Algemeen ambtsbericht Kosovo



Vergelijkbare documenten
algemeen ambtsbericht Kosovo

3 Oppervlakte De oppervlakte van Kosovo is vierkante kilometer. Nederland is bijna 4 keer groter.

geen Terms of Reference voor algemeen ambtsbericht Sudan

DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN SAMENVATTING

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Kosovo: instabiel en niet soeverein

AEG deel 3 Naam:. Klas:.

Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Veiligheid en Justitie

MODULE III BESLISSINGEN NEMEN IN EUROPA? BEST LASTIG!!!

DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN OVERZICHT

DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN SAMENVATTING

TRACTATENBLAD VAN HET

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Het uur van Europa EULEX in Kosovo

PUBLIC. Brussel, 12 juli 2006 (13.07) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 11603/06 LIMITE YU 3 COWEB 159

Samenvatting (Summary)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Kosovo, het begin en het einde?

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

5. Protocol tot vaststelling van het statuut van de. Europese Investeringsbank

Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Meltdown in Mitrovica: achtergrond

Algemeen ambtsbericht Kosovo 2005

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0214/1. Amendement. Ulrike Lunacek namens de Verts/ALE-Fractie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

Datum 13 juli 2012 Betreft Terms of Reference betreffende de positie van Ahmadi s en christenen in Pakistan

MODULE I EUROPA: NOOIT MEER OORLOG!

Publicatieblad van de Europese Unie L 165 I. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 2 juli 2018.

Eén jaar EULEX Kosovo: resultaten en u itdagingen

Ontstaan van de EU Opdrachtenblad Schooltv-beeldbank

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Ministerie van Justitie. Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND)

geraadpleegd door de Raad overeenkomstig artikel 39, lid 1 van het EU-Verdrag (C5-0757/2000),

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 oktober 2003 (08.10) (OR. it) 11051/2/03 REV 2 CORDROGUE 66

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2

Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten

PUBLIC. Brussel, 11 november 1999 (15.12) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 11662/99 LIMITE OJ/CONS 52 JAI 84

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1

STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT

Tweede Kamer der Staten-Generaal

In deze rubriek brengen we enkele publicaties onder de aandacht van de lezer. KAMER

Moeilijke besluiten voor de Europese Raad

Kijktip: Nieuwsuur in de Klas

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

TRACTATENBLAD VAN HET

Advies van de Executive Board van het Europees Netwerk van Raden voor de. Justitie (ENRJ) over de aanvraag van de Krajowa Rada Sądownictwa uit Polen.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 oktober 2003 (03.11) (OR. it) 11051/4/03 REV 4 CORDROGUE 66

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

waardigheid participatie gelijke rechten solidariteit individuele vrijheid

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

De nieuwe landen in het oosten

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1993 Nr. 51. Verdrag betreffende de Europese Unie, met Protocollen; Maastricht, 7februari 1992

Herman 1ste president van EU

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De organisatie van de EU

Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Veiligheid en Justitie

Zittingsdocument B7-0000/2012 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van een verklaring van de Commissie

TRACTATENBLAD VAN HET

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I

KIJK VOOR MEER INFORMATIE EN LESTIPS OP HET STARTPUNT VOOR EUROPA IN HET ONDERWIJS. werkvel - 1. Tweede Fase Havo/vwo

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol

TRACTATENBLAD VAN HET

32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken

Samenvatting Geschiedenis Staatsinrichting H3+4

Wie bestuurt de Europese Unie?

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Thema 2 Om ons heen. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 7. Landschappen. Klimaten. Samenwerking. de regering. Onder de loep.

Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal vragen om de kennis te toetsen. Het betreft steeds drie multiplechoicevragen en drie open vragen.

Vragen en antwoorden over het burgerinitiatief

DE EUROPESE RAAD EN DE RAAD IN EEN NOTENDOP

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008

Wie bestuurt de Europese Unie?

DE BRIEVENBRIGADE HET VERHAAL VAN DE EUROPESE UNIE

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678

Instructie: Landenspel light

Protocol over de bezwaren van het Ierse volk ten aanzien van het Verdrag van Lissabon

Samenstelling van het Europees Parlement met het oog op de verkiezingen van 2014

De dood van Joegoslavië ( )

TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT

Wie bestuurt de Europese Unie?

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Datum 18 augustus 2015 Betreft Beantwoording vragen van het lid Kuzu over De situatie van Oeigoeren in de Chinese provincie Xinjiang

6,6. Werkstuk door een scholier 1980 woorden 16 november keer beoordeeld. Aardrijkskunde

1 van :23

Het land op de kaart

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Delta Lloyd Asset Management. Themapaper Myanmar. 10 juli 2012

5.9. Boekverslag door E woorden 23 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking GRO..M Mechelen

ECLI:NL:RBDHA:2016:15083

Transcriptie:

Algemeen ambtsbericht Kosovo Juni 2009 Directie Personenverkeer, Migratie- en Vreemdelingenzaken afdeling Asiel- en Migratiezaken

Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Landeninformatie 5 2.1 Land en volk 5 2.1.1 Geschiedenis 7 2.2 Staatsinrichting 10 2.2.1 Nationaal bestuurlijk kader 10 2.2.2 Internationale presentie 14 2.2.3 Parallelle Servische structuren 17 2.3 Politieke ontwikkelingen 19 2.4 Veiligheidssituatie 23 2.4.1 KFOR 25 2.4.2 Politie 26 2.4.3 Kosovo Security Force (KSF) 27 2.4.4 Illegale groeperingen 28 2.4.5 Georganiseerde criminaliteit 28 2.4.6 Bloedwraak 29 2.5 Staatsburgerschap en documenten 30 2.5.1 Staatsburgerschap 30 2.5.2 Documenten 31 3 Mensenrechten 37 3.1 Juridische context 37 3.1.1 Verdragen en protocollen 38 3.1.2 Nationale wetgeving 38 3.1.3 Kanun 40 3.2 Toezicht 40 3.2.1 Internationaal toezicht 40 3.2.2 Lokaal toezicht 41 3.2.3 Ombudspersoon 42 3.2.4 Adviescommissie voor Mensenrechten 43 3.3 Naleving en schendingen 44 3.3.1 Vrijheid van meningsuiting 44 3.3.2 Vrijheid van vereniging en vergadering 45 3.3.3 Vrijheid van godsdienst 46 3.3.4 Bewegingsvrijheid 47 3.3.5 Rechtsgang 48 3.3.6 Arrestaties en detenties 50 3.3.7 Mishandeling en foltering 51 3.3.8 Vermissingen, verdwijningen en ontvoeringen 51 3.3.9 Mensenhandel 51 3.3.10 Buitengerechtelijke executies en moorden 53 3.3.11 Doodstraf 53

3.4 Positie van bepaalde etnische groepen 54 3.4.1 Serviërs 54 3.4.2 Roma, Ashkali en Egyptenaren 55 3.4.3 Slavische moslims 57 3.4.4 Gorani 57 3.4.5 Turken 58 3.4.6 Kroaten 58 3.4.7 Albanezen 59 3.5 Positie van andere specifieke groepen 59 3.5.1 Vrouwen 59 3.5.2 Minderjarigen 62 3.5.3 Homoseksuelen 63 3.5.4 Dienstweigeraars en deserteurs 64 4 Migratie 65 4.1 Migratiestromen en motieven 65 4.2 Terugkeer 65 4.2.1 Standpunt van UNHCR over terugkerende asielzoekers uit Kosovo 67 4.3 Positie van gevluchte Kosovaren in Servië 68 4.4 Positie van gevluchte Kosovaren in Montenegro 69 4.5 Activiteiten van internationale organisaties 70 Bijlagen 71 I: Lijst van geraadpleegde bronnen 71 II: Lijst van gebruikte afkortingen 81 III: Kaart van Kosovo 84

