Aan de leden van de Tweede Kamer Commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag. Den Haag, november 2003

Vergelijkbare documenten
Aan de leden van de Tweede Kamer Postbus EA Den Haag. Den Haag, 16 september 2003

Aan de leden van Tweede Kamer Postbus EA Den Haag. Den Haag, 26 september Betreft: Miljoenennota 2007 Ref.

Aan de leden Vaste Tweede Kamer Commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid t.a.v. de griffier de heer D.S. Nava Postbus EA Den Haag

Aan de leden van de Vaste Tweede Kamercommissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag. Den Haag, 11 oktober 2006

Relatie Wet Inburgering en Wet SUWI en de overige wetgeving op het terrein van de Sociale Zekerheid

Resultaatfinanciering

Aan Vaste Tweede Kamer Commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag. Den Haag, 12 april 2004

De Landelijke Cliëntenraad wil hierbij uw aandacht vragen voor de voortgang van de Herbeoordeling WAO.

Wilhelmina van Pruisenweg AN Den Haag Postbus GD Den Haag

Aan de leden van de Vaste Tweede Kamercommissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag. Den Haag, 29 oktober 2007

Landelijke Cliëntenraad Oranjestraat JB Den Haag

Landelijke Cliënten Raad

Aan de leden van de Vaste Tweede Kamer Commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag. Den Haag, 17 mei 2011

Reactie van de Landelijke Cliëntenraad op de aanbiedingsbrief bij de notitie Vergroting participatie jongeren met een beperking. LCR/080054/BH/GP/JL

Vaste Tweede Kamer Commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag

Aan de leden Vaste Tweede kamer Commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag

SUBSIDIEKAART. 13 september Toelichting

Aan de leden van de Vaste Tweede Kamer Commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag

Ab Harrewijnrede 2003 Minister Aart Jan de Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 21 mei 2003 te Amsterdam.

Financiële regeling voor langdurige minima: langdurigheidstoeslag

Tijdens het begrotingsonderzoek heb ik toegezegd u nog aanvullende informatie toe te zenden.

De 7 belangrijkste vragen:

Gespreksnotitie Bestuurlijk overleg over kabinetsstandpunt over advies Commissie Werkend Perspectief over jonggehandicapten

Betreft: Reactie Landelijke Cliëntenraad op Wetsvoorstel Wet werk en Zekerheid Referentie: LCR/TK/ /GM/BH

Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Op dinsdag 17 oktober a.s. houdt uw commissie een inbrengvergadering (vooronderzoek) over het wetsvoorstel Wet Inburgering.

Aan de leden van de vaste Eerste Kamer commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag

Wmo-raad gemeente Oss - Postbus BA Oss - telefoon wmoraad@oss.nl

Een gedeeltelijk arbeidsgeschikte in dienst

Aan Commissie Werkend Perspectief T.a.v. de heer A. Westerlaken P/a Postbus AS HOOFDDORP. Den Haag, 15 april 2004

Landelijke Cliëntenraad Oranjestraat JB Den Haag

Rechten en plichten van cliënten bij het persoonsgebonden reïntegratiebudget

Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Kamervragen van het lid Van Hijum

Nadere achtergrondinformatie participatiewet

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Landelijke Cliëntenraad Oranjestraat JB Den Haag

S A M E N V A T T I N G

Het is vandaag een feestelijke dag voor de Landelijke Cliëntenraad. U bestaat tien jaar. Ik feliciteer u allemaal van harte met dit jubileum.

Werknemers 1 ZIEK. werknemer en verzekerd voor ZW en WIA is degene die een ww-uitkering geniet

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Samenstelling Landelijke Cliëntenraad in voorlopige samenstelling

D e n H a a g 12 juni 2012

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

Wnv en het perspectief cliënt

Aan de leden Vaste Tweede Kamer Commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag. Den Haag, 23 juni 2016

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Landelijke Cliëntenraad Werkplan 2010

Deze doelstellingen staan zwaar onder druk door de voorgestelde taakstelling op het SZW-domein.

Presentatie Participatiewet & Wijzigingen Wwb. Commissie Samenleving Brielle

W etopdearbeidsongeschiktheidsverzekering. W etwerkeninkomennaararbeidsvermogen

Aan de leden Vaste Tweede Kamer Commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag. Den Haag, 3 oktober 2013

Whitepaper Wet tegemoetkomingen loondomein

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Uitdagingen voor cliëntenparticipatie

Van Martin Heekelaar Datum 30 oktober 2012 Betreft

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 8 april 2011 Betreft Evaluatie IOW

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een aantal uitgewerkte of overbodige wetten in te trekken;

Overzicht bezuinigingen versie

Modernisering Ziektewet Hoofdlijnen van de wet beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid vangnetters (BeZaVa)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Financiële voordelen voor werkgevers

