Protocol Nakijken van leerlingenwerk

Vergelijkbare documenten
Begrijpend Lezen APPRIS

Nakijkwerk in uitvoering

Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model

Voorbeeld lesbrief. Van je fouten leer je het meest! Lesduur 25 minuten

Protocol Omgaan met grensoverschrijdend gedrag

Interactie 1. Basiscommunicatie en schriftelijke correctie. Slotdocument

Kijkwijzer rekenen. Gericht kijken en ontwikkelen

Protocol Continurooster

Opbrengsten van CNV thema onderwijsdag 20 april 2016 Masterclass leerstrategieën door Karin Nijman & Inge Verstraete

Opdracht Inleiding Doel Benodigdheden Voorkennis Stappenplan Een les voorbereiden en achterhalen waar je leerlingen staan Voorbeeld Doel Resultaat

COTEACHEN EN NIEUWSBEGRIP

Protocol Kanjertraining

LESBESCHRIJVING HOGESCHOOL ROTTERDAM PABO. Hoofdfase

Kunstwetenschappers, archeologen, historici, juristen, criminologen, pol&soc ers (eerste 8 rijen) Psychologen en pedagogen (rijen 9,10 en11)

ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN (BEGRIJPEND) LEZEN.WAT WERKT?

PLG Leerkrachten middenbouw. maart PLG Leerkrachten (2) Agenda. Introductie. De toetsanalyse en vervolgstappen centraal

OPDRACHT FORMATIEF EVALUEREN: VAN CONTROLEREN NAAR INFORMEREN

Lesvoorbereidingsmodel

Lessuggestie Freek de Teek in paniek! middenbouw

Ontwikkelingslijn: Interactie Ontwikkelingsveld 1: Basiscommunicatie en schriftelijke correctie Eigenaar: Inge Kiers

FEEDBACKRIJKE SCHOOL. Wat is dat. Hoe bereik je dat. Ria van der Sar,

Voorbeeldles RIS-instructie RIS-WRM juni 2009

Middelen om reflectie te oefenen

Leerwerktaak: Verhaaltjessom oplossen aanleren

Persoonlijke ontwikkeling

De lerarenondersteuner werkt binnen het vastgestelde lesmodel voor instructie en de lesplannen van de school.

Groep Inleiding. 2. Het invullen van leerling informatie. 3. Maken van voorbeelden voor de testafname

Voorbeeld actiepunten Aandachtspunt = bevorderen van interactie tussen kinderen tijdens de evaluatie van de les

Bijlage 8.7: Voorbeeldopdrachten bij de uitgangspunten van HGW

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

4.1 Het uitdelen van de antwoordbladen en de testboekjes.

Iedere leerling slim laten groeien in rekenen en taal

H u i s w e r k b e l e i d

En, wat hebben we deze les geleerd?

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Leerkrachtcommunicatie - Effectieve feedback aan leerlingen

Trainingskaarten Zelfregulerend leren met effectieve leerstrategieën

ZELFSTANDIG WERKEN OP DE. TWEEMASTER /Catamaran

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën:

Instructie voor de afname

1 De leraar creëert een veilig pedagogisch klimaat

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Assessment as learning. Van lesgeven naar leren. Over leren, ontwikkelen en vormen. Over aanleren en toepassen. Hoe doe ik dat in mijn school?

KPB Observeren en differentiëren

versie okt 2017 protocol aanpak plusleerlingen

Huiswerkregels Sint Martinusschool

Het IGDI model. Het belang van goede instructie. Bij welke leerkrachten leren kinderen het beste? (Good 1989) Instructie en risicoleerlingen

oefeningen voor... de Zilveren Weken 2019

Welke aspecten van begrijpend leesinstructie dragen bewezen effectief bij aan de verhoging de leesprestaties in groep 5-8 van het basisonderwijs?

Iedere leerling slim laten groeien in rekenen en taal

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Stageopdracht Effectief leren

Fabel Positieve feedback in het schrijfschrift zorgt ervoor dat kinderen leesbaar leren schrijven.

Module H4-5 DE REPUBLIEK DER ZEVEN VERENIGDE NEDERLANDEN (OPKOMST EN ONDERGANG)


Marzano (2003) Scholen maken het verschil

Zelfregulatie in het basisonderwijs; de rol van de docent

HUISWERKBELEID Waarom geven wij op school huiswerk? Hoe kunnen wij er samen voor zorgen dat uw kind optimaal leert?