1 Inleiding In dit algemeen ambtsbericht wordt de situatie in Kosovo beschreven, voor zover deze van belang is voor de beoordeling van asielverzoeken van personen die afkomstig zijn uit Kosovo en voor besluitvorming over de terugkeer van afgewezen asielzoekers. Dit ambtsbericht is een actualisering van eerder verschenen algemene ambtsberichten over de situatie in Kosovo (laatstelijk in november 2006). Dit algemeen ambtsbericht beslaat de periode december 2006 tot en met 22 juni 2009. Dit ambtsbericht is gebaseerd op informatie van openbare en vertrouwelijke bronnen. Bij de opstelling is gebruik gemaakt van informatie van verschillende organisaties van de Verenigde Naties en de Europese Unie, internationale organisaties, niet-gouvernementele organisaties, vakliteratuur en berichtgeving in de media. Een overzicht van de geraadpleegde openbare bronnen is opgenomen in de literatuurlijst. Bovendien liggen bevindingen ter plaatse en vertrouwelijke rapportages van de Nederlandse vertegenwoordigingen aan dit algemeen ambtsbericht ten grondslag. In het algemeen ambtsbericht wordt veelvuldig verwezen naar geraadpleegde openbare bronnen. Daar waar openbare bronnen zijn vermeld, wordt de tekst in veel gevallen ook ondersteund door informatie die op vertrouwelijke basis is ingewonnen. In hoofdstuk twee van dit ambtsbericht wordt ingegaan op de recente ontwikkelingen op politiek en veiligheidsgebied. Deze beschrijving wordt voorafgegaan door een overzicht van de geografie, bevolking, geschiedenis en staatsinrichting van Kosovo. In dit hoofdstuk wordt ook de situatie omtrent staatsburgerschap en documenten behandeld. In hoofdstuk drie wordt de mensenrechtensituatie in Kosovo geschetst. Na een beschrijving van wettelijke garanties en internationale verdragen die op Kosovo van toepassing zijn, komen mogelijkheden van toezicht aan de orde. Hierna volgt de eigenlijke beschrijving van de mensenrechtensituatie. Bovendien wordt in dit hoofdstuk de positie van specifieke groepen belicht. In hoofdstuk vier komen de opvang van binnenlands ontheemden en gevluchte Kosovaren in Servië en Montenegro, en activiteiten van internationale organisaties aan de orde. Daarnaast worden de mogelijkheden van terugkeer en het standpunt van UNHCR besproken. 4

2 Landeninformatie In dit ambtsbericht wordt bij de aanduiding van plaatsen in Kosovo eerst de plaatsnaam in het Albanees genoemd, gevolgd door de plaatsnaam in het Servisch. De in dit ambtsbericht gebruikte spelling van Albanese en Servische plaatsnamen volgt de spelling van de United States Board on Geographic Names. 1 2.1 Land 2 en volk Land Kosovo 3 was formeel een provincie van Servië, maar heeft op 17 februari 2008 zichzelf eenzijdig onafhankelijk verklaard. Wereldwijd hebben 60 landen, waaronder de VS en de meeste lidstaten van de EU de onafhankelijkheid van Kosovo erkend. Veel landen, waaronder Rusland, China en Servië, zien Kosovo echter nog steeds als een (autonome) provincie van Servië. In het noordwesten grenst Kosovo aan Montenegro, in het noorden aan Servië. 4 In het westen en zuiden grenst Kosovo respectievelijk aan Albanië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. Volk Het totale inwonertal van Kosovo bedraagt naar schatting circa 2,2 miljoen personen. 5 Hierbij moet gezegd worden dat de laatste census in 1981 is gehouden, en dat dit aantal, en percentages van bevolkingsgroepen, over het algemeen schattingen zijn. 1 2 3 4 5 United States Board on Geographic Names, Kosovo and Environs; Geographic Names Index, december 1998. In tegenstelling tot voorgaande ambtsberichten wordt Kosovo in dit algemeen ambtsbericht aangeduid als een land. De formele benaming luidt de Republiek van Kosovo (in het Albanees: Republika e Kosovës) De Servische benaming luidt autonome provincie van Kosovo en Metohija (Autonomne Pokrajine Kosovo i Metohija). Evenals de onafhankelijkheid van Kosovo is de status van de grens tussen Kosovo en Servië nog niet vastgesteld. Landen die de onafhankelijkheid van Kosovo niet erkennen spreken over de administratieve grens. Zie o.a. United States Department of State (USDoS), 2008 Human Rights Report: Kosovo, In: 2008 Country Reports on Human Rights Practices, 25 februari 2009. 5

Etnische Albanezen maken ongeveer 90% van de totale Kosovaarse bevolking uit. Ongeveer 10% van de Kosovaarse bevolking bestaat uit etnische minderheden 6, waarvan etnische Serviërs de grootste groep uitmaken. Andere etnische minderheden zijn Roma, Ashkali, Egyptenaren, Slavische moslims, Gorani, Turken en Kroaten. 7 In de meeste gebieden in Kosovo vormen etnisch Albanezen een meerderheid. In een aantal gebieden zijn etnische Serviërs echter een meerderheid. Het betreft hier het noordelijke deel van Kosovo (gemeentes Leposaviq/Leposavić, Zveçan/Zvečan, Zubin Potok/Zubin Potok en het noordelijk deel van de gemeente Mitrovicë/Kosovka Mitrovica), en de gemeente Shtërpcë/Štrpce in het zuidoosten van Kosovo. Het grootste deel van de etnisch Albanese bevolking is moslim, evenals de meeste Bosniakken, Gorani en Turken, en een deel van de Roma/Ashkali/Egyptenaren gemeenschap 8. Etnische Serviërs hangen over het algemeen het Servisch Orthodoxe geloof aan. Minder dan 5% van de bevolking is rooms-katholiek of protestants. 9 Talen De officiële talen in Kosovo zijn Albanees en Servisch. Op lokaal niveau kunnen de moedertalen van minderheidsgroepen de status van officiële taal krijgen. 10 Hoewel de wet voorziet in het gebruik van minderheidstalen in officiële documenten, wordt dit in de praktijk nog niet altijd nageleefd. 11 Tegenwoordig wordt onderwijs in Kosovo doorgaans in het Albanees gegeven. Er is ook een klein aantal officiële Kosovaarse scholen die les geven in de Turkse of de Bosniak-taal. In de gebieden waar etnische Serviërs in de meerderheid zijn alsmede in de Servische enclaves wordt in het Servisch onderwezen, via parallel 6 7 8 9 10 11 Republic of Kosovo Ombudsperson Institution, Eighth Annual Report, 2007-2008, addressed to the Assembly of Kosovo, 21 juli 2008. Voor specifieke informatie over de verschillende bevolkingsgroepen zie paragraaf 3.4. Voor het onderscheid tussen Roma, Ashkali en Egyptenaren zie paragraaf 3.4.2. United States Department of State, Kosovo - International Religious Freedom Report 2008, september 2008. Als ten minste 5% van de plaatselijke bevolking tot een bepaalde minderheidsgroep behoort, krijgt de moedertaal van deze groep formeel de status van officiële taal op gemeentelijk niveau. Zie artikel 5 van de grondwet en artikel 1 en 2 van de Law on the Use of Languages. Organisation for Security and Co-Operation in Europe (OSCE), Implementation of the Law on the use of Languages by Kosovo Municipalities, 9 juli 2008; Humanitarian Law Centre - Kosovo (HLC-Kosovo), Security Issues, Employment and Application of Law on the Use of Languages and the Anti-discrimination Law in Kosovo, april 2008. Vertalingen worden bijvoorbeeld te laat of helemaal niet aangeleverd, of documenten zijn slecht vertaald. 6

