POLITIEACADEMIE. Studiewijzer. Operationeel Leidinggevende Leergang Recherche (OLL-R)



Vergelijkbare documenten
POLITIEACADEMIE. Studiewijzer. Executive Master of Tactical Policing major in Criminal investigation

Studiewijzer. Executive Master of Tactical Policing (EMTP) POLITIEACADEMIE

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Leiderschapsprofiel strategisch leidinggevende

Functiebeschrijving. Functienaam. Normfunctienaam. Code Peildatum. Functiereeks Management: Functiegroep Strategisch II: Overwegende functiekenmerken:

Leergang Leiderschap voor Professionals

Portfoliobegeleiding. Roland Leenaarts

BPV. Profiel praktijkopleider. Norm. Toelichting. Aanpak. Prestatie

ALEXANDER GIELE Competentiemonitor Ingevuld door : C.M.T. Ruppert Ingevuld op : 19 december 2013

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

360 feedback assessment

Competentieprofiel van de opleider CHVG

Leergangkader Leergang Tactisch manager

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1

Leergang Allround Leiderschap

Management & Organisatie

PORTFOLIO VOOR DE FUNCTIE VAN VAN. (Voornaam - Naam) Aangemaakt op: (datum)

Breidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe

Bijlage C behorende bij artikel 2 lid 3 Besluit personeel veiligheidsregio

Trainingen en workshops voor praktijkopleiders en leidinggevenden. Jouw talent, onze ambitie!

LEERGANG MIDDLE MANAGEMENT

HOE LAAT IK MEDEWERKERS

SCHATTEN VAN ADVOCATEN

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

PROFIEL COLLEGE VAN BESTUUR

Competentieprofiel voor coaches

Ondernemend werken in welzijnsorganisaties

Training Resultaatgericht Coachen

Integraal HR voor leidinggevenden

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC

EFFECTIEF LEIDINGGEVEN. Een gave of een vak?

Functieprofiel Young Expert

In het oog van de orkaan. School voor Politie Leiderschap

Post HBO opleiding Management in Zorg en Welzijn

Zelfdiagnostische vragenlijst verandercompetenties

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

Leiderschapscompetenties ( niet vakmanschap of inhoudelijke professionaliteit)

LEERCOACH IN DE NETWERKSCHOOL. Verantwoordelijkheden

Competentievenster 2015

LEERGANG MIDDLE MANAGEMENT

Zelfevaluatie Kwaliteitslabel Sociaal Werk

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht

Functieprofiel lid Raad van Toezicht

Functiebeschrijving manager Bedrijfsvoering

OPLEIDING LEIDINGGEVEN IN DE KINDEROPVANG. Een opleiding om hoger op te komen

Competenties op het gebied van Management en Leidinggeven

Competenties directeur Primair Onderwijs ONDERWIJS. Schoolmanagement

Vacature Business Development & Sales

& Academie voor NLP. Business NLP Basics. Basisopleiding in Persoonlijke Effectiviteit

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)

De 6 Friesland College-competenties.

Leiderschap bij C1000

Competentieprofiel. kaderlid LGB Beroepsinhoud Zorg

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:

Competentiemanagement bij de federale overheid

Rapport Docent i360. Test Kandidaat

Leerdoelenmatrices lmp 1.5_GEREV.doc. Leerdoelenmatrices LMP per werkproces op basis van servicedocument Versie 1.

Competenties directeur Nije Gaast

datum: december 2005 versie: 3 KNVB, KNZB, KNGU en NeVoBo in samenwerking met CINOP 0 vakman/vakvrouw niveau 4

Tweede Kamer der Staten-Generaal

VACATUREPROFIEL KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE

De Amersfoortse Loopbaan Academie

Benoemingsprocedure clusterdirecteuren. 1) Uitgangspositie. 2) Kerntaken clusterdirecteur

Persoonlijke rapportage van B. Smit

NEDERLANDSE KANO BOND Aangesloten bij: NOC*NSF / European Canoe Association / International Canoë Fédération Commissie Opleidingen

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006

Zie figuur verantwoordelijkheidsverdeling werkplekmanagement.

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Functiebeschrijving manager Wonen

Profielschets directeur

Groei in Leiderschap & Management - Jaaropleiding

Concretere eisen om te (kunnen) voldoen aan relevante wet- en regelgeving zijn specifiek benoemd

Wij zijn ING. En wij hebben samen een doel: mensen in staat stellen een stap voor te blijven, in het leven en in zaken.

Schoolleider Voortgezet Onderwijs Basisbekwaam

MINISTERIE VAN DEFENSIE WERKGROEP STAAL EERSTE DRUK, NOVEMBER 2007 VISIE LEIDINGGEVEN

TALENTPUNT. Een Development Program speciaal voor HR professionals

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

21st Century Skills Training

Masterclass Faciliterend Leiderschap

Model Beroepsprofiel Cliëntondersteuner voor mensen met een beperking

Aantekenformulier van het assessment PDG

Bantopa Terreinverkenning

360 feedback rapportage voor de heer J.A. Smit van Jansen & Co

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

Opleidingsprogramma DoenDenken

leergang KLEUR BEKENNEN Kleedkamergesprekken over leiderschapsontwikkeling

De planning is realistisch, efficiënt en afdoende afgestemd met de betrokkenen.

Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model.

Juridisch adviseur bescherming persoonsgegevens (AVG/Wpg) 2 fte Den Haag

Licentieregeling Reddingsbrigade Nederland

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Strategisch leiderschapsprofiel voor specialisten

Management in de Zorg (Bachelor: duaal/deeltijd)

PEOPLE INVESTMENT LEIDERSCHAP ONTPLOOIING INDIVIDUELE TRAINING PERSOONLIJKE COACHING MENTORING GROEPSSESSIES SIMULATIE COUNSELING

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

KvK Eindhoven: BTW/VAT/MwSt: NL B01

Informatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure. Praktijkopleider

Trainingen voor Young Professionals

Transcriptie:

POLITIEACADEMIE Studiewijzer Operationeel Leidinggevende Leergang Recherche (OLL-R)

Studiewijzer Operationeel Leidinggevende Leergang Recherche (OLL-R)

