responsonderzoek 2007 onder (deel)gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries

Vergelijkbare documenten
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 12 juli 2018 Betreft Monitor betaaltermijnen Overheid 2017

Managementsamenvatting Meting aanbod Digitale Dienstverlening 2017

De Voorzitter van de Tweede Kamer de Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 17 juli 2017 Betreft Monitor betaaltermijnen overheid

Onderzoek TNS NIPO naar thuiswinkelgedrag en de bekendheid van het Thuiswinkel Waarborg in Nederland

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Grondbeleid en grondprijsbeleid Gemeente Weert

Cliëntervaringsonderzoek Wmo & Jeugd 2016

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

Monitor Nieuwe Aanbestedingswet. Oktober 2015 (4 e meting) Presentatie

CLIËNTERVARINGEN WMO OVER 2017

In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers

Baseline Informatiehuishouding Rijksoverheid

Cliëntervaringen in beeld. Herbergier Oldeberkoop. Rapportage kwaliteitstoetsing. Drs. M. Cardol Dr. C.P. van Linschoten

Wat vinden uw cliënten van de zorg thuis?

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/ /2012

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

De minister van Veiligheid en Justitie T.a.v. contactpersoon Nationale ombudsman mevrouw XXX Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Blok,

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015

REKENKAMERCOMMISSIES GEMEENTEN ELBURG - NUNSPEET - OLDEBROEK - PUTTEN

CONSUMER CONFIDENCE SCAN

CLIËNTERVARINGEN WMO OVER 2017

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

Rapportage cliëntervaringsonderzoek WMO Gemeente Aalburg

verbonden stichtingen

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte

Rapportage cliënttevredenheidsonderzoek

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De rekenkamercommissie heeft voor het onderzoek offertes gevraagd aan 3 adviesbureaus en heeft de opdracht gegund aan Partners+Pröpper.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Kwaliteitsonderzoek begeleiding

maart H.A. Doelman-van Geest, P. Maas, J.P. de Wit Tympaan Instituut

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

DB-vergadering Agendapunt 5

Ivo Opstelten Minister van Veiligheid en Justitie Postbus EH DEN HAAG

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

Cliëntervaringsonderzoek keukentafelgesprek

In het Algemeen Overleg met de Tweede Kamer op 11 december 2008 heb ik de Kamer een tweetal toezeggingen gedaan:

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Rapportage inventarisatie contractuele afspraken

Rapport. Rapport over een klacht betreffende het CAK. Datum: 25 maart Rapportnummer: 2014/024

Energieprijsvergelijkers

Onderzoeksopzet Muskusrattenbestrijding

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk

Rapport bij de jaarstukken 2007 provincies Noord-Brabant en Limburg

opzet onderzoek aanbestedingen

KWALITEIT DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Onderzoeksaanpak

Ministerie van Financiën

Voortgangsrapportage PGB 16 maart 2016

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Onderzoeksplan Rekenkamercommissie 2011

Monitor Beleving Publiekscommunicatie

Excerpt Gemeenteraad Rotterdam VITALE VERENIGINGEN 2017

Monitor HH(T) 4 e kwartaalmeting

Politieke Barometer Onderwijs

De ontwikkeling van geweld in de Nederlandse samenleving VEEL MONITOREN, WEINIG EENDUIDIGHEID

Resultaten verantwoordingsonderzoek De Koning (I) Rapport bij het jaarverslag

Rapport. Datum: 31 augustus 2005 Rapportnummer: 2005/255

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Gemeenten en de spreiding van opdrachten voor schilderwerk

Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus EJ DEN HAAG. Geachte heer Van Rijn,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Kwartaalrapportage Gemeentelijke Ombudsman inzake gemeente Diemen 1e kwartaal 2016

Aan de minister van Economische Zaken De heer H.G.J. Kamp Postbus EK DEN HAAG. Geachte heer Kamp,

Rekenkamercommissie Wijdemeren

CABA Agendapunt: 8 AAN DE COMMISSIE ALGEMEEN BESTUURLIJKE AANGELEGENHEDEN

Bijlage 1. Overzicht van vaste, tijdelijke en eenmalige Kaderwet adviescolleges 2009 en actieve tijdelijke en eenmalige Kaderwet adviescolleges

Bestrijding ongezonde leefstijl hard nodig om forse stijging diabetes, hart- en vaatziekten en nierfalen te voorkomen.

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij

Klachtenprocedure NPEX B.V. Oktober 2017

Horeca en omzet. Samenvatting. Onderzoek onder 1016 horecagelegenheden. Maartje van Diepen/Noortje Antonis. F december 2008.

Vergelijking resultaten

CLIËNTERVARINGSONDERZOEK

Maatschappelijke waardering van Nederlandse landbouw en visserij

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe

Enquête Telefonische dienstverlening

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus AE Den Haag

DE SCREENING OP DOWN, EDWARDS EN PATAUSYNDROOM EN DE 20 WEKENECHO PUBLIEKSMONITOR 2017

De Nederlander en de natuur. Rapportage

Uw imago onder uw regionale belanghouders. Resultaten imago-onderzoek Heuvelrug Wonen

Voorwoord. Jaarverslag 2016 LEES HET JAARVERSLAG

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Particulier digitaal onderzoeker

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030

Advisering in cijfers

vast te stellen de Klachtenverordening Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid

Me1dinsform ulier verwerkin persoonsepevens SZW.

X Algemeen Bestuur (AB)

Begrote gemeentelijke uitgaven aan openbare bibliotheken

SERVICECODE AMSTERDAM

Moerdük. ge meente. o 80% ervaart de geboden ondersteuning als nuttig RAADSINFORMAT EBRIEF

onderzoeksopzet kwaliteit dienstverlening

Samenvatting. Adviesaanvraag

2016D07727 LIJST VAN VRAGEN

Voortgangsrapportage PGB eerste kwartaal 2016 Peildatum 31 maart

Transcriptie:

E-mailresponsonderzoek 2007 onder (deel)gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries Opdrachtgever Auteur De heer mr. B.M. Garnier, productmanager Overheid.nl Monitor Drs. B.J. Flos, mevrouw E. Oyan, W.E.J. Post (Daadkracht B.V.) in samenwerking met TNS NIPO Documentnr E-mailresponsonderzoek 2007 Versie 2.0 7 januari 2008 Omvang 23 pagina's Wilhelmina van Pruisenweg 104 2595 AN Den Haag Postbus 84011 2508 AA Den Haag T 070 888 7850 F 070 888 78 88 E overheidheeftantwoord@ictu.nl W www.overheidheeftantwoord.nl

Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vraagstelling... 3 3. Onderzoeksaanpak... 4 4. Vermelding responstijden op website... 6 5. Resultaten respons algemene e-mailvraag... 7 5.1 Algemene e-mailvraag gemeenten... 7 5.2 Algemene e-mailvraag provincies... 8 5.3 Algemene e-mailvraag waterschappen... 9 5.4 Algemene e-mailvraag ministeries... 9 5.5 Responstermijn algemene e-mailvraag... 11 5.6 Non respons en de vermelding van responstijden algemene e-mailvraag... 11 6. Resultaten respons specifieke e-mailvraag... 12 6.1 Specifieke e-mailvraag gemeenten... 12 6.2 Specifieke e-mailvraag provincies... 13 6.3 Specifieke e-mailvraag waterschappen... 13 6.4 Specifieke e-mailvraag ministeries... 14 6.5 Responstermijn specifieke e-mailvraag... 15 6.6 Non respons en de vermelding van responstijden specifieke e-mailvraag... 16 7. Non-Respons... 17 8. Conclusies... 18 9. Bijlagen... 19 2/23

