OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER BOL/BBL NEDERLANDS 2F module 1 Taalbegrip en taalverzorging basisfase Cohort 2018 2021 kwartiel 1 en 2 DOELSTELLINGEN: 1. Aan het einde van deze leereenheid kent de student: - de woordsoorten: o Lidwoord o Voorzetsel o Zelfstandig naamwoord o Bijvoeglijk naamwoord o Bijwoord o Infinitief o Voltooid deelwoord - de zinsdelen: o Werkwoordelijk gezegde o Persoonsvorm o Onderwerp o Lijdend voorwerp o Meewerkend voorwerp - de regels van de werkwoordvervoeging en - spelling in het Nederlands bij het gebruik van werkwoorden: o in de tegenwoordige tijd o in de verleden tijd o als voltooid deelwoord o als bijvoeglijk naamwoord - de regels van stijltoepassingen: o zij hun o dit/deze dat/die o als dan o jou/jouw u/uw mij (me)/mijn 1
- de spellingsregels in het Nederlands van: o aaneenschrijven van woorden o meervoudsvormen o accent- en tremawoorden o hoofdletters 2. Aan het einde van deze leereenheid kent de student tenminste 80% van de woordenschat die op 2F gebruikt worden. 3. Aan het einde van deze leereenheid kent de student tenminste 80% van de Nederlandse spreekwoorden en uitdrukkingen die op 2F gebruikt worden. 4. Aan het einde van deze leereenheid kan de student in een zin benoemen : - de woordsoorten: o Lidwoord o Voorzetsel o Zelfstandig naamwoord o Bijvoeglijk naamwoord o Bijwoord o Infinitief o Voltooid deelwoord - de zinsdelen: o Werkwoordelijk gezegde o Persoonsvorm o Onderwerp o Lijdend voorwerp o Meewerkend voorwerp 5. Aan het einde van deze leereenheid kan de student de regels van de werkwoordvervoeging en -spelling in het Nederlands correct toepassen bij het gebruik van werkwoorden: o in de tegenwoordige tijd o in de verleden tijd o als voltooid deelwoord o als bijvoeglijk naamwoord 6. Aan het einde van deze leereenheid kan de student de stijlregels toepassen, m.b.t. o zij hun o dit/deze dat/die o als dan o jou/jouw u/uw mij (me)/mijn 7. Aan het einde van deze leereenheid kan de student de Nederlandse spellingsregels correct toepassen bij: o aaneenschrijven van woorden o meervoudsvormen o accent- en tremawoorden o hoofdletters 2
LESUREN: BOL: - Kwartiel 1: 9 weken à 1,5 uur = 13,5 uren - Kwartiel 2: 9 weken à 1,5 uur = 13,5 uren Totaal: 27,0 uren BBL: - Kwartiel 1: 9 weken à 0,5 uur = 4,5 uren - Kwartiel 2: 9 weken à 0,5 uur = 4,5 uren Totaal: 9,0 uren BENODIGDE LITERATUUR, LICENTIES EN/OF ANDERE MATERIALEN - VIA Handboek Nederlands, Uitgeverij Deviant, Amersfoort, ISBN 978-94-90998-509 - www.studiemeter.nl - Licentie VIA Starttaal-online (24 maanden), ISBN 978-94-91699-016 - www.brenlessen.nl AFRONDINGSVORM: Deze leereenheid omvat twee kwartielen en wordt met één toets afgesloten. Deze leereenheid vormt een zelfstandige toetseenheid en wordt met een cijfer afgerond. Deze leereenheid kent de volgende afrondingsvormen - Digitale eindtoets AFRONDINGSCRITERIA: - maatschappelijke zorg mbo-niveau 3 toetsvariant MZ 3 minimaal 6 TOETSPROCEDURE: Een student kan zich elk studiejaar ten hoogste twee maal inschrijven om aan deze toets deel te nemen. De toets wordt in elke bufferweek aangeboden. Dit is dus vijf keer per jaar. Voor deelname is tijdige inschrijving vereist. Deze inschrijving dient uiterlijk voor aanvang van de negende lesweek van het betreffende kwartiel te