algemeen bestuur 13e openbare vergadering, woensdag 31 mei 2017, uur

Vergelijkbare documenten
Met vriendelijke groet, W. (Wouter) Dekker, MSc bestuurszaken Vervoersautoriteit Telefoon: Mobiel:

algemeen bestuur 19 e vergadering, vrijdag 6 juli 2018, u

Aanwezig: Secretaris-generaal (wnd.): Capelle aan den IJssel G.A.A. Verkerk. R. van Hemert (plv.) M. Struijvenberg M.J.C. Houtkamp (plv.

De schaal van de woningcorporaties in overeenstemming brengen met de schaal van de regionale woningmarkt.

Bestuurscommissie Economische Vestigingsklimaat vergadering 18 mei 2017 MRDH OPENBARE VERGADERING

Concept VERSLAG. algemeen bestuur 10 e openbare vergadering, vrijdag 4 november 2016, uur

algemeen bestuur 14 e vergadering, vrijdag 7 juli 2017, uur

Stadhuis Den Haag, raadzaal, Spui 70, 2511 BT

Bestuurscommissie Economische Vestigingsklimaat vergadering 2 februari 2017 MRDH OPENBAAR DEEL

Adviescommissie Vervoersautoriteit woensdag 6 juni 2018, uur

Ik ben als bestuurder in deze provincie bijzonder geïnteresseerd in de kansen van nieuwe energie voor onze kenniseconomie.

Deze is ter informatie verzonden aan de MRDH-coördinatoren, griffiers en het ambtelijk overleg Vervoersautoriteit

Nieuwe fase in samenwerking in de regio

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Bestuurscommissie Economische Vestigingsklimaat vergadering 27 september 2018 MRDH OPENBARE VERGADERING

Bestuurscommissie Economische Vestigingsklimaat vergadering 17 november 2016 MRDH OPENBAAR DEEL

VOORNEMEN TOT AANWIJZEN KERNWERKGEBIED HAAGLANDEN, ROTTERDAM, MIDDEN- HOLLAND

Van Lodewijk Lacroix Telefoon Onderwerp Voorbereiding BO MIRT en gebiedsprogramma bereikbaarheid Rotterdam Den Haag

Bestuurscommissie Economische Vestigingsklimaat vergadering 22 september 2016 MRDH OPENBAAR DEEL

Bedoeling is in juni 2016 een verzoek voor de vorming van een kernwerkgebied bij de minister in te dienen.

Adviescommissies VA & EV MRDH

Algemeen bestuur. De leden van de bestuurs- en adviescommissie zijn voorgedragen door de gemeenten.

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG VERVOERSAUTORITEIT

Detacheringen & Jobcoaching Productie & Diensten Kwekerij & Groenvoorziening Jobhouse

Voorzitter: mr. drs. G.A.A. Verkerk Secretaris: de heer R. van Nood Ambtelijke ondersteuning: de heer R.W.J. Smits. Aanwezig zijn de leden:

Metropoolregio Rotterdam Den Haag Sijthoff City Grote Marktstraat BH Den Haag Postbus CB Den Haag

Agendaformulier B&W-vergadering 1 november Raadsinformatiebrief *16.I000864* 16.I Programma. Ruimte, Bouwen en Wonen

algemeen bestuur 11 e vergadering, vrijdag 9 december 2016, uur

1 1 SEP provincie Zuid Holland VOORBLAD. Provincie Zuid-Holland. Geachte ontvanger, Hierbij zenden wij u het bijgaande ter informatie. em.

Connexxion Haaglanden B.V. t.a.v. de heer J.C. Korteweg Postbus AE Hilversum. Geachte heer Korteweg,

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: 19 december Onderwerp: Voorstel oprichting Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH)

Bestuurscommissie Economisch Vestigingsklimaat donderdag, 18 mei 2017, uur

OM UUR START DE VERGADERING MET EEN BESLOTEN DEEL. Aansluitend worden in het OPENBAAR DEEL de volgende agendapunten behandeld:

prov.nc,eholland 12 SEP 2016 ^ VOORBLAD Deo,/bijlage Afd. Geme Provincie Zuid-Holland Productnr. Geachte ontvanger,

Detacheringen & Jobcoaching Productie & Diensten Kwekerij & Groenvoorziening Jobhouse

Detacheringen & Jobcoaching Groenvoorziening Werken op Locatie Productie

Uitgangspunten bezuinigingsproces

PUNTEN VAN BEHANDELING - OPENBAAR

RET N.V. t.a.v. de heer M. Unck Postbus AC ROTTERDAM. Geachte heer Unck,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Algemeen bestuur. 31 mei 2017 agendapunt 2

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG

Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om: 1. de tweede Bestuursrapportage 2017, met in achtneming van deze aanbiedingsbrief, vast te stellen.

Deze kadernota bevat de uitgangspunten voor het opstellen van de begroting 2016 van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (hierna MRDH).

BESLUITENLIJST VERGADERING VHL-BERAAD

Sterke Greenport. Theo Duijvestijn, wethouder agribusiness. 29 oktober 2013

Bestuurscommissie Economische Vestigingsklimaat vergadering 1 februari 2018 MRDH OPENBARE VERGADERING

Presentatie OESO rapport. Lennart Harpe Ferrie Förster. 17 maart en de relatie met Delft, Parel in de Randstad

Vergadering van Commissie Onderzoek van de Rekening (COR) 14 februari Status verslag Concept

Begrotingswijziging 76/17A

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Uw subsidieaanvraag is geregistreerd onder projectnummer /VVO116 met verplichtingennummer

Bestuurscommissie Economische Vestigingsklimaat vergadering 30 januari 2019 MRDH OPENBARE VERGADERING

Programma Regionaal Platform 20 april 2016 Locatie: Van der Valk Hotel, Aalsterweg 322 te Eindhoven

Tekst inspreekbeurt voor de Commissie Samen Wonen, 7 september 2017

Adviescommissie Economisch Vestigingsklimaat woensdag, 13 februari 2019, uur. MRDH, presentatieruimte, Westersingel 12, Rotterdam

31 januari 2018 agendapunt 4.4. Aan de bestuurscommissie Vervoersautoriteit,

Adaptieve Gebiedsagenda / Investeringsprogramma. Victor / Klaas

BESLUIT TOT AANWIJZEN KERNWERKGEBIED HAAGLANDEN, ROTTERDAM, MIDDEN- HOLLAND

presentatie Investeren in Vernieuwing chronologisch mediaoverzicht 5-7 juli 2016

ENERGIE BESPAREN EN VERDUURZAMEN IN DE GLASTUINBOUW

Uitwerking aanbevelingen adviescommissies & overlegtafels tussenevaluatie. Presentatie t.b.v. adviescommissies

Consultatie winstbestemming jaarrekening 2016 Metropoolregio Eindhoven

Zeeland in stroomversnelling. Op weg naar het Actieprogramma voor duurzame economische groei, regionale inbedding en bestuurlijke daadkracht

Bestuurscommissie Vervoersautoriteit vergadering 8 maart 2017 OPENBAAR

Een betrouwbare overheid. Gemeentelijke samenwerking en financiën

Raadsvoorstel. Vergadering d.d. 30 augustus 2017 Datum B&W Portefeuillehouder P. Machielsen Document-nr R Opsteller.

Op 7 december 2016 is door MRDH middels een beschikking met kenmerk aan u een exploitatiesubsidie verleend van maximaal

Raadsvoorstel Governance samenwerking jeugdhulp H-10 en derde wijziging Gemeenschappelijke regeling Inkoopbureau H-10 Zaakid

1. Het concept samenvattend verslag van het openbare gedeelte van de 15 e vergadering van de bestuurscommissie Vervoersautoriteit vast te stellen.

Raadsvoorstel agendapunt

Hoogeveen. Gemeente. Raad 3 1 MRT Conform besloten. Raadsvoorstel. Datum raadsavond 31 maart 2017 Programma. Krachtige wijken & dorpen Onderwerp

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 10 juli 2018 Betreft Monitor Wind op Land 2017

BESLUITENLIJST Dagelijks Bestuur d.d. 16 april Vastgesteld

Artikelsgewijze toelichting

Stadhuis Den Haag, raadzaal, Spui 70, 2511 BT

* * ADVIESNOTA AAN B&W. Postregistratienummer. Onderwerp en inhoud. Maatschappelijke opgaven Pact van West Friesland 19.