Checklist Sollicitatiebrief schrijven 2F - handleiding

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs

Juf, heb ik het goed gedaan?

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

Technisch Leren Lezen ResearchED Amsterdam l Amstelveen l

SMART Response BESCHRIJVING. Wat is het? Voor wie is het? Hoe werkt het?

Werken met Paint 2014

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Filmpje kijken en aantekeningen maken

Basisdocument instructie in een stamgroep. Instructie en groepsnormen

Kijkwijzer formulier. Naam leerkracht. Groep leerkracht. Naam beoordelaar. Beoordeelde les. Datum. Bijzonderheden

Lesvoorbereiding Onderbouw (groep 1/2/3)

Beleid huiswerk/hulpwerk

Samenvatting van Resultaat met rekenen. Bakker, Gerrits en Theil, CPS, 2012

Review: Minder onderwijzen, meer leren (HGW 2.0)

Module 9 Kennis delen en coachen

Differentiëren met een groepsplan

Blij met je groepsplan? - NRCD en wat merken de leerlingen daarvan? E D C B A

Behandel een kind zoals die is, en het zal zo blijven. Behandel het kind zoals het kan zijn, en het zal zo worden.

Training. Vergaderen

ONTWERP JE EIGEN FORMATIEVE WERKVORM

HANDLEIDING THUIS OEFENEN VERSIE JUNI 2015

Module H4-4 DE TIJD VAN ONTDEKKERS EN HERVORMERS (OVERZICHT EN KENMERKEN).

Onderwijs op het Cals College Nieuwegein

Mijn doelen voor dit jaar

Intervisie. Helpende Z&W versnelde leerroute. ROC Mondriaan, School voor Zorg en Welzijn, Leiden

Zelfgestuurd leren met Acadin

Beleid huiswerk/hulpwerk t Speel-Kwartier

Wat Doel Voorbereiding TL overleg Actie / gedrag tijdens overleg Afronding

Het geven van effectieve feedback bij formatief evalueren WORKSHOP WERKCONFERENTIE SCHOOLINFO RIANNE NEERING

VRAGENLIJST VOORTGEZET ONDERWIJS DYSLEXIEMONITOR

GROEIDOSSIER Praktijk SOV

op (afnemende) sturing Een interventie gericht op docenten bij het opleiden en begeleiden van studenten naar zelfstandig beroepsbeoefenaars.

Huiswerkprotocol. Basisschool Sint Antonius

Wat goed dat je geïnteresseerd bent in de stage '' Leer ze 'n Lesje "voor jouw MaS bij Amnesty International!

4 SOCIAAL TECHNISCHE WETENSCHAPPEN

PLG Leerkrachten. 8 december PLG Leerkrachten (2) Agenda

o.b.s. De Tandem " Your talents, our future "

Lesplanformulier. Les wordt gegeven in een open ruimte met ronde tafels en een computergedeelte. Een les duurt 50 minuten

Persoonlijke ontwikkeling

Protocol Schoolkeuze Voortgezet Onderwijs

Opbrengstgericht omgaan met verschillen. Bijeenkomst 3 Onderwijsbehoeften en differentiatievormen: differentiatie in instructie

PLG Leerkrachten 4 groep 1-2

Transcriptie:

Protocol Nakijken van leerlingenwerk PCBO Het Mozaïek Middelwijk 2 9202 GV Drachten 0512 544530 info.hetmozaiek@pcbosmallingerland.nl www.pcbo-hetmozaiek.nl Documenteigenaar Team PCBO Het Mozaïek Datum volgende toetsing Schooljaar 2017-2018 Datum volgende borging Schooljaar 2018-2019 1

Inhoudsopgave: Bladzijde: Hoofdstuk 1 Inleiding 3 Hoofdstuk 2 Het doel van nakijken 3 2.1 Beoordelen 3 2.2 Monitoren 3 2.3 Feedback geven 3 Hoofdstuk 3 Nakijken: verantwoordelijkheid overdragen aan de leerlingen 3 Hoofdstuk 4 De nakijkmatrix 5 4.1 Werkvormen bij de matrix 6 Hoofdstuk 5 Tot slot 7 2