zijn gedaan. Hieraan wordt strikt de hand gehouden en kan niet worden afgeweken. De toets vindt plaats op één van de schooldagen in de tiende week (= bufferweek) van het betreffende kwartiel. Het definitieve toetsrooster wordt uiterlijk in week 9 van het betreffende kwartiel gepubliceerd. Bij niet verschijnen na inschrijving kan de student zich in het lopende studiejaar nog slechts eenmaal opnieuw voor dezelfde toets inschrijven. Als hij ook hier niet verschijnt, kan de student zich in het lopende studiejaar niet nogmaals voor dezelfde toets inschrijven. 3
PLANNING EN PROGRAMMA (kwartiel 1): Plaats van de generieke vakken in de opleiding Organisatie en werkwijze van de lessen Nederlands Informatie over het bestellen van de licenties (oefenprogramma s) bij www.studiemeter.nl Uitleg over het onderdeel woordenschat NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 1 Les 1 Deel 5: Hoofdstuk 6 Woordbetekenis (2e druk: eveneens; paragrafen hebben andere titel) 6.1 In het woord zelf 6.2 In de context van het woord 6.3 In het woordenboek of op internet 6.4 Stappenplan moeilijke woorden * Bestellen van licentie VIA-starttaal-online op www.studiemeter.nl # Woordenschat > - oefening 1 en 2 4
Uitleg over de woordsoorten: - zelfstandig naamwoord - lidwoord - voorzetsel - bijvoeglijk naamwoord - bijwoord NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 2 Les 2 Deel 1: Hoofdstuk 1 Woordsoorten 1.1 Zelfstandig naamwoord 1.2 Lidwoord 1.7 Voorzetsel 1.4 Bijvoeglijk naamwoord 1.5 Bijwoord # Grammatica > Bijvoeglijk naamwoord - bijwoord # Grammatica > - oefening 1 t/m 5 # Grammatica > lw - znw - bnw - bw - vz # Grammatica > - oefening 1 t/m 5 Uitleg over het werkwoord - wat is een werkwoord? - infinitief - voltooid deelwoord NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 3 Les 3 Deel 1: Hoofdstuk 1 Woordsoorten 1.3.4 Werkwoorden 1.3.4 Voltooid deelwoord (de infinitief wordt in het boek niet behandeld) # Grammatica > Woordsoorten # Grammatica > - oefening 1 t/m 5 # Woordenschat > - oefening 3 en 4 5
Uitleg over de zinsdelen: - werkwoordelijk gezegde - persoonsvorm - onderwerp Uitleg over spreekwoorden/uitdrukkingen NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 4 Les 4 Deel 1: Hoofdstuk 2: Zinsdelen 2.3.1 Gezegde 2.3.1 Werkwoordelijk gezegde 2.1.1 Persoonsvorm 2.2.1 Onderwerp Deel 3: Hoofdstuk 2: Beeldspraak en stijlfiguren 2.1.1 Beeldspraak 2.1.1 Spreekwoorden en uitdrukkingen # Grammatica > persoonsvorm - onderwerp - werkwoordelijk gezegde # Grammatica > - oefening 1 t/m 5 # Woordenschat > - oefening 5 # Woordenschat > - oefening 1 en 2 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > spreekwoorden/uitdrukkingen - betekenissen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 1 6
Uitleg over de zinsdelen: - lijdend voorwerp - meewerkend voorwerp NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 5 Les 5 Deel 1: Hoofdstuk 2: Zinsdelen 2.4 Lijdend voorwerp 2.5 Meewerkend voorwerp # Grammatica > zinsdelen # Grammatica > - oefening 1 t/m 5 # Woordenschat > - oefening 6 # Woordenschat > - oefening 3 en 4 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > betekenissen - spreekwoorden/uitdrukkingen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 1 7