1. Inleiding Voorliggend onderzoek laat de ontwikkeling zien van de respons op e-mails van overheden door de jaren heen. In het onderzoek is de responssnelheid op e-mails van gemeenten (inclusief deelgemeenten), provincies, waterschappen en ministeries onderzocht. Dit e-mailresponsonderzoek is een zes-meting van de respons van overheden op twee e-mails (2001 2007). De uitvoering van het onderzoek is door de jaren heen ongewijzigd gebleven. Dit jaar zijn in september twee e-mails verstuurd naar alle (deel)gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries. In dit onderzoek is de door het platform burger@overheid opgestelde e-mailgedragslijn gebruikt 1. Deze gedragslijn geeft aan hoe overheden moeten handelen bij ontvangst, beantwoording en archivering van e-mail. De gedragslijn benoemt responstijd-richtlijnen voor eenvoudige en complexe e-mailvragen. Volgens de e-mailgedragslijn behoort een eenvoudige vraag binnen 2 werkdagen beantwoord te zijn. Voor een complexe vraag 2 stelt de e-mailgedragslijn geen termijn. Wel behoort de overheidsinstantie binnen 10 werkdagen de informatievrager te informeren over de afhandelingstermijn 3. Het e-mailresponsonderzoek is een onderdeel van de jaarlijkse Overheid.nl Monitor van Overheid heeft Antwoord. Elk jaar onderzoekt Overheid heeft Antwoord de ontwikkelingen op het gebied van de elektronische dienstverlening. Dit gebeurt in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties. Het doel van de Overheid.nl Monitor is het in kaart brengen van de kwantiteit en de kwaliteit van de activiteit van de Nederlandse overheid op internet. 2. Vraagstelling De hoofdvraag waar we in dit onderzoek antwoord op geven is: In hoeverre voldoen de Nederlandse gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries aan de responssnelheid zoals benoemd in de e-mailgedragslijn van burger@overheid 1 Zie http://www.burger.overheid.nl/files/051214_emailgedragslijn_v2.0.pdf. 2 In dit onderzoek hanteren we de naam algemene vraag in plaats van eenvoudige vraag en specifieke vraag in plaats van complexe vraag. 3 De afhandelingstermijn is 30 werkdagen of zes weken. In dit onderzoek worden de benamingen afwisselend genoemd. 3/23

Deze vraagstelling is geconcretiseerd naar de volgende onderzoeksvragen: 1. In hoeverre geven gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries op hun website aan welke richtlijnen ze hanteren bij de afhandeling van e-mail? 2. In hoeverre voldoen de Nederlandse gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries aan de responssnelheid zoals benoemd in de e-mailgedragslijn van burger@overheid bij het beantwoorden van een algemene vraag? 3. In hoeverre voldoen de Nederlandse gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries aan de responssnelheid zoals benoemd in de e-mailgedragslijn van burger@overheid bij het beantwoorden van een specifieke vraag? 4. In hoeverre voldoen de Nederlandse gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries als geheel aan de responssnelheid zoals benoemd in de e-mailgedragslijn van burger@overheid? 3. Onderzoeksaanpak In het kader van voorliggend onderzoek zijn twee verschillende onderzoeksdelen te onderscheiden, te weten een vraag in het checklist-onderzoek en een e-mailresponsonderzoek. Checklist-onderzoek Vast onderdeel van het jaaronderzoek is het zogenaamde checklist-onderzoek waarbij een groep ervaren onderzoekers de websites van gemeenten, provincies, waterschappen en departementen beoordelen op de thema s transparantie I (standaarden) en II (openbaarheid van overheidsinformatie en burgerbetrokkenheid), dienstverlening, gepersonaliseerde dienstverlening, participatie en toegankelijkheid. In het checklist-onderzoek is een vraag opgenomen of betreffende overheidsorganisatie een richtlijn presenteert voor de afhandeling van e-mail. Deze vraag zit in het checklist-onderzoek sinds 2004. Deskundige onderzoekers registreren in dit onderzoek de aan- of afwezigheid van deze richtlijn op de website. Dit jaar zijn de websites in september en oktober onderzocht. In november hebben de onderzochte organisaties tijdens een zogenaamde consultatieronde de kans gekregen om enerzijds een richtlijn toe te voegen op hun website en dit door te geven en anderzijds om interpretatieverschillen met de waarnemingen van de onderzoekers voor te leggen. Overheid heeft Antwoord heeft deze zogenaamde mutatieverzoeken beoordeeld en verwerkt. In het checklist-onderzoek kijken de onderzoekers overigens nadrukkelijk óf er een richtlijn is en niet zozeer hoe deze er inhoudelijk uitziet. Het betreft met andere woorden een kwantitatieve meting in plaats van een kwalitatieve meting. Daarnaast is deze vraag niet verder uitgesplitst in responstijden op een algemene en specifieke vraag. E-mailresponsonderzoek Voor het e-mailresponsonderzoek zijn twee vragen geformuleerd: een algemene e-mailvraag en een specifieke e-mailvraag. De algemene vraag is een vraag over een algemene dienst of product van een overheidsorganisatie. De vraag is zo geformuleerd dat de frontoffice van een overheid de vraag kan beantwoorden. De specifieke vraag gaat in op een specifieke dienst of product van een overheidsorganisatie. 4/23