Voorwoord Voor u ligt de studiewijzer van de Operationeel Leidinggevende Leergang recherche (OLL-R). De OLL-R is ontwikkeld om studenten te bekwamen in het leidinggeven op operationeel niveau binnen de recherche. Het programma van de OLL-R is zowel binnen als buiten de Politieacademie gewogen. Na afronding van de OLL-R kunt u kiezen voor sterk verkorte routes binnen zowel regulier- als politieonderwijs voor het behalen van een algemeen erkend HBO-diploma. Een van de uitgangspunten van de leergang is dat u als student zelf verantwoordelijk bent voor uw eigen leertraject. Middels opdrachten werkt u aan de vorming van uw leiderschapscompetenties binnen uw eigen context (de politieorganisatie) en benut hiervoor uw eigen werkomgeving (duaal) als (beginnend) leidinggevende. Dit concept is beproefd en menig bedrijf is jaloers op de positieve resultaten die de student met dit leertraject kan behalen. Het is handig om deze studiewijzer door te lezen voor u van start gaat met de opleiding, maar u kunt hem ook als naslagwerk gebruiken. De studiewijzer beschrijft hoe het onderwijs in elkaar zit, welke kernopgaven u moet volgen, over welke competenties u straks moet beschikken en hoe we die toetsen. U vindt ook informatie over studiebelastingsuren en locaties waar u les krijgt. Kortom: deze studiewijzer maakt u wegwijs binnen de leergang én het opleidingsinstituut. Veel succes en ook plezier gewenst met uw opleiding. 3

Inleiding De Operationeel Leidinggevende Leergang - Recherche Leidinggeven binnen de politieorganisatie is een vak dat geleerd wordt door opleiding en ervaring. Door werkend te leren dus. De School voor Politie Leiderschap (SPL) biedt de Operationeel Leidinggevende Leergang - Recherche (OLL-R) aan voor politiemensen die zich willen bekwamen in het leidinggeven op operationeel niveau binnen de opsporing. In de leergang worden state of the art leiderschapsontwikkelingen gecombineerd met leren in de context van de politiepraktijk. Relevante ontwikkelingen in de samenleving en binnen de politie, zoals die zijn vastgelegd in Politie in Ontwikkeling, de Visie op Politieleiderschap, de Werkgeversvisie en de Normaalste zaak van de wereld, krijgen een herkenbare plek in het onderwijs. De zeven meest relevante thema s voor politieleiders, beschreven in de Visie op Politieleiderschap, zijn belangrijke pijlers voor de OLL-R. Deze thema s zijn: 1. bij jezelf beginnen 2. gericht zijn op goed politiewerk 3. gewenst leiderschap verbinden met de externe opgave 4. verbinding hebben met (de mensen in) het primaire proces 5. aanwezig zijn 6. oog hebben voor systeemwerking 7. gericht zijn op groei, ontwikkeling en diversiteit. U zult merken dat het onderwijs in de OLL-R u leert om keuzes te maken. Het stimuleert uw omgevingsbewustzijn, nodigt uit tot nieuwsgierigheid, biedt de gelegenheid om inzicht in uzelf te krijgen, laat u herkennen hoe en wanneer u inspirerend stuurt en wat daadwerkelijk goed vakmanschap is dat gericht is op het politiewerk. Gedurende de leergang staan acht onderwerpen centraal: Vakmanschap gericht op politiewerk De leidinggevende op operationeel niveau is door ervaring en kennis op de hoogte van de ontwikkelingen binnen het politievak. Hij weet deze kennis en ervaring in te zetten bij het ondersteunen en aansturen van zijn medewerkers. Hij heeft een visie op goed politiewerk, waar vanuit hij zijn medewerkers stimuleert, aan- en bijstuurt in hun werk. Hij bewaakt de kwaliteit van het politiewerk van zijn team. Inzicht in zichzelf De leidinggevende kent zichzelf: zijn persoonlijkheidskenmerken, richtinggevende waarden, kwaliteiten, vaardigheden en ontwikkelpunten. Hij is zich bewust van het effect dat zijn gedrag op anderen heeft en kijkt kritisch naar zijn eigen handelen. Hij organiseert systematisch betrouwbare feedback. Hij reflecteert op zijn eigen gedrag. 4

Resultaatgerichtheid De leidinggevende formuleert te bereiken resultaten vanuit de optiek van de doelstelling van de organisatie in termen van effectiviteit. Hij communiceert transparant over de te behalen doelen en stuurt medewerkers hierop aan, hij evalueert tevens het bereiken van de resultaten. Bewuste keuzes maken: prioriteiten stellen, plannen en organiseren De leidinggevende bepaalt op systematische wijze doelen en prioriteiten en geeft benodigde acties, tijd en middelen aan planningstermijnen, gemaakte afspraken en procedures. Inspirerend sturen, individugericht en groepsgericht De leidinggevende geeft medewerkers richting en sturing in het kader van hun taakvervulling. Hij ondersteunt en faciliteert de professionals. Bij groepsgericht leiderschap geeft hij richting en sturing aan de groep, brengt samenwerkingsverbanden tot stand en handhaaft deze om een beoogd doel te bereiken. Betrokkenheid en verbinding met (de mensen in) het primair proces De leidinggevende heeft een grote betrokkenheid bij de kerntaak van de organisatie en de eigen professie. Dat straalt hij ook uit en hij weet die betrokkenheid over te dragen op anderen, medewerkers, collega s en leidinggevenden. Omgevingsbewustzijn De leidinggevende laat weten goed geïnformeerd te zijn over maatschappelijke en politieke ontwikkelingen of andere omgevingsfactoren. Hij benut die kennis effectief voor de eigen functie of organisatie. Gerichtheid op ontwikkeling en diversiteit, nieuwsgierigheid De leidinggevende is leergierig en staat open voor, en kan omgaan met, verschillen. Een basale maatschappelijke nieuwsgierigheid is hiervoor een essentiële voorwaarde. Hij stelt zich onderzoekend op en verzamelt informatie, waarbij hij oordeelvorming uitstelt. Hij geeft zelfstandig vorm aan de eigen professionele ontwikkeling. Leeswijzer Deze studiewijzer bevat informatie over de School voor Politie Leiderschap en over de opbouw van de leergang, inclusief de studielast en de toetsing. Er is een hoofdstuk opgenomen over de manier waarop de begeleiding georganiseerd is en de taken die de verschillende begeleiders hebben. Ook is een korte beschrijving van de inhoud van de verschillende kernopgaven in deze studiewijzer opgenomen. Tot slot wordt aandacht besteed aan praktische informatie 5

