Passend geven. Zorgplan Melanchthon Schiebroek



Vergelijkbare documenten
Passend geven Inhoudsopgave

Passend geven. Ondersteuningsplan Melanchthon Schiebroek

Zorgbeleid RML

CSG LIUDGER Ondersteuningsplan

CSG LIUDGER, Splitting. Ondersteuningsplan

Dyslexieprotocol Michaël college

Beleidsplan Dyslexie Andreas College, locatie Pieter Groen. Inhoudsopgave. 1. De visie op de begeleiding van de dyslectische leerling 2

GSR voortgezet onderwijs voor betrokken christenen. Leerlingbegeleiding

Ouders van brugklasleerlingen met dyslexie worden in het begin van het schooljaar uitgenodigd voor een informatieavond Dyslexie op het UC H/V.

GSR voor en door christenen. Leerlingbegeleiding. GSR Rijswijk

samenvatting november 2012 Strabrecht College, Geldrop

3. Gevolgen van dyslexie Veel voorkomende belemmeringen die als gevolg van dyslexie kunnen voorkomen zijn:

1. Inleiding Definitie dyslexie volgens de Stichting Dyslexie Nederland (SDN) herziene versie 2003:

1. Inleiding. Zorgplan Pagina 1

Protocol. Leerlingbegeleiding op het Cosmicus College

Dyslexieprotocol Veurs Lyceum

Dyslexieprotocol RSG

ZORGPLAN. Christelijk Lyceum Delft VMBO

Dyslexieprotocol Pallas Athene College

Dyslexieprotocol Cambium College

In de brugklas ziet het signaleringstraject er als volgt uit:

GYMNASIUM VWO HAVO MAVO HAAL HET BESTE UIT JEZELF BEGELEIDING EN ZORG

ONDERSTEUNING BIJ HET GEMINI COLLEGE

S L O E T S W E G H M H E N G E L O

Dyslexieprotocol Zwin College Oostburg

Profiel Schoolondersteuning

UITTREKSEL DYSLEXIEPROTOCOL , VESTIGING KAGERSTRAAT.

Dyslexieprotocol

Zorgplan Stedelijk Gymnasium Haarlem. Stedelijk Gymnasium Haarlem Zorgplan

Dit protocol beschrijft hoe we op het Vellesan College en de Duin en Kruidbergmavo omgaan met dyslexie.

ALS ONDERWIJS MIJ NIET PAST MAG IK HET DAN RUILEN?

Zorgplan IJsselcollege

Protocol dyslexie. op het Zwin College

Protocol Dyslexie Gerrit Rietveld College. oktober 2012

Dyslexiebeleid Rijnlands Lyceum Sassenheim. 1. Visie 2. Signalering 3. Begeleiding 4. Organisatie 5. Evaluatie 6. Sterkte-Zwakte analyse 7.

Dyslexiebeleid De Nieuwe Veste

B06 Dyslexiebeleid Commanderij College

GSR voor en door christenen. Leerlingbegeleiding. GSR Rotterdam

Zorg en begeleiding zijn goed georganiseerd op de NSG. Dat vinden we belangrijk. In hoofdstuk 1 zetten we onze uitgangspunten voor u op een rijtje.

ONDERSTEUNINGSPROFIEL MONTESSORI LYCEUM staat aangegeven:

ZORGPLAN AOC TERRA ASSEN

LEERLINGBEGELEIDING. O.R.S. Lek en Linge. Lek en Linge

Ondersteuningsmogelijkheden Thorbecke SG mavo -havo- atheneum januari Spelregels bij de extra ondersteuning

Zorgbeleid Passend geven Aandacht en zorg voor leerlingen van Melanchthon Mavo Schiebroek

Dyslexieprotocol Stanislascollege Pijnacker

Dyslexieprotocol Missie Doelgroep Leerlingen met een dyslexieverklaring Signalering Het wonderlijke weer. : Hoe gevaarlijk is een tekenbeet?

*Schoolondersteuningsprofiel

Ondersteuningsprofiel. Oktober 2014

1 Missie en visie inzake Passend Onderwijs Interne leerlingbegeleiding Eerste lijn 4 Docenten en mentoren 4 Afdelingsleider 5

Dyslexieprotocol

DE ZORG OP HET NIEUWE EEMLAND

Leerlingen met dyslexie krijgen een dyslexiepasje. Voor elke leerling stelt de school een handelingsplan op.

Schoolondersteuningsprofiel. Algemeen

Dyslexieprotocol

Bij een voldoende score op het didactisch onderzoek worden geen verdere stappen genomen. Bij een lage score volgt stap 3.

C. DYSLEXIE Dyslexie kan worden geconstateerd door een externe ter zake deskundige; er is dan een rapport of dyslexieverklaring aanwezig.

ondersteuningsstructuren Lorentz Lyceum

Ondersteuningsprofiel

DYSLEXIEPROTOCOL (wordt op dit moment geupdate!)

