Naam: Evaluatie Datum: ewogen en zoekende mensen vinden elkaar: Kerk - andere godsdiensten B 1. En dan, naar de grote school! (2/2) Volgend jaar ga je waarschijnlijk naar een andere school. Noem iets wat je daarin aantrekt en iets wat je bang maakt. De antwoorden zijn persoonlijk. De kinderen krijgen een punt als blijkt dat ze erover hebben nagedacht. - Dit trekt mij aan: - Dit schrikt mij af: 2. Overgangsrituelen Denk na over elk ritueel in het rooster. Is het een overgangsritueel? Noteer: ja of nee. Bij welke godsdienst hoort het ritueel? Vul aan! Ritueel Bar Mitswa Doopsel Ramadan Besnijdenis Overgangsritueel (ja of nee)? ja ja nee ja Bij welke godsdienst? joden christenen islam islam en/of joden 27
3. Wat ga je doen? (3/3) Lees eerst deze situatie en beeld je alles goed in. Volgend jaar ga je naar een andere school. De autobus die langs die school rijdt, heeft een halte vlak bij je thuis. Maar je ouders willen dat je met de fiets gaat. Fietsen is gezonder dan op de bus zitten, zeggen ze. En als je op het fietspad rijdt, is het ook veilig. Het is toch maar 6 kilometer. Maar jij zou liever met de bus gaan, want al jouw vrienden uit de buurt mogen de bus nemen. 4. Wat is goed? Hoe wil jij je mening verdedigen? Kruis aan wat je zou doen. Ik luister naar mijn ouders. Zij hebben gelijk. Ik vraag een vriend of vriendin of ze toch ook niet met de fiets naar school gaan, zodat we samen kunnen rijden. Ik leg mijn ouders uit dat vrienden voor mij belangrijk zijn en dat ik dus écht wel liever met de bus ga. Ik zal er wel iets op vinden om niet met de fiets te moeten gaan. Toelichting: 3 punten = de leerling komt op voor wat hij/zij belangrijk vindt. 1 punt = er zit weinig persoonlijkheid in. 0 punten = de leerling is niet heel eerlijk ten overstaan van zijn/haar ouders. (= 1 punt) (= 3 punten) (= 3 punten) (= 0 punten) Jan laat zich vormen, Janne doet mee met het feest van de vrijzinnige jeugd, Pieter doet niets, Parwiz werd besneden, Peter wordt later gedoopt Kruis aan wat jij van de verschillende overgangsrituelen vindt. Let op: je mag maar één mening aanduiden! Ik vind elke keuze evenwaardig. Ik vind mijn eigen keuze de beste. Ik vind sommige keuzes niet goed. Ik vind dat iedereen hetzelfde moet kiezen. Ik vind dat iets wat iedereen voor zichzelf moet uitmaken. Toelichting: hoe meer respect voor anderen de leerling toont en hoe meer overtuiging hij/zij uit, hoe meer punten je hem/haar kunt geven. (= 3 punten) (= 4 punten) (= 0 punten) (= 2 punten) 28
5. Kun je ze onderscheiden? (2/2) Welke bewering hoort bij joden? En welke bij moslims? Zet een kruisje in de juiste kolom. Joden Moslims Ze houden het Offerfeest. Ze hebben een synagoge om te bidden. Ze houden het Schapenfeest. Ze houden hun rustdag op zaterdag. 6. Op weg naar een eigen overtuiging (6/6) Bekijk de afbeeldingen op de volgende bladzijde aandachtig. Elke afbeelding staat symbool voor een bepaalde overtuiging. Zet de naam van elke overtuiging bij de juiste prent. Kies uit: islam vrijzinnig humanisme christendom jodendom Schrijf bij elke overtuiging de naam van een overgangsritueel. Noteer ook de leeftijd waarop dat ritueel normaal gezien plaatsvindt. Noteer ten slotte nog de opdracht die men tijdens het ritueel uitvoert. Kies uit: solidair zijn met alle mensen voorlezen uit de Thora meedoen met de vasten leven als een gezalfde 29
