VERDIEPINGSSTOF LEEREENHEID 2

Vergelijkbare documenten
VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden. Theorie

Lessenreeks. Sport en bewegingsleider Sport en bewegingscoördinator Kerntaak 1. Naam: Klas: Auteur: S. van Zuijlen

Fysieke training in praktijk

AOverzicht producten Ardnas: PowerPointpresentaties:

Het principe van de 5 Motorische basisvaardigheden

Bewegingsonderwijs Nutsschool Zorgvliet. [Company Name]

Opleidingsplan Keepers FC Maasland NO

Geef je kind zelfvertrouwen! - SportPlezier

Aansluiten bij de behoefte van ieder kind. Makkelijker gezegd dan gedaan?

VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden

DE SPORTLEIDER ALS LESGEVER

VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden

Libra R&A locatie Blixembosch. Multiple Sclerose

TALENTONTWIKKELING platform AV 9 juni 2017

Methodieken en werkvormen Module 4: Leeftijdseigen kenmerken - Matrix ontwikkelgebieden

DE SPORTLEIDER ALS LESGEVER

T o e l a t i n g s p r o c e d u r e R i j n I J s s e l C I O S A r n h e m

Lichamelijke opvoeding in het basisonderwijs

IBRT Den Haag Zorg voor beweging. Leerlingvolgsysteem. Kinderen bewegen en spelen (eindeloos) in voor hen uitdagende situaties

De sportleider als lesgever

SPORT en Conditie. Bron: Module 2. Datum:...

Ksk Wavria Leerplan. Leerplan jeugd-keepers Ksk Wavria.

Fitnesstrainer B Lesdag 3 Trainingsleer & Periodisering. Erkend Fit!vak opleidingscentrum

Jeugd beleidsplan SGO. Seizoen

VERDIEPINGSSTOF LEEREENHEID 10

Competentie-opdrachten

! "#$#$! %& $#' ( ##! $ )&#$ *&# # # $ # # $ + $! $ # $ $, $$' -.-#- %& # --# &#& -'& # # + -. $$ #&, /0 %& # #& + $ & & &$!!& # '&$ '!& & !

KNVB en Continental Warm Up programma. SDVBarneveld, 14 maart 2016

Door te sporten presteer ik beter. Sport én studie. die ideale combinatie vind je in de sportklassen.

IN BEWEGING. Onderneem! Nietsdoen is geen optie

Technisch Ontwikkeling Plan voor de voetballers uit de jeugd van Klein Dochteren TOP!

Thema 2 Ontwikkelingspsychologie en pedagogiek

DE TENNIS PROMOTOR W a t v o o r T e n n i s t o p p e r w o r d t m i j n k i n d?

Leerling Volg Systeem

BIJLAGE 1 Tips en tricks per leeftijdsgroep. 1. Benjamins en mini s. Benjamins (F- jeugd): Leeftijdskenmerken F - jeugd:

APQ-vragenlijst 30 januari Daan Demo

Angsten in bewegingssituaties

MRI. fmrt. HELP mijn kind heeft huiswerk! Frontaal kwab. In het lichaam kijken zonder het te hoeven openen. Hersenen

Waarom zijn we hier. Hoe kan je als bezorgde en gedreven ouders, positief coachen zonder zelf onder de stress te lijden?

Rapport Lotje H. Naam Lotje H. Geboortedatum School/Locatie Boogschutter 0-7. Schooljaar Aanmaakdatum

Lichamelijke opvoeding: leerlijnen leerplandoelen en leerinhouden 1 ste 2 de 3 de graad

Canon Sporttechnisch Kader. Sportleider. niveau 2. Uitgeverij Angerenstein

OPDRACHTEN 2a3a ALH IWA 1 - Handleiding document

Differentieer in elke les. Omgaan met verschillen in Human Dynamics

DEEL A COMPETENTIEOPDRACHT IWA 1

Door te sporten presteer ik beter. Sport en studie. die ideale combinatie vind je in de sportklassen.

Generiek Leertraject: Sporters met een verstandelijke handicap

Kinderen spelen voor hun ontspanning, maar spelen is ook goed voor de persoonlijke ontwikkeling van het kind.

KIJK! Lijst van: Schooljaar: Groep: Leraar: Datum gesprek 1e rapport: Datum gesprek 2e rapport: KIJK! 1-2 Bazalt Educatieve Uitgaven

WELKOM. pupillen-trainers cursus. DEEL 1: Oooow.. zit het zo! (de RODE lijn uitleg)

Jeugdtrainer: de spil van een vereniging. Over welke kwaliteiten dient de. jeugdtrainer dan te beschikken? Zaterdag 14 januari 2017

Vergeetachtig of dement?

