WERKVORMEN MAGAZIJN. Wat is netwerken? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

Vergelijkbare documenten
WERKVORMEN MAGAZIJN. Waarom netwerken? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

Lessenserie Netwerken bijlagen. Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

ONDERWIJSMAGAZIJN VOOR LOB ACTIVITEITEN OEFENINGEN OPDRACHTEN IN GESPREK MET. Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

6. Meningsvorming. doel Kritisch denken voorbereiding op een gesprek over verschillende oplossingen/meningen/enzovoort.

Gespreksmodel Zicht op rollen

VRAGEN BIJ DE COMPETENTIES

Lesvoorbereiding Leef! Sociaal-emotionele vaardigheden klas 3-4

WERKVORMEN MAGAZIJN. Hoe netwerk je? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

Reflectiegesprekken met kinderen

Training Netwerken Forum

9. Schrijfopdrachten

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting. Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten

Sociale leeromgeving. Wie zit er in jouw netwerk? Leeromgeving sociale leeromgeving

Herinrichting Schoolplein mavo 3

Creatief en flexibel toepassen van Triplep. Maarten Vos Doe, laat zien, lach, oefen en geef applaus

Docentenhandleiding. CP15 het functioneringsgesprek. dh15-v2.0. daar gaan we werk van maken! 2007 ITpreneurs Nederland BV. All Rights Reserved

Les 3 Radboud Kids: Meet the professor Voor de leraar

Voordoen (modelen, hardop denken)

Aanleiding projectweken. Gewenste kaders van een projectweek. Het proces

Sociaal netwerk. Handleiding voor begeleiders

Teken een architect. Lees het volgende verhaal:

Sterker naar het mbo. Docentenhandleiding. Januari 2018 Spirit4you.

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

Instructie voor leerlingen.. 5. Gebruik van de lesbrieven. 6. Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7. Wat wil je zijn en worden.

PeerEducatie Handboek voor Peers

over deze vragen praten. Laat de tweetallen hun antwoorden opschrijven. Sluit dit onderdeel plenair af: wie wil hier iets over zeggen?

Training. Vergaderen

STELLINGENSPEL. Tijd 10 minuten. Nodig Aanwijzingen voor de docent Stellingen Gekleurde kaartjes (1 per leerling) Flap en stift of bord en krijt

Werkvormen beroepenkaarten

Instructie 1. Heb jij je voelsprieten uitstaan? De relatie met je cliënt

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Educatief programma Feiten & meningen

COACHFRIEND. Werkboek. (voeg hier je profielfoto toe)

Oefening. Oefening "Kracht Cirkel" Stap 1

Een overtuigende tekst schrijven

Lesbeschrijving. Projectintroductie les 1

Voor het gebruik van het planningsinstrument geldt onderstaande handleiding

De nieuwe zorgmedewerker

Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis (dubbele les) Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis voorbereiding. Leerkrachtinformatie

Begeleide interne stage

Spelend leren, leren spelen

Wat weet je al? Je gaat bekijken wat je al over de overheid weet.

Colofon: Inge Bramsen, Kees Willemse, Chris Kuiper & Mieke Cardol, Kenniscentrum Zorginnovatie van Hogeschool Rotterdam, 2015.

Eerste hulp bij jouw CV met ouders!

Onderhandelen en afspraken maken

Tekst lezen en vragen stellen

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo

DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE

Deze opdracht doe je met een maatje. Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe?

Over taaie taboes en lastige liefdes

Communiceren is teamwork

Achtergrondinformatie bij de opdrachtenserie netwerken. Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

Handleiding bij de LOB-scan voor het mbo

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Studiekeuzedag CMD voorbereidingswerkboek

De lamp. Copyright Vakcollege Groep B.V Alle rechten voorbehouden.

Gewoon zo! WONEN: HOE ONTMOET JE BUURTBEWONERS?

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Kindervergadering Zo gaat het bij ons!

De zorg moet steeds beter.

CP9. In gesprek over de toekomst

SECTORWERKSTUK

Training. Coachend begeleiden

Inkijkexemplaar INLEIDING. zelfbeeld. Leskatern 1

Ik geloof, geloof ik. Levensbeschouwelijk dossier Griftland college Bovenbouw. Mijn naam en klas:

DE NATIONALE WETENSCHAPSAGENDA VOOR SCHOLIEREN - DEEL 1 HAVO

Teken een architect. Lees het volgende verhaal:

Ontwikkellijn 1: Ik zorg ervoor dat ik aan het werk ga en blijf!

