Duizend en één dingen groep 6 t/m 8 Lees- en verteltekst
Voor de leerkracht Museumlesbeschrijving Deze cultureel erfgoedles sluit aan bij de schoolvakken Beeldende Oriëntatie en Oriëntatie op Mens en Wereld. Met behulp van voorwerpen van keramiek wordt tijdens deze les een episode uit de vaderlandse geschiedenis belicht en gaan de kinderen ook zelf kunstzinnig aan het werk. Ze bekijken Delfts aardewerk en Aziatisch porselein en richten zelf een vitrine in met keramiek. Wie wist er eigenlijk dat ons beroemde Delfts Blauw is begonnen als imitatie van Aziatisch porselein? En dat Azië daarna op zijn beurt Nederland ging nadoen? Hoe zit dat precies? Dat leren de leerlingen bij deze museumles. Ongeveer 400 jaar geleden werd de VOC, de Verenigde Oost-Indische Compagnie, opgericht. Dat was toen een van grootste handelsbedrijven, met een vloot van wel duizend schepen. Scheepsladingen met Chinees porselein werden teruggebracht. Plotseling wilde iedereen Oosters porselein. Het was een rage. Delft deed er alles aan om het Chinese porselein na te bootsen! Vervolgens werd Delfts Blauw heel populair en begonnen de Chinezen dit weer na te maken. In het Museumatelier worden de kinderen verdeeld in groepjes en krijgen ze een themaopdracht voor het inrichten van een vitrine. De kinderen zijn vanaf dan museummedewerkers. In de leskisten zit nieuw Aziatisch en Delfts serviesgoed, waaruit een keuze kan worden gemaakt. Welke bijschriften horen erbij? Goed opletten dus. Speciaal voor deze museumles zijn zes vitrines ontworpen en vervaardigd. Ze lijken in het klein precies op de grote museumvitrines van Berlage. Aan het einde van de les vertellen de kinderen waarom ze hun vitrine juist zo hebben ingericht.
Lesdoelen De leerlingen bekijken Delfts blauw en Aziatisch Kerndoelen 1 NEDERLANDS > Mondeling taalonderwijs Praktische tips Deze lees- en verteltekst is bedoeld om dat u met de kinderen ruim voor aanvang van de porselein en vergelijken De leerlingen leren naar eigen inzicht ter museumles arriveert in het verschillende soorten informatie te verwerven uit voorbereiding van de museum, dan kunt u de voorwerpen en gesproken taal. Ze leren museumles te gebruiken. Bewaking of de versieringen met elkaar. De leerlingen kunnen iets vertellen over het tevens die informatie, mondeling of schriftelijk, gestructureerd weer te De inhoud ervan is een aanvulling op de inhoud van de museumles en valt Informatiebalie in de hal vragen om tekenspullen. Zo kan de wachttijd historische verband tussen geven. hiermee bewust niet plezierig en zinvol worden Aziatisch porselein en 52 ORÏENTATIE OP samen. U kunt deze tekst besteed. Delfts aardewerk. De leerlingen weten globaal wat de Verenigde JEZELF EN DE WERELD > Tijd De leerlingen leren over bijvoorbeeld (gedeeltelijk) voorlezen, laten lezen, bespreken of als inspiratie Oost-Indische Compagnie kenmerkende aspecten van gebruiken voor een (VOC) is. De leerlingen kennen het verschil tussen: imitatie de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en andersoortige les. Voor groep 6 zult u dit materiaal uiteraard op een andere en inspiratie. De leerlingen maken een ontwerptekening voor een versieringsmotief. De leerlingen richten aan de hand van een opdracht zelf een vitrine in met blauw gedecoreerd ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en holocaust; televisie en computer. manier kunnen gebruiken dan voor groep 8. Ook treft u tot besluit suggesties aan voor een of meerdere les(sen) na het museumbezoek. Het is voor de kinderen fijn om bij hun naam te aardewerk en plaatsen 54 KUNSTZINNIGE worden aangesproken in bijschriften bij de ORÏENTATIE het museum. Een voorwerpen. De leerlingen leren beelden, naambordje op hun kleding taal, muziek, spel en beweging te gebruiken, om er gevoelens en ervaringen werkt goed. Het is prettig als u de kinderen alvast zou willen mee uit te drukken en om uitleggen dat er mee te communiceren. kunstvoorwerpen in een 55 KUNSTZINNIGE museum niet aangeraakt ORÏENTATIE De leerlingen leren op eigen werk en dat van mogen worden. De inrichting van het museum is aan wisselingen anderen te reflecteren. onderhevig. Daardoor kan 56 KUNSTZINNIGE het voorkomen dat er ORÏENTATIE tijdens de museumles De leerlingen verwerven andere voorwerpen worden enige kennis over en behandeld dan in deze krijgen waardering voor lees- en verteltekst aspecten van cultureel erfgoed. afgebeeld staan. Mocht het voorkomen