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid t.a.v. de staatssecretaris mevrouw J. Klijnsma Postbus LV Den Haag

Aan Vaste Tweede Kamer Commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus EA Den Haag

Ongekende mogelijkheden

Betreft: Reactie op rapport Uitvoering van de Wwb voor jongeren (18 27 jaar). Referentie: LCR/ /GvdM/BH

Wijziging Re-integratieverordening Wet werk en bijstand

Bots 18 Werken naar vermogen tijdens wachttijd Wsw

REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005

Aan de leden van de Vaste Tweede Kamer Commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid t.a.v de heer Esmeijer Postbus EA Den Haag

Koopkrachteffecten en de nieuwe compensatieregeling chronisch zieken en gehandicapten. Nibud, juni 2008

Factsheet Stapelingsmonitor 2014 Gemeente Schiedam

Par$cipa$ewet. Inhoud. Opzet Effecten en scenario s. Wat is de huidige situa5e? Wat gaat er veranderen? Welke effecten ontstaan?

Financiële voordelen voor werkgevers. Ik neem een oudere werknemer, langdurig werkloze of werknemer met een beperking in dienst

Een extra reden om mij aan te nemen. De voordelen voor uw toekomstige werkgever als u een WAO-, WIA-, WAZ- of Wajong-uitkering heeft of heeft gehad

Signalen uit de praktijk in vraag en antwoord Nummer 2, december 2006

Landelijke Cliënten Raad

Werk, inkomen. sociale zekerheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid t.a.v. staatssecretaris mevrouw J. Klijnsma Postbus LV Den Haag. Den Haag, 7 februari 2014

Convenant Gesubsidieerde Arbeid 2003

Werk, inkomen. sociale zekerheid. versie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2004 gemeente Tholen

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Participatiewet / Wsw. Raadsinformatieavond - 3 juli 2013

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Korte inhoud : De verordeningen Participatiewet dienen door de gemeenteraad te worden vastgesteld.

van invoering (beoogd)

Nieuwe wetten voor zorg en ondersteuning bij wonen en werken

1. Beleidsregel scholing 2016

Uitvoeringsbesluit Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand

Participatiewet. 1 januari 2015

Op 21 juni a.s. heeft uw commissie een Algemeen Overleg met staatssecretaris Van Hoof over de Wet werk en bijstand.

Ad 1 De effecten voor cliënten na drie jaar Participatiewet

Financiële voordelen voor werkgevers. Ik neem een oudere werknemer, langdurig werkloze of werknemer met een beperking in dienst

Onderwerp: inzicht in uitgaven en bereik re-integratiemiddelen gemeenten Onze ref.:

Voortgangsrapportage Sociale Zaken

Gemeente Den Haag. de gemeenteraad

Onderwerp Reactie op brief KGO over de Wet Werken naar Vermogen (WWNV)

Een extra reden om mij aan te nemen. Vergroot uw kans op werk als u een arbeidsongeschiktheidsuitkering

Transcriptie:

Aan de leden van de Tweede Kamer Commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag, november 2003 Betreft: Begroting ministerie SZW Ref.: LCR/030508/Er/JL Geachte dames en heren, De Landelijke Cliëntenraad heeft kennisgenomen van de begroting van het ministerie van SZW. Hierbij willen wij uw aandacht vragen voor de volgende onderwerpen: 1. WAO, Wajong en Waz; 2. WW; 3. Reïntegratie; 4. Arbeidsparticipatie ouderen; 5. bijzondere bijstand 6. Inkomenspositie van mensen met een handicap en chronisch ziekte 7. financiering rol cliënten bij invoering Wwb 8. Cliëntenparticipatie. Algemeen Er is sprake van een afnemende werkgelegenheid. De daling van de werkgelegenheid treft de totale beroepsbevolking en in het bijzonder jongeren en ouderen. Het regeringsbeleid is gericht op vergroting van de participatie. Daar kan niemand tegen zijn. De wijze waarop de vergroting van participatie moet worden bereikt is kwalitatief mager uitgewerkt. Nadrukkelijk wordt aangegeven hoe de instroom en omvang van mensen in de WW, WAO en bijstand moet afnemen. Verandering van regelgeving, waarbij aanscherping van de criteria één van de elementen is, staat hierbij centraal. Er wordt ingezet op de toeleiding naar arbeid echter de reïntegratiebudgetten worden verlaagd, stimuleringsmaatregelen om mensen die (langdurig) werkloos zijn weer in dienst te nemen als de SPAK en de VLW worden afgeschaft. Er wordt ingezet op: het verhogen van de plaatsingspercentages van reïntegratietrajecten van WW-ers en arbeidsongeschikten. De helft van de reïntegratietrajecten van WW-ers moet leiden tot een baan van meer dan zes maanden. Het plaatsingspercentage van reïntegratietrajecten van arbeidsongeschikten moet met 25% stijgen, het plaatsingspercentage moet in 2007 45% bedragen. Concrete kwalitatieve maatregelen om dit te bereiken worden niet genoemd. Er wordt veel verwacht van de marktwerking van de reïntegratiemarkt en resultaatfinanciering van reïntegratietrajecten. De koppeling tussen lonen en uitkeringen wordt losgelaten. In 2004 wordt 5 miljard bezuinigd op de sociale zekerheid oplopend tot 9 miljard in 2007. De Landelijke Cliëntenraad (LCR) vindt dit een onrechtvaardig groot deel van de totale bezuinigingen van 23 miljard.

