EXPRESSO AKKOORD 2005-2006 NIEUWE SOCIALE VOORDELEN: PC 218 / Mei 2005 - Nr 11 Meer Koopkracht Brugpensioen 58 jaar tot eind 2006 Aanpassing modaliteiten tijdskrediet Grotere rol voor SA in de opleidingen
HET SOCIAAL OVERLEG WERKT IN UW VOORDEEL! Het beloofden moeilijke onderhandelingen te worden. De werkgevers hadden hun messen scherp geslepen maar ook de vakbonden waren voorbereid. De sector is voor de eerste keer moeten overgaan tot actie! Deze druk heeft zeker een invloed gehad. Maar ondanks alle moeilijkheden, hebben de onderhandelaars toch een goed akkoord kunnen neerzetten : - meer koopkracht - verlenging van het brugpensioen op 58 jaar - aanpassing modaliteiten tijdskrediet - grotere rol voor de SA in de opleidingen - enz. 2
HET MAG IK U VOORSTELLEN. De sector is samengesteld uit ondernemingen van diverse pluimage, waaronder veel KMO's. Lange tijd had het de reputatie van 'rommelkast', met uiteenlopende ondernemingen en werknemers die sociaal gezien veelal slecht af zijn. Per definitie groepeert de sector immers die bedienden die niet in een ander paritair comité kunnen worden geklasseerd. Maar toch verdient dit enige nuancering. Zeker, het gemiddelde loon in het is niet hoog. Maar er bestaan barema s die fungeren als veiligheidsnet, wat niet van alle beroepssectoren kan worden gezegd. En de opeenvolgende sectorale akkoorden zorgen voor belangrijke voordelen voor de werknemers, waarover verder meer. Drie grote categorieën De ondernemingen in het zijn afkomstig uit drie grote sectoren. Eerste categorie : de diensten, een geheel van oude en nieuwe ondernemingen in domeinen zoals informatica, callcenters, toerisme Deze categorie heeft de wind in de zeilen en is goed voor ongeveer de helft van de bedienden in het. Dikwijls zijn het kleine ondernemingen met een nog zwakke syndicalisatiegraad. Tweede categorie : de sector van de groothandel, de tussenpersonen tussen de fabrikanten en de detailhandel, goed voor ongeveer 35% van het. Derde categorie : de industrie, bijvoorbeeld de werknemers in de glasindustrie, de bouw of de productie van niet-gespecialiseerde producten: deze categorie is goed voor ongeveer 15% van de sector en verkleint voortdurend. Enkele cijfers Het telt ongeveer 51.616 ondernemingen, waarvan 49.551 met minder dan 50 bedienden en dus zonder syndicale vertegenwoordiging. Bijna 29.000 ondernemingen tellen minder dan 5 bedienden, terwijl 1 % met moeite meer dan 200 bedienden telt. Meer dan 200.000 van de 355.516 bedienden werken in een KMO met minder dan 50 bedienden. Het doet zich voor als een sector van KMO s, maar eigenlijk verschilt deze situatie niet fundamenteel van deze van de privé-sector in het algemeen. Momenteel heeft 97% van de privéondernemingen minder dan 50 werknemers, en dit percentage neemt nog altijd toe. Een kwestie van solidariteit Het is zeer verscheiden samengesteld. Het sluiten van sectorale akkoorden is dan ook een strategische noodzaak, meer nog dan in andere sectoren. Zonder dergelijke overeenkomsten zou een grote meerderheid bedienden in de kou staan. Een sectoraal akkoord bekrachtigt de solidariteit tussen de werknemers van het. Solidariteit tussen kleine en grote ondernemingen en tussen verschillende categorieën bedienden. De sectorale akkoorden hebben altijd bijzondere aandacht voor de minst bevoordeelde categorieën van het personeel gehad. Er is ook solidariteit tussen de actieven en niet-actieven. Met de steun van de vakbonden organiseert CEVORA, het vormingscentrum van de sector, elk jaar opleidingen op maat voor werklozen om hen te helpen bij het vinden van een job. 3
