Programmastructuur Cultuur Utrecht is een aantrekkelijke cultuurstad met internationale allure. Subdoelstelling Kosten 1 Utrecht is een aantrekkelijke cultuurstad met internationale allure voor kunstenaars, bewoners, ondernemers en bezoekers. 1.1 Utrecht kent een veelzijdig, artistiek interessant aanbod en bloeiend productieklimaat, wat zichtbaar wordt op een verscheidenheid aan locaties in de gehele stad. 34.392 1.2 Utrecht kent een breed, divers samengesteld publiek van kenners en nietkenners, dat deelneemt aan het culturele leven in de stad, op locaties in zowel de binnenstad als de verschillende wijken. 5.216 1.3 De culturele betekenis maakt Utrecht tot een aantrekkelijke stad, zowel lokaal, nationaal als internationaal. 1.116 Bedragen zijn in duizenden euro's.
1.12 Cultuur Algemene programmadoelstelling Het programma Cultuur draagt bij aan de profilering van Utrecht als stad van kennis en cultuur. De stad is een aantrekkelijke en gastvrije ontmoetingsplaats, met internationale allure, broedplaats van talent. Het programma draagt hier aan bij door stimulering van initiatieven uit de stad en ondersteuning van op een veelzijdige programmering, een bloeiend productieklimaat, een brede samenstelling van publiek en de voorbereiding van de viering van 900 jaar Stadsrechten in 2022. TivoliVredenburg, het nieuwe icoon van de stad met vijf muziekzalen, heeft in juni 2014 zijn deuren geopend en deze gebeurtenis zal worden benut om Utrecht te profileren als internationale stad van muziek. In de eerste helft 2014 zijn de instellingen Cultuurnotaperiode -2016 door een externe visitatiecommissie gevisiteerd. Het doel was een actueel beeld te krijgen van de uitvoering van de beleidsplannen en zo nodig aanvullende afspraken te maken voor. Meerjarige beleidsvoornemens die zijn opgenomen in beleidsnota's, -visies of kaders: Cultuurvisie 2012-2022: Open Ruimte Open Ruimte Benut Actualisering Cultuurvisie 2012-2022 Cultuurconvenant Landsdeel Midden -2016 Bestemming Utrecht, stad van kennis en cultuur Beleidsplan Kunst in de Openbare Ruimte Utrecht -2016 Plan van aanpak Kunst in het Stationsgebied 2009 Convenant met Provincie Utrecht, het Cultuurpact Bestuurlijk kader Cultuur en Onderwijs Nota Kapitaalgoederen - Subdoelstelling 1.1: Utrecht kent een veelzijdig, artistiek interessant aanbod en bloeiend productieklimaat, wat zichtbaar wordt op een verscheidenheid aan locaties in de gehele stad Subdoelstelling 1.1 Utrecht kent een veelzijdig, artistiek interessant aanbod en bloeiend productieklimaat, wat zichtbaar wordt op een verscheidenheid aan locaties, in de gehele stad. Wat willen we bereiken? E1.1.1 Een breedschalig scala van culturele instellingen/ makers produceert en programmeert een veelzijdig, divers, artistiek interessant aanbod op diverse locaties in de gehele stad. P1.1.1 Het faciliteren van artistiek interessante activiteiten van Utrechtse makers en culturele instellingen, op diverse locaties in de gehele stad. Vanaf de Programmabegroting valt de prestatiedoelstelling 1.1.2 voor de drie voormalige diensten, Stadschouwburg, Muziekcentrum Vredenburg en Centraal Museum, onder prestatiedoelstelling 1.1.1. aangezien zij als zelfstandige stichtingen deel zijn gaan uitmaken, van de lijst van culturele organisaties, die wij meerjarig subsidiëren. 2/9