Voor de leerlingen Spullen? overal! Iedereen heeft spullen. In de meeste kamers staan afgezien van meubels ook kleinere dingen, zoals lampen, een vaas of een plantenpot. In iedere keuken zijn wel serviesgoed, glazen, en pannen te vinden. In een badkamer staan natuurlijk weer heel andere dingen dan in een slaapkamer. Dit alles noemen we gebruiksvoorwerpen spullen die we gebruiken in het dagelijks leven en die dus een praktisch doel hebben. Er zijn ook dingen die je maar af en toe gebruikt, bijvoorbeeld bij speciale gelegenheden. Denk maar aan een extra mooi servies dat alleen met Kerst of bij het Suikerfeest uit de kast komt. Of voorwerpen die je helemaal niet voor iets praktisch kunt gebruiken. Denk maar aan beeldjes van porselein die in een vitrine (=kast met glazen deuren) staan. Dat noemen we siervoorwerpen. Je kunt er eigenlijk alleen maar naar kijken. Ze zijn om van te genieten en een beetje om mee te pronken als er bezoek is. Mensen kiezen siervoorwerpen met veel zorg uit. Je wilt het idee hebben dat je niets mooiers had kunnen vinden en dat je er nog lang blij mee zult zijn. Gelukkig is er voor iedere smaak wel iets. De een houdt van romantisch en kiest dingen die met bloemen zijn versierd, een ander houdt juist van chique en vindt decoraties in goudkleur mooi en weer iemand anders wil juist helemaal geen versiering en kijkt het liefst naar dingen die eenvoudig van vorm zijn. Bloempot met onderschotel, A. Copier, 1928, geperst glas
Om te inventariseren Bedenk steeds 3 voorwerpen die je mooi en niet mooi vindt: thuis en op school bij mij thuis bij mij op school mooi niet mooi mooi niet mooi 1. 1. 1. 1. 2. 2. 2. 2. 3. 3. 3. 3 Toch zijn voorwerpen méér dan handig of mooi. Er zitten herinneringen en verhalen aan vast. Vaak is dat het belangrijkst voor mensen. Dat vaasje is nog van mijn oma geweest, die schaal heb ik gekocht in de Soek (markt) in Marokko en met dat poppenserviesje speelde ik toen ik klein was. Aan sommige spullen in huis ben je gehecht. Daarom is het vervelend dat siervoorwerpen meestal kwetsbaar zijn. Als er thuis iets stuk gaat is dat vaak net dat ding waar jij dol op was. En weg is weg, zeker als het om iets ouds gaat. Dat ene ding vind je nooit meer terug. Dat is waarom een museum voorzichtig omgaat met dingen. In musea worden voorwerpen bewaard zodat jij en later ook jouw kleinkinderen ze kunnen bekijken. om over te discussiëren Mensen zeggen wel eens: over smaak valt niet twisten (te discussiëren). Ben je het daar mee eens? Waarom wel of niet? Lamp Tahiti, Ettore Sottsass, memphis, 1981, metaal
Handig en mooi - mooi en ook handig? Een gebruiksvoorwerp kan ook een siervoorwerp zijn. Handig en mooi tegelijk dat is pas ideaal. Degene die daarvoor kan zorgen is de ontwerper. Je zou het bijna vergeten, maar ieder voorwerp is ooit door iemand bedacht! Het ontwerpen van voorwerpen noem je toegepaste kunst. Een ontwerper let op het doel van een voorwerp het moet geschikt zijn om te gebruiken. Ook moet het er aantrekkelijk uitzien. Vroeger werden alle voorwerpen met de hand gemaakt door ambachtslui. Door de uitvinding van machines in de 19e eeuw worden nu meeste dingen in fabrieken gemaakt. Om zelf te ontwerpen? Stel dat je een theepot wilt ontwerpen. Waar moet je dan als ontwerper op letten? Schrijf dit eerst in trefwoorden op. Daarna maak je je ontwerp op papier. Om een theepot te kunnen gebruiken is dit allemaal nodig: Een tuit om mee te schenken; Zo wordt de theepot mooi om te zien. Vul in: waar van gemaakt? welke kleur? hoe versierd? wat voor vorm? wat nog meer? Schetsontwerp voor een theepot Om over te filosoferen In rijke landen kopen de mensen véél en vaak. Ook gooien ze snel spullen weer weg. Wat zijn de nadelen van steeds maar nieuwe dingen kopen en oude wegdoen? Kun je ook voordelen verzinnen? Drinkglas met decoratie in de vorm van een dolfijn, 1865-1950, glas, bladgoud
Naar het museum In het Gemeentemuseum worden vele duizenden voorwerpen bewaard. Alle sier- en gebruiksvoorwerpen staan achter glas in een vitrine of worden bewaard in het depot (de opslag). Binnenkort komen jullie met de klas naar het museum voor de les Duizend en één dingen. Er is hier zoveel te zien dat we moeten kiezen. Daarom gaat het tijdens deze les om voorwerpen van keramiek en dan speciaal Delfts blauw en porselein uit Azië. Daar hebben we heel veel van. Je gaat niet alleen kijken naar wat dat dan is, maar ook aan het werk als museummedewerker. In twee-en drietallen krijgen jullie de opdracht om zelf een vitrine in te richten met voorwerpen van keramiek. Oppassen geblazen dus, want keramiek is breekbaar! Aan het einde van de les presenteer je jouw vitrine aan je klasgenoten.