Het kabinet geeft naar de mening van de LCR het signaal af dat uitkeringsgerechtigden eerder werk zullen vinden omdat zij een geen of een lagere uitkering krijgen of korter een uitkering krijgen. Dit terwijl het Centraal Plan Bureau in recente publicaties heeft geconstateerd dat de hoogte van de uitkering geen invloed heeft op het verkrijgen van werk. Er wordt ook volstrekt voorbij gegaan aan het feit dat er sprake is van afnemende werkgelegenheid waardoor mensen moeilijker een baan kunnen vinden terwijl zij wel aan het werk willen. Het ontbreken van werk wordt afgerekend op werkzoekenden die geen of een lagere uitkering krijgen. Zij worden terugverwezen naar het vangnet van de bijstand. Armoedebeleid is niet langer een thema. 1 WAO, Wajong en Waz 1.1 WAO Er komt een wijziging van het arbeidsongeschiktheidsstelsel, voorgesteld om het aantal nieuwe WAO-uitkeringen te minimaliseren. Alleen volledig en duurzaam arbeidsongeschikten krijgen recht op een uitkering. Gedeeltelijk Arbeidsongeschikten (35% of minder arbeidsongeschikt) blijven in principe in dienst van de werkgever, worden zij toch werkloos dan krijgen een uitkering op bijstandsniveau. Loon doorbetaling bij ziekte door de werkgever wordt verlengd van één jaar naar twee jaar. De aanvulling van de uitkering in het tweede ziektejaar moet worden beperkt op straffe van het weigeren van een WAO-uitkering. Alleen mensen die duurzaam en volledig arbeidsongeschikt zijn, hebben in de toekomst nog recht op een WAO-uitkering. Duurzaam betekent dat er binnen een periode van vijf jaar geen verbeteringen te verwachten zijn. De LCR heeft grote bezwaren tegen dit criterium. De LCR vraagt zich hierbij onder andere af of deze norm uitvoerbaar is en vindt de termijn van vijf jaar uitermate arbitrair. Krijgen de uitvoeringsorganisaties straks de beschikking over kristallen bollen waarmee ze vijf jaar in de toekomst kunnen kijken. De LCR is van mening dat de voorgestane plannen voor de WAO een cosmetische operatie is. Het aantal mensen met een WAO-uitkering zal afnemen, echter het probleem dat veel arbeidsongeschikten niet aan het werk komen wordt met deze ingreep niet opgelost. Zij krijgen geen of een andere uitkering op bijstandsniveau. Mensen die in de toekomst op grond van de voorliggende voorstellen niet meer tot de WAO worden toegelaten, maar na twee jaar ziekte wel hun baan verliezen, zijn nog steeds (deels) arbeidsongeschikt. Zij zullen terugvallen op de WW en uiteindelijk op andere slechtere uitkeringen of, nog erger, geen recht hebben op een uitkering. De LCR wijst de aantasting van de positie van arbeidsongeschikten af. Om het gebruik van de WAO te beperken wil de LCR niet snijden in het recht op een uitkering, maar de reïntegratie van arbeidsgehandicapten bevorderen. Het beperken van de instroom in de WAO en het bezuinigen op de reïntegratiebudgetten staat haaks op elkaar. De LCR pleit voor het invoeren van het recht op reïntegratie. Tevens is de LCR van mening dat mogelijkheid in de Wet REA om bij algemene maatregel van bestuur een quotumverplichting in te voeren (art. 5 Wet REA) moet worden ingevuld. Tot slot is de LCR van mening dat de groep huidige WAO ers die gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn en de groep volledig arbeidsongeschikten die volgens de nieuwe criteria gedeeltelijk arbeidsongeschikt worden in aanmerking moeten komen voor een overgangsregeling. Zij staan vaak al jaren aan de kant en hebben te maken gehad met slecht functionerende uitvoeringsorganisaties die geen enkel belang hadden bij reïntegratie. Voor deze mensen kun je niet stellen dat zij gelijke kansen hebben op de arbeidsmarkt. 2