Nr.: ZK / Voorstel om het Gebiedsbod uit te werken op basis van de scenario's van Riek Bakker en Intern

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Adviescommissie Economisch Vestigingsklimaat woensdag 6 juni 2018, uur

B en W d.d

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 15 februari 2018 U Lbr. 18/004. Stand van zaken Interbestuurlijk Programma.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Methode. Begroting en Verantwoording

Raadsinformatiebrief *19.I000181* 19.I Onderwerp Evaluatie Kempenvisie VTE en Uitvoeringsprogramma. Geachte raadsleden,

College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Den Haag Postbus DP DEN HAAG. Geacht college,

Concept Agenda Bestuurscommissie Economisch Vestigingsklimaat Vergadering 14 april 2016

1. Aanbevelingen die expliciet discussie in het algemeen bestuur vragen

Datum collegevergadering : 9 juli 2019 Datum raadsvergadering : 25 september 2019

Raadsstuk. Haarlem. Onderwerp Zienswijze op werkplan en begroting 2018 Metropoolregio Amsterdam

Bestuurscommissie Economische Vestigingsklimaat vergadering 13 maart 2019 World Horti Center, Naaldwijk OPENBARE VERGADERING

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Zoetermeer Afdeling Stadsontwikkeling Postbus AA ZOETERMEER. Geacht college,

BESTUURSOPDRACHT 2 : AMBTELIJK SAMENVOEGEN & SAMEN DOEN IN DE DUINSTREEK; TWEE SPOREN

Burgemeester en Wethouders

Van Corridor A4-A20 naar Gebiedsuitwerking Greenport 3.0 Westland

BESLUITENLIJST VAN DE VERGADERING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN 23 JANUARI Besluitenlijst van de vergadering 16 januari 2018 vastgesteld.

Notitie. Lenneke Kriek T E 6 juni 2013 Leden bestuurlijk overleg Werk en Inkomen

aanbiedingsnota raad invullen organisatie beeldvorming op 5 oktober 2017 oordeelvorming op n.v.t. besluitvorming op 26 oktober 2017

Transcriptie:

VERSLAG algemeen bestuur 13e openbare vergadering, woensdag 31 mei 2017, 15.00 uur Gemeente Westland, Van Geeststraat 1, 2691 BE s-gravenzande Aanwezig Voorzitter Secretaris-generaal A. Aboutaleb mw. A.W.H. Bertram Albrandswaard H. Wagner Midden-Delfland H.H.V. Horlings Brielle G.G.J. Rensen Pijnacker-Nootdorp mw. F. Ravestein Capelle aan den IJssel P. Oskam Ridderkerk mw. A. Attema Den Haag K. Klein (plv.) Rijswijk M.J. Bezuijen Delft mw. M. van Bijsterveldt Rotterdam P.J. Langenberg Hellevoetsluis mw. M.C. Junius Vlaardingen A.J. Hoekstra Krimpen aan den IJssel M.W. Vroom Wassenaar Ch. B. Aptroot Leidschendam-Voorburg K. Tigelaar Westland J. van der Tak Maassluis T.J. Haan Zoetermeer Ch. B. Aptroot MRDH A.L. Gleijm (directeur Vervoersautoriteit) en L.P. Vokurka (directeur Economisch Vestigingsklimaat) Verhinderd Barendrecht J. van Belzen Nissewaard mw. C. Mourik Den Haag mw. P. Ch. Krikke Rotterdam M.J.W. Struijvenberg Th.J.A.M. de Bruijn Schiedam C.J.H. Lamers Lansingerland P.H. van de Stadt Westvoorne P.E. de Jong Gasten F. Vermeulen (provincie Zuid-Holland), R. van Zwol (SG ministerie BZK), T.A.M. Duijvestijn (wethouder gemeente Westland), J. de Vries (Rijksuniversiteit Groningen, onderzoeksteam evaluatie), mw. H.R. Blomaard (secretaris onderzoeksteam evaluatie) Presentaties Investeren in de regio De voorzitter stelt het bijzonder op prijs dat de heer Richard van Zwol tijd heeft kunnen vrijmaken om in deze vergadering enige reflecties te delen over het Investeringsprogramma, mede in het licht van de onderhandelingen die de komende weken op gang komen voor het vormen van een nieuwe regering. De heer Van Zwol spreekt zijn waardering uit voor de manier waarop de MRDH samen met Amsterdam en Utrecht in G4-verband werkt aan een breed palet aan investeringsprogramma s. Initiatieven als deze inspireren, naar hij heeft gemerkt, ook politieke partijen op landelijk niveau tot de gedachte dat het realiseren van maatschappelijke doelstellingen door een nieuwe kabinet hand in hand met medeoverheden dient plaats te vinden. Het is een van de belangrijkste proposities die de G4 destijds in het Mauritshuis jegens Mark Rutte heeft uitgedragen en nu aan het uitwerken is. De ontwikkelingen van de investeringsplannen van de MRDH, maar ook breder van de G4, landen ook bij de ministeries goed, die echt enthousiast worden van de inhoudelijke analyse erachter. Heel krachtig is het samen nemen van een aantal van de maatschappelijke doelen. Door energietransitie en circulaire economie te verbinden met opgaven rondom wonen, bouwen, bouwvolume, woningnood en met vraagstukken van openbaar vervoer en infrastructuur, Pagina 1 van 14

komt de werkgelegenheid aan bod en ook werkgelegenheid die kansen biedt om achterstandsgroeperingen te helpen en te ontsluiten. Met name met die analyse, die zowel in de MRDH als in de G4 is gemaakt, is echt een stap verder gemaakt dan een halfjaar geleden en daar bestaat veel waardering voor. Tegelijkertijd blijken dan wat verschillen tussen de verschillende regio s. Zo hebben Amsterdam en Utrecht wat meer concrete problemen met infrastructuur en openbaar vervoer, maar kunnen ze wat gemakkelijker bouwopgaven privaat financieren, terwijl de MRDH conceptueel veel verder is met infrastructuur en openbaar vervoer, maar merkt dat delen van de bouwopgaven/bouwvolume niet zonder meer financierbaar zijn, zodat daar goed naar investeringen zal moeten worden gekeken. De eerste stap, de goede analyse die inspireert en een aantal maatschappelijke problemen met elkaar verbindt, is heel goed, maar vervolgens moet een stap dieper worden gegaan. Het is geen one size fits all, noch in de Randstad, noch bij de G4, en daarom zal in de samenhangende gebieden preciezer moeten worden gemaakt wat de propositie is, welk probleem wordt opgelost en wie daarbij nodig is. Het zal ontzettend helpen als de Metropoolregio s jegens het nieuwe kabinet kunnen aangeven wat ze zelf inbrengen, qua financiële middelen, maar ook waar ze private investeerders kunnen interesseren mee te doen, want daarmee wordt iets extra s geboden wat niet aan de onderhandelingstafel zelf bedacht kan worden. De laatste presentatie van de G4 aan BZK, I&M en EZ interpreteert hij zó, dat de verschillende onderdelen, de MRDH, de MRA, maar ook de regio Utrecht, doende zijn dat concreet te maken, en wel concreet op twee manieren: de eigen inbreng en die van anderen, maar ook preciezer in welke propositie waar inhoudelijk het accent ligt. Ligt het accent bijvoorbeeld bij energietransitie/circulaire economie, vooral in de component wonen/ontsluiting infrastructuur, of wat heel krachtig is, omdat het ook de sociale vraag adresseert, en waarbij volgens hem de MRDH het voortouw heeft genomen bij het aspect van de werkgelegenheid? Hoe het de komende weken/maanden precies gaat in de besprekingen op nationaal niveau, is voor iedereen koffiedik kijken. Wat tot nu toe is gebleken, is dat politieke partijen/onderhandelaars geïnteresseerd zijn in en gemotiveerd worden door het gezamenlijk realiseren van maatschappelijke doelen. Daarbij realiseert men zich dat daarvoor in een regeerakkoord, ook in termen van financiën, de randvoorwaarden moeten worden gecreëerd. Heel gemakkelijk zal dat niet per se zijn, omdat het inmiddels publieke kennis is dat ook voor een nieuw kabinet de financiële middelen begrensd zijn, zodat er keuzes gemaakt zullen moeten worden. In de onderhandelingen is daarom een goed samenspel vereist tussen vragen als: hoe om te gaan met de grondslag voor een gemeenteen provinciefonds, wat betekent dat voor het accres, wat betekent het voor de trap af-, maar belangrijker nog: voor de trap op-systematiek, en wat te doen met een bekend pijnpunt als een opschalingskorting, die nog bestaat, of met mogelijke vraagstukken rond efficiency? Hij merkt dat bij onderhandelaars de bereidheid bestaat om in dit geheel te komen tot een plus voor de mede-overheden, in financiële termen gesproken, maar dat daarbij nadrukkelijk zal worden gekeken naar het samenspel van deze puzzels. In die puzzels zullen plussen, maar ook minnen moeten komen, en dat moet men met elkaar durven afwegen, om onder de streep een plus over te houden. Bovenstaande geldt ook op de inhoud. Men snapt wat de MRDH doet en wat de G4 doet, maar er zijn ook andere: Eindhoven, Zeeland, de krimpregio s, de G32. Het is hem gebleken dat men wat terughoudend staat tegenover het doen van uitspraken in het regeerakkoord over elk van de afzonderlijke proposities. Net zoals bij de financiën wordt gekeken naar het geheel van de puzzel, zal men ook op de inhoud naar het geheel willen kijken. Het moet een mandje zijn voor de mede-overheden, waarin de financiële en de inhoudelijke kant in samenhang zijn. Bij de inhoudelijke kant is het volstrekt helder dat de energietransitie/circulaire economie een rol speelt, de krachtige regionaal economische samenwerking, waarvan ook de Investeringsagenda een onderdeel kan worden, maar ook het sociaal domein. In alle eerlijkheid voegt hij eraan toe dat vanuit BZK ook wordt geprobeerd op tafel te houden dat aandacht zal worden besteed aan het onderwerp Pagina 2 van 14

