Examen VMBO-KB 2006 ECONOMIE CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 23 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Vergelijkbare documenten
Examen VMBO-GL en TL COMPEX 2006

Eindexamen economie compex vmbo gl/tl I

Examen VMBO-GL en TL 2006

Eindexamen economie vmbo gl/tl I

Bijlage VMBO-KB 2006 ECONOMIE CSE KB. tijdvak 1

Bijlage VMBO-GL en TL 2006

Correctievoorschrift VMBO-KB 2006

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6

Examen VMBO-BB 2005 ECONOMIE CSE BB. tijdvak 1 donderdag 2 juni uur Versie vaststelling. Naam kandidaat Kandidaatnummer

Eindexamen economie vmbo gl/tl I

5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op.

Examen VMBO-GL en TL - COMPEX

Werken of vrije tijd?

Eindexamen economie compex vmbo gl/tl I

Examen VMBO-BB 2006 ECONOMIE CSE BB. tijdvak 1 donderdag 1 juni uur. Naam kandidaat Kandidaatnummer

economie CSE GL en TL COMPEX

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie

Kees begint voor zichzelf (of niet)!

Examen VMBO-GL en TL-COMPEX 2005

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2006

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 vrijdag 20 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Economie Pincode klas 3 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 5: Aan de slag! Exameneenheid: Arbeid en productie

5.2 Wie is er werkloos?

5.1 Wie is er werkloos?

Indexcijfer productie= indexcijfer werkgelegenheid x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Examen VMBO-BB 2005 ECONOMIE CSE BB. tijdvak uur. Naam kandidaat Kandidaatnummer

Examen VMBO-GL en TL - COMPEX

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6

Correctievoorschrift VMBO-BB 2006

> betaald > formele sector: wit > informele sector: zwart > onbetaald > informele sector

Examen VMBO-GL en TL COMPEX 2006

Eindexamen economie 1 vwo 2001-II

Samenvatting Economie Module 4, hoofdstuk 9-12

economie 1 Compex Je geeft de antwoorden op deze vragen op papier, tenzij anders is aangegeven.

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2

Examen HAVO. Economie 1

7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op

Examenopgaven VMBO-KB 2004

Uit de folder van de bank: leningtabel persoonlijke lening

Examen VMBO-GL en TL-COMPEX 2005

Samenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 4

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL COMPEX 2006

Examen HAVO en VHBO. Economie 1,2 oude en nieuwe stijl

Examen VMBO-KB 2005 ECONOMIE CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 21 juni uur versie 2. Bij dit examen hoort een bijlage.

UIT de arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

Kaarten module 4 derde klas

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 3: Een eigen bedrijf

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 maandag 13 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Vraag naar arbeid vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 vrijdag 20 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Werken voor loon of voor winst? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 4 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 1.9 en 1.

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3

Eindexamen economie 1 havo 2000-I

Examen VMBO-BB. economie CSE BB. woensdag 26 mei uur. Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje.

Inkomen en economie vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema: Arbeidsmarkt vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Als ik mijn baan kwijtraak. Voorkom dat u werkloos wordt Hoe komt u weer aan werk? Wat moet u doen voor een WW-uitkering?

Aanbod van arbeid vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en arbeidsmarkt? (openstaande)vacatures. 2)Noem een ander woord voor Werkenden werkgelegenheid.

1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en (openstaande)vacatures. arbeidsmarkt? Werkenden 2)Noem een ander woord voor

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 vrijdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Geboorteoverschot: Bij een geboorteoverschot worden er per jaar meer mensen geboren dan er sterven.

Arbeid = arbeiders = mensen

aanbod van arbeid: alle mensen tussen de 15 en de 65 die willen, kunnen en mogen werken. (werknemers, zelfstandigen en werklozen)

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 23 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Markt en overheid - uitwerkingen bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6

Correctievoorschrift VMBO-KB

7,2. Samenvatting door een scholier 1510 woorden 30 maart keer beoordeeld

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I

4,3. Samenvatting door een scholier 2003 woorden 31 oktober keer beoordeeld

4,8. Samenvatting door een scholier 1776 woorden 6 december keer beoordeeld

Een product begint als grondstof en daarna word het verwerkt tot een eindproduct.