De veronderstelling is dat een specifieke ambtenaar binnen de organisatie deze vraag moet beantwoorden (backoffice). De overheidsorganisatie moet de vraag intern doorsturen naar een ambtenaar 4. Voor het e-mailresponsonderzoek zijn twee fictieve e-mailadressen van gefingeerde burgers aangemaakt. Met deze e-mailadressen zijn de algemene en specifieke vraag op 3 september 2007 verstuurd naar 470 (deel)gemeenten, 12 provincies, 27 waterschappen en 13 ministeries. Daar waar overheden geen algemeen e-mailadres online hadden, is een (algemeen) formulier gebruikt. Alle overheden hadden in 2007 de beschikking over een algemeen e-mailadres en/of formulier. Het onderzoek is net als voorgaande jaren uitgevoerd onder de gehele onderzoekspopulatie. Alleen bij de waterschappen en gemeenten is in 2005 een steekproef uitgevoerd. In 2005 zijn wel alle provincies en ministeries onderzocht. In het e-mailresponsonderzoek zijn de antwoorden van de overheden op de algemene en specifieke vraag gedurende zes weken geïnventariseerd. Er is alleen geïnventariseerd of een overheidsorganisatie een antwoord op de algemene en specifieke vraag heeft gestuurd. Een kwalitatieve beoordeling van de antwoorden op de vragen heeft niet plaatsgevonden in het onderzoek. Het is mogelijk dat een uitgebreide reactie op een vraag niet heeft geresulteerd in een antwoord op de gestelde vraag. Respons en non-respons De antwoorden op de algemene en specifieke vraag vermelden we in dit onderzoek als respons. Bij de respons op de algemene en specifieke vraag is de responstijd gemeten. De responstijd is het aantal werkdagen tussen de gestelde vraag en het verkregen antwoord. Onder respons vallen de antwoorden op de twee vragen binnen 30 werkdagen. Onder nonrespons verstaan we het ontbreken van een antwoord. Antwoorden die niet binnen 30 werkdagen zijn gegeven stellen we in dit onderzoek gelijk met non-respons. Ontvangstbevestigingen Naast de respons zijn net als vorig jaar ook de ontvangstbevestigingen geïnventariseerd. Bij de ontvangstbevestigingen is nog geen antwoord gegeven op de gestelde vraag. Een overheidsorganisatie koppelt alvast terug dat de vraag in ontvangst is genomen en dat de beantwoording van de vraag volgt. Presentatie cijfers De resultaten in het onderzoek zijn net als de vorige onderzoeken weergegeven in percentages met een afronding op geen of één decimaal. Bij de brongegevens gaan we vanzelfsprekend uit van cijfers zonder afronding. Dit kan leiden tot afrondingsverschillen, bijvoorbeeld bij de presentatie van het verschil tussen 2006 en 2007. De cijfers uit voorgaande jaren beschouwen wij bij de uitvoering van voorliggend onderzoek als vaststaand gegeven 5. 4 Het gaat hier om een veronderstelling. Het is niet duidelijk of deze veronderstelling ook overeenstemt met de praktijk. Dit hangt af van de specifieke inrichting van de overheidsorganisatie. 5 De cijfers over de jaren 2006 en eerder zijn gebaseerd op de rapportage Overheid.nl Monitor 2006: E- mailresponsanalyse. Beschikbaar op http://www.advies.overheid.nl/jaaronderzoek. 5/23

In veel gevallen presenteren we in voorliggend onderzoek eerst de gemiddelden per overheidsorganisatietype (bijvoorbeeld gemeenten inclusief deelgemeenten, provincies, waterschappen en ministeries). Vervolgens presenteren we daarbij het totale gemiddelde. In overeenstemming met de onderzoeken uit voorgaande jaren hebben we dit gemiddelde berekend op basis van het totaal aantal onderzochte organisaties. Gemeenten inclusief deelgemeenten tellen in dit voorbeeld voor een factor 470, provincies voor 12, waterschappen voor 27 en ministeries voor 13 6. De resultaten van (deel)gemeenten wegen in deze totalen daardoor zwaar door. Daar waar een afwijkende weging is gehanteerd verantwoorden we dit bij de presentatie van die cijfers in voorliggende rapportage. Leeswijzer Hoofdstuk 4 beschrijft of overheden een melding maken van de responstijd voor de afhandeling van een e-mail. Deze vraag is opgenomen in het checklist-onderzoek van de Overheid.nl Monitor 2007. Hoofdstuk 5 en de volgende hoofdstukken geven een overzicht van de respons van de overheden volgens de door burger@overheid opgestelde emailgedragslijn. 4. Vermelding responstijden op website In het checklist-onderzoek van de Overheid.nl Monitor 2007 is de volgende vraag opgenomen: Bevat de website van de overheidsorganisatie een expliciete vermelding van de responstijden op e-mails? 7 Tabel 1 laat een trendbreuk zien met vorig jaar voor gemeenten, provincies en waterschappen. In tegenstelling tot vorig jaar stijgt voor deze organisaties het percentage overheden dat online de responstijden voor de afhandeling van een e-mail presenteert. Dit zijn de hoogste percentages voor deze organisaties sinds 2004, de start van de meting in het checklistonderzoek. Het percentage ministeries dat online de responstijden voor de afhandeling van een e-mail presenteert is gedaald van 92% in 2006 naar 85% in 2007 (daling van 7%). Van de onderzochte overheden als geheel geeft 33,1% een responstijd aan in 2007, een stijging van 14,6%. Tabel 1: Overheden - Resultaten responstijden in percentages (2004 2007) Soort overheid 2004 2005 2006 2007 Verschil 2006-2007 Gemeenten 13% 28% 17% 30% 13% Provincies 17% 67% 58% 75% 17% Waterschappen 8% 33% 30% 37% 7% 6 De wijze van weging is dezelfde als in voorgaande jaren. In de loop der jaren is het aantal gemeenten en waterschappen wel gedaald. Tegelijkertijd is het aantal ministeries gestegen. 7 De genoemde responstijd kan afwijken van de responstijd die burger@overheid hanteert. Het gaat om de norm die de overheidsorganisatie zichzelf oplegt. De overheidsorganisatie hoeft hierbij geen onderscheid te maken tussen een algemene en een specifieke vraag. 6/23

Ministeries 31% 39% 92% 85% -7% 5. Resultaten respons algemene e-mailvraag 5.1 Algemene e-mailvraag gemeenten Van de 470 gemeenten sturen 82 gemeenten (17,4%) een ontvangstbevestiging op de algemene vraag 8. Binnen 2 werkdagen geeft 79,2% van de gemeenten een antwoord op een algemene e-mailvraag. In totaal antwoordt 85,5% van de gemeenten binnen 30 werkdagen op een algemene vraag. Na zes weken hebben 68 gemeenten (14,5%) niet gereageerd op de vraag. Als een gemeente niet binnen vijf werkdagen reageert, is de kans klein (2,2%) dat een gemeente alsnog reageert op een vraag gesteld per e-mail. Het percentage respons op een algemene vraag is voor gemeenten gedaald van 92,0% in 2006 naar 85,5% in 2007 (daling van 6,5 %). De gemeenten hebben dit jaar een niveau bereikt dat vergelijkbaar is met 2004. Dit betekent dat gemeenten slechter scoren in vergelijking met de jaren 2003, 2005 en 2006. Het percentage respons binnen 2 werkdagen is in 2007 gedaald met 10,3% ten opzichte van 2006. Het percentage non-respons is gestegen met 6,5%. Tabel 2: Gemeenten - Respons op de algemene e-mailvraag in percentages (2001 2007) Gemeenten - Respons op de algemene e-mailvraag Reply algemene e-mail: 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 (2007) 9 2006-2007 Verschil binnen 0 of 1 werkdag - - 53,7% 61,7% 72,0% 86,6% 73,2% 344-13,4% binnen 2 werkdagen - - 14,8% 11,6% 2,0% 2,9% 6,0% 28 3,1% binnen 3 werkdagen - - 5,6% 2,2% 4,0% 1,0% 1,7% 8 0,7% binnen 4 werkdagen - - 2,9% 3,3% 0,0% 0,4% 1,1% 5 0,7% binnen 5 werkdagen - - 3,1% 1,2% 2,0% 0,4% 1,5% 7 1,1% binnen 6-10 werkdagen - - 3,9% 2,9% 8,0% 0,6% 0,9% 4 0,3% binnen 11-15 werkdagen - - 1,4% 1,0% 0,0% 0,0% 0,4% 2 0,4% binnen 16-30 werkdagen - - 1,4% 1,4% 0,0% 0,0% 0,9% 4 0,9% niet binnen 30 werkdagen - - 13,2% 14,7% 12,0% 8,0% 14,5% 68 6,5% 470 Totaal binnen 30 werkdagen 24,0% 41,8% 86,8% 85,3% 88,0% 92,0% 85,5% -6,5% 8 Een overzicht van de algemene vragen voor gemeenten, provincies, waterschappen en ministeries is te vinden in de Bijlage. 9 In deze kolom staat het aantal gemeenten dat heeft gereageerd op de algemene e-mailvraag. In totaal hebben alle 470 (deel)gemeenten een algemene e-mailvraag ontvangen. 7/23

