Li Lefebure & Margot Senden

Vergelijkbare documenten
Lessuggesties creatieve lessen groep 1-2. Onderwaterwereld tekenen. Over de lessuggesties. Nodig: Voorbereiding: Uitvoering:

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Kern 6: geit-pauw-duif-ei

Lespakket. Het monsterbonsterbulderboek. Door: Maike Douglas.

Thema school. Deze werkbundel is van:

De Kleine Kerstboom Ruth Wielockx

Doe-tips bij Pauline Oud prentenboeken

Begrippen: Bekende begrippen: Kleur rood- blauw geel groen oranje paars vorm rond hoek bol kubus cilinder balk tent

LESBRIEF. Samenvatting: Bij dit boek horen diverse bijlagen: thema s: Ben jij ooit naar een neuzenfeest geweest?

Kern 3: doos-poes-koek-ijs

Bijlage 1. Beste ouders/verzorgers van de leerlingen van groep 3/4,

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg.

Carnavalsschilderij: Doel: Het stimuleren van de fijne motoriek en de hand oog coördinatie. Materiaal: Schilderspapier Verf Kwasten Plakband Schorten

Kern 2: teen - een - neus - buik - oog. Spellen bij kern 2. In deze kern leert uw kind: Letters: t n b oo ee Woorden: teen - een - neus - buik - oog

Knutselmap 1. De basis

De lente in met foam!

Maak een luister of een spreektaak

TAFELTASJE. Tafeltasje is een rugzak met daarin allemaal leuke spelletjes om de maal- en deeltafels in te oefenen. juf Tessa

seizoenskleuren Kijk eens naar buiten! Hoe kun je zien welk seizoen het is? Aan de bomen, aan de

Spelregels IK BOX spel (3 of 4 personen)

Vollenhove Wonen op een havezate

De pietenschool. speluitleg

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen.

Knutselen met Je knutsel Ei Kwijt November

De schoenenwinkel. Kleuterplein Lessuggestie groep 1-2. Keuzeactiviteit voor groep 1-2

Educatief pakket 4-5 jaar

Lesbrief Kikker viert de lente. Kikkertiendaagse: 21 t/m 30 maart Thema: Kikker viert de lente Leeftijd: voor kinderen van 3 tot en met 6 jaar

Pasen. Vrolijke paaskaart Leuke kaart om te kleuren die je met Pasen aan iemand kan geven. Bijvoorbeeld je vader, moeder, opa of oma.

Aan de tafel! Ga je mee om de wonderlijke wereld van de tafels te ontdekken? Bedacht en ontwikkeld door Linda van de Weerd.

Lesbrief bij de voorstelling Aardblij

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Sorteer netjes! 1. Knip de kaartjes van bijlage 1 uit. Sorteer

doekaart: HET MUSEUM (afspraken)

Nieuwsbrief Moederdag

ROL, SCHUIF EN BEDEK. MEER DOBBELSTEENWERKBLADEN? Kijk op heutinkvoorthuis.nl AANTAL SPELERS: 2-4

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Lesbrief Schaap 507 Voorstellingsproject Theater

rekentrainer jaargroep 5 Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Zwijsen naam:

B O O M A C T I V I T E I T E N H O E K

Nu ben jij aan de beurt!!!!!!!

K 1 Symmetrische figuren

Vlinder maken met een koffiefilter

LESBRIEF BIJ DE VOORSTELLING LATER ALS IK DOOD BEN

De wens van. Zoek een kandidaat die een bijzondere wens heeft. Interview de kandidaat. Geef de antwoorden van dat kind door aan de Spel afdeling.

Lespakket. Ssst de tijger slaapt. Door: Maike Douglas jufmaike.nl. De lessen met een * ervoor zijn alleen geschikt voor kleuters. ã jufmaike.

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Hoe gaat het in groep 1/2 b

Voorbereiding post 2. Wie weet hoe ik heet Groep 6-7-8

Schoolbrede start (15 min) Zie hoofdstuk Schoolbrede start.

FIJNMOTORIEK + VORMGEVING. Vervolledig de figuren. Juf, mag ik overvaren?

