9 Nettowinst + bedrijfskosten = brutowinst. Brutowinst + inkoopwaarde = omzet = =
|
|
- Oscar Martens
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Boek4 Hoofdstuk 5: Aan de slag! Werk aan de winkel. a Voorbeelden zijn: tekst van de liedjes moet geschreven worden, muziek moet worden gecomponeerd (samengesteld), liedjes moeten opgenomen worden, op de cd worden gezet, er moeten meerdere cd s worden gemaakt (geperst), het hoesje moet worden ontworpen en gemaakt, de cd moet naar de muziekwinkel worden vervoerd. b Life Records kan proberen de plaat op de radio te laten draaien. De cd kan worden verkocht bij live optredens van Fix-Up. Ze kunnen ook op de site van de platenmaatschappij of de website van de band zelf reclame maken voor de cd. c Voorbeelden zijn: uit hoeveel uur een volledige werkweek bestaat, het minimum aantal vakantiedagen, de vaste vrije dagen, welk salarissen bij welke functies horen, welke vergoedingen de werkgever moet betalen. Weet je het nog? x = A : = Voorbeelden van bedrijfskosten zijn: lonen, kosten van het gebouw, reclamekosten, verzekeringspremies, rentekosten voor een lening en afschrijvingskosten. 4 a juist b onjuist 5 Het geld dat je ontvangt door producten te verkopen, is je (a) omzet. Daarvan moet je eerst de (b) inkoopwaarde van de producten aftrekken. Je houdt dan de (c) brutowinst over. Daarvan gaan de (d) bedrijfskosten af. Wat uiteindelijk overblijft is de (e) nettowinst. 6 D 7 a Omzet inkoopwaarde = brutowinst = b Brutowinst kosten = nettoresultaat ( ) = (-) c Dit is nettoverlies. 8 Voorbeelden zijn: goedkoper of minder personeel (eventueel uitzendkrachten), minder of anders reclame maken, kijken welke verzekeringsmaatschappij de goedkoopste verzekeringen heeft. 9 Nettowinst + bedrijfskosten = brutowinst. Brutowinst + inkoopwaarde = omzet = = ,74 + 0,10 (6%) = 1,84 11 Inkoopprijs + winst + btw = winkelprijs. 74, ,63(25%) = 93, ,69(19%) = 110,82 12 a Voorbeelden zijn: advocaat, tandarts, huisarts, opticien, leraar. b Voorbeelden zijn: tuinbouwmedewerker, vuilnisophaler, koerier, vakkenvuller, postbode. 13 Leidinggevende functie Bedrijfsleider bank Uitvoerende functie Administratief medewerker
2 Facilitair leidinggevende Filiaalmanager Hoofd informatie Logistiek teamleider Apothekersassistent Baliemedewerker Logistiek medewerker Onderwijsassistent Pedagogisch medewerker Verkeersspecialist 14 Werk in je eigen huishouden en vrijwilligerswerk. 15 a Mensen willen in deeltijd werken om tijd over te houden om andere dingen te doen. b De werknemer is niet altijd aanwezig en dat kan met het plannen van de werkzaamheden lastig zijn. 5.1 Hoeveel kost het? x 1,40 = De afzet kan zijn gestegen of de prijs per cd is hoger geworden. 3 a 22% = cd s, 1% = cd s, 100% = cd s b Zowel Track m als Mediamultus hebben 10% marktaandeel (het kleinste marktaandeel). 1% = cd s, 10% = cd s 4 De totale afzet daalde met 14% van = cd s. Dus de totale afzet werd = Het marktaandeel van CDTrack steeg met 9% en werd dus 22% + 9% = 31%. 31% van = cd s. De afzet van CDTrack is dus met = cd s gestegen. 5 a : = 15,80 b 15,80-10,30 = 5,50 c x 5,50 = a De omzet exclusief btw: = De inkoopwaarde exclusief btw: = Brutowinst: = b Brutowinst nettowinst = bedrijfskosten = Omzet x 14,35 Inkoopwaarde x 9,75 Brutowinst Bedrijfskosten ,7 + 9 miljoen Nettowinst C 9 a 19,90-3,18 = 16,72-12,80 = 3,92 brutowinst per cd b 3,92-3,45 = 0,47 nettoresultaat per cd 10 a Als de bedrijfskosten stijgen en de winkelier kan de verkoopprijs niet verhogen, zal zijn nettowinst lager worden. b De consument kan er voor kiezen het product in een andere winkel te kopen waar het goedkoper is. 11 a = : 8 = 850 afschrijving per jaar b c (4 x 850) = waarde na 4 jaar.