onderwijs dat door Belgrado wordt ondersteund. Er is nagenoeg geen onderwijs in de Roma-taal. 12 Voor talenkennis van de verschillende bevolkingsgroepen zie paragraaf 3.4 van dit ambtsbericht. 2.1.1 Geschiedenis 13 In de vroege middeleeuwen vormde Kosovo het hart van het Servische koninkrijk. Na een reeks militaire nederlagen van Serviërs, waaronder de slag op het Merelveld in Kosovo op 28 juni 1389 maakte het Servische koninkrijk uiteindelijk plaats voor een nieuwe macht, het Ottomaanse rijk. In de daaropvolgende eeuwen trokken grote groepen Serviërs weg uit Kosovo als gevolg van (periodieke) onderdrukking van de christelijke bevolking. Etnische Albanezen vestigden zich in de vrijgekomen gebieden. In 1913, het jaar waarop de onafhankelijke staat Albanië werd gecreëerd, werd Kosovo verdeeld tussen het koninkrijk Servië en het koninkrijk Montenegro. 14 Na de eerste wereldoorlog maakte Kosovo deel uit van het nieuwe Koninkrijk Joegoslavië. 15 Tussen 1941 en 1945 werd het grondgebied van het huidige Kosovo wederom verdeeld. 16 In 1945 werd de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië (SFRJ) opgericht, 17 waartoe ook Kosovo behoorde. Onder de grondwetten van de SFRJ van 1963 en 1974 verkreeg Kosovo de status van autonome provincie van Servië, 12 13 14 15 16 17 HLC-Kosovo, april 2008. Zie ook: Freedom House, Freedom in the World - Kosovo (Serbia) (2008), 16 januari 2008. Voor een uitgebreide beschrijving van de geschiedenis van Kosovo tot aan de Kosovo-crisis wordt verwezen naar: N. Malcolm, Kosovo, A Short History, 1998; M. Vickers, Between Serb and Albanian, A History of Kosovo, 1998. De oostelijke helft van Kosovo maakte deel uit van het koninkrijk Servië. Het westelijke deel van Kosovo (door de Serviërs ook wel Metohija genoemd) maakte deel uit van het koninkrijk Montenegro. Het land heette oorspronkelijk het Koninkrijk van Serviërs, Kroaten en Slovenen. Deze naam werd in 1928 veranderd in Koninkrijk Joegoslavië. Regio s Mitrovicë/Kosovska Mitrovica en Vushtrri/Vučitrn werden, samen met Novi Pazar (Servië) samengevoegd tot een nieuw bestuurlijk gewest Kosovo, dat direct door de Duitsers bezet en bestuurd werd. Regio s Gjilan/Gnjilane, Viti/Vitina en Kaçanik/Kačanik in het oosten van Kosovo werden door Bulgarije bezet. Overige delen van Kosovo werden ingelijfd bij Groot-Albanië, dat een protectoraat van Italië was geworden. De officiële naam van het land luidde: Federatieve Volksrepubliek Joegoslavië. Deze naam werd in 1963 gewijzigd in Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië. 7

die vrijwel gelijk was aan die van de deelrepublieken. 18 Etnische Albanezen namen in die periode belangrijke machtsposities in en domineerden het sociale leven van Kosovo. De maatschappelijke positie van de etnische Serviërs kwam in toenemende mate onder druk te staan. In 1990 trad een nieuwe Servische grondwet in werking, waarmee de autonomie van Kosovo feitelijk werd opgeheven. In navolging hierop werden etnische Albanezen in Kosovo massaal ontslagen uit overheidsfuncties en vervangen door etnische Serviërs. Elke vorm van vreedzaam protest werd hardhandig neergeslagen. In de jaren negentig ontwikkelden de etnische Albanezen een parallelle maatschappij met eigen structuren op politiek en sociaal gebied. 19 Begin jaren negentig viel de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië uit elkaar. Tussen juni 1991 en maart 1992 verklaarden de deelrepublieken Kroatië, Slovenië, Macedonië en Bosnië-Herzegovina zich onafhankelijk. 20 Op 27 april 1992 werd de Federale Republiek Joegoslavië (FRJ), bestaande uit de deelrepublieken Servië en Montenegro, uitgeroepen 21. In de tweede helft van de jaren negentig nam de onvrede onder de etnisch Albanese bevolking toe en ontstonden er groeperingen zoals het Kosovo Bevrijdingsleger (Kosovo Liberation Army, KLA) 22 die de onafhankelijkheid van Kosovo langs gewelddadige weg wilden bereiken. In 1998 en 1999 vonden met enige regelmaat gewelddadige incidenten plaats tussen de Servische politie en het federale Joegoslavische leger enerzijds en (vermeende) etnisch Albanese strijders anderzijds. Beide zijden maakten zich in deze periode schuldig aan schending van de mensenrechten van alle 18 19 20 21 22 Onder de grondwet van SFRJ van 1974 had Kosovo, als autonome provincie, recht op een eigen grondwet, rechterlijke macht, parlement en regering. Deze rechten werden in de praktijk ook uitgeoefend. Bovendien was Kosovo vertegenwoordigd in het Federale Parlement, de Federale Uitvoerende Raad (het formele bestuurlijke orgaan van SFRJ) en andere federale instanties. De etnische Albanezen uit Kosovo leverden zelfs een keer in de jaren tachtig de voorzitter van de Raad. Zo werden er bijvoorbeeld ondergrondse Albanese parlements- en presidentsverkiezingen gehouden en werd er onderwijs gegeven in particuliere huizen. In 1992 werd in officieuze verkiezingen Ibrahim Rugova, als enige kandidaat, tot president van Kosovo gekozen. Kroatië en Slovenië in juni 1991, Macedonië in januari 1992 en Bosnië-Herzegovina in maart 1992. De FRJ hield in 2003 op te bestaan en werd vervangen door de Statenunie Servië en Montenegro. Aan deze statenunie kwam op 3 juni 2006 een einde, toen het de Montenegrijnse parlement officieel de onafhankelijkheid uitriep. (bron: Economist Intelligence Unit, Country Profile 2008: Serbia, 11 september 2008.) In het Albanees: Ushtria Çlirimtare e Kosovës, UÇK. 8