5.2 Algemene e-mailvraag provincies Vier van de 12 provincies (33,3%) stuurt een ontvangstbevestiging op de algemene vraag. Binnen 2 werkdagen beantwoordt 58,3% van de provincies een algemene vraag per e-mail. Van de vijf provincies die niet reageerden binnen 2 dagen, hebben drie provincies (25%) helemaal geen antwoord gegeven op de vraag. Opmerkelijk is dat twee van deze drie provincies wel een ontvangstbevestiging hebben gestuurd. Het respons percentage is voor de provincies gedaald van 83,3% vorig jaar naar 75,0% dit jaar (daling van 8,3%). In 2005 was het percentage respons op de algemene vraag ook 75,0%. De score binnen de termijn is eveneens vergelijkbaar met 2005. De scores uit 2005 en 2007 zijn de laagste respons percentages sinds de meting in 2003. Met een respons percentage van 91,7% behaalden de provincies in 2003 de hoogste score. Het percentage respons binnen 2 werkdagen daalde in 2007 met 25,0% ten opzichte van 2006. Het percentage non-respons steeg met 8,3%. Tabel 3: Provincies - Respons op de algemene e-mailvraag in percentages (2001 2007) Provincies - Respons op de algemene e-mailvraag Reply algemene e-mail: 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 (2007) 10 2006-2007 Verschil binnen 0 of 1 werkdag - - 75,0% 66,7% 58,3% 75,0% 58,3% 7-16,7% binnen 2 werkdagen - - 8,3% 8,3% 0,0% 8,3% 0,0% 0-8,3% binnen 3 werkdagen - - 0,0% 0,0% 16,7% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 4 werkdagen - - 8,3% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 5 werkdagen - - 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 6-10 werkdagen - - 0,0% 8,3% 0,0% 0,0% 8,3% 1 8,3% binnen 11-15 werkdagen - - 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 8,3% 1 8,3% binnen 16-30 werkdagen - - 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% niet binnen 30 werkdagen - - 8,3% 16,7% 25,0% 16,7% 25,0% 3 8,3% 12 Totaal binnen 30 werkdagen 50,0% 69,2% 91,7% 83,3% 75,0% 83,3% 75,0% -8,3% 10 In deze kolom staat het aantal provincies dat heeft gereageerd op de algemene e-mailvraag. In totaal hebben alle 12 provincies een algemene e-mailvraag ontvangen. 8/23

5.3 Algemene e-mailvraag waterschappen Drie van de 27 waterschappen (11,1%) stuurt een ontvangstbevestiging op de algemene vraag per e-mail. Van de waterschappen beantwoordt 63,0% de algemene e-mailvraag binnen één dag. Van de tien waterschappen (27,0%) die niet reageerden binnen één dag hebben na zes weken zeven waterschappen geen antwoord gegeven op de vraag. Het percentage respons op een algemene vraag is voor de waterschappen gedaald van 92,6% in 2006 naar 74,1% in 2007 (daling van 18,5%). Dit is het laagste respons percentage van de waterschappen sinds 2003. Het percentage respons binnen 2 werkdagen daalde dit jaar met 22,2%. Het percentage non-respons steeg met 18,5%. Tabel 4: Waterschappen - Respons op de algemene e-mailvraag in percentages (2001 2007) Waterschappen - Respons op de algemene e-mailvraag Reply algemene e-mail: 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 (2007) 11 2006-2007 Verschil binnen 0 of 1 werkdag - - 47,8% 62,2% 80,0% 92,6% 63,0% 17-29,6% binnen 2 werkdagen - - 8,7% 5,4% 0,0% 0,0% 7,4% 2 7,4% binnen 3 werkdagen - - 8,7% 2,7% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 4 werkdagen - - 4,3% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 5 werkdagen - - 2,2% 2,7% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 6-10 werkdagen - - 2,2% 2,7% 0,0% 0,0% 3,7% 1 3,7% binnen 11-15 werkdagen - - 4,3% 5,4% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 16-30 werkdagen - - 2,2% 2,7% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% niet binnen 30 werkdagen - - 19,6% 16,2% 20,0% 7,4% 25,9% 7 18,5% 27 Totaal binnen 30 werkdagen 30,0% 61,7% 80,4% 83,3% 80,0% 92,6% 74,1% -18,5% 5.4 Algemene e-mailvraag ministeries Elf van de 13 ministeries (84,6%) stuurt een ontvangstbevestiging op de algemene vraag. Binnen 2 werkdagen geeft 76,9% van de ministeries een antwoord op de algemene vraag per e-mail. In totaal geven 12 ministeries (92,3%) een antwoord op de gestelde vraag. Na de termijn van zes weken heeft 1 ministerie (7,7%) de vraag per e-mail niet beantwoord. Het respons percentage is voor de ministeries gestegen van 61,5% in 2006 naar 92,3% in 2007 (stijging van 30,8%). Dit is het hoogste respons percentage van de ministeries over de jaren 11 In deze kolom staat het aantal waterschappen dat heeft gereageerd op de algemene e-mailvraag. In totaal hebben alle 27 waterschappen een algemene e-mailvraag ontvangen. 9/23

die gemeten zijn. Het percentage respons binnen 2 werkdagen steeg dit jaar met 53,8%. Het percentage non-respons daalde met 30,8%. Twee ministeries stuurden wel een e-mail waarin stond dat ze niet binnen de termijn hebben geantwoord en dat ze hun best doen dit zo snel mogelijk te doen. Postbus51 Informatiedienst verzorgt sinds 1 januari 2007 de algemene publieksvoorlichting voor alle ministeries. Twaalf van de dertien ministeries maken op de website een expliciete melding van het feit dat Postbus51 de afhandeling van algemene publieksvragen voor zijn rekening neemt. In het onderzoek is niet onderzocht of er een relatie is tussen de snelheid van het beantwoorden van de e-mails en de organisatie achter de algemene publieksvoorlichting van de ministeries. Tabel 5: Ministeries - Respons op de algemene e-mailvraag in percentages (2001 2007) Ministeries - Respons op de algemene e-mailvraag Reply algemene e-mail: 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 (2007) 12 2006-2007 Verschil binnen 0 of 1 werkdag - - 75,0% 61,5% 46,2% 23,1% 61,5% 8 38,4% binnen 2 werkdagen - - 8,3% 23,1% 7,7% 0,0% 15,4% 2 15,4% binnen 3 werkdagen - - 0,0% 0,0% 0,0% 7,7% 7,7% 1 0,0% binnen 4 werkdagen - - 0,0% 0,0% 15,4% 30,8% 7,7% 1-23,1% binnen 5 werkdagen - - 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 6-10 werkdagen - - 0,0% 0,0% 15,4% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 11-15 werkdagen - - 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 16-30 werkdagen - - 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% niet binnen 30 werkdagen - - 16,7% 15,4% 15,4% 38,5% 7,7% 1-30,8% 13 Totaal binnen 30 werkdagen 13,0% 69,2% 83,3% 84,6% 84,6% 61,5% 92,3% 30,8% 12 In deze kolom staat het aantal ministeries dat heeft gereageerd op de algemene e-mailvraag. In totaal hebben alle 13 ministeries een algemene e-mailvraag ontvangen. 10/23