Vormen van werkloosheid vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Eindexamen economie 1-2 havo 2002-I

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Conjuncturele werkloosheid vmbo-kgt34

Arbeidsovereenkoms vmbo-b34

HOOFDSTUK 14: OEFENINGEN

Examen VMBO-GL en TL 2006

Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari keer beoordeeld

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Aantekeningen VWO-6 Economie Lesbrief Economische Modellen

Nog meer werkloosheid vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

9 Nettowinst + bedrijfskosten = brutowinst. Brutowinst + inkoopwaarde = omzet = =

Examen VMBO-GL en TL 2005

Examen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 woensdag 27 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II

Bij produceren gaat echt om alle activiteiten die gericht zijn op het maken van producten of het verrichten van diensten.

Examen VMBO-GL en TL. economie CSE GL en TL. tijdvak 1 vrijdag 20 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Bijlage VMBO-KB 2005 ECONOMIE CSE KB. tijdvak b

Beroepsbevolking: het aantal mensen tussen de 15 en 65 jaar, dat meer dan 12 uur per week wil en kan werken.

Vormen van werkloosheid vmbo-b34

6,9. Samenvatting door een scholier 1762 woorden 21 februari keer beoordeeld. Arbeidsmarkt

Transcriptie:

Examen VMBO-KB 2006 tijdvak 1 dinsdag 23 mei 13.30 15.30 uur ECONOMIE CSE KB Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 41 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 48 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten maximaal behaald kunnen worden. 600013-1-651o

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. VRAGEN STAAT VRIJ Bij de beantwoording van de vragen 1 tot en met 5 moet je soms gebruikmaken van de informatiebronnen 1 en 2 in de bijlage. Gebruik informatiebron 1. 1p 1 Hoeveel uur per week is Anneke sinds mei 2005 bezig met het bezorgen van de zondagskrant? Laat de berekening zien. 1p 2 Is het bezorgen van kranten door Anneke formele arbeid of informele arbeid? A Formele arbeid, want Anneke is over haar salaris loonheffingplichtig. B Formele arbeid, want Anneke werkt twee dagen per week. C Informele arbeid, want Anneke verdient heel weinig geld. D Informele arbeid, want Anneke zit nog op school. 1p 3 Voordat de kranten worden rondgebracht, moeten ze ook nog worden gevouwen. Wanneer is hierbij sprake van arbeidsintensieve productie? Gebruik informatiebron 2. 2p 4 De vader van Anneke beweert dat zijn dochter minder dan het minimumjeugdloon verdient. Toon met een berekening aan dat hij gelijk heeft. 1p 5 Met het bezorgen van de zondagskrant verdien je niet veel. Wat kan daarvoor de verklaring zijn? A Er is veel belangstelling bij werkgevers voor dit werk en dus veel vraag naar arbeid. B Er is veel belangstelling van jongeren voor dit werk en dus veel aanbod van arbeid. C Er is weinig belangstelling bij werkgevers voor dit werk en dus weinig vraag naar arbeid. D Er is weinig belangstelling van jongeren voor dit werk en dus weinig aanbod van arbeid. 600013-1-651o 2 ga naar de volgende pagina