Taalactiviteiten. Woordkaarten. Prentenboeken. Woordkaarten met lidwoord

WERKBLAD mijn landschap

overzicht van het thema

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

Pak de jas! Werkvorm: Spel. Materiaal: Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes. Verloop:

De planeten Reis door het zonnestelsel

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

januari 2013 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof Winterwoorden - BVP Hint Music 2013

Hoe maak ik een werkstuk?

LEPELGANZEN HOE GA JE TE WERK:

GROEP 3 GROEP 4 GROEP 5 GROEP 6 GROEP 7 GROEP 8. limme Taal. Kranten en tijdschriften

Kern 5: reus-jas-riem-bijl

Leren als een expert!

DIGIPRENTSERIE: OPA KLOKSPIN

Opdracht 1 Nodig: kleurpotloden of stiften, poster Maak je huis mooi.

Tips spelend leren kern 3

Spellen bij kern 2 Spel 1: Stickers plakken Spel 2: Wie maakt de meeste woorden? Spel 3: Woorden maken Spel 4: Zelf typen Spel 5: Letterboek maken

lezen Veilig leren lezen Extra materiaal - Wenochtend in groep 3 voor oudste kleuters veilig leren Benodigde materialen

M i. deborah van de leijgraaf

DIGIPRENTSERIE: DE SNOEPSLANG

Tips voor activiteiten in de winter, lekker knutselen

Ontwikkelingskansen voor ieder kind! Boodschappen. Kansen in kinderen. Boodschappen. voor ouders. Kansen in kinderen

auteur & illustrator: pauline oud

Geachte ouders/verzorgers,

BLIJ MET EEN EI. Blij met een ei, april 2011 Speel-o-theek De Dobbelsteen

Creatief aftellen tot kerst De Vier Windstreken

ISBN Eerste druk, derde oplage

rekentrainer jaargroep 5 Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Zwijsen naam:

Voor 3 tot 5 spelers vanaf 8 jaar. Speelduur: ca. 45 minuten.

Kwartetten met klinkers

spelregels Paul de Leeuw

weer: regen, wind, onweer en zon ander soort kleding aantrekt dat je het niet koud krijgt weer vaker voorkomen in bepaalde seizoenen

getallenfeest 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, je hebt alle getallen gezien. 11 en 12 er ook nog bij zij sluiten de rij.

Reis naar andere hemellichamen

Werkvorm Participatie. Als ik de baas zou zijn op de BSO. Buitenschoolseactiviteiten.nl Als ik de baas zou zijn op de BSO 1

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

Licht en donker Licht

Werkblad. LES 9: Ouders. GROEP 1-2. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen.

Uitgeverij Schoolsupport

Testboekje voor groep 4

LESBRIEF. Grote Anna leert lezen en rekenen. Digibordles lezen : Digibordles rekenen : Wij maken kinderdromen waar

Gespreksspel. gespreksspel. Ontdek meer over elkaars pleegzorg-ervaringen. Ontdek meer over elkaars pleegzorgervaringen

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

De Drakendokter: Gideon

Opdrachtkaarten Herfst

Spreekbeurt, en werkstuk

Transcriptie:

Li Lefebure & Margot Senden Samenvatting Het is winter en Draakje Donatius heeft het koud. Heel erg koud. Draakje Donatius houdt niet van kou. En al helemaal niet van sneeuw. In de sneeuw kan hij geen vuurtjes spuwen om het warm te krijgen. Elfje Floriene vindt spelen in de sneeuw wel heel leuk. Maar hoe kan ze haar drakenvriendje overtuigen om met haar mee te spelen? Een grappig verhaal over een lief draakje dat voorzichtig van de winter leert houden. Materiaal bij de lesbrief Kleurplaat Draakje Donatius in de herfst Kleurplaat Draakje Donatius in de lente Drakenmasker Draakje Donatius Digibordles Draakje Donatius werkblad Tellen Draakje Donatius werkblad Woordstukjes Draakje Donatius werkblad: wat hoort er niet bij? Draakje Donatius spelmaterialen

Tips om per bladzijde te bespreken Pagina 1 & 2: Draakje Donatius heeft het koud. Wat probeert hij allemaal om weer warm te worden? Wat doe jij als je het koud hebt? Pagina 3 & 4: Hoe vindt Draakje de sneeuw? Pagina 5 & 6: Wat doet Draakje binnen? En waarom? Waar speel jij het liefst in de winter? Pagina 7 & 8: Wie staat er voor de deur en wat komt ze vragen? Wat wil Floriene allemaal gaan doen in de sneeuw?

