Nota van Beantwoording behorende bij het Actieplan geluid provinciale wegen

Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

Actieplan geluid provinciale wegen

De aanvraag van provincie Gelderland bestaat uit een aanvraagformulier d.d. 15 januari 2018 met als bijlage het bovengenoemde akoestisch rapport.

Ontwerp-Besluit Hogere waarde Wet geluidhinder VLK: Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg, Boxtel Aanvraag

Hogere Waarden Wet geluidhinder ONTWERPBESLUIT

BESLISBOOM TOEPASSING GELUIDSREDUCEREND ASFALT

Ontwerpbesluit Hogere waarde Wet geluidhinder

ONTWERPBESLUIT HOGERE WAARDE VOOR DE TEN HOOGSTE TOELAATBARE GELUIDSBELASTING WET GELUIDHINDER

Actieplan EU richtlijn omgevingslawaai

1 2014/ Wet geluidhinder Besluit hogere waarden ligplaatsen woonschepen

Ontwerp besluit hogere waarden wegverkeerslawaai voor woningbouwproject Duinvallei fase 10, Katwijk aan Zee (v /K2V 11765)

Besluit hogere waarden Wet geluidhinder Bestemmingsplan Zuidwijk

2. Juridisch planologische procedure

BESLUIT WET GELUIDHINDER

ONTWERPBESLUIT WET GELUIDHINDER. Vaststelling hogere waarden Bestemmingsplan Vogelhorst te Almere, artikel 83 en 110a Wet geluidhinder

Saneringsplan spoordelen zonder saneringsobjecten en maatregelen

ONTWERPBESCHIKKING D.D. 26 NOVEMBER 2012 NR VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Uitvoeringsplan Actieplan Geluid provinciale wegen

Bij dit besluit behoort het rapport: Akoestisch onderzoek weg- en railverkeer Hoog Dalem, herziening winkeleiland, SAB d.d. 5 oktober 2015.

Ontheffingenbeleid hogere waardeprocedure Wet geluidhinder Gemeente Oirschot

Met toepassing van artikel 90, vijfde lid, van de Wet geluidhinder heeft zij bij voornoemd

BESLUIT HOGERE WAARDE VOOR DE TEN HOOGSTE TOELAATBARE GELUIDSBELASTING WET GELUIDHINDER

Burgemeester en Wethouders

Actieplan geluid ONTWERP Gemeente IJsselstein

2. Juridisch planologische procedure

Vaststelling hogere waarden Bestemmingsplan Bloemendalerpolder Weesp, artikel 83 en 110a Wet geluidhinder en artikel 4.10 Besluit geluidhinder

Ontwerpbesluit hogere waarden Wet geluidhinder

Ontwerp-Beschikking. hogere grenswaarden geluid

Ontwerp besluit hogere waarde Wet geluidhinder. van het. bestemmingsplan Kadoelen- Oostzanerwerf III

NOTA INSPRAAK EN VOOROVERLEG. Projectbesluit ex artikel 3.10 Wro 37 woningen en winkelruimte locatie Westeind-Schooldwarsstraat

(Ontwerp) besluit hogere waarden geluid: bestemmingsplan Zorghart (BP00013)

Mededeling. Voortgang uitvoering geluidbeleid provinciale wegen ,

Onderwerp Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Torenpad Oost te Boskoop Datum 28 juni 2013 Uitgevoerd door J.M.B. Boere Kenmerk

ONTWERPBESLUIT WET GELUIDHINDER

Saneringsprogramma Wet geluidhinder en vaststelling hogere grenswaarden in verband met reconstructie Rijksstraatweg te Buurmalsen

Toelichting nieuwe geluidwetgeving: SWUNG-1 Samenvatting informatieavond 10 november 2011 Rijkswaterstaat november 2011

Kenmerk Pagina 1. Akoestisch onderzoek

Park Forum Zuid. Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai

2015/28766 Besluit hogere waarden voor Uitwerkingsplan Poort Saendelft woningen west

Besluit hogere waarden Wet geluidhinder (Gebieds)bestemmingsplan IJsselmonde Centrum

BIJLAGE 4. Geluidbelasting door wegverkeerslawaai als gevolg van het. Inrichtingsplan Bussen over West

Wet geluidhinder. Ontwerp-beschikking

Akoestisch onderzoek. Sanering B-lijst woningen BUITEN de bebouwde kom van Oldebroek

"Wet geluidhinder, plan "Nieuwe verbinding grenscorridor N69"

BESLUIT WET GELUIDHINDER

Besluit Hogere waarde Wet geluidhinder

Saneringsbesluit A15 Papendrecht-Sliedrecht

Tot het besluit behoort een lijst van de betrokken woningen met de daarbij vastgestelde ten hoogste toelaatbare waarde van de geluidsbelasting.

Ontwerpbesluit hogere waarden Wet geluidhinder Ontwerpbestemmingsplan Coolhaven

Actieplan Geluid. EU Richtlijn Omgevingslawaai Gemeente Zandvoort. Agglomeratie Haarlem-Amsterdam

ONTWERPBESLUIT VASTSTELLING HOGERE GRENSWAARDE WGH

Rapport akoestisch onderzoek Herwijnen, Achterweg 78. Gemeente Lingewaal

Beschikking hogere waarde Wet geluidhinder (wegverkeerslawaai)

Ontwerp-Actieplan Geluid Gemeente Bloemendaal

Actieplan omgevingslawaai provinciale wegen (Samenvattingsdeel) Tweede tranche

Akoestisch onderzoek bedrijventerrein Schoterhoek II, Nieuwveen

Wet geluidhinder beschikking

Addendum. Inleiding Toetsingskader plansituatie

ONTWERPBESLUIT HOGERE WAARDEN

DMC -L DoelMatigheidsCriterium Locaal

Bezwaarschriften. Gemeente Ridderkerk Aan het College van burgemeester en wethouders Afgegeven 24 april 2017: Koningsplein 1, 2981 EA Ridderkerk

Akoestisch onderzoek. Figuur 1: Overzicht ontwikkellocatie

Nota zienswijzen vaststelling hogere waarden, Wet Geluidhinder, Oud Gastel Noord

Locatie: De ligging van het plangebied is weergegeven in onderstaande figuur.

BIJLAGE WEGVERKEERSLAWAAI

ONTWERPBESLUIT HOOGTE HOGERE WAARDE

Besluit Hogere waarde

Besluit hogere waarden Wet geluidhinder

Akoestisch onderzoek bestemmingsplan. (v5) Geluidbelasting ten gevolge van wegverkeer en industrie

Ontwerpbesluit vaststelling hogere waarden Wet geluidhinder ten behoeve van het bestemmingsplan Noordeinde in Wormerveer

Ontwerp-Sa neringsbesluit

Ontwerpbesluit hogere waarden Wet geluidhinder Bestemmingsplan Overschie

Besluit tot vaststelling van het Saneringsplan A4 Vlietland-N14

Akoestisch onderzoek. Bestemmingsplan t Auerschoot Gemeente Gemert-Bakel

ONTWERP-BESLUIT. Wet geluidhinder ontheffing artikel 83 en 100a 1. HET VERZOEK

Ontwerp-Besluit Hogere waarde Wet geluidhinder Molengraafseweg 3 te Boxtel

Hogere waarden Wet geluidhinder Ontwerp-besluit

De Gemeenschappelijke regeling schadevergoedingsschap HSL-Zuid, A16 en A4 wordt als volgt gewijzigd:

Ontwerp Saneringsbesluit A1 Deventer Azelo

Tabel 1-I: voorkeursgrenswaarden (vgw) wegverkeerslawaai (Art. 82 Wgh en art. 3.1 Bgh) bestemming locatie Weg Vgw [db]

RAPPORT AKOESTISCH ONDERZOEK

Beschikking hogere waarde Wet geluidhinder

Bestemmingsplan Maximabrug te Alphen aan den Rijn Geluidbeperkende maatregelen aan de nieuwe wegen

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens

(Ontwerp) besluit hogere waarden geluid voor één woning in het bestemmingsplan Voorweg 163.