3 12 a De technische levensduur van een machine is voorbij als de machine versleten is. De economische levensduur loopt tot het moment dat de machine vervangen wordt, omdat een nieuwe, modernere machine goedkoper (en sneller) kan produceren. b Je kunt niet precies zeggen hoeveel een kapitaalgoed nog waard is na een bepaald aantal jaren. c Je weet niet hoeveel geld het nieuwe kapitaalgoed kost dat je wilt aanschaffen over een paar jaar. 13 a Inkoopprijs + brutowinstmarge = verkoopprijs excl. btw ,75(35%) = 573,75 b verkoopprijs excl. btw + btw = consumentprijs 573, ,01(19%) = 682,76 14 a 15,15-11,65 = 3,50 b ( 3,50 : 11,65) x 100 = 30% 15 a 16,85 = 119% 1% = 0,14 100% = 14,16 b 19,50 = 106% 100% = 18,40 + 3,50 (19%) = 21, Kun je meer produceren? 16 Er wordt steeds meer muziek gedownload en dus minder cd s gekocht. Dit heeft als gevolg dat er minder cd s worden gemaakt, omdat er minder vraag naar is. 17 Onderbezet. 18 Fabrieken maken tegenwoordig veel meer gebruik van machines. Deze machines kunnen in een bepaalde periode meer produceren dan dat mensen dat kunnen. 19 Foto 1: Bestaat over twintig jaar nog, omdat er altijd mensen zijn die cd s willen kopen. Bestaat over twintig jaar niet meer, omdat dan alle muziek wordt gedownload. Foto 2: Bestaat over twintig jaar nog, omdat mensen foto s willen laten afdrukken en pasfoto s willen laten maken. Bestaat over twintig jaar niet meer, omdat dan alle foto s zelf worden afgedrukt. Foto 3: Bestaat over twintig jaar nog, omdat videofilms dan nog gehuurd worden. Bestaat over twintig jaar niet meer, omdat films alleen nog worden gedownload. 20 D 21 a Iedereen de taak laten doen waar hij/zij goed in is. b Je zoekt informatie op via internet. Je kunt het verslag en de presentatie op de computer uitwerken. Je presenteert het via de beamer / digibord / smartboard aan de klas. c Als je een presentatie wilt maken in PowerPoint is het handig dat je een cursus hebt gedaan en weet hoe je dat het best kunt doen. d Je kunt beter je best doen voor een hoger cijfer. e Als de sfeer goed is in de groep wordt er goed samengewerkt. Iedereen krijgt de kans de werkzaamheden te doen waar hij goed in is. Er is regelmatig overleg over het werkstuk, zodat het eindresultaat goed is. 22 a Bijvoorbeeld de receptie, keuken, restaurant en administratie. b Receptionist, kok, kelner en administratief medewerker. 23 a Mogelijke antwoorden: werknemers wordt steeds beter in hun werk, het werk wordt sneller en beter gedaan dan wanneer werknemers steeds moeten overschakelen naar andere taken, de werkgever betaalt een laag loon voor eenvoudig werk en alleen een hoog loon voor moeilijk of verantwoordelijk werk. b Mogelijke antwoorden: werknemers worden steeds beter in hun werk, werknemers die moeilijk of verantwoordelijk werk doen krijgen een hoog loon.
4 c Het werk kan eentonig zijn. 24 a Bijvoorbeeld directeur, teamleider en (directie)secretaresse. b Bijvoorbeeld docent, administratief medewerker, conciërge en schoonmaker. 25 a : 10 = 490 cd s per uur b 50 uur + 8 = 58 uur x 490 cd s = cd s per week c De productiekosten zullen dalen. d De loonkosten en energiekosten zullen stijgen. 26 a : = 50 x = totale productiekosten x 35,8% = ,60 loonkosten b De productiekosten per cd in 2009 bedroegen : = 1,99. De productiekosten in 2010 stegen met 0,10 naar 2,09 per cd x 2,09 = c Voorbeelden: goedkoper personeel in dienst nemen, op zoek gaan naar goedkopere grondstoffen en energiebesparende maatregelen nemen. 5.3 Heb je werk? 27 Fokke en Sukke zijn werkzoekend. Zij bieden arbeid aan. 28 Mensen die op zoek zijn naar werk, maar waarbij arbeidsplaatsen bezet worden door mensen die zwart werken. 29 a De werkgelegenheid blijft gelijk. b De werkloze beroepsbevolking blijft gelijk. 30 Vraag naar producten daalt werkloosheid neemt toe. 31 a Wanneer de consumenten meer vertrouwen hebben in de economie gaan ze meer geld uitgeven. Er komt meer vraag naar producten en diensten. Om aan deze vraag te voldoen zullen er meer producten gemaakt moeten worden en hier zijn extra werknemers voor nodig. Hierdoor daalt de werkloosheid. b Hier is sprake van conjuncturele werkloosheid, omdat deze daling van de werkloosheid het gevolg is van schommelingen in de economie. c Dit leidt tot structurele werkloosheid. 32 a De werknemer kan zich laten omscholen. b De werkgever kan mensen aannemen die binnen het bedrijf worden geschoold voor het werk dat gedaan moet worden. 33 a Frictiewerkloosheid duurt maar kort. Het is geen probleem dat een werkzoekende een korte tijd zonder werk zit. b Bijvoorbeeld horeca medewerker, medewerker in een pretpark, aardbeienplukker en campingmedewerker. c Groningen, Drenthe, Limburg. 34 a 4,1% x = werklozen in de provincie Utrecht. b ( : ) x 100 = 7,2% c In verhouding tot de totale beroepsbevolking is de werkloosheid hoog. Er wonen minder mensen in Groningen dan in Zuid-Holland, dus het aantal werklozen is lager in Groningen. 35 a x 70% = 918,40 b Zij heeft te weinig geld om in haar behoeften te voorzien. Ze mist de sociale contacten. 36 Vrouwen zijn vaker op zoek naar een baan voor een bepaald aantal uren. Als ze (jonge) kinderen heeft wil een vrouw graag onder schooltijden werken. Het opleidingsniveau van vrouwen is gemiddeld lager dan dat van mannen.