Tips om per bladzijde te bespreken Pagina 9 & 10: Over welk seizoen vertelt Draakje hier? Waar kun je dat aan zien? Wat gebeurt er allemaal in dit seizoen? Pagina 11 & 12: Over welk seizoen vertelt Draakje hier? Waar kun je dat aan zien? Wat gebeurt er allemaal in dit seizoen? Pagina 13 & 14: Over welk seizoen vertelt Draakje hier? Waar kun je dat aan zien? Wat gebeurt er allemaal in dit seizoen? Pagina 15 & 16: Floriene vraagt Draakje Donatius mee naar buiten. Wat denk jij: gaat hij mee, of zegt hij nee?

Tips om per bladzijde te bespreken Pagina 17 & 18: Floriene gooit een sneeuwbal naar Draakje Donatius. Hoe vindt Draakje dat? Pagina 19 & 20: Draakje Donatius heeft een slim trucje om sneeuwballen te ontwijken. Welk trucje? Wat doe jij om sneeuwballen te ontwijken? Pagina 21 & 22: Draakje Donatius wil weer naar binnen. Maar Floriene vindt het nog niet goed. Wat wil ze nog doen? Pagina 23 & 24: Wat heeft Draakje Donatius gemaakt? Hij krijgt het ergens warm van, weet jij waarvan? Ben jij ook weleens trots op jezelf? Na het lezen: Welk seizoen vind jij het leukst? En waarom? Wat kun je niet doen in de zomer, maar wel in de winter? Wat kun je niet doen in de winter, maar wel in de zomer?

Suggesties Gebruik het boek Willewete Seizoenen om de kinderen meer te leren over de seizoenen. Maak met de kinderen een woordweb, met in het midden het woord seizoenen. Schrijf voor elk seizoen kenmerkende gebeurtenissen op. Neem de plaatjes die bij de spelmaterialen horen en plak deze eventueel bij de woorden in het web. Neem een grote doos en vul die met spullen of kledingstukken uit de diverse seizoenen. Sorteer de spullen samen met de kinderen. Neem de kleurplaat van Draakje Donatius in de herfst en vraag welk seizoen erop te zien is. Waarom denken de kinderen dat? U kunt de kinderen de kleurplaat laten inkleuren of er een kleine opdracht aan verbinden. Bijvoorbeeld: teken onder aan de kleurplaat een blad, een eikel en een paddenstoel. Neem de kleurplaat van Draakje Donatius in de lente en vraag welk seizoen erop te zien is. Waarom denken de kinderen dat? U kunt de kinderen de kleurplaat laten inkleuren of er een kleine opdracht aan verbinden. Bijvoorbeeld: kleur de eerste bloem geel, de laatste blauw, de middelste paars, de vierde oranje en de tweede rood. Maak met de kinderen het masker van Draakje Donatius. Gebruik daarbij verf, wasco, kleurpot loden of stukjes sitspapier als versiering. De kinderen hoeven niet per se een paars masker te maken. Moedig de kinderen aan om juist een andere kleur te gebruiken. Laat de kinderen een eigen naam voor hun draak verzinnen. Bespreek dat Draakje Donatius twee keer begint met de letter d en laat de kinderen een andere naam met de d verzinnen: Draakje Dennis, Doris of Dex.