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg

Akoestisch onderzoek Burgemeester Sloblaan 15a. Gemeente Zederik

gelezen de Wet geluidhinder, het Besluit geluidhinder en de Algemene wet bestuursrecht;

Gemeente Dordrecht t.a.v. de heer A.C. van Tilburg Postbus AA Dordrecht

Gemeentewerken Besluit hogere waarden Wet geluidhinder Bestemmingsplan Tarwewijk

Besluit Hogere Waarde(n) Wet Geluidhinder Oranjesingel 25 Nijmegen

Akoestisch onderzoek Rhoonse baan Ten gevolge van wegverkeer

BESLUIT HOGERE WAARDEN bestemmingsplan Groenoord Aantal bijlagen: 3. gemeente Schiedam. Schiedam. gemeente

Besluit hogere waarden Wet geluidhinder Woningbouwplan Thuis in Overschie Piet Cottaarstraat


Ontwerpbesluit hogere waarden Wet geluidhinder Bestemmingsplan Nieuw Terbregge

Een nieuwe route naar stille wegdekken

Ontwerpbesluit. hogere grenswaarden geluid. Melisseweg

Besluit vaststelling hogere waarden Wet geluidhinder

Minder geluidoverlast langs de provinciale weg

Transcriptie:

Nota van behorende bij het Actieplan geluid provinciale wegen 2013-2018

Inhoud Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding en verantwoording... 2 Hoofdstuk 2 zienswijzen... 3 2.1 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Boskoop... 3 2.2 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Schoonhoven... 5 2.3 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Vlist... 6 2.4 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Zuidplas... 7 2.5 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Gouda... 7 2.6 Zienswijze van burgemeester en wethouders van Bodegraven... 8 2.7 Zienswijze van burgemeester en wethouders van Nederlek... 9 2.8 Zienswijze van burgemeester en wethouders van Ouderkerk aan den IJssel... 9 2.9 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Lansingerland... 9 2.10 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Westland... 12 2.11 Zienswijze van de Omgevingsdienst West-Holland... 12 2.12 Elektronische zienswijze van de Werkorganisatie Duivenvoorde... 14 Hoofdstuk 3 Nota van wijzigingen... 15 1

Hoofdstuk 1 Inleiding en verantwoording Op 11 november 2013 hebben Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland het ontwerp van het actieplan geluid provinciale wegen 2013-2018 vastgesteld, verder te noemen het actieplan. Dit actieplan vormt de basis voor investeringen in geluidreducerende maatregelen voor het provinciale wegennet. Uitgangspunt is om de gunstige effecten daarvan aan zoveel mogelijk inwoners van de provincie Zuid-Holland ten goede te laten komen. Dit uitgangspunt sluit aan bij een van de doelstellingen van de Beleidsvisie Duurzaamheid en Milieu: De provincie zet zich in om binnen de beschikbare financiële middelen het aantal geluidgehinderden zoveel mogelijk terug te dringen. Dit actieplan is de opvolger van het Actieplan geluid 2008-2013. In het Actieplan geluid 2008-2013 is beschreven welke maatregelen door de provincie Zuid-Holland in de periode van 2008 tot en met 2013 zijn of worden getroffen om de optredende geluidbelastingen langs provinciale wegen te verminderen. Deze zijn nog niet allemaal uitgevoerd. Dit actieplan is gebaseerd op hoofdstuk 11.12, eerste lid, van de Wet milieubeheer. De regelgeving voor actieplannen strekt ter uitvoering van de zogenaamde richtlijn omgevingslawaai. 1 Op de voorbereiding van het actieplan hebben wij afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht toegepast. In verband daarmee heeft het ontwerp van de beleidsregel 2013 van 13 november tot en met 25 december 2013 ter inzage gelegen bij het loket van het provinciehuis. Daaraan voorafgaand is van het ontwerp kennis gegeven: in het Provinciaal blad; op de provinciale website in het loket onder bekendmakingen; in een aantal lokale kranten. Verder is het ontwerp van het ontwerpactieplan voor commentaar voorgelegd aan burgemeester en wethouders van de gemeenten in de provincie Zuid-Holland. In het kader van voornoemde procedure is een ieder in de gelegenheid gesteld zienswijzen over het ontwerp van het actieplan in te dienen. In totaal zijn 12 reacties op het ontwerp van het actieplan ontvangen. Deze zijn schriftelijk of per e-mail ingediend. In deze nota van beantwoording is gekozen voor de volgende systematiek. De zienswijzen zijn kort samengevat. De volledige brief of mail staat in een bijlage bij deze nota van beantwoording. Op elk onderdeel van de zienswijze is een reactie gegeven. Daarna is aangegeven of de zienswijze tot een wijziging van het ontwerp van het actieplan heeft geleid. In de bij deze nota van beantwoording behorende nota van wijzigingen (hoofdstuk 3) staan de wijzigingen in het ontwerp van het actieplan samengevat. Het door Gedeputeerde Staten vastgestelde actieplan zal worden gepubliceerd in het provinciaal blad en via die wijze ook worden bekendgemaakt. Ook zal het actieplan worden geplaatst op de provinciale website. Voorts zullen wij overeenkomstig de inspraakverordening Zuid-Holland degenen die in het kader van de inspraak hebben gereageerd op het ontwerp van het actieplan overeenkomstig de Inspraakverordening Zuid-Holland een exemplaar van deze nota van beantwoording en van het actieplan toezenden. Ook zullen wij het actieplan, ingevolge artikel 11.15 jo. 11.9, derde lid, van de Wet milieubeheer, binnen een maand na vaststelling via elektronische weg toezenden aan de minister van Infrastructuur en Milieu. 1 Richtlijn 2002/49/EG betreffende de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai van 25 juni 2002. 2

