Oxfam-Wereldwinkels: hoe ze groeiden 3



Vergelijkbare documenten
Watwaaromwiehoe. voorstelling. Handel, uit respect. oww.be

Chocomelk. van eerlijke handel, biologische landbouw en lokale boeren! Handel, uit respect.

Watwaaromwiehoe. Handel, uit respect. VOORSTELLINGSFOLDER

Watwaaromwiehoe. voorstelling. Handel, uit respect. oww.be

FAIRTRADE. Een beter leven. Wat is Fairtrade

Westerlo zet zich in voor het zuiden en jij kan ons hierbij helpen GEMEENTE WESTERLO. Parel van de Kempen

Fair Trade. ontwikkelingsstrategie. Oxfam-Wereldwinkels 20 oktober 2011

FAIRTRADE. Een beter leven. Wat is Fairtrade

Basisbeginselen : Brusselse ecologische economische en sociale cooperatieve. Contact

Change the world shopping

Max Havelaar: 25 jaar ontwikkeling. Persontmoeting 28 augustus 2014 Lily Deforce Directeur

Waar staat Ondernemers voor Ondernemers voor?

BELEID OP VLAK VAN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING: IN BELGIË EN DAARBUITEN

Gemeenteraadsverkiezingen Memorandum voor de politieke partijen van Kampenhout. Gemeentelijke Raad voor OntwikkelingsSamenwerking (GROS)

Werkstuk door een scholier 2324 woorden 7 november keer beoordeeld. Maatschappijleer

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN 2012

standpunt noodhulp 18 augustus 2009

Basistekst. april Handel, uit respect.

Naam instelling Stichting Wereldwinkel Nijefurd (statutaire naam) RSIN. Begine 28, 8711BK, Workum.

Factsheet. Ooit gedacht dat je met een potje pindakaas de wereld kunt veranderen? Of met een banaan? Het kan. Dankzij fairtrade.

Hoe een coalitiecampagne uitwerken om kinderarbeidvrije cacao te bevorderen?

Handleiding ster 1: FairTradeAmbassadeurs. voor trekkersgroepen van FairTradeGemeenten

Jongeren meer bij de politiek te betrekken en hen mondiger te maken door middel van talrijke activiteiten die burgerschapsvormend zijn.

De Afrikaanse boer wordt met uitsterven bedreigd.

Gemeenteraadsverkiezingen Memorandum voor de politieke partijen van Kampenhout. Gemeentelijke Raad voor OntwikkelingsSamenwerking (GROS)

WAAR WIJ VOOR STAAN. Socialisten & Democraten in het Europees Parlement. Fractie van de Progressieve Alliantie van

Zet je in als vrijwilliger voor Plan België. Foto: Plan / Denis Closon

Watwaaromwiehoe. Handel, uit respect. oww.be

Fair Trade in Openbare Aanbestedingen

ANBI gegevens. Naam Instelling :Wereldwinkel Zelhem RSIN : :Prinses Irenestraat 3A, 7021 CG Zelhem. Telefoonnummer :

Buitenlandse handel. Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010.

Fair Trade: hoe zit dat ook alweer?

Fair Trade in Openbare Aanbestedingen

FairTradeGemeente? FairTradeGemeente 23/01/2012. Focus: duurzame ontwikkeling N - Z. Een campagne van:

ANBI gegevens. Doelstelling. Wat wil de Wereldwinkel. Verkoopfilosofie. Naam Instelling :Wereld-Winkel Zelhem RSIN :

Werken aan persoonlijke ontwikkeling en sturen van eigen loopbaan

De Kracht van Cacao. Werkblaadjes voor de leerling. Hoe eerlijke handel het verschil maakt in de Dominicaanse Republiek

Fair Trade in Openbare Aanbestedingen. Workshop Duurzame voeding en catering, 22/11/2011

Werk van iedereen. Democratisering en vredesopbouw

Betreft: MEMORANDUM van GROS Brecht aan de LOKALE POLITIEKE PARTIJEN van BRECHT

Strategisch Beleidsplan

GENDERWORKSHOP. Dag van de 4 de Pijler 18/2/17

Sustainable development goals

PLANTAGELANDBOUW IN LATIJNS-AMERIKA

Antwoordenvel Handel en Wandel, primair onderwijs

Welke woorden komen bij je op als je deze beelden ziet?

Wat willen we in Pegode VZW bereiken?

De kloof wordt breder. Boekverslag door H woorden 15 februari keer beoordeeld. Aardrijkskunde

Globalisering en gender: privatisering en liberalisering van handel in diensten onder GATS

De antwoorden van het antiglobalisme

De Kracht van Cacao. Hoe eerlijke handel het verschil maakt in de Dominicaanse Republiek

Huishoudelijk reglement van de GROS voor verdeling van de subsidies voor NZinitiatieven

Les 1 Van koffieboon tot pakje koffie

Michael Balmes Lüder Vollers Christian Vollers Matijs Brand

A SOLIDARITEIT IN CENTRAAL AMERIKA

Onderzoek en advies naar Fairtrade.

Gemeentelijke Werkgroep Fairtrade

Internationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: Waar komt het vandaan?

CHARTER van verenigingen en coöperaties van burgers voor hernieuwbare energie in Nederland

Samenvatting Geschiedenis Module 3, Welvaart in Amerika en Nederland

Samenvatting Economie H8

Investeren in zelfredzaamheid. Rabobank Foundation

Voorstellingsbrochure

Plaatselijk Belang Scharsterbrug. Missie, Visie en Strategie

GA MEE OP WERELDREIS! WELKE ROUTE KIEZEN JULLIE?


Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012)

40 jaar Vlaams parlement

Mens en maatschappij (aardrijkskunde, economie, geschiedenis, godsdienst)

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

Jouw gemeente in de wereld De wereld in jouw gemeente

Beknopt Jaarverslag

1,6 miljoen. Fairtrade in het Zuiden 87,7% 12,3% leden. kleinschalige boeren. arbeiders. kleinschalige boeren en arbeiders binnen Fairtrade.

Verklaring omtrent de sociale rechten en de industriële betrekkingen bij LEONI

Dag tegen Racisme. Kijk eens naar jezelf! Kijk eens naar de anderen! Gudrun Peperstraete. hoe je eruitziet? Of is er meer? Is

Paradoxaal genoeg hebben juist veel landarbeiders geen toegang tot betaalbaar groenten en fruit

PROCESDOEL 3 HUMANISEREN VAN HET SAMENLEVEN MET ANDEREN

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 6

Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen

ENABEL: Eerlijke handel Barometer 2018

Samenvatting Economie H 6

Er zijn twee geldprijzen voorzien van elk euro. Deze worden verdeeld tussen één NGO en één vierde pijler organisatie.

samen werken aan een lokale voedselstrategie

EERLIJKE HANDEL OF FAIR TRADE? WAT?