Digibordles De digibordles van Draakje Donatius bevat drie spellen: Het seizoenenspel De kinderen bekijken het plaatje van Draakje Donatius en bepalen in welk seizoen hij zich bevindt. Daarna kiezen ze welk voorwerp bij dit seizoen hoort. Het hakken-plakken-spel De kinderen luisteren welk plaatje door Draakje Donatius wordt gezocht. De woorden worden door middel van het individueel uitspreken van de klanken geanalyseerd (auditieve analyse). De kinderen plakken de letters weer aan elkaar om een woord te maken (auditieve synthese). Ze kiezen vervolgens het juiste plaatje. Telspel De kinderen zien alle seizoensvoorwerpen in één vak. Ze krijgen de opdracht om alleen de voorwerpen uit een bepaald seizoen te tellen en kiezen dan het juiste cijfer. Werkbladen Draakje Donatius werkblad Tellen : De kinderen tellen de voorwerpen in het vak en omcirkelen het juiste cijfer. Draakje Donatius werkblad Woordstukjes : De kinderen hakken de woorden in stukjes door in de handen te klappen: Nar-cis, ik klap twee keer dus ik kleur twee rondjes. Draakje Donatius werkblad: Wat hoort er niet bij? De kinderen kijken naar de voorwerpen en omcirkelen het voorwerp dat uit een ander seizoen komt en dus niet bij de overige voorwerpen horen.

Knutselen Makkelijke versie van Draakje Donatius: Neem een paarse ballon en laat de kinderen hier twee ogen op plakken. Neem een zwarte cirkel en knip deze doormidden voor de neusgaten. Plak deze aan de voorkant van de ballon. Neem een zwarte permanentmarker en teken een mond. Neem witte driehoekjes en plak die op de mond. Knip twee oren en plak deze aan de zijkant van de ballon. Knip sprieten van papier en plak deze haren boven op het hoofd van Draakje Donatius. Neem een koker en beplak deze met paars papier; op de voorkant komt een gele strook. Plaats het hoofd op de koker. Neem een groot en vierkant stuk karton en knip dit diagonaal doormidden. Teken met een stift lijnen op de vleugels en plak deze aan de koker vast. Moeilijke versie van Draakje Donatius: Neem een ballon en beplak deze met lijm en kranten, dit met de papier-machétechniek. Neem twee pingpongballen en positioneer deze op de plaats van de ogen. Bevestig deze met stroken kranten en lijm. Maak eventueel een hoorntje op het hoofd. Laat het hoofd drogen. Zodra het droog is, kunnen de kinderen het hoofd verven met paarse verf. Als de paarse verf is gedroogd, kunt u met zwarte verf de pupillen, neusgaten en andere details aanbrengen. Neem paarse draden van chenille om de haarsprieten te maken. Neem een koker en verf deze paars, op de voorkant komt een gele strook. Maak eventueel van lapjes stof een dekentje om over Draakje Donatius te hangen. Tip: neem andere kleuren ballonnen om een drakenfamilie te maken.

Bewegingsspel Speel in de speelzaal Draakje Donatius, welk seizoen is het? op de wijze van Moeder, moeder, hoe laat is het? : Eén kind staat aan de ene kant van de zaal, de overige kinderen staan aan de andere kant en roepen: Draakje Donatius, welk seizoen is het? Het kind kan roepen: zomer, herfst of lente. De kinderen beelden iets uit wat met dat seizoen te maken heeft en komen zo een aantal passen naar voren. Dit herhaalt zich steeds, totdat het ene kind antwoordt dat het winter is. De kinderen hollen dan gauw terug naar de kant van de zaal waar ze zijn begonnen, terwijl het andere kind probeert hen te tikken. Opties met de spelmaterialen Voorbereiding: Print alle materialen uit en knip de kleine kaartjes los. Plastificeer alle materialen. U bent nu klaar om te spelen! Lotto: Neem de grote kaarten met de bomen erop en neem de kleine losse kaartjes. Speel het spel met vier kinderen. Leg alle kaartjes met de plaatjes naar beneden in het midden van de tafel. Geef elk kind een kaart met de boom erop en bespreek welk seizoen de boom voorstelt. Om beurten pakken de kinderen een kaartje van de stapel en ze vertellen aan de groep wat er op het kaartje staat. Als een kind denkt dat het plaatje bij zijn kaart hoort, dan zegt hij de naam van het seizoen. De kinderen gaan door tot één deelnemer zijn kaart vol heeft. Dit kind is de winnaar. De andere kinderen kunnen daarna doorspelen tot alle kaarten vol zijn. Speel nogmaals het lottospel, maar nu met vijf kinderen. Het vijfde kind krijgt geen kaart. De stapel met kleine kaartjes komt bij dit kind te liggen. Hij draait telkens een kaartje om en beschrijft wat hij ziet op het kaartje. De andere kinderen proberen te raden wat er op het kaartje staat. Het kind dat het woord heeft geraden, vertelt daarna bij wie het plaatje op de kaart hoort en waarom.

