Datum: zaterdag 26 november 16-9u30 Plaats: Montreal Mechelen Algemene Vergadering Vlaamse Basketballiga vzw Aanwezig: Raad van bestuur: A. Welvaarts, voorzitter, P. Deleye, E. De Neve, F. Van den Eynde, M. Verlinden, bestuurders Coördinatoren: V. Segers, sporttechnisch coördinator, K. Verspecht, financieel coördinator, K. Umans, secretaris-generaal Medewerkster: N. Debacker Juridisch coördinator: P. Verswijver Afgevaardigden: Antwerpen (6): R. Maeseele, F. Naegels, E. Roos (met extra volmacht van H. Van Soom), F. Somers (met volmacht van J. Bleys), F. Van den Bosch Limburg (3): M. Bogaers, J. Reenaers, T. Jannis Oost-Vlaanderen (4): P. Buyse, E. Fels, J. Van Lantschoot, S. Van Puyvelde Vlaams-Brabant (3): M. De Smedt, J. Manghelinckx, E. Schuermans West-Vlaanderen (4): F. Goemaere, E. Hendryckx, A. Surgeloose (met volmacht van M. Stevens), G. Vervaeke 1. Verwelkoming A. Welvaarts, voorzitter, opent de vergadering. Hij accentueert enkele relevante zaken, welke zich de laatste maanden realiseerden, met name de verhuis van de administratieve zetel naar Gent, de herlocalisering van de topsportschool in Antwerpen, de kwalificatie van Lions en Cats voor de Europese Kampioenschappen 17 en de wijziging van het decreet inzake de georganiseerde sportsector en de annexe uitvoeringsbesluiten, waarnaar VBL zich zal moeten.schikken. 2. Controle van de volmachten aanwezigheden: K. Umans, secretaris-generaal, deelt mee dat de vergadering via vertegenwoordiging, voltallig is, de 2/3 meerderheid wordt bereikt bij 14 stemmen en de enkelvoudige meerderheid bij 11 stemmen. Op vraag van Dhr. F. Van den Bosch wordt met 15 stemmen voor en 5 tegen de discussie over het functioneren en de toekomst van PromBas als te stemmen punt op de agenda weerhouden. Dhr. E. Schuermans vraagt confirmatie dat de voorstellen inzake de spelvorm 3T3 ter titel van informatie voorgesteld worden, waarna de formele stemming volgt op de AV van maart 17. Verder vraagt hij een schorsing van de vergadering. De voorzitter schorst de vergadering. De voorzittter heropent de vergaderng.
3. Budget 2017 Dhr. A. Welvaarts opent het debat en wijst alvast op de moeilijke oefening waarmee de RvB werd geconfronteerd. Zo is er de spontane reflex om te streven naar een budget in evenwicht, worden we geconfronteerd met budgettaire uitdagingen door het succes van Lions en Cats en dus voorbereiding op en deelname aan de EK s in 2017 en is er de blijkbaar toch moeilijke overlegconstructie met defincom. Dhr. E. Schuermans stelt dat de actuele voorstelling van het budget een rad voor de ogen draait. Zo laat de actuele voorstelling van het budget geen afdoende controle toe. Hij concludeert dat de RvB een aantal lukrake kleine besparingen doorvoert met evenwel grote gevolgen voor de clubs. De RvB heeft zijn inziens geen visie ontwikkeld.. Verder waarschuwt Dhr Schuermans voor de conflictsituatie die het gevolg is van enerzijds de successen van de Cats en Lions en anderzijds de belangrijke meerkost die daarvan het gevolg dreigt te worden. De voorzitter beaamt die beschouwing doch stelt dat de VBL keuzes zal moeten maken.. Dhr. K. Umans accentueert dat de dienstverlening aan de clubs in tal van domeinen substantieel gewijzigd is én dat VBL tegelijkertijd een belangrijke reserve opgebouwd heeft. Dhr. S. Van Puyvelde argumenteert dat reserves in functie van strategische keuzes van de RvB geactiveerd kunnen worden en dat die aanpak meer wenselijk is dan via een kaasschaafmethodes tot een budget in evenwicht te komen. Inzake de uitgaven voor de BNT s wenst hij te weten of AWBB een indentieke inspanning zal doen. Dhr. M. Verlinden, algemeen penningmeester, wijst er op dat het budgetvoorstel een evenwichtsoefening is tussen reductie van uitgaven én verwerving van bijkomende inkomsten. De voorzitter informeert de vergadering dat hij in