1.2 Wajong Ook voor de Wajong geldt dat alleen zij die volledig arbeidsongeschikt zijn recht krijgen op een Wajong uitkering. De vraag die hierbij rijst is wat gebeurd er met hen die aan het werk gaan maar die vanwege hun handicap niet in staat zijn een uurloon van tenminste het minimumloon te verwerven. In de huidige situatie krijgen zij een aanvulling op hun loon vanuit de Wajonguitkering. Als dit in de toekomst niet meer mogelijk is hoe krijgen zij dan een aanvulling op hun loon? Als werkgevers het volledige loon moeten betalen zal deze groep niet aan het werk kunnen komen en is voor deze groep de Wet sociale werkvoorziening nog de enige manier om te kunnen werken. 1.3 WAZ De WAZ wordt afgeschaft. Zelfstandigen worden geacht zich voortaan zelf particulier te verzekeren voor arbeidsongeschiktheid. Waarbij geen helderheid is over de toegang tot particuliere verzekeringen. Ook is er geen uitsluitsel over de positie van de partner van de zelfstandige. De partner is in de huidige WAZ mee verzekerd. De voorgestelde afschaffing van de WAZ, zonder een goed en gelijkwaardig alternatief, heeft grote nadelige gevolgen heeft voor zelfstandigen en beroepsbeoefenaren. Een deel van de zelfstandigen wordt niet bediend door de particuliere verzekeringsmarkt doordat verzekeraars aan 'risicoselectie' doen. Deze groep zal bij arbeidsongeschiktheid een beroep moeten doen op de bijstand en zal daardoor meteen met de vermogenstoets te maken krijgen. De uitkeringen zullen bovendien goeddeels ten laste van het Rijk komen. De WAZ dient te worden afgeschaft maar te worden aangepast, waarbij recht gedaan wordt aan de financiële bezwaren die zelfstandigen momenteel hebben met de regeling. Een verhoging van de uitkeringen, in relatie met de te betalen premie, biedt uitkomst voor de vele zelfstandigen die de huidige uitkeringen als onvoldoende ervaren. Door middel van dergelijke ingrepen wordt recht gedaan aan de financiële bezwaren die zelfstandigen momenteel hebben met betrekking tot de regeling. Bovendien kan de beschermende werking van de regeling voor zelfstandigen die moeilijk particulier te verzekeren zijn hiermee verbeterd worden. Wij verzoeken u zorg te dragen dat: Er een overgangsregeling komt voor de groep huidige WAO ers die gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn en de groep volledig arbeidsongeschikten die volgens de nieuwe criteria gedeeltelijk arbeidsongeschikt worden; De WAZ niet wordt afgeschaft zonder dat er voor alle betrokkenen een reëel toegankelijk alternatief is. mensen met een wajonguitkering die gaan werken een aanvulling op hun loon vanuit de wajonguitkering kunnen blijven ontvangen. 2 WW De Werkloosheidswet wordt aangepast. De vervolguitkering wordt afgeschaft. Wie in de toekomst een beroep wil doen op de WW, moet 39 van de laatste 52 weken hebben gewerkt. In het huidige stelsel ontvangen mensen die alleen aan deze wekeneis voldoen een kortdurende uitkering. In de nieuwe situatie dreigt deze uitkering te vervallen. Mensen krijgen alleen nog een WW-uitkering als zij aan de wekeneis voldoen en bovendien tenministe vier van de afgelopen vijf jaar hebben gewerkt. 3

