Competentieprofiel van de RMC consulent 21 maart 2015 Opsteller: Ida Wildeboer (JS Consultancy) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 1. Inleiding Het werkveld van de RMC consulent is sterk in ontwikkeling. De Regionale Meld- en Coördinatiefunctie is bedoeld om vroegtijdig schoolverlaten onder jongeren van 18 23 jaar te voorkomen. De RMC functie zorgt niet alleen voor het signaleren, maar ook het rapporteren van de cijfers richting het Rijk. Het kader van de RMC functie is vastgelegd in de RMC Wet (2002). Alle gemeenten in Nederland moeten voortijdig schoolverlaters tot 23 jaar registreren en ervoor zorgen dat zij via een passend traject (onderwijs, baan of een combinatie daarvan) alsnog een startkwalificatie kunnen behalen. Om dit mogelijk te maken is wettelijk vastgelegd dat de gemeenten moeten samenwerken in regio s. In Nederland zijn alle gemeenten verdeeld over 39 RMC-regio s. Per regio coördineert één contactgemeente de melding en registratie van voortijdig schoolverlaters door scholen. Die gemeente is de coördinator in een regionaal samenwerkingsverband van overheid, onderwijs, jeugdzorg, justitie en arbeid. Het voorkomen van vroegtijdig schoolverlaten speelt zich af in een divers krachtenveld. De RMC consulent heeft een centrale rol in dit krachtenveld. Dit betekent dat de RMC consulent zich naast de kennis van het wettelijk en gemeentelijk kader vooral moet beroepen op zijn competenties. De RMC consulent werkt veelal in een complex systeem van gemeenten, scholen en overige ketenpartners in één regio. Naast kennis van actuele wet- en regelgeving en het regionale beleid vraagt het dus veel behendigheid in het acteren in deze complexe samenwerkingsverbanden. Daarbij verkeert de RMC professional zich in een krachtenveld met veel spanningsvelden, niet alleen zakelijk maar ook persoonlijk, zoals de balans tussen professionele distantie en persoonlijke betrokkenheid. 2. Doel en opzet van het competentieprofiel Doel van het competentieprofiel is om meer richting te geven aan de inhoud van de functie van RMC consulent en de benodigde competenties expliciet te maken. Het ondersteunt de professional bij de invulling van zijn/haar werkzaamheden. De invulling van de functie verschilt tot nu toe per regio. Het profiel is geen taak- of functiebeschrijving, maar kan goed als aanvulling hierop worden gebruikt. De nadruk ligt daarbij vooral op de aspecten vaardigheden en gedrag. Het competentieprofiel beschrijft allereerst de definitie van competenties in het algemeen. Vervolgens gaat het in op de drie belangrijkste clusters aan competenties voor de RMC consulent, toegelicht aan de hand van een aantal indicatoren. Ten slotte gaan we in op de toepassing van het competentieprofiel in de praktijk. Dit document is tot stand gekomen door documentenstudie en gesprekken met direct betrokkenen. Bij de documentenstudie is gebruik van algemene informatie over competenties, bestaande geanonimiseerde functiebeschrijvingen en het Competentieprofiel van de leerplichtambtenaar 1.Gesproken is met trainers van opleidingen in het kader van het project 1 Naar een nieuw profiel van de leerplichtambtenaar, KCLO, 19 maart 2012 Competentieprofiel RMC Consultent versie 3, 21 maart 2015 pag. 1