overleg met Dhr. J.P. Delchef, voorzitter AWBB, van hen een indentieke inspanning bedongen heeft. Tegelijkertijd stelt hij dat zowel de seniors- als jeugdselecties een substantieel hoger budget nodig hebben om behoorlijk te kunnen werken. Dhr. J. Van Lantschoot drukt zijn verwondering uit dat de Algemeen Penningmeester niet uitgenodigd werd voor het overleg dat tijdens de schorsing van deze vergadering plaatsvond, wat in schril contrast staat met de open communicaties van Dhr. Verlinden op voorgaande vergaderingen van FinCom. Hij benadrukt dat de RvB geen tegenstander is en we allemaal, samen, voor eenzelfde project werken. De stemming, heden, over het budget 2017 is zijn inziens noodzakelijk. Een buitengewone AV daarvoor lanceren berokkent imagoschade én bemoeilijkt onze positie bij toekomstige discussies omtrent de werking van de nationale selecties. Bij dat laatste is er nood aan een formeel akkoord met AWBB. Dhr.M. Roos kan zich hierin vinden en herinnert er aan dat in 2016 geen identieke inspanningen door beide liga s gedaan werden. Dhr. E. Schuermans stelt voor de budgetten in het domein recreatie & promotie te verhogen. Dhr. F. Van den Eynde onderbouwt dit. Dhr. M. Verlinden kan zich hiermee niet akkoord verklaren. Hij stelt dat de RvB zich ernstig heeft gebogen over de budgetten en als collegiaal orgaan beslist heeft. Dhr. J. Reenaers vraagt de argumentatie om het budget arbitrage substantieel te verminderen. M. Verlinden antwoordt dat een identiek bedrag voorzien is in de realisatie van het beleidsplan, waar naar innovatieve werking wordt gestreefd. Dhr. E. Schuermans vraagt duiding bij de posten buiten het normale budget. Dhr. M. Verlinden antwoordt dat de besteding van deze fondsen ter informatie meegegeven worden aan de AV en dat in het domein van het beleidsplan 2017-2020 een nieuw fonds voor deze beleidsperiode dient aangelegd.
Dhr. A. Welvaarts stelt voor om het budget topsport voor Lions en Cats te verhogen naar een bedrag dat de realiteit zal benaderen. Op dit ogenblik is er nog geen afgewerkt en onderbouwd budget voorhanden doch uit de oefeningen die gedaan werden blijkt alvast dat het nu voorziene bedrag van 145k per seniorsploeg onvoldoende zal zijn. Het zal eerder de 200 benaderen. Dhr. J. Van Landschoot stelt voor, gezien de onzekerheden, een bedrag van 175k per team te budgetteren, weliswaar indicatief en als signaal dat de VBL voor 2017 realisme aan de dag legt. Een finaal cijfer vastleggen kan pas wanneer een duidelijk budget voorligt én daarbij de garantie vanuit AWBB gegeven wordt dat de 50/50-regel van toepassing is.. Dhr. E. Schuermans benadrukt dat hiermee afgestapt wordt van het principe van een budget in evenwicht. De voorzitter reageert dat het hier om een strategische keuze voor de toekomst van de BNT s betreft en dat we trouwens vanaf het budget 2018, meer in het algemeen, gedragen keuzes zullen moeten maken. Dhr. F. Van den Eynde vraagt alsnog de aanpassing van het budget promotie en recreatie. Dhr. J. Van Lantschoot stelt dat dit een semantische discussie welke de collegialiteit in de RvB ondergraaft. Dhr.A. Welvaarts engageert zich om dit op vlak van de RvB te herbekijken op het ogenblik dat we het budget 2017 van de BNT s gaan afronden. Dhr. F. Goemaere vraagt zich af hoe hij de voorstelling van budget voor de CPS en moet interpreteren (post 5400). De Algemeen Penningmeester geeft aan dat hij voorstander is van een enveloppesysteem, wat enige mate van flexibiliteit van de collegae bestuurder in het domein van arbitrage toelaat ten opzichte van een gedetailleerde uitsplitsing per CPS. De voorzitter vraagt de stemming van het budget inclusief de verhoging voor Lions en Cats van 145 naar 175k. Stemming: 17 voor 3 onthoudingen (Lim) 0 tegen Dhr. M. Bogaers verklaart de onthouding door te wijzen op de substantiële meerkost voor de clubs. Dhr. E. Schuermans vraagt aandacht voor de wijze van communicatie van de genomen beslissingen naar de clubs toe en wenst een consequente aanpassing in de TTB op de AV van maart 17. De voorzitter antwoordt dat de communicatie kan verlopen via het verslag van de AV en via een specifieke nieuwsbrief, welke voorafgaandelijk afgestemd zal worden. 