Wat willen we bereiken? Effectdoelstelling 1.1.1 Een breed scala van culturele instellingen/ makers produceert en programmeert een veelzijdig, divers, artistiek interessant aanbod op diverse locaties, in de gehele stad. Een bloeiend productieklimaat en Rijk cultureel aanbod in alle kunstdisciplines, groot- en kleinschalig, traditioneel en vernieuwend, toegankelijk en verkennend dragen bij aan de culturele dynamiek en veelzijdigheid van het culturele leven in de stad en daarmee aan de landelijke en internationale betekenis van Utrecht als cultuurstad. Diversiteit in producerende en programmerende culturele organisaties bevordert de kwaliteitsontwikkeling en het publieksbereik van dit aanbod. Wij faciliteren een voldoende aantal goed toegeruste culturele accommodaties, zowel in de binnenstad als in de diverse wijken. We ondersteunen artistiek aantrekkelijke productie- en programmeringsactiviteiten van Utrechtse culturele instellingen en makers. Met goede faciliteiten willen wij zowel jonge talentvolle, als al succesvolle makers voor de stad behouden Prestatiedoelstelling 1.1.1 Het faciliteren van artistiek interessante activiteiten van Utrechtse makers en culturele instellingen op diverse locaties in de gehele stad. Uitvoering afspraken Cultuurnota -2016 met producerende en programmerende instellingen. Van de drie voormalige diensten, Stadschouwburg, Muziekcentrum Vredenburg en Centraal Museum, verwachten wij dat zij in een voortrekkersrol- invulling geven aan de drie hoofdthema s uit onze cultuurvisie stad als podium, stad als creatieve ruimte en stad als leeromgeving. In het voorjaar van 2014 heeft TivoliVredenburg de deuren voor het publiek geopend. Het muziekpodium biedt een veelzijdige en artistiek interessante programmering. Met de in gebruik name van het gebouw zijn de activiteiten op de oude locaties in Leidsche Rijn en aan de Oudegracht afgebouwd. Voor de gebleken knelpunten van interne geluidsoverdracht wordt, zowel bouwkundig en als in de programmering, naar een oplossing gezocht. Wij ondersteunen de Stadsschouwburg Utrecht en het Centraal Museum, op basis van de bij de verzelfstandiging gemaakte afspraken en beleidsplannen -2016. In wordt de verbouwing van de Stadsschouwburg afgerond. De Blauwe Zaal, het entreegebied, kantoren en met bijzondere urgentie voor de schouwburg zelf de Douwe Egbertszaal zijn dan aangepast. Versterkt door de opgelegde efficiencykorting op de grote subsidie-instellingen, gaan wij de besturen verzoeken, bij de verwerking van deze korting in hun activiteitenplannen 2016, nadrukkelijk oplossingen te zoeken, in de sfeer van bedrijfsvoering, indirecte kosten en overhead. Wij ondersteunen nieuwe talenten en ontwikkelingen in diverse disciplines met éénmalige subsidies. In lijn met het coalitieakkoord wordt in het tweede kwartaal van het Castellum Hoge Woerd in Leidsche Rijn opgeleverd. Na de fase van inrichten en testen wordt het Castellum, in het derde kwartaal, voor publiek geopend. Ter uitvoering van het coalitieakkoord onderzoeken wij de mogelijkheden voor de exploitatie van een culturele functie binnen het vast te stellen budget, waarvoor een culturele ondernemer wordt geselecteerd. We stimuleren de ontwikkeling van broedplaatsen, wanneer een haalbare exploitatie voor culturele en creatieve functies blijkt, met daarbij aandacht voor binnenstedelijke locaties in ontwikkeling, zoals Rotsoord en de Cartesiusdriehoek. Hierbij sluiten we aan bij de wens in het coalitieakkoord om met flexibeler bestemmen en regelarme zones, ruimte te bieden voor tijdelijke initiatieven en wordt aangesloten op het wijkgericht werken, waarin wordt gesteld-dat gebouwen in de wijk multifunctioneel worden gebruikt. Binnen het broedplaatsenbeleid kunnen initiatiefnemers een beroep doen op het ingestelde Borgstellingsfonds Broedplaatsen. 3/9
