2 jaar SDGs: waar liggen de grootste uitdagingen voor België? Auteur: Jules De Winter, stafmedewerker VVSG Internationaal Inhoud 1 Inleiding... 1 2 De mondiale duurzame ontwikkelingsdoelstellingen concretiseren. Federaal rapport inzake duurzame ontwikkeling 2017. Toekomstverkenning Federaal Planbureau, Task Force Duurzame Ontwikkeling (december 2017)... 2 3 Een evaluatie van de politieke engagementen van de federale overheid tegenover Agenda 2030 voor Duurzame Ontwikkeling van de Verenigde Naties Federaal Instituut voor Duurzame Ontwikkeling (FIDO) (september 2017)4 4 SDG Index & Dashboards 2017 Report Sustainable Development Solutions Network (SDSN) & Bertelsmann Stiftung (juli 2017)... 4 5 Pathways to Sustainable Development First Belgian National Voluntary Review on the Implementation of the 2030 Agenda - FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (juli 2017)... 4 6 Measuring Distance to the SDG Targets. An assessment of where OECD countries stand Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) (juni 2017)... 5 7 Conclusie... 6 1 Inleiding Lokale besturen spelen een cruciale rol in de realisatie van de 17 duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDGs) die de VN vooropstelt in haar Agenda 2030. Heel wat Vlaamse lokale besturen toonden zich bereid om die rol op te nemen en aan de slag te gaan met de SDGs. Aan welke specifieke SDGs zij bijdragen en hoe zij dat doen, wordt vooral bepaald door de uitdagingen en noden die in hun gemeente of stad het grootst zijn en door de hefbomen (bvb. geografische kenmerken, bepaalde bedrijven, een haven, ) die zich op hun grondgebied bevinden. Anderzijds wensen zij ook te focussen op die SDGs waar België momenteel tekort schiet en dus bijkomende inspanningen nodig zijn. Het blijkt niet eenvoudig om daarover duidelijke informatie te vinden. Verschillende rapporten - elk met zijn eigen verdiensten en tekortkomingen 1 - gebruiken verschillende methoden, indicatoren en data met als logisch gevolg dat zij ook niet altijd tot dezelfde conclusies komen. Door deze rapporten en hun belangrijkste bevindingen op een rijtje te zetten, kunnen we echter wel een aantal tendensen identificeren. In de conclusie schuiven we een aantal SDGs naar voor waar de uitdagingen voor België bijzonder groot zijn. 17 januari 2018-1/6
2 De mondiale duurzame ontwikkelingsdoelstellingen concretiseren. Federaal rapport inzake duurzame ontwikkeling 2017. Toekomstverkenning Federaal Planbureau, Task Force Duurzame Ontwikkeling (december 2017) Dit is het tweede rapport van het Federaal Planbureau over de SDGs (het eerste werd in juni 2016 gepubliceerd). Dit rapport gebruikt 34 indicatoren om de vooruitgang in de realisatie van de 17 SDGs te meten. Voor de helft van deze indicatoren bestaan cijfermatige doelstellingen, voor de andere helft niet. Van de zeventien cijfermatige doelstellingen gaan er slechts vijf in de goede richting. Drie indicatoren bereiken hun cijferdoel in 2030 (onderzoek en ontwikkeling, duurzame visvangst en zee-oppervlakte in het Natura 2000-gebied) en twee bereiken hun cijferdoel bijna (vrouwelijke parlementsleden, hernieuwbare energie). Elf indicatoren bereiken hun cijferdoel echter niet. Voor één indicator is de evaluatie onmogelijk. Van de zeventien nietkwantificeerbare indicatoren gaan er zeven in de goede richting en drie niet. Voor zeven indicatoren is de evolutie onduidelijk (niet significant of niet berekenbaar). Alles bij elkaar zouden volgens de projecties van het Planbureau dus 14 van de 34 indicatoren niet gehaald worden. In onderstaande tabel worden voor elke SDG 2 indicatoren weergegeven, telkens met hun evaluatie, namelijk of ze gunstig (+), ongunstig (-) of onbepaald (0) evolueren. Voor SDG s 1, 3, 11 en 17 evolueren beide indicatoren ongunstig en knipperen er dus alarmlichten. Zonder bijkomende inspanningen zullen deze SDG s niet gehaald worden. Daarnaast zijn er nog heel wat andere SDG s waarvan 1 van de 2 indicatoren ongunstig evolueert. Belangrijke indicatoren waar extra inspanningen nodig zijn: - aantal vroegtijdige schoolverlaters - loonkloof tussen mannen en vrouwen - energie-intensiteit - vervoer van personen met de wagen - uitstoot van broeikasgassen - populatie weidevogels 15 december 2017-2/6
17 januari 2018-3/6