4. Voorstellen tot wijziging van de statutaire bepalingen en/of het huishoudelijk reglement 4.1. AD AD 25: o De afgevaardigden van Antwerpen dienen een amandement in. De AV is bij unanimiteit akkoord om het amendement ter steming voor te leggen o Stemming van het amendement: 10 voor 10 tegen (niet aanvaard) o Stemming van het voorstel: 10 voor 10 tegen (niet aanvaard) AD 46: o Dhr. E. Hendryckx stelt dat de goedkeuring van het artikel niet tot gevolg mag hebben dat goedgekeurde budgetten bij realisatie nogmaals in vraag gesteld kunnen worden. Alzo kan de RvB werken binnen een goedgekeurd budget. o Dhr. J. Reenaers geeft een technische duiding bij de wijze van voorstelling van de artikelen ter stemming o Stemming: 18 voor 2 tegen (aanvaard) - Ovl 2 tegen o Onmiddellijke toepassing
4.2. CD CD 217: stemming 14 voor 6 tegen (Ant) aanvaard + onmiddellijke toepassing Dhr. F. Van den Bosch verwijst naar de werkwijze in de Euromillions League. J. Reenaers kijkt uit naar de input voor WetCom. CD 253: stemming 20 voor 0 tegen (aanvaard) Onmiddelijke toepassing CD 261: stemming 20 voor 0 tegen (aanvaard) Onmiddelijke toepassing CD 292: Dhr. P. Buyse vraagt in welke mate de medische commissie gevat wordt in de discussies. Dhr.J. Reenaers antwoordt dat dit gevat is in de discussie van de WetCom en de tekst voldoende ruimte geeft om flexibel te kunnen werken Stemming: 14 voor 6 tegen (aanvaard), Ant tegen Onmiddellijke toepassing. 5. Dossier BMC Dhr. A. Welvaarts informeert de vergadering over de evoluties in het dossier en wenst een aangepaste formule inzake de vrijwaring van de bestuurders in deze. Hij wijst er op dat ingegaan is op de vraag van de AV van juni 15 om kennis te nemen van het dossier in een voorafgaande vergadering. Dhr. J. Van Lantschoot stelt dat het dossier iedereen beroert en dat gelet op de techniciteit in het juridische én het verzekeringstechnische domein een ad hoc werkgroep, in overleg met de raadslieden van Curia, de situatie na het arrest in het dossier KBBB/BMC, de situatie van de 3 VBL bestuurders verder kan uitklaren. Vervolgens kan een toelichtingsnota opgesteld worden naar de AV van maart 17 toe. Het risco moet zijn inziens dan in ieder geval gekend zijn. Dhr. A. Welvaarts stelt dat in de zoektocht naar een gemoedsrust in hoofde van de betrokken bestuurders de werkgroep kan geactiveerd na kennisname van het arrest van het Hof van Beroep. Hij zal daartoe ten gepaste tijde initiatief nemen in overleg met Curia. 6. Spelvorm 3T3 Mevr. V. Segers, sporttechnisch coördinator, presenteert de visie op de ontwikkeling van jonge basketbalspelers en argumenteert omstandig de noodzakelijke aanpassingen aan de spelvorm 3T3. Dhr. F. Naegels vraagt naar een structurele oplossing voor de aankoop van doelstellen. Mevr. V. Segers neemt initiatief om via groepsaankopen in veilige en betaalbare doelstellen te voorzien. Dhr. J. Van Lantschoot vindt het aangewezen een expertengroep samen te brengen, wat kan zorgen voor draagkracht bij de clubs zodat er niet boven de hoofden van de clubs beslist wordt. Het thema kan weliswaar reeds gecommuniceerd worden naar de clubs toe. Dhr. R. Maesele vraagt om in discussie te gaan met de coaches en deze te overtuigen. VBL heeft niet de exclusiviteit om basketbal aan te bieden. Mevr. V. Segers informeert dat de spelvorm reeds geruime tijd weerhouden is in de opleidinstrajecten van VTS. Dhr. F. Somers meent dat alle vormen (3T3, 4T4, 5T5) aangeboden moeten worden, waaruit de