bevolkingsgroepen. 23 Op 24 maart 1999 ging de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) over tot het uitvoeren van luchtaanvallen op strategische doelen in de gehele Federale Republiek Joegoslavië (FRJ), waaronder Kosovo. In deze periode begingen de Joegoslavische en Servische troepen op grote schaal gewelddadigheden jegens de etnische Albanezen, waarbij duizenden werden gedood. Honderdduizenden etnische Albanezen zochten hun toevlucht in de buurlanden, of raakten ontheemd binnen Kosovo. Diplomatieke inspanningen leidden uiteindelijk tot Veiligheidsraadresolutie 1244, die op 10 juni 1999 werd aanvaard. Op 12 juni 1999 trokken de Joegoslavische strijdkrachten en de Servische veiligheidstroepen zich terug uit Kosovo. De eerste weken na het vertrek van deze troepen uit Kosovo werden gekenmerkt door een aantal gewelddadige acties van doorgaans etnische Albanezen jegens etnische Serviërs, Roma en andere minderheden, alsmede vermeende etnisch Albanese collaborateurs. Vanaf juni 1999 werd Kosovo op grond van resolutie 1244 bestuurd door een interim civiel bestuur, de zogenoemde Provisional Institutions of Self-Government (PISG), onder auspiciën van een VN missie: de United Nations Interim Administration Mission in Kosovo (UNMIK). Resolutie 1244 voorzag tevens in een internationale veiligheidspresentie, de NAVO-geleide Kosovo Force (KFOR). In de jaren die volgden werden de bevoegdheden van UNMIK langzaamaan overgedragen aan de Kosovaarse PISG, hoewel UNMIK eindverantwoordelijk bleef. Het proces van normalisatie en wederopbouw werd in maart 2004 abrupt verstoord door gewelddadigheden jegens etnische minderheden. 24 Sindsdien is ernaar gestreefd om het proces een nieuw leven in te blazen en de fragiele verhoudingen tussen de verschillende etnische groepen te herstellen. De internationale gemeenschap was van mening dat er eerst sprake moest zijn van een goed functionerend bestuur, alvorens over de definitieve status van Kosovo onderhandeld kon worden. In het document Standards before Status 25 werd vastgelegd aan welke criteria Kosovo volgens de internationale gemeenschap moest voldoen. In de tweede helft van 2005 werd op verzoek van de Secretaris- Generaal van de Verenigde Naties een evaluatie van deze standaarden gedaan. In 23 24 25 Voor een uitgebreid overzicht van de door beide partijen tijdens de crisis in Kosovo begane misdaden wordt verwezen naar: Human Rights Watch, Under Orders, War Crimes in Kosovo, oktober 2001. Voor een beschrijving van de onlusten van maart 2004 wordt verwezen naar het algemeen ambtsbericht Kosovo van april 2005, met name paragraaf 2.3 (veiligheidssituatie) en paragraaf 3.4 voor de positie van de afzonderlijke etnische groepen in Kosovo. Voor uitvoerige informatie over de Standards wordt verwezen naar de website van UNMIK: http://www.unmikonline.org, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. 9

deze evaluatie werd geconcludeerd dat de implementatie van de standaarden nog niet volledig was, maar dat het onderhandelingsproces wel geïnitieerd kon worden. 26 In oktober 2005 nam de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties de conclusies en aanbevelingen van de evaluatie over 27 en benoemde vervolgens Martti Ahtisaari uit Finland als Special Envoy for the future status of Kosovo. 28 Voor de verdere ontwikkelingen die geleid hebben tot de verklaring van de onafhankelijkheid van Kosovo, zie paragraaf 2.3: politieke ontwikkelingen. 2.2 Staatsinrichting 2.2.1 Nationaal bestuurlijk kader Staatsvorm en staatshoofd Kosovo is sinds de onafhankelijkheidsverklaring van 17 februari 2008 een republiek. Daarvoor maakte Kosovo formeel deel uit van Servië, maar werd het op basis van Veiligheidsraadresolutie 1244 van 10 juni 1999 onttrokken aan het wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende gezag van Servië (destijds FRJ). Deze resolutie voorzag in een interim civiel bestuur in Kosovo de zogenaamde Provisional Institutions of Self-Government onder auspiciën van de VN, de United Nations Interim Administration Mission in Kosovo (UNMIK), en tevens in een internationale veiligheidspresentie, de NAVO-geleide Kosovo Force (KFOR). Momenteel hebben 60 landen de onafhankelijkheid van Kosovo erkend, waaronder Nederland, de Verenigde Staten en de meeste EU lidstaten. Onder de staten die de onafhankelijkheid van Kosovo niet erkennen bevinden zich Servië, Rusland, China en vijf EU-lidstaten (Griekenland, Spanje, Cyprus, Roemenië en Slowakije). 26 27 28 De bevindingen en aanbevelingen (A comprehensive review of the situation in Kosovo) over de implementatie van de Standards zijn als bijlage gevoegd aan: United Nations Security Council, Letter dated 7 October 2005 from the Secretary-General addressed to the President of the Security Council, S/2005/635, 7 oktober 2005. De evaluatie van de Standards noemde met name de slechte economische situatie in Kosovo, corruptie en georganiseerde misdaad als grote gevaren voor de toekomst van Kosovo. Daarnaast was de evaluatie kritisch over de gespannen interetnische verhoudingen in Kosovo, de positie van etnische Serviërs en andere minderheden en het feit dat de rechtsstaat in Kosovo nog sterk onderontwikkeld was. United Nations Security Council, Statement by the President of the Security Council, S/PRST/2005/51, 24 oktober 2005. United Nations Security Council, Letter dated 10 November 2005 from the President of the Security Council addressed to the Secretary-General, S/2005/709, 10 november 2005. 10

De president is het staatshoofd en vertegenwoordigt de Republiek van Kosovo in binnen- en buitenland. Sinds 10 februari 2006 is Fatmir Sejdiu president van Kosovo. 29 Grondwet De grondwet voorziet in scheiding van de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht. 30 De grondwet voorziet tevens in de bescherming van mensenrechten overeenkomstig internationale en Europese standaarden. 31 De grondwet is aangenomen door de Assemblee op 9 april 2008, en in werking getreden op 15 juni 2008. De grondwet is gebaseerd op het Comprehensive Proposal for the Kosovo Status Settlement (CSP) van Special Envoy Martti Ahtisaari 32. De grondwet stelt dat de provisies in het CSP voorrang hebben boven alle andere wettelijke voorzieningen. Er worden geen taken of bevoegdheden voor de VN of UNMIK in de grondwet genoemd. 33 De etnisch Servische gemeenschap heeft geen deel genomen aan het grondwetschrijvende proces. Andere minderheden, zoals de Roma, klaagden dat ze niet voldoende betrokken waren bij dit proces. 34 Voor de invoering van de grondwet waren de bevoegdheden en de verantwoordelijkheden van de Provisional Institutions of Self-Government (PISG), alsmede de bescherming van mensenrechten vastgelegd in het Constitutional Framework for Provisional Self-Government dat op 12 mei 2001 werd gepresenteerd. 35 Wetgevende macht De direct gekozen Assemblee 36 is volgens de grondwet het wetgevende instituut. De Assemblee kiest tevens de president en de regering. 37 29 30 31 32 33 34 35 36 Zijn voorganger Ibrahim Rugova stierf op 21 januari 2006. Artikel 4 van de grondwet. Commission of the European Communities, Commission Staff Working Document Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, SEC(2008)2697, accompanying the communications from the commission to the European Parliamant and the Council, Enlargement Strategy and Main Challenges 2008-2009, COM(2008)674, 5 november 2008. Zie paragraaf 2.3: politieke ontwikkelingen. Het CSP staat ook bekend als het Ahtisaariplan. Commission of the European Communities, Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, 5 november 2008. Ibid. Zie UNMIK-verordening 2001/9 van 15 mei 2001. Zie de officiële website van de Kosovo Assembly: http://www.assembly-kosova.org, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. 11