Schoolondersteuningsprofiel: 1 Korte beschrijving van het Kandinsky College, locatie Malderburchtstraat

S L O E T S W E G H M H E N G E L O

ZORGPLAN VMBO TRIVIUMCOLLEGE

Ondersteuningsprofiel van Lyceum Ypenburg

SchoolOndersteuningsProfiel van Datum: Plaats: Eindhoven. Astrid van der Knaap en Miriam Thaens Ondersteuningscoördinatoren

Inleiding. Inhoudsopgave

DYSLEXIEPROTOCOL. Beekdal Lyceum Auteur: Martin Jager

Dyslexiebeleid. Scholengemeenschap Sint Ursula. Locatie Heythuysen Tienderweg EN Heythuysen. Schooljaar

Ondersteuningsprofiel

Ondersteuningsprofiel

Zorgplan Willem de Zwijgercollege

Zorgstructuur. Kim van de Belt 28 november 2012

Protocol dyslexie. Dyslexieprotocol Sint-Jan ( )

Begeleidingskaart RSG-Enkhuizen Leertechnische ondersteuning en begeleiding schooljaar 2018/2019

Aandacht voor elke leerling. Begeleidingscommissie

Begeleidingskaart RSG-Enkhuizen Leertechnische ondersteuning en begeleiding schooljaar 2018/2019

Dyslexiebeleid Zaanlands Lyceum augustus 2014

SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL MARITIEME ACADEMIE HARLINGEN

Zorgbeleid Passend geven Aandacht en zorg voor leerlingen van Melanchthon Schiebroek. Zorgbeleid Schiebroek

Vastgesteld op Ouderadviesraad Looptijd Schoolondersteuningsprofiel versie 1.2

Dyslexiebeleid De Nieuwe Veste

Dyslexiebeleid De Nieuwe Veste

Dyslexieprotocol. Mollerlyceum. (Laatste bijstelling: 11 december 2014)

Leerlingenzorg en zorgleerlingen

Dyslexiebeleid De Nieuwe Veste

Informatieavond. Welkom 15 november 2011

Aanmelding en toelating bij het Dockinga College Aanmelding eerste leerjaar:

Dyslexieprotocol. Stafbeleidsdocument. Scholengemeenschap, voor onderwijs dat zin geeft, voor vmbo havo atheneum gymnasium

Dyslexieprotocol compenserende en dispenserende maatregelen. Bonhoeffer College, Enschede

Schoolondersteuningsprofiel. Samenvatting voor ouders

Schoolondersteuningsprofiel

SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL

Protocol Dyslexie Pieter Nieuwland College

toelichting voor leerlingen en ouders / verzorgers dyslexie dyscalculie andere beperkingen

Algemene informatie over de brugklas Christiaan Huygens College locatie Rachmaninowlaan

Hoe begeleiden wij op de Stichtse Vrije School dyslectische leerlingen?

SCHOOLONDERSTEUNINGSPLAN De Nieuwe Veste Coevorden,

PROTOCOL. DYSLEXIE en DYSCALCULIE

Schoolondersteuningsprofiel Orion Lyceum

Het geldende dyslexiebeleid is aangepast op een aantal gebieden. Tijdens de MR-vergadering wordt een toelichting gegeven op de wijzigingen.

Transcriptie:

Passend geven Zorgplan Melanchthon Schiebroek Schooljaar 2015-2016 1

Inhoudsopgave 1. Voorwoord 2. Uitgangspunten leerlingbegeleiding op Melanchthon 3. Schoolondersteuningsprofiel 4. Aannamebeleid 5. Ondersteuning door docenten en de mentor 6. Intern zorgteam 7. Zorgstructuur 8. Overlegstructuur 9. Externe partners 10. Dossiervorming en privacy 11. Grenzen en kaders 12. Anti-pestbeleid 13. Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Bijlagen: Leerlingen met dyslexie Leerlingen met ADHD Format Ontwikkelingsperspectief Light 2

1. Voorwoord Melanchthon Schiebroek haalt het beste in je naar boven. Dat geldt voor al onze leerlingen, met en zonder leerprobleem, gedragsprobleem of functiebeperking. Ons onderwijs is erop gericht leerlingen te begeleiden op het niveau dat past bij hun talenten en mogelijkheden. In dit document worden de kaders van de leerlingbegeleiding geschetst. Het is opgesteld door het interne zorgteam van Melanchthon Schiebroek in samenspraak met de vestigingsdirectie. Vanzelfsprekend gaat het bij zorgbeleid om een levend document en kan er in individuele gevallen om moverende redenen anders besloten worden. Dergelijke besluiten worden altijd in overleg met de directie genomen. Dit zorgplan is een afgeleide van het algemene zorgplan van Melanchthon en geldt voor de brugklassen en de havo-/vwo-/gymnasiumafdeling van Melanchthon Schiebroek (Van Bijnkershoekweg, Rotterdam). Rotterdam, oktober 2015 3