5 37 a Een werkzoekende kan voor alle informatie over werk terecht bij het UWV WERKbedrijf. b Het UWV WERKbedrijf kan werkgevers in contact brengen met werkzoekenden. 38 a Nee. Jim staat niet ingeschreven bij het UWV WERKbedrijf. b Ja. De tante van Jim staat ingeschreven bij het UWV WERKbedrijf en zoekt een baan van ten minste 12 uur. c Nee. Aniek zoekt geen werk, maar een stageplaats. d Nee. De buurman van Jim is niet werkloos. Hij zoekt een andere baan. 5.4 Is er werk? 39 Bij omscholing krijg je meer kennis en kun je in meer sectoren kans maken op een baan. 40 a Bij horecabedrijven zal de omzet meer toenemen. Bij stijging van de koopkracht hebben mensen geld om uit te geven aan extraatjes. Men gaat dan bijvoorbeeld meer uit eten. b De werkgelegenheid stijgt bij de horecabedrijven. 41 Het neerzetten van de productiehal zorgt voor werkgelegenheid bij een bouwbedrijf. Er moeten mensen aangenomen worden die in de nieuwe productiehal gaan werken. 42 Het verhogen van de Afsluitdijk wordt gedaan door een bedrijf. Bij dit bedrijf zorgt dit voor werkgelegenheid. 43 Als het consumentenvertrouwen stijgt gaat men meer geld uitgeven. Er worden meer producten gekocht en er wordt meer gebruik gemaakt van diensten. Dit zorgt voor stijging van de werkgelegenheid. 44 a Als de lonen in de horeca flink stijgen, stijgen de prijzen ook. b De kans is groot dat de afzet dan gaat dalen. 45 a de loonkosten voor de werkgevers blijven gelijk. b de nettolonen van de werknemers stijgen. c de prijzen van producten hierdoor niet stijgen en de werknemers kunnen dan meer kopen. 46 a Een groot deel van de 15 tot en met 25 jarigen gaat nog naar school. b leeftijdsgroep Arbeidsdeelname mannen Arbeidsdeelname vrouwen jaar 94,2 % 78,6% jaar 91,7% 72,9% jaar 64,3% 38,1% c In de leeftijdsgroep jaar is het verschil tussen mannen en vrouwen het grootst. d In de leeftijdsgroep jaar is het verschil tussen mannen en vrouwen het grootst. Dit komt doordat vrouwen vroeger minder opleiding hadden en minder vaak gingen werken. Bij oudere vrouwen is dit nog te merken. Over 25 jaar is dit verschil waarschijnlijk verdwenen. 47 Vrouwen die een hogere opleiding hebben kunnen makkelijker een baan vinden. 48 a (2.727 : 7.187) x 100= 37,9% b (541 : 1.607) x 100 = 33,7% c Deeltijd in handel en horeca: ( ) : x 100 = 55,1% Deeltijd totaal: ( ) : x 100 = 55,8% Veel mensen die in deeltijd werken, werken in de handel of horeca. 49 a Je werkt bij verschillende bedrijven en moet steeds weer wennen aan nieuwe collega s en nieuw werk. b Het is afwisselend.
6 = 905 ( 160 : 905) x 100 = 17,7% 51 a 18 x 40 = 720 uur b 20 fulltime banen c Door de arbeidstijdverkorting is de werkgelegenheid uitgedrukt in uren gelijk gebleven. d De werkgelegenheid uitgedrukt in personen is toegenomen Klanten en werknemers kunnen makkelijker en sneller bij het bedrijf komen en er is minder transport nodig voor grondstoffen en producten. Daardoor kunnen bedrijven hun producten makkelijker verkopen en maken ze meer winst. Bedrijven hoeven minder uit te geven aan reiskostenvergoedingen voor werknemers en maken minder transportkosten. Daardoor hebben bedrijven lagere bedrijfskosten. Door de hogere omzet en de lagere bedrijfskosten houden bedrijven meer geld over om te investeren en de productie uit te breiden. Daarvoor is extra personeel nodig. 2 Het is goedkoper een bedrijf te starten. Nieuwe bedrijven leveren banen op. 3 Dit betekent minder kosten voor het bedrijf. Producten en diensten worden daardoor goedkoper. Er worden meer producten gekocht en er wordt meer gebruik gemaakt van diensten. Hier is extra personeel voor nodig. Herhalingsopgaven Paragraaf 5.1 H1 D H2 a De afzet was 750 fietsen. b De omzet was 750 x 615 = c De brutowinst per fiets was = 195. Dit is in procenten van de inkoopwaarde ( 195 : 420) x 100 = 46,4% d De nettowinst per fiets is 195 ( : 750 = ) 73,33 = 121,67 H3 a (nieuw oud) : oud x 100 = ( 117 miljoen miljoen) : 148 miljoen x 100 = 20,9% daling b (nieuw oud) : oud x 100 = ( 4,9 miljoen - 10,2 miljoen) : 10,2 miljoen x 100 = 52% daling c De inkoopwaarde en/of de bedrijfskosten waren hoger dan in H4 ( ) = jaar 7 = afschrijving per jaar H5 C = omzet exclusief btw = inkoopwaarde exclusief btw = brutowinst = nettowinst H6 De afschrijving bereken je aan de hand van de economische levensduur. H7 39,95-6,38 = 33,57-27,97 = 5,60 ( 5,60 : 27,97) x 100 = 20% H8 69,95 = 119% 1% = 0, % = 58,78 verkoopprijs exclusief 19% btw. Paragraaf 5.2 H9 a (nieuw oud) : oud x 100 = ( ) : x 100 = 18,7% b ( : ) x 100 = 75%
7 H : = ,05 H11 Als je goed opgeleid bent, kun je je werk beter en sneller doen dan zonder opleiding. H12 a % = scooters b Door de bedrijfstijd te verlengen maak je beter gebruik van je kapitaalgoederen. Met dezelfde machines kun je in een week meer produceren. Het gevolg daarvan is dat de productiekosten lager worden. Paragraaf 5.3 H13 a Annelies werkt wel, maar heeft geen betaalde baan. Zij werkt als vrijwilligster. b Verborgen werklozen zijn werkzoekenden die zich niet hebben ingeschreven bij het UWV WERKbedrijf. H14 a juist b onjuist c onjuist H15 a Internetboekingen doen mensen zelf thuis. Dit betekent dat ze niet naar het reisbureau gaan om daar een reis te boeken. Reisbureaus hebben daardoor minder werk en er is dus minder werkgelegenheid. b Deze verandering is structureel. H16 a seizoenswerkloosheid b regionale werkloosheid c structurele werkloosheid H17 ( : ) x 100 = 2,2% werkloosheidspercentage 2009 ( : ) x 100 = 3,7% werkloosheidspercentage 2010 H18 a onjuist b onjuist c onjuist Paragraaf 5.4 H19 a bedrijfsleider eerste verkoopmedewerker verkoopmedewerker b bedrijfsleider. c eerste verkoopmedewerker en verkoopmedewerker H20 a - 4 b 3 c 1 d - 2 H21 a onjuist b onjuist c juist H22 a Aantal % Totaal aantal werkenden % Basisonderwijs ,7% Vmbo ,2% Havo/vwo/mbo ,4% Hbo ,5% WO ,2% b Voorbeelden: kassamedewerker, vulploegmedewerker, tuinbouwmedewerker en vuilnisophaler. H23 a Voorbeeld: de overheid kan de belastingen, die de ouderen moeten betalen over hun brutosalaris, verlagen. De overheid kan zorgen dat ouderen meer vakantiedagen kunnen opnemen. Voorbeelden: werkgevers kunnen de arbeidsomstandigheden voor ouderen verbeteren. Werkgevers kunnen ouderen minder uren in de week laten werken.