De Assemblee heeft 120 zetels, waarvan 10 zetels voor de leden van de etnisch Servische minderheid zijn gereserveerd. Voor de overige minderheden zijn eveneens 10 zetels gereserveerd, waarbij zij als volgt zijn onderverdeeld: etnische Roma, Ashkali en Egyptenaren: 4 zetels; Slavische moslims (Bosniakken): 3 zetels; etnische Turken: 2 zetels; Gorani: 1 zetel. 38 De Assemblee wordt verkozen voor een periode van 4 jaar. 39 Sinds januari 2008 is de voorzitter van het Assemblee Jakup Krasniqi. Daarvoor was gedurende de verslagperiode Kolë Berisha de voorzitter. 40 De zetelverdeling in de Assemblee na de verkiezingen van november 2007 41 is als volgt: - Democratic Party of Kosovo (PDK): 34 zetels; - Democratic League of Kosovo (LDK): 24 zetels; - Democratic League of Dardania (LDD): 11 zetels; - Kosovo New Alliance (AKR): 11 zetels; - Alliance for the Future of Kosovo (AAK): 11 zetels. De overige 29 zetels worden door kleinere partijen of onafhankelijke kandidaten bezet. Verder worden de politieke partijen in de Assemblee onderverdeeld in politieke groepen: deze bestaan bijvoorbeeld uit leden van een grote partij gecombineerd met leden van een of meerdere kleinere partijen. De twee grootste groepen zijn de PDK-groep (37 zetels), en de LDK-groep (24 zetels). 42 Uitvoerende macht De regering van Kosovo bestaat uit de premier en de door hem benoemde en door de Assemblee goedgekeurde ministers. De grondwet schrijft voor dat ten minste één van de ministers moet behoren tot de Servische gemeenschap in Kosovo en één tot een andere minderheidsbevolkingsgroep. De regering is verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van de wetten van Kosovo en kan nieuwe wetsvoorstellen aan de Assemblee voorleggen. 43 37 38 39 40 41 42 43 De president draagt een kandidaat-premier voor op basis van de uitslag van de verkiezingen. Zie artikel 86 en 95 van de grondwet. Artikel 63 en 64 van de grondwet. Artikel 66 van de grondwet. Zie http://www.assembly-kosova.org, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009; United Nations Secretary General (UNSG), Report of the Secretary-General on the United Nations Interim Administration Mission in Kosovo, S/2008/211, 28 maart 2008. Zie paragraaf 2.3: politieke ontwikkelingen. http://www.assembly-kosova.org, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. Artikel 92-101 van de grondwet. Zie ook: Commission of the European Communities, Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, 5 november 2008. 12

Sinds 9 januari 2008 leidt premier Hashim Thaçi (PDK) een coalitieregering van de twee grootste politieke partijen in Kosovo, de LDK en de PDK, en enkele kleinere partijen. Er zijn twee vicepremiers en 17 ministers. 44 Rechterlijke macht De rechterlijke macht in Kosovo bestaat uit het Supreme Court in Prishtinë/Priština, dat als het hoogste hof van beroep in Kosovo fungeert. 45 Verder zijn er 5 district courts, 25 municipal courts, 25 minor offence courts 46 en een appellate court for minor offences. 47 Rechters worden op alle niveaus benoemd door de president op voordracht van de Kosovo Judicial Council. 48 De grondwet bepaalt dat rechters onafhankelijk dienen te zijn en dat de rechterlijke macht de etnische diversiteit van Kosovo dient te weerspiegelen. Ten minste 15% van alle rechters van elk hof dient van een minderheidgemeenschap te zijn. 49 Inrichting op gemeentelijk niveau Kosovo is onderverdeeld in dertig gemeentes en drie pilot-gemeentes. 50 Het bestuur van gemeentes in Kosovo ligt in handen van de gemeenteraad (Municipal 44 45 46 47 48 49 50 Zie de website van de premier: http://www.kryeministri-ks.net, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. Zie ook: Commission of the European Communities, Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, 5 november 2008. Artikel 103 van de grondwet.. Deze rechtbanken behandelen lichte overtredingen waarvoor een maximale celstraf van 60 dagen staat. Zie Organisation for Security and Co-Operation in Europe (OSCE), Mission in Kosovo, Review of the Criminal Justice System in Kosovo, The protection of witnesses in the criminal justice system, The administration of justice in minor offences courts, Juveniles in criminal proceedings, 14 december 2006. OSCE, Different Communities before the Kosovo System, A preliminary statistical overview of punishments and trial outcomes in district, municipal, and minor offences courts, 4 december 2008; USDoS, 2008 Human Rights Report: Kosovo, 25 februari 2009. De Kosovo Judicial Council werd opgericht in december 2005 op grond van UNMIKverordening 2005/52 van 20 december 2005. De raad bestaat uit 5 rechters die gekozen worden door leden van de rechtsprekende macht, en 8 leden die gekozen worden door de Assemblee. Zie grondwet artikel 108. Zie artikel 103 en 104 van de grondwet. UNMIK Administrative Direction 2005/11 van 22 juli 2005 voorzag in de ontwikkeling van vijf pilots voor nieuwe gemeentes, binnen de grenzen van reeds bestaande gemeentes. Het CSP voorzag in nog eens drie extra nieuwe gemeentes en in de splitsing van de gemeente Mitrovicë/Kosovka Mitrovica. Onder andere vanwege het gebrek aan medewerking van de plaatselijke etnisch Servische politieke leiding, zijn niet alle nieuwe gemeentes ingevoerd. Drie van de pilot-gemeentes zijn operationeel: Junik/Junik, Hani i Elezit/Đeneral Janković en Mamuşa/Mamushë/Mamuša (de eerste schrijfwijze van deze gemeente is in de Turkse taal). Voor een overzicht van de gemeentes in Kosovo zie http://www.osce.org/kosovo/13982.html, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. 13

Assembly) en de burgemeester, die in lokale verkiezingen worden gekozen. 51 In de verkiezingen van 30 november 2007 werden voor het eerst burgemeesters direct gekozen tot hoofd van de gemeentes. 52 2.2.2 Internationale presentie Naast de Kosovaarse autoriteiten is er momenteel in Kosovo een aantal internationale organisaties actief, met diverse bevoegdheden. Vanwege de politieke ontwikkelingen gedurende de verslagperiode (zie paragraaf 2.3) hebben deze organisaties deels overlappende mandaten. UNMIK 53 Sinds de onafhankelijkheid is de rol van UNMIK in Kosovo drastisch veranderd. Tot de inwerkingtreding van de grondwet berustten de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht in Kosovo alle bij UNMIK, op basis van resolutie 1244 van de VN-veiligheidsraad. De Speciale Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties, die aan het hoofd van de UNMIK staat, was verantwoordelijk voor de uitoefening van deze machten. 54 Het Comprehensive Proposal for the Kosovo Status Settlement (CSP) van Special Envoy Martti Ahtisaari voorzag dat de functie van UNMIK over zou worden genomen door twee instanties: een International Civilian Representative (ICR), die de uitvoering van alle civiele aspecten van het CSP zou monitoren, en een EU Rule of Law missie, die verantwoordelijk zou zijn voor de opbouw van politie, justitie en douane. De Veiligheidsraad heeft op aandringen van Rusland resolutie 1244 niet herroepen, waardoor deze resolutie formeel nog van kracht blijft. In de praktijk is de missie sterk verkleind, op basis van het voorstel van de Secretaris-Generaal van 51 52 53 54 Zie de Law on Local Self Government, aangenomen op 15 juni 2008. Daarvoor werd lokaal zelfbestuur geregeld volgens UNMIK-verordening 2000/45 van 11 augustus 2000, geamendeerd door UNMIK-verordening 2007/30 van 16 oktober 2007. OSCE, Human Rights, Etnic Relations and Democracy in Kosovo, (Summer 2007 Summer 2008), 5 september 2008. De drie pilot-gemeentes deden niet mee aan de verkiezingen. Voor meer informatie over UNMIK zie o.a. de website: http://www.unmikonline.org/, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. UNMIK-verordening 1999/1 van 25 juli 1999. 14