5.5 Responstermijn algemene e-mailvraag Het gemiddeld percentage respons binnen de termijn op de algemene e-mailvraag is voor de onderzochte overheden als geheel 78,1%. Vergeleken met 2006 is het percentage respons voor de gemeenten, provincies en waterschappen gedaald. Het respons percentage voor de ministeries is ten opzichte van 2006 met 53,8% gestegen. Tabel 6: Overheden - Respons op de algemene e-mailvraag binnen termijn van twee werkdagen in percentages (2003 2007) Algemene e-mails binnen termijn van 2 werkdagen Reply algemene e-mail 2003 2004 2005 2006 2007 Verschil 2006-2007 Gemeenten 68,5% 73,3% 74,0% 89,5% 79,1% -10,4% Provincies 83,3% 75,0% 58,3% 83,3% 58,3% -25,0% Waterschappen 56,5% 67,6% 80,0% 92,6% 70,4% -22,2% Ministeries 83,3% 84,6% 53,9% 23,1% 76,9% 53,8% Totaal binnen 2 werkdagen 88,0% 78,1% -9,9% 5.6 Non respons en de vermelding van responstijden algemene e-mailvraag Voor de overheidsorganisaties met een non-respons op de algemene e-mailvraag is aan de hand van het checklistonderzoek (hoofdstuk 4) gekeken of de website een expliciete vermelding van de responstijden op e-mails bevat. Tabel 7 laat zien dat 32,4% van de gemeenten (22 van de 68) die geen antwoord geven op de algemene e-mailvraag, wel een expliciete vermelding van de responstijd op haar website heeft. De waterschappen (2 van de 7) en ministeries (1 van de 1) scoren respectievelijk 66,7% en 100% op het niet beantwoorden van de algemene e-mailvraag en het wel vermelden van een expliciete responstijd voor e- mails. Van de onderzochte overheden als geheel geeft 34,2% geen antwoord op de algemene e-mailvraag, terwijl de website wel een expliciete vermelding van de responstijd op e-mails bevat. Tabel 7: Overheden - Resultaten expliciete vermelding responstijd bij non-respons algemene vraag (2007) Soort overheid 2007 Gemeenten 32,4% Provincies 66,7% Waterschappen 28,6% Ministeries 100% Totaal 34,2% In het checklist-onderzoek kijken de onderzoekers overigens nadrukkelijk óf er een richtlijn is en niet zozeer hoe deze er inhoudelijk uitziet. Het betreft met andere woorden een kwantitatieve meting in plaats van een kwalitatieve meting. Daarnaast is deze vraag niet verder uitgesplitst in responstijden op een algemene en specifieke vraag. 11/23

6. Resultaten respons specifieke e-mailvraag 13 6.1 Specifieke e-mailvraag gemeenten Van de gemeenten stuurt 21,9% (103 gemeenten) een ontvangstbevestiging op de specifieke vraag. Binnen 10 werkdagen geeft 79,0% van de gemeenten een antwoord op een specifieke vraag per e-mail. In totaal antwoorden 377 gemeenten (80,2%) binnen 30 werkdagen op een specifieke e-mailvraag. Na een termijn van zes weken hebben 93 gemeenten (19,8%) niet gereageerd op de vraag. Het percentage respons op een specifieke vraag is voor gemeenten gestegen van 60,4% vorig jaar naar 80,2% dit jaar (stijging van 19,8%). De gemeenten hebben dit jaar het hoogste percentage respons behaald sinds de start van de meting in 2003. Het percentage respons binnen 2 werkdagen steeg dit jaar met 26,3%. Het percentage non-respons daalde met 19,8%. Tabel 8: Gemeenten - Respons op de specifieke e-mailvraag in percentages (2003 2007) Gemeenten - Respons op de specifieke e-mailvraag Reply specifieke e-mail: 2003 2004 2005 2006 2007 (2007) 14 2006-2007 Verschil binnen 2 werkdagen 58,2% 46,6% 42,0% 43,7% 70,0% 329 26,3% binnen 3-5 werkdagen 7,6% 7,7% 16,0% 9,3% 6,4% 30-2,9% binnen 6-10 werkdagen 5,8% 7,5% 8,0% 4,7% 2,6% 12-2,1% binnen 11-15 werkdagen 2,3% 1,4% 6,0% 2,1% 0,9% 4-1,2% binnen 16-20 werkdagen 1,6% 0,8% 2,0% 0,4% 0,2% 1-0,2% binnen 21-30 werkdagen 0,6% 1,0% 0,0% 0,2% 0,2% 1 0,0% niet binnen 30 werkdagen 23,9% 35,2% 26,0% 39,6% 19,8% 93-19,8% 470 Totaal binnen 30 werkdagen 76,1% 64,8% 74,0% 60,4% 80,2% 19,8% 13 De specifieke vraag per organisatie is ieder jaar een andere vraag. Het is goed mogelijk dat de moeilijkheid van deze vraag gevolgen heeft voor hoogte van de uiteindelijke respons en de hoogte van de respons binnen de termijn. Deze mogelijke gevolgen hebben kunnen we op basis van voorliggende onderzoek niet meten. 14 In deze kolom staat het aantal gemeenten dat binnen 30 werkdagen en niet binnen 30 werkdagen heeft gereageerd op de specifieke e-mailvraag. In totaal hebben alle 470 (deel)gemeenten een specifieke e-mailvraag ontvangen. 12/23