2. Uitgangspunten leerlingbegeleiding op Melanchthon Melanchthon Schiebroek geeft sinds 1958 onderwijs op traditionele leest in een eigentijds jasje. We willen, naast optimale resultaten, onze leerlingen vormen en voorbereiden op de maatschappij. Het is ons streven dat leerlingen een beeld hebben van wie ze zijn en in staat en bereid zijn om hun verantwoordelijkheid te nemen in de maatschappij. Dat geldt voor al onze leerlingen, met en zonder leerprobleem, gedragsprobleem of functiebeperking. Melanchthon ziet algemene leerlingbegeleiding als een taak voor iedere medewerker binnen zijn of haar mogelijkheden. Deze taak ligt in het verlengde van de lesgevende taak en is daarmee nauw verbonden, passend bij het Melanchthon DNA. Op Melanchthon Schiebroek willen we leerlingen met leer- of gedragsproblemen op een goede manier begeleiden. Dit kan alleen als ouders en leerlingen samen met de school optrekken. Daarbij is het van belang haalbare doelen te stellen die én recht doen aan de leerling én recht doen aan de onderwijsvisie van Melanchthon Schiebroek. 3. Schoolondersteuningsprofiel Binnen passend onderwijs zijn scholen verplicht om een passende plek te bieden aan leerlingen, ook aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften vanwege een leerprobleem of een functiebeperking. Melanchthon Schiebroek valt, als school van CVO Rotterdam, onder het samenwerkingsverband KoersVO. We hebben, net als andere scholen, een schoolondersteuningsprofiel (SOP) (zie www.koersvo.nl). Hierin staat aangegeven dat leerlingen met dyslexie en leerlingen met een vorm van ADHD onze specifieke aandachtsgroepen zijn. 4. Aannamebeleid In Rotterdam wordt gewerkt met de Rotterdamse plaatsingswijzer. Deze gaat uit van vier profielen: - Basisprofiel: de leerling heeft het vereiste niveau voor het betreffende onderwijsniveau. - Plusprofiel: de leerling kan wellicht later opstromen naar een hoger niveau. - Bespreekprofiel: de leerling heeft een advies van de basisschool dat niet overeenkomt met de scores uit het leerlingvolgsysteem. - Ondersteuningsprofiel: de leerling heeft specifieke ondersteuningsbehoeften vanwege een leerprobleem of een functiebeperking. Bij de aanmelding van een leerling met een ondersteuningsprofiel gaan we samen met de leerling en de ouders na of de gewenste en noodzakelijke ondersteuning daadwerkelijk geboden kan worden binnen de school. Hiervoor wordt een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) opgesteld, op basis van de beschikbare onderzoeksverslagen en ervaringen vanuit de basisschool. Dit OPP, met daarin jaardoelen, onderwijsbehoeften, praktische zaken en een taakverdeling, doet recht aan de wensen en mogelijkheden van zowel de school als de 4

leerling en de ouders. Het moet praktisch uitvoerbaar zijn voor alle partijen. Bovendien moet het financieel uitvoerbaar zijn. De leerling zelf staat centraal bij het maken en uitvoeren van het OPP; de leerling zelf is eigenaar van zijn eigen OPP. We hebben op school twee varianten OPP: het OPP light (verkorte variant) en het uitgebreide OPP (format van samenwerkingsverband KoersVO). 5. Ondersteuning door docenten en de mentor Ondersteuning van leerlingen (met specifieke onderwijsbehoeften) gebeurt in eerste instantie in de klas, door de docenten. De docenten hebben weet van het OPP van een leerling en voeren de daarin beschreven instructies uit. Mocht dat niet lukken, dan nemen ze contact op met de mentor. De mentor op Melanchthon Schiebroek vervult een belangrijke rol in de begeleiding van zijn of haar leerling(en). Hij/zij is de spil in het contact tussen leerling, ouders, docenten en eventueel externe hulpverlening. Om deze begeleiding goed te kunnen doen is het vanzelfsprekend belangrijk om technieken/vaardigheden te beheersen die het werk van de mentor vergemakkelijken; bijvoorbeeld het goed kunnen observeren en signaleren, het stellen van verhelderende vragen, het gebruik van stiltes in een mentorgesprek en het verwerven van allerhande kennis over allerlei specifieke problemen zoals faalangst, dyslexie, AD(H)D. Toch is dit instrumentele aspect van het begeleidingsproces niet de essentie van het mentor zijn op Melanchthon Schiebroek. Dat is veel meer gericht op het versterken van de leerling, op het helpen ontwikkelen van potenties, op het ontdekken van de eigen kracht van de leerling(en). Dit leren, groeien en ontwikkelen gebeurt in interactie, vindt plaats in contact met elkaar. Het is ons inziens de taak van de mentor om binnen die interactie met de leerling(en) specifieke mogelijkheden te bieden die groeien en leren mogelijk maken. Mentoren zijn dan ook zelf de sleutel in het interactieproces. Door wie zij als mens zijn, door de inzet van de persoonlijke kwaliteiten en vaardigheden stellen zij de leerling(en) in staat om nieuwe ervaringen op te doen waardoor er ruimte komt om te groeien, te leren en te ontwikkelen. 6. Intern zorgteam Het interne zorgteam van Melanchthon Schiebroek bestaat uit de volgende personen: De zorgcoördinator (Karin van der Veen): De zorgcoördinator coördineert de werkzaamheden met betrekking tot de zorg (ondersteuning) van leerlingen die dat nodig hebben. Zij is het aanspreekpunt voor de beleidsmedewerker zorg op de vestiging (die onderdeel is van het vestigingsmanagementteam) en is mede verantwoordelijk voor het beleid aangaande de zorg. Zij maakt deel uit van de toelatingscommissie m.b.t. leerlingen met een ondersteuningsprofiel en is voorzitter van de verschillende overlegvormen binnen de school (intern zorgoverleg en Zorg Advies Team). 5