clubs kunnen kiezen. Dhr. E. Schuermans herhaalt zijn voorstel om pas tot stemming over te gaan in de volgende AV. Dhr. G. Vervaecke vraagt om de taskforce in de prille dagen van 2017 te activeren zodat er ruimte kan gecreerd worden voor proefprojecten. Dhr. J. Reenaers ziet een logische opbouw in de voorstellen en de clubs hebben z.i. voldoende keuzemogelijkheden binnen de voorgestelde benadering. De voorzitter rondt af door te stellen dat het objectief om te starten in het komende seizoen behouden blijft. Dhr. P. Deleye zal in overleg met Mevr. V. Segers een plan van aanpak ontwikkelen.
7. Conventie NDR - Werking PromBas Dhrn. J. Van Lantschoot en E. Schuermans verlaten de vergadering wegens andere verplichtingen en geven respectievelijk volmacht aan Dhrn. S. Van Puyvelde en M. De Smedt (13u20). Dhr. P. Buysse verlaat om identieke redenen de vergadering en geeft volmacht aan Dhr. E. Fels (13u30). Dhr. F. Van den Bosch krijgt het woord en hij schetst enkele hoofdlijnen uit een nota van de groep van afgevaardigden van de provincie Antwerpen dewelke verstuurd werd naar de andere provincies. De voorzitter betreurt dat deze memo niet tijdig aan de RvB werd overgemaakt waardoor de voorbereiding in de schoot van de RvB niet gebeurde. Dhrn. P. Deleye en E. De Neve maken toch kanttekeningen en geven hun mening over een aantal punten uit de nota.. Dhr. F. Van den Bosch vraagt of VBL wil verder wil werken in deze structuur van PromBas. Dhr. J. Reenaers wijst er op dat alle opportuniteiten momenteel niet uitgeput zijn. Dhr. E. Roos wenst alvast dat de inzichten van VBL formeel moeten overgemaakt worden aan AWBB én er een strikte timing ter remediëring moet vastgelegd worden. Dhr. E. De Neve toont begrip voor de geformuleerde bezorgdheden en benadrukt dat vanuit VBL zijde alle inspanningen werden geleverd om te versnellen en aan de bezorgdheden van de clubs tegemoet te komen. Dhr. E. Hendrickx benadrukt dat inspraak van de clubs de expliciete vraag is van de clubs. Verder stelt hij zich de vraag of er wel een wil tot separatisme is in hoofde van die clubs? Dhr. S. Van Puyvelde vat de discussie in zijn historische context en stelt de vraag of de verandering van de structuur wel een koerswijziging heeft teweeg gebracht. Dhr. A. Welvaarts wijst op de noodzakelijke samenwerking met AWBB en Profliga in domeinen als de nationale teams. Dhr. R. Maeseele stelt dat de competitie an sich behoorlijk functioneert en dat de discussiepunten zich eerder in het domein van arbitrage situeren, en dat voornamelijk in het domein van de intermenstelijke relaties. De voorzitter informeert dat over functionere en desgevallend het scenario van een stopzetting van PromBas overleg met de clubs van TDM1 en TDW dient te gebeuren. De mening van de clubs dient gehoord.. Dhr. S. Van Puyvelde duldt geen verder uitstel van de implementate van een licentiesysteem en wenst dat de RvB formeel de grieven overmaakt aan AWBB. Hij vreest dat het momentum om dynamiek in de organisatie te steken voorbij is. De voorzitter antwoordt dat licentieverplichtingen in ieder geval ingevoerd worden vanaf het seizoen 2017-2018, zeer binnenkort dus. Dhr. F. Naegels is overtuigd dat een betere doorstroming van informatie veel bezorgdheden kan wegnemen. Hij ondervindt amper moeilijkheden in relatie met de AWBB-clubs. Dhr. F. Van den Bosch dringt niet verder aan op een formele stemming. Dhr. E. Roos vult aan dat de doelstelling eerder is de clubs en de AV bewust te maken van de uitstaande problemen en het dringend karakter toe. Een formeel gesprek met AWBB op basis van de analyse van de clubs is een noodzaak. Dhr. A. Welvaarts zal een vergadering met de clubs op VBL niveau samenroepen, waarop de afgevaardigden kunnen vertegenwoordigd zijn. Dhr. F. Van den Bosch wenst dat de AV zich terzake positioneert in de AV van juni 17.
