Groenbemester als vervanging vals zaaibed Onkruidonderdrukking door groenbemesters 24 januari 2019, Wiepie Haagsma
Onkruidbeheersing in de praktijk Vruchtwisseling en gewaskeuze Hoofdgrondbewerking Teeltwijze Zaaibedbereiding Bestrijding (thermisch, mechanisch en handmatig) Bodembedekking: mengteelten, groenbemesters 2
Vele doelen van een groenbemester Nutriënten Organische stof Bodem en structuur Aaltjesbeheersing Biodiversiteit Onkruidonderdrukking GLB vergoeding 3
Onkruidbeheersing: Kwaliteiten groenbemester Concurrentie Licht: bovengronds (tijdens en na teelt) Water en nutriënten: ondergronds Allelopathie Tijdens groei Na inwerken 4
Concurrentie bovengronds: wegvangen licht Snelle kieming Snelle grondbedekking Grote en/of veel horizontale bladeren Lengte plant: hoger dan aanwezig onkruid; bij hoge(re) onkruiden als melganzevoet Minder bij laagblijvende soorten als muur en straatgras Lange bodembedekking (ook na bewerken of afvriezen) 5
Concurrentie ondergronds Wegvangen van vocht en nutriënten: Snelle kieming Snelle ontwikkeling Hoge productie boven- en ondergronds Type beworteling Zaai 1: eind juli, zaai 2: begin aug, zaai 3: half aug, zaai 4: begin sept Bron: Actualisatie kengetallen groenbemesters, PPO nr. 32520106, mei 2006 6
Allelopathie tijdens groei Wortelexudaten tijdens groei remmen/doden onkruiden Voorbeelden: haver, Japanse haver, boekweit, bladrammenas, rogge en Sorghum (sudangras) Werking is variabel en afhankelijk van: Ras Onkruidsoort Hoe gericht in te zetten? 7
Allelopathie na inwerken Vrijkomende stoffen zoals glucosinolaten uit cruciferen Optimaal: bewerken en inwerken rond bloei (50%) Neerslag na inwerken Werking is variabel en afhankelijk van: Omstandigheden Ras Onkruidsoort 8
Groenbemestermengsels Gele mosterd voederwikke Slagingskans Bodembedekking Beworteling Opbrengst Structuur Nutriënten opname en overdracht Verhoging biodiversiteit Tillage radish facelia 9
Keuze groenbemester voor onkruidbeheersing Grondsoort, evt. ziekten en plagen Voorvrucht: oogsttijdstip, vanggewas of vlinderbloemige, evt. onderzaai Volgvrucht: hoeveelheid gewasresten: geen ---- levende bv. zaaui ---- laat geplante kool Hoofdgrondbewerking (najaar/voorjaar, ploegen/gereduceerd) Soort of mengsel met snelle beginontwikkeling, hoge productie, goede en lange bodembedekking, 10
Aandachtspunten stikstof(gift) arme stoppel (graan) teel vlinderbloemige of vlinderbloemig rijk mengsel Indien mogelijk onder dekvrucht rijke stoppel (aardappel, ui, mais) geen enkelvoudige vlinderbloemige, evt. enkele in mengsel Groenbemester zo lang mogelijk laten staan 11
Teeltmaatregelen Na oogst: grondbewerking (wortelonkruiden bestrijden) Goede zaaibedbereiding: behandel groenbemester als hoofdgewas Voldoende zaaizaad: evt meer zaaien Zaaidiepte: snelle opkomst Zaaitijdstip Eventueel mogelijkheid schoffelen Maaien/klepelen indien nodig 12
Overzicht aantal groenbemesters Bron http://www.sare.org/learning-center/books/managing-cover- Crops-Profitably-3rd-Edition 13
. Bron http://edepot.wur.nl/10603 Literatuurstudie Teelt van groenbemesters in combinatie met niet kerende grondbewerking 14
Update Vanaf eind april beschikbaar op: www.beterbodembeheer.nl www.groenkennisnet.nl www.pps-groen.nl www.handboekbodemenbemesting.nl 15
Voorbeelden BASIS gewas volggewas 2019 zaaiuien zomergerst (+stro) Haver (+stro) aardappelen zaaiuien winterpeen kg/ha aandeel kg/ha aandeel kg/ha aandeel kg zaaizaad per ha 55 60 64 samenstelling gele mosterd 6 11% 5 8% 5 8% voederwikke 10 18% 40 67% 40 63% facelia 3 5% 3 5% 3 5% Alexandrijnse klaver 6 11% 6 10% 6 9% Niger 3 5% 3 5% 3 5% vlas 3 5% 3 5% 3 5% Tillage rammenas 4 7% 4 6% Japanse haver 20 36% 16
Benut kansen voor je bedrijf! Bewuste keuze: Groenbemesters... een kans voor je bodem..... Geef groenbemesters de aandacht die ze verdienen!! 17
Dank voor uw aandacht 18