De schoolmaatschappelijk werker (Conchita Oosterling): De schoolmaatschappelijk werker begeleidt leerlingen met psychosociale problemen. Zij voert gesprekken met leerlingen en ouders aan de hand van een begeleidingsplan, bespreekt leerlingen in het interne zorgteam, heeft een adviserende rol naar docenten, leerjaarcoördinatoren en ouders en verwijst eventueel door naar externe hulp. De schoolpsycholoog (Hanneke Visser): De schoolpsycholoog doet op aanvraag van school en ouders psychodiagnostisch onderzoek bij leerlingen. Ook ondersteunt zij bij het opstellen van OPP s en heeft zij een adviserende rol op het gebied van de ontwikkeling en uitvoering van het zorgbeleid. Naast het interne zorgteam heeft de school ook de volgende mensen in huis, die worden aangestuurd door het interne zorgteam: De Begeleider Passend Onderwijs (BPO-er) (Saskia Zwerus): Vanuit het samenwerkingsverband KoersVO is een BPO-er aan de school verbonden. Zij geeft individuele begeleiding en begeleiding in kleine groepjes aan leerlingen met aandachts- en concentratieproblemen. De dyslexiecoach (Jessica Weerman): De dyslexiecoach houdt zich bezig met de screening voor dyslexie in de brugklas en de begeleiding van leerlingen met dyslexie binnen de school. Begeleiders van de Supportgroepen (Elisabeth Guhl, Anne Tetteroo, Aukje Penning). 7. Zorgstructuur We onderscheiden drie niveaus in de zorg (ondersteuning) van leerlingen: Basisondersteuning Onder basisondersteuning verstaan we in de eerste plaats goed onderwijs. Docenten werken aan de nodige didactische en pedagogische kwaliteiten om leerlingen met en zonder specifieke onderwijsbehoeften les te geven. Zij worden hierbij, indien nodig, ondersteund door leden van het interne zorgteam. Onder basisondersteuning valt in de tweede plaats het maken van goede afspraken en het handhaven van transparantie. Zo wordt de ontwikkeling van leerlingen gevolgd en wordt zorg gedragen voor de veiligheid en het welbevinden van al onze leerlingen. Elke leerling heeft een mentor en in de mentorlessen wordt aandacht besteed aan sociaal-emotionele vorming. Ouders worden intensief betrokken bij de schoolloopbaan van hun kind. 6

Basisplusondersteuning Onder basisplusondersteuning worden activiteiten verstaan voor (groepen) leerlingen die meer nodig hebben dan anderen. Het zijn zogenaamde licht curatieve ondersteuningsactiviteiten. Deze activiteiten zijn niet standaard voor elke leerling, maar zijn wel makkelijk toegankelijk voor leerlingen. Concreet gaat het om de volgende ondersteuning: - Supportgroep Planning en Organisatie: leerlingen worden in kleine groepjes begeleid op het gebied van planning en organisatie van schoolwerk. - Supportgroep Dyslexie: leerlingen krijgen in kleine groepjes informatie over dyslexie en geven elkaar tips op het gebied van omgaan met dyslexie. - Faalangstreductietraining en examenvreestraining. - Rots en Water (pilot in enkele brugklassen). Ook individuele begeleiding door de schoolmaatschappelijk werker en onderzoek door de schoolpsycholoog valt onder de basisplusondersteuning. Extra ondersteuning Bij extra ondersteuning hebben we het over zogenaamde onderwijsarrangementen : - Extra ondersteuning binnen de school (inzet van de BPO-er of andere expertise van buitenaf). - Tijdelijke plaatsing in een Orthopedagogisch Didactisch Centrum (OPDC). - Gecombineerd traject van onderwijs en jeugdzorg. - (Tijdelijke) plaatsing in het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO). 8. Overlegstructuur Binnen de vestiging kennen we leerlingbesprekingen, mentoroverleggen en rapportvergaderingen. Daarnaast kennen we de volgende zorgoverleggen: Intern zorgoverleg: Het interne zorgoverleg is apart voor brugklassen, onderbouw havo, onderbouw vwo, bovenbouw havo en bovenbouw vwo. Aan dit overleg nemen de zorgcoördinator, leerjaarcoördinator en schoolmaatschappelijk werker deel. Op afroep nemen de schoolpsycholoog, decaan, mentor, dyslexiecoach of begeleider passend onderwijs deel. Leerlingen worden besproken in het interne zorgoverleg wanneer ondernomen acties uit eerdere overleggen (zoals leerlingbespreking) niet tot zichtbare verandering hebben geleid. In het interne zorgoverleg wordt bekeken welke mogelijkheden er intern zijn om tot positieve verandering te komen. 7