Indicatoren subdoelstelling 1.1 Indicator Bron Nulmeting 2012 Effectindicatoren: Percentage Utrechters dat cultureel aanbod waardeert E1.1.1 op stedelijk niveau Percentage Utrechters dat cultureel aanbod waardeert E1.1.1 op buurtniveau Inwonersenquête 85% ( 2009) 80% 77% 80% >80% Inwonersenquête 43,4% 2009) 43% 38% 43% >45% Prestatie indicatoren: Aantal lang- en meerjarig P1.1.1 gesubsidieerde instellingen Subsidiestaat 60 (2009) 62 60(1) 60 PM SIU- (subsidie P1.1.1 Aantal gehonoreerde projectaanvragen Softwaresysteem) 117(2009) ) 123 93 100 100 Conform besluit subsidievoorstellen -2016, september 2012. Wat mag dat kosten? Rekening 2014 2016 2017 Lasten P1.1.1 Faciliteren activiteiten 31.348 40.800 34.392 34.191 38.434 37.890 P1.1.2 Programmeren 8.419 0 0 0 0 0 Totaal lasten 39.767 40.800 34.392 34.191 38.434 37.890 Baten P1.1.1 Faciliteren activiteiten 201 0 0 0 0 0 P1.12 Programmeren 3.557 0 0 0 0 0 Totaal baten 3.758 0 0 0 0 0 Saldo lasten en baten 36.008 40.800 34.392 34.191 38.434 37.890 Mutaties reserves Toevoeging reserves 3.216 1.467 0 0 0 0 Onttrekking reserves 2.235 5.962 1.340 1.207 653 153 Saldo na mutaties reserves 36.989 36.304 33.052 32.985 37.781 37.737 Bedragen zijn in duizenden euro s. 4/9
Financiële toelichting Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe. Prestatiedoelstelling 1.1.1: Faciliteren activiteiten In 2014 waren de lasten 6,4 miljoen euro hoger begroot dan in. In 2014 zijn Muziekcentrum Vredenburg en Tivoli samengegaan in TivoliVredenburg die halverwege 2014 de deuren van het nieuwe pand heeft geopend. In december heeft de gemeenteraad besloten om TivoliVredenburg in 2014 een bedrag toe te kennen voor frictiekosten personeel van 3,9 miljoen euro en een subsidiesuppletie van 0,9 miljoen euro te verlenen voor het weerstandsvermogen. Daarnaast is in 2014 aan het Muziekpaleis incidenteel 0,7 miljoen euro extra subsidie toegekend voor de opstart van de nieuwe organisatie. Om onder andere de nagekomen kosten en de vaste activa van het Muziekcentrum Vredenburg af te wikkelen is incidenteel 0,9 miljoen euro in de begroting 2014 opgenomen. Om deze extra lasten te dekken is een onttrekking van 5,8 miljoen euro uit reserves begroot en wordt 0,6 miljoen euro onttrokken bij de bestedings- en dekkingsvoorstellen 2014. Vanaf 2017 stijgen de lasten structureel met 4,2 miljoen euro. Deze stijging wordt veroorzaakt doordat het budget voor de exploitatie van het Cultuurforum van 8 miljoen euro vanaf 2017 structureel in de begroting is opgenomen. Daarnaast daalt het budget vanaf 2017met 2 miljoen euro doordat de incidentele ophoging wegvalt waarmee het cultuurbudget in het kader van het cultuurconvenant de afgelopen 4 cultuurnotaperiodes (2001 tot en met 2016) is opgehoogd. Verder is bij de Voorjaarsnota 2012 besloten om de collegeambities te halveren en daarmee het groeibudget van 2 miljoen euro vanaf met 1 miljoen euro te verlagen. Deze bezuiniging wordt in en 2016 volledig en in 2017 voor de helft gecompenseerd door het impuls Cultuurbudget van 2,5 miljoen euro te storten in de reserve Cultuurconvenant en daar in het desbetreffende jaar uit te onttrekken. Tot slot is bij de Voorjaarsnota