DRINK MET MATE Bij de beantwoording van de vragen 6 tot en met 10 hoef je geen gebruik te maken van informatiebronnen in de bijlage. In 2003 is in Nederland opnieuw minder bier gedronken. Per hoofd van de bevolking werd in dat jaar 78,7 liter bier geconsumeerd. In 2002 was dat nog 79,9 liter. De bierconsumptie daalt sinds het begin van de jaren negentig geleidelijk. In 1990 werd nog 91 liter per hoofd van de bevolking geconsumeerd. 1p 6 Tot welke sector behoren bierbrouwerijen? A commerciële dienstverlening B industrie C landbouw en visserij D niet-commerciële dienstverlening 2p 7 De Nederlandse bierbrouwers brouwen hun bier voor het binnen- en het buitenland. Met hoeveel procent is de binnenlandse bierconsumptie in 2003 gedaald ten opzichte van 1990? Laat de berekening zien. 1p 8 Om kosten te besparen willen sommige bierbrouwers hun productiecapaciteit verhuizen naar het buitenland. Dat leidt tot werkloosheid in Nederland. Hoe wordt deze soort werkloosheid genoemd? A conjuncturele werkloosheid B frictiewerkloosheid C seizoenswerkloosheid D structurele werkloosheid 1p 9 Het buitenland heeft grote behoefte aan het Nederlandse bier. Als een bierbrouwerij verhuist naar het buitenland kunnen andere bedrijven in Nederland minder omzet behalen. Geef een voorbeeld van een bedrijf in Nederland dat een omzetdaling kan verwachten, wanneer een bierbrouwerij verhuist naar het buitenland. 1p 10 Behalve structurele werkloosheid kan er in een land sprake zijn van conjuncturele werkloosheid. Deze is in Nederland vanaf 2000 aanzienlijk toegenomen. In de troonrede van 2004 werd hier door de koningin aandacht aan besteed. Zij kondigde aan dat de overheid de conjuncturele werkloosheid wilde gaan bestrijden. Noem een maatregel die de overheid kan nemen om de conjuncturele werkloosheid te bestrijden. 600013-1-651o 3 ga naar de volgende pagina

B.V. ANTOP Bij de beantwoording van de vragen 11 tot en met 15 hoef je geen gebruik te maken van informatiebronnen in de bijlage. B.V. Antop is een drukkerij die uitsluitend woordenboeken produceert. Van B.V. Antop zijn de volgende gegevens bekend. Alle bedragen zijn exclusief BTW. Jaar 2005 Omzet 1.570.800 Prijs per woordenboek 8 Kosten papier 280.000 Kosten andere grondstoffen 150.000 Personeelskosten 700.000 Kosten van het gebouw 100.000 Machinekosten 150.000 Aantal werknemers 14 1p 11 B.V. Antop maakt, net zoals andere drukkerijen, onderdeel uit van een bedrijfskolom. Wat is een bedrijfskolom? 1p 12 Hoeveel bedraagt de afzet van B.V. Antop in 2005? A 112.200 B 172.500 C 196.350 D 214.150 2p 13 Hoeveel bedraagt de nettowinst van B.V. Antop over 2005? Laat de berekening zien. 1p 14 De directeur bekijkt de gegevens over de afzet, de nettowinst en de arbeidsproductiviteit. Dat kan beter, denkt hij. B.V. Antop moet in 2006 meer kunnen verkopen. We moeten dan wel gaan automatiseren, zegt hij. Hieronder staan enkele tussenstappen. 1 de loonkosten dalen 2 werknemers worden ontslagen 3 de verkoopprijs kan dalen In welke van de onderstaande regels staan de tussenstappen in een zodanige volgorde dat ze de gedachtegang van de directeur goed weergeven? A automatisering 1 2 3 grotere verkoop B automatisering 1 3 2 grotere verkoop C automatisering 2 1 3 grotere verkoop D automatisering 2 3 1 grotere verkoop E automatisering 3 2 1 grotere verkoop F automatisering 3 1 2 grotere verkoop 600013-1-651o 4 ga naar de volgende pagina