Zorgadviesteam (ZAT): Vanuit het interne zorgoverleg kunnen leerlingen worden doorverwezen naar het ZAT om hen te kunnen bespreken met externe deskundigen. Naast het bespreken van leerlingen worden er in het ZAT zaken besproken die niet over specifieke leerlingen gaan. Op deze manier beoogt de school kennis en ervaring van externen optimaal te benutten. Samenstelling ZAT: zorgcoördinator (voorzitter), schoolmaatschappelijk werker, schoolpsycholoog, leerplichtambtenaar, jeugdverpleegkundige vanuit CJG. Op afroep: mentor, leerjaarcoordinator, afdelingshoofd of externe hulpverlener. Het ZAT vergadert vier keer per schooljaar Melanchthonbreed zorgoverleg: Tijdens dit overleg wordt het zorgbeleid binnen Melanchthon vormgegeven en uitgewerkt. Samenstelling: directeur onderwijs, beleidsmedewerker zorg en de zorgcoördinatoren van alle vestigingen. Dit overleg vindt twee keer per jaar plaats. 9. Externe partners Vanuit de school werken we, indien nodig, samen met o.a. leerplichtambtenaren, schoolverpleegkundigen, wijkteams, gezinsvoogden, huisartsen en vrijgevestigde psychologen en orthopedagogen. Tijdelijke plaatsing in een Orthopedagogisch Didactisch Centrum (OPDC), gecombineerde trajecten van onderwijs en jeugdzorg en (tijdelijke) plaatsing in het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) kunnen in gang worden gezet na consultatie van de onderwijsconsulent vanuit KoersVO. Op grond van een gesprek naar aanleiding van een opgesteld OPP wordt een positief advies uitgebracht door de onderwijsconsulent. Voor plaatsing in het VSO is een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) nodig. 10. Dossiervorming en privacy Op Melanchthon Schiebroek wordt gebruik gemaakt van het digitale leerlingvolgsysteem SOM. In SOM worden de persoonsgegevens, de school van herkomst, cijfers, absentie en OPP s bijgehouden. Voordat een leerling besproken wordt in het ZAT, wordt toestemming gevraagd aan de leerling en ouders. Ook bij begeleiding of onderzoek door schoolmaatschappelijk werker of schoolpsycholoog wordt vooraf om toestemming gevraagd. Onderzoeksverslagen worden, na toestemming van leerling en ouders, in SOM gehangen. Melanchthon Schiebroek werkt ook met SISA (Signaleringsinstrument Sluitende Aanpak). SISA is een digitaal signaleringssysteem dat bijhoudt of meerdere instanties hulp bieden aan hetzelfde kind. Bij meldingen in SISA worden ouders geïnformeerd. Bij gegevensuitwisseling tussen instellingen gelden de privacy regels van de jeugdzorg. 8

