Aanplant, snoei en verzorging van hoogstamfruitbomen Jan Van Bogaert Voor het Agentschap Natuur en Bos De aanplant Bodem De meest geschikte bodem voor grootfruit (appels, peren, kersen en pruimen) is: goed ontwaterde zandleem. Andere bodems moeten zodanig voorbereid worden dat ze op vlak van water doorlaatbaarheid, vruchtbaarheid, zuurtegraad, structuur en waterhoudend vermogen de eigenschappen van de ideale bodem benaderen. Tip: Grond met veel regenwormen is meestal goed geschikt. Agentschap Natuur en Bos 2010 1
Plantafstanden Kleine boompjes worden groot. Om te voorkomen dat de volwassen fruitbomen mekaar hinderen volgen hier richtlijnen voor de te respecteren afstanden. Hiermee kun je ook zelf uitrekenen hoeveel bomen op jouw perceel passen. Appel hoogstam 8 x 8 8 x 10 of 10 x 10 Peer hoogstam 6 x 6 6 x 8 of 8 x 8 Kers hoogstam 10 x 10 10 x 12 of 12 x 12 Pruim hoogstam Perzik, Mispel Amandel, Abrikoos, 6 x 6 6 x 8 of 8 x 8 6 x 6 6 x 8 of 8 x 8 Okkernoot 10 x 10 10 x 12 of 12 x 12 Andere combinaties kunnen, zolang de minimum afstanden worden gerespecteerd. Hoogstamfruitbomen moeten minstens op 2 m van de perceelsrand geplant worden. Het planten Vanaf begin november tot eind maart. Het najaar is het beste, omdat zich al nieuwe haarwortels kunnen vormen Let er bij transport van de bomen op dat de wortels niet kunnen uitdrogen (transporteren in een gesloten wagen, de wortels afdekken met een zeil of inpakken). Indien je de bomen niet onmiddellijk kan aanplanten, kuil ze dan in en zorg dat vorst niet aan de wortels kan. Agentschap Natuur en Bos 2010 2
1. plantverband uitzetten op basis van de gekozen soorten en rassen en de eigen wensen. 2. steunpalen 80 cm diep ingraven (ze steken dan nog 2 m boven de grond uit 3. plantgat uitgraven van 80x80 cm bij +/- 50 cm diepte. De bovenste (humusrijke) grondlagen gescheiden houden om het plantgat in dezelfde lagen terug te kunnen opvullen. 4. wortelgestel bijknippen (wegnemen gekwetste delen) en best ook insmeren met een aanklevende modderpap 5. boom aan oostzijde op 15 cm van de steunpaal in plantgat zetten met entplaats 10 cm boven de grond en voorlopig bevestigen bovenaan de steunpaal 6. plantgat met goed verkruimelde grond vullen. Bij droge gronden eventueel grond mengen met terracottem of een ander inert product. Bij tekort aan humus kan tuingrond gemengd worden met een geschikt tuingrondmengsel. 7. boom, al schuddend iets omhoog trekken zodat de grond tussen de wortels komt. 8. grond aandrukken van binnen naar buiten 9. boom definitief aan de steunpaal vast maken met boomband in een 8-vormige lus 10. de grond rond de stam bedekken met compost of rijpe stalmest (niet tegen de stam!). Dit voorkomt uitdroging van de bodem en zorgt voor een geleidelijke bemesting. Bij aanwezigheid van woelmuizen laat je de grond beter onbedekt. 11. uitvoeren van de eerste plantsnoei (zie snoeitips) 12. boom voorzien van vee of wildbescherming Agentschap Natuur en Bos 2010 3
Boombescherming Snoeien van hoogstam In vergelijking met laagstamfruitbomen vereisen hoogstamfruitbomen weinig onderhoud. Snoei is en blijft echter nodig, zeker in de eerste jaren Snoei zorgt voor de juiste boomvorm en brengt licht, lucht en zon in de kruin. Al deze elementen zijn nodig om veel en gezonde vruchten te kunnen vormen, om takbreuk en ziektes te voorkomen en je bomen een lang leven te gunnen. Agentschap Natuur en Bos 2010 4