SECTORAAL AKKOORD NIEUWE SOCIALE VOORDELEN 4 1. Koopkracht 1.1. Loonsverhoging: Plus 18 euro bruto voor iedereen (voor deeltijdsen, pro-rata arbeidsduur) De baremalonen en de effectieve lonen stijgen met 18 euro vanaf 1 januari 2006. De verhogingen worden verleend in de vorm van een forfait. Dat moet worden benadrukt. Een dergelijk systeem (in tegenstelling tot een procentuele verhoging) bevoordeelt immers vooral de laagste lonen. Vb. - 18 op een bruto maandloon van 1500 = 1,2 % - 18 op een bruto maandloon van 2000 = 0,9 % - 18 op een bruto maandloon van 3000 = 0,6 % Een andere belangrijke verduidelijking : de verhoging wordt toegepast op alle bedienden, ongeacht hun categorie, al dan niet gebaremiseerd. En natuurlijk geldt de verhoging ook voor bedienden die meer verdienen dan de barema s. Daarenboven gebeurt de verhoging bovenop de indexaanpassingen van uw loon en de baremieke verhogingen. De sectorbarema s zijn goed voor een jaarlijkse stijging van het loon met gemiddeld 0,8%. Ermee rekening houdend dat ongeveer de helft van de bedienden in de sector boven barema wordt betaald of aan het eind van het barema zit, zal de weerslag van de barema s op de loonevolutie schommelen tussen 0,5 % en 1 % over 2 jaar. 1.2. Gelijkwaardig voordeel : De werkgevers kunnen de loonsverhoging ook op een andere manier toekennen. Voorbeelden : via een jaarlijkse premie of in de vorm van maaltijdcheques. In die hypothese is het akkoord heel duidelijk. Deze evenwaardige voordelen moeten over 2005 en 2006 gelijk zijn aan de impact van de loonsverhoging van 18 euro, en ze blijven behouden na 1 januari 2007. Met andere woorden, eenmaal gegeven, blijft gegeven. Het nieuwe akkoord voorziet een grotere rol voor de syndicale delegatie in deze materie. De werkgever dient de syndicale delegatie voorafgaandelijk op de hoogte te brengen van zijn bedoelingen. Op die manier kan de SA ten volle haar rol spelen in de eventuele omzetting van de sectorale loonsverhoging in iets anders. Vergelijking van beide systemen op basis van huidige inflatieprognose (1,8% per jaar) Juni 2005 2006 Juni 2006 2007 2007 Huidig 2% / 2% / 2% / systeem 2008 1.3. Indexverhoging Vanaf 1 januari 2006 wordt het huidige indexsysteem vervangen door een systeem van jaarlijkse indexering op 1 januari van elk jaar ten belope van de inflatie van het jaar voordien. M.a.w. men schakelt over van een vast percentage van de index op een variabel tijdstip, naar een veranderlijk percentage van de index op een vast tijdstip, namelijk 1 januari van elk jaar. Dit verandert niets aan de weerslag van de inflatie op het loon. Er wordt een overgangsperiode ingevoerd tussen de laatste toepassing van de spilindex en 1 januari 2006, en dit voor een vlotte overschakeling van het bestaande indexeringssysteem (spilindex) naar het nieuwe indexeringssysteem. Januari Januari Augustus Januari Toekomstig 2% 1% / 1,8% / 1,8% Systeem
