2011 Veelplegers Twente

Vergelijkbare documenten
Monitor 2010 Veelplegers Twente

Monitor 2009 Veelplegers Twente

Monitor 2013 Veelplegers Twente

Monitor 2007 Veelplegers Twente

Monitor 2006 veelplegers Twente

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2006

Monitor begeleid wonen en bemoeizorg Enschede 2011

Monitor 2005 veelplegers Twente

Onderzoek Kooppogingen alcohol door jongeren

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2008

Monitor 2009 Huiselijk geweld Twente

Monitor begeleid wonen Twente 2012

Monitor kopen tabak door jongeren

Monitor Huisuitzettingen en preventie Twente 2016

METINGEN 2014, 2015 EN Monitor opvang Enschede. A. Kruize. B. Bieleman

Nieuwe dadergroep vraagt aandacht

Inventarisatie shisha lounges 2015

Monitor 2015 Huiselijk geweld Twente

Monitor Huisuitzettingen en preventie Twente 2012

Monitor begeleid wonen en bemoeizorg Twente 2013

Coffeeshops in Nederland 2009

Monitor dakloosheid en chronische verslavingsproblematiek. Enschede A. Kruize. S. Biesma. B. Bieleman METINGEN 2004 TOT EN MET 2010

Monitor Huisuitzettingen en preventie Twente 2014

Evaluatie gratis openbaar vervoer 65+-ers Rotterdam

Coffeeshops in Nederland 2007

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING

Inventarisatie overlast uitgaanscentrum Vlaardingen

Analyse monitoren Enschede 2013

Onderzoek Pilotprojecten campussen

ENQUÊTE GEBRUIK OPENBAAR VERVOER GROTE MARKT EN A-KERKHOF

Monitor Huisuitzettingen en preventie Twente 2013

Jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in Groningen

Monitor verplaatsing coffeeshop Amsterdam-Oost

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2005

Onderzoek kopen tabak door jongeren

Monitor 2016 Huiselijk geweld Twente

METINGEN 2014 EN Monitor opvang Enschede. A. Kruize. B. Bieleman

Misdrijven en opsporing

COFFEESHOPBEZOEKERS IN VENLO 2009 TELLINGEN EN ENQUÊTE COFFEESHOPBEZOEKERS VENLO

Monitor naleving rookvrije werkplek 2006

Monitorverslaafdenen daklozenenschede2007. Metingen2001,2002,2003, 2004,2005en2006

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2008

Kopen en verkrijgen van tabak door jongeren 2014/15 en 2016

EVALUATIE ADVIES- EN STEUNPUNT HUISELIJK GEWELD FRYSLÂN 2008

Aandeel van de meest frequent vervolgde daders in de strafzaken van

Buiten de deur. M. van Zwieten. B. Bieleman. Procesevaluatie Tijdelijk Huisverbod Twente periode maart tot en met augustus 2009

Monitor daklozen en harddrugsverslaafden. Apeldoorn M. van Zwieten. S. Biesma. B. Bieleman. metingen

Voorkomen incidenten Evaluatie rol supportersproject Groningen bij incidenten

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2009

Monitor Veelplegers 2016

2007 WODC, ministerie van Justitie / St. INTRAVAL. Postadres: Postbus BT Groningen info@intraval.nl

Fact sheet Volwassenencriminaliteit en risicofactoren

4. SAMENVATTING. 4.1 Opzet

Samenvatting Tabel a Enkele achtergronden van ex-gedetineerden uitgestroomd tussen 1996 en 1999

6 secondant #6 december Groot effect SOV/ISD-maatregel

Derde meting monitor leefbaarheid Oranje

Van: M. van Milligen Tel nr: Nummer: 17A.00002

Sociale Zaken en Werkgelegenheid gemeente Rotterdam

Binnenstad Groningen

Via deze raadsinformatiebrief bieden wij de politie(criminaliteits)cijfers 2016 en de duiding er van ter kennisname aan.

monitor Marokkaanse Nederlanders in Maassluis bijlage(n)

Monitor dak- en thuislozen en verslaafden Apeldoorn 2006

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ?