Inhoud. Inleiding...4 Hoofdstuk 1 Het ontstaan van mensenrechten...6 Hoofdstuk 2 Dertig mensenrechten...14

Voorbeeld van mensen die een tweedehands wagen wensen aan te kopen die ouder is dan 2 jaar met een lening bij ING.

ANBI gegevens. Doelstelling: Wat wil de Wereldwinkel. Verkoopfilosofie. De Organisatie. Geschiedenis RSIN

Docentenvel opdracht 19 (campagne voor een duurzame wereld en een samenwerkend Europa)

Educatief aanbod van Oxfam-Wereldwinkels Secundair onderwijs. > Handel, uit respect. oxfamwereldwinkels.be/scholen

DUURZAAM ONDERNEMERSCHAP EFICO FOUNDATION ONDERSTEUNT DUURZAME MULTI-STAKEHOLDER PROJECTEN IN KOFFIE & CACAO PRODUCERENDE LANDEN PRESENTATIE

de kortste weg naar eerlijke bedrijfskleding 1

Legislatuur

Waardeketen Verantwoord en sociaal jaarverslag 2016

Over de. Bernard van Leer Foundation

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN D E G E M E E N T E R A A D. Zitting van 1 maart 2007

Eerlijke Handel in Vrouwenhanden? Een constant aandachtspunt. Isabel Vertriest Producers and research Oxfam-Wereldwinkels vzw

Verslag aan de Provincieraad

Zo lang er nog mensen honger lijden, zal Cuba zich blijven verzetten tegen het omzetten van voedingsstoffen tot brandstof. Cuba blijft weigeren de

FAIR TRADE IN EEN NOTENDOP

Transcriptie:

watwaaromwiehoe

Inhoud : hoe ze groeiden 3 : wat ze doen 7 Handel 8 De criteria van 12 Het productenassortiment 15 Educatief werk 16 Politieke actie 18 : hoe ze georganiseerd zijn 21 De beleidsstructuur 21 De werkstructuur 24 De maatschappijvisie van 26 Fair Trade Is het huismerk van Achtste herwerkte druk Januari 2002 Verantwoordelijke uitgever: Marc Bontemps Prijs: 1,25 2

: hoe ze groeiden... In 1971 opende in Antwerpen de eerste wereldwinkel zijn deuren. Sindsdien kende de eerlijke-handelsbeweging in België een forse groei. Winkels, medewerk(st)ers, aanpak en middelen veranderden. Maar de opdracht bleef dezelfde: de idee van eerlijke handel zo ruim mogelijk bekend maken in Vlaanderen. Trade, not Aid 1960-1975 Tijdens de Tweede Wereldoorlog ontstond in Groot-Brittannië de organisatie Oxfam (voluit: Oxford Famine Relief ). Aanvankelijk verschafte Oxfam hulp aan oorlogsvluchtelingen. Vanaf de jaren '60 verlegde de organisatie de aandacht naar caritatieve ontwikkelingshulp. Ook in andere landen werden Oxfam-afdelingen opgericht, onder andere in België in 1964. Door de ontgoochelende resultaten van de verschillende UNCTAD-conferenties (fora van de Verenigde Naties waar over rechtvaardige handelsverhoudingen werd gesproken), de revolte van mei '68 en de slepende oorlog in Vietnam beseften derdewereldgroepen dat armoede structurele oorzaken heeft en dat hulp alleen 3

onvoldoende is. Trade, not Aid werd de slogan: liever rechtvaardige handelsrelaties dan traditionele ontwikkelingshulp en liefdadigheid. En zo nam Oxfam-België het initiatief een wereldwinkel op te richten. De opening gebeurde op 5 april 1971. De plek was een bouwvallig huisje in de oude stadskern van Antwerpen. Het wereldwinkelidee werkte aanstekelijk: op het einde van 1971 telde Vlaanderen reeds 11 wereldwinkels. Klanten kochten er eerlijke producten uit het Zuiden en maatschappijkritische boeken. Het allereerste wereldwinkelproduct was koffie uit Tanzania. In de winkels vonden ook tal van actiegroepen informatie en begeleiding: rond de Vietnamoorlog, de dictatuur van Pinochet in Chili of maatschappelijke problemen in eigen land. De wereldwinkels gingen intenser samenwerken. Ze kwamen tot een gemeenschappelijke kijk op de samenleving, verdiepten de vorming en voerden samen acties. Een eigen structuur werd onontbeerlijk. 4

Professionalisering 1975-1980 De prille wereldwinkelbeweging structureerde en regionaliseerde in 1975. Er werden twee aparte vzw s opgericht: in Vlaanderen en Magasins du monde-oxfam in Wallonië. De Vlaamse en Waalse poot vaarden een onafhankelijke koers tegenover de moederorganisatie Oxfam-België. nam zijn intrek in Gent in een nationaal secretariaat met bijbehorend magazijn. Er werden provinciale secretariaten opgericht. Verschillende betaalde personeelsleden en gewetensbezwaarden kwamen in dienst. Een nationale werkgroep verzorgde de vormingsprogramma's. Men organiseerde jaarlijks een Wereldwinkeldag, waar medewerkers en sympathisanten mekaar ontmoetten. Men discussieerde over strategie en maatschappijvisie; belangrijke en richtinggevende discussies waarbij alle actief betrokken waren. Op de viering van 10 jaar in 1980 waren duizenden sympathisanten van 60 plaatselijke wereldwinkels aanwezig. De beweging bewees dat ze levensvatbaar was. Vrede & Nicaragua 1980-1990 In de jaren 80 werd een drijvende kracht achter de grote vredesbetogingen. Het verband tussen vrede en ontwikkeling vormde een belangrijk aandachtspunt. Toch bleven ook in dit decennium de derdewereldproblematiek en de verkoop van producten (met het verhaal erachter) centraal staan. Het aantal producten breidde uit. De wereldwinkels kregen oog voor de kwaliteit en de presentatie van een product. Op politiek vlak ging de aandacht vooral naar Zuid-Afrika en Centraal-Amerika (in het bijzonder Nicaragua). De beweging groeide en investeerde. Men kocht een pand waar het nationaal secretariaat en het magazijn werden gehuisvest en een eerste vrachtwagen om de producten vlot in het steeds groeiend aantal wereldwinkels te krijgen. In 1991 vierden meer dan 100 wereldwinkels de twintigste verjaardag van de beweging. Eregast 5

