Boekverslag door C. 946 woorden 11 december keer beoordeeld

Vergelijkbare documenten
Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 deel 1

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5

Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn.

6,6. Inkomsten belasting progressief: Eigenwoningforfait. Samenvatting door een scholier 1910 woorden 6 februari keer beoordeeld

Begrippenlijst Management & Organisatie Hoofdstuk 5, 6 en 7

Ondernemingen: om hun nieuwe gebouwen te kunnen kopen. Zij geven leningen uit aan aandeelhouders, zodat ze geld ontvangen.

7, Samenvatting door een scholier 1812 woorden 4 januari keer beoordeeld

Vormen van lang vreemd vermogen: Kenmerken onderhandse lening: Obligatie = op lange termijn: Gezond financieren / Broers regels

Samenvatting M&O H12: Vreemd vermogen op lange termijn

Een onderhandse lening is een lang lopende lening waarbij geld uitgeleend word door 1 geldgever.

5,8. Samenvatting door een scholier 3135 woorden 30 maart keer beoordeeld. Management en Organisatie

7,2. Samenvatting door een scholier 3301 woorden 5 maart keer beoordeeld

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4 t/m 7

Wanneer de ondernemer niet meer in staat is alle schulden te betalen, wordt door een rechtbank een faillissement uitgesproken.

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7

Aan de vraagzijde van de vermogensmarkt vinden we vrij wel dezelfde categorieën als bij de aanbodzijde:

Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn. Een lening (schuld) met een looptijd van langer dan een jaar. We bespreken 3 verschillende leningen:

5,7. Samenvatting door S woorden 30 juli keer beoordeeld Onderhandse Lening

Samenvatting M&O Samenvatting hoofdstuk 11, 12 en 13 In Balans

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstukken 12, 13, 14 en 17

Samenvatting Management & Organisatie H10 t/m 15

Samenvatting Management & Organisatie Samenvatting 10 t/m 15

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 10 t/m 13, Theorie

Nadelen: Groot risico vanwege privéaansprakelijkheid. Lange werktijden. a Een vennootschap waarvan het eigen vermogen is verdeeld in aandelen.

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 9

Samenvatting Management & Organisatie H13+H14

Samenvatting M&O hoofdstuk

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 16

PTA M&O. Hoofdstuk 10.

Om je goed voor te bereiden ontvang je bijgaand op de volgende bladzijden:

7,2. Samenvatting door een scholier 1567 woorden 9 december keer beoordeeld. M&O hf 1 t/m 6.

Leverancierskrediet à hiervan is sprake wanneer de leverancier goederen levert die pas later door de afnemer betaald te hoeven worden.

Vermogensbehoefte en financiering

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4, 5 en 6

EENMANSZAAK DEEL 1. Periode 3 en 4

Je koopt iets dat pas later hoeft te worden betaald. De afnemer ontvangt het leverancierskrediet

Samenvatting Management & Organisatie Hoofstuk 1 t/m 7 en 10

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4

Hoofdstuk 8. Vreemd vermogen

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 10

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 3, 4 t/m 5.6

7,8. Samenvatting door een scholier 868 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Samenvatting economie. 2.

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 8 en 9

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 11, Eigen vermogen

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 11: Eigen vermogen

Organisatie: Een organisatie is een samenwerkingsverband van mensen die bepaalde doelen willen bereiken.

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 3 t/m 7

Het eigen vermogen is permanent dat wil zeggen voor onbepaalde tijd (blijvend)aanwezig in de onderneming.

Om een zaak te beginnen is geld nodig. Er zijn 2 verschillende soorten vermogen.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8

M&O VWO 2011/

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 9 t/m 13

Financieel Management

Vraag Antwoord Scores

ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 3

Vraag Antwoord Scores

Vermogensbehoefte en financiering

Toets 3 HAVO 5 g Diagnostische toets 2012

Samenvatting M&O Hoofdstuk

Vermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn))

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 6

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10

Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 3

Een eigen huis. mogelijkheden voor kopen of huren

Bedrijven zijn verplicht 1 maal per jaar een balans op te stellen en een winst & verliesrekening te maken. (voor de belastingdienst)

Een schets van situatie pag. 2. Het huis dat wij kiezen pag. 9

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4

5.6. Boekverslag door H woorden 31 maart keer beoordeeld

Samenvatting Management & Organisatie Berekeningen

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 22 EN 23 JUNI 2010

PROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden

Samenvatting Management & Organisatie Stichting & Vereniging

Samenvatting door een scholier 2640 woorden 15 augustus keer beoordeeld

- De site voor samenvattingen

Samenvatting Management & Organisatie Stichting en Vereniging

PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden

Samenvatting M&O H14: Enkelvoudige interest

Samenvatting m&o hoofdstuk 9: 9.2

4,9. Samenvatting door een scholier 2141 woorden 24 juni keer beoordeeld

PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden

Samenvatting Management & Organisatie Boek 1+ 2

Samenvatting M&O H11: Eigen vermogen

De opgaven 6.4a en 6.4b horen bij paragraaf 6.2, De rentabiliteit van het vermogen

Management en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43

UNIFORM EINDEXAMEN HAVO 2015

Bijlage HAVO. management & organisatie. tijdvak 2. Informatieboekje. HA-0251-a-12-2-b

DOMEINBESCHRIJVING 27 MEI 2014 VOORLOPIG CONCEPT

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 en 2

Oefenopgaven Hoofdstuk 5

1 Het kasstroomoverzicht

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 maandag 12 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 4.

fun house fun house fun house Pink

Tradealot Obligatie II van Tradealot B.V.