openbare orde en veiligheid

Monitor dakloosheid en chronische verslavingsproblematiek

Veiligheid kernthema: maatschappelijk evenwicht & veiligheid

Stadsmonitor. -thema Veiligheid-

RAADSBIJEENKOMST LELYSTAD SESSIE 8

Binnenstad Groningen

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2009

B A S I S V O O R B E L E I D

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018

Monitor dakloosheid en chronische verslavingsproblematiek Twente 2013

Nederland in internationaal perspectief 1

awetenschappelijk Onderzoeken

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen

Monitor dakloosheid en chronische verslavingsproblematiek Enschede 2014

Levendige straten. Y. Seyah. J. Oude Groeniger. E. Yazgili. A. Roorda. W. Boersma. M. Spijker. R. Bottema. M. Pijpker. K. Offringa

Bijlage 1 Gebruikte gegevens

Veiligheidsbeeld gemeente Amersfoort

Omvang van verschillende sanctiegroepen; volwassen en jeugdige daders met minstens één strafzaak afgedaan in 1997

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen

Monitor daklozen en harddrugsverslaafden. Apeldoorn M. van Zwieten. S. Biesma. B. Bieleman. metingen

B A S I S V O O R B E L E I D

ONDERZOEK PILOTPROJECTEN CAMPUSSEN

Binnenstad Groningen

Statistisch Jaarboek diversen

Vierde meting monitor leefbaarheid Oranje

Samenvatting en conclusies

Veiligheid I.V ERMOGENSDELICTEN. Vooraf In dit hoofdstuk schetsen we in grote lijnen de ontwikkelingen

Berechting. Z.C. Driessen en R.F. Meijer

Drugsgebruik in Oldenzaal

Feiten & Achtergronden. Aanpak veelplegers. December 2006/F&A 6806

Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 2019

Jeugdige recidiverende woninginbrekers

ONDERZOEK PILOTPROJECTEN CAMPUSSEN

Aantal misdrijven blijft dalen

Veiligheidsbeeld gemeente Amersfoort

Samenvatting. Achtergrond, doel en onderzoeksvragen

Trends in passend onderwijs

Transcriptie:

CO LO F O N Monitor St. I NTRAVAL Postadres Postbus 1781 971 BT Groningen E-mail info@intraval.nl www.intraval.nl Kantoor Groningen: St. Jansstraat 2C Telefoon 5-313 4 52 Fax 5-312 75 26 Kantoor Rotterdam: Goudsesingel 68 Telefoon 1-425 92 12 Fax 1-476 83 76 Oktober 211 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszins, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. DRUK A. Kruize, J. Snippe, B. Bieleman Gemeente Enschede M. Haaijer E. Cusiel Copy-Copy Groningen ISBN 978 9 8874 122 7 TEKST OPDR ACHTGE V ER OPM A AK OMSL AG Intraval-MVT211.indd 1 211 Veelplegers Twente A. Kruize J. Snippe B. Bieleman 15-1-211 13:26:58