Preventie Verzuim 18+ en enkele leden van de Werkgroep Deskundigheidsbevordering. Dit profiel is opgesteld als onderdeel van het project Verzuim 18+, we missen je, en vastgesteld door Ingrado, als brancheorganisatie. 3. Competenties, definitie en achtergrond Een competentie is een vermogen dat kennis, inzicht, attitude en vaardigheidsaspecten omvat om in concrete taaksituaties doelen te bereiken. Niet elke competentie is eenvoudig te ontwikkelen. Er is onderscheid te maken tussen ontwikkelbare en niet ontwikkelbare competenties. Voor sommige competenties heb je flexibiliteit in denken nodig, denken in mogelijkheden. Voor andere heb je juist controle nodig, het juist uitvoeren van een taak. En naarmate er meer externe factoren een rol spelen, bijvoorbeeld de interactie met mensen, zijn competenties ook moeilijker te ontwikkelen. Het competentiewoordenboek hanteert vier niveaus 2 I. Gemakkelijk ontwikkelbaar (blauwe kwadrant): Met een investering van tijd is relatief makkelijk om deze competentie te ontwikkelen. II. Ontwikkelbaar (groene kwadrant): Met een investering van tijd is het relatief makkelijk om deze competentie te ontwikkelen. Echter, je bent hierbij afhankelijk van gelegenheden waarin je met dit gedrag kunt oefenen. ontwikkelbaar. III. Ontwikkelbaar door grote inzet (oranje kwadrant): Door de complexiteit van de competentie is deze alleen met grote inzet IV. Moeilijk ontwikkelbaar (rode kwadrant): Door de complexiteit van de competentie is deze alleen met grote inzet ontwikkelbaar. Je bent hierbij tevens afhankelijk van gelegenheden waarin je met dit gedrag kunt oefenen. 4. Competenties van de RMC consulent We onderscheiden drie clusters van competenties: Persoonlijke effectiviteit, Communiceren en Inzicht en realiseren. Bij elk cluster zijn de belangrijkste competenties ondergebracht. Persoonlijke effectiviteit: 1. Initiatief 2. Inlevingsvermogen 3. Omgevingsbewust 4. Reflectievermogen 2 http://hetcompetentiewoordenboek.nl/wp-content/uploads/2012/01/ontwikkelbaarheid-vancompetenties.jpg Competentieprofiel RMC Consultent versie 3, 21 maart 2015 pag. 2
Communiceren: 5. Overtuigen 6. Samenwerken in de keten / onderhouden relaties Inzicht en realiseren: 7. Analytisch vermogen 8. Plannen en organiseren 9. Kennis van relevante wet- en regelgeving (leerplicht, RMC, jeugd, werk- en inkomen, participatie) Toelichting op de competenties: 1. Initiatief: uit eigen beweging mogelijkheden onderzoeken of uitproberen. Liever uit zichzelf beginnen dan afwachten tot anderen het initiatief nemen. Zelf startend: neemt het initiatief. Begint uit zichzelf en is daadkrachtig. Onderzoekt of probeert mogelijkheden uit eigen beweging. Vasthoudend: gaat bij tegenslag of tegenwerking door met het begonnen initiatief. Is vasthoudend en zet door, grijpt kansen. Blijft niet theoretiseren maar zet ideeën om in concrete acties. Pionieren: slaat nieuwe wegen in. Is geneigd van het gebaande pad af te wijken. Is bereid om desnoods ver voor de troepen uit te lopen. Tijdig handelen: smeedt het ijzer als het heet is. Gaat op het goede moment over tot actie. Bijvoorbeeld: neemt de RMC consulent uit eigen beweging contact op met de verzuim coördinator van het MBO bij tegenvallende verzuimcijfers? 2. Inlevingsvermogen: aandacht hebben voor de gevoelens, houding en motivatie van anderen en daarvoor openstaan. De eigen invloed op anderen begrijpen en er rekening mee houden. Staat open voor de aard en persoonlijkheid van een ander. Kan zich in een ander inleven. Kan zich voorstellen hoe het is om in iemand anders zijn schoenen te staan. Kan zich in de ander verplaatsen. Zich ervan bewust zijn hoe iemand op je overkomt en welke invloed een ander op je heeft. Kan de gevoelens, gedachten en gedragingen van een ander goed aanvoelen. Tact: voelt aan en onderkent welk effect de eigen aard en het eigen gedrag op een ander persoon of op een groep personen heeft of kan hebben. Bijvoorbeeld: kan de consulent zich inleven in de belangen van de MBO leerkrachten en directies? 3. Omgevingsbewust: laten blijken goed geïnformeerd te zijn over maatschappelijke ontwikkelingen of andere omgevingsfactoren en deze kennis effectief benutten voor de eigen functie of organisatie. Heeft inzicht in politieke verhoudingen. Directe omgeving: is op de hoogte van wat er speelt in de directe omgeving. Benut deze kennis effectief voor de eigen functie of organisatie. Is op de hoogte van maatschappelijke ontwikkelingen. Benut deze kennis effectief voor de eigen functie of organisatie. Heeft gevoel voor maatschappelijke trends. Heeft een netwerk van uiteenlopende informele kanalen en heeft daardoor toegang tot allerhande informatie die nuttig is of kan zijn voor de eigen functie of organisatie. Politieke focus: is op de hoogte van politieke ontwikkelingen. Benut deze kennis Competentieprofiel RMC Consultent versie 3, 21 maart 2015 pag. 3