Levensfasen van een fruitboom Naargelang de ouderdom van de boom is er een ander type snoei vereist. Plantsnoei vormsnoei onderhoudssnoei verjonging restauratie Een hoogstamboom bestaat uit 3 delen -Wortels, vaak zaailingen (ciderappels wilde peer boskers) -Stam, -keuleman of pomme d or bij appel -Beurré Hardy, bij peer -Myrobolaan, St-Julien A, bij pruim -Boskers bij zoete en zure kersen -Ent van het ras waarvan je vruchten wil Een hoogstam is reeds 4-6 jaar oud als hij kan verkocht worden met een ent van 1 groeijaar. Agentschap Natuur en Bos 2010 5
Voor de snoei worden de takken onderverdeeld in verschillende types: - Gesteltakken - Harttak of verlengenis - vruchthout (twijg) - Waterscheuten - vruchtbeurzen Agentschap Natuur en Bos 2010 6
Algemene snoeitips - Snoeien doe je steeds met proper en scherp gereedschap. - Snoeiwonden (grootte vanaf 1 ) moeten niet met een zogenaamd wondafdekkend middel verzorgd worden, tenzij in uitzonderlijke omstandigheden. - Snoei bij geschikt weer (droog en niet bij zware vorst) - Zieke takken en vruchten worden verwijderd om verspreiding van de ziekte te voorkomen. - Na het snoeien van zieke takken wordt het snoeigereedschap ontsmet vooraleer een andere boom te verzorgen. (dus best zieke bomen als laatste doen) Agentschap Natuur en Bos 2010 7
De juiste snede Goed te ver van knop te kort bij knop te scherp verkeerde kant Takken worden afgezaagd aan de takkraag Groei- en snoeiregels -Takken met gelijke hoogte en hoek groeien even hard -Steile takken groeien harder -Hoger geplaatste takken groeien harder -Dikke takken groeien harder -Kort bij de stam = meer groei -Sterkste groei op hoogste punt Agentschap Natuur en Bos 2010 8
Andere wetmatigheden bij de scheutgroei scheutgroei aan de top scheuten op de bocht Andere wetmatigheden bij de scheutgroei Bij sterke uitbuiging van takken komen slapende knoppen tot ontwikkeling De apicale dominantie Agentschap Natuur en Bos 2010 9
Basisregels bij de vormsnoei: Sterke twijggroei (> 80 cm) weinig snoeien, om de scheutvorming niet teveel te stimuleren (1/3 insnoeien) Normale twijggroei (40 80 cm) matig snoeien om eenzelfde groei te behouden (1/2 insnoeien) Zwakke twijggroei (< 40 cm) sterker snoeien, om de twijgontwikkeling te prikkelen (2/3 insnoeien) Zwakkere zijtwijgen worden met mate behouden en zullen de eerste vruchten geven. Kijk ook steeds of de bindband of het naamlabel niet knelt Snoei van de harttak of verlengenis Steeds alternerend Snoei van de gesteltakken Steeds op een oog naar buiten De plantsnoei gebeurt vlak voor of na het planten 3-4 stevige takken ( gesteltakken ) goed verdeeld rondom de stam worden behouden en op gelijke hoogte gesnoeid. Ze mogen evenwel niet steil omhoog staan om afscheuren op latere leeftijd te vermijden. De harttak (= verlenging van de stam) wordt (indien nodig voor de boomvorm) slechts een weinig hoger gesnoeid dan de gesteltakken, zodat hij niet teveel in groei bevoordeeld wordt. Kleinere twijgen worden niet allemaal afgeknipt, maar horizontaal afgebonden waardoor ze vroeg vruchten zullen dragen. Agentschap Natuur en Bos 2010 10
Plantsnoei 1 jarige kroonent -ent heeft meestal 3 ogen -Indien alle 3 uitlopen zijn er 3 twijgen op het moment dat de boom verkocht wordt -Bij het planten worden deze ingekort op een oog naar buiten Plantsnoei bij basisent en kroonent Bovenaanzicht hoogstam met 3 gesteltakken Na 1 jaar groei Spiraalvormige plaatsing van de knoppen bij alle fruitsoorten leidt tot een goede spreiding van de scheuten Andere knopplaatsingen zijn -Tegenoverstaand (vlier ) -Afwisselend (tamme kastanje ) na 2 jaar groei Agentschap Natuur en Bos 2010 11