8. Diversen Nihil De voorzitter sluit de vergadering af omstreeks 14u. Koen Umans Secretaris-generaal Adri Welvaarts Voorzitter
Art: nr. AD 46 Titel: De Financiële Commissie WetCom van: Initiator: Financiële Commissie AV van: 26 november 2016 Bijlage nr: A ART. 46 DE FINANCIELE COMMISSIE 1) De Financiële Commissie bestaat uit 1 Afgevaardigde per provincie. 2) De Financiële Commissie kiest onder haar leden een voorzitter en een secretaris op de eerste vergadering na de Algemene Provinciale Vergadering. 3) Vergaderingen : de Financiële Commissie vergadert op uitnodiging van de voorzitter, en dit in ieder geval in voorbereiding op de Algemene- of Buitengewone Algemene Vergaderingen. De Financiële Commissie kan bijeen geroepen worden wanneer minstens drie leden hierom vragen. 4) Taken: a) Halfjaarlijkse controle van de financiële toestand van de vzw op zicht van de gegevens die haar dienen verstrekt te worden door de Raad van Bestuur. Hiertoe stuurt de Algemeen Penningmeester voor de eerste drie kwartalen van het jaar, via elektronische weg, de budgetrealisatie en voorlopige interne jaarrekening door en dit telkens voor de 15e van de maand, volgend op de afsluiting van het kwartaal. Voor wat betreft het laatste kwartaal ontvangt de FinCom vòòr 31 januari via elektronische weg de budgetrealisatie en interne jaarrekening in zijn meest gevorderde vorm, alsook de afschrijvingstabellen en voorstellen tot winst of verlies, oprichting van fondsen of onttrekking aan reserves. Na advies van de FinCom zal de Raad van Bestuur het eindvoorstel tot jaarrekening goedkeuren, waarna dit wordt voorgelegd aan de bedrijfsrevisor. Volgende timing wordt daarbij vooropgesteld: Voor 31 januari: doorsturen gegevens naar FinCom Voor 21 februari: verwerken van eventuele opmerkingen van FinCom en doorsturing naar RvB Voor 5 maart: goedkeuring eindvoorstel jaarrekening door RvB en overmaking aan bedrijfsrevisor Voor AV maart: verslag bedrijfsrevisor b) Controle op de uitgaven van de vzw. Uitgaven hoger dan 10.000, voor investeringen onderhevig aan afschrijvingen - niet gebudgeteerde uitgaven en uitgaven boven budget, dienen het voorwerp uit te maken van een beleidsnota met verantwoording, kostenplaatje, evt. prijsvergelijking, cijfermatige impact op toekomstig jaarresultaat of aanpassing van budget. Deze beleidsnota dient vervolgens ter advies te worden voorgelegd aan de FinCom. Verschillende uitgaven binnen de hierboven aangehaalde domeinen, namelijk investeringen onderhevig aan afschrijvingen, niet gebudgeteerde uitgaven en uitgaven boven budget,die aan één en dezelfde kostenplaats worden toegewezen en samengevoegd het bedrag van 10.000 overschrijden vereisen eveneens advies. c) Voorbereiding van de Algemene Vergaderingen; d) Het recht van controle van alle boekhoudkundige stukken; e) Overleg met de Raad van Bestuur en de groepen van Afgevaardigden. 5) De Financiële Commissie kan indien nodig derden voor informatie of advies uitnodigen en zich door hen laten bijstaan De kosten van deze genodigden zullen vergoed worden door hun eigen orgaan. 6) De kosten van de Financiële Commissie zijn ten laste van alle clubs. TTB: niet van toepassing Motivatie: Datum implementatie: onmiddellijk