8 H24 a 2010 Totale bevolking jaar: = Beroepsbevolking jaar: = ( : ) x 100 = 61,1% 2000 Totale bevolking jaar: = Beroepsbevolking jaar: = ( : ) X 100 = 74,5% b 2000 Arbeidsdeelname jaar: ( : ) x 100 = 21,5 % 2010 Arbeidsdeelname jaar: ( : ) x 100 = 19,8% Daling van 1,7% Arbeidsdeelname jaar: ( : ) x 100 = 72,5% 2010 Arbeidsdeelname jaar: ( : ) x 100 = 80% Stijging van 7,5%. Examenopgaven E1 B E2 Omzet totaal bedrijfsleven 1.394,6 miljard omzet MKB 817,2 miljard = omzet grootbedrijf 577,4 miljard. Aantal bedrijven totaal aandeel MKB ( )99,7% = aandeel grootbedrijf (0,3%). Gemiddelde omzet per bedrijf 577,4 miljard : = 0, miljard = 245 miljoen. E3 Het grootbedrijf kan grotere hoeveelheden kopen en krijgt daardoor kortingen. Het kleinbedrijf krijgt die kortingen niet waardoor het moeilijker kan concurreren met de prijs. E4 B E5 A E6 Voorbeeld van een juist argument: Door lagere (minder sterk gestegen) lonen kunnen de prijzen gaan dalen (of minder sterk gaan stijgen). Door loonmatiging verbetert de concurrentiepositie en dus de werkgelegenheid van Nederland. E7 A E8 Voorbeeld van een juist argument indien eens met de president van de Nederlandsche Bank (één van de volgende): Bij structurele werkloosheid is loonmatiging doorgaans goed voor de economie, omdat hierdoor de arbeid minder duur wordt en de werkloosheid minder zal groeien/zal afnemen. of Voorbeeld van een juist argument indien eens met de andere economen (één van de volgende): Bij conjuncturele werkloosheid is loonmatiging doorgaans slecht voor de economie, omdat hierdoor de bestedingen nog meer zullen teruglopen en de werkloosheid kan toenemen. E = /10,5 = ,67 E10 B E11 De apk-keurmeester werkt 50%. Dat is 0,5 x 230 = 115 dagen. Hij keurt 180 caravans in 90 dagen (180 x 0,5). Hij heeft 115 dagen - 90 dagen geen werk. Dat is 25 dagen per jaar. E12 stijging omzet keuring: 525% x = daling omzet schade-auto s: 20% x = (In euro's is de omzetdaling bij schade-auto's groter dan de omzetstijging bij apk-keuringen, daarom zal per saldo de omzet dalen.) E13 afspraken maken met verzekeringsmaatschappijen en/of de wegenwacht/sleepdiensten om klanten door te sturen afspraken maken met autodealers om werk over te nemen onder de prijs van de autodealers gaan zitten service-uitbreiding door bijvoorbeeld schade-auto's op te halen en weer thuis te brengen of gratis leenauto s aan te bieden aanbiedingen E14 B E15 Het percentage werklozen met alleen VMBO-TL is (49 : 513) x 100 =9,6%. Het percentage werklozen met MBO is (146 : 2.594) x 100 = 5,6%.
Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Bankzaken 1 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste verklaring: De inflatie van 1,6% is een gemiddelde waarin de
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 5+6
Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6 Samenvatting door Sanne 1542 woorden 11 april 2017 7,5 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 5 - Werkt dat zo? Paragraaf 5.1 - Aan de slag! Als je
Nadere informatieUIT de arbeidsmarkt
Verandering van de werkloosheid. Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt zijn onderhevig aan continue veranderingen. Als gevolg daarvan verandert de omvang van de werkloosheid in een land ook continue. Werkloosheid
Nadere informatieEconomie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie
4.1 Werk je voor loon of voor winst? Werknemer Werkgever zzp = je werkt in loondienst in opdracht van een werkgever en je ontvangt loon = je werkt als zelfstandige met werknemers in dienst en de nettowinst
Nadere informatie5.1 Wie is er werkloos?
5.1 Wie is er werkloos? Volgens het CBS behoren mensen tot de werkloze beroepsbevolking als ze een leeftijd hebben van 15 tot en met 64 jaar, minder dan 12 uur werken, actief op zoek zijn naar betaald
Nadere informatie5.2 Wie is er werkloos?