Bij diverse organisaties is het thema één van de speerpunten van beleid. Ook in het kader van het Grote Steden Beleid (GSB) is er aandacht voor. Voor een goede beleidsvorming en -uitvoering voor deze doelgroep is een goed inzicht in de in Twente essentieel. De regiegroep en het Arrondissementaal Juridisch Beraad (AJB) willen daarom een analyse van de aard en omvang van de door gepleegde criminaliteit, hun detentieverleden en achtergrond, uitgesplitst naar vier doelgroepen: zeer actieve meerderjarige ; actieve meerderjarige ; jeugdige meerplegers; en jeugdige. De regiegroep heeft onderzoeks- en adviesbureau INTRAVAL opdracht gegeven voor het monitoren van de (zeer actieve) en de jeugdige meer- en in Twente. In deze brochure wordt ingegaan op de (zeer actieve) en de jeugdige meer- en in Twente van 24 tot en met 21 (peildatum april 211). Daarnaast wordt aandacht besteed aan de cohorten 24 en 27. Matrix 1 Definities 1 (zeer actieve) en jeugdige veel- en meerplegers Definitie Veelpleger Een veelpleger is een persoon van 18 jaar of ouder die in zijn/haar gehele criminele carrière meer dan tien processen-verbaal heeft gekregen, waarvan tenminste één in het peiljaar. Zeer actieve veelpleger Jeugdige meerpleger Jeugdige veelpleger Een zeer actieve veelpleger is een persoon van 18 jaar of ouder die over een periode van vijf jaar (waarvan het peiljaar het laatste jaar is) meer dan tien processen-verbaal heeft ontvangen, waarvan tenminste één in het peiljaar. Onder jeugdige meerplegers worden jongeren verstaan in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar die in hun gehele criminele verleden twee tot maximaal vijf processen-verbaal hebben gekregen, waarvan tenminste één in het peiljaar. Jeugdige zijn jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar die in hun gehele criminele verleden meer dan vijf processen-verbaal hebben gekregen, waarvan tenminste één in het peiljaar. Antecedent Een antecedent is een strafbaar feit waarvoor de verdachte is veroordeeld. In het Herkenningssysteem (HKS) van de politie wordt een ruimere definitie gehanteerd: niet alleen feiten waarvoor verdachte is veroordeeld, maar ook aangiftes van misdrijven tegen een persoon worden onder antecedenten gerekend. In feite wordt elk proces-verbaal dat tegen een verdachte is opgemaakt (of hij uiteindelijk hiervoor wordt veroordeeld of niet) in het HKS aangeduid met de term antecedent. Aanhouder Een aanhouder is een (zeer actieve) veelpleger of jeugdige meer- of veelpleger uit een cohort die één of meerdere nieuwe antecedenten (processen-verbaal) heeft in één van de volgende jaren en daarmee nog steeds of wederom tot de (zeer actieve) of jeugdige meer- of behoort. Stilhouder Een stilhouder is een (zeer actieve) veelpleger of jeugdige meer- of veelpleger uit een cohort die geen nieuwe antecedenten heeft in één van de volgende jaren bij de regiopolitie Twente en dus geen (zeer actieve) veelpleger of jeugdige meer- of veelpleger meer is. Als in deze brochure wordt gesproken over (zeer) actieve dan worden daarmee alle volwassen bedoeld. Als een onderscheid wordt gemaakt tussen de twee subgroepen dan wordt gesproken van en zeer actieve. De integrale aanpak in Twente richt zich op de groep zeer actieve. 1 Voor dit onderzoek zijn de definities van (zeer) actieve en jeugdige meer- en gebruikt die gehanteerd worden door de regiegroep en landelijk zijn afgesproken. Voor de beschrijving van de ontwikkelingen binnen een cohort wordt gebruik gemaakt van de termen aanhouder en stilhouder die het WODC in haar monitor hanteert. Monitor Veelplegers Twente 211 1

Hieronder worden de belangrijkste ontwikkelingen weergegeven die zich in de periode 24-21 onder de (zeer actieve) en jeugdige hebben voorgedaan. Op 1 april van elk jaar wordt de lijst vastgesteld. Deze lijst wordt gebruikt voor de monitor, zodat jaarlijks de ontwikkelingen binnen een groep en tussen de jaargroepen (cohort) kunnen worden gevolgd. Uitgangspunt voor deze monitor is de lijst van 1 april 211. Van de personen op deze lijst zijn gegevens opgevraagd bij politie, justitie, gevangeniswezen, reclassering en hulpverlening. Belangrijkste ontwikkelingen volwassen Het aantal zeer actieve is in de periode 24-21 met 5% gedaald van 167 naar 84 (figuur 1). Bij heeft de daling waarvan in 29 voor het eerst sprake was, zich verder voortgezet; 15% gedaald ten opzichte van de 676 in 24. Per saldo is het totale aantal (zeer actieve) tussen 21 en 29 met 22% afgenomen, hetgeen de grootste relatieve daling is in de gehele monitorperiode. Figuur 1 Ontwikkeling aantallen (zeer actieve) Twente, 24-21 8 7 676 69 71 689 693 65 6 576 5 4 3 2 1 167 169 153 121 117 19 84 zeer actieve 24 25 26 27 28 29 21 In de gemeenten ontwikkelt het aantal zich verschillend (figuur 2). In Enschede is het aantal in de periode 24-21 met 14% afgenomen (van 285 naar 244), terwijl dit voor Hengelo 7% bedraagt (van 68 naar 63). Het aantal is in Almelo met 22% het sterkst gedaald (van 143 naar 111). De grootste veranderingen hebben zich echter voorgedaan in de aantallen zeer actieve. In Almelo is het aantal in de periode 24-21 met 38% gedaald (van 29 naar 18), in Hengelo is het aantal gehalveerd (van 16 naar 8) en in Enschede met ruim de helft (54%) afgenomen (van 92 naar 42). 2 INTRAVAL