op het feest was Daniel Ortega, de voormalige Sandinistische president van Nicaragua. Klaar voor de 21 ste eeuw 1990-2000 In de jaren 90 traden nieuwe thema's op de voorgrond: duurzame ontwikkeling, racisme, vluchtelingen ('Waarom mensen hun land ontvluchten'), de koffieprijzen en kritisch consumeren. In 1995 keurde het congres een nieuwe basistekst/maatschappijvisie goed. Toen zijn zilveren jubileum vierde met een groot feest op de Heizel, had de werking een opvallend Europees tintje gekregen: de acties voor zuivere chocolade en voor een duurzame bananenhandel werden gevoerd met collega-organisaties in andere landen. Ook in eigen land werden muurtjes gesloopt en groeiden samenwerkingsverbanden: met andere ngo s (Vierkant voor Afrika), met ngo s en vakbonden (Werk aan de Wereld), met jongerenorganisaties (Worldshake). In 1999 verhuisden secretariaat en magazijn naar een ecologisch en energiezuinig bedrijfsgebouw in de Dampoortwijk in Gent: een keuze voor duurzame architectuur, tegen de uitverkoop van de wereld. Het nationaal secretariaat herstructureerde grondig in de loop van 2000. De provinciale secretariaten werden afgeschaft; de begeleiding van de bijna 200 plaatselijke wereldwinkels gebeurt voortaan vanuit Gent, onder andere via een Infolijn. De aparte vzw Jongerenservice verdween. Er kwamen nieuwe initiatieven, zoals een Wereldwinkeluniversiteit en een Week van de Eerlijke Handel. lanceerde een nieuw logo en een eigen huismerk. 2001. De WTO en het handelsbeleid van de Europese Unie worden actiethema s voor. Men zoekt aansluiting bij de (anti)globalistische beweging. Grote discussies worden gevoerd over onze partnercriteria en onze missie. Cruciale vraag: horen producten van al dan niet thuis in het gewone handelscircuit? 6

De Oxfa-m-ilie Wat in de jaren 60 begon als een unitaire organisatie met de kenmerken van een klassieke ngo, is tegenwoordig een structuur met drie stevige poten: Oxfam-Solidariteit. Het vroegere Oxfam-België is nog altijd nationaal georganiseerd. Het verzamelt fondsen voor ontwikkelingsprojecten, verleent noodhulp en onderhoudt de contacten met de Oxfam-afdelingen in andere landen. Magasins du monde- Oxfam. De Waalse wereldwinkelbeweging zorgt voor de invoer en de distributie van handnijverheidsproducten in de beide landsgedeelten.. De Vlaamse wereldwinkelbeweging verzorgt de invoer en de distributie van voedingsproducten, zowel in Vlaanderen als in Wallonië. : wat ze doen... In de wereldwinkels vind je producten uit het Zuiden. Heel gewone producten, zoals koffie, wijn, chocolade, honing en noten. En toch: neem een pakje koffie vast en besnuffel het. Je hebt een pak informatie én een actiemiddel in handen. bouwt mee aan een rechtvaardige en democratische wereld. We schudden het publiek wakker rond de ongelijke handelsverhoudingen in de wereld. We zetten de politiek en de bedrijfswereld onder druk om maatregelen te nemen in het belang van de economisch zwakkeren. We brengen een 'tegenbeweging' van kritische mensen op gang die kiezen voor solidariteit en respect. We geven steun aan de opbouw van tegenmacht in het Zuiden. Handel, educatief werk en politieke actie zijn de drie pijlers van ; je kunt ze niet los van elkaar zien. 7

De eerste pijler: handel De wereldwinkels zijn in de eerste plaats winkels. Ze verkopen eerlijke' producten. We noemen ze eerlijk, omdat een rechtmatig deel van de prijs gaat naar de mensen die er recht op hebben, namelijk de producent (de boer en zijn coöperatie) en het land van herkomst. Dit is in de 'gewone' handel niet evident. Zo blijkt uit twee voorbeelden: koffie en bananen. Koffie Wereldwijd werken twintig miljoen mensen in de teelt, de verwerking en de verhandeling van koffie. Koffie is na olie en graan het belangrijkste handelsproduct in de wereld. Veel derdewereldlanden hebben de koffie-inkomsten nodig om hun ontwikkeling te financieren. Het gros van de koffie komt van grote plantages, die eigendom zijn van grootgrondbezitters. Landarbeiders zorgen er voor de oogst. Ze worden slecht betaald en werken vaak in erbarmelijke omstandigheden. Kleine boeren zijn goed voor 20 % van de wereldproductie. Ook hun werkomstandigheden zijn weinig benijdenswaardig. De tussenhandelaars zijn hun grootste probleem: die uitbuiters kopen ver beneden de marktprijs, geven voorschotten aan woekerintresten en knoeien met gewichten en kwaliteiten. Maar de kleine boeren hebben geen alternatief: ze zijn afhankelijk van de tussenhandelaars voor de verkoop van hun koffiebonen. Bananen De bananenboeren in het Zuiden zijn er vaak niet beter aan toe. Drie grote ondernemingen (Chiquita, Dole en Del Monte) controleren nage- 8

noeg de volledige wereldproductie. Zij beheersen de markt en bepalen voor een groot deel de spelregels. Kleine firma s of zelfstandige bananenboeren kunnen onmogelijk tegen hen concurreren. De plantages van de bananenreuzen zijn voorbeelden van slechte werkomstandigheden. De bedrijven willen zoveel mogelijk produceren tegen een zo laag mogelijke prijs om zoveel mogelijk winst te maken. Ze zweren bij lage lonen en lange werkdagen. Ze gebruiken heel wat pesticiden die ernstige schade toebrengen aan het milieu en de gezondheid van de arbeiders. Ze erkennen doorgaans geen vrije vakbonden of intimideren vakbondsmensen. Een alternatief Wat we hier schrijven over koffie en bananen, geldt ook voor cacao, suiker en talrijke andere grondstoffen. Het Noorden betaalt er steeds minder voor. Van wat het Zuiden er toch nog aan verdient, gaat meestal slechts een miniem deel naar de producent. De kleine boer is dus tweemaal het slachtoffer. Maar er is hoop. Overal in het Zuiden groeien alternatieven. Mensen organiseren zich. Boeren werken samen in coöperaties. Zo worden ze minder afhankelijk van tussenhandelaars en kunnen ze betere prijzen afdwingen. Vaak gaat het om kleinschalige initiatieven. Toch zijn ze een reële aanzet tot verandering. geeft hen graag een kans. Door hun producten aan een eerlijke prijs te kopen. Dit wil zeggen: een prijs die we samen hebben afgesproken en die rekening houdt met de aard van het werk, de geleverde prestaties en de koopkracht van de boer. Minder dan deze minimumprijs betalen we nooit! respecteert de mensen achter het product. Een voorbeeld: koffie Onze minimumprijs is 126 dollarcent per pond koffie. In oktober 2001 betaalden de gewone koffiehandelaars amper 40 dollarcent. Anders gezegd: betaalt de koffieboeren drie keer meer dan Douwe Egberts & Co! 9