2. Opleiding De technologie vandaag de dag evolueert heel snel. De nood aan permanente opleiding stijgt recht evenredig. Het is noodzakelijk de kwalificaties aan te passen aan de nieuwe eisen. Zonder voldoende opleiding riskeren de werknemers hun positie op de arbeidsmarkt te verzwakken en dreigt in het ergste geval ontslag. De sector van het komt hieraan tegemoet met een recht op vorming voor elke werknemer, bestaande uit vier dagen opleiding gespreid over twee jaar (2006 en 2007). Het vorige sectoraal akkoord voorzag al in een grotere betrokkenheid van de vakbondsafgevaardigden in de organisatie van deze opleidingen. Laten we niet rond de pot draaien : werkgevers hebben dikwijls de neiging hun opleidingsinspanningen te richten op categorieën werknemers met reeds de meeste kwalificaties, terwijl diegenen met de grootste nood in de kou blijven staan. Vandaar het belang de vakbonden te betrekken in de organisatie. Alleen zo kunnen we garanderen dat men rekening houdt met de noden van alle werknemers. Hiervoor is er een overleg voorzien tussen de verschillende partijen, met de bedoeling de modaliteiten van de opleidingen vast te leggen : belangrijkste doelgroepen, inhoud, methode, planning Wat is nieuw? Wanneer de werkgever geen bedrijfseigen opleidingsplan onderhandelt met de syndicale delegatie moet hij toch voorafgaandelijk aan de syndicale delegatie zijn keuze van opleidingen meedelen. Sanctiemechanisme En wat als uw werkgever u niets aanbiedt? Stel uw werkgever biedt u geen of onvoldoende vormingsdagen aan. Wat dan? U mag de niet-toegekende vormingsdagen zelf kiezen uit het aanbod van Cevora (vormingscentrum in onze sector) of opnemen in de vorm van betaalde vakantie. Voor de procedure kan u terecht bij uw vakbondsafgevaardigde van BBTK of bij de opleidingsconsulente : dborgers@bbtk-abvv.be 4 dagen : hoe en wat? - 4 dagen voor 2006-2007 - individueel recht per bediende - beroepsopleiding intern georganiseerd of in een extern opleidingscentrum (CEVORA, Onderwijs voor Sociale promotie, VDAB, BGDA, VIZO, commerciële initiatieven...) - sanctiemechanisme Verschillende modaliteiten 1. Onderneming MET syndicale delegatie en MET een opleidingsovereenkomst goedgekeurd door de meerderheid van de syndicale delegatie (het kan gaan over een bedrijfseigen opleidingsplan of een akkoord over de aansluiting bij een suppletief' plan): - de vormingsdagen kunnen volledig overgedragen worden van de ene naar de andere bediende (of bedienden) 2. Onderneming MET syndicale delegatie, ZONDER opleidingsovereenkomst, maar MET toetreding van de werkgever tot het suppletief plan: - geen overdracht mogelijk van de ene naar de andere bediende (of bedienden) 3. Onderneming ZONDER syndicale delegatie, MET toetreding tot het suppletief plan: - 2 vormingsdagen kunnen overgedragen worden van de ene naar de andere bediende (of bedienden) 4. Alle andere gevallen (zonder aansluiting bij een suppletief plan ) - geen overdracht mogelijk van de ene naar de andere bediende (of bedienden). 5