promoten van democratie in goed bestuur, inclusief het ondersteunen van volksvertegenwoordigers en bestuurders. Wordt dat niet aan het mandje toegevoegd, dan is de kans niet zo groot dat het een apart onderwerp in het regeerakkoord wordt. Wat het mooie zou zijn van bijvoorbeeld de proposities van de MDRH, is dat, als uiteindelijk een regeerakkoord tot stand komt met die samenhang op de financiën en op de inhoud, wat op een zeker abstractieniveau zal worden opgeschreven, zonder het hele land met naam en toenaam te benoemen, de MRDH uit dat kader zal kunnen concluderen dat haar propositie daarin precies past en dat ze vanaf de dag waarop de partijen op het de bordes staan samen met hen aan de slag kan. Daarvoor is het heel nuttig en noodzakelijk die propositie ook aan de onderhandelaars te kunnen laten zien, zodat zij ook snappen dat, als zij dit als kader ongeveer met elkaar afspreken, de medeoverheden ook in staat zijn gelijk aan de slag te gaan. De voorzitter zegt dank voor de heldere toelichting. De heer Langenberg onderschrijft het belang van de wederkerigheid, maar voegt eraan toe dat het ook een scherp punt is, omdat uit allerlei onderzoeken is gebleken dat de gemeentelijke financiën niet bepaald rooskleurig zijn. Het gemeentelijk belastinggebied is klein, een regionaal belastinggebied bestaat niet en de mogelijkheden om eigen inkomsten te verwerven zijn ook altijd beperkt. Als de MRDH fors mee wil investeren in de infrastructuur, zal zowel het gemeentefonds als voor de twee Vervoerregio s het BDUfonds in voldoende mate gevuld moeten zijn. Veel van het BDU-geld is in de afgelopen jaren gaan zitten in beheer en onderhoud, waardoor het langzamerhand wel een heel smal geldstroompje is geworden voor het doen van investeringen, laat staan voor investeringen in gezamenlijke projecten in het kader van de gewenste wederkerigheid. Wat hem benieuwt is of die zorg bij de rijksoverheid bekend is en of er eventueel ook tips zijn te geven hoe daarmee om te gaan. De heer Van Zwol bevestigt dat het infrastructuurfonds in de huidige ramingen eigenlijk geheel en al noodzakelijk is voor beheer en onderhoud en weinig ruimte biedt voor nieuwe investeringen. Zijn collega s van I&M zijn zich daarvan uiteraard bewust en beginnen dat probleem nu ook te adresseren. Daarbij is het goed dat I&M, EZ en BZK in dezen gezamenlijk optrekken. Interessant is dan na te gaan of in concrete proposities zaken te koppelen zijn, zoals energietransitie, die zich uit in het realiseren van nieuw woningvolume met energieneutraal gebouwde woningen en de investeringen die tegelijkertijd nodig zijn om zo n nieuwe wijk te ontsluiten. Door zo dingen bij elkaar te leggen, of op een andere manier te doen, hoeft het niet alleen vast te zitten op de huidige raming van een BDU en kan I&M ook in de gelegenheid worden gesteld eens te kijken naar de huidige meerjarenramingen in het infrafonds. Op basis van de bestaande veronderstellingen zitten die nu helemaal vol aan beheer en onderhoud, maar als op een nieuwe manier kan worden omgegaan met onderhoud, beheer en planning, kan wellicht los worden gekomen van het langjarig vastleggen van het infrafonds en wat meer ruimte op korte termijn worden gegenereerd. Door de puzzelstukjes bij elkaar te leggen, ontstaat mogelijk ruimte om wat meer creativiteit te creëren. Het maakt ten volle onderdeel uit van het debat. De heer Van der Tak herinnert aan de afspraak die is gemaakt om in de begroting 2018 eventueel een bedrag op te nemen ten gunste van projecten in het Investeringsprogramma. Nu zojuist ook is aangedrongen op actie ten aanzien van meer private financiering op energie, woningbouw en mogelijk andere elementen, oppert hij dat de komende tijd wellicht eens zal moeten worden nagedacht over de vraag of in die zin ook een opdracht aan het DB moet worden voorgelegd. De voorzitter deelt mede dat hij de afgelopen weken vele gesprekken heeft gevoerd met bijna alle relevante personen in de onderhandelingen die momenteel gaande zijn. Daarin is hem gebleken dat men heel blij is met de benadering vanuit de regio s, zeker vanuit de Pagina 3 van 14