Psychologische ondersteuning en behandeling bij interstitiële longaandoeningen

Cultuur & Media Werkgroep 4 nee hoor! ik laat me nooit leiden door groepsdruk!

Leidraad bij de ontwikkeling van het jeugdbeleid bij KFC Lint. Fédérico Perez, Jeugdcoördinator KFC Lint, 0496/404569

Libra R&A locatie Blixembosch. Multiple Sclerose

Balvaardigheid Organisatie: Centrum voor Bewegingswetenschappen Contactpersoon: Contactpersoon 2: Erkenningen: Sport- en beweegaanbod

Cognitieve gedragstherapie bij autisme

Training is oefenen, het verbeteren van prestaties. "Het regelmatig, systematisch toedienen van prikkels om de prestatie te verhogen.

Kinderen Ontwikkelen en Leren Bijeenkomst 10: ontwikkeling

De VoetbalTrainer. E-jeugd. Leren samenspelen

Sport op de buitenschoolse opvang

Kinderen Ontwikkelen en Leren Bijeenkomst 11: ontwikkeling

SPEELWIJZE OPVOEDINGSSPEL - Bladzijde 1 / 10

Inleiding. It's the difference in mental capacities that will determine who the real winners are." Sven Goran Eriksson

Meer informatie over de Special Olympics is hieronder te vinden, als ook de les aangepast sporten voor de basisscholen.

Trainingsopbouw na enkelblessures

Tech c nie i k k A c A ad a e d m e i m e FOOTBALL CLUB

Les 2 Talentontwikkeling Opdrachtenblad

LTAD model als kapstok voor talentbegeleiding. Trainerscongres NLcoach, NSTV en KNSB Epe, 14 april 2012 Jeroen van der Lee

Van bewegen naar trainen

Sportspeeltuin Volleybalvereniging Trivos

Visie op extra zorg. Door: Robin Planken Micha Luttik

DOELENKADERS 1 ste 2 de 3 de graad: leerlijnen (resultaatsverplichting - *inspanningsverplichting)

De inhoud van dit thema: 2 Vergelijking oude en nieuwe kerndoelen. 3 Doelen van het gymnastiekonderwijs. 4 Algemene principes bij gymnastiek

Differentieer in elke les

APQ-vragenlijst 28 maart Bea Voorbeeld

Omgaan met fysieke belasting tijdens werk

Conditie en training/ fitheidsparcours of: werkstuk bewegen en samenleving

Sportspecialisatie Basis 1

Ik wil graag. specialistische. behandeling en begeleiding

Opleidingsplan 2vs2 en 3vs3

G-Gym. Een. frisse kijk. op Autisme. Marjan Bruurs

Technisch jeugdbeleidsplan. Voetbalvereniging; FC Meppel

VERDIEPINGSSTOF LEEREENHEID 5

Dia 1. Dia 2. Dia 3. Sandra M. van Essen, SPORTPSYCHOLOOG VSPN /PSYCHOLOOG NIP. Arnhem, 20 april 2012

Oké-formulier. Overdrachtsformulier voorschoolse voorziening- basisonderwijs in de gemeente Deventer

Het doel van deze informatie is om een beter inzicht te krijgen van de keepers. En de specifieke keepers trainingen en begeleiding te verbeteren.

CogniTrain. CogniTrain. nieuwe oefenvormen. MTF CONGRES FYSIOTHERAPIE Stabiliteit en Balans 13 oktober 2007 UTRECHT

Differentieer in elke les. Omgaan met verschillen in Human Dynamics

Vier beweegtuinen met kleuters

De huid en het brein. Multidisciplinaire expertise bij ontwikkeling, leren en gedrag van kinderen en jongeren met neurofibromatose type 1

Impact Life Goals Programma s. Life Goals Monitor Weken 1

Sportklas, wat is dat precies?

Wedstrijdvoorbereiding Kampioenen worden geen kampioenen wanneer ze wedstrijden winnen, maar tijdens de uren, weken, maanden en jaren die ze

Editie Opvoeden in je Buurt

Kick-Off Workshop Train de trainer

Je houdt van sporten en in beweging zijn! Je vindt het leuk om met mensen van alle leeftijden om te gaan. En je wilt ook anderen leren, om binnen hun

Hoofdstuk 1: Algemene informatie voor het ontwikkelen van een HIGH PERFORMANCE speler.