6.2 Specifieke e-mailvraag provincies Drie van de 12 provincies (25,0%) stuurt een ontvangstbevestiging op de specifieke vraag. Binnen 10 werkdagen beantwoorden 7 provincies (58,4%) een specifieke vraag per e-mail. Drie van de vijf provincies die binnen 10 dagen geen antwoord gaven, hebben na zes weken de vraag nog niet beantwoord (25,0%). Het respons percentage is voor de provincies gelijk gebleven ten opzichte van 2006 (75,0%). Alleen in 2004 was het percentage respons met 100,0% op de specifieke vraag hoger dan in 2007. Het percentage non-respons bleef ook gelijk (25,0%). Het grote verschil met 2006 is dat twee provincies na de 10 werkdagen een specifieke vraag per e-mail beantwoorden. Per saldo daarmee voor 2007 een slechtere score dan het voorgaande jaar. Tabel 9: Provincies - Respons op de specifieke e-mailvraag in percentages (2003 2007) Provincies - Respons op de specifieke e-mailvraag Reply specifieke e-mail: 2003 2004 2005 2006 2007 (2007) 15 2006-2007 Verschil binnen 2 werkdagen 50,0% 100,0% 0,0% 41,7% 41,7% 5 0,0% binnen 3-5 werkdagen 8,3% 0,0% 25,0% 25,0% 0,0% 0-25,0% binnen 6-10 werkdagen 8,3% 0,0% 0,0% 8,3% 16,7% 2 8,4% binnen 11-15 werkdagen 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 8,3% 1 8,3% binnen 16-20 werkdagen 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 8,3% 1 8,3% binnen 21-30 werkdagen 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% niet binnen 30 werkdagen 33,3% 0,0% 75,0% 25,0% 25,0% 3 0,0% 12 Totaal binnen 30 werkdagen 66,7% 100,0% 25,0% 75,0% 75,0% 0,0% 6.3 Specifieke e-mailvraag waterschappen Drie waterschappen (11,1%) sturen een ontvangstbevestiging op een specifieke vraag per e- mail. Van de 27 waterschappen geeft 74,1% binnen 10 werkdagen een antwoord op de specifieke e-mailvraag. In totaal beantwoorden 21 waterschappen (77,8%) de specifieke vraag gesteld per e-mail. Na de termijn van zes weken hebben 6 waterschappen (22,2%) de vraag niet beantwoord. 15 In deze kolom staat het aantal provincies dat heeft gereageerd op de specifieke e-mailvraag. In totaal hebben alle 12 provincies een specifieke e-mailvraag ontvangen. 13/23

Het percentage respons op de specifieke vraag is voor de waterschappen gestegen van 59,3% vorig jaar naar 77,8% dit jaar (stijging van 18,5%). Met dit percentage naderen de waterschappen het percentage van 2005 (80,0%). Het percentage respons binnen 2 werkdagen steeg dit jaar met 11,2%. Het percentage non-respons daalde met 18,5%. Tabel 10: Waterschappen - Respons op de specifieke e-mailvraag in percentages (2003 2006) Waterschappen - Respons op de specifieke e-mailvraag Reply specifieke e-mail: 2003 2004 2005 2006 2007 (2007) 16 2006-2007 Verschil binnen 2 werkdagen 69,6% 51,4% 30,0% 44,4% 55,6% 15 11,2% binnen 3-5 werkdagen 4,3% 31,5% 20,0% 7,4% 7,4% 2 0,0% binnen 6-10 werkdagen 2,2% 5,4% 20,0% 3,7% 11,1% 3 7,4% binnen 11-15 werkdagen 2,2% 0,0% 10,0% 3,7% 3,7% 1 0,0% binnen 16-20 werkdagen 4,3% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 21-30 werkdagen 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% niet binnen 30 werkdagen 17,4% 29,7% 20,0% 40,7% 22,2% 6-18,5% 27 Totaal binnen 30 werkdagen 82,6% 70,3% 80,0% 59,3% 77,8% 18,5% 6.4 Specifieke e-mailvraag ministeries Elf van de 13 ministeries (84,6%) stuurt een ontvangstbevestiging op de specifieke vraag. Binnen 10 werkdagen beantwoorden 9 ministeries (69,3%) de specifieke vraag per e-mail. Na het verstrijken van zes weken heeft één ministerie (7,7%) geen antwoord op de vraag per e- mail gegeven. Het respons percentage is voor de ministeries gelijk gebleven aan vorig jaar (92,3%). De ministeries hebben, net als in 2006, het hoogste percentage respons behaald in vergelijking met de jaren 2003 tot en met 2005. Het percentage respons binnen 10 werkdagen daalde dit jaar met 23,1%. Het percentage non-respons bleef gelijk (7,7%). 16 In deze kolom staat het aantal waterschappen dat heeft gereageerd op de specifieke e-mailvraag. In totaal hebben alle 27 waterschappen een specifieke e-mailvraag ontvangen. 14/23

Tabel 11: Ministeries - Respons op de specifieke e-mailvraag in percentages (2003 2007) Ministeries - Respons op de specifieke e-mailvraag Reply specifieke e-mail: 2003 2004 2005 2006 2007 (2007) 17 2006-2007 Verschil binnen 2 werkdagen 33,3% 53,8% 30,8% 30,8% 46,2% 6 15,4% binnen 3-5 werkdagen 0,0% 7,7% 0,0% 38,5% 15,4% 2-23,1% binnen 6-10 werkdagen 8,3% 7,7% 46,2% 23,1% 7,7% 1-15,4% binnen 11-15 werkdagen 8,3% 7,7% 0,0% 0,0% 7,7% 1 7,7% binnen 16-20 werkdagen 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0 0,0% binnen 21-30 werkdagen 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 15,4% 2 15,4% niet binnen 30 werkdagen 50,0% 23,1% 23,1% 7,7% 7,7% 1 0,0% 13 Totaal binnen 30 werkdagen 50,0% 76,9% 76,9% 92,3% 92,3% 0,0% 6.5 Responstermijn specifieke e-mailvraag Het gemiddeld percentage respons binnen de termijn op de specifieke e-mailvraag is voor de onderzochte overheden als geheel 77,9%, een stijging van 19,1%. Vergeleken met het jaar 2006 is het percentage respons voor de gemeenten en waterschappen gestegen. Het respons percentage voor de provincies en ministeries is ten opzichte van 2006 met respectievelijk 16,7% en 23,1% gedaald. Tabel 12: Overheden - Respons op de specifieke e-mailvraag binnen termijn van 10 werkdagen in percentages (2003 2007) Specifieke e-mails binnen termijn van 10 werkdagen Reply specifieke e-mail: 2003 2004 2005 2006 2007 Verschil 2006-2007 Gemeenten 71,6% 61,8% 66,0% 57,7% 78,9% 21,2% Provincies 66,6% 100,0% 25,0% 75,0% 58,3% -16,7% Waterschappen 76,1% 88,3% 70,0% 55,6% 74,1% 18,5% Ministeries 41,6% 69,2% 77,0% 92,3% 69,2% -23,1% Totaal binnen 10 werkdagen 58,8% 77,9% 19,1% 17 In deze kolom staat het aantal ministeries dat heeft gereageerd op de specifieke e-mailvraag. In totaal hebben alle 13 ministeries een specifieke e-mailvraag ontvangen. 15/23