Bijlage HAVO. management & organisatie. tijdvak 1. Informatieboekje. HA-0251-a-16-1-b

Algemeen 1. Wat is de rechtsvorm van een onderneming? 2. Noem twee redenen waarom de keuze van de rechtsvorm belangrijk is voor een onderneming.

Vlottende activa: Kas Totaal investering

Eindexamen m&o havo 2008-I

Transcriptie:

Boekverslag door C. 946 woorden 11 december 2003 5 10 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Bij het verkrijgen van vermogen kun je verschil maken tussen: 1) Eigen vermogen 2) Vreemd vermogen op lange termijn 3) Vreemd vermogen op korte termijn (korter dan een jaar) 1) Eigen vermogen: aandelenkapitaal (permanent vermogen, de onderneming kan hierover blijven beschikken, je kunt het aandeel wel verkopen aan een andere belegger maar niet aan onderneming zelf) 2) Vreemd vermogen op lang termijn: a) Hypothecaire lening: een geldlening op onderpand van onroerend goed (grond en gebouwen) b) Obligatielening: geldlening die in kleine bedragen is opgesplitst c) Onderhandse lening: een lening op lange termijn die door 1 geldgever wordt verstrekt Emitteren: een bedrijf verkoopt aandelen om aan een aandelenkapitaal te komen. Aandeelbewijs: Bewijs van deelname in het aandelenkapitaal van een NV. Een aandeelbewijs bestaat uit: 1) mantel: het eigenlijke aandeel hierop staat: - De naam van de NV - De nominale waarde van het aandeel: bedrag dat op het aandeel vermeld staat - De plaats van de vestiging - Het maatschappelijke aandelenkapitaal - Het nummer van het aandeel 2) dividendblad: de aandeelhouders krijgen een gedeelte van de winst: dividend Koerswaarde: het bedrag dat voor het aandeel betaald moet worden als men het wil kopen. Als een bedrijf het aantal aandelen uit wilt breiden komt er emissie van aandelen. De prijs waarvoor het te koop is, is de emissiekoers. Bij een NV kennen we 2 begrippen wat het aandelenkapitaal betreft: 1) Maatschappelijk aandelenkapitaal: het totaalbedrag dat men aan nominaal aandelenkapitaal nodig denkt te hebben. 2) Geplaatst aandelenkapitaal: het maatschappelijke aandelenkapitaal verminderd met het bedrag van https://www.scholieren.com/verslag/13308 Pagina 1 van 5

de niet-uitgegeven aandelen. We onderscheiden: - Lineaire hypotheek - Spaarhypotheek - Annuïteitenhypotheek Lasten per maand: aflossingsbedrag + deel van de interest dat voor jou rekening komt --------------------------------------------------------------------------------- Het aantal maanden van een jaar 12 dus Onze inkomstenbelasting is progressief: naarmate het inkomen hoger is betaalt men procentueel meer belasting. Voordelen lineaire lening: - Interestkosten worden snel lager - Schuld wordt steeds kleiner Nadelen lineaire lening: - Doordat de interestkosten steeds lager worden, neemt ook het belastingvoordeel snel af - De uitgaven wegens interest en aflossing zijn in de eerste jaren het hoogst, terwijl het inkomen dan meestal nog lang niet het hoogste niveau heeft bereikt - Spaarhypotheek: je lost gedurende de looptijd niet af, maar je betaalt elk jaar een spaarpremie, de spaarpremie wordt belegd zodat je over 10 jaar het bedrag hebt waarmee je de spaarhypotheek kan aflossen. Voordelen spaarhypotheek: - Groot fiscaal voordeel (elk jaar maximale interestaftrek) - Over de interest van het spaarbedrag hoeft gaan belasting worden betaald - De maandlasten blijven (behalve in het laatste jaar) elk jaar even hoog, zodat je weet waar je aan toe bent Nadelen spaarhypotheek: - De hoge interestlasten: je betaald elk jaar interest over het geleende bedrag - Het percentage dat je over het spaarbedrag vergoed krijgt, is vaak lager dan het percentage dat je zelf moet betalen. Annuïteit: een gelijkblijvend bedrag aan interest en aflossing samen. Obligatie: bewijs van een deelneming in een geldlening, bestaat uit: - Mantel: officiële stuk waarop de belangrijkste gegevens vermeld staan - Couponblad: bestaat uit een aantal coupons (dienen voor interestbetaling) en een talon (kun je opsturen naar de onderneming wanneer de coupons op zijn) https://www.scholieren.com/verslag/13308 Pagina 2 van 5