Uitleg werkwoordspelling: - in de tegenwoordige tijd - in de verleden tijd - als voltooid deelwoord - als bijvoeglijk naamwoord gebruikt NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 6 Les 6 Deel 2: Hoofdstuk 1: Werkwoordsspelling 1.1.1 Werkwoordstam 1.2.1 Vervoegen in de tegenwoordige tijd 1.3.1 Vervoegen in de verleden tijd 1.3.1 Vervoegen van sterke werkwoorden in de verleden tijd 1.3.2 Vervoegen van zwakke werkwoorden in de verleden tijd 1.3.3 TaXi KoFSCHiP 1.4.1 Andere werkwoordsvormen 1.4.1 Voltooid deelwoord 1.6.1 Samenvattend schema werkwoordsspelling (LET OP: In VIA Handboek 2e druk wordt een andere indeling gebruikt) # Werkwoordspelling > sterke en onregelmatige werkwoorden # Werkwoordspelling > - oefening 1 t/m 5 # Woordenschat > - oefening 7 # Woordenschat > - oefening 5 en 6 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > spreekwoorden/uitdrukkingen - betekenissen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 2 8
Herhaling van de uitleg van de werkwoordspelling: - in de tegenwoordige tijd - in de verleden tijd - als voltooid deelwoord - gebruikt als bijvoeglijk naamwoord NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 7 Les 7 * Bestudeer nog eens in het VIA-Handboek Nederlands: Deel 2: Hoofdstuk 1: Werkwoordsspelling 1.1.1 Werkwoordstam 1.2.1 Vervoegen in de tegenwoordige tijd 1.3.1 Vervoegen in de verleden tijd 1.3.1 Vervoegen van sterke werkwoorden in de verleden tijd 1.3.2 Vervoegen van zwakke werkwoorden in de verleden tijd 1.3.3 TaXi KoFSCHiP 1.4.1 Andere werkwoordsvormen 1.4.1 Voltooid deelwoord 1.6.1 Samenvattend schema werkwoordsspelling (LET OP: In VIA Handboek 2e druk wordt een andere indeling gebruikt) # Werkwoordspelling > werkwoordspelling gecombineerd # Werkwoordspelling > - oefening 1 en 2 # Woordenschat > - oefening 8 # Woordenschat > - oefening 7 en 8 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > betekenissen - spreekwoorden/uitdrukkingen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 2 9
Tweede herhaling van de uitleg van de werkwoordspelling: - in de tegenwoordige tijd - in de verleden tijd - als voltooid deelwoord - gebruikt als bijvoeglijk naamwoord NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 8 Les 8 * Bestudeer nog eens in het VIA-Handboek Nederlands: Deel 2: Hoofdstuk 1: Werkwoordsspelling 1.1.1 Werkwoordstam 1.2.1 Vervoegen in de tegenwoordige tijd 1.3.1 Vervoegen in de verleden tijd 1.3.1 Vervoegen van sterke werkwoorden in de verleden tijd 1.3.2 Vervoegen van zwakke werkwoorden in de verleden tijd 1.3.3 TaXi KoFSCHiP 1.4.1 Andere werkwoordsvormen 1.4.1 Voltooid deelwoord 1.6.1 Samenvattend schema werkwoordsspelling (LET OP: In VIA Handboek 2e druk wordt een andere indeling gebruikt) # Werkwoordspelling > werkwoordspelling gecombineerd # Werkwoordspelling > - oefening 3, 4 en 5 # Woordenschat > - oefening 9 # Woordenschat > - oefening 9 en 10 10
- Uitleg voorzetsel - Uitleg voegwoord NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 9 * Bestudeer nog eens in het VIA-Handboek Nederlands: Deel 1: Hoofdstuk 1: Woordsoorten 1.7. Voorzetsel 1.6. Voegwoord Les 9 Maak op www.studiemeter.nl > VIA-starttaal-online > niveau 2F de volgende oefeningen: # Grammatica > woordsoorten # Grammatica > - deeltoets # Grammatica > zinsdelen # Grammatica > - deeltoets # Werkwoordsspelling > werkwoordsspelling gecombineerd # Werkwoordsspelling > - deeltoets # Stijl > Voorzetsels # Stijl > - drie oefeningen (naar eigen keuze) # Stijl > Voegwoorden # Stijl > - drie oefeningen (naar eigen keuze) 11