Vormsnoei Bij hoogstam moet er eerst aandacht zijn voor de kroonvorming, daarna pas voor de vruchtzetting. (Wat betekent een jaar langer wachten op vruchten voor een boom die 40-80 jaar kan meegaan) Ongesnoeide hoogstammen krijgen een zeer dichte kroon, geven kleine en zieke vruchten, gaan vlug scheuren en leven veel korter dan goed gevoermde en gesnoeide bomen Vormsnoei wordt toegepast vanaf het jaar na de aanplant tot de opbrengstfase van de boom bereikt wordt. Start opbrengstfase Bij appels op hoogstam is dat na 7-12 jaar. Bij peren op hoogstam na 10-12 jaar. Bij kersen op hoogstam na 6-7 jaar. Bij pruimen op hoogstam na 6-8 jaar. De scheiding tussen vormsnoei en onderhoudssnoei is er een van Geleidelijke overgang Vormsnoei van jonge bomen gebeurt steeds in de winter (vanaf half november tot eind maart) bij droog maar niet te koud weer. Wintersnoei stimuleert de scheutvorming (de wortels moeten minder scheuten van voedsel voorzien) en om een kroon te vormen hebben we sterke scheuten en vertakkingen nodig. Voorkeurperiode is: februari-maart voor appel en peer -door start groeiseizoen worden wondjes snel gedicht -zo is er minder kans op besmetting door ziektes begin november voor kers en pruim -Wondjes worden nog afgesloten, in voorjaar kans op gomvorming Agentschap Natuur en Bos 2010 12
Bij de vormsnoei van de klassiek ronde kruin worden jaarlijks de concurrenten van de harttak en de gesteltakken verwijderd. De gesteltakken worden op gelijke hoogte gesnoeid. Zo krijgen ze evenveel sap en zullen gelijkmatiger groeien en vertakken. Zodra het gewenst aantal vertakkingen van de gesteltakken is bereikt kort men deze niet meer in (tenzij om de groei verder te stimuleren bij zwakke groei) Er kan veel verschil zijn in natuurlijke groeiwijze van de boom appel kers Appel Twee boomvormen zijn mogelijk Met harttak (Oechsbergsnoei) Zonder harttak (vaasvorm) Geeft kleinere boom klassieke vorm van de streek Dichtere kroon Veel zonlicht, mooier fruit Agentschap Natuur en Bos 2010 13
Tijdens het eerste groeiseizoen kan men in juni-juli overtollige scheuten verwijderen (trekken) ende overige innijpen op 4 ogen Vaasvorm Snoei na 2 groeiseizoenen Het derde jaar wordt het hele proces nogmaals herhaald -Insnoeien van harttak en gesteltakken volgens de groeikracht -Harttak op een oog tegenoverliggend aan dat van vorig jaar -Gesteltakken op een oog naar buiten -Innijpen en verwijderen van overtollige scheuten in de zomer Als het goed is heeft men na het derde jaar 8 à 12 vertakkingen van de gesteltakken Agentschap Natuur en Bos 2010 14
Het vierde jaar blijft de snoei beperkt -foutjes worden gecorrigeerd -Concurrenten van de eindscheuten worden weggenomen -De verlengenissen worden niet meer ingekort -Zijtwijgen worden behouden -Waterloten worden weggenomen Jeugdfase Kruinvorming met harttak Kruinvorming zonder harttak Agentschap Natuur en Bos 2010 15
De productiefase Appel voor restauratie Agentschap Natuur en Bos 2010 16
Appel na verjonging Peer Piramidale vorm is het meest natuurlijk. Doorgaande harttak met meerdere kransen van 4 à 5 gesteltakken Tussenafstand tussen de kransen +/- 70 cm Eerste snoei piramidale kruin Agentschap Natuur en Bos 2010 17
Peer na 5 jaar Peer na 6 jaar Peer: uitdunning na +/- 20 jaar (onderhoudssnoei) Agentschap Natuur en Bos 2010 18