Inhoudsopgave 1. School voor Politie Leiderschap 7 2. Opbouw van de OLL-R 8 2.1. Beroepsprofiel 8 2.2. Kernopgaven 8 2.3. Studieduur, studieritme en studielast 8 2.4. Randvoorwaarden 8 2.5. Toetsing en examinering 9 2.6. Erkenning Verworven Competenties (EVC) 9 2.7. ICT-gebruik in het onderwijs 10 3. Begeleiding 11 3.1. Leerprocesbegeleider 11 3.2. Lijnchef en/of coach 11 3.3. Docent 11 4. Inhoud van de kernopgaven 12 4.1. Effectief Leidinggeven (4400132) 12 4.2. Visie en beleid (4400133) 12 4.3. Management en organisatie (4400134) 13 4.4. Verandermanagement (4400135) 14 4.5. Hulpofficier van justitie (4400107) 15 4.6. Leidinggeven aan de uitvoering van criminaliteitsbeleid (4400162) 16 4.7. Leidinggeven aan opsporingsprocessen en projecten (4400163) 16 4.8. Leidinggeven aan opsporingstactieken (4400164) 17 4.9. Leidinggeven met behulp van forensische opsporing, intelligence en operationele ondersteuning (4400165) 17 4.10. TGO-VKL (4400170) 18 5. Praktische informatie 19 5.1. Informatiebronnen 19 5.2. Diplomering 19 5.3. Studenten Informatiepunt (STIP) 19 5.4. Adressen 20 Bijlage 1: Beroepsprofiel operationeel leidinggevende 21 6

1. School voor Politie Leiderschap De School voor Politie Leiderschap (SPL) is een van de zes scholen binnen de Politieacademie. De SPL is hét instituut voor leiderschap bij de politie. De SPL ondersteunt operationeel, tactisch en strategisch politieleiders bij een leven-lang-leren en bij het realiseren en onderhouden van hun mentale, intellectuele en sociaal-emotionele fitheid. De SPL levert ook een bijdrage aan het ontwikkelen van kennis over politieleiderschap. De SPL biedt de Nederlandse politie en haar ketenpartners in veiligheid, naast diverse leergangen voor politieleiderschap, ook collectieve, individuele en internationale maatwerkprogramma s aan in het kader van management development. De leiderschapsleergangen van de Politieacademie waar de SPL verantwoordelijk voor is, zijn: de Operationeel Leidinggevende Leergang de Operationeel Leidinggevende Leergang-Recherche de Executive Master of Tactical Policing de Executive Master of Tactical Policing major in Criminal Investigation de Executive Master of Police Management / Strategisch Leidinggevende Leergang Het is de ambitie van de SPL om de ontmoetingsplek te zijn waar politieleiders zich (blijvend) ontwikkelen in hun vak. In haar wens om mensen te faciliteren in hun ontwikkeling als politieleider, besteedt de school aandacht aan de brede maatschappelijke context, de ontwikkeling van het vak en het interventierepertoire. Daarbij staat de leider als mens steeds centraal. Voor meer informatie over de SPL kunt u terecht op de website van de SPL: http://spl.politieacademie.nl/ 7

2. Opbouw van de OLL-R 2.1. Beroepsprofiel De OLL-R is gebaseerd op het beroepsprofiel voor de operationeel leidinggevende (zie bijlage 1) en is tot stand gekomen in samenwerking met de politiepraktijk. In het beroepsprofiel staan de competenties beschreven die nodig zijn om de werkzaamheden van een operationeel leidinggevende in de politiepraktijk uit te voeren. Deze competenties staan centraal in het onderwijs. 2.2. Kernopgaven De competenties uit het beroepsprofiel zijn verder uitgewerkt in kernopgaven; centrale opgaven en problemen die kenmerkend zijn voor het beroep en die aangepakt moeten worden binnen een specifiek organisatorisch verband. Van studenten verwachten we een oplossing en een aanpak. De leergang omvat tien kernopgaven: - Effectief leidinggeven - Visie en beleid - Management en organisatie - Verandermanagement - Hulpofficier van justitie - Leidinggeven aan de uitvoering van criminaliteitsbeleid - Leidinggeven aan opsporingsprocessen en projecten - Leidinggeven aan opsporingstactieken - Leidinggeven met behulp van forensische opsporing, intelligence en operationele ondersteuning - TGO-VKL Hoofdstuk 4 beschrijft de inhoud van elke kernopgave. Op de website van de Politieacademie (www.politieacademie.nl) is bij Onderwijsaanbod meer gedetailleerde informatie per kernopgave te vinden. 2.3. Studieduur, studieritme en studielast De OLL-R duurt twee jaar. De eerste vier kernopgaven vormen samen het eerste jaar van de opleiding, dat gewijd is aan algemeen politiële leiderschaps- en managementcompetenties en de basis vormt voor het tweede jaar. Deze kernopgaven zijn gelijk aan die van de reguliere OLL, net als de kernopgave Hulpofficier van justitie. Het tweede jaar zoomt in op leidinggeven binnen de recherche en bevat de overige vijf kernopgaven. De opleiding heeft een studielast van 1680 uur over twee jaar. Gemiddeld zijn dit 20 uren per week. In principe krijgt u per twee weken twee dagen contactonderwijs en zult u twee dagen werkend leren in de politiepraktijk. De overige uren zijn bedoeld voor zelfstudie en het schrijven van reflectieverslagen. 2.4. Randvoorwaarden Om de OLL-R te kunnen volgen, is het noodzakelijk dat u een leerwerkplek heeft, waar u uw praktijkopdrachten en proeven kunt uitvoeren. U moet de opdrachten van met name het tweede jaar uit kunnen voeren op een plek waar u leiding geeft aan het tactische rechercheproces. Verder wordt er van u verwacht dat u een lijnchef heeft die als praktijkcoach verantwoordelijk is voor de begeleiding tijdens het werkend leren. 8