Echte ontwikkeling doet echter meer dan een eerlijke prijs betalen. foto: (nellle) We engageren ons voor langere tijd. Zo zijn onze partners verzekerd van een minimale afzet en kunnen ze plannen op langere termijn. We laten hen niet in de steek omdat we elders dezelfde producten plots goedkoper kunnen kopen. We spelen hen niet tegen elkaar uit. We plaatsen onze bestelling één jaar op voorhand. We wachten dus niet om grote hoeveelheden aan te kopen tot de marktprijs het laagst is. We geven onze partners graag een voorschot. Zo blijven ze uit de handen van geld- en kredietwoekeraars. Partners kunnen ook een zachte lening krijgen die ze terugbetalen onder de vorm van producten. We ondersteunen talrijke producenten met vormingsprogramma's en investeringskredieten. Met het geld van de eerlijke handel kopen de boeren nieuwe planten of beter materiaal. De coöperatie kan investeren in infrastructuur voor de hele groep of in onderwijs en gezondheidszorg voor het hele dorp. Onze eerlijke prijs komt de ganse gemeenschap ten goede. En toch zijn wereldwinkelproducten niet duurder dan producten in het gewone circuit. Omdat we werken zonder overbodige tussenschakels en rechtstreeks bij de producent kopen. 10

Onze partners over de betekenis van eerlijke handel Geld voor waterputten "In 1995 begonnen wij met jullie samen te werken. Toen waren er 40 dorpen bij Kuapa Kokoo aangesloten. Nu zijn het er al 677. 3 procent van onze omzet gaat naar de eerlijke handel. We gebruiken het geld dat jullie meer betalen voor de aanleg en het onderhoud van waterputten, scholen en gezondheidsposten in de dorpen. Boeren kunnen bij de coöperatie sparen. Na zes maanden kunnen ze het dubbele van hun spaartegoed lenen tegen zeer voordelige intrest." (Nana Appiah van onze cacaopartner Kuapa Kokoo in Ghana) Overschakelen op bioteelt "Vroeger werkten we voor grootgrondbezitters en verdienden we net genoeg om rond te komen. Nu vormen we een coöperatie en delen we alle kosten. We verdienen meer en beslissen zelf wat we met het geld willen doen. De coöperatie zorgt voor het transport van de suiker naar de suikermolens. Andere producenten moeten het transport zelf regelen en betalen. Dankzij het advies van de eerlijke handel konden heel wat suikerrietkappers gedeeltelijk overschakelen op biologische teelt en is de kwaliteit van hun product aanzienlijk verbeterd." (Romeo Malalay van onze suikerpartner Panay in de Filippijnen) Geschenk uit de hemel "De oprichting van de coöperatie heeft ons kansen geboden op het vlak van vorming. Nu begrijpen wij beter de werking van de internationale markt. Het maakt ons weerbaarder. De samenwerking met is een geschenk uit de hemel. Door jullie geld kunnen we betere wijnstokken planten en onze kwaliteit opvoeren. We krijgen meer kansen om ons te moderniseren." (Clorindo van onze wijnpartner Sagrada Familia in Chili) 11

De criteria van Voor een product de eerste keer de wereldwinkelkassa doet rinkelen, heeft het reeds een lange weg achter de rug. Soms komt een producent aankloppen bij met de vraag of we zijn product willen verkopen. Meestal gaan we zelf op zoek naar nieuwe producenten. De afdeling Partners & Producten verricht het prospectiewerk, eventueel in samenwerking met andere eerlijke-handelsorganisaties in Europa. Een aantal criteria helpt om na te gaan in hoeverre een kandidaat-partner bijdraagt tot de sociale en duurzame ontwikkeling die we beogen. 12

had bij de start in 1971 niet in de eerste plaats de ambitie een handelsorganisatie te worden, maar een politieke beweging te zijn. Het verkopen van eerlijke producten was slechts een middel om een politieke boodschap uit te dragen. Pas in 1990 waagde zich aan het opstellen van criteria voor haar partners. We zullen deze criteria in het voorjaar van 2002 actualiseren. Aan de essentie verandert niets: werkt nog altijd in de eerste plaats samen met kleine, achtergestelde producenten. Ze zijn georganiseerd in coöperaties, associaties of andere organisatievormen. De organisatie draagt bij tot de sociale en economische ontwikkeling van haar leden en de gemeenschappen waarin ze leven. We willen echter ook nieuwe accenten leggen en zelfs enkele taboes doorbreken. Enkele voorbeelden: We willen onze criteria veel nauwer bij die van onze Europese collega s laten aansluiten. We willen samenwerken met privé-bedrijven en overheidsinstellingen, indien ze een economisch of sociaal beleid voeren en de criteria voor eerlijke handel naleven. Een noodgedwongen keuze: in Afrika en Azië bijvoorbeeld vind je eigenlijk geen theecoöperaties, maar wel theebedrijven met een sterke sociale dimensie voor de arbeiders. We willen ook kansen bieden aan partners met wie we eerder een politiek-maatschappelijk partnerschap uitbouwen, zoals Parc (in Palestina) of bananenvakbonden in Latijns-Amerika. We willen meer samenwerking met onze Europese collega s om efficiënter en goedkoper te kunnen handelen. Dit betekent dat wij ook producten zullen verkopen van partners met wie we zelf een veel minder intense band onderhouden. We willen minder Latijns-Amerikaanse en meer Aziatische en Afrikaanse partners hebben. Maar we willen ook zoeken naar partners buiten het strikt geografische Zuiden. Eerlijke handel met Albanië of Canadese indianen is misschien even zinvol als eerlijke handel met Chili of Peruaanse indianen. We willen voor al deze kandidaat-partners drie soorten criteria hanteren. Sociale ontwikkeling. Zoals: de toegevoegde waarde op vlak van ontwikkelingspotentieel; de versterking door de organisatie van de sociale, politieke, economische of culturele weerbaarheid van de (kleine) producenten; democratie en transparantie; geen discriminatie; gendergevoeligheid; vrijheid van vereniging en recht op collectieve arbeidsovereenkomst; arbeidsomstandigheden. Economische ontwikkeling. Zoals: eerlijke-handelspremie, exportcapaciteit en economische versterking van de organisatie. Milieubewustzijn 13

