectie: W.O. Bakker. Op 17 mei 1929 diende Beeuwen ten gemeentehuize een verzoek in voor de heroprichting van zijn korenmaalderij. De inrichting, zo vermeldt het verzoek, zal worden aangebracht in de door brand verwoestte korenmolen, waarvan het muurwerk is blijven staan. Zo zien we dat in het voorjaar van 1929 met de gedeeltelijke herbouw van de molen wordt begonnen. Er werd een drietal zolders getimmerd, de eerste op een hoogte van 1,50 meter vanaf de begane grond, slechts voor de helft van het molenoppervlak, zodat geladen of te 3

laden wagens bij deze zolder terecht konden. Vandaar liep een transporteur naar de tweede en derde zolder om meel en graan over te brengen. De twee maalstoelen werden op de tweede zolder geplaatst, terwijl de bovenste zolder als bergplaats werd gebruikt. Molenaar Beeuwen, die voor de brand elektriciteit had aangewend als energie, besloot bij de gedeeltelijke herbouw van de molen over te gaan op een dieselmotor. Hij gebruikte daarvoor een op ruwe olie aangedreven Deutz-dieselmotor van 20-22 PK, die een plaats kreeg in een apart gebouwtje direkt naast de molen. Gelijktijdig verrees er naast de molen een nieuw woonhuis. Met dit gedeeltelijk herstel van de molen (slechts de romp) verdween er een markant stukje Midwolder dorpsbeeld. Door een faillietverklaring van Jan Harms Beeuwen in 1936, werd de molen in genoemd jaar verkocht aan Marten Hateboer. Hij was tot 1966 eigenaar, waarna de molen werd verkocht aan Harm Geert Jonker. De verkoper verplichtte zich bij de verkoop om in een straal van 15 kilometer van de molen geen bedrijf te beginnen met een handel in veevoer, kunstmest en graan. Ook als de molen in 1970 wordt verkocht aan Mentko Kolk, wordt deze clausule in het koopcontract opgenomen. Kolk is nog steeds eigenaar van de molenstomp. In het molenrestant is al sedert vele jaren geen bedrijf meer gevestigd. De resten, hoewel nog voorzien van een dak, maken een uiterst vervallen indruk. Niettemin stelde de gemeente Midwolda in oktober 1985 pogingen in het werk om een algehele restauratie van de molen te onderzoeken. Het college van de heringedeelde gemeente Scheemda, waaronder Midwolda nu valt, heeft zich bereid verklaard de pogingen voort te zullen zetten. Afgedrukt in De Zelfzwichter, nummer 60, jaargang 17, december 1990, blz. 13-16. Boekhouding van Midwolder molenaar bewaard gebleven door J. P. Koers. Garrelt Jans van Anken was, zoals we in de vorige Zelfzwichter konden lezen, van 1849 tot 1879 molenaar in Midwolda. Van zijn aktiviteiten als molenaar, maar vooral ook als ondernemer en speculant deed hij verslag in een kasboek, dat nog steeds door zijn nakomelingen zuinig wordt bewaard. In het boek vinden we niet alleen de jaarlijkse inkomsten uit de molen, ook diverse geldleningen onder andere aan zijn kinderen en genoten huurpenningen van woningen werden nauwgezet geregistreerd. Daardoor krijgen we een levendig beeld van deze ondernemende molenaar uit Midwolda. 1849. Den 5 Mei hebben wij de molen te Midwolda kocht voor de som van f 13.000,50 met daarbij behoordende huis en tuin en daarbij staande kleine huis voor de som van f 270,00, zo noteerde Van Anken de aankoop van de in 1844 herbouwde koren- en pelmolen. Het kleine huis, waarover hij spreekt, werd verhuurd voor een jaarlijks bedrag van 24 gulden aan ene Mattje Bos. Het was de oude sarrieshut, want in latere jaren wordt steeds melding gemaakt van: Mattje Bos de hut verhuurd. Hoewel de familie Van Anken in mei 1849 eigenaar werd van de molen, bevat het notitieboek ook enkele mededelingen uit het jaar daarvoor. 4

