Werkvorm Participatie. Als ik de baas zou zijn op de BSO. Buitenschoolseactiviteiten.nl Als ik de baas zou zijn op de BSO 1

Transcriptie

1 Werkvorm Participatie Als ik de baas zou zijn op de BSO Als ik de baas zou zijn op de BSO 1

2 Inhoudsopgave Als ik de baas zou zijn op de BSO 3 Uitvoering activiteit 4 Voorbereiding Doel en verloop spel Vervolg Spelkaarten 5 Scorelijsten 10 Als ik de baas zou zijn op de BSO 2

3 Als ik de baas zou zijn op de BSO Kinderparticipatie is het democratisch proces waardoor kinderen actief betrokken worden bij de besluitvorming die hun aangaat (J. van Gils, Duel-Duet, 2001). Met dit pakket kunt u kinderparticipatie in de praktijk vormgeven. Het is één van de vele werkvormen die gebruikt kan worden om aandacht te besteden aan de mening van kinderen bij zaken die hen aangaan. Hierbij kan gedacht worden aan: activiteiten, aanschaf speelgoed, regels op de groep, inrichting van de ruimte et cetera. Wanneer kinderen mee mogen denken, dan heeft dit een positief effect op zelfvertrouwen, communicatieve vaardigheden en daarnaast raken de kinderen meer betrokken. Tip: Het is leuk om deze activiteit uit te voeren op Kinderdag: 23 april. Achtergrond kinderdag Op drieëntwintig april is de Dag van het kind. Dit is een nationale feestdag, ingesteld door Mustafa Kemal Attaturk. Dit was de eerste president van de republiek Turkije. Hij zag de kinderen als de toekomst van zijn Turkse natie. Op deze dag mogen een aantal kinderen mogen als bestuurders van de toekomst in het parlement zitten. Ze mogen dan geen nieuwe wetten aannemen, maar krijgen de ruimte om speeches te houden en gedichten voor te lezen. Naast deze traditie wordt er de hele dag feest gevierd, kinderen voeren bijvoorbeeld in traditionele kostuums volksdansen uit of verkleden zich volgens een bepaald thema. Als ik de baas zou zijn op de BSO 3

4 Uitvoering activiteit Voorbereiding Voor deze activiteit zijn een aantal materialen nodig: Spelkaarten, uit te printen uit dit draaiboek Voor ieder kind een scorelijst, uit te printen uit dit draaiboek Dobbelsteen Doel en verloop van het spel Het doel van het spel is om zo snel mogelijk precies dertig punten te halen. De spelers mogen om de beurt gooien met de dobbelsteen. Gooi je 1: Gooi je 2: Gooi je 3: Gooi je 4: Gooi je 5: Gooi je 6: Bijvoorbeeld: Krijg je één punt Krijg je twee punten Je moet een vraag beantwoorden Krijg je vier punten. Krijg je vijf punten. Je mag een vraag beantwoorden en na het beantwoorden van de vraag, mag je nog een keer gooien. heb je in totaal al 28 punten en gooi je 6, dan mag je passen en op de volgende beurt wachten. Je hoeft dan geen vraag te beantwoorden. Op de scorelijst zet je de namen van de deelnemers en de punten per beurt. Wie als eerste precies dertig punten heeft, is de winnaar. Kinderen die teveel punten gooien, moeten deze van het bedrag aftrekken in plaats van erbij op te tellen. Een kind dat 28 punten heeft en vier gooit, doet dus 28-4 en heeft hierna 24 punten. Vervolg Als vervolgactiviteit kan de informatie uit het spel gebruikt worden om beslissingen te nemen op een gebied waar dit nodig is. Blijkt bijvoorbeeld tijdens het spel dat alle kinderen ontevreden zijn over de aangeboden thema-activiteiten in de vakantie, dan kunnen er thema s worden aangegeven worden door kinderen (in bijvoorbeeld de ideeënbus). De thema s die het meest worden genoemd worden op een vel geschreven. Kinderen mogen een sticker plakken achter het thema dat zij het leukst vinden. Het thema met de meeste stemmen wordt gekozen voor de volgende vakantie. Bovenstaande werkwijze kan gekozen worden voor alle gebieden die kinderen aangaan (regels op de groep, activiteiten, aanschaffen speelgoed, et cetera.) Als ik de baas zou zijn op de BSO 4