MRDH, omdat daarin in feite een oproep besloten ligt om partnerschap op relevante terreinen. Daarmee zal welk kabinet dan ook straks iets moeten, met name op het gebied van de werkgelegenheid, zeker aan de onderkant. Via overheidsinvesteringen kunnen private financieringen worden getriggerd om goede dingen te doen voor de stad. Als voorbeeld noemt hij Hart van Zuid in Rotterdam, waarin de overheid zelf een aantal investeringen doet, die een paar honderd miljoen euro investeringen triggeren in de private sfeer. Ook in zaken die soms de eigen kracht te boven gaan kan die combinatie van overheids- en private investeringen aan de orde zijn, zoals bij de warmterotonde. Op die manier kan een business case worden gemaakt die bijna sluitend is. De onrendabele top die dan resteert zal elders eenmalig afgenomen moeten worden. Vreemd is overigens wel dat het neerleggen van pijpleidingen voor zo n warmterotonde als iets heel bijzonders wordt ervaren, terwijl de overheid sinds jaar en dag de belangrijkste investeerder is waar het betreft de aanleg van elektriciteitsnetwerken en gaspijpleidingen. Nu het gaat om het transporteren van warmte, wordt het ineens als een vreemde eend in de bijt aangemerkt. Er mag ook wel enige flexibiliteit van geest worden verlangd om in te zien dat het eigenlijk gelijksoortige activiteiten zijn. Hij zou het helemaal niet gek vinden als in een coalitieakkoord het idee van partnerschap en samenwerking met regio s in generieke termen wordt opgepakt, met de intentie om die zaken drie maanden na het installeren van het kabinet met alle regio s uit te werken. Het zou interessant zijn om dan namens het kabinet aan elke regio een minister te koppelen, om met die regio concrete economische- en verkeersproposities uit te werken, opdat aan het eind van het jaar niet alleen ideeën bestaan, maar ook business cases die voorzien zijn van een financiële vertaling. Mevrouw Van Bijsterveldt dankt de heer Van Zwol voor diens heldere uiteenzetting, waarin de integraliteit die eruit sprak met ook het sociaal domein haar zeer aansprak. Geheel eens is zij het met de aanpak die de voorzitter schetste om hierover een generieke opmerking op te nemen in het regeerakkoord en die vervolgens per regio uit te werken, omdat het echt maatwerk is. Het is dan wel van belang dat de MRDH ook klaar staat met haar proposities, gedeeltelijk de bovenlokale, maar zeker ook de lokale. De voorzitter stelt de heer Van Zwol een gewetensvraag: heeft deze het gevoel dat de MRDH met het presenteren van het economisch programma haar werk goed heeft gedaan, en dat de verhalen van de MRDH bij de onderhandelaars in voldoende mate belegd en bekend zijn? De heer Van Zwol repliceert dat de uitgangspositie niet gemakkelijk was, omdat de verkiezingsprogramma s van veruit de meeste partijen zeker in hun financiële doorrekening geen plussen hebben laten zien voor het openbaar bestuur van de medeoverheden, sterker nog: die bevatten over het algemeen wat minnen. Het belang van verkiezingsprogramma s wordt vaak onderschat, maar ze zijn echt wel een startpunt voor inhoudelijke besprekingen in een kabinetsformatie, in welke fase dan ook. Het begon dus met een kleine achterstand, maar hij meent dat men inmiddels van 1-0 achter wel op 1-1 is gekomen, omdat BZK en Financiën samen in staat zijn gesteld wat technische presentaties te geven aan de desbetreffende Kamerleden/onderhandelaars over het brede financiële kader. Gelijkspel is echter nog geen winst. De wedstrijd moet verder gespeeld worden en daarbij helpt het als ook de VNG, het IPO en andere organisaties die zo hun netwerk hebben, mee blijven doen. Krachtig was dat de G4 liet weten gezamenlijk te willen optrekken en dat ook in de nieuwe periode samen met het nieuwe kabinet te willen voortzetten. De frame van 35 miljard was a little too much. Het leek er toen op dat iedereen probeerde te bewijzen dat 35 miljard een te valideren som was, maar gelukkig is daarmee gestopt, want dat zou niet hebben geleid tot iets wat ergens aansloeg. De slag die is gemaakt door de G4, met de MRDH voorop, door op inhoud proposities te maken en de maatschappelijke opgaven erbij te betrekken, begint nu goed aan te komen. Volgens hem moet dat vooral worden volgehouden. Pagina 4 van 14

Mevrouw Bertram merkt op dat in G4-verband bewust niet meer over G4 as such is gesproken, maar over de G4-regio s, wat op zichzelf een doorbraak mag worden genoemd omdat het tot nu toe nog niet was gedaan. De proposities worden echt vanuit de regio s gemaakt, wat het mogelijk maakte het MRDH-Investeringsprogramma daarin toe te voegen. Het is nu niet meer Rotterdam, Den Haag en Utrecht, maar echt het regionale verhaal dat aan BZK is gepresenteerd. Momenteel worden vanuit de MRDH, samen met Rotterdam, Den Haag en in G4-verband, inspanningen aan den dag gelegd om private partijen achter die proposities te krijgen. Het helpt dan enorm dat bestuurlijk gezien een aaneengesloten front wordt gevormd, want hoe meer massa je maakt, hoe meer je de bereidheid laat zien financieel bij te plussen en ook private partijen de indruk krijgen dat het wat gaat worden. De voorzitter zegt de heer Van Zwol voor diens inbreng. Geothermie De heer Duijvestijn stelt zich voor: wethouder in de gemeente Westland sinds 2006, met onder andere economie, duurzaamheid en innovatie in zijn portefeuille; daarvoor was hij tuinbouwondernemer. Dat het Westland een en al glastuinbouw is, illustreert hij aan de hand van een aantal getallen. De gemeente Westland beslaat een oppervlakte van 9.000 ha, waarvan meer dan de helft, 4.800 ha, de bestemming glastuinbouw heeft, terwijl 2.500 ha daarvan glas is een kwart van het Nederlandse glastuinbouwareaal. Van de 600 ha bedrijventerrein is 80% agrogerelateerd. Alles draait om het cluster, en dat is veel meer dan de teelt van prachtige bloemen, groente en potplanten. Het gaat ook om de handel, de toelevering en de distributie, maar ook de kassenbouw. Dat alles, en wat ermee samenhangt, maakt dat sprake is van een heel sterk cluster. De tuinbouw wordt steeds internationaler. Nederland heeft wat dat betreft de wereld veel te bieden, want beschikt over ongelooflijk veel kennis op het terrein van voedselveiligheid en voedselzekerheid, maar weet ook hoe efficiënt moet worden omgegaan met water en energie. In zijn presentatie gaat hij met name op het laatste in. Het beeld is dat de tuinbouw nog steeds grootverbruiker is, maar in toenemende mate is ze ook energieleverancier. Verwezen zij naar de wijze waarop met warmtekrachtkoppelingen wordt omgegaan: het opgesteld vermogen is 800 MW, vergelijkbaar met een gascentrale op de Maasvlakte. De energie-efficiency is zeer hoog: met 1 m 3 gas kan een benutting worden behaald van ruim boven 90%, doordat daaruit warmte wordt gehaald, elektra en CO 2, terwijl dat bij de centrale op de Maasvlakte uitkomt op ongeveer 46%, 47%. De tuinbouw wil verduurzamen. Nog steeds is sprake van grootverbruik van fossiele brandstoffen, die eindig zijn en onderhevig aan prijsschommelingen. De markt vraagt in toenemende mate om duurzaam geteelde producten en aardwarmte is in dit gebied in grote mate voorhanden. De Westlandse tuinbouw is voor een groot gedeelte afhankelijk van energie. Bij de tuinbouwbedrijven maakt het in veel gevallen, afhankelijk van de teelt, 20% tot 30% uit van de kostprijs. Er is dus nogal wat aan gelegen om te verduurzamen. Er wordt naar gestreefd om het potentieel qua bronnen zo optimaal mogelijk te verdelen, want als ze te dicht bij elkaar worden gebracht, gaan ze elkaar beïnvloeden, wat ten koste gaat van de kwaliteit en vooral de levensduur van een put. In het kader van de modernisering van de glastuinbouw wordt samengewerkt in de coalitie HOT. Naast het moderniseren van het glastuinbouwcomplex gelden als doelstellingen het versnellen van de energietransitie en een zo optimaal mogelijke regeling van de agrologistiek. Samengewerkt wordt met de Rabobank, de provincie Zuid-Holland en het ministerie van Economische Zaken, maar ook de telers zijn vertegenwoordigd via de Telersvereniging aan de groentekant en Royal FloraHolland. In 2008 en 2009 is een Westland Agenda samengesteld, in welk kader is nagedacht over het formuleren van een antwoord in Westland op de crisis die zich had voorgedaan. Daarvoor is een aantal stippen op de horizon benoemd, zoals bijvoorbeeld het realiseren van de Greenport Horti Campus, dit vanuit de ambitie om de meest innovatieve Greenport te Pagina 5 van 14