2.5. Toetsing en examinering Op vaste momenten tijdens de opleiding wordt gemeten of u in staat bent om als operationeel leidinggevende adequaat te handelen in de politiepraktijk. Oftewel: heeft u de competenties verworven die bij een bepaalde kernopgave horen? Tot voor kort werd elke kernopgave afgesloten met een proeve van bekwaamheid, maar nu wordt er in het eerste jaar gewerkt met een portofolio dat u samenstelt aan de hand van één of meer opdrachten per kernopgave. Daarnaast wordt het eerste jaar afgesloten met een integrale proeve van bekwaamheid. In het tweede jaar worden de kernopgaven afgesloten met een proeve van bekwaamheid per kernopgave of een combiproeve. Portfolio In het portfolio houdt u een persoonlijk dossier bij waarin u de voortgang van uw leerproces bijhoudt. Tijdens elke kernopgave werkt u aan één of meerdere opdrachten. Uw uitwerkingen voegt u toe aan uw portfolio. Een aantal portfolio-opdrachten heeft de status van een examenopdracht. Deze opdrachten worden formeel beoordeeld door het docententeam. Op de digitale leeromgeving Blackboard vindt u een beschrijving van de opdrachten per kernopgave. Integrale proeve eerste jaar Het eerste jaar van de leergang wordt afgesloten met een integrale proeve van bekwaamheid waarin de politieleiderschapscompetenties uit de vier kernopgaven van het eerste jaar worden getoetst. De proeve van bekwaamheid start met een simulatie van een situatie uit de politiepraktijk. Bij deze simulatie zijn één of meerdere gesprekspartners betrokken. De rollen van deze gesprekspartners worden door een examinator en/of eventuele rollenspelers gespeeld. Daarna volgt een eindgesprek waarin u vragen krijgt naar aanleiding van uw optreden als operationeel politieleidinggevende tijdens de simulatie. Daarbij worden ook vragen gesteld die aansluiten op de kernopgaven uit het eerste jaar. Uw beoordelingsportfolio kan hierbij als input dienen. Proeven van bekwaamheid tweede jaar In het tweede jaar van de OLL-R heeft iedere kernopgave een eigen proeve van bekwaamheid. Omdat de kernopgaven in elkaars verlengde liggen, is het bijna altijd mogelijk deze proeven zo te combineren dat de opdrachten worden uitgevoerd binnen één lopend opsporingsonderzoek. In dat geval zal er, als zogenaamde combiproeve, één doorlopend examendossier worden ingeleverd en wordt één examengesprek gevoerd over meerdere kernopgaven. In uitzonderingsgevallen blijft het mogelijk de kernopgaven apart af te sluiten. Onderwijs- en Examenregeling (OER) Alle regels die betrekking hebben op de inrichting, taakverdeling en verantwoordelijkheden met betrekking tot onderwijs en examinering, vindt u in de Onderwijs Examen Regeling (OER). De OER staat op de website van de Politieacademie (www.politieacademie.nl), bij het onderdeel Publicaties. 2.6. Erkenning Verworven Competenties (EVC) Een EVC-procedure is een methode voor herkenning, waardering en erkenning van (eerder opgedane) bekwaamheden. Een EVC-procedure kan bijvoorbeeld leiden tot een verkorting/versnelling van de opleiding. Tijdens de procedure worden de elders en/of eerder behaalde competenties vergeleken met de kwalificatiecriteria van het politieonderwijs. Als u denkt dat u op basis van een eerdere studie of werkervaring al over competenties beschikt die overeenkomen met een of meerdere portfolio-opdrachten, neem dan contact op met uw leerprocesbegeleider. U kunt geen vrijstelling aanvragen voor de portfolio-opdracht van de kernopgave Effectief leidinggeven, voor de integrale proeve in het eerste jaar en voor de arbeidsproef in het tweede jaar. Ook kunt u voor niet meer dan 50% van de leergang vrijstelling aanvragen (OER artikel 33, lid 3). 9

2.7. ICT-gebruik in het onderwijs In het onderwijs wordt regelmatig gebruik gemaakt van ICT. Via internet heeft u bijvoorbeeld toegang tot de digitale leeromgeving Blackboard. Op Blackboard worden informatie en opdrachten aangeboden en kan communicatie plaatsvinden tussen u en uw medestudenten en begeleiders. Op de locaties van de Politieacademie kunnen studenten werken op de computers in het open leercentrum (OLC) en op elke locatie is draadloos internet voor u beschikbaar. Het korps is verantwoordelijk voor de inrichting van werkplekken die geschikt zijn om de praktijkopdrachten of proeven van bekwaamheid uit te voeren. Op deze werkplek wordt eveneens de mogelijkheid geboden om te communiceren via intranet en internet. 10

