Stedelijk College Telefoon: 079 331 03 00 Van Doornenplantsoen 1 E-mail: info@stedelijk-college.nl 2722 ZA Zoetermeer Website: www.stedelijk-college.nl - 1 -
Voorwoord Geachte ouders/verzorgers, Hierbij ontvangt u de overgangsnormen voor het schooljaar 2018/2019. Naast de rapporten die u dit schooljaar ontvangt, is het voor u belangrijk op de hoogte te zijn van de normen die wij hanteren om uw kind te bevorderen. In dit boekje hebben wij voor u de overgangsnormen omschreven. Het overgangsrapport is als volgt opgebouwd: drie keer per jaar een voortgangscijfer in één decimaal, resulterend in een eindcijfer met één decimaal. Dit houdt dus in dat niet alleen de resultaten van de laatste periode de overgang bepalen, doch de resultaten van het hele schooljaar worden meegerekend. Heeft u nog vragen over de overgangsnormen, dan kunt u contact met de mentor van uw kind opnemen. drs. P.T.E. Reenalda, directeur. - 2 -
Afspraken vooraf Afspraken vooraf 1. DE RAPPORTVERGADERING De "rapportvergadering" wordt gevormd door de afdelingsleider (of een afgevaardigde rondom de zorg van de leerling) en minimaal twee derde van alle docenten die aan uw kind lesgeven. Een docent die afwezig is dient zich vooraf af te melden bij de mentor. Een eventuele stem kan vooraf worden bekend gemaakt bij de afdelingsleider/ mentor. 2. BESPREEKGEVAL Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen of wanneer hogere of lagere leerweg wordt geadviseerd door de docenten is een leerling een bespreekgeval. Indien een leerling volgens onderstaand reglement geen bespreekgeval is, wordt over deze leerling niet gestemd, tenzij tenminste 1/3 van de docenten van oordeel is dat er sprake is van bijzondere omstandigheden. Zie hiervoor punt 8. Criteria. De voortgang van de schoolloopbaan (leerjaar en leerweg) van de leerling wordt dan ter stemming gebracht. 3. DE STEMMING Na het horen van alle collega s wordt er gestemd over de voortgang van een leerling. Stemgerechtigd zijn alle docenten die les hebben gegeven aan de leerling en de afdelingsleider. Leerlingbegeleiders, decanen, remedial teachers en de directeur kunnen advies geven. Bij gewone meerderheid van stem zal een voorstel worden overgenomen. Over de totstandkoming van de uitslag wordt niet met ouders of leerling gecommuniceerd. 4. DE WET De rapportvergadering heeft het recht om beslissingen omtrent bevordering te nemen die afwijken van de hieronder gestelde regels en schema s, mits deze niet in strijd zijn met de Wet op Voortgezet Onderwijs en de Leerplichtwet. 5. TEKORT Het cijfer 6 is een voldoende. Een 5 wordt gezien als 1 tekort; een 4 is 2 tekorten. Een cijfer lager dan 4 wordt gezien als 3 tekort punten. 6. DE NIET-BEVORDERDE LEERLING Een niet bevorderde leerling mag in principe niet blijven zitten als hij al eerder op deze of een gelijkwaardige school is blijven zitten. Besproken wordt of de leerling in een lagere leerweg kan worden geplaatst of welke mogelijkheid er elders is. Een niet-bevorderde leerling heeft geen recht op zitten blijven als hij het leerjaar heeft doorgebracht op een hoger niveau dan het jaar ervoor. 7. HOGERE OF LAGERE LEERWEG In bijzondere gevallen (zie punt 2) kan een leerling in aanmerking komen voor hogere of lagere leerweg. In dit geval moet door de vergadering bij rapport 2 een voorstel worden ingediend, waarna er een onderzoek gestart kan worden naar de mogelijkheden. Tijdens dit onderzoek zal er een NIO (IQ-test) worden afgenomen en zal de leerling worden onderwezen en getest op een niveau hoger. Daarnaast zal er worden onderzocht of de leerling voldoet aan het juiste profiel (voor een toelichting zie het volgende punt). We kiezen voor deze werkwijze om zo zorgvuldig - 3 -
Afspraken vooraf mogelijk met de leerling om te gaan en de leerlingen een eerlijke kans te bieden. 8. CRITERIA Naast de cijfers worden de volgende criteria gebruikt ter besluitvorming: Uitslag van de adviestoets van het CITO-volgsysteem (indien aanwezig toets 0, 1 en 2) Leerling profiel, hierbij kunt u denken aan werktempo, huiswerkattitude, probleemoplossend vermogen en zelfstandigheid Bij hogere of lagere leerweg zal er na het tweede rapport een NIO (IQ-test) worden afgenomen ter onderbouwing van een juiste keuze 9. TOELICHTING ONDERBOUW In de zgn. dakpanklassen (plusklassen) in leerjaar 1 en 2 wordt gewerkt met 2 cijferlijsten. Te weten die van de beide niveaus waar in les wordt gegeven aan deze klassen. In eerste instantie werken we met de cijfers van het niveau (de leerweg) die de basisschool