tot een verlaging van 1,2 miljoen euro besloten door vanaf 2017 de subsidies aan het Centraal museum, de Stadsschouwburg en het Muziekpaleis ieder met 0,2 miljoen euro te verlagen, de subsidie aan Rasa met 0,5 miljoen euro te verlagen en overige kleinere efficiencytaakstellingen door te voeren. Toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves In wordt incidenteel nog 0,19 miljoen euro onttrokken aan reserves voor de dekking van de bijdrage voor de huurcompensatie en de subsidiesuppletie voor de exploitatie aan het Muziekpaleis. Daarnaast wordt in de periode tot en met 2017 uit de reserve Cultuurconvenant 2,5 miljoen euro onttrokken zoals hierboven beschreven. Verder is er meerjarig een bedrag van 0,15 miljoen euro begroot aan onttrekkingen voor de Programmaraad en de vrijval vaste activa. De programmaraad wordt per 2014 opgeheven en de begrote meerjarenonttrekking uit de reserve van de programmaraad zal met de afwikkeling eind 2014 worden stopgezet. Subdoelstelling 1.2: Utrecht kent een breed, divers samengesteld publiek van kenners en niet-kenners, dat deelneemt aan het culturele leven in de stad, op locaties in zowel de binnenstad als de verschillende wijken. Subdoelstelling 1.2 Utrecht kent een breed, divers, samengesteld publiek van kenners en niet-kenners, dat deelneemt aan het culturele leven in de stad, op locaties in zowel de binnenstad, als de verschillende wijken. Wat willen we bereiken? E1.2.1. Een breed publiek van kenners en nietkenners, afkomstig uit Utrecht en daarbuiten, neemt deel aan en/of voelt zich betrokken bij het culturele leven in de stad. P1.2.1 Het bevorderen van (actieve) cultuurparticipatie en een brede deelname in het aanbod, zoals geprogrammeerd en geproduceerd door Utrechtse makers/ instellingen. 5/9
Wat willen we bereiken? Effectdoelstelling 1.2.1 Een breed publiek van kenners en niet- kenners afkomstig uit Utrecht en daarbuiten neemt deel aan en/of voelt zich betrokken bij het culturele leven in de stad. Een zo divers mogelijk samengesteld publiek van kenners en niet-kenners, afkomstig uit Utrecht en daarbuiten, neemt in actieve en/of passieve vorm deel aan het culturele leven. Aandacht voor topcultuur en nieuw talent gaat hand in hand met aandacht voor culturele diversiteit, cultuurparticipatie en cultuur in de wijk. De wijkcultuurhuizen, opgenomen in de Cultuurnota -2016, spelen hierin een belangrijke rol. Prestatiedoelstelling 1.2.1. Het bevorderen van (actieve) cultuurparticipatie en een brede deelname in het aanbod, zoals geprogrammeerd en geproduceerd door Utrechtse makers/ instellingen. Uitvoering afspraken Cultuurnota -2016 van instellingen, gericht op participatie. Wij ondersteunen de activiteiten van de SCU, die bijdragen aan het culturele klimaat, toegankelijkheid van de kunst en de promotie van de stad in samenhang met het profiel van Utrecht, als stad van kennis en cultuur. Wij vinden het belangrijk dat binnen het financiële kader, instellingen beter samenwerken, op het gebied van cultuurpromotie en toeristische promotie. Van belang is de cultuurpromotie zodanig inhoud en vorm te geven, dat het culturele aanbod en daarmee de attractiviteit van de stad, optimaal tot uitdrukking komt. In het schoolseizoen 2014- wordt het tweede jaar uitgevoerd van het ontwikkeltraject Leerlijn creatief vermogen -2016. Financiering is op basis van matching met het Fonds voor Cultuurparticipatie. Wij ondersteunen met