Beginklankspel: Schrijf met whiteboardmarker de beginklanken van alle plaatjes van een seizoen op de grote kaart met de boom. Eén of twee kinderen pakken en bekijken steeds een kaartje en bepalen de beginklank. Vervolgens plaatsen ze deze op het vakje met de juiste letter. Welke hoort er niet bij? Voorbereiding: Print alle materialen uit en knip de kleine kaartjes los. Plastificeer alle materialen. U bent nu klaar om te spelen! Lotto: Een kind maakt een rij van drie of vier kleine kaartjes. Hij zorgt ervoor dat het een rijtje is waarvan er steeds één plaatje niet bij hoort. Een ander kind bekijkt de plaatjes en wijst het plaatje dat niet in het rijtje thuishoort. Daarna wisselt de beurt en mag het andere kind een rijtje samenstellen. Voorbeeld: Voorbereiding: Knip de cijfers en de plaatjes van Draakje Donatius uit en plak er een achterkantje achter, zodat de plaatjes niet doorzichtig zijn. Druk de bladzijde met de drakenkaartjes vijf keer af. Plastificeer deze kaartjes en ook de grote kaarten. U hebt ook nog fiches nodig om dit spel te spelen.

Telspel 1: Maak een stapel van de cijfers en van de Draakje Donatius-kaarten. Elk kind krijgt een kaart met daarop de voorwerpen uit de seizoenen en een doosje met fiches. Om beurten pakken de kinderen een cijferkaartje en een drakenkaartje. Elk kind legt het aantal fiches dat op het cijferkaartje staat op de voorwerpen uit het seizoen dat op het drakenkaartje staat. Bijvoorbeeld: het kind trekt een 5 en een Draakje Donatius in de winter-kaartje. Hij legt dan vijf fiches op zijn kaart in de rij van de wintervoorwerpen. Nu is het volgende kind aan de beurt: hij pakt een 3 en een Draakje Donatius in de zomer-kaart. Hij legt er 3 op zijn kaart. Dit gaat door totdat de drakenkaartjes op zijn. Daarna wordt er per seizoen bekeken wie de meeste fiches heeft. Tip: Pakt een kind nog een drakenkaartje van een seizoen dat hij al eerder heeft gehad? Dan mag hij weer fiches neerleggen. Het aantal mag echter de 10 niet overschrijden. Had hij eerder 4 fiches en komen er 6 bij dan is dit geen probleem, maar pakt hij 7 of hoger dan gaat zijn beurt voorbij. Stop het kaartje met de vier draakjes in de stapel van de drakenkaarten. Pakt een kind het dit kaartje? Dan mag hij zelf weten bij welk seizoen hij zijn fiches legt. Overige suggesties met de telkaarten Knip alle kaartjes en stroken met seizoensvoorwerpen uit. Leg steeds een cijfer en een drakenkaartje neer en laat een kind de juiste hoeveelheid ernaast plaatsen. Leg alle losse kaartjes op de mat en laat kinderen steeds groepjes van 3, 4 of 5 maken door er touwtjes omheen te leggen. Ze mogen de kaartjes niet aanraken en alle voorwerpen in een groep moeten uit hetzelfde seizoen komen. Neem de lege kaart en leg een reeks van kaartjes neer. De kinderen maken de reeks af. Neem twee lege kaarten en laat een kind een reeks neerleggen. Hij vertelt per rij welke kaartjes een ander kind neer moet leggen. Na elke rij wordt er gewisseld van beurt. Neem twee lege kaarten en leg deze naast elkaar. Schrijf met whiteboardmarker een cijfer voor een rij. Een kind legt deze hoeveelheid neer in de rij. Veel plezier met Draakje Donatius! (juf) Sanne Ramakers, Margot Senden en Li Lefebure.