De LCR is van mening dat het verzekeringsprincipe in de WW, de verhouding tussen betaalde premie en verzekerd risico, zoek raakt. De LCR vindt het uitermate onrechtvaardig dat mensen die jarenlang premie hebben betaald voor een WW-uitkering, slechts een zeer korte tijd een WW-uitkering krijgen en vervolgens worden teruggeworpen op het vangnet van de bijstand, waarbij de regering geen extra maatregelen treft om mensen aan het werk te helpen. Er worden eenzijdige maatregelen getroffen met het doel om te bezuinigen. De redenering is blijkbaar: pak de mensen hun geld af en ze gaan weer aan het werk. Wij verzoeken u zorg te dragen dat: De criteria voor de WW niet worden aangescherpt. 3 Reïntegratie Het regeringsbeleid is gericht op verhoging van participatie. Wie kan meedoen, moet meedoen, zeggen de bewindslieden. Meedoen lukt alleen als er meer werk komt. De regering onderstreept daarbij nog eens de noodzaak tot beheerste arbeidskostenontwikkeling. De oplossing voor het verbeteren van de werkgelegenheid wordt dus voor een belangrijk deel bij werkgevers en werknemers gelegd. De regering beperkt zijn maatregelen tot het verminderen van regeldruk en administratieve lasten. Verder bezuinigt de regering op de budgetten voor reïntegratie. De LCR is van mening dat bij de wens van de regering tot verhoging van participatie een recht op reïntegratie past. Dit recht wordt de werkzoekende echter niet toegekend. Het wordt aan de gemeente en de UWV overgelaten om werkzoekende te selecteren die in aanmerking komen voor een reïntegratietraject. De LCR vreest dat door het streven om de plaatsingspercentages na afloop van reïntegratietrajecten te verhogen gecombineerd met het verder invoeren van resultaatfinanciering bij reïntegratietrajecten, er afroming van de doelgroep gaat plaatsvinden. Hiervan zullen mensen die moeilijk plaatsbaar zijn de dupe worden. Het verbaast de LCR dat met het verlengen van de wekeneis voor toekenning van WW niet de definitie van duurzame arbeid is aangepast. Duurzame arbeid blijft gedefinieerd als werk met een arbeidsduur van minimaal 6 maanden en dat gaf bij het eventueel verlies van werk tenminste recht op WW. Met de invoering van de Wwb verdwijnen de Wiw en de ID-regling. Met het wegvallen van deze Wet en regeling verdwijnen er ook een aantal rechten van de werkzoekende. Het betreft hierbij onder andere de sluitende aanpak voor jongeren. In het kader van de Wiw dient de gemeenten uiterlijk één jaar na de datum van ingang uitkering of na datum inschrijving als werkloos, de werkzoekende een dienstbetrekking in het kader van de Wiw aan te bieden, tenzij andere voorzieningen gericht op het vergroten van de mogelijkheden tot inschakeling in het arbeidsproces meer aangewezen zijn en deze andere voorzieningen ten minste 19 uur per week in beslag nemen. Schoolverlaters van het speciaal onderwijs met een Wsw-indicatie hebben in het kader van de huidige Wiw (artikel 10 ) onmiddellijk na het verlaten van de school recht op een Wiw-plaats in afwachting van een arbeidsplaats in Wsw-verband. Deze rechten verdwijnen en worden ondergebracht onder artikel 7 van de Wet werk en bijstand. Waarbij het aanbieden van een gesubsidieerde baan dus wordt overgelaten aan de beoordeling van het College. Dit wringt des te meer voor de jongere Wsw-geïndiceerde daar een belangrijk deel van deze groep een wajong-uitkering heeft. Er is dus geen enkel belang bij de gemeente is om deze groep in een gesubsidieerde baan te plaatsen. Het UWV zou dus een aanbod moeten doen. In de praktijk leidt dit nu al tot getouwtrek tussen UWV en gemeenten waarvan de cliënt de dupe is of wordt hij zit thuis. Dit leidt er vervolgens toe dat betrokkene zijn moeizaam geleerde vaardigheden verliest. 4

Wij verzoeken u zorg te dragen dat: De bezuinigingen op reïntegratie ongedaan worden gemaakt; Werkzoekenden recht krijgen op reïntegratie; De definitie van duurzame arbeid wordt aangepast; Dat de sluitende aanpak voor schoolverlaters vanuit het speciaal onderwijs met een wswindicatie gehandhaafd blijft. 4 Arbeidsparticipatie ouderen De regering wil dat ouderen langer actief blijven in het arbeidsproces. Vroegtijdig vrijwillig uittreden wil de regering tegengaan door het onaantrekkelijk te maken voor oudere werknemers om eerder te stoppen met werken. De huidige fiscale stimulans voor VUT- en prepensioenregelingen wil de regering wegnemen. Ook wordt de sollicitatieplicht voor mensen van 57,5 jaar en ouder weer ingevoerd. De LCR begrijpt de noodzaak dat mensen langer actief moeten zijn op de arbeidsmarkt. Echter het moet dan ook mogelijk zijn om langer te werken. De huidige praktijk is dat bij toenemende werkloosheid ouderen één van de eerste slachtoffers zijn en dat het weer vinden van werk voor deze groep uiterst moeilijk is. De LCR is vooralsnog niet overtuigd van het perspectief van 57,5 jarigen, ook al hebben zij recente werkervaring, op de arbeidsmarkt. Voor de LCR betekent dat, in ieder geval: geen plicht waar perspectief ontbreekt. De LCR is het met het kabinet eens dat de arbeidsdeelname van ouderen omhoog zou kunnen. De LCR is echter van mening dat het bereiken van dit doel niet eenzijdig bij de oudere moet worden neergelegd door middel van een sollicitatieplicht. Er ligt hier ook een taak voor werkgevers. Er moeten andere maatregelen genomen worden om ouderen weer aan het werk te helpen of langer aan het werk te houden. Daarbij denken wij onder andere aan het ontwikkelen van een leeftijdsbewust personeelsbeleid, het investeren in scholing en loopbaanontwikkeling van ouderen en het zorgdragen voor geschikte arbeidsomstandigheden. Bovendien zal het voornemen van het kabinet om bij ontslag van een oudere (ouder dan 57,5 jaar) om de WWuitkering deels op de werkgever te verhalen een rem betekenen ouderen in dienst te nemen. De LCR is van mening dat juist een stimulerend beleid zou moeten worden gevoerd. Dat wil zeggen dat werkgevers zouden moeten worden beloond als zij oudere werknemers in dienst nemen of in dienst houden. Een dergelijk voorstel is inmiddels door uw Kamer bij de minister neergelegd en het lijkt er op dat de minister dit voorstel overneemt. Wanneer mensen van 57,5 jaar en ouder werkloos worden en hun perspectief op de arbeidsmarkt wordt positief geschat, dan dient het CWI in overleg met de cliënt een snelle terugkeer op de arbeidsmarkt te realiseren. Hiervoor is geen sollicitatieplicht noodzakelijk. Het zou de overheid sieren als zij een voorbeeldfunctie neemt voor het bevorderen van de arbeidsparticipatie van ouderen. Echter het voorbeeld dat de overheid geeft is strijdig met haar eigen uitgangspunten. Uit de krant hebben wij kunnen vernemen dat de regering heeft besloten dat rijksambtenaren die vervroegd uittreden een extra uitkering krijgen. Het personeelsbestand van het rijk mag niet vergrijzen zo vindt het kabinet. De LCR verzoekt u zorg te dragen dat: de sollicitatieplicht van ouderen niet wordt ingevoerd; het onaantrekkelijk maken voor oudere werknemers om eerder te stoppen met werken niet wordt ingevoerd; werkgevers worden beloond als zij oudere werknemers in dienst nemen of in dienst houden. 5