Aflevering 2: Solliciteren

Lesbrief nr 1. voor Groep 5 + 6

De leerlingen leren omgaan met gevoelens van zichzelf en anderen, met name gevoelens die horen bij hun leeftijd.

EEN OPEN DAG BEZOEKEN

*Ook met het programma Paint van Windows kunnen foto s bewerkt worden

De zorg moet steeds beter.

INTAKEOPDRACHT COMMERCIËLE BEROEPEN

Handleiding sectoronderzoek V

UNAL COLLEGE NIEUW. Professionele zorg, aandacht voor culturele achtergrond. Kan ik straks zelfstandig wonen?

OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE. Ondersteuningsmagazijn gevorderd 1 BEROEPSTAAK E

Jaarplan ASVZ 2016 Zorg pakken we samen aan

4 manieren om Samsam te gebruiken

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

Aflevering 2: Solliciteren

Persoonlijke competenties Sociale competenties Leer (school) competenties

Deelnemers welkom heten Stel medewerkers op hun gemak, maak contact.

Dag van Respect & PABO. DOE MEE met de Dag van Respect 8 November 2012

werkbladen, telefoons en opnametoestel

LESBRIEF 2. Leerlingen

lesmateriaal Taalkrant

Tweede wereldoorlog:

Introductie. Onzichtbaar op internet. GEMAAKT DOOR: Redactie i-respect. ONDERWERP: Communiceren. DOEL: Spelen met identiteit

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Voordoen (modelen, hardop denken)

Transcriptie:

WERKVORMEN MAGAZIJN Wat is netwerken? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

Voorwoord Voor u heeft u Thema boekje 1 Wat is netwerken? Dit themaboekje is een onderdeel van de lessenserie Netwerken. In totaal bestaat deze lessenserie uit vijf aparte onderdelen die elk te downloaden zijn. De vijf onderdelen zijn: Handleiding In de handleiding wordt informatie gegeven over netwerken. Deze informatie is te gebruiken als achtergrond informatie bij de drie thema s : wat is netwerken, waarom netwerken en hoe netwerk je. Thema 01: Wat is netwerken? In dit themaboekje zijn werkvormen opgenomen die ingaan op de vraag: wat is netwerken. Er zijn werkvormen opgenomen waarbij studenten hun beeld bij het begrip netwerken verkennen en ook werkvormen waarbij studenten zelf aan de slag gaan met hun eigen netwerk. Thema 02: Waarom netwerken? In dit themaboekje waarom netwerken zijn vooral werkvormen opgenomen waardoor studenten op een meer bewuste manier gebruik gaan maken van hun netwerk. Er komen verschillende onderwerpen aan bod, zoals: oefenen met presenteren, voorbereiding op het beroep, inzicht in het netwerk. Thema 03: Hoe netwerk je? In dit themaboekje worden werkvormen beschreven waarbij de student bezig gaat met vaardigheden die nodig zijn om goed te kunnen netwerken. In elk thema boekje worden een aantal werkvormen beschreven waarbij studenten ervaringen opdoen en of vaardigheden verwerven rondom een thema dat gerelateerd is aan netwerken. Bijlagen Bij sommige werkvormen wordt verwezen naar bijlagen, deze bijlagen zijn apart te downloaden. COLOFON Samengesteld: Ilse Hartgers Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo Redactie: Ravestein & Zwart Vormgeving: Atelier Chênevert, www.atelierchenevert.nl Uitgebracht door: Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo www.lob4mbo.nl Mei 2014 Dit magazijn is voor iedereen vrij te gebruiken, met bronvermelding.

1 Vintage social networking Een beeld krijgen bij het begrip netwerken. Activeren tot netwerken Hoe ga jij contact leggen? 20 minuten individueel / hele groep nvt Laat de student(en) op internet zoeken naar afbeeldingen van vintage social networking. Welke afbeelding spreekt het meest aan en waardoor?