Hoofdstuk 1 Inleiding Het nakijken van leerlingenwerk kan voor de leerkracht een hele klus zijn. Leerkrachten vinden het nakijken heel belangrijk en zijn hier (te) veel tijd aan kwijt. Kan dit niet effectiever? In dit protocol staan de afspraken over onze werkwijze op PCBO Het Mozaïek m.b.t. de doelen van nakijken en het effectief inzetten van verschillende werkvormen daarbij. Hoofdstuk 2 Het doel van nakijken Hoe kijk je effectief na? Om deze vraag te beantwoorden is het nodig om te bepalen wat het doel is van nakijken. Met een duidelijk doel voor ogen kun je het nakijkwerk namelijk zó organiseren dat het bijdraagt aan wat je ermee wilt bereiken. Je kunt urenlang bezig zijn met de rode pen, maar wat levert het op? Met betrekking tot nakijken zijn er drie belangrijke doelen te onderscheiden: 1. Beoordelen. 2. Monitoren. 3. Feedback geven. 2.1 Beoordelen Als leerkracht bepaal je of de door jou gestelde leerdoelen zijn bereikt. Daarom vindt er aan het eind van een periode een evaluatie plaats in de vorm van een toets. Dit wordt meestal vertaald naar een cijfer of een andere beoordeling, zodat je weet hoe een leerling (of groep) presteert ten opzichte van andere leerlingen en/of het landelijk gemiddelde. 2.2 Monitoren Behalve het vergelijken van leerlingen met elkaar, wil je vooral ook weten welke instructie en begeleiding er nodig zijn voor de komende periode. Het nakijkwerk is een diagnostisch middel waarmee je bepaalt wat voor soort fouten een leerling of de klas als geheel (nog) maakt. Het nakijkwerk zegt niet alleen iets over de leerlingen, maar vooral ook iets over jou als leerkracht: heb je goede instructie gegeven? Door te kijken naar het leerlingwerk kun je jezelf steeds verder verbeteren: werkt mijn aanpak? 2.3 Feedback geven Het geven van feedback heeft grote invloed op de leerprestaties van leerlingen (Hattie, 2009). Feedback helpt bij het verschil overbruggen tussen het huidige niveau en het gewenste niveau van de leerlingen (Kamphuis & Vernooy, 2011). Het nakijken is één van de momenten waarop je feedback geeft aan de leerlingen. Een ander moment is de feedback die je tijdens de les geeft. Door feedback maak je leerlingen bewust van hun leerproces en de manier waarop ze opdrachten aanpakken (aanpakstrategie). Leerlingen vinden het bovendien fijn om feedback te ontvangen. Het is een moment van contact en interactie tussen jou en de leerling; je werkt aan een goede relatie. Dit is een belangrijke beïnvloeder van de leerprestaties (Hattie, 2009). Hoofdstuk 3 Nakijken: verantwoordelijkheid overdragen aan de leerlingen Om tijd te besparen, kun je een deel van het nakijkwerk bij de leerlingen neerleggen. Ook vergroot je hiermee de betrokkenheid van de leerlingen bij hun eigen leerproces en maak je ze meer verantwoordelijk. Deze verantwoordelijkheid moet je dan wel stapsgewijs overdragen en ondersteunen met heldere instructies. Als je wilt dat je leerlingen zelfstandig worden, dan zul je dat expliciet moeten aanleren (Fisher 3

& Frey, 2008). Het aanleren van de vaardigheden met betrekking tot het nakijken verloopt volgens vier fasen: 1. Ik doe het. 2. Wij doen het samen. 3. Jullie doen het samen. 4. Jij doet het zelf. De verantwoordelijkheid ligt eerst bij de leerkracht, maar wordt geleidelijk overgedragen aan de leerlingen. Hiervoor is veel instructie en begeleide inoefening nodig waarin de vaardigheden worden voorgedaan en aangeleerd. Ter ondersteuning kun je plaatjes of foto s gebruiken (figuur 1). Figuur 1: Zelf nakijken (OBS Groenehoek, Bergschenhoek) Daarnaast is het belangrijk dat er in de klas een veilig pedagogisch klimaat aanwezig is, waarin het maken van fouten wordt gezien als een inspanning om vaardigheden eigen te maken, om te leren. Figuur 2: Motivatieposter voor in de klas 4