1p 15 Bekijk nogmaals de tabel. De directeur besluit tot automatisering. De verwachte gevolgen in 2006 zullen zijn: 1 Er worden 6 werknemers ontslagen. 2 Hierdoor dalen de personeelskosten met 300.000. 3 De machinekosten stijgen met 150.000. De andere gegevens blijven gelijk. Met hoeveel euro s stijgt de nettowinst in 2006 na de automatisering? Laat de berekening zien. V/M Bij de beantwoording van de vragen 16 tot en met 20 moet je soms gebruikmaken van de informatiebronnen 3 en 4 in de bijlage. Je zult maar vrouw zijn en betaald werk willen doen. Dat vind je niet zo snel. Dit kan afgeleid worden uit de werkloosheidscijfers. Gebruik informatiebron 3. 1p 16 Hoeveel procent van de vrouwelijke beroepsbevolking in 2003 is werkloos? Laat de berekening zien. Gebruik informatiebron 4. 1p 17 Vrouwen nemen een groter deel van de verzorging van een kind voor hun rekening dan mannen. Vaak gaan vrouwen na de geboorte van hun eerste kind minder betaald werk verrichten of houden ze helemaal met betaald werken op. Op hoeveel procent van de vrouwen zijn bovenstaande feiten van toepassing? A 14% B 24% C 45% D 69% E 83% 1p 18 Sommige vrouwen gaan juist meer betaald werk verrichten nadat ze hun eerste kind hebben gekregen. Geef een reden waarom sommige vrouwen juist meer uren gaan werken. 1p 19 Ellen is 40 jaar en getrouwd met Bart. Ze hebben drie kinderen. Nu het jongste kind vier jaar geworden is en naar de basisschool gaat, wil Ellen weer betaald werk gaan doen. Maar een baan vinden valt niet mee. Ellen vindt dat werkgevers en overheid hier een taak hebben. Ellen doet een voorstel: Geef vrouwen met kinderen de mogelijkheid op afstand te werken. In plaats van op kantoor kan ik mijn werk thuis achter de computer doen. Leg uit waarom dit voorstel gunstig is voor vrouwen met kinderen die betaald werk willen doen. 600013-1-651o 5 ga naar de volgende pagina

1p 20 Om de kansen van vrouwen op het vinden van een baan te vergroten, staat in personeelsadvertenties wel de zin: bij gelijke geschiktheid gaat onze voorkeur uit naar een vrouw. De VVD stelde onlangs voor deze zin weg te laten. Ben jij het eens met de VVD of niet? Geef een argument voor je mening. HET VAKANTIEBAANTJE VAN RICK Bij de beantwoording van de vragen 21 tot en met 25 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 5 in de bijlage. Het schooljaar is bijna afgelopen. Rick, 15 jaar, zoekt nu een vakantiebaantje. Hij wil zich eerst goed laten voorlichten. Daarom gaat hij eerst naar het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI). 1p 21 Hieronder staat een aantal onderwerpen die te maken hebben met werkloosheid. 1 bemiddelen tussen werkgevers en werkzoekenden 2 werkzoekenden helpen bij het vinden van een baan 3 informatie geven over uitkeringen Welke onderwerpen horen bij het CWI? A alle 3 B alleen 1 C alleen 2 D uitsluitend 1 en 2 E uitsluitend 1 en 3 F uitsluitend 2 en 3 1p 22 Na een kennismakingsgesprek wordt Rick aangenomen bij een drankengroothandel. Werkgevers maken graag gebruik van de diensten van jongeren die nog op school zitten. Geef hiervoor een verklaring. 1p 23 Rick kan vijf weken fulltime gaan werken in het magazijn. Hij moet wel eerst een arbeidsovereenkomst afsluiten. Hoort Rick deze vijf weken nu tot de beroepsbevolking? Verklaar je antwoord. 1p 24 In een arbeidsovereenkomst staan primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden. Rick krijgt een paar schoenen met stalen neuzen die hij tijdens het werk moet dragen. Leg uit dat het dragen van deze schoenen tot de secundaire arbeidsvoorwaarden hoort. Gebruik informatiebron 5. 2p 25 Rick is twee weken aan het werk. Hij ontvangt het salarisoverzicht. Volgens de CAO geldt voor dit bedrijf een 38-urige werkweek. Bereken het brutosalaris per maand bij een volledige werkweek. Laat de berekening zien. 600013-1-651o 6 ga naar de volgende pagina