heeft geadviseerd voor wat betreft de bevorderingsnorm. Indien opstroom (ten opzichte van het basisschool advies) een optie is voor de docenten worden de cijfers van het hogere niveau (naast de gegevens van een NIO, het CITO- volgsysteem en de leerling kenmerken) gebruikt ter onderbouwing van dit besluit. De vakken kunst en cultuur (muziek, beeldende vakken en drama), bewegen en sport en beeldende vorming worden op het overgangsrapport niet met een cijfer weergegeven maar met: O = onvoldoende V = voldoende G = goed Onder het profiel gebonden vak wordt verstaan: Profiel werktijd Indien een leerling met resultaten niet voldoet aan de overgangsnormen wordt de leerling besproken tijdens de overgangsvergadering. Tijdens deze vergadering kan worden besloten dat de leerling wel mee mag naar het volgende leerjaar, maar dat deze dan naar een lagere leerweg moet. 10.TOELICHTING BOVENBOUW Onder het begrip "voldoende" wordt verstaan het cijfer 5,5 tot en met 7,4. Onder het begrip "goed" wordt verstaan het cijfer 7,5 en hoger. Bij het bepalen van het puntenaantal wordt uitgegaan van de niet afgeronde cijfers. Het vak rekenen wordt in het 4e leerjaar afgesloten met een verplichte eindtoets. Het PTA voor de AVO-vakken dient afgerond te zijn alvorens uw kind in aanmerking komt voor overgang naar het volgende leerjaar. Ook het vak Maatschappijleer1 (leerjaar 3) moet zijn afgerond. - 4 -
Overgangsnormen onderbouw Mavo OVERGANGSNORMEN VAN 1e náár 2e LEERJAAR Mavo (Betreft de leerlingen uit klas 1C met een basisschool advies Mavo/TL) De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar binnen de leerweg Mavo. Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen minimaal 24 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 5,0 Aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, natuur en scheikunde, Frans minimaal 30 punten maximaal 2 cijfers tussen 5,0 en 5,5 of maximaal 1 cijfer tussen 4,0 en 5,0 geen cijfer lager dan 4,0 Beeldende vorming, lichamelijke opvoeding minimaal voldoende +2 maximaal 2 cijfers tussen 5,0 en 5,5 of maximaal 1 cijfer tussen 4,0 en 5,0 geen cijfer lager dan 4,0-5 -
Overgangsnormen onderbouw Mavo OVERGANGSNORMEN VAN 2e náár 3e LEERJAAR Mavo (Betreft de leerlingen uit klas 2MK met een Mavo/TL-advies vanuit de basisschool) De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar binnen de Mavo. Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen minimaal 24 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 5,0 Aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, natuur en scheikunde, economie, Frans minimaal 36 punten maximaal 2 cijfers tussen 5,0 en 5,5 of maximaal 1 cijfer tussen 4,0 en 5,0 geen cijfer lager dan 4,0 Beeldende vorming, lichamelijke opvoeding minimaal voldoende +2 maximaal 2 cijfers tussen 5,0 en 5,5 of maximaal 1 cijfer tussen 4,0 en 5,0 geen cijfer lager dan 4,0-6 -
Overgangsnormen bovenbouw Mavo OVERGANGSNORMEN VAN 3e NAAR 4e LEERJAAR Mavo De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar binnen de mavo. Nederlands, Engels, wiskunde minimaal 18 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 5,0 Aardrijkskunde, geschiedenis, maatschappijleer, Frans, profielvak (natuur en scheikunde/economie/biologie)* minimaal 30 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 5,0 Kunstvakken 1, lichamelijke opvoeding minimaal voldoende +2 bij 8 vakken: minimaal 47 punten Opmerking: Alle handelingsopdrachten (stage, werkstukken, e.d.) moeten met minimaal een voldoende zijn afgerond. Het vak maatschappijleer wordt in het derde leerjaar afgesloten met een voldoende Het vak rekenen moet in klas 3 en 4 worden gevolgd en er moet verplicht worden deelgenomen aan de rekentoets. De toets moet voor het examen worden afgerond met minimaal een 5. Het cijfer wordt vermeld op de eindlijst, maar telt niet mee ter compensatie. *Alle leerlingen van het mavo krijgen een extra 7de vak aangeboden in klas 3. In bijzondere situaties kan ervoor worden gekozen dit 7de vak niet mee te nemen naar klas 4. Dit gaat altijd in overleg met mentor, decaan, afdelingsleider, leerling en ouders. Er zal dan een ander vak extra worden ingezet om succesvol het examen te kunnen afronden. - 7 -