5 Bijzondere bijstand De nadruk van de regering ligt op het bestrijden van de armoedeval. Van armoedebestrijding is geen sprake. De categorale bijstand wordt afgeschaft en er wordt bezuinigd op de bijzondere bijstand. De Landelijke Cliëntenraad is ronduit bezorgd over de wijze waarop het kabinet snoeit in het fijnmazige netwerk van armoedebestrijding, zoals dat de afgelopen jaren door gemeenten is opgebouwd. Mensen die op of rond het sociaal minimum leven kunnen vanaf 1 januari 2004 voor extra uitgaven alleen nog een beroep doen op de bijzondere bijstand. Op de bijzondere bijstand wordt fors bezuinigd. Uit de plannen van de diverse gemeenten die LCR heeft bekeken, blijkt dat gemeenten fors bezuinigen op bijzondere bijstand. Mensen met een minimum uitkering gaan er veel harder op achteruit dan de door de regering is beraamd. Zo becijferde Meppel een koopkracht daling van 6 à 7 procent. Naar de mening van de LCR miskent het kabinet de werkelijkheid van grote groepen werkenden door te stellen dat betaalde arbeid de beste bestrijding van armoede is. Bovendien wordt geen recht gedaan aan die mensen die geen perspectief hebben op een baan. Al jaren wordt door cliënten en gemeenten bepleit dat het sociaal minimum om hoog moet. De huidige bijstandsuitkering zijn te laag om fatsoenlijk van rond te komen. Des al niettemin is het kabinet van mening dat het normbedrag toereikend is voor het dekken van de algemene kosten van het bestaan, inclusief reserveringen. Dit is in tegenspraak met een recent onderzoek van het Nibud in samenwerking met de Sociale Alliantie, waarin werd aangetoond dat huishoudens die moeten rondkomen van het sociaal minimum maandelijks geld te kort komen. Het hoeft geen betoog dat met de korting op de bijzondere bijstand deze huishoudens het nog moeilijker krijgen. De LCR vraagt zich af of het beleid van de regering past binnen de afspraken die op Europees niveau zijn gemaakt over armoede bestrijding. Voor de mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt is in het kader van de Wwb nauwelijks financiële ruimte voor gesubsidieerde arbeid. Ondanks de afspraken in het najaarsakkoord dat er geen gedwongen ontslagen bij gesubsidieerde arbeid mogen vallen, is de praktijk helaas anders. En daar waar thans nog geen plannen zijn voor gedwongen ontslagen voor 2004 wordt wel gesproken over afbouw van gesubsidieerde arbeid. Dit alles onderdruk van de verlaging van de gemeente budgetten voor reïntegratie. Wij verzoeken u zorg te dragen dat: de bezuinigingen op de bijzondere bijstand te niet worden gedaan; de reïntegratiebudgetten van de gemeente in het kader van de Wwb ten ministe op het huidige niveau van de ABW plus de budgetten voor Wiw en ID-banen blijven. Wij verzoeken u de minister te vragen of het te voeren beleid past binnen de afspraken in europees verband over armoede bestrijding. 6 Inkomenspositie mensen met een handicap en chronische ziekte Mensen met beperkingen en chronisch zieken zouden de komende jaren worden ontzien. Hoewel er in de diverse begrotingsbehandelingen tot nu toe wel enkele aanvullende maatregelen ten aanzien van chronisch zieken en gehandicapten zijn genomen zien we dat alle mooie woorden en goede intenties nauwelijks iets opleveren voor mensen met een handicap of chronische ziekte. Niet alleen hun financiële positie verslechtert de komende jaren drastisch, maar ook hun rechtspositie. Er is geen sprake van dat de sterkste schouders ook de zwaarste lasten zullen dragen. 6