Topsporters werken onder grote druk. In veel beroepen werken mensen onder grote druk, bijvoorbeeld docenten, advocaten, artsen en piloten.

Transcriptie:

VERDIEPINGSSTOF LEEREENHEID 2

1.1 Verdiepingsstof - Gedragsaspecten Als we het gedrag van mensen nader bekijken, kunnen we daarin drie belangrijke aspecten onderscheiden: motorisch gedrag cognitief gedrag sociaal-affectief gedrag. Motorisch gedrag Hiermee bedoelen we zowel de beheersing van bewegingsvaardigheden (lopen, springen, werpen enzovoort) als de bewegingseigenschappen (lenigheid, kracht, snelheid, uithoudingsvermogen, coördinatie). een bal werpen een spier rekken een koprol maken. Cognitief gedrag Hiermee wordt het deel van het gedrag bedoeld dat te maken heeft met het denken, het verstand. Het gaat hierbij zowel om kennis als om inzicht. Geheugen, concentratie en waarneming zijn eveneens cognitieve functies en behoren tot het cognitieve gedrag van mensen. Als een verdediger van een voetbalteam tijdens een wedstrijd op het juiste moment de zogenaamde buitenspelval toepast, laat deze speler door zijn gedrag blijken dat hij weet wat deze spelregel betekent (kennis) en hoe hij die in de praktijk als tactiek (inzicht) kan toepassen. Sociaal-affectief gedrag Zoals het woord sociaal-affectief al aangeeft, gaat het hierbij om twee aspecten die veel met elkaar te maken hebben en die elkaar beïnvloeden: het sociale aspect het affectieve of emotionele aspect. 2

Het sociale aspect Dit heeft te maken met de manier waarop we met elkaar omgaan, de manier waarop we tegen elkaar praten, de wijze van onderhandelen, vergaderen en besluiten nemen. Het bevat dus allerlei sociale en communicatieve vaardigheden. Het affectieve of emotionele aspect Het affectieve aspect van het gedrag heeft te maken de emoties (gevoelens) die we laten zien en de motieven die we hebben om bepaald gedrag wel of juist niet te vertonen. Zo laat de ene speler een enorme gedrevenheid zien om te winnen en is hij zeer verdrietig bij verlies, terwijl de ander gericht is op samenspel en geniet van een mooie actie. In ons gedrag vallen meestal een of soms twee aspecten op, maar in feite zitten de drie aspecten in al ons gedrag. Een groep kinderen speelt een balspel. De kinderen lopen, springen, vangen en gooien (motorisch gedrag), maar moeten ook de snelheid van de medespelers inschatten en de juiste opstelling kiezen (cognitief gedrag). Het spelverloop wordt daarnaast beïnvloed door hun enthousiasme, motivatie en het omgaan met winst en verlies (sociaal-affectief gedrag). 3

Schematisch ziet dit er als volgt uit: Schema gedragsaspecten. 1.2 Verdiepingsstof - Bewegingseigenschappen De fysieke prestaties die we kunnen leveren worden voor een groot gedeelte bepaald door de zogenaamde bewegingseigenschappen. De vijf bewegingseigenschappen zijn: coördinatie: het vermogen om op grond van een nauwe samenwerking tussen zenuwstelsel, zintuigen en spieren bewegingen nauwkeurig uit te voeren lenigheid: het vermogen om bewegingen met een zo groot mogelijke bewegingsuitslag in de gewrichten uit te voeren uithoudingsvermogen: het vermogen van een sporter om weerstand te bieden aan psychische en fysieke vermoeidheid bij aanhoudende belasting kracht: de vaardigheid van het neuromusculaire systeem om uitwendige weerstanden te overwinnen, tegen te werken of deze vast te houden snelheid: het vermogen van een sporter om een beweging in een zo kort mogelijke tijd te volbrengen. In de volksmond wordt voor deze vijf eigenschappen vaak de term conditie gebruikt. 4