Hoofdstuk 2 zienswijzen 2.1 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Boskoop Verzonden op 19-12-2013 1. Verzocht wordt om een duidelijke planning voor de uitvoering van de geluidreducerende maatregelen. 2. Niet duidelijk is welke geluidreducerende maatregelen in aanmerking zijn genomen. 3. In het actieplan lijkt te zijn uitgegaan van de aanleg van stiller asfalt. 4. Indien een andere maatregel wordt getroffen, dan moet dit in het actieplan worden aangegeven, opdat de gemeente in staat is daarover een oordeel te vellen. 5. De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. De gemeente wil in staat zijn de wijze waarop tot een selectie van wegvakken is gekomen te controleren en de juistheid van de daarvoor gebruikte gegevens te beoordelen. 6. Met betrekking tot de N207c (nr. 4 in bijlage 4 van het ontwerp-actieplan). Dit wegdeel sluit niet aan op het wegdeel, vermeld onder nr. 5 in bijlage 4 van het ontwerp-actieplan (eveneens behorend tot de N207c). Verzocht wordt om aansluiting tussen deze twee delen. 7. Met betrekking tot de N455b (nr. 7 in bijlage 4 van het ontwerp-actieplan). Verzocht wordt om de sanering van een aantal woningen langs dit wegvak tegelijk met de aanpak op grond van dit actieplan te laten plaatsvinden. Daarbij kan wellicht gebruik worden gemaakt van subsidiemogelijkheden. 8. Met betrekking tot N207, km 27,9 tot km 28,5. Langs dit wegdeel liggen zowel gesaneerde woningen van de zogenaamde A-lijst en nog niet gesaneerde woningen van de zogenaamde B-lijst. Onduidelijk is waarom dit weggedeelte niet is opgenomen in het actieplan. De geluidbelasting is immers hoger dan de plandrempel. 1. Een actieplan bevat onder meer een beschrijving van het voor de eerstkomende vijf jaren te voeren beleid ter beperking van de geluidsbelasting. Ook wordt in het actieplan aangegeven welke maatregelen worden overwogen of in uitvoering zijn om overschrijding van de plandrempel te voorkomen of ongedaan te maken. 2 Uit het actieplan vloeit met andere woorden niet de verplichting voort tot maatregelen. Het actieplan bevat in principe alleen beleidsvoornemens en voorgenomen maatregelen en is dan ook niet op rechtsgevolg gericht. 3 Volgens deze uitgangspunten is het actieplan opgesteld. Onderliggend actieplan helpt ons bij het maken van in akoestische en financiële zin verantwoorde keuzes ten aanzien van geluidsreductie. Het actieplan bevat de prioritaire wegdelen waarvoor geluidreducerende maatregelen in aanmerking genomen worden. Besluitvorming of, en zo ja welke, geluidreducerende maatregelen getroffen worden, vindt plaats in het kader van planmatig beheer en onderhoud. Daarbij zal bezien worden welke maatregel het meest geschikt, effectief en efficiënt is en wat de gevolgen zijn voor de structurele kosten van beheer en onderhoud. In tabel 3 van het actieplan is een planning met betrekking tot het onderhoud opgenomen. Een en ander betekent dat een concrete planning over de treffen van maatregelen in het kader van dit actieplan niet wordt gegeven. 2. In het actieplan is aangegeven wat voor soort van maatregelen wij in aanmerking nemen (paragraaf 4.3). Daaronder vallen onder meer stiller asfalt en geluidschermen. De definitieve beslissing of een, en zo ja welke, geluidreducerende maatregel zal worden getroffen, is afhankelijk van nadere besluitvorming (zie daarvoor ons antwoord onder 1). 2 Artikel 25 en 26 Besluit geluidhinder. 3 TK 2002 2003, 29 021, nr. 3, p. 18 3

3. De wijze waarop wij tot een selectie van wegen zijn gekomen is uiteengezet in het actieplan. Daarin is aangegeven dat wij met het oog hierop onder meer het IPO-doelmatigheidscriterium hebben toegepast (http://www.ipo.nl/publicaties/afwegingskader-voor-geluidreducerende-maatregelen-bijprovinciale). In het kader van die toepassing wordt, kort gezegd, een vergelijking gemaakt tussen de baten en de kosten van maatregelen. Deze moeten met elkaar in verhouding zijn. Ter uitwerking van de IPO-doelmatigheidstoets is door dbvision het rapport plandrempel geluid en prioriteren aanpak geluidknelpunten Provincie Zuid-Holland, verder te noemen het rapport, opgesteld. Aan dit rapport ligt een benadering van grof naar fijn ten grondslag. Hoewel ten behoeve van de selectie van geluidknelpunten is gekeken naar de effecten van een stiller wegdek als een van de mogelijke geluidreducerende maatregelen, betekent deze selectie niet, zoals ook in het rapport nadrukkelijk is aangegeven, dat wij ook daadwerkelijk zullen overgaan tot de aanleg van stiller asfalt. Zoals hierboven aangegeven zal in het kader van planmatig beheer en onderhoud bezien worden welke maatregel het meest geschikt, effectief en efficiënt is. De constatering van de gemeente dat in het actieplan wordt uitgegaan van stiller asfalt is dus niet juist. 4. Definitieve besluitvorming zal, zoals hierboven reeds is aangegeven, plaatsvinden in het kader van het onderhoud. Indien door ons zal worden besloten over te gaan tot een andere maatregel dan de aanleg van stiller asfalt, dan zullen wij over de uitwerking daarvan bijtijds in overleg treden met de betrokken gemeente. 5. Het actieplan berust, ingevolge artikel 11.11, eerste lid, van de Wet milieubeheer, op de gegevens vermeld in de geluidbelastingkaarten. Daarin is onder andere de geluidbelasting van de onder ons beheer vallende wegen aangegeven. De vaststelling van de geluidbelastingkaarten heeft plaatsgevonden op 3 juli 2012. Daarna is van deze vaststelling overeenkomstig artikel 11.9, eerste lid, van de Wet milieubeheer, kennis gegeven. Daarbij is aangegeven op welke wijze kennis worden verkregen van de inhoud van de geluidbelastingkaart. In een inspraakronde is in de wet niet voorzien. Dit betekent dat de geluidsbelastingkaarten na vaststelling als definitief moeten worden beschouwd. Noch over de aan die kaarten ten grondslag liggende uitgangspunten noch over de daarvoor gebruikte gegevens kan na vaststelling van die kaarten een voor de vaststelling van de actieplannen relevante discussie worden gevoerd. Voor de stelling dat andere overheden in staat moeten zijn de door een bestuursorgaan vastgestelde geluidbelastingkaarten te kunnen controleren vallen in de wet dan ook geen aanknopingspunten te vinden. Desalniettemin geeft de wet wel bepalingen omtrent de in de geluidbelastingkaarten en actieplannen op te nemen gegevens. Dit geldt bijvoorbeeld voor het aantal in een aandachtsgebied langs een provinciale weg gelegen woningen met een bepaalde geluidbelasting en de lengte van de betreffende weg. Daaruit en uit het actieplan (bijlage 3 van het ontwerp-actieplan) vallen voor een deel de gegevens af te leiden die voor de selectie gebruikt zijn. Overigens kan nog worden gewezen op de verplichting voor burgemeester en wethouders gemeenten gelegen in agglomeraties geluidbelastingkaarten op te stellen. De geluidbelastingkaarten hebben betrekking op de geluidbelasting vanwege wegen, waaronder provinciale wegen. 4 Met het oog op deze verplichting zijn wij gehouden op verzoek van burgemeester en wethouders van de betreffende gemeente alle inlichtingen en gegevens waarover wij kunnen beschikken en voor zover die voor het opstellen van de door de gemeenten op te stellen geluidbelastingskaart noodzakelijk zijn, aan burgemeester en wethouders te verstrekken. 5 Dit verzoek kan betrekking hebben op de gegevens vermeld in bijlage 1, deel B, bij de regeling geluid milieubeheer. 6 Een aantal gemeenten in Zuid- Holland hebben daadwerkelijk gebruik gemaakt van deze bevoegdheid. Via deze weg zijn de binnen de agglomeraties gelegen gemeenten, zo zij dat zinvol achten, in staat geweest tot een controle van de wijze waarop wij tot een selectie van provinciale wegen zijn gekomen. 4 Artikel 11.6, vierde lid, Wet milieubeheer. 5 Artikel 11.7, tweede lid, Wet milieubeheer. 6 Artikel 8, tweede lid, Regeling geluid milieubeheer. 4