Er is naast de begroting van SZW sprake van een scala van bezuinigingen die een ernstige inkomensachteruitgang tot gevolg zullen hebben voor mensen met een handicap en chronische ziekte. Een groep die als gevolg van hun handicap of chronsiche zioket met zware laten te maken heeft. Op vele terreinen wordt een aanslag op hun portemonnee gedaan. Het stelsel van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen wordt bijgesteld, de Wet Voorziening gehandicapten wordt aangepast, de maatregelen ten aanzien van de AWBZ en Persoonsgebonden Budget, de bezuinigingen op de Bijzondere Bijstand, de aanpassing in de Buitengewone uitgaven wegens ziekte of handicap, de tegemoetkomingsregeling, huursubsidie en veranderingen in het zorgstelsel. Op de begroting van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt fors bezuinigd. De koppeling tussen lonen en uitkeringen wordt losgelaten. Er wordt ingezet op reïntegratie maar de reïntegratiebudgetten worden verlaagd. Er wordt 150 miljoen bezuinigd op de bijzondere bijstand en er komt een verbod op de categorale bijstand. Voor de langdurigheidstoeslag komt door de strenge criteria maar een klein deel van de Wajongers in aanmerking. De fiscus wordt steeds meer sluitstuk van het gevoerde beleid. Hoge buitengewone uitgaven worden boven een bepaalde drempel fiscaal gecompenseerd, de niet verzilverde aftrek komt in aanmerking voor een tegemoetkomingsregeling die per 1-1-2004 ingevoerd wordt. Hoewel hier maar een deel van de werkelijke kosten wordt vergoed speelt hier nog een ander groot probleem: veel mensen weten nauwelijks de weg in het woud aan regelingen een deel van hen doet geen belastingaangifte, daardoor dreigen zij de tegemoetkomingsregeling mis te lopen. De LCR verzoekt u zorg te dragen dat: mensen meteen handicap en chronische ziekte volledig en op eenvoudige wijze gecompenseerd worden voor de hogere kosten van hun bestaan. 7 financiering rol cliënten bij invoering Wwb Ten behoeve van de invoering van de Wwb hebben de gezamenlijke gemeenten de beschikking over een budget van 40 miljoen euro. In dit kader is geen budget uitgetrokken voor Cliëntenraden en cliëntenorganisaties. De Landelijke Cliëntenraad heeft samen met de Sociale Alliantie een kaderbrief, Een stevige basis biedt zekerheid, uitgebracht. Deze kaderbrief is een gorte oplage uitgebracht en verspreid. De kosten hiervoor zijn gedragen uit de voor 2003 beschikbare middelen van Sociale Alliantie en LCR. Thans worden cliëntenorganisaties geconfronteerd met een grote vraag van cliëntenraden om ondersteuning bij hun werk in het kader van de invoering van de Wwb. Verzoeken om advies en ondersteuning bij de beoordelingen van gemeentelijke verordeningen en beleidsnotities, vragen over wat nog wel en niet kan in de nieuwe wet Wwb. Vragen om ondersteuning bij het oprichten van een cliëntenraad. De LCR en de Sociale Alliantie proberen tegemoed te komen aan al deze verzoeken. Maar zonder extra middelen zijn wij daar niet toe in staat. Een mondeling verzoek van de Sociale Alliantie aan staatssecretaris Rutte om ook de cliëntenbeweging te financieren voor de noodzakelijke activiteiten met betrekking tot de invoering van de Wwb werd met nee afgedaan. In middels een schriftelijk subsidie verzoek bij het ministerie van SZW neergelegd. De LCR verzoekt u zorg te dragen dat de cliëntenbeweging een budget krijgt voor de ondersteuning van cliëntenradn bij de invoering van de Wwb 7