3. Begeleiding Als student bent u tijdens de gehele opleiding zelf verantwoordelijk voor uw eigen leerproces. U bent verantwoordelijk voor het verwerven van competenties, voor de studievoortgang (inhoud en proces), de kwaliteit van uw werk in de politiepraktijk en de weerslag daarvan in het portfolio. Tijdens uw opleiding wordt u door een aantal mensen begeleid: de leerprocesbegeleider, de lijnchef/ coach en de docenten. 3.1. Leerprocesbegeleider Leerprocesbegeleiding is gericht op integrale politieleiderschapsontwikkeling. Uw leerdoelen, de studievoortgang en de ontwikkeling van het zelfsturend leren zijn daarbij de rode draden. De leerprocesbegeleider legt dwarsverbanden tussen de verschillende kernopgaven, maar is ook tussenpersoon tussen theorie en praktijk. De leerprocesbegeleider bewaakt uw algehele voortgang tijdens het leren op de Politieacademie en, gezamenlijk met de lijnchef, tijdens uw periode van werkend leren in de politiepraktijk. De leerprocesbegeleider is verantwoordelijk voor het volgen van uw studievorderingen en is uw aanspreekpunt bij problemen. De docenten van de kernopgave Effectief leidinggeven zijn tevens leerprocesbegeleiders van de groep. Leerprocesbegeleiders zijn vanaf het eerste moment dat de opleiding start duidelijk zichtbaar voor studenten en lijnchefs van de leergang. De leerprocesbegeleider is de eerste contactpersoon en heeft een nadrukkelijke rol bij de start, voortgang en afsluiting van de leergang. Leerprocesbegeleiding is geen vrijblijvend aanbod. De activiteiten waarmee leerprocesbegeleiding vorm wordt gegeven, zoals leerprocesgesprekken en leerprocesverslagen hebben een verplicht karakter. Er vinden gedurende de leergang vijf vaste leerprocesgesprekken plaats: twee in het eerste jaar en drie in het tweede jaar. Uw lijnchef/coach is bij drie van de vijf gesprekken aanwezig. Naast deze structurele gesprekken vindt regelmatig informeel overleg plaats tussen u en de leerprocesbegeleider. 3.2. Lijnchef en/of coach Uw lijnchef is verantwoordelijk voor de organisatie van uw werkomstandigheden en loopbaanbeleid. Hij is daarom naast lijnchef ook uw begeleider in de werkomgeving. De lijnchef bewaakt de voortgang van het werkend leren gedurende de hele opleiding en is aanspreekpunt bij problemen. Hij draagt er zorg voor dat u leerzaam werk kunt doen, dat alles goed georganiseerd is en dat de randvoorwaarden voor effectief leren aanwezig zijn. Tevens onderhoudt hij contacten met de Politieacademie. In voorkomende gevallen kan een lijnchef een deel van de coaching, waar het gaat om het verwerven van specifieke competenties, delegeren aan een materiedeskundige collega. Uw lijnchef heeft een rol bij de begeleiding en beoordeling van leeropdrachten en examenopdrachten. 11 3.3. Docent De docent kan verschillende rollen vervullen: als docent/trainer begeleidt hij u inhoudelijk bij het verwerven van kennis en ontwikkelen van competenties. als ontwerper/ontwikkelaar ontwerpt hij leeromgevingen, leeractiviteiten, leermiddelen en materialen die uw leren uitlokken en faciliteren. als coach biedt hij u ondersteuning bij het leerproces: hij helpt u bij het op gang brengen van het leerproces en het in goede banen leiden daarvan. Hij schept voorzieningen en randvoorwaarden om te leren en zorgt voor feedback. als examinator beoordeelt hij uw leerresultaten.

4. Inhoud van de kernopgaven 4.1. Effectief Leidinggeven (4400132) Inhoud Effectief leiderschap staat of valt met uw persoonlijke leidinggevende competenties. Het startpunt van deze kernopgave is bewustwording van uw eigen leiderschap, uw kwaliteiten en valkuilen, het effect van uw manier van communiceren en uw waarden en normen. Hierbij zijn wederzijdse feedback en zelfreflectie onontbeerlijk. Leidinggeven aan medewerkers, individuen en groepen, vraagt ook om vaardigheden die tijdens de contactdagen en in opdrachten geoefend worden. Voorbeelden hiervan zijn: onbevooroordeeld luisteren en goede vragen stellen, aanspreken van medewerkers op prestaties, (team)vergaderingen leiden, personeelsinstrumenten hanteren (functionerings- en beoordelingsgesprekken, ziekteverzuim, klachten, enz.) en het coachen van medewerkers. Ten slotte komt in de kernopgave uw rol en positie als leidinggevende binnen het grotere organisatiegeheel aan de orde. U houdt zich bezig met: - kijken naar systemen binnen de organisatie en hun werking - positie innemen ten opzichte van uw sandwichpositie als operationeel leidinggevende - bewust worden van de effecten van organisatiebeleid op uw rol en positie - uitdragen van beleid over de thema s integriteit en multicultureel vakmanschap. Opbouw Deze kernopgave omvat 308 studiebelastingsuren. Het onderwijs is verdeeld in drie clusters met in totaal 19 contactdagen: - ik als leidinggevende (7 contactdagen) - ik en mijn team (8 contactdagen) - ik en de organisatie (4 contactdagen) Randvoorwaarden Voor de uitvoering van de leeropdrachten van deze kernopgave is een leerwerkplek nodig waar u, gedurende de opleiding, operationeel politieleidinggevende bent van (een team) medewerkers die met elkaar verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van bepaalde werkzaamheden in de politiepraktijk. NB: Voor deze kernopgave kan geen vrijstelling aangevraagd worden. 4.2. Visie en beleid (4400133) Inhoud Politiek-bestuurlijke gevoeligheid, het kennen van zowel visie als beleid van partners in veiligheid én dat van de eigen organisatie wordt steeds belangrijker voor leidinggevenden bij de Nederlandse politie. De rode draad van deze kernopgave is het ontstaan van beleid, met daarin de verschillende manieren van agendavoering en het kunnen vertalen in eigen woorden (creëren van draagvlak bij de eigen medewerkers!). Bij het ontstaan van beleid wordt gekeken naar de verschillende factoren die invloed hebben op het ontstaan van beleid en naar de actoren met hun eigen rol en eigen belang. In het kader van de beïnvloeding van beleid door de operationele leidinggevende wordt gekeken naar de andere spelers in de veiligheidsarena. 12

Vertaling van strategisch beleid (zoals vastgelegd in Politie in Ontwikkeling, de Werkgeversvisie, de Visie op politieleiderschap, de Normaalste zaak van de wereld en stukken over integraal veiligheidsbeleid van de onderscheiden overheden) naar de operationele uitvoering in de politiepraktijk, is een van de competenties die in deze kernopgave wordt geleerd en geoefend. Bij de vertaling van beleid naar operationeel werk, de core business van de operationele leidinggevende, zoomen we in op de dilemma s en de kansen die vanuit het beleid opkomen. De kernopgave wordt afgesloten met het maken van een operationeel werkplan. Opbouw Deze kernopgave omvat 9 contactdagen en in totaal 168 studiebelastingsuren. De inhoud is onderverdeeld in twee onderdelen: 1. Legitimering van beleid Beleidskaders aangeven Beleid reconstrueren Prioriteiten motiveren Gevolgen beleid benoemen 2. Doel en aanpak Doelen formuleren Aanpak bepalen Randvoorwaarden aangeven Randvoorwaarden Voor de uitvoering van de leeropdrachten is een leerwerkplek nodig waar u leiding geeft op operationeel niveau en waar actuele (veiligheids)vraagstukken spelen. 4.3. Management en organisatie (4400134) Inhoud Deze kernopgave is gericht op het verwerven van competenties om in de politieorganisatie bedrijfsvoeringvraagstukken op operationeel niveau effectief te benaderen. Uitgangspunten zijn het stimuleren van inzicht in de samenhang tussen de verschillende elementen en niveaus in de bedrijfsvoering, en de rol, taken en verantwoordelijkheden van de operationeel leidinggevende daarin. Er komen verschillende thema s aan de orde, zoals kwaliteitsmanagement, informatiemanagement, capaciteitsmanagement en procesmanagement. Verder worden verklarende theorieën en modellen als hulpmiddelen en gereedschappen aangeboden, zoals het INK-model. De nadruk ligt op praktische toepasbaarheid in de politiepraktijk en een belangrijk onderdeel van de kernopgave is daarom het uitvoeren van een praktijkopdracht. Opbouw Deze kernopgave heeft 7 contactdagen en in totaal 168 studiebelastingsuren. De kernopgave bestaat uit de volgende onderdelen: Inleiding bedrijfsvoering Procesmanagement Organisatie-inrichting Capaciteitsmanagement 13