Figuur 2 Ontwikkeling aantallen (zeer actieve) naar gemeente, 24-21 35 Veelplegers 3 25 2 15 1 5 Almelo Hengelo Enschede Overig 1 Zeer actieve 9 8 7 6 5 4 3 2 1 Almelo Hengelo Enschede Overig Het aantal geregistreerde feiten voor de (zeer actieve) voor de periode 24-21 is weergegeven in figuur 3. Zowel bij de als bij de zeer actieve is er sprake van een daling in het aantal geregistreerde feiten. In 24 staan bij de 1.924 feiten geregistreerd, bij de zeer actieve ligt dit aantal op 1.4, terwijl in 21 de aantallen respectievelijk 1.345 en 298 bedragen. Figuur 3 Ontwikkelingen geregistreerde feiten (zeer) actieve, 24-21 25 2 1924 244 265 1781 1813 1632 15 1 5 14 944 761 621 596 536 1345 298 zeer actieve 24 25 26 27 28 29 21 Er is tot 28 een toename te zien in het aantal vrijheidsstraffen dat is opgelegd aan (zeer actieve). In 29 en 21 zijn de percentages weer lager. In 24 heeft 26% in detentie gezeten, in 25 25%, in 26 28%, in 27 39% en in 28 zelfs 42%. In 21 is dit afgenomen tot 39%. In 29 heeft slechts 19% van de (zeer actieve) een vrijheidsstraf opgelegd gekregen. Daarmee is 29 een van de trend afwijkend jaar. Dat zien we tevens terug in de omvang van de opgelegde vrijheidsstraffen. Het aantal (zeer actieve) dat langer dan zes maanden gedetineerd heeft gezeten is tussen 24 en 28 gestegen van 73 naar 115, in 29 is dit aantal gedaald naar 32, terwijl dit aantal in 21 weer is gestegen tot 75 (figuur 4). Monitor Veelplegers Twente 211 3

Figuur 4 Ontwikkeling omvang opgelegde vrijheidsstraffen 24-21 16 14 12 1 8 6 4 2 24 25 26 27 28 29 21 < 1 week 1-4 week 1-3 maanden 3-6 maanden > 6 maanden Het gemiddelde aantal dagen dat (zeer actieve) in detentiee hebben gezeten is in 21 ten opzichte van voorgaande jaren, uitgezonderd 29, met gemiddeld slechts 3 dagen, eveneens gedaald. In 27 hebben de (zeer actieve) gemiddeld 91 dagen in detentie gezeten, in 28 79 dagen en in 21 is dit gemiddeld 62 dagen. Wat betreft detenties is 29 een merkwaardig jaar. Nagevraagd is wat hiervoor de verklaring zou kunnen zijn, maar betrokkenen hebben diee niet kunnen geven. Woonplaats De meeste wonen in de gemeenten Enschede (244), Almeloo (111) en Hengelo (63). Uitt figuur 5 blijkt dat met name de zeer actieve in dezee gemeenten wonen. In (één van) de overige Twentse gemeenten wonen in totaal zeven zeer actieve. Niett alle wonen echter in Twentse gemeenten. Van de is 16% afkomstig uit gemeenten buiten Twente, waarvan een deel vanwege detentie. Van de zeer actieve is dit 11%. Dee verdeling van het aantal (zeer) actieve is in 21 grotendeels gelijk aan de situatie in 29. Het grootste verschil doet zich voor onder de in Enschede. In 29 woonden daar 273, in 21 244. Figuur 5 Aantallen s en zeer actieve per gemeente in 21 Veelplegers Zeer actieve s 4 INTRAVAL