Overtuiging: jodendom Overtuiging: christendom Overgangsritueel: Bar Mitswa (of Bat Mitswa) Overgangsritueel: vormsel Leeftijd: 12-13 jaar Leeftijd: 12-13 jaar Opdracht: voorlezen uit de Thora Opdracht: leven als een gezalfde Overtuiging: islam Overtuiging: vrijzinnig humanisme Overgangsritueel: besnijdenis Overgangsritueel: feest van de vrijzinnige jeugd Leeftijd: 12-13 jaar (of: vóór puberteit) Leeftijd: 12-13 jaar Opdracht: meedoen met de vasten Opdracht: Opdracht: solidair zijn met alle mensen 30
7. Vreemde rituelen... of niet? (6/6) Mensen die geloven, doen dingen die soms heel gewoon lijken, maar soms ook eigenaardig zijn. Geef met een kruisje aan of deze rituelen en gebruiken met een bepaald geloof te maken hebben of juist niet. Snoepen Waterbaden Omgang met dieren Voetwassing Ritueel of gebruik 1. Christenen die niet snoepen in de veertigdagentijd 2. Moslims die veel snoepen op het Suikerfeest 3. Boeddhisten die kroepoek snoepen voor een warme maaltijd 1. Christenen die gaan baden in Lourdes 2. Moslims die gaan baden in een Turks bad 3. Hindoes die gaan baden in de Ganges 1. Christenen die hun dieren laten zegenen 2. Joden die een ezel gebruiken in de bergen 3. Hindoes die eerbied hebben voor elk dier 1. Christenen die hun voeten laten wassen op Witte Donderdag 2. Moslims die hun voeten wassen voor ze de moskee binnengaan 3. Joden die hun voeten wassen na het werk in de tuin Heeft te maken met het geloof Heeft NIET te maken met het geloof 31
8. Het goede van thuis Stel je voor dat de onderstaande regels bij jou thuis gelden. Wat waardeer je dan het meest? Zet er een kruisje bij. Je mag één uur per dag op het internet. Je mag van je ouders naar de jeugdbeweging. Je mag af en toe gaan logeren bij een vriend(in). Je mag eens per week het menu kiezen. Waarom heb je dat gekozen? De keuze zelf wordt niet beoordeeld, wel de argumentatie. 0 punten = geen argumenten of niet ter zake (bv.: ik mag niet naar de jeugdbeweging) 1 punt = een argument vanuit eigen standpunt (bv.: ik ga graag naar de jeugdbeweging) 2 punten = een argument waaruit waardering van de ouders blijkt (bv.: mijn ouders hebben vertrouwen in mij) Stel je voor dat de onderstaande regels bij jou thuis gelden. Wat waardeer je dan het minst? Zet er een kruisje bij. Je ouders verwachten dat je eens per week je grootmoeder bezoekt. Je ouders verwachten dat je elke dag in een boek leest. Je ouders verwachten dat je mee naar de kerk / moskee / kapel gaat. Je ouders verwachten dat je je kamer opruimt. Waarom heb je dat gekozen? De keuze zelf wordt niet beoordeeld, wel de argumentatie. 0 punten = geen argumenten of niet ter zake (bv.: ik ben niet gedoopt) 1 punt = een argument vanuit eigen standpunt (bv.: ik doe dat niet graag) 2 punten = een argument waaruit het belang van eigen mening blijkt (bv.: ik kies liever zelf wanneer ik een boek lees) 32
9. Merkwaardige handelingen! Denk even aan deze handelingen, die allemaal met geloven te maken hebben: bidden bij het eten de eerste communie bidden in de moskee. Beantwoord de onderstaande vragen dan met ja of nee. - Is er verscheidenheid? Ja - Kun je ze combineren? Nee - Zijn het rituelen? Ja - Hebben ze te maken met zingeving? Ja TOTAAL (vragen rond kerndoelen): 15 punten TOTAAL (vragen rond kerndoelen en uitbreidingsdoelen): 35 punten Opmerking: Afhankelijk van de route die je in dit thema koos, kun je bepaalde vragen weglaten. Vergeet dan niet de puntenindeling aan te passen. Let op: Vragen 6, 7, 8 en 9 hebben betrekking op uitbreidingsdoelen en zijn dus misschien niet aan bod gekomen! Je kunt deze vragen weglaten en de puntenindeling aanpassen. 33