PLANNING EN PROGRAMMA (kwartiel 2): Uitleg stijltoepassingen: - hun zij - geslachtsgerelateerde verwijswoorden (dit/deze dat/die) NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 10 Les 1 Deel 3: Hoofdstuk 1: Stijlmoeilijkheden 1.5 Hun - hen - ze (2e druk: 1.6) 1.9 Woordgeslacht (niet in 2e druk) # Stijl > hun - zij # Stijl > - oefening 1 en 2 # Stijl > geslacht # Stijl > - oefening 1 en 2 # Woordenschat > - oefening 10 # Woordenschat > - oefening 11 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > spreekwoorden/uitdrukkingen - betekenissen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 3 12
Uitleg over de stijltoepassing: - als - dan NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 11 Deel 3: Hoofdstuk 1: Stijlmoeilijkheden 1.2 als - dan (2e druk: 1.3) Les 2 # Stijl > als - dan # Stijl > - oefening 1 en 2 # Stijl > hun - zij # Stijl > - oefening 3 t/m 5 # Stijl > geslacht # Stijl > - oefening 3 t/m 5 # Woordenschat > - oefening 11 # Woordenschat > - oefening 12 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > betekenissen - spreekwoorden/uitdrukkingen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 3 13
Uitleg over de stijltoepassing: - jou/jouw u/uw mij(me)/mijn - (persoonlijk voornaamwoord) - (bezittelijk voornaamwoord) NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 12 Deel 3: Hoofdstuk 1: Stijlmoeilijkheden 1.7 jou/jouw - u/uw - me/mij/mijn (2e druk: 1.9) Les 3 # Stijl > jou - jouw / mij - mijn / me - mijn / u - uw # Stijl > - oefening 1 en 2 # Stijl > als - dan # Stijl > - oefening 3 t/m 5 # Stijl > geslacht # Stijl > - deeltoets # Woordenschat > - oefening 12 # Woordenschat > - oefening 13 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > spreekwoorden/uitdrukkingen - betekenissen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 4 14
Uitleg over de spellingregels bij het aaneenschrijven van woorden: - aaneen of los - liggend streepje - tussen-s - tussen-n NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 13 Les 4 Deel 2: Hoofdstuk 2: Algemene spelling 2.6.0 Samenstellingen (2e druk: 2.1 en 2.2) 2.6.1 Koppelteken 2.6.2 Tussenletters # Spelling > aaneenschrijven # Spelling > - oefening 1 en 2 # Stijl > jou - jouw / mij - mijn / me - mijn / u - uw # Stijl > - oefening 3 t/m 5 # Stijl > als - dan # Stijl > - deeltoets # Woordenschat > - deeltoets 1 # Woordenschat > - deeltoets 1 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > betekenissen - spreekwoorden/uitdrukkingen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 4 15
Uitleg van de spellingsregels over het gebruik van diverse speciale tekens in het Nederlands: - trema - accenttekens - apostrof - liggend streepje NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 14 Les 5 Deel 2: Hoofdstuk 2: Algemene spelling 2.8.0 Woordtekens (2e druk: 2.11) 2.8.1 Trema " (2e druk: 2.11.1) 2.8.2 Accenten ` ' (2e druk: 2.11.2) 2.8.3 Apostrof ' (2e druk: 2.11.3) 2.8.4 Liggend streepje - (2e druk: 2.11) # Spelling > accentwoorden - tremawoorden # Spelling > - oefening 1 en 2 # Spelling > aaneenschrijven # Spelling > - oefening 3 t/m 5 # Stijl > jou - jouw / mij - mijn / me - mijn / u - uw # Stijl > - deeltoets # Woordenschat > - deeltoets 2 # Woordenschat > - deeltoets 2 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > spreekwoorden/uitdrukkingen - betekenissen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 5 16