3.Tijdskrediet : aanpassing Sinds 1 januari 2002 bestaat het tijdskrediet ter vervanging van de vroegere 'loopbaanonderbreking'. Onze sector voorziet in belangrijke voordelen bovenop de basisregeling. Wettelijk basisprincipe : werknemers hebben gedurende een periode van een jaar recht op een volledige of halftijdse onderbreking van hun loopbaan. Voor een volledige onderbreking ontvangt de werknemer een vergoeding van de RVA van 402,50 euro tot 536,67 euro afhankelijk van de anciënniteit in de onderneming. Nieuw in het sector-akkoord! Het recht op tijdskrediet is uitgebreid van 2 tot drie jaar voor bedienden jonger dan 50 jaar en met een anciënniteit van minstens 5 jaar in het bedrijf, als zij in voltijds tijdskrediet gaan. Voor de niet-uitvoerende bedienden en voor bedienden die een functie uitoefenen die niet door een andere bediende in het bedrijf wordt uitgeoefend is het akkoord van de werkgever nodig indien zij op tijdskrediet wensen te gaan. M.a.w. de werkgever heeft eerst een overleg met de betrokken bediende en indien de werkgever de aanvraag tot tijdskrediet weigert, moet hij de syndicale delegatie voorafgaandelijk op de hoogte brengen. De syndicale delegatie dient over de toepassing hoe dan ook op algemene wijze geïnformeerd te worden. Er is dus zowel individueel als collectief overleg terzake. Ingeval van betwisting doet het verzoeningsbureau van het PC een uitspraak (en dit zowel voor bedrijven met syndicale delegatie als zonder syndicale delegatie). Daarnaast hebben werknemers van 50 jaar en ouder recht op een halftijdse onderbreking tot de pensioenleeftijd, met een compenserende vergoeding. De vergoeding die de RVA uitkeert voor het halftijds tijdskrediet bedraagt dan 400,85 euro. Deze mogelijkheid telt mee in de berekening van de drempel van 5% werknemers, die in de onderneming op hetzelfde moment mogen afwezig zijn. De sectorale overeenkomst van het geeft bijkomende rechten voor bedienden van 55 jaar en ouder. Deze laatste genieten van een onbeperkt recht om toe te treden tot het stelsel van 4/5de arbeidstijd in het kader van de 4- dagenweek (er is dus geen sprake meer van de drempel van 5%). Bovendien krijgen de bedienden van 55 jaar en ouder naast hun 4/5de loon en de federale premie van de RVA van 186,20 euro een aanvullende vergoeding van het Sociaal Fonds ter waarde van 57,22 euro per maand (geïndexeerd). [Alle onderstaande bedragen zijn bruto bedragen] Tijdskrediet Vermindering <50 jaar Vermindering vanaf 50 jaar Wettelijke regeling Voltijds Halftijds 1/5 Halftijds 1/5 Duur Minimum 3 maanden 3 maanden 6 maanden 3 maanden 6 maanden Maximum 1 jaar 1 jaar 5 jaar Tot aan pension Tot aan pensioen Voorwaarden Anciënniteit in de onderneming 12 maanden 12 maanden 5 jaar 5 jaar 5 jaar Anciënniteit als werknemer 20 jaar 20 jaar 6 Bedragen RVA Bijkomende afspraken PC 218 402,50 euro 536,67 euro** Duur 3 jaar** 2 jaar Bijkomende vergoeding van de sector 201,24 euro 132,53 euro 400,85 euro 186,20 euro 171,03 euro * 224,70 euro* *Indien de werknemer alleen woont of indien hij uitsluitend samenwoont met één of meerdere kinderen waarvan minstens één ten laste 57,22 euro **anciënniteit van 5 jaar in de onderneming