2 Placemat discussie Meningen en argumenten geven over een onderwerp, leren discussiëren in een groep. Expertise inbrengen over netwerken Activeren tot netwerken 30-60 minuten viertallen Zorg voor een placemat (bijlage 4) en voldoende verschillende kleuren stiften. In deze werkvorm wordt namelijk ieders bijdrage letterlijk zichtbaar. Ieder groepje krijgt een A3-vel met daarop de figuur uit bijlage 4. In het midden (de cirkel) staat de opdracht. Studenten moeten bijvoorbeeld associaties, verschillende gezichtspunten of verschillende oorzaken van een gebeurtenis noemen. Elk lid van de groep van vier krijgt een kleur viltstift. Iedere student maakt in zijn eigen vak de opdracht. Ten slotte licht iedere student zijn antwoord toe voor de rest van de groep. VARIATIE 1 De opdracht wordt mondeling verstrekt; de studenten schrijven in hun eigen vak hun antwoord op. Na overleg binnen de groep wordt in het midden het resultaat van de groepsgesprek opgeschreven. VARIATIE 2 In het midden van het A3-vel staat een stelling. Iedere student schrijft in zijn vak zijn standpunt en argumenten. De studenten discussiëren met elkaar en formuleren aan het eind van de discussie het groepsstandpunt. Omdat duidelijk is wat een ieder heeft gedaan, komt de discussie al snel op gang.

Stille wand discussie 3 Bewust worden van het begrip netwerken. Expertise inbrengen over netwerken Activeren tot netwerken 15 minuten hele groep Zorg voor een stift en flip-over of bord. Iedereen schrijft zijn/haar associaties bij netwerken op het bord. Degene die iets heeft opgeschreven, geeft de stift door aan een ander. Als iedereen wat heeft opgeschreven, kijkt de groep samen naar wat er op het bord staat en wat daaraan opvalt. STAP II Orden de begrippen op het bord naar thema s. STAP III Stel groepjes samen en laat elk groepje met behulp van de woorden die verzameld zijn tijdens de stille wand discussie een definitie formuleren voor netwerken. Suggestie voor dynamiek: geef een tijdslimiet aan. Daardoor blijft de vaart erin. Laat de groep samen de definities bespreken en kom uiteindelijk tot één gezamenlijke definitie.

Netwerken zit overal 4 Inzien waarom netwerken nodig is. Expertise inbrengen over netwerken Hoe ziet je netwerk eruit (kwaliteit/kwantiteit)? 30 minuten tweetallen nvt Laat de tweetallen zoeken naar voorbeelden waarbij iemand door zijn netwerk aan werk is gekomen of een ander voorbeeld waarbinnen het principe netwerken geldt. Verzamel zoveel mogelijk voorbeelden en stel de vraag waardoor/waarom iemand uiteindelijk de baan kreeg. Inventariseer de voorbeelden gezamenlijk.

Netwerken leuk/niet leuk 5 Inventariseren van thema s die leven over netwerken. Expertise inbrengen over netwerken Hoe ga je contact leggen? 30 minuten viertallen Zorg voor materiaal om te schrijven, bijvoorbeeld post-it. Studenten gaan in groepjes zoveel mogelijk opschrijven wat ze leuk en niet leuk vinden aan netwerken en wat ze er makkelijk of moeilijk aan vinden. Inventariseer en bespreek de resultaten. Orden deze vervolgens naar thema. Deze thema s worden leidraad van de te behandelen onderwerpen.

6 Wie ken ik nou echt allemaal? Inzicht geven in eigen sociale relaties. Activeren tot netwerken Hoe ziet je netwerk eruit (kwaliteit/kwantiteit)? Wie zit er in je netwerk? 30 minuten individueel Maak kopieën van bijlage 1: Sociale netwerkcirkel. Schrijf de namen van de mensen op die jij kent, doe dit eerst eens uit je hoofd. Verdeel bekenden in groepen waartoe zij behoren. Bijvoorbeeld: familie, vrienden, collega s, teamgenoten enzovoort. Schrijf deze groepen op een vel papier en vul daaronder de namen in. Vul vervolgens de netwerkkaart in. Schrijf binnen elk kwadrant de groep mensen die jij kent. Ga daarbij voor jezelf na wie binnen deze groep dichtbij staat en wie verder weg.

7 Netwerkanalyse Inzicht in je eigen netwerk. Expertise inbrengen over netwerken Hoe ziet je netwerk er uit (kwaliteit/kwantiteit) Wie zit er in je netwerk? 45 minuten individueel Zorg voor papier en kleurenstiften. Laat studenten een overzicht maken van hun eigen netwerk. Ze zetten zichzelf in het midden van een blaadje, en maken dan een mindmap van hun netwerk waarbij ze zelf dus de cirkel van hun eigen web zijn. Hang daarna de blaadjes op en laat zien hoe krachtig al die netwerken zijn. Dit is ook een goede tool om te laten zien hoeveel mensen iemand kent, die weer mensen kennen die weer mensen kennen.