Heroïneverstrekking Van de (zeer actieve) nemen in 21 zeven en twee zeer actieve deel aan het heroïneverstrekkingsprogramma. In 29 was dit voor geen enkele (zeer actieve) veelpleger het geval, terwijl het in 28 om drie en eveneens drie zeer actieve ging. Ontwikkelingen cohort 24 Het cohort 24 bestaat uit 676 en 167 zeer actieve. Zowel de aantallen als de aantallen zeer actieve nemen binnen dit cohort in de periode 24-21 af, terwijl het aantal stilhouders toeneemt (figuur 6). In 21 is de samenstelling van dit cohort als volgt: 188 (daling 72%, vergeleken met 24); 27 zeer actieve (daling 84%); en 628 stilhouders (76% van het cohort). Dit houdt in dat een kwart (24%) van de (zeer actieve) uit dit cohort in 21 nog actief is. De criminele carrière van een (zeer actieve) veelpleger verloopt vaak niet lineair. Sommige (zeer actieve) komen één of meer jaren niet voor om vervolgens weer als (zeer actieve) veelpleger terug te keren. Anderen ontwikkelen zich van veelpleger naar zeer actieve veelpleger of omgekeerd. In 21 zien we meer dan in andere jaren dat zeer actieve aanzienlijk minder actief zijn geworden. Figuur 6 Ontwikkeling (zeer actieve) cohort 24 (N=843) 8 7 6 5 4 3 2 1 676 628 551 569 592 481 426 271 167 146 248 216 22 114 172 188 76 72 79 27 24 25 26 27 28 29 21 stilhouders zeer actieve Het aantal misdrijven, waarvoor de in 21 nog immer actieve van cohort 24 een procesverbaal hebben gekregen, is na een lichte toename van gemiddeld 2,8 in 24 tot 3,5 in 26, in 21 fors gedaald tot gemiddeld 2,1 (figuur 7). Voor de zeer actieve is het aantal misdrijven waarvoor een proces-verbaal is opgemaakt voor het eerst in al die jaren gestegen van gemiddeld 3,1 in 29 tot 3,6 in 21. Het aantal zeer actieve van het cohort 24 is weliswaar beperkt tot nog slechts 27, maar dit is wel een groep die nog steeds relatief veel misdrijven pleegt. Er lijkt dus sprake te zijn van een harde kern die relatief veel misdrijven (blijft) plegen. De integrale aanpak is voor hen niet succesvol gebleken. Monitor Veelplegers Twente 211 5

Figuur 7 Ontwikkeling gemiddeld aantal geregistreerde feiten cohort 24, 24-21 7, 6, 6,2 5, 4, 3, 2, 2,8 4,4 3,9 3,8 3,2 3,1 3,6 3,3 3,5 3, 2,9 2,9 2,1 zeer actieve 1,, 24 25 26 27 28 29 21 Het absolute aantal geregistreerde feiten onder zowel de als de zeer actieve uit cohort 24 is in de periode 24-21 duidelijk afgenomen (figuur 8). Voor de gaat het om een afname van 79% in de periode 24-21. Voor de zeer actieve is het aantal geregistreerde feiten in deze periode met 91% afgenomen. Figuur 8 Ontwikkeling aantal geregistreerde feiten cohort 24, 24-21 25 2 15 1 5 1924 14 96 86 641 65 64 442 498 42 292 248 171 97 24 25 26 27 28 29 21 geregistreerde feiten geregistreerde feiten zeer actieve Ontwikkelingen aantallen volwassen (zeer actieve) cohort 27 Het cohort 27 bestaat uit 689 en 121 zeer actieve. In de periode 27-21 neemt het aantal (zeer actieve) af. In 21 zijn er van dit cohort nog 24 en 56 zeer actieve veelpleger over (figuur 9). De ontwikkeling van cohort 27 is in grote lijnen vergelijkbaar met die van het cohort 24, zij het dat het percentage stilhouders na drie jaar hoger is. Was van cohort 24 65% na drie jaar stilhouder, van cohort 27 is dat 68%. 6 INTRAVAL