Iets over Delfts blauw Ongeveer 400 jaar geleden werd de VOC, de Verenigde Oost-Indische Compagnie, opgericht. Dit was toen een van grootste handelsbedrijven met een vloot van wel duizend schepen. Handel drijven en veel geld verdienen was de bedoeling. Deze tijd wordt de Gouden Eeuw genoemd. De reizen over zee naar Azië konden wel acht maanden duren. Scheepsladingen met onder andere Chinees porselein werden teruggebracht. Iedereen wilde ineens Oosters porselein met zijn bijzondere versieringen. Het werd een rage. In Delft deden de pottenbakkers er alles aan om het Chinese porselein na te bootsen! Zo ontstond Delfts Blauw. Lees het stripverhaal van Peter van Dongen maar! Delfts aardewerk begint met een stuk klei (uit de rivier). Dit kan worden gedraaid op een draaischijf of met de hand worden gevormd, waarna er een mal (een vormpje ) van wordt gemaakt. Het voorwerp wordt voor de eerste keer in de oven gebakken (op wel 1000 C!) en het krijgt een glazuurlaag. Vervolgens wordt het met de hand beschilderd. Een tweede glazuurlaag volgt en het voorwerp wordt daarna voor de laatste keer gebakken. Peter van Dongen, De porseleinroute, 2005 (Gemeentemuseum Den Haag, te zien in: Wonderkamers). Opdracht Hieronder zie je plaatjes van voorwerpen uit de verzameling Delfts aardewerk van het Gemeentemuseum. Kruis 3 dingen aan die jij het mooist vindt. Schrijf erbij wat voor soort voorwerp het volgens jou is (een gokje wagen mag!). Waar werd het vroeger voor gebruikt, denk je?
Voor de leerkracht Kinderboeken over toegepaste kunst Gaff, Design 1900-1920, ISBN 905495728x Gaff, Design 1920-1930, ISBN 9054957220 Jones, Design 1940-50, ISBN 9054957166 Bingham, Design 1960, ISBN 9054957107 Gaff, Design 1970-1980, ISBN 9054957042 Ford, Design 1990, ISBN 9054956984 Websites over Delfts blauw, Aziatisch porselein en de VOC www.delftsaardewerk.nl www.aziatischekeramiek.nl www.voc-kenniscentrum.nl www.wonderkamers.nl (wonderkamer Imitatie en Inspiratie ) Plaatjes 1. Kandelaar, Delft, 1678 2. Bloemenhouder (= vaas), Delft, 1701-1722 3. Kaststel (=een set keramiek voor bovenop een kast), Delft, 1701-1722 4. Theebus, Delft, 1701-1735 5. Terrine met deksel (= dekschaal), Delft, 1765-1768 6. Een stel leeuwen (beeldjes), Delft, 1765-1768 7. Theepot, Delft, 1691-1724 8. Kan in de vorm van een aap, Delft, 1753 9. Twee bloemhouders (tulpenvazen), Delft, 1686-1701 10. Guido Geelen, Tulpenvaas, 2002 december 2006 Gemeentemuseum Den Haag afdeling Educatie Tekst: Jet van Overeem Productiebegeleiding: Arjenne Bouwknegt Vormgeving: Anneke van der Stelt, Rotterdam en Annemarie de Jong, afd. Foto & Vorm Deze lees- en verteltekst is ook te downloaden vanaf onze site: www.gemeentemuseum.nl