kapitaal8 Netwerken en sociaal Inzicht in je netwerk. Feedback geven op netwerk en netwerken. Wat doe je om contact te houden met mensen in je netwerk? Hoe ziet je netwerk er uit (kwaliteit/kwantiteit) Wie zit er in je netwerk? 60 minuten individueel nvt Het instrument dat ecbo in 2011 gebruikte voor het onderzoek naar sociaal kapitaal kan eveneens geschikt zijn voor scholen om het sociale netwerk van deelnemers op individueel niveau te inventariseren, bijvoorbeeld tijdens de intake of in het kader van LOB. In gesprekken met docenten tijdens het onderzoek bleek hier belangstelling voor te zijn. Voor een docent of begeleider zou de uitkomst als basis kunnen dienen: om zicht te krijgen op de aard en kwaliteit van het voor de opleiding relevant netwerk (familie, vrienden, kennissen); om zicht te krijgen op hulpbronnen (of gebrek hieraan) zodat de school het verwerven van sociaal kapitaal kan stimuleren of het gebrek hieraan kan compenseren; om zicht te krijgen op de mate waarin deelnemers participeren in club, vereniging, vrijwilligerswerk et cetera; voor een gesprek met een student over het benutten van het netwerk of over de begeleiding. Hierbij kun je als docent bijvoorbeeld met de student praten over de mensen in het netwerk die een bepaald beroep uitoefenen. Dit kan in de trant van Waar ken je die grafisch vormgever van? Praat je wel eens met hem? Zou hij bereid zijn om jou meer te vertellen over zijn werk? Dit instrument is inmiddels gemaakt en getest bij studenten en is bijna gereed voor gebruik.

In het eerste kwartaal van 2014 verschijnt er een docentenhandleiding. Deze kunnen scholen gebruiken. Zie via onderstaande link het instrument, je kunt het ook zelf invullen: http://www.canonberoepsonderwijs.nl/default.aspx?page=vragenlijst Wanneer het is ingevuld, hebben studenten de mogelijkheid om een print te maken van het resultaat (Mijn sociaal kapitaal). Hierin staat een overzicht van het netwerk: Op het formulier bovenaan staan alle beroepen die voorkomen in het netwerk en wie dit zijn (familie, vriend(in), kennis). Daaronder staat e.e.a. over de benutting van het netwerk, hulpbronnen: - voor de opleiding zelf; - bij de beroepskeuze; - bij het vinden van een stageplaats; - bij het vinden van een baan. Dan een overzichtje van sociale activiteiten. Aan het eind de totale uitkomst die iets zegt over de grootte van het netwerk, de variatie en de gemiddelde statusscore van de beroepen in het netwerk. Het idee is hoe groter en gevarieerder het netwerk, des te bruikbaarder dit is. Voor meer informatie over sociaal kapitaal, kijk op de Canon van het beroepsonderwijs. Daar is een kort overzicht te vinden van wat we weten over sociaal kapitaal in het mbo: http://www.canonberoepsonderwijs.nl/2_1306_sociaal_kapitaal_in_het_mbo.aspx Netwerken en sociaal kapitaal

Orden je netwerk 9 Inzicht krijgen in verschillende soorten relaties. Expertise inbrengen over netwerken Wat doe je om contact te houden met mensen in je netwerk? Hoe ziet je netwerk er uit (kwaliteit/kwantiteit) Wie zit er in je netwerk? Wie heb je nodig voor onderzoek over jezelf of werk dat bij je past/om iets uit te proberen of te bewijzen? 1,5 uur individueel nvt Om een netwerk in beeld te krijgen is een aantal vragen van belang (Zaalmink, 2005): Geef de student de volgende opdracht: 1. Teken op het uitgereikte papier een cirkel. Schrijf in het midden van deze cirkel een doel wat je wil bereiken. 2. Ga vervolgens na wie van de mensen uit jouw netwerk van belang kunnen zijn voor het behalen van jouw doel. 3. Teken deze mensen in de cirkel. Mensen je echt nodig kunt hebben bij het behalen van jouw doel teken je dichtbij anderen die je wat minder nodig hebt verder weg. 4. Kijk vervolgens de posities van deze mensen zijn en hoe je deze posities zou kunnen versterken. 5. Strategisch gebruik maken van je netwerk? Wie zouden betrokken kunnen zijn en zijn dat nog niet? Wat zijn de posities van deze mensen, met wie hebben zij contact? Hoe zou je hun betrokkenheid kunnen versterken en op welke manier doe je dat?