5 Als ik de baas zou zijn op de buitenschoolse opvang, dan organiseerde ik op woensdagmiddag: a) Niets, want dan wil ik gewoon lekker met mijn vriendjes spelen. b) Een uitstapje buiten de bso c) Iets dat je kan doen op de bso d) Iets anders, namelijk Als ik de baas zou zijn op de bso, dan ging ik in de vakantie het liefst: a) Iets met techniek doen b) Knutselen c) In de natuur dingen doen d) Spelletjes doen Als ik de baas zou zijn op de bso, dan organiseerde ik meer activiteiten. Als ik de baas zou zijn op de bso, dan ging ik in de volgende vakantie iets doen met het thema: a) Circus b) Tijdmachine c) Griezelen d) Pretpark op de bso Als ik de baas zou zijn op de bso, dan zou ik: a) De activiteiten door de leidsters laten bedenken en uitvoeren b) Kinderen de activiteiten laten bedenken en de leidsters laten uitvoeren c) Kinderen de activiteiten laten bedenken en uitvoeren d) Kinderen en leidsters samen de activiteiten laten bedenken en uitvoeren Mee eens/ mee oneens Als ik de baas zou zijn op de bso, dan organiseerde ik andere activiteiten. Mee eens/ mee oneens Als ik de baas zou zijn op de bso, dan organiseerde ik vaker activiteiten apart voor jongens of apart voor meisjes. : Jij bent de baas op de bso, bedenk vijf activiteiten die je op een doordeweekse dag kan doen. : Er zijn vijf kinderen die graag een uitstapje willen maken, maar de andere kinderen willen graag op de bso blijven. Er is maar één leidster. Bedenk een oplossing en vertel de oplossing of speel de oplossing in een toneelstukje. Mee eens/ mee oneens Als ik de baas zou zijn op de bso, organiseerde ik activiteiten die niets te maken hebben met school. : Jij bent de baas op de bso. Bedenk bij zoveel mogelijk letters van het alfabet een thema voor de vakanties, die jij zou organiseren. : Teken een activiteit die jij zou organiseren als baas van de bso. Als ik de baas zou zijn op de BSO 5

6 Als ik de baas zou zijn van de bso, dan mogen de kinderen van tafel: a) Direct als ze klaar zijn b) Als de meeste kinderen klaar zijn (kinderen die langzamer eten, blijven achter) c) Als iedereen klaar is d) Anders, namelijk Als ik de baas zou zijn op de bso, vind ik het belangrijk om regels te maken over: a) Omgang met elkaar b) Veiligheid op de bso c) Eten en drinken op de bso d) anders, nl Als ik de baas zou zijn op de bso, zou ik samen met de kinderen regels bedenken. Als ik de baas zou zijn van de bso, dan a) Mogen er geen kinderen buitengesloten worden. b) Mogen kinderen zelf beslissen met wie ze spelen en wie niet mee mag doen. c) Beslis ik wie er wel of niet mee mag doen d) Iets anders, namelijk,... Als ik de baas zou zijn van de bso, dan a. Waren er geen regels op de bso b. Waren er veel regels op de bso c. Waren er weinig regels op de bso d. iets anders, nl.. Mee eens/ mee oneens Ik weet hoe ik pesten op de bso kan stoppen. Als ik de baas zou zijn op de bso, dan mag het kind dat als eerste achter de computer zit, zelf weten hoe lang hij/zij wil computeren. Er zijn veel regels op de bso waar ik een hekel aan heb Schrijf drie regels op die jij goed vindt op de bso en schrijf drie regels op die je niet goed vindt op de bso. Verzin zelf een nieuwe regel voor de bso. Vertel: hoe ga jij pesten gaat voorkomen als jij de baas bent op de bso? Bedenk een regel van de bso die je goed vind en beeld deze uit Als ik de baas zou zijn op de BSO 6