In de reacties op de zienswijzen die gaan over specifieke wegen zal in deze nota van beantwoording concreet worden ingegaan op de bij de gemeente levende onduidelijkheden die verband houden met de toepassing van de selectiemethode. 6. Het deel van de N207c dat gelegen is tussen de twee wel geselecteerde wegdelen (nr. 4 en 5 van bijlage 4 van het ontwerp-actieplan, een stuk van ongeveer 600 meter ) is zeer dun bevolkt. Het treffen van maatregelen is op dat deel niet doelmatig. Desalniettemin kan op basis van de in het actieplan beschreven samenwerking wel gekeken worden naar verdergaande maatregelen (paragraaf 4.6 van het actieplan). 7. Voor de sanering van de op 1 augustus 1986 aanwezige wegen (Afdeling 3 van hoofdstuk VI van de Wet geluidhinder) en de financiering daarvan (artikel 126 tot en met 128 van de Wet geluidhinder) zijn regels gegeven. Op grond daarvan zijn woningen geplaatst op een A- of B-lijst. Het ligt voor de hand om, indien het gaat om een weg die op grond van het actieplan daadwerkelijk voor geluidreducerende maatregelen in aanmerking komt, na te gaan in hoeverre deze actie kan worden afgestemd op de saneringsoperatie. In verband daarmee is het zinvol wanneer de provincie en gemeente daarover met elkaar in overleg treden. Indien een weg(deel) op grond van dit actieplan overigens niet in aanmerking komt voor geluidreducerende maatregelen, dan geldt het algemene in het actieplan aangegeven uitgangspunt voor samenwerking. Deze is neergelegd in paragraaf 4.6 van het actieplan. Op grond daarvan zal de gemeente moeten voorzien in de benodigde extra middelen voor eventuele verdere geluidreductie, uiteraard met in achtneming van de regels voor de financiering van saneringsmaatregelen. 8. Opgemerkt wordt dat het feit dat woningen op grond van de Wet geluidhinder vallen onder de saneringsregeling op zich niet relevant is voor de uitvoering van de regelgeving voor actieplannen. Dit deel van de N207 is niet geselecteerd vanwege de lage bebouwingsdichtheid in de omgeving. Overigens geldt voor dit wegdeel uiteraard ook de mogelijkheid voor samenwerking (paragraaf 4.6 van het actieplan). - Geen 2.2 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Schoonhoven Verzonden op: 24-12-2013 1. Verzocht wordt om een duidelijke planning voor de uitvoering van de geluidreducerende maatregelen. 2. Niet duidelijk is welke geluidreducerende maatregelen in aanmerking zijn genomen. 3. In het actieplan lijkt te zijn uitgegaan van de aanleg van stiller asfalt. 4. Indien een andere maatregel wordt getroffen, dan zou dit in het actieplan moeten worden aangegeven, opdat de gemeente in staat is daarover een oordeel te vellen. 5. De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. De gemeente wil in staat zijn de wijze waarop tot een selectie van wegvakken is gekomen te controleren en de juistheid van de daarvoor gebruikte gegevens te beoordelen. 6. Met betrekking tot de N210b (nr. 12 in bijlage 4 van het ontwerp-actieplan). Verzocht wordt om de sanering van een aantal woningen langs dit wegvak tegelijk met de aanpak op grond van dit actieplan te laten plaatsvinden. 7. Met betrekking tot de N216C (km 15,5 tot km 16,39). Langs dit wegvak zijn woningen gelegen met een geluidbelasting boven de plandrempel. Onduidelijk is waarom het betreffende wegdeel niet is vermeld in het actieplan. 5

1 tot en met 5 Zie het antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop, onder 1 tot en met 5. 6. Zie het antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop, onder 7 en 8. 7. Het betreft hier een wegvak met een rotonde. Geluidreducerende maatregelen zijn op of langs dat wegvak in redelijkheid niet mogelijk (criterium 3, paragraaf 3.2 van het actieplan). Overigens liggen in de nabijheid van dit wegvak maar een paar woningen en een hotel. Een hotel is geen geluidgevoelig object (artikel 2, eerste lid, van het Besluit geluid milieubeheer). Voor de paar woningen is het treffen van geluidreducerende maatregelen niet doelmatig. Geen 2.3 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Vlist Binnengekomen op: 19-12-2013 1. Verzocht wordt om een duidelijke planning voor de uitvoering van de geluidreducerende maatregelen. 2. Niet duidelijk is welke geluidreducerende maatregelen in aanmerking zijn genomen. 3. In het actieplan lijkt te zijn uitgegaan van de aanleg van stiller asfalt. 4. Indien een andere maatregel wordt getroffen, dan zou dit in het actieplan moeten worden aangegeven, opdat de gemeente in staat is daarover een oordeel te vellen. 5. De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. De gemeente wil in staat zijn de wijze waarop tot een selectie van wegvakken is gekomen te controleren en de juistheid van de daarvoor gebruikte gegevens te beoordelen. 6. Met betrekking tot de N228, tussen km 3,15 en km 4,65. Dit wegdeel komt niet voor geluidreducerende maatregelen in aanmerking. Langs dit wegvak liggen veel saneringswoningen. Onduidelijk is waarom dit wegdeel niet in aanmerking komt voor geluidreductie. 7. Met betrekking van de N207a, nr. 24 van bijlage 4 van het ontwerp-actieplan (km 9,8 en km 10,8). Verzocht wordt om de sanering van een aantal woningen langs dit wegvak tegelijk met de aanpak op grond van dit actieplan te laten plaatsvinden. 1 tot en met 5 Zie het antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop, onder 1 tot en met 5. 6. Deze weg komt in het kader van dit actieplan niet in aanmerking voor verdergaande geluidreducerende maatregelen. Delen van deze weg zijn vermeld in bijlage 3, onder nrs. 55, 56 en 61, van het ontwerpactieplan. In de Statencommissie Verkeer en Milieu van 7 maart 2012 is door de gedeputeerde De Bondt toegezegd dat in het kader van het grootschalig onderhoud en de herinrichting van de N228 geluidreducerend asfalt zal worden aangelegd. 7. Voor het betreffende, door ons geselecteerde, wegvak heeft in het kader van het onderhoud in 2013 geen besluitvorming omtrent geluidreducerende maatregelen plaatsgevonden. Het actieplan was in dat jaar immers nog niet door ons vastgesteld. Een op een eventuele sanering afgestemde aanpak kan dus helaas op dit moment niet meer plaatsvinden. In het kader van het eerstvolgende onderhoud van het betreffende wegdek kan bezien worden of geluidmaatregelen en zo ja welke maatregelen zullen worden getroffen. Indien sanering dan nog aan de orde is, zal tegen die tijd worden bezien of de activiteiten ter uitvoering van dit actieplan kunnen worden afgestemd met die voor de sanering. Zie voor wat betreft de afstemming met de sanering in zijn algemeenheid verder het antwoord aan de gemeente Boskoop onder 7 en 8. 6

Geen 2.4 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Zuidplas Binnengekomen op: 23-12-2013 1. Verzocht wordt om een duidelijke planning voor de uitvoering van de geluidreducerende maatregelen. 2. Niet duidelijk is welke geluidreducerende maatregelen in aanmerking zijn genomen. 3. In het actieplan lijkt te zijn uitgegaan van de aanleg van stiller asfalt. 4. Indien een andere maatregel wordt getroffen, dan zou dit in het actieplan moeten worden aangegeven, opdat de gemeente in staat is daarover een oordeel te vellen. 5. De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. De gemeente wil in staat zijn de wijze waarop tot een selectie van wegvakken is gekomen te controleren en de juistheid van de daarvoor gebruikte gegevens te beoordelen. 6. Voor de N219b, km 8.0 t/m 10.2 (nr. 48 in de bijlage 3 van het ontwerp-actieplan) en de N219 tussen Nieuwerkerk aan den IJssel en de rotonde van de Brandingdijk wordt in het kader van de sanering een geluidscherm overwogen. Discussie vindt op dit moment plaats over de uitvoering. De betrokken wegdelen zijn niet vermeld in de selectie. Waarom dat zo is, is onduidelijk. 7. Met betrekking tot de N219a (nr. 31 in bijlage 4 van het ontwerp-actieplan) wordt opgemerkt dat langs deze weg nog te saneren woningen zijn gelegen. 1 tot en met 5 Zie het antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop, onder 1 tot en met 5. 6. Het betreffende wegvak komt niet in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen, vanwege de te lage bebouwingsdichtheid. 7. Dit wegdeel komt in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen. Voor wat betreft de afstemming met de sanering: zie het antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop, onder 7 en 8. Geen 2.5 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Gouda Verzonden op 20-12-2013 1. Verzocht wordt om een duidelijke planning voor de uitvoering van de geluidreducerende maatregelen. 2. De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. De gemeente wenst de wijze waarop wij tot een selectie van wegvakken zijn genomen te kunnen controleren en de juistheid van de daarvoor gebruikte gegevens te kunnen beoordelen. 3. Met betrekking tot de N456 (tussen km 3,4 tot km 5,3). Volgens de gemeente ligt langs dit wegdeel ten minste een woning met een geluidbelasting boven de plandrempel. Verzocht wordt dan ook om deze woning op te nemen in het actieplan. 7