Detail van uitdunning Peer na uitdunning Peer voor verjonging Agentschap Natuur en Bos 2010 19
Peer na verjonging Zoete kers Twee boomvormen zijn mogelijk -Zonder harttak (boom blijft kleiner in de hoogte) -Met harttak -Met harttak is de meest natuurlijke vorm, maar de boom wordt hoger -Op een leeftijd van 10 15 jaar kan de harttak worden getopt om de hoogte te beperken plantjaar Jaar 1 met harttak Jaar 1 zonder harttak Bij kersen behoudt met 4 à 5 twijgen Hierop komt zijdelings het vruchthout Agentschap Natuur en Bos 2010 20
Kers snoei derde jaar Kers uitdunning na +/- 15 jaar Restauratie is bij kers niet mogelijk Eerst twijgen selecteren en overbodige verwijderen vervolgens overblijvende inkorten Pruim Ook bij pruim kan men kiezen voor de vaasvorm of de ronde kruin Agentschap Natuur en Bos 2010 21
Pruim van 4 jaar vóór en na de snoei De ideale snoei bestaat niet, bomen zijn levende wezens, reacties op een ingreep zijn niet steeds hetzelfde. Takken kunnen afsterven, insekten,zoogdieren of vogels kunnen knoppen of scheuten opeten of beschadigen. Het is slechter helemaal niet te snoeien dan een fout te maken bij het snoeien, zolang je de basisprincipes hanteert. -Evenwichtige verdeling van de takken -Gelijkmatige hoogte behouden -Respecteer de boomvorm en stuur bij waar nodig -Wintersnoei stimuleert scheutgroei -Hoe meer snoei, hoe meer groei -De juiste weersomstandigheden Onderhoudssnoei In de opbrengstfase is de boomvorm klaar en wordt gesnoeid om licht en lucht in de kruin te behouden en de vruchtbaarheid te handhaven. Te dicht staande en kruisende takken worden aan de takring verwijderd, gesteltakken worden teruggesnoeid op een kleinere zijtak, die de natuurlijke groeirichting en uitbreiding van de kruin verder zet. Te oude vruchttakken worden verwijderd. Agentschap Natuur en Bos 2010 22
Zomersnoei is een onderdeel van onder meer de onderhoudssnoei. Je kan dan: -overtollige twijgen verwijderen met voet (uittrekken) -Kleinere twijgen innijpen op 4 ogen -Stamopschot verwijderen (uittrekken) -Knellende banden ruimer plaatsen -Kankerplekken behandelen -Vruchten dunnen -Afbuigen van gesteltakken in een hoek van 45 (af- of opbinden naargelang vlakke of steile groei) Door het aftoppen van de harttak op de gewenste hoogte bekomt men een lage open kruin. Dit is vooral bij kersen en pruimen gebruikelijk, zowat 2-3 jaar na het bereiken van de volledrachtfase. Onderhoudssnoei gebeurt bij pruimen en kersen tijdens of vlak na de pluk. Bij appels en peren kan de onderhoudssnoei gedeeltelijk in de zomer plaatsvinden, maar het is gebruikelijker alles in de winter uit te voeren omdat dan de vruchtenweg zijn Verjongingssnoei Dient om bij oudere bomen overmatige vruchtdracht met kleine en minderwaardige vruchten tegen te gaan, maar vooral om nieuwe krachtige twijggroei te stimuleren. Verjongingssnoei gebeurt bij pruimen en kersen tijdens of vlak na de pluk aan relatief jong hout dat nog regenereert. -oud vruchthout uitdunnen -Toppen van de scheuten afknippen om te prikkelen Agentschap Natuur en Bos 2010 23
Restauratiesnoei Dient om bij oudere bomen overmatige vruchtdracht met kleine en minderwaardige vruchten tegen te gaan, maar vooral om nieuwe krachtige twijggroei te stimuleren. Verjongingssnoei gebeurt bij pruimen en kersen tijdens of vlak na de pluk aan relatief jong hout dat nog regenereert. -oud vruchthout uitdunnen -Toppen van de scheuten afknippen om te prikkelen Ouderdomsfase Agentschap Natuur en Bos 2010 24
Agentschap Natuur en Bos 2010 25