Figuur 9 Ontwikkeling (zeer actieve) cohort 27, 27-21 (N=81) 1% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% % 27 28 29 21 zeer actieve stilhouders Belangrijkste ontwikkelingen jeugdige De sterke daling van het aantal jeugdige meer- en in 29 heeft zich in 21 doorgezet (figuur 1). Sinds 28, toen de aantallen het hoogst waren, is het aantal jeugdige meerplegers met bijna een derde (31%) afgenomen. Dit geldt eveneens voor het aantal jeugdige dat van 26 in 28 naar 14 in 21 is gedaald. Hiermee is de omvang van de jeugdige weer terug op het niveau van 24 en 25. Figuur 1 Ontwikkeling jeugdige meer- en, 24-21 4 35 3 25 273 252 286 31 342 256 237 2 15 meerplegers 1 5 15 14 18 17 26 23 14 24 25 26 27 28 29 21 Cohort 24 Zowel het aantal jeugdige meerplegers als het aantal jeugdige neemt in de loop van de tijd af binnen het cohort 24. Het aantal jeugdige meerplegers dat doorstroomt naar volwassen (zeer actieve) veelpleger neemt na al die jaren een toename te hebben laten zien in 21 voor het eerst af (figuur 11). De aantallen die jaarlijks doorstromen naar de status van volwassen zijn relatief laag, maar in absolute aantallen substantieel. In 25 stroomden er uit cohort 24 twee jeugdigen door naar volwassen (zeer actieve) veelpleger, in 26 waren dit er drie, in 27 negen, in 28 14, in 29 18 en in 21 nog 11. Monitor Veelplegers Twente 211 7

Figuur 11 Ontwikkeling jeugdige meerplegers cohort 24, 24-29 (N=273) 1% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% % 24 25 26 27 28 29 21 (zeer actieve) (volwassen) meerplegers stilhouders Het voor de jeugdige meerplegers geschetste beeld doet zich eveneens voor bij de jeugdige van cohort 24. Een verhoudingsgewijs groot deel stroomt door naar de categorie van volwassen (zeer actieve) veelpleger (figuur 12). Van de 15 jeugdige zijn in 25 twee personen doorgestroomd naar de categorie volwassen veelpleger, terwijl het in 21 om vier van de 15 jeugdige gaat (één naar de zeer actieve en drie naar de ). In de tussenliggende jaren varieert dit aantal van één in 26 tot vijf in 28. Figuur 12 Ontwikkeling jeugdige cohort 24, 24-29 (N=15) 1% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% % 24 25 26 27 28 29 21 (zeer actieve) (volwassen) stilhouders Ontwikkelingen aantallen jeugdige meer- en cohort 27 Ook binnen het cohort 27 neemt het aantal jeugdige meer- en in de loop van de tijd af. In 27 waren er 31 meerplegers en 17. Drie jaar later zijn er nog acht jeugdige meerplegers en negen jeugdige over. Daarnaast zijn in 21 zijn dit er vijf jeugdige meer- en doorgestroomd naar de volwassen (zeer actieve) veelpleger (figuur 13). In 29 ging het in totaal om drie jeugdige meer- en die zijn doorgestroomd naar de volwassen (zeer actieve). De aantallen zijn vergelijkbaar met de ontwikkeling in de eerste jaren (25-27) van cohort 24. 8 INTRAVAL

Figuur 13 Ontwikkeling jeugdige meer- en cohort 27 1% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% % 27 28 29 21 (zeer actieve) veelpleger (volwassen) meerplegers stilhouders Woonplaats Het merendeel van de jeugdigee meerplegerss woont in de gemeenten Enschede (9), Almelo (45) en Hengelo (3) (figuur 14). De meeste jeugdige wonen in Enschede (7), Hengelo (2) en Almelo (1). Niet alle jeugdige meer- en v wonen echter in i Twentse gemeenten. Vann de meerplegers is 11% afkomstig uit gemeenten buiten Twente. Van de is dit 14%. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat een deel van hen in detentie c.q. jeugdinrichtingen zit. Figuur 14 Aantallen jeugdige meer- en per gemeente in 21 Jeugdige meerplegers Jeugdige Casusoverleggen Veiligheidshuis Voor de monitoring wordt gewerkt met regionale (zeer actieve) lijsten die één keer per jaar (op 1 april) worden vastgelegd door de officier van justitie Almelo. Worden echter de gegevens van het Openbaar Ministerie Almelo gehanteerd (Compas geregistreerde misdrijven) dan komen we tot een hoger aantal zeer actieve dan gebaseerdd op de politiegegevens Twente. Het verschil wordt verklaard door het meetellen van buiten de regio Twente gepleegde misdrijven alsmede de misdrijven die in de eerstee drie maanden van 211 zijn z gepleegd. Ook worden voor de casusoverleggenn de die een ISD maatregel opgelegd hebben gekregen meegeteld, evenals de uit ISD ontslagen tot een jaar na dato. Een ISD maatregel kan twee jaar duren, in die tijd worden over het algemeen geen misdrijven gepleegd en voldoet men daarom niet aan de definitie. Het is echter zaak juist ook dezee groep te volgen, zij hebben een speciale maatregel opgelegd gekregen in het kader van de integrale aanpak Monitor Veelplegers Twente 211 9