Hoofdstuk 4 De nakijkmatrix Er zijn diverse organisatievormen te bedenken voor het nakijken van leerlingenwerk. Het is belangrijk dat je jezelf voortdurend de vraag stelt wat het doel is van het nakijken en welke mate van verantwoordelijkheid je de leerlingen in jouw klas hierbij wil en kan geven. Aan de hand van de matrix kies je een passende vorm. In de matrix worden de doelen van het nakijken verbonden met de verschillende fasen. In de X-as van de matrix zijn de verschillende doelen uitgezet. Deze worden aangeduid met een letter: (B)eoordelen, (M)onitoren en (Feedback). Op de Y-as staat is verantwoordelijkheid uitgezet van de leerkracht die voordoet (ik doe het) tot de leerling die het zelf kan (zelf doen). Ook deze fasen worden aangeduid met hun beginletter. Passief >>>>>> actief Beoordelen Monitoren Feedback IK doe het IB -Leerkracht kijkt na voor een beoordeling, bijvoorbeeld in de vorm van een cijfer. IM -Leerkracht kijkt na en clustert leerlingen die dezelfde fouten hebben gemaakt voor extra instructie. IF -Leerkracht kijkt na en schrijft een feedbackzin bij het leerlingenwerk. Verantwoordelijkheid leerkracht >>> leerling WIJ doen het samen JULLIE doen het samen WB -Leerkracht geeft de antwoorden. De leerling kijkt na en noteert het aantal goede antwoorden. JB -Leerlingen kijken elkaars werk na en noteren het aantal goede antwoorden. WM -Leerkracht bespreekt de antwoorden en vraagt naar wat er goed ging en wat nog moeilijk is. JM - Leerlingen bespreken samen de antwoorden en bepalen of ze de leerstof beheersen. WF - Leerkracht bespreekt de antwoorden en laat leerstof verwoorden en fouten verbeteren. JF -Leerlingen bespreken samen de antwoorden en bespreken de foute antwoorden samen. ZELF doen ZB - Leerling kijkt zelf na en noteert het aantal goede antwoorden. ZM - Leerling kijkt zelf na en legt bij meer dan vier fouten het werk in de bak voor extra hulp van de leerkracht ZF - Leerling kijkt zelf na en beschrijft in één of meer zinnen wat er nog lastig is en wat al goed lukt. Figuur 3: Nakijkmatrix De mate van verantwoordelijkheid wordt telkens gecombineerd met een nakijkdoel. Dit levert een lettercombinatie op. Een leerkracht die werk beoordeelt, wordt bijvoorbeeld aangeduid met de lettercombinatie IB: ik doe het / beoordelen. 5

4.1 Werkvormen bij de matrix Nakijken is belangrijk, maar het moet niet alle beschikbare tijd buiten je lesgevende taak in beslag nemen. Je moet dus niet méér nakijken, maar effectiever nakijken. De onderstaande organisatievormen dragen hieraan bij: o Doelenchecker (IM) Aan het eind van de les krijgen alle leerlingen een post-it en ze noteren hierop hun naam. Je geeft drie vragen/opdrachten die direct verband houden met het lesdoel en laat de leerlingen de antwoorden noteren. Aan het eind van de dag worden er snel drie stapels gemaakt: 1. Drie vragen goed: de doelen worden beheerst door deze leerlingen. 2. Twee vragen goed: deze leerlingen hebben een korte extra instructie nodig. 3. Eén of geen vragen goed: deze leerlingen hebben de doelen niet behaald en het is belangrijk dat ze verlengde instructie ontvangen over dit onderwerp. Figuur 4: Doelenchecker. Lesdoel: hele en halve uren digitaal kunnen noteren. o Feedbackzin (IF) Bij deze werkvorm zet je geen strepen en krullen, maar omschrijf je in een korte en bondige feedbackzin zo concreet mogelijk wat de leerling goed heeft gedaan of hoe het beter kan. Deze zin heeft direct betrekking op het lesdoel en de in de instructie aangeleerde aanpakstrategie. Het geven van een goed voorbeeld is ook een effectieve toevoeging. Zet de zin in een andere vorm of tijd om te bepalen wat de persoonsvorm is. Je hebt de letters netjes tussen de lijnen geschreven. Goed dat je de namen met een hoofdletter hebt geschreven: Amsterdam, Rudolf. Maak de breuken eerst gelijknamig voordat je deze optelt of aftrekt: 1/2 + 1/3 = 3/6 + 2/6 = 5/6. Figuur 5: Voorbeelden van feedbackzinnen. o Samen nakijken met de leerkracht (WB) Het samen klassikaal nakijken van het gemaakte werk aan het eind van een les of een dagdeel heeft een aantal voordelen: 1. De leerstof komt nogmaals kort en bondig voorbij. 6