basissubsidies ruim 130 amateurverenigingen. De hiervoor geldende beleidsregel is verhelderd. Zimihc is van belang voor de exploitatie van drie wijkcultuurhuizen; Stefanus, Vorstelijk Complex en de Bouwstraat. Conform het coalitieakkoord spannen wij ons in meer middelen te verschaffen voor alle wijkcultuurhuizen. Wij hebben de (her)bouw van het Cereol-project (Oog in Al) ondersteund, dat eind 2014 wordt opgeleverd. In de Utrechtse wijken wordt met middelen uit het Fonds Stadsverfraaiing en door middel van de 1,5% regeling, kunstprojecten in de openbare ruimte en in openbare gebouwen gerealiseerd, in samenspraak met bewoners. Kunst in het Stationsgebied zet op basis en in navolging van de resultaten van Call of the Mall een programma van (tijdelijke) activiteiten voort en werkt aan een permanente kunsttoepassing op het toekomstige Jaarbeursplein. Indicatoren subdoelstelling 2 Indicator Bron Nulmeting 2012 Doelstellin g Effectindicatoren: Percentage Utrechters dat minstens 1x per jaar een culturele E1.2.1 activiteit bezoekt Inwonersenquête 87% ( 2009) 86% 84% >85% % >85% 6/9
Indicatoren subdoelstelling 2 Indicator Bron Nulmeting 2012 Doelstellin g Prestatie indicatoren: Aantal bezoekers aan gesubsidieerde instellingen ( in P1.2.1 miljoenen) Aantal leden van de gesubsidieerde amateurkunst P1.2.1 verenigingen >1,6 miljoen euro p.m. Jaarverslagen 1,8 miljoen euro (2009) 1,8 miljoen euro 1 2,7 miljoen euro SI-U (subsidie Softwaresysteem) 3791 (2009) 3837 4000 >3.500 >3.500 Wat mag dat kosten? Rekening 2014 2016 2017 Lasten P1.2.1 Bevorderen van (actieve) cultuurparticipatie 6.854 5.229 5.216 5.196 5.179 5.179 Totaal lasten 6.854 5.229 5.216 5.196 5.179 5.179 Baten P1.2.1 Bevorderen van (actieve) cultuurparticipatie 923 0 0 0 0 0 Totaal baten 923 0 0 0 0 0 Saldo lasten en baten 5.931 5.229 5.216 5.196 5.179 5.179 Mutaties reserves Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 0 0 0 0 0 Saldo na mutaties reserves 5.931 5.229 5.216 5.196 5.179 5.179 Bedragen zijn in duizenden euro s. Financiële toelichting Wij lichten de financiële ontwikkelingen niet verder toe omdat zich geen noemenswaardige ontwikkelingen voordoen in het budget. 1 Schatting op basis van jaarverantwoording. Hierin zijn bezoekersaantallen van de Vrede van Utrecht en de manifestatie meegenomen. 7/9
Subdoelstelling 1.3: De culturele betekenis maakt Utrecht tot een aantrekkelijke stad, zowel lokaal, nationaal als internationaal Subdoelstelling 1.3 De culturele betekenis maakt Utrecht tot een aantrekkelijke stad, zowel lokaal, nationaal als internationaal. Wat willen we bereiken? E1.3.1 Het vergroten van de lokale en (inter)nationale culturele betekenis van Utrecht. P1.3.1. Het faciliteren van een breed scala aan culturele activiteiten die bijdragen aan de verdere profilering van Utrecht, als (inter)nationale stad van kennis en cultuur. Wat willen we bereiken? Effectdoelstelling 1.3.1. Het vergroten van de lokale en (inter)nationale culturele betekenis van Utrecht. Cultuur werkt als een magneet, zowel binnen als buiten de stadsgrenzen, voor onder andere bewoners, kunstenaars, bezoekers, ondernemers. Mede dankzij het rijke culturele aanbod behoort Utrecht met Amsterdam tot de twee meest aantrekkelijke steden van het land. Deze positie willen wij graag behouden, versterken en ook internationaal aan betekenis laten winnen. Wij ondersteunen aansprekende projecten, die het internationale profiel van Utrecht, als