LEVEN MET HOUT Bij de beantwoording van de vragen 26 tot en met 31 hoef je geen gebruik te maken van informatiebronnen in de bijlage. In ons land zijn we de laatste jaren steeds meer hout gaan gebruiken, waaronder tropisch hardhout. FSC Nederland is een stichting zonder winstoogmerk. Ook milieu- en ontwikkelingsorganisaties zijn actief in FSC Nederland. Doel van FSC Nederland is een actieve bijdrage te leveren aan duurzaam bosbeheer door het vergroten van het marktaandeel FSC-hout op de Nederlandse markt. 1p 26 Het houtgebruik neemt voortdurend toe. Geef hiervoor één oorzaak. 1p 27 Wat wordt bedoeld met duurzaam bosbeheer? 1p 28 Milieuorganisaties vinden dat niet-duurzaam geproduceerd hout te goedkoop is. Niet alle kosten van de houtproductie worden in de verkoopprijs doorberekend. Dat geldt trouwens wel voor meer producten, aldus een woordvoerder van een milieuorganisatie. Noem een voorbeeld van kosten die een gevolg zijn van productie, maar die niet in de prijs worden doorberekend. 1p 29 Van al het verkochte hout was in 2004 11% FSC-hout. In totaal werd in 2004 in Nederland 7.000.000 m 3 hout verkocht. FSC wil in 2005 een marktaandeel van 12% bereiken. Hoeveel m 3 FSC-hout moet er dan in 2005 verkocht worden als de totale houtverkoop in Nederland gelijk blijft? Laat de berekening zien. 1p 30 De overheid kan ervoor zorgen dat er meer milieuvriendelijk hout gekocht wordt. De overheid kan dat doen door middel van subsidies en heffingen. Leg uit hoe de overheid er door middel van heffingen voor kan zorgen dat mensen meer milieuvriendelijk hout gaan kopen. 2p 31 Consumeren leidt tot een afvalprobleem, zegt Karel. Zijn vader is het daar niet mee eens. Volgens hem geldt dat niet voor het hout dat hij gebruikt. Hij haalt namelijk overal sloophout op en verstookt dat in zijn open haard. Zo werkt hij volgens hem mee aan een schoner milieu. Karel is het niet met zijn vader eens. Met wie ben jij het eens? Met Karel of zijn vader? Gebruik in je antwoord zowel een argument voor het standpunt van Karel als een argument voor het standpunt van Karels vader. 600013-1-651o 7 ga naar de volgende pagina