6.6 Non respons en de vermelding van responstijden specifieke e-mailvraag Voor de overheidsorganisaties met een non-respons op de specifieke e-mailvraag is aan de hand van het checklistonderzoek (hoofdstuk 4) gekeken of de website een expliciete vermelding van de responstijden op e-mails bevat. Tabel 13 laat zien dat 40,9% van de gemeenten (38 van de 93) die geen antwoord geven op de specifieke e-mailvraag, wel een expliciete vermelding van de responstijd op haar website heeft. De waterschappen (2 van de 6) en ministeries (1 van de 1) scoren respectievelijk 33,3% en 100% op het niet beantwoorden van de specifieke e-mailvraag en het wel vermelden van een expliciete responstijd voor e- mails. Van de onderzochte overheden als geheel geeft 41,7% geen antwoord op de algemene e-mailvraag, terwijl de website wel een expliciete vermelding van de responstijd op e-mails bevat. Tabel 13: Overheden - Resultaten expliciete vermelding responstijd bij non-respons specifieke vraag (2007) Soort overheid 2007 Gemeenten 40,9% Provincies 66,7% Waterschappen 33,3% Ministeries 100% Totaal 41,7% In het checklist-onderzoek kijken de onderzoekers overigens nadrukkelijk óf er een richtlijn is en niet zozeer hoe deze er inhoudelijk uitziet. Het betreft met andere woorden een kwantitatieve meting in plaats van een kwalitatieve meting. Daarnaast is deze vraag niet verder uitgesplitst in responstijden op een algemene en specifieke vraag. 16/23

7. Non-Respons Het gemiddeld percentage non-respons op de algemene e-mailvraag is voor alle overheden als geheel gestegen van 8,9% naar 15,1% (stijging van 6,2%). Alleen bij de ministeries is de nonrespons in 2007 gedaald ten opzichte van 2006. Waarschijnlijk ten overvloede willen we hierbij aantekenen dat een positieve score op non-respons negatief voor die overheden is. Dat wil immers automatisch zeggen dat de respons is gedaald. Tabel 14: Non-respons gemeenten, ministeries, provincies en waterschappen voor algemene e-mailvraag in percentages (2001 2007) Non-respons 2001-2007, algemene e-mailvraag Verschil 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2006-2007 Gemeenten 76 58,2 13,2 14,7 12,0 8,0 14,5 6,5 Provincies 50 30,8 8,3 16,7 25,0 16,7 25,0 8,3 Waterschappen 70 38,3 19,6 16,2 20,0 7,4 25,9 18,5 Ministeries 87 30,8 16,7 15,4 15,4 38,5 7,7-30,8 Totaal gemiddeld 73,3 47,8 13,8 15,3 15,3 8,9 15,1 6,2 Het gemiddeld percentage non-respons op de specifieke e-mailvraag is voor alle overheden als geheel gedaald van 38,5% naar 19,7% (daling van 18,8%). Bij gemeenten en waterschappen is er sprake van een daling van de non-respons. De provincies en de ministeries behalen hetzelfde non-respons percentage als in 2006. Tabel 15: Non-respons gemeenten, ministeries, provincies en waterschappen voor specifieke e-mailvraag in percentages (2003 2007) Non-respons 2003-2007, specifiek e-mailvraag 2003 2004 2005 2006 2007 Verschil 2006-2007 Gemeenten 23,9 35,2 26,0 39,6 19,8-19,8 Provincies 33,3 0,0 75,0 25,0 25,0 0,0 Waterschappen 17,4 29,7 20,0 40,7 22,2-18,5 Ministeries 50,0 23,1 23,1 7,7 7,7 0,0 Totaal gemiddeld 28,5 27,7 31,8 38,5 19,7-18,8 17/23

8. Conclusies Responstijden In 2007 geeft van de onderzochte overheden 33,1% een responstijd aan op de website. Dit is het hoogste percentage overheden dat online de responstijd voor de afhandeling van een e- mail presenteert sinds 2004. Uitzondering zijn de ministeries met een daling van 7%. Respons algemene e-mailvraag (norm twee werkdagen) Het gemiddeld percentage respons binnen de termijn op de algemene e-mailvraag is voor de onderzochte overheden als geheel 78,1%. Ten opzichte van 2006 is het percentage respons voor de gemeenten, provincies en waterschappen gedaald. Waar deze het voorgaande jaar allemaal een stijging lieten zien. Het respons percentage voor de ministeries is vergeleken met 2006 met 53,8% gestegen. Respons specifieke e-mailvraag (norm tien werkdagen) Het gemiddeld percentage respons binnen de termijn op de specifieke e-mailvraag is voor de onderzochte overheden als geheel 77,9%. Vergeleken met het jaar 2006 is het percentage respons voor de gemeenten en waterschappen gestegen. Het respons percentage voor de provincies en ministeries is ten opzichte van 2006 gedaald. Non-respons algemene e-mailvraag Het gemiddeld percentage non-respons op de algemene e-mailvraag is voor alle overheden als geheel gestegen van 8,9% naar 15,1% (stijging van 6,2%). De uitzondering hierop vormen de ministeries waarbij de non-respons in 2007 is gedaald ten opzichte van 2006. Non-respons specifieke e-mailvraag Het gemiddeld percentage non-respons op de specifieke e-mailvraag is voor alle overheden als geheel gedaald van 38,5% naar 19,7% (daling van 18,8%). Bij de gemeenten en waterschappen is er sprake van een daling van de non-respons. De provincies en de ministeries scoren gelijk aan vorig jaar. Non-respons algemene e-mailvraag met expliciete vermelding responstijd In 2007 geeft 34,2% van de onderzochte overheden geen antwoord op de algemene e- mailvraag, terwijl de website wel een expliciete vermelding van de responstijd bevat. Non-respons specifieke e-mailvraag met expliciete vermelding responstijd In 2007 geeft 41,7% van de onderzochte overheden geen antwoord op de specifieke e- mailvraag, terwijl de website wel een expliciete vermelding van de responstijd bevat. 18/23

9. Bijlagen Algemene vraag: Gemeenten Is er een invalidenparkeerplaats bij het gemeentehuis en zo ja, kan ik daar gratis parkeren? Provincies Is er een invalidenparkeerplaats bij het provinciehuis en zo ja, kan ik daar gratis parkeren? Waterschappen Is er een invalidenparkeerplaats bij het waterschap en zo ja, kan ik daar gratis parkeren? Ministeries Is er een invalidenparkeerplaats bij het ministerie en zo ja, kan ik daar gratis parkeren? Specifieke vraag: Gemeenten Mijn moeder heeft behoefte aan hulp in de huishouding. Ik heb begrepen dat zij daarvoor aanspraak kan maken op de WMO, maar dat er verschillende mogelijkheden zijn: een persoonsgebonden budget of hulp in natura. Welke variant kunt u me aanbevelen en welke acties moet mijn moeder daarvoor ondernemen? Provincies Mijn OV-kaart is nu al uitgerust met een chip. Ik heb begrepen dat de provincie bepaalt wanneer de chipkaart wordt ingevoerd. Vanaf wanneer kan ik hier met de OV-chipkaart reizen? 19/23