5.2 Wie is er werkloos? Volgens het CBS behoren mensen tot de werkloze beroepsbevolking als ze een leeftijd hebben van 15 tot en met 64 jaar, minder dan 12 uur werken, actief op zoek zijn naar betaald
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door D. 1323 woorden 7 februari 2016 1 1 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Hoofdstuk 4; Aan 't werk Boek: 200% Economie 4 mavo/tl Paragraaf 1; productie
Nadere informatieStartkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.
Samenvatting door D. 1363 woorden 7 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Paragraaf 1; De werknemer Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te
Nadere informatieIndexcijfer productie= indexcijfer werkgelegenheid x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100
Samenvatting door een scholier 1391 woorden 3 juni 2005 7 34 keer beoordeeld Vak Economie Economie de arbeidsmarkt hoofdstuk 4 en 5 Hoofdstuk 4 4.1 Werkgelegenheid in Nederland Alleen een opdracht 4.2
Nadere informatieKaarten module 4 derde klas
1. Uit welke twee onderdelen bestaan de totale kosten? 2. Geef 2 voorbeelden van variabele kosten. 3. Geef 2 voorbeelden van vaste (of constante) kosten. 4. Waar is de totale winst gelijk aan? 5. Geef
Nadere informatieEconomie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 3: We gaan voor de winst Exameneenheid: Arbeid en productie
3.1 Wat zijn de kosten? Toegevoegde = extra waarde die ontstaat door de bewerking van een product waarde Toegevoegde waarde = verkoopwaarde inkoopwaarde Productiefactoren = productiemiddelen die een producent
Nadere informatie5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1
Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari 2016 5,7 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode H4 4.1 Mensen hebben verschillende motieven om te werken. Behalve om geld te verdienen, werken
Nadere informatie> betaald > formele sector: wit > informele sector: zwart > onbetaald > informele sector
Paragraaf 3.1 Betaalde en onbetaalde arbeid Je kunt werken bij de overheid en bij ondernemingen. Als je werkt verdien je geld hiermee kun je goederen en diensten kopen. Als je werkt krijg je geld voor
Nadere informatie1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en arbeidsmarkt? (openstaande)vacatures. 2)Noem een ander woord voor Werkenden werkgelegenheid.
1 1)Waaruit bestaat de vraag op de arbeidsmarkt? 2)Noem een ander woord voor werkgelegenheid. 3)Wie vragen arbeid? 4)Met welk woord wordt het aanbod van arbeid ook aangeduid? 5)Geef de omschrijving van
Nadere informatieSamenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart 2011 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie Hoofdstuk 4 4.1 Het aanbod van arbeid Het aanbod van arbeid is gelijk aan de omvang van
Nadere informatieBeroepsbevolking: het aantal mensen tussen de 15 en 65 jaar, dat meer dan 12 uur per week wil en kan werken.
Samenvatting door een scholier 1221 woorden 5 januari 2004 5,8 48 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Hoofdstuk 4: werk, werk, werk 4.1 Het aanbod van arbeid Beroepsbevolking: het aantal mensen
Nadere informatieSamenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting door H. 1812 woorden 16 juni 2013 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting Werk hoofdstuk 1, 2 en 3 Hoofdstuk 1. Werken
Nadere informatieEindexamen economie vmbo gl/tl 2006 - II
BEOORDELINGSMODEL Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. HET GROTE ONDERNEMERSSPEL 1 B 2 A 3 maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: Loonkosten in twee jaar:
Nadere informatiex Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal
Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 Cees Maas De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 laten geen gunstig beeld zien. De werkgelegenheid nam nog wel toe, maar de groei was veel kleiner dan in voorafgaande
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid opgelopen tot 6 procent
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-012 16 februari 2012 9.30 uur Werkloosheid opgelopen tot 6 procent In januari hogere werkloosheid dan de piek in februari 2010 Vooral toename aantal
Nadere informatieToegepast Rekenen Opdrachten:
Toegepast Rekenen Opdrachten: Hfst 1: Rekenen Opdr. 1: a. 66 : 3 = c. -66 : (-3) = e. 12 - (+5) = b. 66 : (-3) = d. -12 + 5 = f. -12 (-5) = De omzet van een laptopwinkel is 15.000,-. De verkoopprijs per
Nadere informatieExamen VMBO-BB 2005 ECONOMIE CSE BB. tijdvak 1 donderdag 2 juni 9.00 10.30 uur. 12-10-2004 Versie vaststelling. Naam kandidaat Kandidaatnummer
Examen VMBO-BB 2005 12-10-2004 Versie vaststelling tijdvak 1 donderdag 2 juni 9.00 10.30 uur ECONOMIE CSE BB Naam kandidaat Kandidaatnummer Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje. Dit examen bestaat
Nadere informatie6,9. Samenvatting door een scholier 1762 woorden 21 februari keer beoordeeld. Arbeidsmarkt
Samenvatting door een scholier 1762 woorden 21 februari 2006 6,9 8 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Arbeidsmarkt 1: Het Aanbod van Arbeid Het aanbod bestaat uit alle mensen tussen de 15 en 64
Nadere informatie-> Bereken de brutowinst en de nettowinst van Jeroen.
BEHEERS JIJ DIT AL? Beheers jij dit al? Bewijs dit dan door op de knop hieronder te klikken en direct de lastigste opgaven te maken. Kun jij dit foutloos? Dan mag je dit onderdeel overslaan! UITLEG Het
Nadere informatieCBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen
CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen Het aantal mensen met werk is in de periode februari-april met gemiddeld 2 duizend per maand toegenomen. Vooral jongeren en 45-plussers gingen aan de slag.