Art: nr. CD 217 Titel: Administratieve formaliteiten voor de wedstrijd WetCom van: 27 oktober 2016 Initiator: WetCom AV van: 26 november 2016 Bijlage nr: B Voorstel: ART. 217 ADMINISTRATIEVE FORMALITEITEN VOOR DE WEDSTRIJD 1) De scheidsrechter controleert voor de aanvang van de wedstrijd: a) De vergunning van alle personen die op het wedstrijdblad vermeld staan (aantekenaar, tijdopnemer, operator 24", terreinafgevaardigden, coach, assistent-coach, spelers). (1) de vergunning van coaches en assistent-coaches kan vervangen worden door een technische vergunning om te coachen (zie CD art. 231). (2) met uitzondering van het geval voorzien in CD art. 278, 279, 280 en 295 bis en voor de recreatieve ploegen moeten de spelers toegewezen zijn aan de club waarvoor zij spelen. (3) de terreinafgevaardigden moeten toegewezen zijn aan de club die zij vertegenwoordigen. b) De vergunning van alle andere personen met speciale verantwoordelijkheden, voorzien in de Officiële Basketbalregels onder Art.4, en die zich in het gebied van de spelersbank bevinden. Zij moeten niet noodzakelijk toegewezen zijn aan de clubs welke de wedstrijden betwisten maar moeten in het bezit zijn van een vergunning. Indien één van deze personen geen vergunning kan voorleggen, zal de scheidsrechter de betrokkene verbieden plaats te nemen in het gebied van de spelersbank. c) De identiteitskaart of het paspoort van alle spelers, ongeacht hun leeftijd, die deelnemen aan een wedstrijd vanaf de categorie U16, de coaches, assistent-coaches, de terreinafgevaardigde en van de andere personen die plaats nemen in het gebied van de spelersbank (zie b). d) Het medisch attest van de spelers. Elk medisch attest voorzien van de naam, handtekening en RIZIV nr. van een geneesheer, is geldig op voorwaarde dat het dezelfde gegevens vermeld als deze welke op het formulier van de VBL opgenomen zijn. e) De lijst van de ingeschreven spelers en dit enkel voor de bekerwedstrijden en voor de wedstrijden van de kampioenschappen die aanleiding geven tot stijgen en/of dalen. f) Alle bovengenoemde documenten, met uitzondering van de identiteitskaart of het paspoort, mogen desgewenst digitaal worden voorgelegd. TTB: geen wijziging Motivatie: Expliciete vermelding om mogelijke misverstanden of andere interpretaties uit te sluiten Datum implementatie: Onmiddellijk 2/7
Art: nr. CD 253 Titel: Deelname aan de kampioenschappen WetCom van: 27 oktober 2016 Initiator: PGA Limburg AV van: 26 november 2016 Bijlage nr: C Voorstel: ART. 253 DEELNAME AAN DE KAMPIOENSCHAPPEN 1) Een club mag één of meerdere ploegen inschrijven voor heren- en/of dameskampioenschappen die aanleiding geven tot stijgen en/of dalen. Deze ploegen zullen eenzelfde naam moeten dragen met toevoeging van een letter, waarbij de ploeg die op het hoogste niveau aantreedt, ongeacht of dit de VBL-dan wel de nationale competitie betreft, de A-ploeg is en de lager gekwalificeerde ploegen een lettertoevoeging krijgen in alfabetische volgorde naarmate het niveau lager is. Aldus is de B-ploeg net onder de A-ploeg gekwalificeerd enz. Ditzelfde principe is ook van toepassing op de jeugdploegen in de landelijke, provinciale en gewestelijke afdelingen. Voor de seniorploeg die deelneemt aan het recreatief basketbal zal steeds de letter Z toegevoegd worden, de Z-ploeg dus. De Z-ploeg wordt binnen de club in deze context beschouwd als de ploeg met het laagste niveau. Wat verder in onderhavig artikel aan bod komt betreft NIET de Z-ploeg tenzij anders vermeld. 2) Een ploeg die voor het eerst aan het kampioenschap deelneemt, start in de laagste provinciale afdeling. 