LAWAAI IN DE POLDER Bij de beantwoording van de vragen 32 tot en met 36 hoef je geen gebruik te maken van informatiebronnen in de bijlage. Er is de laatste tijd veel kabaal over onze luchthaven Schiphol. Niet alleen de vliegtuigen maken veel herrie. Er is ook een luidruchtige discussie over de vraag: kan Schiphol doorgroeien, ja of nee? Bekijk onderstaande tabel. Gegevens Schiphol 1993 1997 2003 Vervoerde vracht (kg) 775.386 1.161.234 1.306.155 Aantal passagiersbewegingen 21.274.000 31.570.000 39.960.000 2p 32 De hoeveelheid vracht en het aantal passagiers zijn sterk gestegen. Geef twee oorzaken voor de sterke toename van het aantal passagiers. 1p 33 De directie van Schiphol wil dat Schiphol een flinke groei doormaakt. Volgens de directie is Schiphol belangrijk voor de Nederlandse economie. In 2003 werkten er ruim 57.000 mensen op Schiphol. Naast werkgelegenheid is Schiphol om andere redenen belangrijk voor de Nederlandse economie. Noem een andere reden. 1p 34 Om geluidsoverlast in dichtbevolkte gebieden te verminderen, werd in 2003 de Polderbaan in gebruik genomen. De directie van Schiphol beweerde dat door gebruik te maken van de Polderbaan, men over gebieden kan vliegen waar minder mensen wonen. De milieubeweging was fel tegen de komst van de Polderbaan. Volgens de milieubeweging betekent de Polderbaan voor de toekomst meer vliegtuiglawaai. Geef een verklaring voor het standpunt van de milieubeweging. 1p 35 In de omgeving van Schiphol worden veel huizen geïsoleerd om het lawaai buiten te houden. In 1995 schatte men dat 21.500 huizen geïsoleerd moesten worden. De kosten werden geschat op 234 miljoen. In 2004 heeft men het aantal te isoleren huizen teruggebracht tot 7.047. De totale kosten van dit project bedragen nu echter 399 miljoen. Hoeveel bedragen de kosten van het isoleren per huis in 2004? Laat de berekening zien. 2p 36 De vraag: moet Schiphol groeien?, beantwoordt de directie van Schiphol met ja en de milieubeweging met nee. Wat vind jij: moet Schiphol kunnen groeien of niet? Als je voor de directie van Schiphol kiest, moet je aangeven waarom je een argument dat de directie van Schiphol kan gebruiken belangrijker vindt dan een argument dat de milieubeweging kan gebruiken. Als je voor de milieubeweging kiest, moet je aangeven waarom je een argument dat de milieubeweging kan gebruiken belangrijker vindt dan een argument dat de directie van Schiphol kan gebruiken. 600013-1-651o 8 ga naar de volgende pagina

ALBERT HEIJN, DE PRIJZENOORLOG Bij de beantwoording van de vragen 37 tot en met 41 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 6 in de bijlage. In 2003 kondigde Albert Heijn een prijsverlaging van zijn producten aan. Het was het begin van de prijzenoorlog. Eind 2004 constateerde Albert Heijn dat, ondanks de lagere prijzen, de omzet gelijk was gebleven aan het voorgaande jaar. 1p 37 Hoe heeft de afzet van Albert Heijn zich in deze periode ontwikkeld? A De afzet van Albert Heijn is gedaald. B De afzet van Albert Heijn is gelijk gebleven. C De afzet van Albert Heijn is gestegen. 1p 38 Albert Heijn wil, ondanks de prijsverlagingen, de brutowinst gelijk houden. Hoe kan Albert Heijn de brutowinst gelijk houden? Dat is mogelijk door A afspraken te maken met leveranciers over lagere inkoopprijzen. B de werknemers minder loon uit te betalen. C een aantal filialen te sluiten. D een aantal werknemers te ontslaan. Gebruik informatiebron 6. 1p 39 Waarom willen supermarkten juist werknemers van 23 jaar en ouder ontslaan? Geef een reden. 1p 40 Edwin werkt nu al jaren bij Albert Heijn. Hij was 17 jaar toen hij er kwam werken. Hij maakte zelf afspraken met zijn werkgever en zijn ouders wisten niet precies wat hij had afgesproken. Is er destijds een geldige arbeidsovereenkomst gesloten? Verklaar je antwoord. 1p 41 De werkgevers willen werknemers langer laten werken. Edwin denkt daarom dat zijn werkgever een langere werkweek gaat invoeren. Zijn collega Tim denkt dat een werkgever niet zomaar de werk- en rusttijden mag veranderen. Wie heeft gelijk? A Edwin, maar dan moet de werkgever daar extra loon voor betalen. B Edwin, want de werkgevers kunnen dat elke werknemer verplichten. C Tim, want dat kunnen de werknemers naar eigen inzicht regelen. D Tim, want werk- en rusttijden kunnen veranderen bij de invoering van een nieuwe CAO. 600013-1-651o* 0000-0000 9 ga naar de volgende pagina einde