juni 2008. 55 UNMIK wordt sindsdien gereduceerd van een staf van circa 5.000 medewerkers naar een staf van circa 500 in de zomer van 2009. 56 De organisatie van UNMIK bestond oorspronkelijk uit vier pijlers, geleid door verschillende internationale organisaties: 1) politie en justitie onder auspiciën van de VN; 2) civiel bestuur onder auspiciën van de VN; 3) institutionele opbouw onder auspiciën van de Organisation for Security and Co-Operation in Europe (OSCE); 4) economische wederopbouw onder auspiciën van de EU. De 3e pijler onder auspiciën van de OSCE is nog operationeel. 57 UNMIK beperkt zich tot monitoring werkzaamheden en het organiseren van een dialoog tussen de Kosovaarse autoriteiten, de etnische Serviërs en de Servische regering. UNMIK speelt verder nog steeds een rol in contacten met landen die de onafhankelijkheid van Kosovo niet erkennen. Servië en het merendeel van de etnische Serviërs in Kosovo blijven UNMIK als de enige legitieme internationale vertegenwoordiger zien (onder resolutie 1244). 58 Sinds 20 juni 2008 wordt de functie van Speciale Vertegenwoordiger bekleed door Lamberto Zannier. Van 1 september 2006 tot 20 juni 2008 werd deze functie vervuld door Joachim Rücker. 59 International Civilian Representative 60 Het CSP voorzag de aanstelling van een International Civilian Representative. Volgens het CSP zou de ICR toezicht houden op de uitvoering van het CSP door de Kosovaarse autoriteiten en hen daarin bijstaan. De ICR is volgens het plan de uiteindelijke autoriteit voor alle civiele aspecten, en kan beslissingen van de Kosovaarse autoriteiten herroepen, indien zij niet in overeenstemming zijn met het 55 56 57 58 59 60 UNSG, Report of the Secretary-General on the United Nations Interim Administration Mission in Kosovo, S/2008/354, 12 juni 2008. Zie verder paragraaf 2.3: politieke ontwikkelingen. Balkan Insight, UNMIK to reduce staff to 500, 30 maart 2009. Zie de website van UNMIK: http://www.unmikonline.org/ en OSCE Mission in Kosovo: http://www.osce.org/kosovo, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. Zie voor meer informatie over de werkzaamheden van de OSCE paragraaf 3.2.1: internationaal toezicht. Report of the Secretary-General on the United Nations Interim Administration Mission in Kosovo, S/2008/692, 24 november 2008. Zie ook: Times Online, UN replaces top officials as it cuts back in Kosovo, 12 juni 2008. Zie de website van UNMIK: http://www.unmikonline.org/, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009; zie ook: Times Online, UN replaces top officials as it cuts back in Kosovo, 12 juni 2008. Voor informatie over de ICR zie o.a. de website van het ICO: http://www.ico-kos.org/?id=1, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. 15

CSP. De ICR heeft daarnaast een functie als Speciaal Vertegenwoordiger voor de EU (EU Special Representative, EUSR). 61 Op 28 februari 2008 is Pieter Feith aangesteld als ICR/EUSR. 62 Het CSP werd niet aangenomen door de Veiligheidsraad (zie paragraaf 2.3: politieke ontwikkelingen) waardoor de taak van de ICR in de praktijk anders is dan voorzien. De autoriteit van de ICR wordt erkend door de Kosovaarse autoriteiten, maar niet door landen die Kosovo niet erkennen. De ICR gaat uit van de onafhankelijkheid van Kosovo. 63 De International Civilian Representative (ICR) staat aan het hoofd van het International Civilian Office (ICO). Het ICO richt zich onder andere op de verenigbaarheid van nieuwe wetgeving met het CSP. In het eerste jaar dat het ICO operationeel was, lag de nadruk vooral op institutionele opbouw en op het natrekken van nieuwe wetgeving. EULEX 64 Het CSP voorzag ook in een EU Rule of Law missie. Deze missie heeft als taak de Kosovaarse instellingen, met name de juridische instellingen en de politie, bij te staan in het institutionaliseren van de rechtsstaat, en ervoor te zorgen dat deze instellingen opereren volgens internationale standaarden en vrij van politieke beïnvloeding. EULEX heeft executieve bevoegdheden op bepaalde terreinen, o.a. vervolging van oorlogsmisdaden en georganiseerde misdaad. 65 EULEX opereert statusneutraal en in de context van VN-resolutie 1244. 66 Volgens het Zes-Punten-Plan 67 van de Secretaris-Generaal moet EULEX verantwoording 61 62 63 64 65 66 67 Voor het volledige mandaat van de ICR zie het Comprehensive Proposal for the Kosovo Status Settlement, bijlage bij: United Nations Security Council, Letter dated 26 March 2007 from the Secretary-General addressed to the President of the Security Council, S/2007/168, 26 maart 2007. Voor het volledige mandaat van de EUSR zie: Official Journal of the European Union, COUNCIL JOINT ACTION 2008/123/CFSP, 4 februari 2008. Zie voor de aanstelling van de ICR/EUSR paragraaf 2.3: politieke ontwikkelingen. Zie de website van het ICO: http://www.ico-kos.org/?id=1, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. Voor meer informatie over EULEX zie de website: http://www.eulex-kosovo.eu/, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. Voor het volledige mandaat van EULEX zie: Official Journal of the European Union, COUNCIL JOINT ACTION 2008/124/CFSP, 4 februari 2008. UNSG, S/2008/354, 12 juni 2008. Zie paragraaf 2.3: politieke ontwikkelingen. 16

afleggen aan de VN. 68 De Kosovaarse autoriteiten erkennen het Zes-Punten-Plan niet, maar hebben wel toegezegd om met EULEX samen te werken. De missie is inmiddels op volledige operationele sterkte en bestaat uit ongeveer 1.700 rechters en politieagenten en andere experts op justitie-gebied uit alle EUlanden en ook andere landen, zoals de VS, en uit ongeveer 900 lokale krachten. 69 De missie ging van start op 9 december 2008, onder leiding van Yves de Kermabon. Volgens het CSP zou de missie in naam van de EUSR opereren, maar hiervan wordt in de mandaten van de EUSR en EULEX geen melding gemaakt. 70 Wel is het zo dat alle lidstaten van de EU, inclusief de landen die Kosovo niet erkennen, hebben ingestemd met EULEX en aan de missie deelnemen. 2.2.3 Parallelle Servische structuren De Kosovaarse autoriteiten kunnen niet in heel Kosovo effectief hun gezag uitvoeren. In de gebieden waar etnische Serviërs in de meerderheid zijn met name ten noorden van de rivier Ibar en in de grote Servische enclaves zijn parallelle structuren werkzaam die verantwoording afleggen aan de Servische overheid. Dit geldt vooral op het gebied van rechtspraak, onderwijs en gezondheidszorg. 71 De parallelle structuren zijn naar verluidt sinds de onafhankelijkheidsverklaring sterker aanwezig, maar komen recent onder druk te staan, omdat de Servische regering haar financiële steun aan deze structuren reduceert. 72 In juni 2006 zeiden de autoriteiten van drie Servische gemeentes in het noorden van Kosovo (gemeente Leposaviq/Leposavić, Zveçan/Zvečan en Zubin 68 69 70 71 72 EULEX brengt bijvoorbeeld verslag uit in de rapporten van de Secretaris-Generaal. Zie: UNSG, S/2009/149, 17 maart 2009; UNSG, S/2009/300, 10 juni 2009. In de praktijk kan EULEX naar verluidt zelfstandig van de VN opereren. Zie o.a.: NRC Handelsblad, Brussel praat liever niet over Kosovo: Kosovo EU nam risico met Kosovo; gezant positief; in het noorden ontbreekt nog orde en gezag, 19 februari 2009. Zie UNSG, S/2009/300, 10 juni 2009. Zie: Raad van de Europese Unie, COUNCIL JOINT ACTION 2008/123/CFSP en COUNCIL JOINT ACTION 2008/124/CFSP, 4 februari 2008. Zie: Commission of the European Communities, Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, 5 november 2008; UNSG, Report of the Secretary-General on the United Nations Interim Administration Mission in Kosovo, S/2007/134, 9 maart 2007, en daaropvolgende rapporten van de Secretaris-Generaal. Zie voor een uitgebreide omschrijving van de parallelle structuren het rapport van de International Crisis Group (ICG), Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, van 12 mei 2009. Zie: ICG, Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, 12 mei 2009. 17