effectief voor de eigen functie of organisatie. Heeft gevoel voor politieke trends. Kan behendig omgaan met belangentegenstelling Bijvoorbeeld: weet wat er speelt op de MBO scholen en binnen de politiek bestuurlijke overleggen over het thema VSV en preventie verzuim. 4. Reflectievermogen: in staat zijn om jezelf een spiegel voor te houden en stil te staan bij hoe je werkt, welke keuzes je maakt en wat hierin verbeterd kan worden. Weet goed wat hij/zij belangrijk vindt in het werk en van welke waarden, normen en opvattingenhij/zij uitgaat. Heeft een goed beeld van de eigen competenties, sterke en zwakke kanten. Werkt op een planmatige manier aan verdere ontwikkeling. Stemt de eigen ontwikkeling af op het beleid van de organisatie en benut de kansen die de organisatie biedt om zich verder te ontwikkelen. Bijvoorbeeld: neemt de consultent bewust de tijd voor sparren met collega s, intervisie, opleiding en coaching? 5. Overtuigen: Gedrag dat er op gericht is anderen te overtuigen van een bepaald standpunt en instemming te krijgen met bepaalde plannen, ideeën of producten. Energiek: stopt energie in het uitdragen van de eigen ideeën en standpunten. Gaat in op argumenten en tegenargumenten van anderen. Laat deze meewegen in de eigen argumentatie. Gebruikt argumenten waar anderen gevoelig voor zijn. Kan weerstanden ombuigen naar voordelen voor het eigen standpunt. Brengt het standpunt met enthousiasme, motiveert de ander met zelfvertrouwen en beslistheid. Is mondeling vaardig. Bijvoorbeeld: kan een verzuimmedewerker binnen het MBO meekrijgen in de nieuwe aanpak op het gebied van preventie verzuim 18+. 6. Samenwerken in de keten: Samen met anderen in de keten de activiteiten richten op een gemeenschappelijk doel. Het gezamenlijke resultaat op de eerste plaats stellen en zich daarvoor volledig inzetten. Een goede onderlinge sfeer bevorderen. Motivatie: is bereid met anderen samen te werken. Ziet in dat samenwerken leidt tot betere prestaties voor het geheel. Hulpvaardigheid: helpt uit eigen beweging collega s en ketenpartners zonder direct eigenbelang. Omgang: plezierige omgang nastreven. streeft een plezierige omgang na. Doet bij onenigheid en conflicten moeite om de relatie open te houden en een goede verstandhouding te bereiken. Verbondenheid: stelt het gezamenlijke belang boven het eigenbelang. Zet zich naar beste kunnen in voor een gemeenschappelijk doel. Geven en nemen: geeft en neemt in de samenwerking. Is op de juiste momenten en in juiste mate assertief of aanpassingsbereid. Is bereid fouten te erkennen. Bijvoorbeeld: zoekt bij een verschil van inzicht over de aanpak eerst naar gemeenschappelijke belangen. Gaat open het gesprek aan, stelt lange termijn boven korte termijn succes. 7. Analytisch vermogen: Succesvol in het herkennen en oplossen van problemen. Een vraagstelling ontleden, verbanden leggen en logische conclusies trekken. Competentieprofiel RMC Consultent versie 3, 21 maart 2015 pag. 4