3) De ploegen van éénzelfde club kunnen in dezelfde afdeling spelen, maar in verschillende reeksen met uitzondering van het geval vermeld in punt 5. Indien twee clubs van een afdeling die slechts één reeks telt, wensen te fuseren, dan zal de tweede ploeg van de nieuwe club dalen naar de onmiddellijk lagere afdeling en is er een supplementaire stijger uit deze afdeling. 4) Ten laatste 8 dagen vóór de eerste officiële wedstrijd van elke ploeg moet de club die meer dan één eerste ploeg heeft de lijsten van ingeschreven spelers > 23 jaar invullen via de toepassing die daartoe in het OO (website van de VBL) ter beschikking wordt gesteld. Deze lijsten blijven vervolgens publiek consulteerbaar op de website. Voor de Z-ploeg dient een register opgemaakt en gepubliceerd te worden door het secretariaat-generaal van de VBL (manuele handeling). Enkel de spelers die op dit register voorkomen en al de spelers die aangesloten zijn bij de club mogen aan de wedstrijd deelnemen. 5) In de laagste provinciale afdeling is het mogelijk te spelen in dezelfde reeks met het recht tot stijgen en dalen op voorwaarde dat: er slechts één reeks kan samengesteld worden (maximum 16 ploegen); de clubs van de desbetreffende reeks op de Provinciale Algemene Vergadering met een gewone meerderheid akkoord gaan om die ploeg(en) met het recht tot stijgen, te laten spelen; wanneer er geen akkoord is van de APV dan kan/kunnen die ploeg(en) enkel buiten klassement deelnemen. 6) Zijn gerechtigd te spelen: a) Alle seniorspelers die aan de competitie deelnemen behoren tot de ploeg waarvoor zij op de lijst voorkomen. Zij mogen enkel opgesteld worden in die ploeg én in wedstrijden van een hoger spelende ploeg, evenwel beperkt tot twee wedstrijden per weekend. Een ploeg mag per wedstrijd met in totaal maximum twee spelers uit een ploeg (of ploegen) van lager niveau aangevuld worden. Een speler op de lijst van de hoger spelende ploeg mag met een lager spelende ploeg spelen mits nog niet te hebben deelgenomen aan officiële wedstrijden van de hoger spelende ploeg en onder voorwaarde van het indienen van een verzoek tot schrapping op de lijst van de hoger spelende ploeg en aanvulling van de lijst van de lager spelende ploeg. Deze beperking is niet van toepassing op het register van een Z-ploeg. Voor een speler, die in de loop van het seizoen aansluit moet een verzoek tot aanvulling van de lijst van zijn ploeg van bestemming ingediend worden. 3/7
Een speler die vermeld staat op een lijst van de ploeg die in een lagere afdeling speelt, kan ten definitieve titel opgesteld worden in de ploeg die speelt in een hogere afdeling, onder voorbehoud van inschrijving op de desbetreffende lijst na hiervoor een aanvraag te hebben ingediend bij het secretariaat-generaal. Van zodra de lijst wordt aangevuld met de betrokken speler is hij niet meer gerechtigd om te spelen voor de ploeg uit de lagere afdeling, dit met uitzondering van de Z-ploeg. Een club die met één of meerdere ploegen aantreedt in de nationale competitie, dient de door de VBL ingestelde hiërarchie van de inschrijving der spelers - en de daaraan verbonden beperkingen - te respecteren, ook over de grens van de organisatorische verantwoordelijkheden heen. Per wedstrijd kunnen meerdere overtredingen i.v.m. de lijst van de ingeschreven spelers per ploeg vastgesteld worden. De benadeelde club de tegenstrever - kan klacht indienen zoals voorzien in artikel 424 en volgende van het HHReg. Naast een forfaitscore zal de overtredende club gesanctioneerd