3 Een evaluatie van de politieke engagementen van de federale overheid tegenover Agenda 2030 voor Duurzame Ontwikkeling van de Verenigde Naties Federaal Instituut voor Duurzame Ontwikkeling (FIDO) (september 2017) i Van de 169 SDG-subdoelen zijn er voor de Belgische nationale context zo n 112 relevant. De federale overheid deelt voor de meeste doelen de bevoegdheid met de gewesten en/of gemeenschappen. Uit de studie blijkt dat er nog werk aan de winkel is inzake armoede (SDG 1), verantwoorde consumptie en productie (SDG 12), klimaat (SDG 13), zeeën en oceanen (SDG 14) en partnerschappen (SDG17). Op het vlak van gezondheid (SDG 3) en sanitaire voorzieningen (SDG 6) doet de federale overheid het dan weer wel goed. Naast deze gap analyse, formuleert dit rapport ook 8 aanbevelingen. Die gaan vooral over de nood aan: (1) Bijkomende inspanningen om de targets die onvoldoende afgedekt zijn te halen (2) een coherent en doeltreffend beleid over de beleidsniveaus heen (3) de nood aan een beter monitoringsysteem (indicatoren, dataverzameling, inventarisering, rapportering, ) 4 SDG Index & Dashboards 2017 Report Sustainable Development Solutions Network (SDSN) & Bertelsmann Stiftung (juli 2017) Volgens dit rapport scoort België goed op SDG 1 en slecht op SDGs 12, 13 en 15. In onderstaand SDG-dashboard wordt dit visueel weergegeven. Groen betekent dat de SDG in kwestie gerealiseerd is, geel dat er nog uitdagingen zijn, oranje dat er nog significante uitdagingen zijn en rood dat er nog grote uitdagingen zijn. 5 Pathways to Sustainable Development First Belgian National Voluntary Review on the Implementation of the 2030 Agenda - FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (juli 2017) De National Voluntary Review (NVR) oogstte heel wat kritiek vanuit de civiele maatschappij. De belangrijkste kritieken zijn dat deze zich beperkt tot een opsomming van bestaande beleidsplannen- en initiatieven, dat een globale evaluatie van hoe ons land scoort op het geheel van de SDGs ontbreekt en dat deze evenmin nagaat op welke SDGs ons land op dit moment niet goed scoort. Toch kunnen volgende tendensen uit het rapport ontwaard worden: Er worden momenteel vooral acties/initiatieven uitgerold die bijdragen aan de realisatie van SDGs 3 (gezondheid), 5 (gender), 8 (eerlijk werk en economische groei) en 16 (vrede, veiligheid, sterke publieke diensten) 15 december 2017-4/6
Belangrijke uitdagingen liggen bij SDGs 1 (kans op armoede), 4 (levenslang leren), 6 (waterkwaliteit), 7 (duurzame energie en energieverbruik), 13 (broeikasgassen terugdringen), 14, 15 (luchtkwaliteit), en 17 (mobilisatie implementatiemiddelen) 6 Measuring Distance to the SDG Targets. An assessment of where OECD countries stand Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) (juni 2017) De studie meet de afstand die OESO-landen nog moeten afleggen om de SDGs te bereiken tegen 2030 voor 93 van de 169 subdoelstellingen. Tot nu toe heeft België slechts 11 van die subdoelstellingen behaald. We presteren daarmee beter dan het OESO-gemiddelde. Dat is echter geen reden om op onze lauweren te rusten, want er is nog veel werk aan de winkel. Volgens onderstaande figuur zit België ver boven het gemiddelde van de OESO-landen wat betreft gendergelijkheid (SDG 5) en partnerschappen voor implementatie (SDG 17). We zitten ver onder het gemiddelde wat betreft duurzame productie (SDG 12), klimaatactie (SDG 13), leven in het water (SDG 14) en betaalbare en duurzame energie (SDG 7). Voor de overige SDGs, schommelt België rond het gemiddelde. Hierbij dient opgemerkt te worden dat de vergelijking met scores in andere (OESO-)landen niet het hele verhaal vertelt en niet altijd een goede maatstaf is. Zo behoort België tot de minst ongelijke landen ter wereld met een inkomensverdeling en inkomensniveaus die relatief stabiel blijven, maar tegelijkertijd is en blijft het vermogen zeer ongelijk verdeeld. De één procent meest vermogende Belgische gezinnen bezit nog steeds evenveel als de minst vermogende helft van de Belgische gezinnen samen. De aandelen van de top 5 en top 1 procent gezinnen bleven eveneens stabiel rond respectievelijk 30 en 12 procent. 17 januari 2018-5/6
7 Conclusie Op basis van voorgaande studies kunnen we stellen dat België bijkomende inspanningen moet leveren voor volgende SDGs: SDG 1: geen armoede SDG 3: goede gezondheid en welzijn SDG 7: betaalbare en duurzame energie SDG 12: verantwoorde consumptie en productie SGD 11: duurzame steden en gemeenschappen SDG 13: klimaatactie SDG 14: leven in het water SDG 15: leven op het land SDG 17: partnerschappen Dit betekent echter geenszins dat er voor de realisatie van de overige SDGs geen bijkomende inspanningen nodig zouden zijn. Bovendien evolueert de score van België op de verschillende SDGs voortdurend. Deze is namelijk afhankelijk van de inspanningen van beleidsmakers en maatschappelijke actoren, maar ook van externe factoren (globale economische klimaat, veiligheid, klimaatverandering, migratiestromen, ). Ook zullen dataverzamelingen uitgebreid en indicatoren verfijnd en gestroomlijnd worden, wat eveneens tot andere resultaten kan leiden. 15 december 2017-6/6