Kwaliteitsproduc(en)ten Een producent die voor honderd procent aan al deze criteria voldoet, bestaat natuurlijk niet. Daarom worden plus- en minpunten tegen elkaar afgewogen. Oordeelt de afdeling Partners & Producten dat de partner en het product thuishoren in, dan wordt een dossier opgesteld. Dat verschijnt als bijlage van de WeeWeeKrant of wordt voorgelegd aan de Partnercommissie. In het eerste geval kunnen alle plaatselijke én stemgerechtigde wereldwinkels zich erover uitspreken. In het tweede geval oordelen de stemgerechtigde wereldwinkels die een vertegenwoordiger in de Partnercommissie hebben afgevaardigd. De partner is aanvaard als de meerderheid van de wereldwinkels het dossier positief beoordeelt. Het nationaal secretariaat gaat dan over tot de praktische uitwerking van het dossier: verpakking, invoer, distributie, animatie- en promotiemateriaal rond het nieuwe product,... Tussen het eerste contact met de producent en het moment dat het product in de rekken van de wereldwinkels ligt, kan dus heel wat tijd verlopen. Het grote voordeel van deze procedure is het democratische karakter: het zijn de plaatselijke groepen die beslissen. Bovendien doorstaan enkel kwaliteitsproducten, in alle betekenissen van het woord, de procedure. 14

Het productenassortiment In de meeste wereldwinkels vind je nog andere producten dan voeding. We onderscheiden in het assortiment van vier soorten producten. De producten van eerlijke handel Dit zijn de eigenlijke wereldwinkelproducten, rechtstreeks en tegen een eerlijke prijs aangekocht bij geselecteerde partners in het Zuiden, beoordeeld volgens onze criteria. Tot deze soort behoren zowel de voedingsproducten van als de handnijverheidsproducten van Magasins du monde-oxfam en de Fair Trade Organisatie. De solidariteitsproducten Niet het product zelf is het belangrijkste. Wel wat er gebeurt met de winst uit de verkoop. Het Solidariteitsfonds steunt met de verkoop van producten als solidariteitsagenda's en T-shirts projecten van Oxfam-Solidariteit. De meeste organisaties ondersteunen met de verkoop van solidariteitsproducten hun eigen werking. Bekende voorbeelden: de T-shirts van Greenpeace, de kaarsen van Amnesty International en Time for Peace, de kalenders van 11.11.11,... Informatie- en cultuurdragers Voorbeelden: derdewereldliteratuur, cd's met wereldmuziek, boeken over allerlei maatschappelijke thema's, tijdschriften, brochures, folders, informatieve spelen,... Producten van maatschappelijk belang Kringlooppapier, ongebleekte koffiefilters en andere producten die "op aantoonbare en directe wijze een effectieve bijdrage leveren op het maatschappelijk relevante terrein van duurzame ontwikkeling". 15

De tweede pijler: educatief werk Informatie verstrekken over de producten en over een brede waaier van onderwerpen is een tweede belangrijke pijler in de werking van. We maken een onderscheid tussen informatie aan het grote publiek en vorming van wereldwinkeliers(ters). De wereldwinkel is een informatiecentrum We kunnen een probleem maar oplossen als we inzicht hebben in de oorzaken en de mogelijke alternatieven. Degelijke informatie is dus erg belangrijk. De wereldwinkels verspreiden informatie via verschillende kanalen. Op de verpakking van onze voedingsproducten vermelden we het land van herkomst en een beknopte beschrijving van het product en de producent. We gebruiken natuurlijk niet méér verpakking dan echt nodig is. De meeste wereldwinkels hebben een educatief hoekje met boeken, brochures en tijdschriften over landen van het Zuiden, de Noord- Zuidverhoudingen, de globalisering van de wereldhandel, vrede en ontwapening, duurzame ontwikkeling, de multiculturele samenleving, kritisch consumeren,... Of je wordt doorverwezen naar de materialenbank van het nationaal secretariaat of een meer gespecialiseerde dienst of organisatie. Een catalogus geeft een overzicht van het informatief en educatief materiaal dat zelf produceert. Voor het lager en het secundair onderwijs is er een speciale catalogus. Om de drie maanden brengt het 16

Magazine achtergrondinformatie over (nieuwe) producten, partners, politieke acties, de wereldwinkelbeweging,... Heel wat wereldwinkels voegen er een infoblad met plaatselijke informatie aan toe. Actuele standpunten lees je op onze website www.oww.be. Plaatselijke wereldwinkels organiseren informatieactiviteiten: een voordracht, een debatavond, een video- of filmvoorstelling, een tentoonstelling,... Ook via activiteiten als geschenkenbeurzen, derdewereldrestaurants en de jaarlijkse Klantendag maken mensen kennis met de wereldwinkelwerking. Wereldwinkeliers weten waar de lamp brandt Plaatselijke wereldwinkeliers worden regelmatig om informatie gevraagd. Om daarop te kunnen inspelen of klanten te kunnen doorverwijzen, is het belangrijk dat de medewerkers van een wereldwinkel zichzelf vormen. Het nationaal secretariaat helpt met een vormingsaanbod onder de naam Wereldwinkeluniversiteit. Jong en oud vindt er wel iets naar zijn/haar gading: van basisvorming over het ABC van de wereldwinkelwerking tot uitdieping van specifieke thema s in verband met wereldhandel. Ook onderwerpen als vrijwilligersmanagement, educatief werk, marketing en financieel beheer maken deel uit van onze universiteit. Soms zijn er studiedagen, zoals het forum Een boontje voor de markt (februari 2001) en het seminarie Bittere koffie (december 2001). Op de Wereldwinkeldag komen honderden medewerkers samen rond een actueel thema voor debatten en podiumoptredens. De WeeWeeKrant is het maandelijkse bewegingsblad van. Je leest er achtergrondartikelen bij de wereldwinkelactualiteit, berichten van en over onze partners, informatie over onze producten, nieuws over acties en campagnes, eerlijke interviews en knappe standpunten. Af en toe bevat de WeeWeeKrant een katern over een actueel onderwerp of een dossier over een nieuwe partner. 17

18 De derde pijler: politieke actie wil maatschappelijke verandering. Via de verkoop van eerlijke producten lukt dat vrij aardig: de omzet stijgt voortdurend. Maar kan onze beweging ook wegen op de ongelijke handelsverhoudingen in de wereld? Kunnen wij de publieke opinie wakker schudden? Kunnen wij de machtscentra in de politiek en de bedrijfswereld in de richting van een eerlijke-handelsbeleid duwen?