1. Zie het antwoord aan de gemeente Boskoop onder 1. 2. Zie het antwoord aan de gemeente Boskoop onder 5. 3. Het betreffende wegdeel komt niet in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen. De dichtheid aan geluidbelaste woningen en andere geluidgevoelige objecten is daarvoor te klein. Het treffen van geluidreducerende maatregelen is niet doelmatig. Geen 2.6 Zienswijze van burgemeester en wethouders van Bodegraven Verzonden op: 20-12-2013 1 Verzocht wordt om een duidelijke planning voor de uitvoering van de geluidreducerende maatregelen. 2 De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. 3 Met betrekking tot de N458a, onder nr. 19 in bijlage 4, van het ontwerp-actieplan. Dit wegdeel sluit aan op het wegvak vermeld onder nr. 63 uit bijlage 3 van het ontwerp-actieplan. Dit wegvak sluit weer aan op nr. 43 uit bijlage 3 van het ontwerp-actieplan. Onduidelijk is waarom deze wegvakken niet zijn samengevoegd. Wegvak nr. 19 is immers in bijlage 4 van het ontwerpactieplan opgenomen, en de woningen langs deze wegvakken staan op ongeveer dezelfde afstand. Verder is het onderhoud van al deze wegvakken voorzien in hetzelfde jaar (2016). 4 Met betrekking tot de N459. Langs deze weg zijn enkele woningen gelegen met een hoge geluidsbelasting 68 tot 69 db (exclusief aftrek). De plandrempel wordt dan ook ruimschoots overschreden. Verzocht wordt om deze weg op te nemen in het actieprogramma of aan te geven waarom deze weg niet is geselecteerd. 1. Zie het antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop onder 1. 2. Zie het antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop onder 5 3. De maximum snelheid op het door ons geselecteerde wegdeel is 80 km/h. De maximum snelheid op de twee andere wegvakken is 60 km/h. Dit verschil is geluidtechnisch relevant. Dit is bijvoorbeeld relevant om de effectiviteit van een geluidreducerende maatregel te kunnen bepalen. Zo is de effectiviteit van stiller asfalt op een wegdek met een lagere maximumsnelheid lager dan op een wegdek met een hogere snelheid. Om deze redenen hebben wij de verschillende wegdelen afzonderlijk in beschouwing genomen. De verschillen in maximumsnelheid op de verschillende wegdelen kunnen ook de verschillen in prioriteit verklaren. De wegdelen (nr. 63 en nr. 43) zijn in bijlage 3 van het ontwerp-actieplan zodanig laag geplaatst dat deze niet zijn vermeld in bijlage 4 van het ontwerp-actieplan en dus in beginsel niet in aanmerking komen voor geluidreducerende maatregelen. Een aantal andere wegdelen is inmiddels uit bijlage 4 komen te vervallen (zie voor de redenen daarvoor de nota van wijzigingen). Om die reden zal het wegdeel van de N458a met nr. 43 in bijlage 3 ( km 44.23 tot km 47.20) van het ontwerp-actieplan alsnog door ons worden opgenomen in bijlage 4 van het actieplan. 4. Het betreffende wegdeel is niet geselecteerd. De dichtheid aan woningen en andere geluidgevoelige objecten (een enkele woning) is daarvoor te klein. Het treffen van geluidreducerende maatregelen is niet doelmatig. Het wegvak, N458a, met nr. 43, wordt opgenomen in bijlage 4 van het Actieplan. 8

2.7 Zienswijze van burgemeester en wethouders van Nederlek Verzonden op: 24-12-2013 1. De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. De gemeente wenst de wijze waarop wij tot een selectie van wegvakken zijn genomen te kunnen controleren en de juistheid van de daarvoor gebruikte gegevens te kunnen beoordelen. 2. Met betrekking tot de N476 en de N477. Langs deze wegen zijn woningen gelegen met een overschrijding van de plandrempel. De vraag is of dit ook niet voor andere langs die wegen gelegen woningen het geval is. Verder rijst de vraag waarom deze weg niet in het actieplan is opgenomen. 1. Zie het antwoord aan de gemeente Boskoop onder 5. 2. In de door ons vastgestelde geluidbelastingskaarten voor de betreffende wegen is aangegeven welke woningen een geluidbelasting ondervinden hoger dan de plandrempel. Uit die kaarten blijkt dat langs de betreffende wegdelen maar een paar woningen zijn gelegen. Het treffen van geluidreducerende maatregelen is voor die wegdelen dan ook niet doelmatig. Geen 2.8 Zienswijze van burgemeester en wethouders van Ouderkerk aan den IJssel Verzonden op: 24-12-2013 1. De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. De gemeente wenst de wijze waarop wij tot een selectie van wegvakken zijn genomen te kunnen controleren en de juistheid van de daarvoor gebruikte gegevens te kunnen beoordelen. 2. Met betrekking tot de N475 te Ouderkerk aan den IJssel. Bij ten minste een woning wordt de plandrempel overschreden. De kans dat ook bij andere woningen langs de N475 de plandrempel wordt overschreden lijkt aannemelijk. Daarom rijst de vraag waarom deze weg niet in het actieplan is opgenomen. 1. Zie het antwoord aan de gemeente Boskoop onder 5. 2. In de door ons vastgestelde geluidbelastingskaarten is aangegeven welke woningen een geluidbelasting ondervinden hoger dan de plandrempel. Uit die kaarten blijkt dat langs dit betreffende wegdeel maar een paar woningen zijn gelegen. Het treffen van geluidreducerende maatregelen is voor de N475 te Ouderkerk aan den IJssel niet doelmatig. Geen 2.9 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Lansingerland Binnengekomen op: 20-12-2013 De zienswijze heeft betrekking op de N209. Voor het wegdeel waarop de zienswijze betrekking heeft zijn 9