Potok/Zubin Potok) alle samenwerking met het Kosovaarse zelfbestuur op. 73 Deze boycot zette zich voort na 2007. 74 Volgens een rapport van de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties worden drie gemeentes 75 in het noorden van Kosovo in de praktijk geleid door gemeenteraden op basis van de Servische verkiezingen in mei 2008. Shtërpcë/Štrpce (in het zuiden van Kosovo) heeft twee concurrerende gemeenteraden, een op basis van de Kosovaarse verkiezingen in november 2007 en een op basis van de Servische in mei 2008. 76 Ook het noordelijke deel van de gemeente Mitrovicë/Kosovska Mitrovica zou een eigen etnisch Servisch gemeentelijk bestuur hebben. 77 Naar verluidt zetelt in de enclave Graçanicë/Gračanica ook een bestuur voor de gemeente Prishtinë/Priština. 78 Etnisch Servische politieke leiders zien UNMIK en KFOR als enige legitieme internationale vertegenwoordigers in Kosovo, op basis van VN-resolutie 1244. 79 Op 28 juni 2008 werd door de etnische Serviërs in het noorden van Kosovo een eigen parlement uitgeroepen. Het parlement bestaat vooral uit politici van de ultranationalistische Servische Radicale Partij (SRS). Het parlement, dat zetelt in het noorden van Mitrovicë/Kosovka Mitrovica, heeft een voornamelijk ceremoniële functie en kan geen wetten aannemen. Het kan wel wetsvoorstellen die betrekking hebben op Kosovo naar het Servische parlement sturen. Radovan Nicic van de SRS werd als voorzitter van het parlement gekozen. 80 73 74 75 76 77 78 79 80 Commission of the European Communities, Commission Staff Working Document Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2006 Progress Report, SEC (2006) 1386, 8 november 2006. Alle andere (deels) Servische gemeentes zetten de samenwerking met het Kosovaarse zelfbestuur voort. UNSG, S/2007/134, 9 maart 2007; UNSG, S/2007/395, 29 juni 2007; UNSG S/2007/582, 28 september 2007. Zie ook: ICG, Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, 12 mei 2009. Leposaviq/Leposavić, Zveçan/Zvečan en Zubin Potok/Zubin Potok. UNSG, S/2008/692, 24 november 2008. Zie ook: ICG, Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, 12 mei 2009. Helsinki Committee for Human Rights in Serbia, Serb Enclaves: New Reality, Quarterly Report of the Helsinki Committee for Human Rights in Serbia / Prishtina Office, january/march 2009, maart 2009. Zie ook: ICG, Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, 12 mei 2009. Zie o.a.: UNSG, S/2008/458, 15 juli 2008; Helsinki Committee for Human Rights in Serbia, maart 2009. Zie ook: ICG, Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, 12 mei 2009. Zie o.a.: UNSG, S/2009/300, 10 juni 2009. Global Insight, Kosovo: Kosovo Serbs Convene Separate parliament, 30 juni 2008. Zie ook: ICG, Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, 12 mei 2009. 18

Ministerie en coördinatiecentrum voor Kosovo en Metohija Op 15 mei 2007 is binnen de overheid van Servië een ministerie opgericht dat de Servische belangen in Kosovo behartigt, het ministerie voor Kosovo en Metohija. Van 15 mei 2007 tot 7 juli 2008 was Slobodan Samardžić minister voor Kosovo en Metohija. Op 7 juli 2008 werd Samardžić opgevolgd door minister Goran Bogdanović. 81 Het Coördinatiecentrum voor Kosovo en Metohija (Koordinacioni centar Srbije za Kosovo i Metohiju) is in 2001 opgericht als een agentschap van de Servische overheid binnen de Servische Raad van Ministers. Het coördinatiecentrum is verantwoordelijk voor de coördinatie van alle activiteiten van de Servische staat in alle aangelegenheden die betrekking hebben op Kosovo. Tevens is het centrum belast met het in stand houden van de parallelle structuren in Kosovo. Het coördinatiecentrum zetelt officieel in de enclave Graçanicë/Gračanica en heeft ook een kantoor in het noordelijke deel van de stad Mitrovicë/Kosovska Mitrovica. Het centrum wordt momenteel geleid door Zvonimir Stević, tevens staatssecretaris voor het ministerie voor Kosovo en Metohija. 82 2.3 Politieke ontwikkelingen Statusonderhandelingen Op 2 januari 2007 diende de speciaal gezant voor de toekomstige status van Kosovo, Martti Ahtisaari, het Comprehensive Proposal for the Kosovo Status Settlement (CSP) in bij zowel de autoriteiten in Belgrado als Prishtinë/Priština. 83 Nadat uit overleg tussen Servische en Kosovaarse leiders bleek dat beide partijen het niet eens konden worden, werd het voorstel aan de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties voorgelegd. Op 26 maart 2007 beval deze het aan bij de Veiligheidsraad. 84 De Veiligheidsraad slaagde er niet in het eens te worden over het CSP. Daarom werd in augustus 2007 een nieuw initiatief genomen: de instelling van een troika van vertegenwoordigers van de Europese Unie, de Verenigde Staten en Rusland. 81 82 83 84 Zie http://www.kim.sr.gov.yu/cms/item/home/en.html en http://www.srbija.gov.rs, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. Zie ook: ICG, Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, 12 mei 2009. Balkan Insight, Serbian Minister Opens New Kosovo Office, 17 september 2008. Zie ook: Helsinki Committee for Human Rights in Serbia, maart 2009. Zie ook: ICG, Serb Integration in Kosovo: Taking the Plunge, 12 mei 2009. UNSG, S/2007/134, 9 maart 2007. UNSG, S/2007/395, 29 juni 2007; Commission of the European Communities, Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, 5 november 2008. 19