Indien het gaat om de veiligheid van het personeel of de leerlingen, bestaat de mogelijkheid dat de algemene directie van Melanchthon of de vestigingsdirectie gegevens van leerlingen aan derden, zoals politie of andere scholen verschaft. Hierbij wordt de Wet Bescherming Persoonsgegevens in acht genomen. 11. Grenzen en kaders In de schoolondersteuningsprofielen is vastgelegd welke zorg de verschillende Melanchthonvestigingen kunnen bieden. Deze schoolondersteuningsprofielen zijn inzichtelijk op de website van de school. Deze zogenaamde referentiekaders helpen de vestigingen bij het bepalen van de grenzen aan zorg. De school heeft een bepaalde draagkracht en heeft daarnaast de professionele verantwoordelijkheid om aan te geven wanneer de grenzen aan zorg bereikt zijn. Dit zal per individu bekeken worden. Factoren die bepalend zijn bij het bepalen van grenzen aan de zorg zijn: - Kan de vestiging de begeleiding bieden die de leerling nodig heeft? - Hoeveel zorgleerlingen zitten er in de klas waar de leerling geplaatst gaat worden? Indien een leerling een bedreiging vormt voor andere leerlingen, docenten of de school als geheel, dan heeft de school het recht een leerling van school te verwijderen. 12. Anti-pestbeleid Ons streven is om een pestvrije school te zijn. We willen er samen voor zorgen dat leerlingen en medewerkers zich veilig en prettig voelen op school. Dat betekent dat we pesten proberen te voorkomen én dat we pesten stevig aanpakken. Het voorkomen van pesten doen we als volgt: - Er zijn duidelijke gedragsregels in de school. Iedere mentor besteedt er aandacht aan in zijn/haar klas. - In de eerste weken van het schooljaar is er in alle jaren bijzondere aandacht voor positieve groepsvorming. - We werken met de methode Leefstijl, waarin pesten aan de orde komt. - We monitoren gevoelens van veiligheid en welzijn bij leerlingen door middel van vragenlijsten en mentorgesprekken. - Op school worden sociale vaardigheidstrainingen gegeven. Voor het aanpakken van pesten geldt het volgende: - Binnen Melanchthon is er een anti-pestbeleid (zie www.melanchthon.nl Onderwijs Downloads). Daarin staat verwoord welke stappen we ondernemen wanneer er gepest wordt. Uitgangspunt hierbij is het zogenaamde vijf sporenbeleid: de aanpak van pesten wordt via vijf sporen gedaan, namelijk de gepeste, de pester, de 9

klasgenoten, de medewerkers en de ouders. De directie wordt altijd op de hoogte gesteld en incidenten worden gemeld in ons registratiesysteem SOM. - Op onze school zijn er twee anti-pestcoordinatoren: Ilse Immink voor de onderbouw (iimmink@melanchthon.nl) en Jaap Schep voor de bovenbouw (jschep@melanchthon.nl). Zij zijn het aanspreekpunt als het gaat om het voorkomen en aanpakken van pesten. - Binnen Melanchthon hebben we ook een algemeen anti-pestcoordinator: Serge Klaassen (sklaassen1@melanchthon.nl). Hij geeft de scholen binnen Melanchthon advies en houdt de ontwikkelingen op het gebied van antipestbeleid bij. 13. Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Melanchthon is verplicht te werken met de meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Het doel van deze meldcode is om mishandeling en huiselijk geweld te voorkomen en tegen te gaan. Het gaat erom dat er op tijd wordt gesignaleerd en dat er iets gedaan wordt met de signalen. Contactpersonen op dit gebied zijn Karin van der Veen (zorgcoördinator) en Conchita Oosterling (SMW). 10

Bijlagen Leerlingen met dyslexie In ons dyslexiebeleid werken we volgens het protocol Dyslexie VO. Hieronder volgen de procedures voor leerlingen zonder en met dyslexieverklaring. Leerlingen zonder dyslexieverklaring: screening in de brugklas 1. Alle leerlingen uit de brugklas maken in september bij Nederlands de instaptoets. De docent Nederlands levert een lijst met leerlingen aan die lage scores op de instaptoets hebben behaald. 2. De dyslexiecoach doet een dossieranalyse (SOM en papier) van de lijst met leerlingen. a. Zij let op lage scores op het PO voor spellen en technisch lezen ten opzichte van de overige resultaten en cognitieve capaciteiten. b. Zij let op vermoedens van dyslexie aangegeven door ouders of de basisschool. c. Zij let op extra begeleiding van lezen en/of spellen die al heeft plaatsgevonden. d. Zij vraagt de taaldocenten (Nederlands, Engels en Frans) een korte vragenlijst in te vullen over deze leerlingen om hun ervaringen op het gebied van lezen en spellen weer te geven. Dit verzoek gaat ter informatie als cc naar de mentor. Aan de hand van de gegevens bij stap 1 en 2 selecteert zij een groep leerlingen die opvallen en verder onderzocht zullen worden. 3. De dyslexiecoach neemt in groepsverband het PI-dictee af. Dit dictee zal normatief en kwalitatief beoordeeld worden, in samenwerking met de schoolpsycholoog. Hierna wordt er een selectere groep leerlingen vastgesteld die verder onderzocht zullen worden. 4. De ouders worden geïnformeerd als hun kind geselecteerd is voor verder onderzoek. 5. De dyslexiecoach neemt individueel de Brus en Klepel af. 6. De dyslexiecoach maakt een verslag van één A4 en voegt als bijlagen kopieën van de LVSgegevens toe. 7. Ouders worden opnieuw op de hoogte gesteld via de mentor. 8. RT of extra begeleiding op het gebied van lezen en spellen: a. Indien er RT of extra begeleiding op de basisschool heeft plaatsgevonden, kan de leerling doorverwezen worden voor een dyslexie-onderzoek. b. Indien er geen RT of extra begeleiding op de basisschool heeft plaatsgevonden, dan wordt deze begeleiding gedurende ongeveer vier maanden (oktober t/m januari) verzorgd. 9. Na de begeleiding vindt er een nameting plaats van het PI-dictee en Brus en Klepel (stap 3 t/m 5/6). Eventueel worden ouders doorverwezen voor een dyslexie-onderzoek. Tot slot zullen er leerlingen zijn die in eerste instantie niet opvallen, en later in het brugklasjaar wel opvallen. Deze leerlingen worden ook onderzocht (vanaf stap 2). 11