Informatie en sturing Monitoren en evaluatie Bedrijfsbezoek Randvoorwaarden Voor de uitvoering van de leeropdrachten is een leerwerkplek nodig waar - op operationeel niveau - intern een verbeterslag moet plaatsvinden om een proces beter te laten verlopen. Bij de uitvoering van de opdrachten wordt een vooraf vastgesteld beleidsvoorstel/beleidsplan uit de politieorganisatie als uitgangspunt gebruikt. Hierbij is het belangrijk dat de organisatorische verandering door uw lijnchef gewenst is, en uitvoerbaar. De lijnchef heeft direct belang bij de uitkomst en moet in staat zijn u voldoende te faciliteren bij het realiseren van de uitkomst. 4.4. Verandermanagement (4400135) Inhoud Veranderen is een breed begrip; veranderingen kunnen op diverse aspecten betrekking hebben en er zijn verschillende strategieën mogelijk om veranderingen door te voeren. Binnen de kernopgave Verandermanagement hebben de veranderingen te maken met het veranderen van ongewenste cultuurelementen. Na de kernopgaven Visie en beleid en Management en organisatie weet u hoe u de bedrijfsvoering zo moet inrichten dat u de politietaken kunt uitvoeren waar u met uw team voor staat. Echter, dat alle randvoorwaarden gerealiseerd zijn, wil nog niet zeggen dat het team ook daadwerkelijk al het beleid uitvoert. Voor sommige zaken zijn medewerkers intrinsiek gemotiveerd (zoals voor boeven vangen ), voor zaken die indirect met deze taak te maken hebben, is de motivatie soms lager (bijhouden van een administratie). Bij dat soort zaken ziet men allerlei gewoonten en rituelen ontstaan die simpel aan te pakken lijken (vertellen wat ze moeten doen, overtuigen), maar die in de praktijk vaak hardnekkig blijken te zijn. Dan hebben we het over ongewenste cultuurelementen. Binnen de kernopgave Verandermanagement leert u mensen zo in beweging te brengen dat ongewenst groepsgedrag binnen uw team wordt omgebogen naar gewenst groepsgedrag. Opbouw De kernopgave omvat 8 contactdagen en in totaal 196 studiebelastingsuren. De volgende thema s komen aan de orde: - Wat is een diepgaande en blijvende verandering? - Kennismaking organisatiecultuur - Werken met beelden en metaforen - Diagnose: waar zit het probleem? - Plannen van interventies en omgaan met weerstand - Positie en rol leidinggevende tijdens veranderproces - Reflectie Randvoorwaarden Voor de uitvoering van de leeropdrachten is een leerwerkplek binnen de politieorganisatie nodig waar een verandertraject gaande is of opgestart wordt en waar u een deel van een cultuurprobleem kunt oppakken. Hierbij bent u als leidinggevende op operationeel niveau werkzaam. De werkplek en het management moeten u de ruimte bieden om deze rol te kunnen vervullen. 14

4.5. Hulpofficier van justitie (4400107) Inhoud In deze kernopgave wordt u voorbereid op de taken en verantwoordelijkheden in het werk als hulpofficier van justitie. De nadruk ligt enerzijds op het actualiseren en aanscherpen van theoretische kennis over het strafproces; anderzijds wordt er ruim aandacht besteed aan de toepassing van bevoegdheden. De belangrijkste activiteiten zijn: toetsen van strafvorderlijk handelen nemen van strafvorderlijke beslissingen bewaken van de strafprocedure beschermen rechtsbeginselen plaatsen van strafvorderlijk handelen in een rechtsstatelijke context rechtvaardig handelen professioneel-juridisch analyseren distantie ten aanzien van de verschillende partijen in het strafproces anticiperen op het verloop van het strafproces oplossen van strafvorderlijke dilemma s strafrechtelijke verantwoording afleggen en hierover overleg voeren met relevante betrokkenen uitvoering geven aan de specifieke bevoegdheden / aanwenden van de verschillende strafvorderlijke dwangmiddelen Na het voltooien van deze kernopgave voldoet u aan de competenties zoals omschreven in de regeling Hulpofficier van Justitie 2008 en beschikt u over het bijbehorende certificaat. Opbouw De kernopgave bestaat uit vier contactdagen en in totaal 84 studiebelastingsuren. Op dag 1 wordt de functie van de hulpofficier van justitie belicht, met de daarbij behorende verantwoordelijkheden. Tevens gaan we van start met het zogenaamde Juridisch Analyse Model (J.A.M.). Op dag 2 wordt het J.A.M. toegepast op casuïstiek en besteden we aandacht aan de problematiek rond opgemaakte processen-verbaal en de controle/toetsing daarop. Alles vanuit de functionaliteit van de hulpofficier van justitie. Op dag 3 is er een gastcollege met een officier van justitie. Deze zal vooral aandacht besteden aan de communicatie tussen politie (HOvJ) en OM (OvJ). Tevens wordt die dag Progis behandeld, het Programma Informatievoorziening Strafrechtsketen, en is er aandacht voor de verantwoordelijkheden met betrekking tot inbeslagneming van goederen en de afhandeling / het labelen daarvan. Op dag 4 worden de uitgewerkte korpsopdrachten behandeld, waarbij onder andere gefocust wordt op dilemma s met betrekking tot onderwerpen zoals huisverbod, ombudsman en jurisprudentie. Randvoorwaarden Er wordt van u een hoge mate van zelfstudie verwacht ter voorbereiding op de contactdagen. Tijdens de contactdagen wordt het zelfstudiemateriaal als bekend verondersteld en als beginniveau gehanteerd. Als u al beschikt over een HOvJ-certificaat, dan heeft u twee opties: 1. U volgt de kernopgave niet. Dit moet door de korpsgemandateerde gemeld worden bij de Politieacademie. 2. U gebruikt de kernopgave HOvJ voor uw hercertificering. Op het moment dat u het diploma aanvraagt, moet u beschikken over een geldig HOvJ-certificaat. 15