Kennelijk was de Garrel Jans van Anken al in 1848 aktief als molenaar. De volgende posten staan genoteerd: 1848 en 1849 29 Julij, aan J. Kranenborg voor pelsteenen 100,00 12 April, voor ruiten zetten in de keuken 24,50 voor het lappen van de pomp 1,00 voor een nieuw vangtouw 1,25 20 Maart, aan de moolenmaker betaald 3,35 12 April, voor timmerman daguur en kalk 34,72 15 Sept., ontvangen voor de oude pelsteenen 34,00 Helaas vinden we verderop in het boek vrijwel geen berichten over reparaties aan de molen. Het gedeelte waarin het maandelijks ontvangen maalloon wordt beschreven, vangt aan op 18 mei 1849, dertien dagen na aankoop van de molen. De lijst loopt tot aan april 1869, maar mist de afrekening over het jaar 1851. Dat de molenaar het geld tijdens de herfstmaanden moest verdienen, blijkt duidelijk uit de maandelijkse bedragen. Als representatief voorbeeld mag dienen het overzicht uit 1854. 1854 : Januarij... f 65,69 Februarij... f 54,51 Maart... f 63,36 April... f 87,91 Mei... f 49,15 Junij... f 46,40 Julij... f 50,77 Augustus... f 90,42 September... f 131,83 October... f 143,63 November... f 183,99 December... f 165,26 De lijst van jaarlijkse inkomsten ziet er als volgt uit: 1850... f 1713,82 1851... f? 1852... f 1562,50 1853... f 1181,42 1854... f 1133,17 1855... f 971,84 1856... f 974,55 1857... f 1084,35 1858... f 1028,12 1859... f 1086,39 1860... f 1152,35 1861... f 1170,70 1862... f 1046,00 5

1863... f 953,90 1864... f 1036,58 1865... f 1076,59 1866... f 1105,00 1867... f 943,83 1868... f 898,60 Garrelt Jans van Anken werd op 30 juni 1814 te Bellingwolde geboren als zoon van Jan Fokkes van Anken en Eentje Tiessens Kuiper. Hij huwde met Aafke Houwen. Dochter Anna huwde op 20 mei 1874 met T. J. Woltjer, landbouwer te Bovenburen bij Winschoten. Uit de aantekeningen van Garrelt blijkt hoe de molenaar eerst zijn dochter en later zijn zoon middels leningen in de huishouding hielp. In mei 1874 ontving Anna een bedrag van f 900,- in contanten en verder een spiegel en 6 stoelen, een knegtenbed, nieuw beddegoed, een vet varken van f 80,- en allerhande steengoed. Verderop vermeldt de lijst opnieuw contanten, wastobben, een kaas vaatje, een linnenkast en een bei slijf (pollepel). Ook zoon Jan doet, als hij in juli 1876 in het huwelijk treedt, een beroep op de portemonnaie van zijn vader. Naast geld ontving hij blijkens het kasboek vaatwerk, een nieuwe klok, een zwilk (tafelkleed), een koffiemolen, spek en turf. Verder vinden we op de rekening van Jan van Anken in het voorjaar van 1879 een nieuwe maalsteen ter waarde van f 127,50 vermeld. Op 1 mei 1879 droegen Garrelt van Anken en zijn vrouw de molen, het molenhuis en de sarrieshut over aan Jan van Anken. De koopsom bedroeg f 13.000,-. Garrelt vermeldt in het boek dat ze bij vertrek uit Midwolda een kapitaal bezaten van f 18.151,-, waarin zijn vrouw uit de nalatenschap van haar ouders ruim 1.500 gulden had bijgedragen. Van het geld werden onder andere aan beide kinderen, Jan en Anna, leningen verstrekt. Jan de opvolger kreeg totaal f 11.500,- en zijn zuster en haar man f 900,-. Bovendien belegde Garrelt van Anken op een gegeven moment een totaal bedrag van f 2.034,- in Russische waardepapieren. Dat hem dat geen windeieren legde, blijkt uit de verkoop van de aandelen, nog geen jaar later. De winst bedroeg maar liefst 181 gulden. Russische aandelen, effecten en obligaties waren erg in trek. In de periode 1869-1886 zien we hem vaker een gokje wagen met waardepapieren van de Russische spoorwegen of een Oostenrijker. Doorgaans worden de papieren echter na een korte tijd met een geringe winst weer verkocht. Zo zien we, dat Garrelt van Anken meer was dan alleen molenaar. Als goede ondernemer wist hij zijn financiële zaakjes niet zelden een gunstige wending te geven. Garrelt Jans van Anken overleed op 5 september 1896. Afgedrukt in De Zelfzwichter, nummer 61, jaargang 18, maart 1991, blz. 13-14. Deze pagina is onderdeel van de homepage van B. D. Poppen. http://www.bdpoppen.nl 6