Wie zich engageert voor het Zuiden, is meestal ook gevoelig voor thema's als de vrede, het milieu, het racisme, de kansarmoede hier,... Dezelfde waarden vormen immers de basis voor dit engagement: solidariteit en respect. Oxfam- Wereldwinkels wil een 'tegenbeweging' van kritische en geëngageerde mensen op gang brengen. Daarom speelt de organisatie een actieve rol in diverse samenwerkingsverbanden: 11.11.11 (het Belgische ontwikkelingsbeleid), VAKA-Hand in Hand (een verdraagzame en multiculturele samenleving), VODO (duurzame ontwikkeling), Netwerk Bewust Verbruiken (kritisch consumeren),... Permanent zichtbaar De wereldwinkels hebben een permanente werking. Ze zijn zichtbaar in een gemeente, hebben een vast adres, een open deur, een hele reeks van contacten, een overvloed aan informatie. Vaak zijn ze dé centra waar plaatselijke acties vorm krijgen. De wereldwinkels voeren vooral actie rond thema's die aansluiten bij de wereldhandel. Meestal werken ze langere tijd rond één bepaald thema, waarvoor specifiek animatie- en actiemateriaal wordt gemaakt. Sommige acties willen de mensen bewustmaken. Andere beogen een daadwerkelijk resultaat. Vaak gaan beide samen. Wij zijn in staat om druk uit te oefenen, omdat een groeiend aantal mensen achter onze ideeën en voorstellen staat. Dat willen onze acties zichtbaar maken: dat wij niet alleen staan met onze visie op eerlijke handel en solidariteit. In het verlengde van onze acties neemt ons lobbywerk een steeds grotere plaats in. We proberen politici te overtuigen om een bepaald standpunt te verdedigen. Dat betekent uiteraard dat wij met een stevig en politiek vertaalbaar dossier voor de dag komen. Uniek middel We kunnen handel, educatief werk en politieke actie niet los van elkaar zien. Wie een pakje wereldwinkelkoffie koopt, doet aan rechtvaardige handel, koopt een stuk informatie en geeft een politiek signaal. De bedrijfsleiders en de politici zien een consument en een kiezer die waarde hecht aan de achtergrond van een pro- 19

duct. Hoe meer mensen dit signaal geven, hoe minder deze tendens kan genegeerd worden. 'Winkeltje spelen' is een uniek middel om educatief bezig en politiek actief te zijn. Een Europese beweging De wereldwinkel in je buurt is niet uniek. Oxfam- Wereldwinkels is niet de enige eerlijke-handelsorganisatie in de wereld. Vlaanderen telde op 1 januari 2002 191 erkende wereldwinkelwerkingen. In heel Europa zijn er ongeveer 3.000 wereldwinkels. 15 wereldwinkelbewegingen uit 13 landen richtten in 1995 NEWS! op, het 'Network of European World Shops'. NEWS! richt zich op Europees niveau tot de politici, de bedrijfswereld en de consumenten. 12 eerlijke-handelsorganisaties in 9 landen vormen samen EFTA, de 'European Fair Trade Association'. De EFTA-leden overleggen regelmatig over het productenaanbod en werken samen voor verwerking, verpakking en transport. Een taakverdeling zorgt voor een efficiënte werking. De Europese aanpak is een pluspunt in onze contacten met de partners in het Zuiden. Belangrijke investeringen doen we samen met collega s in andere landen. Grote vormingsprogramma s organiseren we samen. We informeren onze producenten over de gevolgen van de Europese eenheidsmarkt en voeren al eens een marktstudie uit. We werken nauw samen rond de biologische teelt van voedingsgewassen en hebben contacten met de organisaties die biocertificeren. De bioteelt is immers sterk in opmars in het Zuiden. Toegang tot de Europese markt kan alleen maar stimulerend werken. 20

: hoe ze georganiseerd zijn... wil zoveel mogelijk medewerkers van zoveel mogelijk wereldwinkels actief bij het beleid van de beweging betrekken. Bijna 200 wereldwinkels, dat vraagt om een goed gestructureerde organisatie. is een vereniging zonder winstoogmerk (een vzw). Deze organisatievorm veronderstelt een Algemene Vergadering en een Raad van Beheer. Naast deze beleidsstructuur is er ook een werkstructuur. Het onderscheid tussen beide kan je enkel op papier maken. De beleidsstructuur pleit voor een maximale participatie van de bevolking in democratische beslissingsorganen. Natuurlijk streven we dit ideaal consequent na in de eigen beweging: de basis bepaalt de nationale werking. Het beleid wordt uitgestippeld op drie niveaus. 21

De plaatselijke wereldwinkel Een lokale wereldwinkel kan op verschillende manieren georganiseerd zijn. Maar altijd en overal is de betrachting zoveel mogelijk vrijwilligers bij het eigen beleid te betrekken. Elke wereldwinkel bepaalt autonoom zijn werking. Voor zover die binnen de lijnen blijft die de nationale beleidsorganen hebben uitgestippeld. De beweging heeft zowel stemgerechtigde als niet-stemgerechtigde wereldwinkels. Beiden zijn erkend als Oxfam-Wereldwinkel. Ze ondertekenen een contract waarin ze zich engageren om de doelstellingen en de drie pijlers van de beweging in hun werking vorm te geven. De stemgerechtigde wereldwinkels hebben bovendien de basistekst van onderschreven. Zij vormen de Algemene Vergadering en bepalen daar het beleid. De Algemene Vergadering Minstens tweemaal per jaar komen afgevaardigden van de stemgerechtigde wereldwinkels samen op een nationale Algemene Vergadering. De Algemene Vergadering bepaalt de grote lijnen van de werking van Oxfam- Wereldwinkels. Zij spreekt zich uit over de jaarplanning, de begroting, de toetreding van nieuwe leden,... Zij rondt discussies af over de richting die de beweging moet uitgaan, over basisteksten, over verkoop- en educatieplannen, over nieuwe partnercriteria, over de missie van,... Zij controleert en stimuleert de Raad van Beheer, waarvan zij de leden kiest. De afgevaardigden vertolken in de Algemene Vergadering het standpunt van hun plaatselijke wereldwinkel. In opdracht van de Algemene Vergadering oordeelt de Partnercommissie over partner- en productendossiers. De Raad van Beheer De leden van de Raad van Beheer zijn vrijwilligers uit plaatselijke wereldwinkels. Ze worden gekozen door de Algemene Vergadering voor een mandaat van twee jaar. De Raad van Beheer werkt de richtlijnen uit die de Algemene Vergadering vastlegt en staat in voor de dagelijkse beslissingen van de beweging. Binnen de Raad van Beheer is er een Dagelijks Bestuur, bestaande uit de voorzitter, de secretaris en de directie. De Raad van Beheer en de verschillende afde- 22