Zoekt de voor een probleemstelling relevante informatie bij elkaar. Verbanden leggen: relateert problemen aan soortgelijke problemen. Ziet of legt verbanden tussen problemen of gegevens. Ordent, systematiseert en structureert informatie overzichtelijk. Trekt conclusies door logisch redeneren. Stelt goede vragen die het probleem verhelderen. Kan zaken goed schriftelijk verwoorden. Bijvoorbeeld: maakt op basis van verzuimgegevens de benodigde rapportages of deelrapportages. Denkt mee over conclusies en aanbevelingen. 8. Plannen en organiseren: Effectief bepalen van doelen en prioriteiten. Benodigde acties, mensen, tijd of middelen inzetten om bepaalde doelen te bereiken. Voorbereiden: stelt planningen en werkschema s op, bereidt werkzaamheden zorgvuldig voor. Gaat efficiënt om met tijd en middelen, gebruikt beschikbare middelen optimaal. Voorziet mogelijke knelpunten of tegenslagen en is daarop voorbereid. Schakelen: past zich makkelijk en snel aan aan een gewijzigde situatie. Past acties en planningen aan naar de nieuwe omstandigheden. Improviseert indien nodig vlot. Heeft kennis van relevante registratiesystemen. Bijvoorbeeld: maakt planningen en bepaalt prioriteiten in afspraken met betrokkenen in het werkveld van preventie verzuim 18+. 9. Kennis van relevante wet- en regelgeving: is op de hoogte van de actuele wet- en regelgeving, zowel landelijk als lokaal / regionaal. Zoekt actief naar actuele kennis op het gebied van wet- en regelgeving op alle relevante terreinen (RMC, Leerplicht, Sociale Domein, Werk en Inkomen). Deelt deze kennis met anderen, vertaalt deze kennis in zijn / haar dagelijkse handelen. Bijvoorbeeld: kent actuele wet- en regelgeving en is in staat dit over te brengen op de betrokken partijen in het veld. Als we bovengenoemde competenties verdelen in de aspecten kennis / inzicht, vaardigheden en houding, ontstaat het volgende beeld: Kennis Vaardigheden Houding Kennis van relevante wet- en regelgeving Omgevingsbewust Inlevingsvermogen Plannen en realiseren Analytisch vermogen Overtuigen Samenwerken in de keten Initiatief Reflectievermogen 5. Toelichting op ontwikkelbaarheid van de competenties Zoals aangegeven is de ene competentie eenvoudiger te ontwikkelen dan de andere. Daarnaast speelt ook de persoonlijke combinatie van competenties een rol. Als iemand hoog Competentieprofiel RMC Consultent versie 3, 21 maart 2015 pag. 5
scoort op de competenties initiatief en flexibiliteit zal hij / zij ook hoog scoren op de competentie opbouwen en onderhouden van relaties. De score op de ene competentie is dus altijd afhankelijk van scores op andere competenties. In het algemeen kunnen we stellen dat de ontwikkelbaarheid van competenties afhankelijk is van de volgende vier factoren: Intelligentie (bijv. analytisch vermogen: dit kun je ontwikkelen als je beschikt over een voldoende mate van intelligentie); Motivatie (bijv. bij het opbouwen van relaties: als je echt gemotiveerd bent om relaties op te bouwen, dan kun je dat ontwikkelen); Vaardigheden. Beschik je over de vaardigheden en de ervaring om het op te pakken (bijv. bij overtuigingskracht, heb je de kans om te oefenen, kun je ervaring opdoen?) Persoonlijkheid en stijl. Beschik je over de juiste persoonlijkheid en stijl om te werken aan de ontwikkeling van de competentie (bijvoorbeeld bij reflectievermogen, ben je open, kun je je kwetsbaar opstellen?). In schema: 6. Toepassing en gebruik Dit competentieprofiel kan worden toegepast bij de werving en selectie van RMC consulenten, bij functionerings- en beoordelingsgesprekken, bij in- en externe opleidingsactiviteiten en intervisie bijeenkomsten. Tevens kan het profiel worden gebruikt voor het waarderen van de functie. Wij adviseren hierbij een inschaling van deze functie in gemeentelijke schaal 9 10 (BBRA). Ook zal dit document worden gebruikt bij het opstellen van een formatierichtlijn voor de functie van RMC consulent vanuit Ingrado. Tenslotte wordt binnen Ingrado gewerkt aan het opstellen van een Kwaliteitsregister. Op basis van het competentieprofiel worden criteria ontwikkeld voor het Kwaliteitsregister. Competentieprofiel RMC Consultent versie 3, 21 maart 2015 pag. 6