zijn en daarmee internationaal ook het kenniscentrum van de glastuinbouw. Een andere stip was het mogelijk maken van de eerste aardwarmteboring. In het eerste project is daarvoor aan het aanjagen en verbinden gegaan, waarvoor zelf financieel is bijgedragen via revolverende fondsen. Als het goed gaat, komt het geld weer terug en kan het worden ingezet voor volgende boringen. De eerste boring is geslaagd en er zijn nog vier andere boringen gerealiseerd in het Westland op het niveau van 2.500 meter. Per honderd meter is sprake van een temperatuurstijging van 3,1 à 3,2 graden. Op een niveau van 2.500 meter wordt water met een temperatuur van 80 graden naar boven gehaald. Dat is echter niet voldoende. Momenteel worden voorbereidingen getroffen daarvoor is alles geregeld, inclusief de financial closing voor een boortoren, die media september zal worden neergezet vlakbij FloraHolland, die niet naar 2.500 meter zal boren, maar naar de triaslaag, op een niveau van vier kilometer, waardoor een warmte wordt opgeleverd boven 120 graden. In Nederland is zoiets nog niet vertoond. Het is een project van 52 miljoen, geïnitieerd vanuit Westland Infra, waarvan de gemeente Westland voor 86% en Midden- Delfland voor 14% aandeelhouder zijn, maar ook door HVC en FloraHolland. Om een stuk eigen vermogen te kunnen garanderen, staan de gemeenten via HVC voor 6,5 miljoen garant en via Westland Infra voor hetzelfde bedrag. Daarmee wordt het mogelijk gemaakt het project voor en van de tuinders te laten worden. Vanuit dit traject is verder gegaan met Westland Infra en met HVC en is Westland Energie Transitie Partners (ETP) opgericht, die de versnelling van de volgende projecten mogelijk moet maken voor en met de tuinders. De warmtebehoefte van Westland wordt voor 2025 becijferd op 17/18 petajoule. Het streven is erop gericht al in 2020 5 petajoule vanuit de aarde te verkrijgen en richting 2025 10 petajoule. Desgevraagd voegt hij eraan toe dat in Westland momenteel ongeveer 600 ondernemingen zijn en dat bij het bereiken van 10 petajoule naar verwachting 300 tot 400 bedrijven gebruik zullen maken van aardwarmte. Om de komende jaren 5 petajoule te bereiken, zullen de komende vier jaar negen bronnen onder krijt gerealiseerd moeten worden. Daarmee is een gezamenlijke investering gemoeid van 220 miljoen. ETP kan de telerscollectieven volledig ontzorgen, vanaf het leveren van kennis en de opsporingsvergunning aan de voorkant tot en met het volledige operatorschap en de totale organisatie. In die variant zouden de telers zelf eigenaar en aandeelhouder worden, maar het is niet te verwachten dat dat zal gebeuren, omdat ze dan aan de voorkant 40% eigen vermogen moeten inbrengen, wat als onmogelijk wordt beschouwd. Daarom is een tweede variant bedacht, waarin ETP ook voor de financiering kan zorgen en mede aandeelhouder/eigenaar wordt. Via de coalitie HOT is een energiefonds beschikbaar van 40 miljoen, waarin de provincie en de Rabobank fors investeren. Mede via de garantiestelling die daarvoor is verleend wordt getracht die ontwikkeling zo snel mogelijk in gang te zetten. Ondersteuning van ETP door de MRDH is van groot belang. De eerste doorrekening heeft ook plaatsgevonden op basis van een model dat door de MRDH is gemaakt en als grondslag heeft gediend voor de business case, voor een Westland-dekkende aanpak. Dit model kan ook voor andere projecten gebruikt worden. Voor de business case is al interesse getoond door meerdere banken, de Rabobank, de BNG, ETFF en de NIA, maar nagegaan zal ook worden of deze propositie bij het Europese Investeringsfonds kan worden ondergebracht. De verdere onderbouwing en validatie zal in samenspraak met de MRDH gestalte krijgen. Daarnaast worden de gesprekken voortgezet met de telerscollectieven, met als doel aan het einde van het jaar, en anders in de eerste helft van het volgend jaar, een aantal concrete ontwikkelafspraken tot stand te brengen. Vanuit de MRDH is daarvoor projectondersteuning toegezegd, die ook beschikbaar is voor andere geothermie-projecten. Het concept zou ook uitgerold kunnen worden in Oostland, zijnde eveneens een gebied dat warm is. Tot nu toe is het over aardwarmte gegaan, maar dat is de eerste stap in deze energietransitie. Gestreefd wordt naar een multi commodity smart grid, dat wil zeggen een totale integratie van warmte en elektra, eventueel nog gas en CO 2, dat een volledige Pagina 6 van 14

uitbalancering mogelijk maakt, waarbij geen sprake meer is van pieken en technieken kunnen worden toegepast van all electric en power to heat. Op basis daarvan kan het ook nog de buffer zijn voor delen van de Randstad. Mevrouw Van Bijsterveldt zegt dank voor de indrukwekkende presentatie. Waar het in het voornemen ligt straks heel diep te gaan boren, is bij haar, vooral uit nieuwsgierigheid, de vraag gerezen wat er dan met de grond gebeurt. De heer Duijvesteijn verzekert dat daarmee helemaal niets gebeurt. Bij het boren naar vier kilometer moet een bepaalde afstand in acht worden genomen, om te voorkomen dat de aanvoer en de retour elkaar gaan beïnvloeden. Daarom moet er ook voor worden gezorgd dat de andere boringen op voldoende afstand zitten. Het water komt via de aanvoer omhoog en wordt in dezelfde hoeveelheid weer terug gebracht via de retour. Er zal dan ook geen sprake zijn van bodemverzakking, zoals in Slochteren en Groningen, waar een stof aan de bodem wordt onttrokken. De heer Rensen maakt een compliment voor het prachtige project, dat niet alleen goed is voor het Westland, maar voor de hele MRDH-regio. Hij verzoekt ook andere projecten die in het gebied plaatsvinden hierbij nadrukkelijk te betrekken. Daarbij verwijst hij naar Vierpolders, bij Brielle, waar nu twee jaar een aardwarmteproject draait. Op 2.300 meter diepte wordt daar water van 84 omhoog gehaald, waarmee voor 90% wordt voorzien in de energiebehoefte van 12 grote tuinbouwbedrijven; de rest wordt gehaald uit een stukje gas dat meekomt, zodat het bijna zelfvoorzienend is. Het is de bedoeling binnenkort met een nieuwe put aan de slag te gaan, waarmee een nieuwe woonwijk waar uiteindelijk 500 woningen moeten komen verwarmd kan worden. Het project is weliswaar tot stand gekomen met Europees geld, maar is nauwelijks actief ondersteund door de overheid. Dat zou veel beter kunnen en nog meer mogelijkheden kunnen ontsluiten voor de toekomst. Hij pleit er daarom voor de kennis over en weer regelmatig met elkaar te delen. De heer Duijvestijn deelt mede dat er al veel afstemming is, zowel in het Platform Geothermie, in samenspraak waarmee nu twee keer een congres op het gebied van aardwarmte is georganiseerd, als in de DAGO, een overleg tussen alle operators van de verschillende aardwarmteprojecten waar heel veel kennis wordt uitgewisseld. Inzet MIRT De heer Langenberg, wethouder mobiliteit, duurzaamheid en cultuur van de gemeente Rotterdam en voorzitter van de Vervoersautoriteit, verzorgt met behulp van sheets een presentatie. De NMCA (Nationale Markt- en Capaciteitsanalyse), een product van de rijksoverheid, toont aan dat de bereikbaarheidsopgaven vooral ontstaan in, van, naar en tussen de grootstedelijke gebieden en dat het zal vastlopen als er niets aan wordt gedaan op de weg en met het openbaar vervoer en de fiets. Het kabinet heeft het probleem onderkend en het op die manier naar de Kamer gestuurd. De aandacht wordt op verschillende knelpunten gericht op de files, zowel voor het autoverkeer als voor het goederenvervoer, en later, in het MIRT-onderzoek, zullen de gevolgen voor de Metropoolvorming onder de loep worden genomen en eventuele wensen worden besproken denk bijvoorbeeld aan de verstedelijking. Rondom Den Haag en Rotterdam groeien de verlieskosten van files per jaar met ongeveer 65 miljoen in het lage scenario en 175 miljoen in het hoge scenario. De bekende rijkssnelwegen A4, A15 en A12 spelen daarin een grote rol. Hoewel de N57 en N59 niet voorkomen in de nationale top-50, doen zich ook daar op momenten structureel files voor. Op het spoor is sprake van een forse groei van het aantal treinpassagiers: 27% tot 47%. Met name op de HSL, Schiphol-Rotterdam-Breda, doet zich een groot probleem voor, maar ook op het traject Den-Haag-Delft wordt een vervoersknelpunt verwacht. Het spoor Den Haag- Pagina 7 van 14