lingen op het nationaal secretariaat worden geadviseerd en ondersteund door een aantal nationale commissies en werkgroepen, waar ook vrijwilligers van plaatselijke wereldwinkels deel van uitmaken: de werkgroep Verkoop en Promotie, de Actiewerkgroep, de Financiële Commissie, de Jongeren Commissie. Voor specifieke opdrachten, zoals het herschrijven van de basistekst of het herzien van onze partnercriteria, worden ad-hocwerkgroepen opgericht. 23

De werkstructuur De plaatselijke wereldwinkel Het uitgebreide netwerk van bijna 200 wereldwinkels vormt de basis van de beweging. De wereldwinkels draaien voor het overgrote deel op vrijwilligers. Deze mensen besteden een deel van hun vrije tijd aan de wereldwinkelwerking. Ze zijn met meer dan 6.000 in Vlaanderen. Enkele wereldwinkels werken bovendien met permanente (betaalde) krachten. Wie zich herkent in de uitgangspunten van is welkom. Hoeft het gezegd dat de vrijwilligers een bonte, heterogene groep vormen? De plaatselijke wereldwinkels bepalen hun werking grotendeels zelfstandig. Wel moeten ze een aantal regels in acht nemen. Ze moeten zich bijvoorbeeld houden aan de nationaal vastgelegde prijzen en mogen geen producten verkopen die niet voldoen aan de vastgestelde minimumcriteria. Een plaatselijke wereldwinkel draaiende houden, is geen sinecure. Je moet een beurtrol opstellen voor de winkelpermanentie, de boekhouding beredderen, de etalage verzorgen, nieuwe medewerkers opleiden, productendossiers bespreken, acties uitwerken, mensen afvaardigen naar lokale adviesraden of nationale bijeenkomsten,... Een vlotte samenwerking tussen de medewerkers is dan ook een must. Een wereldwinkel hoeft niet noodzakelijk een winkelruimte te hebben. Hij kan ook werken met andere verkoopmodellen: verkoopstanden, wijkdepots, abonnementenronde. Heel wat wereldwinkels verkopen aan grote, vaste klanten, zoals gemeentebesturen, vakbondsafdelingen, scholen, bedrijven, horecazaken, jeugdclubs,... Het nationaal secretariaat Het nationaal secretariaat in Gent is het coördinatiecentrum van. Er werkt een 50-tal mensen. Het secretariaat bestaat uit vijf afdelingen. Verkoop & Distributie: ontwikkeling, opslag, verkoop, distributie en promotie van Oxfam-Fair Trade producten Educatie & Politiek: vorming, animatie, informatie, actie, studiewerk, politiek lobbywerk. Partners & Productie: contacten met de partners in het Zuiden en aankoop van Oxfam-Fair Trade producten Wereldwinkelnetwerk: begeleiding van plaatselijke wereldwinkels Algemene Diensten: service en ondersteuning aan de andere afdelingen (secretariaat, informatica, grafische dienst, financiële dienst, personeelsadministratie) De directie organiseert het nationaal secretariaat en treedt op als woordvoerder. 24

nationaal secretariaat 25

De maatschappijvisie van Op 20 mei 1995 keurde de Algemene Vergadering van een nieuwe basistekst goed. Daarin omschrijft de beweging haar visie op onze maatschappij. De volledige tekst kan je lezen in de brochure 'Basistekst'. Hier beperken we ons tot enkele kernideeën. De maatschappij waarin we leven Het wereldsysteem waarin we leven heet het kapitalisme. Het privébezit van de productiemiddelen en het winststreven staan centraal. Op wereldvlak leidt dit tot een opstapeling van rijkdom, overproductie en ontwikkeling in het Noorden en tot groeiende armoede en onderontwikkeling in het Zuiden. Het verschil tussen arm en rijk wordt steeds groter, zowel tussen Noord en Zuid als in het Zuiden en het Noorden zelf. Er is een verband tussen uitbuiting en onderdrukking van het Zuiden, van andere culturen, van vrouwen, van de natuur. Vanuit westerse waarden wordt de natuur ondergeschikt gemaakt aan de mens, zijn vrouwen ondergeschikt aan mannen, worden inheemse volkeren ondergeschikt aan de westerse cultuur. De 'vrije wereldhandel' gaat uit van het recht van de sterkste. Ze werkt met de logica van de winst. Die winst wordt onder meer gemaakt door 26

foto: Paul Van Wouwe grondstoffen goedkoop te verwerven, lage lonen uit te betalen en geen rekening te houden met milieukosten en culturele eigenheid. Deze logica staat haaks op het gemeenschappelijk belang en op het bevredigen van de basisbehoeften van zoveel mogelijk mensen. Wat geen winst opbrengt is 'onproductief'. Economische groei is verbonden met de mythe dat wetenschap en techniek automatisch welvaart zullen brengen voor de hele wereld. Het systeem is complex. Een ondoorzichtig kluwen van structuren en mechanismen zoals multinationale ondernemingen, internationale markten en instellingen, monopolievorming, speculatie,... zorgt ervoor dat individuen er nauwelijks nog inzicht in kunnen verwerven. Bovendien worden door de media vaak oorzaken en verbanden verdoezeld. Wanneer dan de belangen van het Noorden in een of ander derdewereldland in het gedrang komen, wordt niet geaarzeld de machtsverhouding in stand te houden via economische, financiële, politieke of militaire interventies. De wereld is geëvolueerd tot een duale samenleving. De meerderheid leeft in (kans)armoede en ellende. Slechts een minderheid kan zich tenvolle ontplooien. Het bestaande economische systeem marginaliseert hele regio's, zelfs bijna het hele Afrikaanse continent. Hele sectoren in het Zuiden produceren voor de behoeften van het Noorden. De eigen ontwikkeling in functie van wat de bevolking nodig had, werd bij de kolonisatie omgebogen om koffie, katoen of bananen aan het Noorden te leveren. 27