1.3 Verdiepingsstof - Heterogene groepen Door allerlei ontwikkelingen en veranderd beleid (onder andere de Wet op passend onderwijs) krijg je als sport- en bewegingsleider steeds meer te maken met deelnemers met een uiteenlopend niveau. Zo zien we dat mensen met een verstandelijke beperking steeds beter de weg naar een reguliere sportvereniging weten te vinden. Ook volgen steeds meer kinderen met een lichamelijke beperking het reguliere onderwijs. Deze ontwikkeling geldt niet alleen voor het onderwijs, maar ook voor de sportvereniging en de buurt. Gelukkig vinden steeds meer mensen met uiteenlopende aandoeningen (longaandoening, reuma, ADHD, autisme) de weg naar de sportaanbieders als een vereniging, een fitnesscentrum of een buurtsportvereniging. De kans is dus groot dat je te maken krijgt met wat we noemen heterogene groepen. 1.4 Verdiepingsstof - Beginsituatie van de groep en de individuele SB-deelnemer Het vaststellen van de beginsituatie is makkelijker gezegd dan gedaan. Hier volgen een aantal tips om dit op juiste wijze te doen. Maak duidelijk onderscheid tussen de algemene beginsituatie- en de specifieke beginsituatiegegevens. In de praktische toepassing van de beginsituatieanalyse leidt het beschrijven van de algemene beginsituatiegegevens en specifieke beginsituatiegegevens vaak tot verwarring. Als een groep eenmaal bestaat en jij bent er bekend mee, veranderen een aantal algemene groepsgegevens (grootte, samenstelling en dergelijke) en een aantal randvoorwaarden (vooral tijd en ruimte) niet meer zo snel. Ook een aantal aspecten van de groep en de individuele deelnemer (verstandelijke vermogen, sociale samenhang) veranderen niet of nauwelijks. De beginsituatie van de lesgever kent een aantal eigenschappen en vaardigheden die weinig veranderen. In die zin is een aantal beginsituatiefactoren een relatief vast gegeven. Ze gelden voor een aantal lessen gedurende een bepaalde periode. Conclusie Algemene beginsituatiegegevens beschrijf je eenmaal voor een langere periode en hoef je niet voor elke les opnieuw te beschrijven. 5

Beschrijf de wisselende beginsituatiefactoren voor elke les of training opnieuw. Bij het verband tussen beginsituatie en doelstellingen kun je lezen dat de doelstelling van een les bepaalt welke beginsituatiefactoren relevant zijn voor die les. Dat betekent dat een aantal factoren uit de beginsituatie per les verandert en opnieuw omschreven moet worden. Dit zijn de specifieke beginsituatiefactoren. Zo is bijvoorbeeld het gegeven dat iemand hoogtevrees heeft niet relevant voor het spelen van trefbal, maar wel voor klimmen en klauteren. Ook bij het beschrijven van het motorische niveau geldt dit. Zo kan de beste voetballer uit de groep tot de zwakke zwemmers behoren. In het ene geval is de eigen vaardigheid van deze SB-deelnemer aanleiding bij de beginsituatie te vermelden als de deelnemer met de beste eigen vaardigheid. In het andere geval wordt dezelfde deelnemer weer vermeld, maar nu als degene met het laagste vaardigheidsniveau. Dit geldt ook voor bepaalde sociaal-affectieve factoren. Zo zal bij korfbal de sociaal-affectieve beginsituatiefactor kunnen samenspelen en samenwerken belangrijker zijn dan bij ringzwaaien. Bij een individuele bewegingsvorm als ringzwaaien zal vooral de zelfwerkzaamheid van de SB-deelnemers een rol spelen bij het welslagen van de les. In de praktijk zie je dat lesgevers na verloop van tijd vooral uitgaan van de van de algemene beginsituatiefactoren en vervallen in algemene, vage beschrijvingen van het beginniveau (de eigen vaardigheid van de groep is redelijk tot goed). Het is en blijft belangrijk om aandacht te hebben voor de beginsituatiefactoren die afhankelijk zijn van de aard van de SB-activiteit en de doelstelling. Conclusie Beschrijf de specifieke gegevens voor elke les of training opnieuw. Bepaal de inhoud van deze beschrijving door de aard van de SB-activiteit, de lesopdracht en de lesdoelstelling. 1.5 Verdiepingsstof - Les- en leidinggeven in sport- en bewegingsituaties Voor extra informatie over lesgeven in sport- en bewegingsactiviteiten in het algemeen kun je kijken op de volgende websites: 6

KONINKLIJKE VERENIGING VOOR LICHAMELIJKE OPVOEDING DIGISCHOOL GYMLESSEN BASISONDERWIJS LESIDEE KINDERPLEINEN BASISLESSEN Daarnaast hebben vrijwel alle sportbonden voorbeelden van trainingen op hun website staan. 7