8 Cliëntenparticipatie Er wordt met geen woord gerept over cliëntenparticipatie. In een tijd van bezuinigingen, de druk om het aantal uitkeringsgerechtigden te beperken en de uitgaven in het kader van armoede bestrijding te beperken, is het des te belangrijker dat cliëntenraden de positie van uitkeringsgerechtigden onder de aandacht houdt. Bij het ontbreken van kwalitatieve normen en maatregelen en het afschuiven van de verantwoordelijkheid voor reïntegratie naar de uitvoeringsorganisaties geldt dat cliëntenraden een belangrijke rol moeten kunnen spelen bij het toezien op het beleid en de kwaliteit van reïntegratie. Het is dan ook van groot belang dat de positie van cliëntenraden wordt versterkt en dat deze raden adequaat worden gefaciliteerd en gefinancierd worden. Bij de kamerbehandeling van de Wet SUWI in juni 2002 is bij de indiening van het amendement voor het instellen van de Landelijke Cliëntenraad gesteld dat er financiering moet komen om cliëntenorganisaties te versterken ten behoeve van deelname aan de LCR. De LCR kan hier van harte mee instemmen. Immers de LCR kan alleen de gezamenlijke stem van cliënten te laten horen als de afzonderlijke cliëntenorganisaties in staat zijn signalen van hun achterban op te vangen, te bundelen, te analyseren en vervolgens in te brengen in de LCR. Dit geldt ook ten aanzien van cliëntenparticipatie bij UWV, CWI, SVB en gemeenten. De kwaliteit van de cliëntenparticipatie is er bij gebaad als de leden van deze raden adequaat worden ondersteund en worden gevoed door cliënten. De Cliëntenorganisaties hebben hier een belangrijke taak. Om deze taak te vervullen is facilitering van cliëntenorganisaties een dringende noodzaak. In de 4 e voortgangsrapportage staat dat de minister van SZW zal overleggen met het ministerie van VWS over de taakverdeling met betrekking tot de ondersteuning van cliëntenorganisaties. Hierbij geldt als uitgangspunt dat het ministerie van VWS de cliëntenparticipatie in het algemeen subsidieert en dat SZW meer in concrete zin cliëntenparticipatie bevordert en faciliteert op het terrein van sociale zekerheid en de arbeidsmarkt. Het ministerie van VWS heeft inmiddels het mes gezet in de subsidies aan cliëntenorganisaties. De vraag is of het ministerie van SZW cliëntenorganisaties nu gaat faciliteren. Het betreft hier niet alleen cliëntenorganisaties die via sjakuus subsidie ontvangen. De gehandicapten - en ouderenorganisaties ontvangen rechtstreeks via het ministerie van VWS of het fonds voor patiënten-, gehandicaptenorganisaties en ouderenbonden subsidie en zijn in meer of mindere mate gekort op hun subsidie. Al deze organisaties doen aan belangenbehartiging op het terrein van werk en inkomen en leveren een belangrijke bijdrage aan cliëntenparticipatie op het terrein van de sociale zekerheid. Dit werk komt door de korting op subsidie onder druk te staan. De LCR verbaast het dat de ministeries slechts met elkaar overleggen en niet met de betrokken cliëntenorganisaties en de LCR. De LCR verzoekt u zorg te dragen dat: de minister van SZW op korte termijn met voorstellen komt voor facilitering van cliëntenorganisaties ten behoeve van cliëntenparticipatie op het terrein van sociale zekerheid en de arbeidsmarkt; in de budgetten voor de uitvoeringsinstellingen (UWV, CWI, SVB en de gemeente) geoormerkte bedragen worden opgenomen ten behoeve van cliëntenparticipatie. de minister over deze voorstellen voor facilitering overleg voert met de cliëntenorganisaties en de LCR. 8

Tot slot Uit recente krantenberichten heeft de Landelijke Cliëntenraad vernomen de regering het voornemen heeft om allochtonen die al langere tijd in Nederland wonen, worden gekort op hun WW- of WAO-uitkering als zij hun inburgeringsexamen niet behalen. De Landelijke Cliëntenraad vindt deze maatregelen uitermate onrechtvaardig. In de afgelopen decennia heeft de overheid zich weinig bekommerd over de inburgering van migranten. Er waren en zijn nog steeds wachtlijsten voor taalcursussen. En nu wordt deze groep gedreigd met een korting op hun uitkering. Met vriendelijke groet, J.P. Laurier Voorzitter Landelijke Cliëntenraad Samenstelling Landelijke Cliëntenraad Landelijke cliëntenorganisaties: Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV), Chronisch zieken en Gehandicaptenraad Nederland (CG-Raad), Cliëntenbond in de geestelijke gezondheidszorg/stichting Landelijke Patiënten en Bewonersraden in de geestelijke gezondheidszorg (Cliëntenbond/LPR), Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO), Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV), Federatie van Ouderverenigingen (FvO), Landelijke Vereniging van Arbeidsongeschikten (LVA), Samenwerkingsverbanden Landelijk Overleg Minderheden (LOM), vertegenwoordigers van cliëntenraden bij UWV, CWI en SVB, vertegenwoordigers van de gemeentelijke cliëntenparticipatie te weten: Landelijk Netwerk Cliëntenorganisaties/Samenwerkingsverband Mensen Zonder Betaald Werk (LNCO/SMZBW), Landelijke Vereniging Thuislozen (LVT), Landelijk overleg cliëntenraden Sociale Zekerheid (LocSZ). 9