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder gestegen. Meer mannen én vrouwen werkloos. Aantal jonge werkzoekenden toegenomen
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-066 20 oktober 2011 9.30 uur www.cbs.nl Werkloosheid verder gestegen Sterke stijging werkloosheid in derde kwartaal 2011 Toename zowel bij mannen als
Nadere informatieEconomie Pincode klas 3 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 5: Aan de slag! Exameneenheid: Arbeid en productie
5.1 Aan de slag! Arbeid = werk Vacature = een advertentie voor een baan geplaatst door een werkgever Solliciteren = jezelf voorstellen / presenteren aan een werkgever Sollicitatiebrief = jezelf voorstellen
Nadere informatieJAARMONITOR 2015 JANUARI 2016. Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland
JAARMONITOR 2015 JANUARI 2016 Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland Inhoud 3 NÚ KAN DE WERKLOOSHEID OMLAAG 4 FREELANCERS EN FLEXWERKERS STIMULEREN GROEI BEDRIJVEN 5 OMZETONTWIKKELING
Nadere informatieBovenstaande begrippen worden veelal weergegeven in onderstaand schema of overzicht. We noemen dit overzicht het exploitatieoverzicht.
MODULE: OMZET KOSTEN - WINST Elk bedrijf of onderneming wil met haar bedrijfsactiviteiten (produceren van goederen, diensten en/of handelen in goederen) winst behalen. Als we de winst willen berekenen
Nadere informatieEindexamen economie 1 havo 2000-I
Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van
Nadere informatie2 Constante en variabele kosten
2 Constante en variabele kosten 2.1 Inleiding Bij het starten van een nieuw bedrijf zal de ondernemer zich onder andere de vraag stellen welke capaciteit zijn bedrijf moet hebben. Zal hij een productie/omzet
Nadere informatieOpnamekosten Boeterente, indien je je geld eerder opneemt dan de afgesproken looptijd dan moet je een boete rente betalen.
Samenvatting Economie Hfd.9 Nu kopen later betalen 5 Sparen, hoe werkt dat? Wat is sparen? Sparen is het opzij leggen van inkomen. 3 redenen (motieven) waarom mensen sparen: 1. Om later iets te kopen;
Nadere informatieGeboorteoverschot: Bij een geboorteoverschot worden er per jaar meer mensen geboren dan er sterven.
Boekverslag door Een scholier 1354 woorden 17 december 2002 7.6 26 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie PW Hoofdstuk 4 4.1 Beroepsbevolking: Het aantal mensen tussen 15 en 65 jaar, dat
Nadere informatieMeerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op.
Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. De economische kringloop Voor de beantwoording van de vragen 1 tot en met 6 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 1 in de
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid onveranderd
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-080 15 december 2011 9.30 uur Werkloosheid onveranderd In november evenveel werklozen als in oktober Aantal werkzoekenden bij UWV met 8 duizend gestegen
Nadere informatieGroei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2
Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Als je moet kiezen welk plaatje je op je cijferlijst zou willen hebben,
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2006-II
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet
Nadere informatieECONOMIE. Begrippenlijst H5 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn
ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H5 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Hoofdstuk 5 Hoe werkt de arbeidsmarkt? Paragraaf
Nadere informatieCBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt
CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt Tussen maart en mei is het aantal mensen met een baan met gemiddeld 6 duizend per maand gestegen. De stijging is volledig aan vrouwen toe te schrijven. Het
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Klein bedrag? Pinnen mag! 1 C 2 maximumscore 1 Voorbeelden van een juist voordeel (één van de volgende): geld staat
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-044 23 juni 2011 9.30 uur Meer werklozen Aantal werklozen in mei met 8 duizend gestegen Werkloosheid laatste maanden rond 400 duizend Bij UWV minder
Nadere informatieKees begint voor zichzelf (of niet)!
Kees begint voor zichzelf (of niet)! Bij de beantwoording van de vragen 10 tot en met 14 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 6 in de bijlage. Deze staat helemaal onderaan Kees Baving is ontslagen.
Nadere informatieEindexamen m&o vwo 2005-I
4 Beoordelingsmodel Opgave 1 1 volgens grafiek: 10% voor computers en 5% voor software 0,15 54 = 8,1 miljard 2 aan de verzadigingsfase gaat de volwassenfase (rijpheidsfase) vooraf, de neergangsfase (eindfase)
Nadere informatieANTWOORDEN HOOFDSTUK 5
ANTWOORDEN EINDTOETS HOOFDSTUK 5 RONDKOMEN ANTWOORDEN HOOFDSTUK 5 TOETS 1 RONDKOMEN 1 Prioriteiten stellen. 2 B 3 2,55 + 2,80 = 5,35 4 52 27 : 12 + 95 : 2 + 40,50 : 3 + 25 = 203. 5 A 3; B 4; C 2; D 1.
Nadere informatieLangdurige werkloosheid in Nederland
Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.