stad van kennis en cultuur versterken en de positie van Utrecht, binnen de ( internationale) creatieve economie, bevorderen. Wij denken hierbij vooral aan internationaal georiënteerde activiteiten, die de Utrechtse creatieve sector artistiek op een hoger plan kunnen brengen en bijdragen aan de ontwikkeling van Utrechts talent. Wij doen dit in samenwerking met de creatieve sector, Provincie Utrecht, Universiteit Utrecht, Hogeschool voor de Kunsten, Hogeschool Utrecht en relevante partners in het bedrijfsleven. Het streven is met genoemde partners te komen tot een meerjarige strategische agenda, die duurzaam is en bijdraagt aan kennisdeling, netwerken en nieuwe vormen van samenwerking. Conform het coalitieakkoord zetten wij ons in om de veelheid van (inter)nationale festivals te behouden en uit te bouwen. Dit in de context van een reeks hoogtepunten in de komende jaren, zoals de 60ste verjaardag van Nijntje (),100 jaar Jaarbeurs en 100 jaar De Stijl (2017) en 900 jaar Stadsrechten (2022). Prestatiedoelstelling 1.3.1. Het faciliteren van een breed scala aan culturele activiteiten, die bijdragen aan de verdere profilering van Utrecht als (inter)nationale stad van kennis en cultuur. Wij ondersteunen Zimihc-Maatwerk/Utrecht Art Lab bij de voorbereiding van de Europese Brassbandkampioenschappen () en de organisatie van grootstedelijke, nationale en internationale evenementen. Wij initiëren een onderscheidend programma voor Kunst in de Openbare Ruimte in het Utrecht Science Park, dat onder meer ingaat op de relatie van kunst met de wetenschap. Een dergelijk programma sluit aan bij onze wens om in samenwerking te komen, tot versterking van (het internationale profiel van) het Utrecht Science Park. Indicatoren subdoelstelling 1.3 8/9
Indicator Bron Nulmeting 2012 Effectindicatoren: Landelijke positie als aantrekkelijke stad op grond van cultureel E1.3.1 aanbod Atlas voor Gemeenten 3 ( 2009) 3 22 2 1 Prestatie indicatoren: Aantal buitenlandse P1.3.1 bezoekers Toerisme Utrecht 241.0003 241.000 >241.000. >241.000. Wat mag dat kosten? Rekening 2014 2016 2017 Lasten P1.3.1. Internationalisering 2.845 1.364 1.116 1.116 1.103 1.103 Totaal lasten 2.845 1.364 1.116 1.116 1.103 1.103 Baten P1.3.1. Internationalisering 0 0 0 0 0 0 Totaal baten 0 0 0 0 0 0 Saldo lasten en baten 2.845 1.364 1.116 1.116 1.103 1.103 Mutaties reserves Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 250 0 0 0 0 Saldo na mutaties reserves 2.845 1.114 1.116 1.116 1.103 1.103 Bedragen zijn in duizenden euro s. Financiële toelichting Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen toe. Prestatiedoelstelling 1.3.1: Internationalisering In dalen de lasten met 0,25 miljoen euro. In 2014 is incidenteel 0,25 miljoen euro beschikbaar door de vrijval van de voorziening voor de lening aan stichting Sophia (besluit 10.108650). De lening aan stichting Sophia is in afgewikkeld. Toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves De onttrekking van 0,25 miljoen euro in 2014 is het budget van de voorziening voor de afgewikkelde lening aan stichting Sophia. 2 Bron: Atlas de Gemeenten 2014: factor cultuuraanbod (podiumkunsten) van de Woonaantrekkelijkheidsindex. 3 Bron: Toerisme Utrecht (CBS ): aantal overnachtingen in hotels, pensions en jeugdaccommodaties van buitenlandse gasten (inclusief zakelijk) in Utrecht. We beginnen te tellen bij omdat het CBS vanaf dat jaar een andere analysemethode hanteert. 9/9