NB. De doorverwijzing voor een dyslexie-onderzoek is een advies. Ouders zijn niet verplicht dit advies op te volgen. De verantwoordelijkheid voor de aanvraag van een dyslexieonderzoek ligt bij ouders. Het dyslexie-onderzoek kan uitgevoerd worden bij CVO Accent. Ouders zijn vrij te kiezen bij welke partij zij het onderzoek willen laten uitvoeren. De kosten van het dyslexie-onderzoek zijn voor ouders. Leerlingen met dyslexieverklaring De leerlingen uit de brugklas met dyslexie worden in het begin van het schooljaar als groep geïnformeerd over hun rechten en plichten en krijgen een formulier mee waarop zij hun wensen kunnen aangeven ten aanzien van extra tijd en laptopgebruik bij het maken van toetsen. Er vinden in kleine groepjes gesprekken plaats tussen de dyslexiecoach en de dyslectische leerlingen uit de brugklas om nader kennis te maken. De leerlingen kunnen aangeven waar zij behoefte aan hebben. De dyslexiecoach kan uitleggen wat haar rol is en wat zij voor de leerlingen kan betekenen. In november vindt er een ouderavond voor de brugklassen plaats waarop ouders geïnformeerd worden over dyslexie. Ouders worden dan ook geïnformeerd over de rol van de dyslexiecoach en kunnen samen met hun kind bepalen of de leerling wil deelnemen aan ondersteuning. De brugklasleerlingen met dyslexie die zich opgegeven hebben, krijgen in (klein) groepsverband ondersteuning van de dyslexiecoach op het gebied van leren en omgaan met dyslexie. In de tweede helft van het jaar start de dyslexiecoach met het opzetten van ondersteuning van dyslecten in klas 2 t/m 6 op basis van behoefte. Daarnaast is de dyslexiecoach gedurende het hele jaar vraagbaak voor de leerlingen met dyslexie in alle klassen via het mailadres dyslexiecoach@melanchthon.nl. NB. Er zijn voor ouders geen kosten verbonden aan de begeleiding door de dyslexiecoach. Naast de begeleiding door de dyslexiecoach hebben leerlingen de mogelijkheid om individueel ondersteund te worden door een remedial teacher. Deze begeleiding wordt vormgegeven aan de hand van de vraag van de leerling en zijn/haar ouders. De remedial teaching kan bijvoorbeeld gericht zijn op huiswerkbegeleiding of vakspecifieke ondersteuning. De kosten van de remedial teaching zijn voor ouders. 12

Algemene regelgeving dyslexie: Toetsafname o o Voor toetsen die tijdens reguliere lessen worden afgenomen kan de docent kiezen uit de twee hieronder vermelde mogelijkheden: De reguliere toets duurt 60/65 minuten, zodat de leerlingen met extra tijd (20%) 75/80 minuten de tijd hebben. of De reguliere toets wordt voor leerlingen met extra tijd voor 20% (van de vragen/opdrachten) ingekort. In de toetsweek zit de leerling in het extra-tijdlokaal. Toetsaanpassingen o Alle toetsen worden gemaakt in Arial, lettergrootte 12, regelstand 1 (zelfde systematiek als bij de examens). o De leerling heeft, behalve bij de kennistoetsen van de moderne vreemde talen, recht op het maken van de toets op een laptop van school; hij/zij mag daarbij ook gebruik maken van de spellingscontrole. Bij het maken van de toets, met of zonder laptop, gelden de voor alle leerlingen geldende spellingsen taalregels en de daarbij horende puntenaftrekregeling. o Bij kennistoetsen van de moderne vreemde talen worden de toetsen handgeschreven gemaakt. Bij de beoordeling wordt rekening gehouden met spellingsfouten. Praktische opdrachten en handelingsdelen Bij praktische opdrachten en/of handelingsdelen die op de computer gemaakt worden gelden de voor ieder geldende spellings- en taalregels en de daarbij horende puntenaftrekregeling, zoals die in de opdracht staat opgenomen. Van zowel de dyslectische als de niet-dyslectische leerling wordt verwacht dat hij/zij bij dergelijke opdrachten de spellingscontrole gebruikt. Specifieke regelgeving onderbouw: In de onderbouw zijn voor de moderne vreemde talen en Nederlands afspraken gemaakt ten aanzien van het nakijken: o Er zijn geen aanpassingen ten aanzien van grammatica, werkwoordspelling en interpunctie (deze taalonderdelen zijn middels regels en oefening aan te leren). 13