5. Maatregelen m.b.t. werkgelegenheid Nieuw! Men gaat over tot het oprichten van een paritaire werkgroep om de bestaande vormings en tewerkstellingsmaatregelen ten gunste van 45+ en jongeren te evalueren, en te onderzoeken in welke mate deze maatregelen aangepast moeten worden om meer jongeren en 45+ te bereiken. Men zal hierbij extra aandacht geven aan vormings en tewerkstellingsmaatregelen voor allochtone werkzoekenden en bedienden. 4. Brugpensioen De werkzaamheden moeten afgerond zijn voor 30 november 2005. - Brugpensioen verlengd tot eind 2006! Nu er volop gepraat wordt over mensen langer aan het werk te houden, is het behoud van het brugpensioen een belangrijke verwezenlijking! 6. Classificatie Men gaat verder met de actualisering van de functieclassificatie De leeftijd waarop u op brugpensioen kunt gaan, blijft in onze sector 58 jaar. Deze afspraak is verlengd tot eind 2006. Ter verduidelijking : de mogelijkheid om op brugpensioen te gaan, is voorbehouden aan bedienden die ontslagen zijn. In dat geval ontvangt de bruggepensioneerde tot de leeftijd van het legale pensioen een inkomen dat uit 2 delen bestaat : een werkloosheidsuitkering en een bijkomende vergoeding ten laste van de werkgever, gelijk aan de helft van het verschil tussen het geplafonneerde nettoloon en de werkloosheidsuitkering 7. Onderzoek 2de pijler Men zet een nieuwe stap in de procedure die de invoering van een sectorale 2de pijler moet begeleiden. Een studie zal worden uitgevoerd over de opportuniteit van de installatie van een 2de pijler in de sector. 7
Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden Sectoraal akkoord 2005-2006 1. Koopkracht 1.1. Loonsverhoging Verhoging van de weddeschalen en effectieve lonen met 18 op 1 januari 2006. 1.2. Gelijkwaardig voordeel Behoud van art. 4, 4 van de CAO van 29 mei 1989, zoals gewijzigd door art 4 3 van CAO van 15 mei 2003. Nieuw: Verwijzing naar art.8 van de CAO van 9 juli 1997 mbt. het statuut van de syndicale afvaardiging. 1.3. Indexverhoging In het jaar 2005, toepassing van het huidige spilindexsysteem cfr. art. 6 van CAO van 9 mei 1989 op de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. Nieuw: Vanaf 1 januari 2006, wordt het huidige indexeringssysteem vervangen door een systeem van jaarlijkse indexering op 1 januari van elk jaar ten belope van de inflatie van het jaar voordien. Er wordt een overgangsperiode ingevoerd voor de periode tussen de laatste toepassing van de spilindex en 1 januari 2006 voor een vlotte overschakeling van het bestaande indexeringssysteem (spilindex) naar het nieuwe indexeringssysteem (indexering op 1 januari van elk jaar). 2. Opleiding Verlenging van de bestaande bepalingen mbt. het recht op opleiding van de bedienden zoals vastgelegd in hoofdstuk III van de CAO van 15 mei 2003. Nieuw: Verwijzing in art. 8 1, punt 2 en 3 van de CAO van 15 mei 2003 naar art. 8 van de CAO van 9 juli 1997 mbt. het statuut van de syndicale afvaardiging. 8 3. Tijdskrediet Verlenging van hoofdstuk V van de CAO van 15 mei 2003 met betrekking tot het tijdskrediet. Nieuw: - De uitoefening van het tijdskrediet vereist het akkoord van de werkgever voor de niet-uitvoerende bedienden en voor de bedienden die een functie uitoefenen die niet door een andere bediende in het bedrijf wordt uitgeoefend. In deze gevallen zal artikel 8 van de CAO van 9 juli 1997 mbt. het statuut van de syndicale afvaardiging van toepassing zijn. De partijen herinneren eraan dat de procedures voorzien dat de betwistingen terzake op bedrijfsniveau door de meest gerede partij kunnen voorgelegd worden aan het verzoeningsbureau.