Nadere informatie7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op
Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari 2002 7,5 813 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief: Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op Concrete markt: een plek waar vragers en aanbieders
Nadere informatieExamenopgaven VMBO-KB 2004
Examenopgaven VMBO-KB 2004 tijdvak 1 maandag 24 mei tijdsduur voor het gehele examen 09:00-11:00 uur LANDBOUW EN NATUURLIJKE OMGEVING AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE CSE KB Het examen landbouw en natuurlijke
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2007-I
4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 twee van de volgende voorbeelden
Nadere informatieAantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen
Maart 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische
Nadere informatieSamenvatting M&O periode 1. Hoofdstuk 13 8,4. Paragraaf 1. Samenvatting door G woorden 12 maart keer beoordeeld
Samenvatting door G. 1623 woorden 12 maart 2016 8,4 9 keer beoordeeld Vak Methode M&O 200% M&O Samenvatting M&O periode 1 Hoofdstuk 13 Financieel beleid niet-commerciële organisaties (nco) Paragraaf 1
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet verder gedaald
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-021 17 maart 2011 9.30 uur Werkloosheid niet verder gedaald Lichte toename werkloosheid bij mannen Aantal werkzoekenden bij UWV vrijwel onveranderd Daling
Nadere informatieNiet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald
7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van
Nadere informatie8. Werken en werkloos zijn
8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,
Nadere informatie8,2. Samenvatting door een scholier 1686 woorden 10 februari keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1686 woorden 10 februari 2003 8,2 97 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: Arbeidsmarkt: De wijze waarop vraag en aanbod zodanig bij elkaar komen dat er een prijs (=loon)
Nadere informatieExamen VMBO-GL en TL - COMPEX
Examen VMBO-GL en TL - COMPEX 2009 tijdvak 1 woensdag 27 mei totale examentijd 2 uur economie CSE GL en TL COMPEX Vragen 1 tot en met 24 In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet
Nadere informatieAantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen
Juni 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting
Nadere informatieb. Materiaal Loonkosten Opslag indirecte kosten: 125%
Opgave 8.1 a. Indirecte kosten afhankelijk van de materiaalkosten: 500.000 100% = 125% 400.000 Opslag indirecte kosten: 125% 4.000 5.000 + 15.100 Opgave 8.2 a. Indirecte kosten afhankelijk van de directe
Nadere informatieCBS: Meer mensen aan het werk, vooral jongeren
CBS: Meer mensen aan het werk, vooral jongeren Het aantal mensen met een baan is de afgelopen drie maanden met gemiddeld 6 duizend per maand toegenomen. Vooral jongeren hadden vaker werk. De beroepsbevolking
Nadere informatieEen product begint als grondstof en daarna word het verwerkt tot een eindproduct.
Samenvatting door G. 1151 woorden 21 januari 2015 7,2 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie voor jou Paragraaf 3: 3.1: Produceren: is het maken van goederen of het leveren van diensten. Een product
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2007-II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 0,15 0,12 100% = 25%
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt
Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1291 woorden 7 maart 2004 8,4 13 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief 'de Arbeidsmarkt' Hoofdstuk 1 Concrete markt: een vaste
Nadere informatieSamenvatting Economie Arbeidsmarkt hoofdstuk 1,2,3,4,5
Samenvatting Economie Arbeidsmarkt hoofdstuk 1,2,3,4,5 Samenvatting door een scholier 1751 woorden 23 januari 2008 7,1 21 keer beoordeeld Vak Economie ARBEIDSMARKT Hoofdstuk 1 De arbeidsmarkt op 1.1 Op
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Kleine daling werkloosheid. Vooral toename jonge werkzoekenden. Forse stijging nieuwe WW-uitkeringen
www cbs nl Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-013 17 februari 2011 9.30 uur Kleine daling werkloosheid In januari minder dan 400 duizend werklozen Sinds de top begin vorig bijna 5 duizend
Nadere informatieSamengevat bereken je de nettowinst van een onderneming zo:
4.4 Bedrijfsresultaat Voor een retailer is het van belang wat het bedrijfsresultaat of nettowinst is van zijn onderneming. Het bedrijfsresultaat is namelijk dat wat van je omzet overblijft als je alle
Nadere informatieExamen VMBO-KB. economie CSE KB. tijdvak 1 vrijdag 20 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.
Examen VMBO-KB 2016 tijdvak 1 vrijdag 20 mei 13.30-15.30 uur economie CSE KB Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 35 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 45 punten te behalen. Voor
Nadere informatieKWARTAALMONITOR APRIL 2016. Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland
KWARTAALMONITOR APRIL 2016 Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland Inhoud 3 WAT TE DOEN MET ÉÉN MILJOEN 4 BEDRIJVEN SPELEN IN OP WET DBA 5 VEEL STARTENDE FREELANCERS OP LEEFTIJD 6
Nadere informatieVoorbereiding 6.2. Peter van de Minkelis. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Voorbereiding 6.2 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Peter van de Minkelis 13 June 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/79168 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs
Nadere informatieLESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3
LESBRIEF VERVOER havo 4 blok 3 Inhoud Met de taxi of met de fiets (kosten, opbrengsten, winst, mo, mk) Verzekeren tegen risico (verzekeren) De lucht in (vraag, aanbod, surplus) Het beroepsgoederenvervoer
Nadere informatieAantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen
September 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage
Nadere informatie7,2. Samenvatting door een scholier 1510 woorden 30 maart keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1510 woorden 30 maart 2003 7,2 8 keer beoordeeld Vak Economie 1 Veel jongeren kiezen voor een baantje naast school. Ook hebben veel jongeren vakantiewerk. Ze verdienen niet
Nadere informatieFORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009
FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)
Nadere informatieArbeidsmarkt Achterhoek Februari 2013
Arbeidsmarkt Achterhoek Februari 2013 Inhoud Werkgelegenheid Vacatures Werkloosheid Bevolkingsontwikkeling Aandachtspunten komende jaren Activiteiten POA Achterhoek PAG 2 Structuur werkgelegenheid regio