in het kader van het Actieplan geluid 2008-2013 reeds maatregelen getroffen. De zienswijze van de gemeente Lansingerland heeft betrekking op de volgende opmerkingen. 1. Langs de N209 zijn piekniveaus vastgesteld tot wel 80 db(a). 2. Reeds in de periode tussen 4.00 en 7.00 neemt de geluidsbelasting toe tot die voor de dagperiode. Dit leidt tot slaapverstoring. Verder ontbreken gedurende de dag rustige perioden. 3. Door de geluidbelasting kan niet zonder stemverheffing in de tuinen en de balkons van de betreffende woningen worden gesproken. 4. Volgens de zienswijze van de gemeente heeft de gedeputeerde van Zuid-Holland aangegeven dat geluidsreducerende maatregelen voor de N209 tot doel hebben te voldoen aan de plandrempel van het Actieplan geluid 2008-2013. Tot verdergaande geluidreductie zal de provincie in het kader van het Plandrempel geluid 2008-2013 volgens de gedeputeerde dan ook niet overgegaan. Wel zal door de provincie worden gekeken naar de ontwikkelingen met betrekking tot de geluidbelasting en worden bezien of door ontwikkelingen de plandrempel in de toekomst zal worden overschreden. 5. Ten onrechte is de N209 niet in aanmerking genomen voor de selectie in het kader van het actieplan. 6. Navraag bij de provincie leerde dat het gestelde onder 5 verband hield met de overschrijding van de plandrempel en met het reeds aangebrachte stiller asfalt. 7. Ons wordt gevraagd de omvang van de geluidbelasting wederom te bekijken. 8. De invoergegevens voor de selectie van wegvakken die in aanmerking komen voor geluidreductie vallen niet te controleren. De gemeente wil in staat zijn de wijze waarop tot een selectie van wegvakken is gekomen te controleren en de juistheid van de daarvoor gebruikte gegevens te beoordelen. Daarom wordt verzocht om de onderliggende berekeningen. 9. In dit verband wordt ook gewezen op de vermindering van de geluidsabsorberende werking in de loop van de jaren. 10. Verzocht wordt verder te kijken dan alleen naar stiller asfalt. 11. In een brief van januari van 2013 is ons gevraagd de gemeente in een vroeg stadium te betrekken bij de vaststelling van het actieplan. Deze afstemming heeft niet plaatsgevonden en de brief is ook niet beantwoord. 12. De gemeente wijst op de mogelijkheden voor een gezamenlijke aanpak in het kader van de sanering. Aan ons wordt verzocht hiervan gebruik te maken. 1. Met pieklawaai wordt in het kader van de regelgeving voor geluidbelastingskaarten en actieplannen geen rekening gehouden: zie daarvoor de omschrijvingen van de diverse vormen van geluidbelasting: artikel 11.6, 11.11 jo 11.1 van de Wet milieubeheer. 2. Voor de vaststelling van de geluidbelasting worden in het kader van de regelgeving voor geluidbelastingkaarten en actieplannen twee indicatoren gebruikt: de geluidsbelasting in L den en de geluidsbelasting L night. De eerste gaat over de gemiddelde geluidbelasting gedurende het etmaal (etmaalwaarde) en de tweede over de gemiddelde geluidbelasting in de nachtperiode (om bijvoorbeeld rekening te houden met slaapverstoring). Op deze twee wijzen wordt in zijn algemeenheid gedeeltelijk voorzien in de door de gemeente Lansingerland gesignaleerde problemen. 3. In de omschrijving van de geluidbelasting in L den en de geluidsbelasting L night in artikel 11.1 van de Wet milieubeheer wordt verwezen naar bijlage I, onderdeel 2, van richtlijn nr. 2002/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 25 juni 2002 inzake de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai (de richtlijn omgevingslawaai). Daarin is bepaald dat de geluidbelasting betrekking heeft op de meest blootgestelde gevel. Dit is in lijn met hetgeen gebruikelijk is in het kader van de besluitvorming voor geluidhinder (zie bijvoorbeeld artikel 76 van de Wet geluidhinder). Met de geluidbelasting in tuinen of balkons behoeft, ook volgens constante jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State geen rekening te worden gehouden. Desalniettemin is in het kader van de selectie wel in zekere mate rekening met woningen met een hoge geluidbelasting in buitenruimten. Aan woningen met een rustige zijde, waaraan in de meeste gevallen ook de buitenruimte is gelegen, is immers een wat lagere prioriteit toegekend dan aan 10

woningen zonder rustige zijden. Dit betekent dat wegvakken waaraan woningen zonder rustige gevel zijn gelegen de meeste prioriteit is toegekend. 4. Wegdelen waarvoor in het kader van het actieplan geluid 2008-2013 maatregelen zijn of worden getroffen komen, zoals gezegd, niet in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen in het kader van dit actieplan (paragraaf 3.1 van het actieplan). Ook in de toekomst zullen wij gehouden zijn tot vaststelling van geluidbelastingskaarten voor de bij ons in beheer zijnde wegen. In het kader daarvan zal worden gekeken naar de ontwikkelingen met betrekking tot de geluidbelasting van onder meer de N209. Verder zal in het kader van de nieuwe regelgeving voor geluid op grond van de Omgevingswet een grens worden gesteld aan de maximale geluidproductie van provinciale wegen. De plafonds zullen door ons moeten worden nageleefd. Dit zullen wij periodiek moeten nagaan. Ook op deze wijze zal aan de toezegging van de gedeputeerde gestand kunnen worden gedaan. 5 en 6. Reeds is aangegeven dat wegen waarop in het kader van het Actieplan geluid 2008-2013 geluidreducerende maatregelen zijn getroffen niet meer in aanmerking zijn genomen voor dit actieplan. Op een deel van het traject (Bergschenhoek) is in het kader van het Actieplan geluid 2008-2013 stiller asfalt (dunne geluidreduceerde deklaag (DGD) aangelegd. Daarom komt het betreffende wegdeel van de N209 te Bergschenhoek niet in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen. Op het traject van de N209 gelegen in de woonkern Bleiswijk was ZOAB aanwezig. Deze aanwezigheid vloeit echter niet voort uit het Actieplan geluid 2008-2013. Dit wegdeel is door ons in het kader van dit actieplan daarom wel in beschouwing genomen. De aanwezigheid van ZOAB is verdisconteerd in de berekeningen voor de geluidbelastingskaarten. De kaarten laten zien dat de geluidbelasting zodanig is dat dit wegdeel niet in aanmerking komt voor verdere geluidreducerende maatregelen. Overigens is dit wegvak in het kader van het onderhoud recentelijk vervangen door nieuw en beter stiller asfalt. 7 en 8. Zie ons antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop, onder 5. In aanvulling daarop wordt door ons opgemerkt dat een herziening van de geluidbelastingskaarten, zo daarvoor al redenen bestaan, in het kader van dit actieplan, helemaal geen mogelijkheid bestaat. De wet voorziet namelijk niet in een herzieningsprocedure. Ten tweede wordt opgemerkt dat tot het verstrekken van de onderliggende berekeningen wij uit hoofde van de regelgeving voor geluidbelastingkaarten en actieplannen niet zijn gehouden. 9. De vermindering van de geluidsabsorberende werking in de loop van de jaren is verwerkt in onze berekeningen en uitgangspunten (zie 4.3 van het actieplan). 10. Zie ons antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop, onder 3. Verder is in het actieplan een tekst opgenomen met betrekking tot nieuwe ontwikkelingen ter zake van geluidreductie. Deze zijn overigens voor de besluitvorming op grond van dit actieplan in beginsel niet relevant. 11. In het kader van deze inspraakprocedure is een ieder in de gelegenheid gesteld zienswijzen in te dienen over het ontwerp-actieplan. In die zin is wel tegemoet gekomen aan de wens van de gemeente. De brief van de gemeente Lansingerland is tot onze spijt door ons niet adequaat afgehandeld. Gedeputeerde De Bondt en Wethouder Weger van Lansingerland hebben op 9-9-2013 hierover gesproken. 12. Zie ons antwoord aan de gemeente Boskoop, onder 7 en 8. In het actieplan zullen enige woorden worden gewijd aan toekomstige ontwikkelingen op het gebied van geluidreductie. Deze ontwikkelingen zijn overigens in beginsel niet relevant voor de besluitvorming op grond van dit actieplan. 11