- Verlenging van de duur van het volledig tijdskrediet van 2 tot 3 jaar over de hele beroepsloopbaan voorzover de bediende aan volgende voorwaarden voldoet: minder dan 50 jaar oud - anciënniteit van minstens 5 jaar in het bedrijf 4. Conventioneel brugpensioen Verlenging van de leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarden van het conventioneel brugpensioen tot 31 december 2006 zoals vastgelegd in hoofdstuk IV van de CAO van 15 mei 2003. 5. Maatregelen met betrekking tot de werkgelegenheid Verlenging van de principes vervat in hoofdstuk VI van de CAO van 15 mei 2003. Nieuw: Oprichting van een paritaire werkgroep om: - de bestaande vormings- en tewerkstellingsmaatregelen ten gunste van 45+ en jongeren te evalueren en te onderzoeken in welke mate deze maatregelen moeten worden aangepast om hun efficiëntie te verhogen. - Hierbij zal speciale aandacht geschonken worden aan vormings- en tewerkstellingsmaatregelen ten gunste van allochtone werkzoekenden. - De werkzaamheden van de paritaire werkgroep worden afgerond voor 30 november 2005 6. Classificatie Voortzetting van de werkzaamheden mbt. de actualisering van de functieclassificatie. 7. Syndicale afvaardiging Nieuw: - Vereenvoudiging procedure in geval van vervanging van een syndicaal Afgevaardigde 8. Onderzoek tweede pijler Uitvoering van een studie over de opportuniteit van een tweede pijler binnen de sector. 9. Financiering acties sector De bijdrage voor risicogroepen wordt vastgesteld op 0,20 %. 10. Varia Beding van sociale vrede. 11. Duur van de CAO Alle bepalingen van de CAO treden in werking op 1 januari 2005 en treden buiten werking op 31.12.2006 met uitzondering van de volgende bepalingen: Zijn van onbepaalde duur: - Jaarlijkse indexering - Gelijkwaardig voordeel: verwijzing naar art.8 van de CAO van 9 juli 1997 mbt. de bevoegdheid van de syndicale afvaardiging. - Vereenvoudigde procedure voor aanstelling vervanger syndicale afgevaardigde Treden in werking op 1 januari 2006 en treden buiten werking op 31.12.2007: - Opleiding 9
Barema s vanaf juni 2005 indexering + 2% Schaal I CAT 1 CAT 2 CAT 3 CAT 4 16 jaar 852,27 887,53 17 jaar 968,13 1008,63 18 jaar 1083,90 1129,86 1228,42 1352,30 19 jaar 1176,53 1226,84 1334,90 1440,56 20 jaar 1222,87 1275,26 1387,97 1492,78 21 jaar 1340,23 1397,55 1417,79 1532,11 22 jaar 1344,38 1405,75 1417,79 1542,48 23 jaar 1348,49 1413,99 1450,57 1552,67 24 jaar 1352,66 1422,28 1479,36 1563,06 25 jaar 1356,84 1433,45 1508,15 1603,38 26 jaar 1360,92 1444,82 1537,06 1639,23 27 jaar 1365,06 1453,41 1565,84 1675,03 28 jaar 1369,16 1474,91 1594,75 1710,76 29 jaar 1373,58 1496,45 1623,67 1746,61 30 jaar 1385,01 1517,91 1652,57 1782,25 31 jaar 1396,48 1539,52 1681,38 1818,23 32 jaar 1406,22 1557,72 1710,25 1853,87 33 jaar 1415,89 1575,69 1739,10 1889,76 34 jaar 1425,69 1593,88 1761,89 1925,50 35 jaar 1435,27 1611,91 1784,60 1961,33 36 jaar 1444,82 1630,06 1807,39 1991,41 37 jaar 1454,30 1635,94 1830,12 2021,47 38 jaar 1463,84 1641,75 1852,89 2051,51 39 jaar 1473,35 1647,71 1859,37 2081,62 40 jaar 1473,35 1653,55 1865,88 2111,72 41 jaar 1473,35 1659,46 1872,43 2122,37 42 jaar 1473,35 1665,45 1879,09 2133,08 43 jaar 1473,35 1671,26 1885,64 2143,80 44 jaar 1473,35 1677,14 1892,34 2154,40 45 jaar 1473,35 1683,01 1898,92 2164,99 46 jaar 1473,35 1688,87 1905,62 2175,57 47 jaar 1473,35 1694,77 1912,20 2186,18 10