Rotterdam is daarbij ook aan de orde, maar komt er in deze analyse iets minder uit dan eerder was verwacht. Bij het regionaal openbaar vervoer wordt eveneens een forse groei verwacht, 14% tot 32%. Bij de metro in Rotterdam heeft zich de afgelopen jaren een stijging voorgedaan van 4% per jaar en ook bij de Randstadrail Den Haag-Rotterdam is sprake van een flinke stijging. Ten aanzien van het goederenvervoer binnenvaart Rotterdam-Antwerpen doen zich problemen voor bij de sluizen en bij de Van Brienenoordcorridor A16 in beide richtingen. De uitslag van het MIRT-onderzoek komt de komende weken beschikbaar en zal leiden tot belangrijke besluiten die in de regio moeten worden genomen en tot een bestuurlijk overleg met de nieuwe minister van I&M in oktober. Het behoeft geen betoog dat beschikbaarheid en bereikbaarheid van rijksmiddelen hierbij van groot belang is, vandaar dat daarop op verschillende momenten de lobby is gericht. Verschillende lobbyisten hebben in het kader van de Mobiliteitsalliantie gewag gemaakt van 1 miljard per jaar dat erbij zou moeten om mobiliteitsinfarcten te voorkomen, maar het ministerie van Financiën denkt voorlopig aan 300 miljoen. Minister Schultz heeft al jaren te kennen gegeven dat het MIRT tot 2028 is belegd met allerlei projecten en dat daaraan niets extra s meer kan worden gedaan, maar afgelopen oktober is het in het MIRT-overleg nog wel gelukt om voor de regio 200 miljoen extra uit de jaarschijf 2029 te halen. Na 2029 wordt een budget verwacht van 1,4 miljard per jaar. Gevraagd wordt echter 1 miljard extra voor het infrafonds. De wederkerigheid waarover de heer Van Zwol eerder sprak impliceert dat cofinanciering wordt verwacht van de provincie, die al 94 miljoen heeft gereserveerd, en van de regio s en de gemeenten. De ruimte voor die wederkerigheid in de Vervoerregio is vrijwel nihil, als gevolg van de korting op de BDU en vooral de groei van de kosten van beheer en onderhoud van het openbaar vervoer. Als het zo doorgaat zou de extra ruimte helemaal verdampen, vandaar dat hierover aan de bel is getrokken. Samen met het ministerie is ter zake een onderzoek uitgevoerd, waaruit is geconcludeerd dat hiervoor 250 miljoen extra nodig is. Een en ander is ook neergelegd bij de onderhandelaars in de Tweede Kamer. De route die op een van de sheets is aangegeven naar de afspraken voor het BO MIRT geeft aan dat achter en voor de schermen heel hard wordt gewerkt om de bereikbaarheidsmaatregelen voor elkaar te krijgen en om in het BO MIRT in oktober met een door de regio gedragen inzet te komen. Conclusie. De NMCA en het MIRT-onderzoek bieden kansen, maar geven tegelijkertijd aan hoe ernstig de situatie is als er niets wordt gedaan. Het OESO-rapport en de Roadmap Next Economy hebben aangetoond dat de regio op enige economische achterstand staat. Wil die worden ingehaald en het economische vestigingsklimaat versterkt kunnen worden, dan zal aan infrastructuur het nodige moeten worden gedaan, het liefst met gebiedsgerichte pakketten, waarin OV, fiets en weg met elkaar moeten worden afgewogen op basis van het gebiedsbelang. Daarvoor zou het goed zijn het hele MIRT te moderniseren en de schotten tussen auto aan de ene kant en OV aan de andere kant te laten verdwijnen. Ook naar het adagium dat tot 2028 alles vaststaat zou nog eens gekeken moeten worden, is het niet in het kader van de kabinetsformatie, dan met de nieuwe minister. De heer Aptroot dringt erop aan in het vervolg het complete netwerk onder de loep ter nemen, omdat echt naar een samenhangend geheel moet worden toegewerkt in de hele Metropoolregio. Hij verwijst naar de woon-werk-interacties die in het rapport van Pieter Tordoir zijn weergegeven in figuur 13 op pagina 27. Behalve de hoofdas, die er onmiskenbaar is, is ook een grote stroom waarneembaar in de richting van bijvoorbeeld Vlaardingen en Zoetermeer. In de uitwerking zal niet alleen de hoofdas moeten worden gepakt, maar moet ook aandacht worden geschonken aan sommige parallellen en zijbewegingen, opdat uiteindelijk een integraal netwerk tot stand komt van zowel wegen als openbaar vervoer. De heer Van der Tak sluit zich daarbij volmondig aan. Zelf noemt hij als voorbeeld de veilingroute in het Westland die iedere dag drukker wordt met enorme vrachtautowagens. Pagina 8 van 14

De maatregelen die daarvoor nodig zijn tussen de A4 en de A20 vergen een bedrag van 170 miljoen, waarvan de gemeente 17 miljoen voor haar rekening neemt. Over de prioritering daarin zal eens nader van gedachten moeten worden gewisseld, waarbij ook gekeken zal moeten worden naar de provinciale verbindingen. De heer Langenberg verzekert dat hierover al goed overleg wordt gevoerd met de heer Vermeulen, die ook deelneemt aan de vergaderingen van de Vervoersautoriteit. Gezamenlijk zal ter zake ook het gesprek met de minister in oktober worden aangegaan, waarbij gepoogd zal worden de provinciale problemen en uitdagingen gelijk te laten oplopen met die van de MRDH. Opening en mededelingen 1. Mededelingen en vaststellen agenda De voorzitter opent na de presentaties de vergadering en feliciteert de burgemeester van Westland met diens nieuwe functie. De heer Van der Tak licht desgevraagd toe dat de drie tuinbouworganisaties één organisatie worden, LTO Glaskracht Nederland, waarvan hij per 1 oktober a.s. de nieuwe voorzitter mag zijn. (Applaus) In de sfeer van de mededelingen meldt de voorzitter dat de burgemeester van Lansingerland is gevraagd de portefeuille Middelen te gaan behartigen. Het dagelijks bestuur heeft gemerkt dat er rond de producten van de P&C-cyclus behoefte is aan een bestuurlijk aanspreekpunt Middelen in het algemeen bestuur. Dit mede vanuit het oogpunt bestuurders spreken met bestuurders. Het dagelijks bestuur stelt voor om burgemeester Van der Stadt te vragen om op te treden als bestuurlijk aanspreekpunt Middelen voor het algemeen bestuur. Als daartegen geen bezwaar bestaat, wil hij het bij deze aftikken. Aldus wordt besloten. De heer Haan deelt mede dat het over ruim twee weken zo ver is: Stap Uit je Stad in het weekend van 17 en 18 juni De website is online met welgeteld 43 uitjes. De publiciteitscampagne wordt momenteel in de hogere versnelling gegooid en hij doet een beroep op iedereen om in het weekend daaraan voorafgaand in de eigen stad al één uitje te organiseren met iemand die zich daarvoor online gekwalificeerd heeft, om een en ander daarmee goed in de markt te zetten. Iedereen die eraan meedoet is op zaterdag 17 juni welkom op de netwerkborrel vanaf vier uur in Maassluis. De voorzitter zegt dank voor deze aansporing. Bespreekpunten 2. Evaluatie/actualisatie Regionaal Investeringsprogramma Mevrouw Bertram herinnert eraan dat beloofd was met een evaluatie/actualisatie te komen. Op verzoek van de Bestuurlijke Investment Board zal nog meer worden ingezoomd op de etalageprojecten, vanuit de gedachte dat hoe meer concrete proposities er zijn, hoe gemakkelijker het zal worden. Langzamerhand blijken hoe langer hoe meer etalageprojecten in echt concrete proposities te kunnen worden uitgewerkt en dat is waarop het uiteindelijk aankomt. Samen met de Ambtelijke Investment Board is de mogelijkheid besproken om een grote oploop te organiseren rondom het Investeringsprogramma, om daarbij ook provinciale staten en de gemeenteraden te betrekken en te laten zien hoe op dit gebied resultaten worden geboekt. Aanvankelijk was het idee dat op 7 juli te doen, rondom de vergadering van het algemeen bestuur, maar het wordt beter geacht het echt grote event over de zomer heen te tillen, mede op grond van de overweging dat dan ook de politieke counterpart aan rijkskant aanwezig kan zijn. Weliswaar is dat niet helemaal te Pagina 9 van 14