Waterschappen Ik hoorde dat de gemeente bij de inrichting van onze wijk rekening moest houden met de watertoets. Ik vraag me nu af of ik als particulier ook een steentje kan bijdragen aan de waterhuishouding in de wijk. Kan ik daar bijvoorbeeld bij de inrichting van mijn tuin rekening mee houden? Heeft u tips voor mij hoe ik dat kan aanpakken en waar ik op kan letten? Ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport Op uw site las ik over de invoering van het Elektronisch Patiënten Dossier. In het artikel wordt echter alleen aangekondigd dat twee andere typen dossiers naar verwachting in 2007 landelijk zullen worden ingevoerd. Hoe lang duurt het nog voor het EPD zal worden ingevoerd? Ministerie van Economische Zaken Op uw website las ik een artikel over de nieuwe Aanbestedingswet. Daarin staat aangekondigd dat een Professioneel en Innovatief Aanbesteden, Netwerk voor Overheidsopdrachtgevers (PIANOo) opgericht zal worden. Welke overheidslagen gaan deelnemen aan PIANOo? Alleen de rijksoverheid of ook provincies en gemeenten? En heeft de nieuwe wet gevolgen voor de aanbestedingskalender.nl? Ministerie van Financiën Op uw website las ik dat de OESO landen een historisch vliegtuigakkoord gesloten hebben. Waarom is dit akkoord beperkt tot de burgerluchtvaart? Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Op uw site las ik een artikel over het energieprestatiecertificaat voor gebouwen dat vanaf 1 januari 2008 verplicht is. Kunt u me vertellen welke acties ik als particulier moet ondernemen als ik in 2008 mijn woning wil verkopen? Welke instantie(s) kan een dergelijk certificaat opstellen? 20/23

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Sinds kort ben ik begonnen als zelfstandig onderneemster. Op uw site las ik dat de minister de mogelijkheden zal onderzoeken of zelfstandig werkende vrouwen een zwangerschapsregeling kunnen krijgen. Op dit moment heb ik geen kinderwens, maar ik ben wel benieuwd wat er in de toekomst mogelijk is. Wanneer gaat de minister met dit vraagstuk aan de slag en wanneer kan ik de uitkomsten tegemoet zien? Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties Ik las op uw website een tekst over administratieve lasten voor burgers. In de top 10 van knelpunten staat onder meer het ruimte geven aan vrijwilligers door vrijwilligers te behandelen als groepen burgers in plaats van als bedrijven. Vanaf wanneer kunnen vrijwilligersorganisaties rekenen op die behandeling? Ministerie van Verkeer en Waterstaat Ik heb vandaag kennisgemaakt met de reisplanner op VanAnaarBeter.nl, waarin zowel de reistijd met OV als met de auto berekend wordt. Ik las op uw site dat dit slechts een proef is. Ik vind de gecombineerde reisplanner erg handig en ik zou het jammer vinden wanneer de reisplanner niet door de proeftijd komt. Hoe lang duurt deze proef, en op welke gronden krijgt de reisplanner al dan niet een vervolg? Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Ik woon in een Brabants dorpje. Ik las op uw site dat bij de uitvoering van het plattelandsbeleid er een belangrijke rol is weggelegd voor de bewoners. Op welke wijze kan ik invloed uitoefenen? 21/23

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Mijn dochter zit in Kampen op een school voor Zeer Moeilijk Lerende Kinderen. Op uw website las ik een artikel over passend onderwijs voor iedere zorgleerling. Daarin staat dat er experimenten zullen plaatsvinden ter voorbereiding op een nieuwe Wet Passend Onderwijs. In welke regio s vinden die experimenten plaats? Ministerie van Buitenlandse Zaken Op uw website las ik dat de minister noodhulp biedt aan Nepal. Welke criteria hanteert u voor het toekennen van noodhulp? Ministerie van Defensie Op uw site las ik de kamerbrief over het Indisch Herinneringscentrum. Ik ben blij dat VWS en Defensie het nieuwe Indisch Herinneringscentrum helpen realiseren. Wanneer wordt het Herinneringscentrum geopend? Ministerie van Justitie Ik las op uw site dat de nieuwe Wet op de kansspelen de oprichting van een kansspelautoriteit mogelijk maakt. Wanneer zal naar verwachting deze nieuwe autoriteit opgericht worden? Ministerie van Algemene Zaken Ik las op uw website het rapport met 50 aanbevelingen voor communicatie met en door een Andere Overheid. Eén van de aanbevelingen (nr.32) gaat over het hanteren van één beeldmerk voor uitingen van de rijksoverheid. Komt er zo n beeldmerk en kun u aangeven wanneer dit beeldmerk gelanceerd gaat worden? 22/23

Over de auteurs Daadkracht B.V. (www.daadkracht.nl) Daadkracht, kracht van een olifant Daadkracht is een jong, onafhankelijk bestuurskundig adviesbureau voor overheden en nonprofitorganisaties met ambities op het gebied van internet en intranet. De adviseurs van Daadkracht bedenken innovatieve internetstrategieën, adviseren, begeleiden en doen onderzoek voor diverse opdrachtgevers in de publieke sector en de politiek. Centraal in de advisering staat het binnen de mogelijkheden van de organisatie benutten van de kansen die de internettechnologie biedt op gebieden als dienstverlening, informatieverstrekking, democratie en kennisdeling binnen de organisatie. Het inzetten van internettechnologie door de overheid leidt volgens Daadkracht tot het herdefiniëren van al jaren bestaande wijzen van werken en het stellen van nieuwe vragen: wie is de (digitale) burger, wat wil hij en hoe kan ik hem het beste bereiken? Daadkracht voert de olifant in het logo. Dit dier staat symbool voor kracht, is betrouwbaar, intelligent, sympathiek en sociaal. Eigenschappen die bij onze adviseurs terug te vinden zijn. TNS NIPO (http://www.tnsnipo.nl/) TNS NIPO, het marktonderzoeksinstituut, is het grootste full-service onderzoeksbureau in Nederland. Op dit moment werken bij TNS NIPO bijna 300 deskundige en betrokken medewerkers voor tal van opdrachtgevers (bedrijfsleven en overheid) in binnen- en buitenland aan het verzamelen, analyseren en presenteren van informatie. Betrouwbare, actuele en praktisch bruikbare informatie die nodig is voor de ontwikkeling en realisatie van beleid en onmisbaar voor het succesvol anticiperen op ontwikkelingen in de markt of samenleving. TNS NIPO beschikt over een breed scala van innovatieve instrumenten voor datacollectie en - analyse. TNS NIPO loopt voorop bij de automatisering van de verzameling en verwerking van gegevens. Honderdveertig onderzoeksbureaus in binnen- en buitenland gebruiken de software die door TNS NIPO voor dit doel wordt ontwikkeld. Een corps van zo n 2.500 goed opgeleide enquêteurs maakt dagelijks van dit instrumentarium gebruik om gegevens over consumenten, bedrijven en instellingen te verzamelen. Grootschalige dataverzamelingsprojecten vereisen geavanceerde systemen voor planning and contro. TNS NIPO beschikt over geautomatiseerde systemen voor veldwerkmanagement en beproefde procedures voor het plannen en controleren van verscheidene complexe en grootschalige onderzoeksprojecten. Het uitvoeren en bewaken van deze procedures is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van alle (project)managers die hierin worden bijgestaan en gecontroleerd door een fulltime kwaliteitsmanager. Als eerste onderzoeksbureau ontving TNS NIPO het ISO-certificaat. Het adequaat informeren van de opdrachtgever (en andere betrokkenen) over de voortgang van de werkzaamheden is een wezenlijk onderdeel van het door TNS NIPO gevoerde beleid van kwaliteitsborging. Naar behoefte van de opdrachtgever worden procedures voor de voortgangsrapportage ontwikkeld, uitgevoerd en bewaakt. 23/23