Deze troika begon in september onderhandelingen met Belgrado en Prishtinë/Priština. In december 2007 werd duidelijk dat ook deze onderhandelingen niet leidden tot een oplossing van de onderlinge geschillen. 85 Verkiezingen In november en december 2007 liep het mandaat af van respectievelijk de Assemblee en de gemeentes. Hoewel de definitieve status van Kosovo nog steeds onduidelijk was, werden op 17 november 2007 verkiezingen gehouden voor de Assemblee, 30 gemeenteraden en voor het eerst ook voor de burgemeesters. 86 De verkiezingen verliepen zonder incidenten, en waren volgens de Raad van Europa in overeenstemming met internationale en Europese standaarden. 87 De Democratic Party of Kosovo (PDK) won de Assemblee verkiezingen met 34,2% van de stemmen. Op 12 december 2007 vroeg president Fatmir Sejdiu aan de leider van deze partij, Hashim Thaçi, een regering te vormen. 88 Op 9 januari 2008 werd Fatmir Sejdiu door de net ingestelde Assemblee herkozen tot president. Op dezelfde dag werd een nieuwe coalitieregering ingezworen, met Hashim Thaçi als minister-president. 89 De verkiezingen werden onder druk van Belgrado door een groot deel van de etnisch Servische gemeenschap geboycot. In de noordelijke provincies Leposaviq/Leposavić, Zveçan/Zvečan en Zubin Potok werd geen enkele etnisch Servische stem uitgebracht. 90 Er hebben wel enkele etnisch Servische partijen deelgenomen aan de verkiezingen. Deze kunnen vanwege de boycot echter niet als representatief gezien worden voor een groot deel van de etnisch Servische bevolking. 91 Onafhankelijkheidsverklaring Op 17 februari 2008 tekende de Assemblee een verklaring die Kosovo uitriep tot onafhankelijke en soevereine staat. De verklaring stelde dat Kosovo de verantwoordelijkheden zou accepteren die vastgelegd waren in het CSP en in 85 86 87 88 89 90 91 UNSG, S/2007/582, 28 september 2007; Commission of the European Communities, Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, 5 november 2008. De drie pilot-gemeentes deden niet mee aan de verkiezingen. UNSG, S/2007/768, 3 januari 2008. Zie ook: USDoS, Serbia (includes Kosovo) in: Country Reports on Human Rights Practices 2007, 11 maart 2008; OSCE, Human Rights, Etnic Relations and Democracy in Kosovo, (Summer 2007 Summer 2008), 5 september 2008. UNSG, S/2007/768, 3 januari 2008. UNSG, S/2008/211, 28 maart 2008. UNSG, S/2007/768, 3 januari 2008. Ibid. Zie ook: Freedom House, 16 januari 2008. 20

resolutie 1244, en dat de regering er alles aan zou doen om de rechten van minderheden te beschermen. De autoriteiten in Belgrado en de etnisch Servische gemeenschap in Kosovo verwierpen de verklaring. Veel (maar niet alle) etnische Serviërs verlieten hun baan bij gemeentes, rechtbanken, UNMIK Customs, de Kosovo Police Service, en de Kosovo Correction Service. 92 De onafhankelijkheidsverklaring werd wereldwijd wisselend ontvangen. De Verenigde Staten en de meeste lidstaten van de Europese Unie erkenden de onafhankelijkheid al snel. Andere landen bleven tegenstander van de onafhankelijkheid, waaronder permanente leden van Veiligheidsraad Rusland en China. 93 Op 8 oktober 2008 nam de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties een door Servië aangedragen resolutie aan. In deze resolutie werd het Internationaal Gerechtshof in Den Haag gevraagd advies uit te brengen over de vraag of de onafhankelijkheidsverklaring in overeenstemming is met internationaal recht. 94 Op 9 oktober 2008 erkenden ook de buurlanden Montenegro en FYR Macedonië de onafhankelijkheid van Kosovo. Hiermee werd Kosovo erkend door alle buurlanden, behalve Servië. 95 Nieuwe grondwet Op 15 juni 2008 werd de nieuwe grondwet (de Constitution of the Republic of Kosovo ) van kracht. Vervolgens werd ook een aantal andere wetten aangenomen die waren voorzien in het CSP. Nieuwe wetgeving refereerde niet langer aan de macht van de Speciaal Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal onder resolutie 1244 of aan het Constitutional Framework, en voorzag geen rol voor UNMIK. 96 Totstandkoming ICR en EULEX / Zes-Punten-Plan In februari 2008 besloten de EU-ministers van Buitenlandse Zaken om een rechtsstaat missie op te richten, genaamd EULEX Kosovo. De belangrijkste taken waren het ondersteunen, adviseren en monitoren van de Kosovaarse autoriteiten bij de opbouw van politie, justitie en douane. Daarnaast zou een ICR/EUSR 92 93 94 95 96 UNSG, S/2008/211, 28 maart 2008; Commission of the European Communities, Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, 5 november 2008 Newsweek, Winning the battle of Kosovo, 24 maart 2008. UNSG, S/2008/692, 24 november 2008. Zie ook: Spiegel Online, Serbia only wants legal advice, 6 oktober 2008. Worldpress.org, Kosovo s regional recognition almost complete, 19 november 2008. UNSG, S/2008/458, 15 juli 2008; UNSG, S/2008/692, 24 november 2008. 21

aangesteld worden. 97 Beiden waren voorzien in het CSP, dat niet door de Veiligheidsraad was overgenomen. 98 Op 28 februari 2008 werd Pieter Feith aangesteld als ICR door de International Steering Group, een groep van landen die alle Kosovo s onafhankelijkheid erkennen, en erop toe willen zien dat het CSP uitgevoerd wordt. 99 De EULEX missie zou oorspronkelijk al in juni 2008 van start gaan. De start van de missie liep echter vertraging op, enerzijds omdat de Veiligheidsraad, op aandringen van Rusland, het mandaat van UNMIK niet ophief, en anderzijds omdat etnische Serviërs aangaven alleen met UNMIK samen te zullen werken. 100 In juni 2008 stelde de Secretaris-Generaal een compromis voor waardoor EULEX toch van start zou kunnen gaan. 101 De EU-missie zou volgens het plan van de Secretaris-Generaal onder een VN-paraplu opereren en statusneutraal zijn. Daarnaast stelde de Secretaris-Generaal een dialoog voor met Belgrado en Prishtinë/Priština over tijdelijke voorzieningen op zes deelgebieden, te weten: politie, rechtbanken, douane, transport/infrastructuur, grenzen, en Servisch erfgoed. 102 Dit plan wordt aangeduid als het Zes-Punten-Plan. In november 2008 accepteerde de Veiligheidsraad het plan. 103 Volgens de Kosovaarse overheid doet het Zes-Punten-Plan afbreuk aan haar soevereiniteit. Ze verwierp het plan, maar gaf wel aan met EULEX samen te zullen werken. 104 Op 9 december 2008 ging de missie van start onder leiding van Yves de Kermabon. 105 97 98 99 100 101 102 103 104 105 Commission of the European Communities, Kosovo (under UNSCR 1244/99) 2008 Progress Report, 5 november 2008. UNSG, S/2008/692, 24 november 2008. Zie de website van het ICO: http://www.ico-kos.org/?id=1, laatst geraadpleegd op 22 juni 2009. Tot de International Steering Group behoren onder andere België, Frankrijk, Duitsland, Italië, Nederland, het Verenigd Koninkrijk en de VS. Dit is een andere samenstelling dan voorzien in het CSP. Volgens het CSP had de International Steering Group bestaan uit Frankrijk, Duitsland, Italië, Rusland, het Verenigd Koninkrijk, de VS, de EU, de Europese Commissie en de NAVO. UNSG, S/2008/458, 15 juli 2008. Ibid. Deze punten werden vastgelegd in een brief van de Secretaris-Generaal aan de Servische president Tadić. Zie: UNSG, S/2008/354, 12 juni 2008, annex I. UNSG, S/2008/458, 15 juli 2008. De Volkskrant, Tussenoplossing voor missies Kosovo, 13 juni 2008; BBC News, UN approval for EU Kosovo Mission, 27 november 2008. UNSG, S/2008/692, 24 november 2008. Zie ook: Global Insight, Kosovo definitively rejects UN s Six-Point EULEX Plan, presents own four-point agenda, 19 november 2008; Balkan Insight, Kosovo protests UN Six-point Plan for EULEX, 2 december 2008. De Volkskrant, Missie Kosovo haperend van start, 9 december 2008; Nederlands Dagblad, Wijd verbreid ingrijpen Eulex krijgt het zwaar in corrupt Kosovo, 9 december 2008. 22