Schaal II voor de bedienden die sinds 3 jaar in dezelfde onderneming in dezelfde -categorie werkzaam zijn CAT 1 CAT 2 CAT 3 CAT 4 25 jaar 1394,21 1473,00 1549,89 1647,87 26 jaar 1398,40 1484,72 1579,63 1684,79 27 jaar 1402,56 1493,58 1609,23 1721,57 28 jaar 1406,80 1515,67 1638,98 1758,40 29 jaar 1411,45 1537,89 1668,77 1795,21 30 jaar 1423,16 1559,93 1698,47 1831,97 31 jaar 1434,98 1582,18 1728,18 1868,91 32 jaar 1445,04 1600,86 1757,83 1905,67 33 jaar 1454,97 1619,35 1787,48 1942,54 34 jaar 1465,01 1638,08 1810,93 1979,36 35 jaar 1474,91 1656,67 1834,28 2016,23 36 jaar 1484,72 1675,28 1857,73 2047,16 37 jaar 1494,47 1681,33 1881,16 2078,05 38 jaar 1504,23 1687,33 1904,60 2109,02 39 jaar 1513,99 1693,48 1911,24 2139,96 40 jaar 1513,99 1699,52 1917,94 2170,94 41 jaar 1513,99 1705,61 1924,70 2181,92 42 jaar 1513,99 1711,65 1931,54 2192,91 43 jaar 1513,99 1717,67 1938,28 2203,93 44 jaar 1513,99 1723,81 1945,23 2214,91 45 jaar 1513,99 1729,81 1951,99 2225,77 46 jaar 1513,99 1735,86 1958,89 2236,61 47 jaar 1513,99 1741,87 1965,62 2247,58 11
Verantwoordelijke uitgever : Erwin De Deyn - Hoogstraat 42, 1000 Brussel - E-mail : eddeyn@bbtk-abvv.be ACTIE LOONT! LID WORDEN? Hoe wordt u lid van de BBTK? Heel simpel: het volstaat onderstaand formulier in te vullen en terug te bezorgen aan uw BBTK-afgevaardigde of in één van onze regionale kantoren (zie adressen hiernaast). Uw aanvraag wordt met de nodige discretie behandeld. Naam: Onderneming: Werkplaats: Privé-adres: Straat, Nr.: Postcode: Telefoon: E-mail: Voornaam: Plaats: Ik wens lid te worden van de BBTK EXPRESSO IS EEN UITGAVE VAN BBTK (BOND DER BEDIENDEN, TECHNICI EN KADERS) Mei 2005 - Nr 11 Bezoek onze website www.bbtk.org ONZE GEWESTELIJKE KANTOREN AALST-DENDERMONDE-RONSE-OUDENAARD Houtmarkt 1 9300 Aalst Tel. 053/78 78 78 E-mail: BBTKAalst@bbtk-abvv.be ANTWERPEN Van Arteveldestraat 9-11 2060 Antwerpen Tel. 03/220 69 00 E-mail:AdminBBTKAntwerpen@bbtk-abvv.be BRUGGE Zilverstraat 43 8000 Brugge Tel. 050/44 10 21 E-mail: BBTKBrugge@bbtk-abvv.be BRUSSEL-HALLE-VILVOORDE Rouppeplein 3 1000 Brussel Tel. 02/519 72 80 E-mail: admin.brussel@bbtk-abvv.be Edingensesteenweg 16 1500 Halle Tel. 02/356 06 76 E-mail : admin.halle@bbtk-abvv.be Mechelsesteenweg 253 1800 Vilvoorde Tel. 02/252 43 33 E-mail : admin.vilvoorde@bbtk-abvv.be GENT Ons Huis,Vrijdagmarkt 9 9000 Gent Tel. 09/265 52 70 E-mail: admin.gent@bbtk-abvv.be KEMPEN Grote Markt 48 2300 Turnhout Tel. 014/40 03 75 E-mail: BBTKKempen@bbtk-abvv.be KORTRIJK Conservatoriumplein 9 B 2 8500 Kortrijk Tel. 056/26 82 43 E-mail: BBTKKortrijk@bbtk-abvv.be LEUVEN Maria-Theresiastraat 121/3 3000 Leuven Tel. 016/22 46 01 E-mail: admin.leuven@bbtk-abvv.be LIMBURG Prins Bisschopssingel 34 bus 1 3500 Hasselt Tel. 011/26 90 00 E-mail:Admin.bbtkhasselt@bbtk-abvv.be MECHELEN H. Consciencestraat 33 2800 Mechelen Tel. 015/42 11 60 E-mail: BBTKMechelen@bbtk-abvv.be OOSTENDE-ROESELARE-IEPER J. Peurquaetstraat 1, Bus 12 8400 Oostende Tel. 059/70 27 29 E-mail: BBTKOostende@bbtk-abvv.be SINT-NIKLAAS (WAASLAND) Mercatorstraat 90 9100 Sint-Niklaas Tel. 03/776 36 76 E-mail:Waasland@bbtk-abvv.be Samen sterk!