7 Als ik de baas zou zijn op de bso, dan zou ik a) Speelgoed voor buiten kopen b) Gezelschapsspelletjes kopen c) Speelgoed kopen waarmee je kunt bouwen d) Iets anders kopen, nl Als ik de baas zou zijn op de bso, dan zou ik a) Een winkelhoek inrichten b) Een poppenhoek inrichten c) Een hoek maken die steeds wisselt en aangepast kan worden aan een thema d) Iets anders maken, namelijk Een kind dat speelgoed expres stukmaakt, moet van zijn eigen geld nieuw speelgoed kopen. Als ik de baas zou zijn op de bso, dan zou ik spelletjes kopen die: a) Je alleen kunt doen b) Je met zijn tweeën kunt doen c) Je met een klein groepje kan doen d) Je met de hele groep kan doen Als ik de baas zou zijn op de bso dan kocht ik a) Een skelter b) Drie fietsjes c) Heel veel buitenspeelgoed d) Iets anders, nl... Een kind dat speelgoed expres stukmaakt, moet van zijn eigen geld nieuw speelgoed kopen. Er moet meer geld uitgegeven worden aan speelgoed en minder aan activiteiten. Verzamel vijf dingen waar je graag mee speelt op de bso. Stel jij bent de baas van de bso en je hebt nog 50 euro om speelgoed te kopen, wat ga je hiervan kopen? vragen Als alle kinderen op de bso mij kunnen zien, ga ik me niet verkleden Teken het speelgoed dat je graag wilt kopen voor de bso Schrijf voor alle seizoenen op welke speelgoed je wilt kopen voor de bso (lente, zomer, herfst en winter) Als ik de baas zou zijn op de BSO 7

8 Als ik de baas zou zijn op de bso, dan zou ik iemand aannemen om hier te werken die: a) Meedoet met de activiteiten van de kinderen b) Goede ideeën heeft voor activiteiten c) Heel aardig en lief is d) Iets anders, namelijk Als ik de baas zou zijn op de bso, dan zou ik mijn geld uitgeven aan a) Inrichting van de ruimte b) Speelgoed c) Organiseren van activiteiten, zoals uitstapjes d) Iets anders, namelijk mee eens/ oneens Er moeten geen activiteiten georganiseerd worden voor moederdag/ vaderdag/ Pasen en andere feestdagen. Dit doen we al op school. Als ik de baas zou zijn op de bso, dan zou ik de volgende kleuren gebruiken bij het verven van de bso: a) Rood of oranje b) Geel of paars c) Blauw of groen d) Iets anders, namelijk. Als ik de baas zou zijn op de bso, dan maakte ik de bso a) Binnen de school b) Buiten de school c) In een caravan d) Iets anders, nl.. mee eens/ oneens Na schooltijd wil ik vrij spelen op de bso en niet meedoen aan cursussen of workshops. mee eens/ oneens Een grote groep kinderen op de bso is leuk, want dan kan ik kiezen met wie ik kan spelen Schrijf drie dingen op die je als baas zou veranderen op de bso. En schrijf drie dingen op die je goed vindt op de bso. vragen Kinderen moeten zelf beslissen of ze in de regen buiten gaan spelen. Maak een tekening van jouw ideale bso. Zorg dat je een microfoon krijgt of maakt, waarmee je tien kinderen vraagt een cijfer te geven voor de bso. Schrijf deze cijfers op. Maak een tekening van jouw ideale tuin op de bso. Als ik de baas zou zijn op de BSO 8

9 Als ik de baas zou zijn op de BSO 9

10 SCOREVEL ALS IK DE BAAS ZOU ZIJN OP DE BSO Naam: AANTAL GEGOOIDE PUNTEN TOTAAL