zeer actieve. In 211 komt het OM op deze wijze tot 142 zeer actieve (56 meer dan op de lijst van de politie). Ook voor de veelplegerlijst van 1 april 21 kwam het OM al tot een aanzienlijk hoger aantal van 17 zeer actieve (61 meer). Ten slotte De ontwikkelingen in de monitor zijn positief. Zowel de volwassen als de jeugdige nemen in aantal af. De aanpak van in Twente lijkt daarmee succesvol. De aanpak van is landelijk onderwerp geweest van evaluatief onderzoek (ontwikkelingen tot en met 27). Belangrijke bevindingen daaruit betreffen in de eerste plaats de (beperkte) effectiviteit van de aanpak op het terugdringen van de criminaliteit die vooral kan worden toegeschreven aan de langdurige insluiting van ingevolge de ISD. De repressieve component van de veelplegeraanpak blijkt vaak beter uit de verf te komen dan de resocialisatiefase. Uit de politiecijfers van regiopolitie Twente blijkt echter sprake te zijn van een toename tussen 26 en 21 in de veelvoorkomende criminaliteit (fietsendiefstal, winkeldiefstal, diefstal vanaf/uit auto, woninginbraak, zakkenrollerij en overval). In de tweede plaats blijkt uit de landelijke evaluatie het vergrijzen van de eerste generatie, veelal heroïneverslaafden. Dit beeld komt ook in Twente naar voren. De derde conclusie uit dit landelijk evaluatieonderzoek van de veelplegeraanpak is dat er sprake is van een aanwas van nieuwe. De aanwas is divers en bestaat uit een nieuwe generatie jonge zeer actieve die minder vaak verslaafd is, vaker van allochtone afkomst, zelden vrouw en relatief vaker geweldsmisdrijven pleegt. Ook in Twente stromen jeugdige meer- en door naar de categorieën volwassen veelpleger en zeer actieve veelpleger. Het aantal is relatief laag, maar in absolute zin blijken de aantallen substantieel (zie ook figuren 12 en 13). De nieuwe aanwas in Twente bestaat vooral uit volwassenen. In de periode 24-21 zijn in totaal 238 Twentse jonger dan 25 jaar. Slechts een beperkt deel hiervan (13%) was in Twente al bekend als jeugdige veelpleger. Bijna een kwart (23%) komt op 24-jarige leeftijd voor de eerste keer op de (zeer actieve) lijst voor. 1 INTRAVAL

CO LO F O N Monitor St. I NTRAVAL Postadres Postbus 1781 971 BT Groningen E-mail info@intraval.nl www.intraval.nl Kantoor Groningen: St. Jansstraat 2C Telefoon 5-313 4 52 Fax 5-312 75 26 Kantoor Rotterdam: Goudsesingel 68 Telefoon 1-425 92 12 Fax 1-476 83 76 Oktober 211 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszins, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. DRUK A. Kruize, J. Snippe, B. Bieleman Gemeente Enschede M. Haaijer E. Cusiel Copy-Copy Groningen ISBN 978 9 8874 122 7 TEKST OPDR ACHTGE V ER OPM A AK OMSL AG Intraval-MVT211.indd 1 211 Veelplegers Twente A. Kruize J. Snippe B. Bieleman 15-1-211 13:26:58