2.10 Zienswijze namens burgemeester en wethouders van Westland Binnengekomen op: 20-12-2013 1. De gemeente is verheugd dat vijf wegdelen op haar grondgebied in aanmerking komen voor geluidsreductie. 2. Een deel van de N213b (nr. 9 in de bijlage 4 van het ontwerp-actieplan) is opgenomen op de lijst van wegen die in beginsel in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen. Door de gemeente is bij brief van 25 juli een verzoek gedaan om verlenging van het wegvak waarvoor geluidreducerende maatregelen zullen worden getroffen. Op dit verzoek is door ons positief gereageerd onder de voorwaarde dat de gemeente hiervoor de vereiste financiën beschikbaar heeft gesteld. In verband daarmee stelt de gemeente 1 en 2 Een reactie op deze zienswijzen is niet nodig. Geen 2.11 Algemene zienswijzen van de Omgevingsdienst West-Holland namens alle aangesloten gemeenten en een aantal specifieke zienswijzen namens een aantal gemeenten. Verzonden op: 19-12-2013 1. Uit het actieplan kan niet worden afgeleid om welke reden wegvakken waarvoor het treffen van maatregelen op zich doelmatig is, toch niet zijn geselecteerd. Ook de wijze van weergave in de tabellen van de bijlage 3 en 4 is in verband met de selectiemethode niet goed leesbaar en begrijpelijk. 2. De Omgevingsdienst kan zich niet vinden in het uitgangspunt dat wegdelen korter dan 1 km in principe niet in aanmerking komen voor de stedelijke omgeving. Daardoor zullen in de stedelijke omgeving en soms ook de bebouwde omgeving van dorpen bijna nooit geluidreducerende maatregelen in aanmerking komen. Een meer soepeler omgang met dit criterium wordt dan ook door de Omgevingsdienst voorgestaan. 3. Op de markt zijn inmiddels geluidreducerende asfaltsoorten met een weliswaar geringere geluidreductie, maar een grotere slijtvastheid. Deze zijn naar het oordeel van de omgevingsdienst dus in meer situaties toepasbaar. 4. Zienswijze namens Alphen aan den Rijn. Met betrekking tot de N207 km 33.1 en km 36. Onduidelijk is waarom bij de twee locaties aan de Oostkanaalweg (ter hoogte van de Oude Rijn en ter hoogte van de golfbaan) geen geluidreducerende maatregelen zullen worden getroffen. Met betrekking tot de N231 km 2.8 tot km 3.0. Onduidelijk is waarom bij de kern van Aarlanderveen geen geluidreducerende maatregelen zullen worden getroffen. Deze wegen zouden alsnog voor geluidreducerende maatregelen in aanmerking moeten komen en zo niet, dan moeten de redenen daarvoor worden aangegeven. 5. Zienswijze namens de gemeente Kaag en Braassem. Niet duidelijk is waarom op de provinciale wegen gelegen in de kernen van Woubrugge (N446, km 8.75 tot km 9.65), Leimuiden (N207, km 47 tot km 48.2) en Rijnsaterwoude (N207), geen geluidreducerende maatregelen zullen worden getroffen. Deze wegen zouden alsnog voor geluidreducerende maatregelen in aanmerking moeten komen en zo niet, dan moeten de redenen daarvoor worden aangegeven. 6. Zienswijze namens de gemeente Leiden. Maatregelen zouden moeten worden getroffen aan de Voorschoterweg/Europaweg (N447/N206 km 8.15 tot 10.5) met name ter plaatse van het Lammenschansplein (N206 tot km 10.5). Vooral langs het gedeelte Voorschoterweg liggen veel 12

woningen met een hoge geluidbelasting. Evenmin is duidelijk waarom bij het gedeelte van de Plesmanlaan (N206, km 15) waar veel woningen zijn géén geluidreducerende maatregelen worden getroffen. Verder wordt namens de gemeente Leiden aangedrongen op een meer soepele omgang met het 1 km criterium (zie deze zienswijze onder 2). 7. Zienswijze namens de gemeente Teylingen. Onduidelijk is waarom de provinciale wegen in de kern van Voorhout (N444b, km 3.4 tot 4.2) niet in aanmerking komen voor geluidreducerende maatregelen. Deze wegen zouden alsnog voor geluidreducerende maatregelen in aanmerking moeten komen en zo niet, dan moeten de redenen daarvoor worden aangegeven. 8. Zienswijze namens de gemeente Zoeterwoude. De gemeente krijgt regelmatig klachten van omwonenden over wegverkeerslawaai vanwege de N206 te Zoeterwoude. Omwonenden hebben al eerder bij de provincie aangedrongen om de geluidswal te verhogen. Op de provinciale website is aangegeven dat er in 2014 werkzaamheden tussen Zoetermeer en Leiden worden verricht en dat het geluidscherm bij Zoeterwoude wordt vervangen. In het actieplan staat hier niets over. Graag in het actieplan opnemen dat de geplande werkzaamheden in 2014 uitgevoerd gaan worden. 1. Zie ons antwoord op de zienswijze van de gemeente Boskoop, onder 5. 2. In de Beleidsvisie duurzaamheid en milieu is, zoals gezegd, aangegeven dat de provincie zich inzet om binnen de beschikbare financiële middelen het aantal geluidgehinderden zoveel mogelijk terug te dringen. Dat wij in beginsel alleen wegdelen van ten minste 1 km voor geluidreducerende maatregelen in aanmerking hebben genomen, houdt onder meer hiermee verband. Daarmee kan immers op een wat grotere schaal worden gekeken naar de geluidsbelasting van wegen en de mogelijkheden deze terug te dringen. Verder is in het ontwerp-actieplan aangegeven dat de aanleg van stiller asfalt op kortere wegdelen snel zal leiden tot een lappendeken aan asfaltsoorten. Dat is onderhoudstechnisch ten aanzien van deze geluidreducerende maatregel niet wenselijk. 3. Uiteraard volgen ook wij de ontwikkelingen op de markt van asfaltsoorten nauwlettend. Desalniettemin zullen wij pas overgaan tot de aanschaf van nieuwe asfaltsoorten, indien voldoende zeker is wanneer aan de door ons te stellen eisen wat betreft de prestaties (duurzaamheid, geluidreductie) wordt voldaan. 4. Ten aanzien van de N207 km 33.1 en km 36. Deze locatie is niet geselecteerd, omdat maatregelen ter plaatse niet doelmatig zijn. Dit houdt verband met de dichtheid aan geluidgevoelige objecten, zoals woningen. Met betrekking tot de N231 km 2.8 tot km 3.0. Het betreffende wegdeel in de kern van Aarlanderveen loopt over een brug (waarop de aanleg van stiller asfalt niet mogelijk is). Daarnaast is het wegdeel waarop de aanleg van stiller asfalt technisch wel mogelijk is te kort om door ons voor geluidreducerende maatregelen in aanmerking te worden genomen. 5. Het wegdeel gelegen in de kern van Woubrugge komt niet in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen. Op dit wegdeel is recentelijk regulier wegdek, het zogenaamde steenmastiekasfalt (SMA) gelegd. Ook maakt een brug en een rotonde, alwaar geluidreducerende maatregelen niet of niet goed te treffen zijn, deel uit van het betreffende wegdeel. Ten slotte wordt gewezen op de aanwezigheid van een geluidscherm. Voor het betreffende wegvak te Leimuiden zullen in het kader van het Actieplan geluid 2008-2013 nog geluidreducerende maatregelen worden getroffen. De planning is om op dat wegvak in 2014 stiller asfalt toe te passen. Dit wegdeel is in het kader van dit actieplan dan ook niet verder in beschouwing genomen. De N207 loopt niet door de kern van Rijnsaterwoude. De N207 bevindt zich op een zodanige afstand van de kern, dat de geluidbelasting niet zo hoog is, dat het betreffende wegdeel in aanmerking kan komen voor geluidreducerende maatregelen. 6. Ten aanzien van de Voorschoterweg/Europaweg wordt opgemerkt dat hier ter uitvoering van het actieplan geluid 2008-2013 al stiller asfalt ligt. Dit wegdeel is in het kader van dit actieplan dan ook niet verder in beschouwing genomen. Op het deel bij het Lammenschansplein zal in het kader van het actieplan geluid 2008-2013 in 2014 13