4.6. Leidinggeven aan de uitvoering van criminaliteitsbeleid (4400162) Inhoud Van de operationeel leidinggevende binnen de opsporing wordt verwacht dat hij een eigen visie op criminaliteitsproblematiek kan ontwikkelen en uitdragen. Hij moet in staat zijn kennis van beleid, criminaliteit en organisatie te bundelen tot een gedegen advies. Criminologie vormt een belangrijke kenniscomponent in deze kernopgave. Naast deze kenniscomponent wordt aandacht besteed aan competenties die nodig zijn om effectief te kunnen adviseren. Opbouw De kernopgave bestaat uit 6 contactdagen en beslaat in totaal 112 studiebelastingsuren. De kernopgave bevat twee componenten: een theoretisch gedeelte dat gericht is op criminologische- en beleidstheorieën, en een praktisch deel dat gericht is op het verwerven van competenties die met adviseren samenhangen. Randvoorwaarden Het uitvoeren van de leeropdrachten is niet specifiek gebonden aan een werkplek. Deze kernopgave is sterk theoretisch van karakter. Het is wel noodzakelijk om een opdracht van een geografisch of functioneel verantwoordelijke te krijgen in het kader van de proeve van bekwaamheid. Deze opdracht betreft een criminaliteitsprobleem. Het onderwerp voor de proeve van bekwaamheid kan worden meegenomen naar de volgende kernopgave en daarom is het verstandig deze kernopgave uit te voeren op een werkplek waar ook feitelijk leiding gegeven kan worden aan een opsporingsonderzoek/project. 4.7. Leidinggeven aan opsporingsprocessen en projecten (4400163) Inhoud Bedrijfsvoering en sturen op doelen en resultaten staan centraal in deze korte kernopgave. Er wordt dieper ingegaan op de competenties die in het eerste leerjaar op dit gebied zijn verworven. Er wordt gewerkt binnen de uitgangspunten van het Referentiemodel Bedrijfsprocessen Politie (RBP) omdat veel opsporingsonderzoeken projectmatig worden uitgevoerd. De competenties die nodig zijn om binnen deze omgeving te kunnen leidinggeven, worden getoetst in de proeve. Naast theorie over projectmatig en procesgericht werken, wordt specifiek aandacht besteed aan zaken als overige informatie, het formuleren van en sturen op doelstellingen en kwaliteitsbewaking. In deze kernopgave wordt verder gewerkt met de kennis die is opgedaan bij de kernopgave Management en organisatie. Opbouw Deze kernopgave heeft 4 contactdagen en beslaat in totaal 84 studiebelastingsuren. Er wordt gebruik gemaakt van verschillende werkvormen om de theorie toe te passen op de eigen praktijk. Randvoorwaarden Voor deze kernopgave is het noodzakelijk dat u daadwerkelijk een opsporingsonderzoek aanstuurt. Hierbij moet u in staat zijn om meerdere opsporingsambtenaren aan te sturen en taken te delegeren. Het is de bedoeling om (als dit mogelijk is) het onderwerp vanuit deze kernopgave mee te nemen naar de volgende kernopgave ( Leidinggeven aan opsporingstactieken ) waar uitvoering van het projectplan kan plaatsvinden. 16

4.8. Leidinggeven aan opsporingstactieken (4400164) Inhoud Het onderwijs in deze kernopgave richt zich voornamelijk op objectieve waarheidsvinding. Aan bod komt wat je als leidinggevende binnen de opsporing allemaal moet kennen en kunnen om het beste uit je team te halen, je omgeving te beïnvloeden en rekening te houden met complicerende factoren. Tactiek is niet iets dat je alleen verzint; het is teamwork. Het optimaal benutten van de teamcompetenties wordt getoetst in de proeve. Thema s als hypothesen, scenario s en brainstormen komen aan bod, evenals veiligheid, kritisch vermogen en reflectie. Ook internationale rechtshulp maakt onderdeel uit van deze kernopgave. Daarnaast wordt u voorbereid op een week studie in Engeland. Op de Crime Academy in Londen zult u de Management of Serious Crime Course volgen in een simulatiesuite. Opbouw Deze kernopgave heeft 14 contactdagen en beslaat in totaal 280 studiebelastingsuren. Daarnaast vinden vijf trainingsdagen plaats op de Crime Academy in Londen. Vanwege de beperkte capaciteit van de simulatiesuite kan het voorkomen dat u deze dagen niet in de reguliere groepssamenstelling volgt. In de OLL-R wordt voor deze training in Londen facultatief ondersteunend Engels taalonderwijs aangeboden. De studiebelastingsuren zijn opgenomen in deze kernopgave, het onderwijs is echter verspreid over het gehele tweede jaar. De kernopgave is opgebouwd uit 8 blokken, te weten: Blok 1: rechtspsychologie Blok 2: brainstormen Blok 3 en 4: effect, impact en effectiviteit van opsporingstactieken Blok 5: internationale rechtshulp Blok 6: juridische vaardigheden Blok 7: voorbereiding simulatietraining in Londen Blok 8: week simulatietraining in Londen Randvoorwaarden Het uitvoeren van zowel de leeropdrachten als de proeve van bekwaamheid vraagt om een werkplek waarbij u in staat bent om als tactisch coördinator een opsporingsonderzoek aan te sturen. In principe is dat het onderzoek uit de voorgaande kernopgave. De simulatietraining in Londen vindt plaats in het Engels. Een behoorlijke beheersing van de Engelse taal is daarom noodzakelijk. Volg hiervoor desgewenst het aangeboden taalonderwijs. 4.9. Leidinggeven met behulp van forensische opsporing, intelligence en operationele ondersteuning (4400165) Inhoud Deze kernopgave valt in drie delen uiteen die allemaal verzorgd worden door deskundige instituten van de Politieacademie en daarbuiten. Forensic Awareness, PD management, informatiesturing en het gebruik van analyseproducten komen zeker aan de orde, terwijl ook juridische en tactische thema s een belangrijke rol spelen. De rode draad in deze kernopgave wordt gevormd door de vraag wat je als operationeel leidinggevende kunt met de expertise van derden en wat het inzetten van deskundigen betekent voor de sturing op het onderzoek. Omgaan met professionals is een belangrijk thema. 17