Je kunt een obligatielening op verschillende manieren aflossen: - In 1 keer aan het einde van de looptijd van de lening - Aflossing in gedeelten gedurende een aantal jaren d.m.v. uitloting - Het inkopen van eigen obligaties Prospectus: hierin worden bijzonderheden over de instelling of onderneming en de obligatielening vermeld o.a.: - Verhouding tussen eigen en vreemd vermogen - Resultaten van de afgelopen jaren en verwachting voor de toekomst - Doel en grootte van het te lenen bedrag - Datum waarop de koers bekend word gemaakt - De wijze van aflossen en data waarop word afgelost - Tijdstip waarop moet worden ingeschreven - Tijdstip waarop de obligaties moeten worden afgehaald en moeten worden betaald Tendersysteem: aan de hand van de inschrijvingen wordt door het ministerie van financiën de uitgifte koers vastgesteld. Toonbankuitgifte: na de eerste dag van uitgifte wordt de plaatsing van obligaties nog enige tijd voortgezet. Aandelen Obligaties Bewijs van mede-eigendom in een NV of BV Schuldbewijs van een NV of BV Deel van het eigen vermogen Deel van het vreemd vermogen Permanent vermogen Tijdelijk vermogen (wordt afgelost) Stemrecht in de AVA Geen zeggenschap in de AVA Risico bij slechte resultaten Minder risico Koers onstabiel, afhankelijk van winstverwachting Koers stabieler, voornamelijk afhankelijk van rentestand Dividend als beloning Vast interestpercentage Voordelen onderhandse lening: - er kan onderhandeld worden over de leningsvoorwaarden - er zijn geen emissiekosten - er zijn lagere administratiekosten ten opzichte van b.v. obligatielening Leasing: het huren van bedrijfsuitrusting i.p.v. deze te kopen (gehele huurprijs is fiscaal aftrekbaar) Operational leasing: het risico van veroudering voor rekening van de verhuurder. Ook de onderhoudskosten en de verzekeringskosten zijn voor de verhuurder. Financial leasing: de overeenkomst kan niet tussentijds worden opgezegd. Het risico van veroudering, het onderhoud en de verzekeringskosten zijn nu voor rekening van de huurder. De belangrijkste vormen van financiering voor niet-commerciële organisaties zijn: https://www.scholieren.com/verslag/13308 Pagina 3 van 5

- budgetfinanciering: er wordt een plan ingediend dat mogelijk voor financiering in aanmerking komt (waterschappen en ziekenhuizen) - lump sum-financiering: vindt vooral plaats bij scholen, per jaar wordt een jaarlijks bepaald bedrag beschikbaar gesteld. - Subsidies: een betaling die meestal afkomstig is van de overheid ter ondersteuning van allerlei activiteiten (openbare bibliotheken) - Leningen (bibliotheek), contributies (sportverenigingen), giften (kerkgenootschap) Bank: een instelling die zich bezighoudt met het verlenen van kredieten. Zij veschaft deze uit: - eigen middelen - uit middelen van derden - door creatie (geldschepping) Taken banken zijn: - Verstrekken van kredieten - aanbieden van spaarmogelijkheden - betalingen voor klanten doe - bewaren van effecten - effectenverkeer - emissiebedrijf - valutahandel. Leverancierskrediet: de leverancier levert goederen die later worden betaald. De leverancier kan dit krediet verlenen omdat: - hij hoeft niet aan het krediet te verdienen - hij heeft lagere kosten dan de bank - hij beter dan de bank de kredietwaardigheid van de klant kan beoordelen - hij op deze wijze een klant aan zich bindt Leverancierskrediet kan worden vervangen door eigen vermogen omdat: - het leverancierskrediet meestal duurder is dan het eigen vermogen - de leveranciers vaak grote kortingen geven bij contante betaling Afnemerskrediet: Goederen of diensten moeten eerst betaald worden en dan worden ze geleverd. Afnemerskrediet komt voor bij: - dienstverlenende bedrijven - speciale orders - opkopende handel Rekeningcourantkrediet: bij de bank wordt een bedrag geleend, waarbij de rekening wordt gebruikt bij https://www.scholieren.com/verslag/13308 Pagina 4 van 5

dagelijkse betalingen. Kredietplafond: bedrag dat maximaal opgenomen mag worden Dispositieruimte: het bedrag dat nog kan worden opgenomen, bereken door het kredietplafond het opgenomen bedrag. Deposito: je zet je geld voor een bepaalde periode vast. Debiteuren: ontvangen leverancierskrediet Crediteuren: verstrekt leverancierskrediet. Doorlopend krediet: een maximaal bedrag wordt afgesproken dat de consument mag lenen, afgeloste bedragen kunnen steeds weer opgenomen worden https://www.scholieren.com/verslag/13308 Pagina 5 van 5