Nadere informatieAantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen
April 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen blijven stijgen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische
Nadere informatieUit de folder van de bank: leningtabel persoonlijke lening
Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. Zorgen om de rente Bij de beantwoording van de vragen 1 tot en met 6 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 1. Hans van Opta
Nadere informatieEindexamen m&o havo 2011 - I
Opgave 2 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 5. Café De Wijde Blik is een eenmanszaak die tot 2008 volgens de eigenaar goede financiële resultaten behaalde. Per 1 juli 2008 is de Tabakswet
Nadere informatieExamen VMBO-BB 2006 ECONOMIE CSE BB. tijdvak 1 donderdag 1 juni uur. Naam kandidaat Kandidaatnummer
Examen VMBO-BB 2006 tijdvak 1 donderdag 1 juni 9.00 10.30 uur ECONOMIE CSE BB Naam kandidaat Kandidaatnummer Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje. Dit examen bestaat uit 36 vragen. Voor dit examen
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2008-I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vergemakkelijken van het ontslaan
Nadere informatieAantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen in februari
Februari 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting NWW
Nadere informatieRollenspel centraal akkoord (2x)
Rollenspel centraal akkoord (2x) 1 Algemeen Een zestal leerlingen spelen tijdens dit rollenspel het onderhandelingsproces voor een centraal akkoord na. Zij moeten hierbij rekening houden met een gegeven
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2008-I
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 ja De prijselasticiteit
Nadere informatieProduceren is het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van productiefactoren van overheid en bedrijven
Samenvatting door een scholier 2043 woorden 8 april 2004 7,4 17 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 2 Produceren is het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van productiefactoren van overheid
Nadere informatiePraktische opdracht Economie Werkloosheid
Praktische opdracht Economie Werkloosheid Praktische-opdracht door een scholier 2618 woorden 26 februari 2005 7,1 152 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Toen ik hoorde dat we een praktische opdracht
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid neemt verder toe. Stijging 10 duizend per maand in afgelopen halfjaar
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-082 17 december 9.30 uur Werkloosheid neemt verder toe In een jaar tijd 121 duizend werklozen meer Evenveel mannen als vrouwen werkloos Bij UWV meer
Nadere informatieVormen van werkloosheid vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 23 August 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/73708 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieLesbrief Vraag en Aanbod 1 e druk
Hoofdstuk 1 1.6 C Markten 1.7 a. De prijzen zijn gestegen. Bij een gelijk volume (= afzet) leidt dit tot een omzetgroei. b. Indexcijfer volume (afzet): 105, indexcijfer prijs: 97,1. 97,1 105 = 101,96.
Nadere informatieEindexamen m&o havo 2007-I
Beoordelingsmodel Opgave 1 1 maximumscore 1 Bij huurkoop loopt Witgoed minder risico omdat bij huurkoop Witgoed eigenaar blijft van de verkochte goederen tot de laatste termijnbetaling voldaan is. (Indien
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. De economische kringloop 1 B 2 maximumscore 1 Voorbeelden van een juiste verklaring (één van de volgende): De consumenten
Nadere informatieVrouwen op de arbeidsmarkt
op de arbeidsmarkt Johan van der Valk Annemarie Boelens De arbeidsdeelname van vrouwen lag in 23 op 55 procent. De arbeidsdeelname van vrouwen stijgt al jaren. Deze toename komt de laatste jaren bijna
Nadere informatieExamen VMBO-KB 2006 ECONOMIE CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 23 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.
Examen VMBO-KB 2006 tijdvak 1 dinsdag 23 mei 13.30 15.30 uur ECONOMIE CSE KB Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 41 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 48 punten te behalen. Voor
Nadere informatiePersbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-27 7 februari 2002 9.30 uur Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig De reeks van jaren met een gunstige arbeidsmarkt is in 2001 voortgezet. De groei van de
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2001-II
4 Antwoordmodel Opgave Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. ja Uit de toelichting moet blijken dat de stijging
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2
HOOFDSTUK 2 Opgave 1 Jansen heeft een lening van 25.000 genomen om zijn auto te financieren. Voor deze lening moet hij 5% rente per jaar betalen. a. Welk bedrag aan rente is Jansen in één jaar aan de bank
Nadere informatieNieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2013
Nieuwsflits Arbeidsmarkt Maart 2013 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Niet-werkende werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf 4 Ingediende vacatures UWV 5 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen
Nadere informatieeconomie CSE GL en TL COMPEX
Examen VMBO-GL en TL 2010 tijdvak 1 donderdag 27 mei 272010 mei totale examentijd 2 uur economie CSE GL en TL COMPEX Vragen 1 tot en met 22 In dit deel van het examen staan vragen waarbij de computer niet
Nadere informatie1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en (openstaande)vacatures. arbeidsmarkt? Werkenden 2)Noem een ander woord voor
1)Waaruit bestaat de vraag op de arbeidsmarkt? 2)Noem een ander woord voor werkgelegenheid. 3)Wat houdt het arbeidsvolume in? 4)Met welk woord wordt het aanbod van arbeid ook aangeduid? 5)Geef de omschrijving
Nadere informatieHoofdstuk 1. Opgave 1.1 1. 171. 2. 26,176. 3. 13.758,57. Opgave 1.2 1. 16.687. 2. 832. 3. 469,078. Opgave 1.3 1. 250,-. 2. 11,94114769. 3. 124.
Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 1. 171. 2. 26,176. 3. 13.758,57. Opgave 1.2 1. 16.687. 2. 832. 3. 469,078. Opgave 1.3 1. 250,-. 2. 11,94114769. 3. 124. Opgave 1.4 1. 25,24. 2. 1.486,35. 3. 28.459.000,-. 4. 4.659,-.
Nadere informatieRegionale Arbeidsmarktanalyse uit Feiten en Cijfers
Regionale Arbeidsmarktanalyse uit Feiten en Cijfers Een beschrijving van het horeca onderwijs en de horeca arbeidsmarkt per provincie Regionale Arbeidsmarktanalyse uit Feiten en Cijfers Een beschrijving
Nadere informatie