stiller asfalt worden gelegd. Dit wegdeel is in het kader van dit actieplan dan ook niet verder in beschouwing genomen. Het deel van de N206 tussen de Vliet en de A4 komt niet in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen. Langs dit traject zijn geen woningen gelegen. Het deel van de Plesmanlaan waar veel woningen zijn, is niet bij ons in beheer. Ten aanzien van het 1-km criterium wordt verwezen naar onze reactie onder nummer 3 van deze zienswijze. 7. De N444b in de kern van Voorhout is in het kader van de uitvoering van het Actieplan geluid 2008-2013 in 2012 voorzien van stiller asfalt. Dit wegdeel is in het kader van dit actieplan dan ook niet verder in beschouwing genomen. 8. Het betreffende wegvak van de N206 is niet geselecteerd voor geluidreducerende maatregelen in het kader van dit actieplan. Ten dele is het treffen van maatregelen langs het betreffende wegvak niet doelmatig. Voor een ander deel is het treffen van maatregelen technisch niet mogelijk (criterium 3 van paragraaf 3.2 van het actieplan). Dit houdt verband met de aanwezigheid van een kruising. De geluidwal waarover de Omgevingsdienst rept, houdt geen verband met dit actieplan. Desalniettemin is met de aanwezigheid van deze wal wel rekening gehouden bij de vaststelling van de geluidbelasting. Ook in verband hiermee komt het betreffende wegvak niet in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen. In het actieplan is ingegaan op de wijze waarop wij zullen omgaan met ontwikkelingen op het gebied van nieuwe asfaltsoorten. Verder is in aanvulling daarop ingegaan op de huidige reeds in de markt zijnde asfaltsoorten. 2.12 Elektronische zienswijze van de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling van de werkorganisatie Duivenvoorde (samenwerkende ambtenaren voor Voorschoten en Wassenaar) Binnengekomen op: 23-12-2013 1. Met betrekking tot de N448 (km 0.0 tot km 1.8). Een deel van deze weg met een lengte van 1.8 km is onder nr. 49 in bijlage 3 van het ontwerp-actieplan opgenomen. De werkorganisatie is echter van oordeel dat wanneer zou zijn uitgegaan van het wegdeel in de bebouwde kom van Wassenaar met een lengte van 600 meter dit deel veel sneller in aanmerking zal komen voor geluidreducerende maatregelen. 2. Met betrekking tot de N447 (km 2.8 tot km 3.3). Het deel van deze weg gelegen in het centrum van Voorschoten is in bijlage 6 (en in bijlage 1) wel als doelmatig aangegeven, maar niet in bijlage 3 van het ontwerp-actieplan. 1. Het betrokken wegdeel N448 komt op grond van het actieplan niet in aanmerking voor geluidreducerende maatregelen, omdat het betreffende wegdeel niet bij ons in beheer is. Wij zijn om die reden niet gerechtigd om in het kader van de regelgeving voor geluidbelastingkaarten en actieplannen dit wegdeel in ons oordeel te betrekken. Wel wijzen wij op de mogelijkheden voor samenwerking op grond van paragraaf 4.6 van het actieplan. 2. In het kader van de uitvoering van het Actieplan geluid 2008-2013 zal de N447 in de komende jaren van stiller asfalt worden voorzien. Het deel van deze weg gelegen in het centrum van Voorschoten is niet bij ons in beheer. Ook voor dit wegdeel wijzen wij op de mogelijkheden voor samenwerking. Geen 14

Hoofdstuk 3 Nota van wijzigingen De ingediende zienswijzen, tezamen met redactionele en inhoudelijke verbeteringen, leiden tot de volgende wijzigingen in het actieplan ten opzichte van het ontwerp. Een onderscheid kan worden gemaakt tussen wijzigingen over algemene onderwerpen en wijzigingen voor specifieke wegdelen. Algemene wijzigingen In het actieplan is aangegeven wanneer wegvakken door ons niet in aanmerking worden genomen voor geluidreducerende maatregelen. Het gaat om een aantal redenen. In het actieplan is echter op een reden niet expliciet ingegaan. Niet vermeld is dat een wegvak niet in aanmerking komt voor geluidreducerende maatregelen wanneer maatregelen in het kader van de Wet geluidhinder zullen worden getroffen. Dergelijke maatregelen zijn aan de orde bij de aanleg of een reconstructie van een weg. Via zulke maatregelen wordt in een voldoende goed woon- en leefklimaat voorzien. In het actieplan zal worden aangegeven dat wanneer dergelijke maatregelen in de planperiode (2013-2018) zullen worden getroffen, een wegvak niet uit hoofde van dit actieplan in aanmerking zal komen voor maatregelen. Dit geldt ook voor wegvakken die zijn opgenomen in bijlage 4 van het ontwerp-actieplan. De tekst onder paragraaf 4.3, onder het kopje stiller asfalt van dit actieplan is verduidelijkt. De verduidelijking heeft betrekking op de vraag wat onder stiller asfalt valt en wat niet. Ten aanzien van specifieke wegdelen De N472a, km 5.3 tot km 6.3, is vermeld onder nr. 2 in bijlage 3 en 4 van het ontwerp-actieplan. Het betreffende wegdeel is niet meer bij ons in beheer. Daarom zal dit wegvak uit deze bijlagen van het actieplan komen te vervallen. Het wegvak van de N213, zoals vermeld in bijlage 4, onder nr. 8 (km 7.15 tot km 8.8) alsmede het wegvak van de N223b, zoals vermeld in bijlage 4, onder 15 (km 0.0 tot km 4.6), en het wegvak van de N223a, onder nr. 42 van bijlage 3 (km 0 tot km 0.92), van het ontwerp-actieplan, zal worden gereconstrueerd. Dit betekent dat de Wet geluidhinder van toepassing is. Op grond van die wet moeten normen voor reconstructie in acht worden genomen. Met het oog daarop zijn al snel geluidreducerende maatregelen aan de orde. Om die reden zullen geluidreducerende maatregelen in het kader van dit actieplan voor de betreffende wegdelen niet in aanmerking worden genomen. Op de N207a, vermeld in bijlage 4, onder nr. 8 (km 5 tot km 5.7), van het ontwerp-actieplan heeft vorig jaar groot onderhoud plaatsgevonden. Dit onderhoud viel in de periode van dit actieplan. Dit actieplan was op dat moment nog niet vastgesteld. Daarom kon op dat moment voor het betreffende wegvak nog geen besluitvorming plaatsvinden over geluidreductie in het kader van dit actieplan. Dit wegvak komt overigens te vervallen uit bijlage 4 van het actieplan. Op dit wegvak zijn twee rotondes gelegen. Verder zijn geluidschermen gelegen op het terrein van een aantal woningen. Om deze reden is het treffen van geluidreducerende maatregelen op dit wegvak nauwelijks zinvol en technisch moeilijk realiseerbaar. Een aantal wegdelen komt dus te vervallen uit de bijlagen 3 en 4 van het actieplan. In verband daarmee zal een aantal andere wegdelen worden opgenomen in bijlage 4 van het actieplan: de N491a (km 5.2 tot km 6.3) en de N458 (km 44.23 tot km 47.20). Verder zal in verband met vorenstaande de vernummering van de bijlagen 3 en 4 van het actieplan ten opzichte van die in het ontwerp worden aangepast. 15

16