voorspellen, maar in september/oktober is de kans toch groter dan wanneer het op 7 juli wordt gedaan. De heer Vermeulen geeft te kennen dat de provincie met het laatste enige moeite heeft. Hij herinnert aan de eerder door de SG BZK gegeven waarschuwing dat gelijkspel nog geen winnen is en dat het met het oog op de kabinetsformatie noodzakelijk is duidelijk aan te geven waarmee de MRDH bezig is. Als het evenement in de tijd wordt verschoven, kan die mogelijkheid verloren gaan. Voorts zal met de andere partijen waarmee in het Investeringsprogramma wordt opgetrokken ook een gezamenlijk eigenaarschap moeten worden uitgedragen. Volgens de provincie is het daarom handiger vóór de zomer te gaan zitten. Mevrouw Van Bijsterveldt oppert desnoods allemaal een korte pitch te doen met wat momenteel wordt gedaan met de projecten die aan de individuele gemeenten zijn toebedeeld wat zijn de acties, waar staat men?, omdat van daaruit uiteindelijk de regionale propositie, in ieder geval van de lokale projecten, toch scherp in beeld kan worden gebracht. Zo kan men elkaar inspireren en goede voorbeelden van elkaar benutten. Mevrouw Ravestein is het ermee eens dat het voor de zomer zou moeten worden gedaan, juist ook als men daarbij de raads- en statenleden wil betrekken. De heer Tigelaar laat even in het midden of het voor of na de zomer zou moeten plaatsvinden. De verbinding naar de gemeenten toe vindt hij veel belangrijker dan er een soort bestuurlijk evenement van te maken, waarmee de verbinding naar de gemeenten, en juist de raadsleden, verloren zou gaan. Hij dringt er daarom op aan die verbinding naar de raden goed te maken en de kans te benutten om de MRDH ook meer bij de inwoners te laten leven. De heer Aptroot betoogt dat het aanbeveling verdient met elkaar bij te praten en na te gaan of de prioriteiten en de vorderingen goed verlopen. Her en der hoort hij vaak zeggen dat het hier wel goed gaat, maar dat daar een project wellicht onvoldoende aandacht krijgt. Die onderlinge discussie moet vooral ook onderling worden gevoerd, zonder het Rijk en anderen erbij te betrekken. Daarnaast zal het geheel gepresenteerd moeten worden aan gemeenteraden, bedrijven en organisaties en ook aan de rijksoverheid, om daar het nodige binnen te halen. Hij kan zich indenken dat de interne discussie op 7 juli wordt gevoerd onderling pitchen vindt hij een goed idee en dat kort na de zomer derden erbij worden betrokken, aangenomen dat er dan ook een kabinet is. Mevrouw Attema onderschrijft het voorstel van de heer Aptroot. Er is wel veel haast geboden, maar op 7 juli zullen niet degenen worden bereikt die men wil bereiken. Het zou al heel mooi zijn als men erin slaagt met elkaar de boel in de etalage te zetten en de raadsleden erbij te betrekken. Ook zij ziet veel in de pitches, maar dan op 7 juli, intern. Mevrouw Bertram denkt dat het probleem niet zit in de pitches; dat is op zichzelf een prima idee en wordt ook met de provincie wel gehaald. Het is wellicht een idee rondom de AB-vergadering een soort persbericht te doen uitgaan, of een persconferentie te beleggen, om de publicatie naar buiten te kiezen, zodat er een soort statement komt dat aan het eind van de happening gezamenlijk naar buiten kan worden gebracht. Tamelijk rap na de zomer zou dan een wat politieker event georganiseerd kunnen worden, waar ook de mensen van het rijk bij worden gehaald. Pagina 10 van 14

De voorzitter constateert dat daarvoor draagvlak bestaat. Overigens pleit hij ervoor om datgene wat men wil laten zien in een filmimpressie van een minuut of tien, twaalf te visualiseren. De heer Vermeulen vindt het een uitstekend plan en beveelt aan voor de pitches ook de andere partners, Leiden en Drechtsteden, uit te nodigen. De vergadering besluit in te stemmen met: 1. de eerste evaluatie/actualisatie van het Regionaal Investeringsprogramma te laten bestaan uit een voortgangsrapportage waarbij de nadrukt ligt op het actualiseren van de website www.investeringsprogramma.nl; 2. de inzet van de MRDH voor wat betreft de etalageprojecten; 3. rond de vaststelling van de evaluatie/actualisatie van het Regionaal Investeringsprogramma in de vergadering van het algemeen bestuur op 7 juli aanstaande met de leden van de bestuurscommissies en het algemeen bestuur de inhoudelijke stand van zaken te bespreken en een statement af te geven, en kort na de zomer een event te organiseren over de voortgang van proces en inhoud (vernieuwing verbindingen, vernieuwen economie, vernieuwen energie en vernieuwing stad en omgeving) voor bestuurders, raads- en statenleden, het Rijk, bedrijfsleven en kennisinstellingen. 3. Geothermie De vergadering besluit een steunbetuiging uit te spreken richting de gemeente Westland en het Energie Transitie Partners project voor ontwikkeling van geothermie. 4. Inzet MIRT De vergadering besluit ermee in te stemmen om op basis van de presentatie over de voor de verbetering van de bereikbaarheid noodzakelijke maatregelen en de uitkomsten van het op 3 juli a.s. vast te stellen MIRT-onderzoek bereikbaarheid Rotterdam Den Haag via de bestuurscommissie Va nadere concretiseringsstappen te zetten richting het nog aan te treden nieuwe kabinet en het Bestuurlijk Overleg MIRT met het Kabinet op 26 oktober 2017. 5. Evaluatie GR MRDH De vergadering heeft de opzet en de planning van de evaluatie gemeenschappelijke regeling MRDH besproken. De heer De Vries zet uiteen dat voor de uit te voeren evaluatie een aantal stukken uit het verleden is bestudeerd, waaruit vragen zijn gedistilleerd die zijn onderverdeeld in vier categorieën die als leidraad zullen dienen voor de groepsgesprekken die zullen plaatsvinden in de gemeenten. Voor die groepsgesprekken, die in de meeste gevallen zullen worden voorgezeten door de burgemeester en ongeveer 90 minuten zullen duren, zullen verschillende mensen worden uitgenodigd, ook raadsleden. Daarin kunnen ook punten naar voren worden gebracht die niet in de vraagstelling zijn meegenomen. Op basis van het materiaal dat op die manier wordt opgehaald zal een eerste analyse worden gemaakt. De meeste gesprekken zullen naar verwachting nog voor de vakantie kunnen worden gepland, maar daarna zal ook nog de mogelijkheid worden geboden aan een aantal gemeenten die het op dit moment nog niet kunnen organiseren. Hoewel het een wetenschappelijk onderzoek is, is hij zich zeer bewust van de politiek-bestuurlijke context, vandaar dat draagvlak van groot belang is. Een beetje afhankelijk van het tijdstip waarop het algemeen bestuur het eindproduct precies wil hebben, wat met de rest van het proces te maken heeft, verwacht hij dat het mogelijk is het rapport eind september, begin oktober op te leveren. Pagina 11 van 14