2. Het is een extra kans op begeleide inoefening. 3. De feedback volgt snel op de opdracht en is dus extra krachtig. 4. Leerlingen leren kritisch te zijn op hun eigen werk. 5. Er is minder nakijkwerk na schooltijd. Door leerlingen te laten nakijken met een andere kleur pen, krijg je snel zicht op twee belangrijke zaken: beheersen de leerlingen de leerstof en kijken ze nauwkeurig na? o Samen nakijken met klasgenoten (JF) De leerlingen vormen groepjes van vier. Er wordt in het groepje samen nagekeken. Ze spreken kort over het gemaakte werk en noteren de juiste antwoorden op een apart blad. Het is belangrijk dat alle leerlingen bijdragen aan het gesprek en hun aanpakstrategie verwoorden: hierbij corrigeren en complimenteren ze elkaar. Dit vraagt om uitleg en het demonstreren van een dergelijk gesprek met enkele leerlingen voor de klas. Het is goed om steeds wisselende samenstellingen te kiezen voor deze werkvorm. Dit gebeurt door gekleurde briefjes of getallen uit te delen tijdens de les en daarna leerlingen met dezelfde kleur bij elkaar te laten zitten. o Tip en top aangeven (ZM) De leerlingen noteren onderaan hun werk wat ze goed beheersen en wat ze nog lastig vinden. Dit dwingt hen om na te denken over het lesdoel en de mate waarin ze het beheersen. In lagere groepen zetten ze een rondje om een goed antwoord of een mooi geschreven letter en een blokje om iets wat nog niet goed lukt. Laat de leerlingen dit ook beargumenteren. Stel vragen en wees kritisch, zodat het geen gewoonte of een trucje wordt. Koppel ook iedere keer terug naar het lesdoel, de eisen en de aanpakstrategie. o Zelf nakijken (ZM) Leerlingen in hogere groepen kunnen bepaald werk zelf nakijken, mits je op school een goede opbouw voor het zelfstandig nakijken realiseert, waarin leerlingen leren omgaan met de verantwoordelijkheid. Spelling en rekenen zijn hiervoor geschikte vakgebieden. Leerlingen gebruiken de nakijkboekjes die bij de methode horen. Bij meer dan een van tevoren afgesproken aantal fouten leggen ze hun schrift in de zogenoemde hulpbak. Hierna geef je hun extra instructie. Niet alle leerlingen kunnen een dergelijke vrijheid aan. Sommigen hebben meer leiding en controle nodig. Geef deze leerlingen wat ze nodig hebben. Hoofdstuk 5 Tot slot Het nakijken van leerlingwerk heeft als doel om te beoordelen, monitoren of feedback te geven. Je kunt de verantwoordelijkheid voor het nakijken geheel zelf behouden of deze overdragen aan je leerlingen. Afhankelijk van het doel en de mate van verantwoordelijkheid, kies je een geschikte werkvorm aan de hand van de nakijkmatrix. Geraadpleegde literatuur Hattie, J. (2009). Visible Learning. New York: Routledge. Fisher, D., & Frey, N. (2008). Better learning through structured teaching: A framework for the gradual release of responsibility. Alexandria, VA: Association for Supervision and Curriculum Development. Kamphuis, E. & Vernooy, K. (2011). Feedback geven. Een sterke leerkrachtvaardigheid. Basisschool Management nr. 7, 2011, p. 4-9. Leerkrachten en MR onderschrijven dit Protocol Nakijken van leerlingenwerk 7