Opbouw Deze kernopgave bestaat uit 12 contactdagen en bevat in totaal 224 studiebelastingsuren. De kernopgave is opgebouwd in 6 blokken: Blok 1: Algemene theorie Blok 2: Forensische opsporing en PD management Blok 3: Intelligence Blok 4: Financiële en digitale opsporing Blok 5: Operationele ondersteuning Blok 6: Werken met professionals en simulatie Randvoorwaarden U moet in staat zijn keuzes te verantwoorden in uw proeve van bekwaamheid. Daarvoor is het noodzakelijk dat u in een operationeel onderzoek ook daadwerkelijk keuzes heeft kunnen maken met betrekking tot bijvoorbeeld ondersteuning. Een aansturende rol in een operationeel onderzoek is daarom wenselijk. In principe is dit het onderzoek uit de voorgaande twee kernopgaven. 4.10. TGO-VKL (4400170) Inhoud In een korte, maar intensieve training leert u om beter structuur te bewaren en afgewogen beslissingen te nemen. Met oog voor de mens in het team en focus op de kwaliteit van de opsporing wordt gewerkt aan competenties die nodig zijn om in de hectische fase van een TGO, en daarna, succesvol te kunnen samenwerken. Deze training is bestemd voor alle functies binnen de vaste kern van leidinggevenden binnen een TGO. Opbouw Deze kernopgave bestaat uit 4 contactdagen (2x2 dagen); twee theoretisch gerichte dagen en twee praktisch gerichte dagen (simulatietraining). In totaal omvat de kernopgave 56 studiebelastingsuren. De simulatietraining vindt plaats op een andere locatie van de Politieacademie. Randvoorwaarden U beschikt over een lijnchef die verantwoordelijk is voor uw begeleiding tijdens het werkend leren. Daarnaast beschikt u over een leerwerkplek waar u de korpsleeropdrachten kunt uitvoeren. 18

5. Praktische informatie 5.1. Informatiebronnen Naast deze studiewijzer zijn er nog andere informatiebronnen die u kunt gebruiken om meer informatie over uw studie, de SPL of de Politieacademie te vinden: - Website School voor Politie Leiderschap: http://spl.politieacademie.nl Op deze website vindt u algemene informatie over de SPL, maar ook een selectie van actuele nieuwsberichten over (politie)leiderschap en een overzicht van de geplande activiteiten voor de komende periode. - Website Politieacademie: http://www.politieacademie.nl Op de website van de Politieacademie vindt u meer informatie over de Politieacademie, zoals adresgegevens. Ook kunt u via deze website meer informatie vinden over de SPL en de andere scholen van de Politieacademie en het onderwijs dat verzorgd wordt. - Blackboard: http://ecampus.politieacademie.nl/ Op Blackboard vindt u gedetailleerde informatie over de inhoud van de kernopgaven, de proeven en allerlei andere zaken omtrent uw opleiding. Ook de literatuurlijst vindt u hier. Blackboard is een onderdeel van de digitale onderwijsportal E-campus. - PolitieKennisNet: http://pkn.politieacademie.nl/politiekennisnet PolitieKennisNet (PKN) is het landelijke digitale kennis- en informatieportaal met onder andere de politiekundige kennisbank en virtuele kantoren. Deze diensten zijn beschikbaar voor het politieonderwijs, de politiepraktijk en partners in de publieke veiligheid. - Mediatheek: http://mediatheek.politieacademie.nl Elke vestiging van de Politieacademie beschikt over een eigen mediatheek. Dit is een (gratis) mediatheek voor de hele Nederlandse politie. In de mediatheek kunt u alle informatie vinden over politiekunde en politiegerelateerde onderwerpen. Zwaartepunten in de collectie liggen bij recherche, verkeer, milieu, gevaarbeheersing en leiderschap. De collectie bestaat uit boeken, rapporten, tijdschriften, beeldmateriaal, dag- en weekbladen en digitale bronnen. De catalogus van de mediatheek is online beschikbaar. 5.2. Diplomering Als u alle examenopdrachten voldoende afgesloten heeft, kunt u uw diploma aanvragen bij de studentenadministratie. Hiervoor moet u alle examenresultaten overleggen die u gedurende de leergang in uw portfolio heeft verzameld. Vier keer per jaar wordt een diploma-uitreiking georganiseerd. Als u niet naar de diploma-uitreiking gaat, wordt uw diploma na afloop naar uw huisadres verzonden. 5.3. Studenten Informatiepunt (STIP) Voor alle vragen, opmerkingen, ervaringen, klachten en ideeën over het politieonderwijs kunt u terecht bij het Studenten Informatiepunt van de Politieacademie. Het STIP is bereikbaar via telefoonnummer 055-5392288 en het e-mailadres info@politieacademie.nl. Het STIP probeert de vragen en signalen direct op te pakken en op te lossen. Lukt dat niet, dan speelt het de vragen door en volgt het antwoord in een later stadium. Het Informatiepunt is gehuisvest op de concernlocatie in Apeldoorn. 19

5.4. Adressen Het onderwijs van de OLL-R wordt voornamelijk verzorgd in Apeldoorn en Warnsveld. Het is mogelijk dat ook gebruik wordt gemaakt van andere vestigingen van de Politieacademie of externe locaties. Concernlocatie Apeldoorn Arnhemseweg 348 7334 AC Apeldoorn Telefoon (055) 539 20 00 Fax (055) 539 26 25 Locatie Warnsveld Rijksstraatweg 127 7231 AD Warnsveld Telefoon (0575) 58 00 00 Fax (0575) 58 00 48 Postadres Politieacademie Postbus 834 7301 BB Apeldoorn De Politieacademie maakt gebruik van één postadres voor alle locaties. Geef bij het versturen van post duidelijk aan voor welke locatie en persoon de post bedoeld is. 20