Mevrouw Ravestein deelt mede dat de klankbordgroep vanmiddag met de heer De Vries heeft gesproken over de onderzoeksopzet, waarbij enkele opmerkingen zijn gemaakt waarmee zij de vergadering nu overigens niet wil vermoeien. In deze setting wil zij een vraag en een voorstel aan de orde stellen. De vraag luidt of de verslagen die zullen worden gemaakt van de gesprekken openbaar zijn, en ook onmiddellijk openbaar. In verschillende gemeenten lijkt daarover namelijk verschillend te worden gedacht. Voorts stelt zij voor het onderzoeksrapport, als het af is, eerst in het AB aan de orde te stellen, om daar te bepalen welke aanbevelingen kunnen worden overgenomen en welke niet, om pas daarna het hele circus van adviescommissies en bestuurscommissies in werking te stellen, waarna het uiteindelijk weer aan het AB kan worden voorgelegd. De voorzitter geeft aan dat in Rotterdam nogal wat rapporten zijn te behandelen en dat voor de zomervakantie zelfs nog een aparte raadsvergadering zal worden belegd voor het bespreken van een enquêterapport, waardoor het zeker niet zal lukken het groepsgesprek met Rotterdam ook nog voor de zomervakantie te plannen. Hoe met het proces zelf moet worden omgegaan is een vraag waarover verschillend kan worden gedacht, maar hij stelt voor het rapport hier niet te arresteren, maar alleen aan het AB aan te bieden, om het vervolgens met een begeleidende brief bij de 23 gemeenteraden neer te leggen, met het verzoek een oordeel uit te spreken over de conclusies en aanbevelingen, voordat het inhoudelijk in het AB wordt besproken. Hopelijk zal het hele proces dan ergens in november kunnen worden afgerond. Mevrouw Ravestein oppert het in ieder geval voor de verkiezingen af te ronden. Mevrouw Bertram zegt het daarover eens te zijn met de burgemeester van Pijnacker- Nootdorp. Enig rekenwerk heeft uitgewezen dat het AB zich hierover ruim voor de Kerst zal moeten uitspreken, wil daarna de zienswijzeprocedure kunnen worden gevolgd en het resultaat daarvan vóór de lokale verkiezingen gereed zijn. Inmiddels is haar gebleken dat in ieder geval vijf gemeenten pas na de zomer zullen vergaderen over de evaluatie, wat betekent dat het pas in september/oktober aan het AB zal kunnen worden voorgelegd. Er zal dan een tamelijk strak tijdschema moeten worden gehanteerd om het op basis van de zienswijzen nog voor de lokale verkiezingen te kunnen afronden. De voorzitter stelt voor door het secretariaat een timetable te laten aanleveren. Mevrouw Bertram zegt dit toe. De heer Rensen valt het op dat in de vier thema s die zullen worden voorgelegd niet wordt geïnformeerd naar het gevoel over de tot nu toe bereikte resultaten. Hij geeft in overweging ook te toetsen of men het gevoel heeft dat de MRDH momenteel goed bezig is. De heer De Vries licht toe dat het in het voornemen ligt twee delen te schrijven. In de beginfase zal iedereen die aan het debat deelneemt worden gevraagd een oordeel te geven over de vragen die worden gesteld. In het tweede deel zal een soort analyse worden gemaakt en een perspectief worden geschetst, misschien in verschillende scenario s, van waar naartoe gewerkt kan worden met deze regio, wat daarvoor nodig is en hoe dat mogelijk nog beter kan worden georganiseerd dan in het verleden. Concreet ingaande op de zojuist gestelde vraag, voegt hij eraan toe dat al een lijst in ontwikkeling is van bepaalde projecten die zijn gerealiseerd, die ook in de klankbordgroep is besproken. In de eerste fase wordt het niet raadzaam geacht die lijst al meteen mee te sturen, omdat dat zou kunnen leiden tot een zekere vertekening in het gesprek. Pagina 12 van 14

Uiteindelijk zal die lijst, nadat er een goede analyse van is gemaakt, wel worden meegenomen. Mevrouw Attema vraagt of zij goed heeft begrepen dat in twee gemeenten een soort pilot zal worden gedraaid, om te beoordelen of door de voorgelegde vragenlijst bij alle gemeenten de informatie kan worden verkregen die nodig is. De heer De Vries bevestigt dat. Mocht er begripsverwarring ontstaan naar aanleiding van de vragen die worden voorgelegd, dan kan het onderzoeksteam alsnog besluiten in het vervolgonderzoek bepaalde vragen anders te formuleren, dan wel helemaal te schrappen. De desbetreffende burgemeesters, die als technisch voorzitter zullen fungeren, zullen daarover goed geïnstrueerd worden. De voorzitter gaat in op de vraag die is gesteld over de openbaarmaking van de verslagen. Instinctief is hij geneigd te zeggen dat de verslagen primair bedoeld zijn voor de onderzoekers, om er hun voordeel mee te doen, en secundair voor de mensen met wie gesproken is en wier opvattingen in het verslag terecht zijn gekomen. Vraag is wel of hierop de WOB van toepassing kan zijn. Als anderen hiervoor belangstelling hebben, ziet hij er geen bezwaar in, voor zover de verslagen geanonimiseerd kunnen worden. Hij zou in ieder geval niet willen adviseren ze actief openbaar te maken. Mevrouw Ravestein meent begrepen te hebben dat er gemeenteraden zijn die zelf besloten hebben deze vergaderingen in het openbaar te houden. De voorzitter repliceert dat dat aan de gemeenteraden zelf is. Afsluitend zegt hij de heer De Vries dank voor diens toelichting. Hamerstukken 6. Vaststellen incidentele subsidie Investor Relations programma 2016 De vergadering besluit op grond van artikel 4:46 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht conform de bijgevoegde conceptbeschikking de subsidie voor het uitvoeren van het programma Investor Relations 2016 door InnovationQuarter conform de verlening vast te stellen op 150.000. 7. Benoeming (plaatsvervangend) leden adviescommissies De vergadering besluit op grond van de artikelen 5.1 en 5.6 van de instellingsbesluiten van de adviescommissies Vervoersautoriteit en Economisch Vestigingsklimaat de volgende leden en plaatsvervangend leden te benoemen: Adviescommissie Vervoersautoriteit Den Haag: de heer G.W. van Vulpen als lid in plaats van de heer R. Guernaoui de heer R. van Asten als plaatsvervangend lid Krimpen aan den IJssel: de heer H.J.A. Ruissen als plaatsvervangend lid Vlaardingen: mevrouw A. ter Veer als lid in plaats van de heer L.A. van Nieuwenhuizen Zoetermeer: mevrouw M. Kraneveldt-van der Veen als plaatsvervangend lid mevrouw A.S. van Kuijen-Cornelis als plaatsvervangend lid Pagina 13 van 14

Adviescommissie Economisch Vestigingsklimaat Albrandswaard: de heer A. Kweekel als lid in plaats van de heer Van Zijl en mevrouw Spruit-Remijn Den Haag: de heer D. Ramnath als lid in plaats van de heer M. Wörsdörfer Westland: de heer P. Varekamp als plaatsvervangend lid in plaats van de heer F.C. Rijneveen Zoetermeer: mevrouw J.D. Bakkers als plaatsvervangend lid de heer H. van Dalen als plaatsvervangend lid. 8. Concept verslag en besluitenlijst algemeen bestuur 10 maart 2017 De vergadering stelt het verslag en de besluitenlijst van het algemeen bestuur van 10 maart 2017 ongewijzigd vast. Mevrouw Van Bijsterveldt verzoekt de toezegging na te komen die in de vorige vergadering is gedaan om een A4 tje ter beschikking te stellen met daarop in bullits aangegeven de inzet die wordt gepleegd in de gesprekken die met iedereen worden gevoerd in het kader van het Regionaal Investeringsprogramma. Mevrouw Bertram zegt toe dit zo snel mogelijk te zullen toesturen. Rondvraag en sluiting 9. Rondvraag De heer Van der Tak vraagt aandacht voor een tijdige toezending van de stukken voor de adviescommissies. De heer Oskam deelt mede dat Capelle aan den IJssel een denktank van raadsleden kent die graag willen meedenken met de Metropoolregio. Zij wilden een zienswijze indienen betreffende het punt Financiën bij de post Economisch Vestigingsklimaat, die naar hun mening te veel één grote gemene deler is en maar weinig inzicht biedt in hoe een en ander is opgebouwd en waaraan het besteed wordt. Hij heeft hen dat ontraden, maar verzoekt de secretaris-generaal wel ervoor te zorgen dat er de volgende keer wat meer licht tussen kan zitten. De voorzitter sluit te 16.50 uur de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het algemeen bestuur van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag d.d. 7 juli 2017, de secretaris-generaal, de voorzitter, mw.mr.drs. A.W.H. Bertram ing. A. Aboutaleb Pagina 14 van 14