o o Ten aanzien van de overige spelling geldt dat fonetische fouten niet worden aangerekend. Herhalingsfouten worden slechts eenmaal gerekend. Bij het vak Nederlands geldt dat onderdelen van toetsen waarin bepaalde spellingsonderdelen worden getoetst niet door de dyslectische leerling worden gemaakt. In het eerste en tweede leerjaar heeft de leerling eenmaal per half jaar de mogelijkheid één toets mondeling te doen in een vak naar keuze. Dit wordt in samenspraak met leerling, docent en ljc/afdelingshoofd kortgesloten. Het is niet toegestaan een dyslectische leerling minder boeken of minder woordjes te laten lezen/leren. Specifieke regelgeving bovenbouw: In de bovenbouw van het atheneum is het volgen van het vak Frans of Duits verplicht. In bijzondere gevallen bestaat de mogelijkheid om dispensatie te verlenen voor dit vak. De ouders van de leerlingen in vwo-3 zullen voor 1 december a.s. een schrijven ontvangen inzake de procedure en criteria omtrent de dispensatieregeling. Uw zoon/dochter is in het bezit van een PTA; in het PTA staat exact weergegeven welke wettelijke rechten uw zoon/dochter heeft in de bovenbouw en op het eindexamen. Gebruik hulpmiddelen Door school wordt één boekenpakket verstrekt, ofwel een digitale ofwel een papieren versie. Indien uw zoon/dochter van beiden gebruik wil maken, dient u de digitale versie zelf bij Dedicon te bestellen. Melanchthon Schiebroek heeft een schoollicentie Claroread. Hiervan kan gebruik gemaakt worden na overleg met het zorgteam. Welke verwachtingen hebben wij als school t.a.v. leerlingen met dyslexie? In het dyslexierapport staat exact omschreven op welke wijze de leerling het beste kan leren. Van een dyslectische leerling mag ondanks de aanpassing(en) meer inzet worden verwacht. De leerling vraagt feedback aan de docent en maak duidelijk van welke toegestane hulpmiddelen hij/zij gebruik wenst te maken. De leerling wordt geadviseerd gestructureerde aantekeningen te maken of de aantekeningen van klasgenoten te kopiëren als het eigen werk niet voldoet. 14

Het leren van woordjes en het lezen van boeken is voor veel dyslectische leerlingen extra moeilijk. Toch is het van essentieel belang voor de voortgang op havo en vwo dat woorden geleerd en boeken gelezen worden. Het vergroot de woordenschat wat zeer belangrijk is voor het examen. Het leren van vooral de talen kost meer tijd. Het is belangrijk dat de leerling hiermee rekening houdt met zijn/haar planning. Uiteraard verwachten wij van de docenten van Melanchthon Schiebroek dat ze weten wat dyslexie is en dat zij bovenstaande afspraken zullen naleven. 15

Leerlingen met ADHD Onze visie op het gebied van ADHD is in ontwikkeling. Op dit moment geldt het volgende: Indien nodig, wordt in overleg tussen school, leerling en ouders een OPP opgesteld met jaardoelen, belemmerende en bevorderende factoren, onderwijsbehoeften en concrete afspraken. Op school bestaat de mogelijkheid om deel te nemen aan de Supportgroep Planning en Organisatie. Ook bestaat de mogelijkheid tot begeleiding (in een klein groepje of individueel) door de begeleider passend onderwijs. Doelen, frequentie en duur worden vastgelegd in het OPP. Het innemen van medicatie is de verantwoordelijkheid van ouders en leerling (zie het medicijnprotocol op www.melanchthon.nl). Indien in een deskundigenverklaring is aangegeven dat een leerling er baat bij heeft, komt de leerling in aanmerking voor extra tijd bij toetsen en/of het gebruik van een laptop. Binnen de school bestaat de mogelijkheid tot het volgen van remedial teaching. Dit is voor rekening van de ouders. 16

Ontwikkelingsperspectiefplan Light Naam: Klas: Datum: 1. Welk diploma wil ik halen? 2. Welk doel wil ik dit jaar hier op school halen? 3. Wat helpt mij om mijn doel te halen? 4. Wat maakt het voor mij moeilijk om mijn doel te halen? 5. Wat kan en moet ik zelf doen om mijn doel te halen? 6. Wat kunnen docenten doen om mij te helpen mijn doelen te halen? 7. Wat kunnen klasgenoten doen om mij te helpen mijn doelen te halen? 8. Wat kunnen mijn ouders doen om mij te helpen mijn doelen te halen? 17