De industriële productiewijze is vervuilend en verspillend. Zo verbruikt het Noorden met zo'n 20 % van de wereldbevolking 75 % van de beschikbare grondstoffen. De kosten en nadelen van deze productie- en consumptiepatronen worden afgewenteld op de bevolking in het Zuiden, de natuur, de toekomstige generaties. Rapporten waarschuwen dat het zo niet verder kan. Van die milieubedreiging moeten we af. Onze samenleving is ondemocratisch en onverdraagzaam. Op heel veel plaatsen worden de rechten van mensen met de voeten getreden. Er werd een oorlogsindustrie opgebouwd die de wereld talloze keren kan vernietigen. Het racisme neemt toe. De reflex van het Noorden om zich af te schermen voor vluchtelingen is blind voor de werkelijke achtergronden. We willen een andere, een betere wereld. Welke samenleving willen we? Wat we nastreven is een rechtvaardige, duurzame en democratische samenleving, gebaseerd op solidariteit en respect voor de eigenheid van personen en volkeren. Rechtvaardig wil zeggen dat de rijkdommen van de wereld billijk verdeeld worden en dat alle mensen gelijke (levens)kansen krijgen. Iedereen heeft recht op een menswaardig bestaan. We zijn met zijn allen verantwoordelijk voor mekaar. We willen een economie, wetenschap en technologie in functie van de bevrediging van de basisbehoeften van alle mensen. De aarde moet de manier van produceren en consumeren kunnen dragen. We willen een samenleving gekenmerkt door duurzaamheid. Daarom zijn in het Noorden ingrijpende veranderingen nodig. 'Consuminderen' wordt onvermijdelijk. Alleen dan is een menswaardig bestaan mogelijk, dat draagbaar is voor de aarde en haalbaar voor alle mensen op deze wereld. We willen een democratische samenleving, waar mensen vrij zijn hun mening te uiten en voor hun rechten op te komen. Beslissingen moeten zo dicht mogelijk bij de mensen genomen worden. Zowel op politiek als op economisch vlak moeten ze greep krijgen op hun eigen leven. Een samenleving moet respect hebben voor de eigenheid van personen en volkeren, zonder discriminatie op basis van huidskleur, etnische afkomst, cultuur, religie, sekse of seksuele geaardheid. 28

Onze principes voor een betere samenleving zijn heel algemeen. Hoe die andere wereld er precies moet uitzien, dat weten we niet. Wel kunnen we stellen dat de huidige ecologische, economische en sociale problemen niet opgelost kunnen worden, noch door de kapitalistische markt, noch door de heersende elites in Noord en Zuid. Een beter leven voor de huidige en komende generaties kan wel groeien vanuit de strijd van basisbewegingen. foto: Piet Breda 29

Globaliserende basistekst Ook een basistekst is een kind van zijn tijd. De basistekst van werd goedgekeurd in 1995. Maar in het begin van de 21ste eeuw laat de wereld zich niet meer zo gemakkelijk opsplitsen in een (rijk) Noorden en een (arm) Zuiden. We spreken liever van een globale wereld, een globaliserende maatschappij, een mondialiserende economie, neoliberalisme. Niet toevallig reikt de invloed van internationale instellingen als de Wereldhandelsorganisatie, de Wereldbank en het Internationaal Muntfonds vaak verder dan de macht van politici. "Het vermenselijkte kapitalisme is niet meer", schreef publicist John Vandaele in het actieboek 1998 van 11.11.11. "Heel geleidelijk is het vervangen door een nieuw regime. Die overgang wordt doorgaans globalisering genoemd. Die globalisering lijkt aan enkele ontwikkelingslanden kansen op welvaart te bieden. Maar op veel plaatsen veroorzaakt ze vooral ellende en ontwrichting. De grote vraag is: hoe krijgen sociale organisaties de globalisering onder controle? Hoe kan de globalisering in een sociale en duurzame richting worden gestuurd? De uitdaging is immens." wil die uitdaging aangaan. We zijn dan ook blij dat de (anti)globalistische beweging weer wat dynamiek in de derdewereldbeweging brengt. is al dertig jaar een wezenlijk lid van deze beweging, schreven we in de WeeWeeKrant van oktober 2001. "We verzetten ons tegen het economisch globalisme zoals het nu bestaat en zoals een aantal mondiale instellingen het promoten. Daarom behoren we tot de antiglobalistische beweging. Maar we willen de uitwassen van dit globalisme bestrijden via mondiale oplossingen en door multilaterale instellingen en regels. Daarom protesteren we met zeer veel andere mensen tegen het onrecht dat het economisch globalisme veroorzaakt. Daarom zijn wij globalisten." 30

Oxfam-Fair Trade producten worden rechtstreeks aangekocht bij producentengroepen in het Zuiden. koopt de producten aan een eerlijke prijs. Een eerlijke prijs is meestal een stuk hoger dan de gangbare marktprijzen en garandeert de producent een leefbaar inkomen. Dankzij de samenwerking met kunnen onze partners hun levensomstandigheden structureel verbeteren. Fair Trade Is het huismerk van 31

nationaal secretariaat & magazijn Ververijstraat 17 B - 9000 Gent secretariaat 09-218.88.99 magazijn 09-218.88.95 verkoop & distributie 09-218.88.87 partners & productie 09-218.88.82 educatie & politiek 09-218.88.60 jongeren 09-218.88.68 wereldwinkelnetwerk 09-218.88.51 fax secretariaat 09-218.88.77 fax magazijn 09-218.88.66 e-mail: oww@oww.be www.oww.be foto: (Yel) (!4AA16E-aaaaei! w 793 Verantw. uitgever: Marc Bontemps, Ververijstraat 17, B-9000 Gent. gedrukt op 100% kringlooppapier oww-ed. 01-2002 vormgeving: Je bent van oordeel dat er in de wereld een en ander fout loopt? Je vindt dat daaraan iets moet en kan veranderen? Dan heb je goede redenen om beter te leren kennen. De wereldwinkels geven jou de mogelijkheid te tonen dat het 'anders' kan. Door er producten van eerlijke handel te kopen. Door er mee te werken als vrijwilliger. Maar 'anders', wat betekent dat precies? En hoe zit de organisatie in elkaar? Deze handige brochure geeft een antwoord op al je vragen over. 32