Overgangsnormen onderbouw KB OVERGANGSNORMEN VAN 1e náár 2e LEERJAAR, kaderberoepsgerichte leerweg. (Dit geldt voor de leerlingen uit klas 1C met een KADER-advies vanuit de basisschool) De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar op hetzelfde niveau: Nederlands, Engels, wiskunde minimaal 18 punten bij BB maximaal 1 cijfer lager dan 5,0 bij KB maximaal 1 cijfer lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 4,0 Maatschappelijke oriëntatie, mens en natuur minimaal 12 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,0 geen cijfer lager dan 4,0 Kunst en cultuur, lichamelijke opvoeding minimaal voldoende; Wanneer één van de genoemde vakken niet met een voldoende is afgesloten, dient een werkstuk voor dit vak gemaakt te worden dat vervolgens met een voldoende moet zijn beoordeeld. - 8 -
Overgangsnormen onderbouw KB OVERGANGSNORMEN VAN 2e náár 3e LEERJAAR, kaderberoepsgerichte leerweg. (Betreft de leerlingen van klas 2LK, 2KB en 2KM met een KADER-advies vanuit de basisschool) De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar op hetzelfde niveau: Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen minimaal 24 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 4,0 Maatschappelijke oriëntatie, mens en natuur en profiel werktijd minimaal 18 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,0 geen cijfer lager dan 4,0 Kunst en cultuur, lichamelijke opvoeding minimaal voldoende; Wanneer één van de genoemde vakken niet met een voldoende is afgesloten, dient een werkstuk voor dit vak gemaakt te worden dat vervolgens met een voldoende moet zijn beoordeeld. - 9 -
Overgangsnormen onderbouw BB OVERGANGSNORMEN VAN 1e náár 2e LEERJAAR, basisberoepsgerichte leerweg. (Dit geldt voor de leerlingen uit klas 1A, 1B, 1C en 1KB met een BASIS-advies vanuit de basisschool) De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar op hetzelfde niveau: Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen minimaal 24 punten bij BB maximaal 1 cijfer lager dan 5,0 bij KB maximaal 1 cijfer lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 4,0 Maatschappelijke oriëntatie, mens en natuur minimaal 12 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,0 geen cijfer lager dan 4,0 Kunst en cultuur, lichamelijke opvoeding minimaal voldoende; Wanneer één van de genoemde vakken niet met een voldoende is afgesloten, dient een werkstuk voor dit vak gemaakt te worden dat vervolgens met een voldoende moet zijn beoordeeld. - 10 -
Overgangsnormen onderbouw BB OVERGANGSNORMEN VAN 2e náár 3e LEERJAAR, basisberoepsgerichte leerweg. (Dit geldt voor de leerlingen uit klas 2AL t/m 2CL en 2KB met een BASIS-advies vanuit de basisschool) De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar op hetzelfde niveau: Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen minimaal 24 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 4,0 Maatschappelijke oriëntatie, mens en natuur en profielwerktijd minimaal 18 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,0 geen cijfer lager dan 4,0 Kunst en cultuur, lichamelijke opvoeding minimaal voldoende; Wanneer één van de genoemde vakken niet met een voldoende is afgesloten, dient een werkstuk voor dit vak gemaakt te worden dat vervolgens met een voldoende moet zijn beoordeeld. - 11 -
Overgangsnormen bovenbouw BB en KB OVERGANGSNORMEN VAN 3e náár 4e LEERJAAR-basis- en kaderberoepsgerichte leerweg De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar op hetzelfde niveau: Nederlands, Engels en wiskunde minimaal 18 punten Nederlands en wiskunde niet lager dan 5,5 geen cijfer lager dan 5,0 Beroepsgerichte profielvak(ken), beroepsgerichte keuzevak(ken), profielvak: natuur en scheikunde/economie/biologie minimaal 18 punten maximaal 1 cijfer lager dan 5,0 geen cijfer lager dan 4,0 Maatschappijleer Geen cijfer lager dan 5,0 +2 Kunstvakken 1, lichamelijke opvoeding minimaal voldoende; Wanneer één van de genoemde vakken niet met een voldoende is afgesloten, dient een werkstuk voor dit vak gemaakt te worden dat vervolgens met een voldoende moet zijn beoordeeld. opmerkingen Gemiddelde van de workshops en alle handelingsopdrachten (stage, werkstukken, e.d.) moeten met minimaal een voldoende zijn afgerond. Het vak rekenen moet in klas 3 en 4 worden gevolgd en er moet verplicht worden deelgenomen aan de rekentoets. De toets moet voor het examen worden afgerond met minimaal een 5. Het cijfer wordt vermeld op de eindlijst, maar telt niet mee ter compensatie. - 12 -
Overgangsnormen naar LWT OVERGANGSNORMEN VAN 3e náár 4e LEERJAAR basisberoepsgerichte leerweg naar leerwerktraject (LWT) De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar op hetzelfde niveau: Nederlands Nederlands niet lager dan 5,5 Gemiddelde profielvak(ken) Gemiddelde keuzevak(ken) Niet lager dan 5,5 Stage Minimaal voldoende - 13 -