Uitleg over het gebruik van hoofdletters in het Nederlands. NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 15 Les 6 Deel 2: Hoofdstuk 2: Algemene spelling 2.1.0 Hoofdletters (2e druk: 2.6) 2.1.1 Begin van de zin 2.1.2 Namen van personen 2.1.3 Organisaties, merken en producten 2.1.4 Aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken 2.1.5 Historische gebeurtenissen en kalendergebruiken 2.1.6 Religieuze en culturele verschillen # Spelling > hoofdletters # Spelling > - oefening 1 en 2 # Spelling > accentwoorden - tremawoorden # Spelling > - oefening 3 t/m 5 # Spelling > aaneenschrijven # Spelling > - deeltoets # Woordenschat > - deeltoets 3 # Woordenschat > - deeltoets 3 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > betekenissen - spreekwoorden/uitdrukkingen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - oefening 5 17
Uitleg over de spellingsregels bij meervouden in het Nederlands. NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 16 Les 7 * Bestudeer nog eens in het VIA-Handboek Nederlands: Deel 2: Hoofdstuk 2: Algemene spelling 2.2.0 Meervoudsvormen (2e druk: 2.3) 2.2.1 Meervoud op -en (2e druk: 2.3.1) 2.2.2 Meervoud op -s (2e druk: 2.3.2) 2.2.3 Klankverandering (2e druk: 2.3.3) # Spelling > meervoudsvormen # Spelling > - oefening 1 en 2 # Spelling > hoofdletters # Spelling > - oefening 3 t/m 5 # Woordenschat > contextzinnen # Woordenschat > - deeltoets 4 # Woordenschat > betekenissen # Woordenschat > - deeltoets 4 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > spreekwoorden/uitdrukkingen - betekenissen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - deeltoets2 18
De studenten kunnen tijdens deze laatste les voor de toets vragen stellen aan de docent over alle in de toets voorkomende onderdelen. NEDERLANDS 2F (modules) > NED 2F module 1 > MODULE 1 Taalverzorging Les 17 Les 8 # Spelling > meervoudsvormen # Spelling > - oefening 3 t/m 5 # Spelling > - deeltoets # Spelling > hoofdletters # Spelling > - deeltoets # Woordenschat > contextzinnen # Woordenschat > - deeltoets 5 # Woordenschat > betekenissen # Woordenschat > - deeltoets 5 # Spreekwoorden / uitdrukkingen > betekenissen - spreekwoorden/uitdrukkingen # Spreekwoorden / uitdrukkingen > - deeltoets Je kunt ter voorbereiding op de eindtoets de oefentoets maken. Deze opent uitsluitend nadat je alle verplichte oefeningen voldoende hebt afgerond. EINDTOETS NEDERLANDS 2F Voorwaarden om te mogen deelnemen: Les 9 Verplichte deeltoetsen 2F VIA-starttaal-online voldoende hebben afgerond: - stijl - grammatica - spelling - werkwoordspelling - woordenschat - spreekwoorden / uitdrukkingen De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan: - VIA-handboek Nederlands - Zelfgemaakte aantekeningen - Gedrukt (papieren) woordenboek - (Klad)papier en pen De volgende hulpmiddelen zijn NIET toegestaan: - informatie van anderen tijdens de toets - digitale naslagwerken - De toets wordt onder toezicht op de computer gemaakt! 19