worden met de in de TTB voorziene boete. b) voor de jeugdspelers is CD art.292 van toepassing. Zij mogen in de verschillende ploegen (A,B,C...) opgesteld worden met de beperking dat ze tijdens eenzelfde weekend slechts in drie wedstrijden, waarvan maximaal twee bij de senioren, mogen opgesteld worden. c) alle spelers die volgens hun leeftijd gerechtigd zijn voor het spelen van een seniorwedstrijd, en aangesloten zijn bij een club, mogen worden opgesteld in de verschillende reserveploegen van die club. De scheidsrechters wordt verzocht CD art 217 punt 6 toe te passen (vergelijking van de namen op het wedstrijdblad met deze die voorkomen op de lijst/register die de club voorlegt en die een correcte weergave moet zijn van de officiële lijst/register zoals gepubliceerd op de website van de VBL. (Alles wordt in het werk gesteld om deze lijsten/registers te publiceren vóór de aanvang van de competitie). Toe te passen boete: bedragen identiek aan deze die voortvloeien uit een overtreding van CD art 217 punt 6 en die bij dat artikel in de TTB opgenomen zijn. Opmerking Reeksen van eenzelfde afdeling worden beschouwd als zijnde van hetzelfde niveau. 7) Wanneer de naam van een niet ingeschreven speler vermeld staat op het wedstrijdformulier van een ploeg, zal het bevoegde Comité of Departement de forfaitscore toepassen (CD art. 274) en het toepassen van de boete voorzien in de TTB. Tevens verwittigt zij de SG van de VBL die de bevoegde Rechterlijke Raad inlicht voor toepassing van JD art. 457 8) Een club mag in een recreatieve wedstrijd geen speler opstellen die toegewezen is aan een andere club, zonder schriftelijke toestemming van deze laatste. Sancties worden in CD Art. 287 aangegeven. Op basis van deze toelating zal de speler op het register van de Z-ploeg geplaatst worden. Het register moet elke wedstrijd, samen met een kopij van de aansluitingskaart en het medisch attest, voorgelegd worden. Toelating verlenen en toevoegen aan het register kan op eender welk moment gebeuren. 9) Opmerking De daling van de ploeg die uitkomt in de hoogste afdeling van de VBL heeft altijd voorrang op het recht van eventuele promotie van een ploeg die in een lagere afdeling van de VBL evolueert. De daling van de oorspronkelijk hoger geklasseerde ploeg naar een lagere afdeling van de VBL kan eventueel een daling veroorzaken voor de ploeg die in de onmiddellijk lagere afdeling van de VBL evolueerde. 10) NOTA De term opgesteld in de zin van een speler opgesteld in een bepaalde ploeg betekent: op het wedstrijdblad vermeld, maar spelen is niet noodzakelijk. TTB: geen wijziging 4/7
Motivatie: Op de AV van 28-03-2015 werd verkeerdelijk een basistekst gebruikt van vóór de goedgekeurde aanpassingen op de AV van 14-06-2014. Hierdoor is de beperking van het aantal wedstrijden voor seniors ongewild terug in het Huishoudelijk Reglement geslopen. Datum implementatie: Onmiddellijk 5/7
Art: nr. CD 261 Titel: Dagen van de kampioenschapswedstrijden WetCom van: 27 oktober 2016 Initiator: Raad van Bestuur AV van: 26 november 2016 Bijlage nr: D Voorstel: ART. 261 DAGEN VAN DE KAMPIOENSCHAPWEDSTRIJDEN Het weekend begint op vrijdagavond en eindigt de zondagavond. 1) Wedstrijden op vrijdagavond: De wedstrijden die aanleiding geven tot stijgen en/of dalen mogen niet voor 20.00 u noch na 21.00 u beginnen zonder het akkoord van de bezoekende ploeg. 2) Wedstrijden op zaterdagavond: De wedstrijden die aanleiding geven tot stijgen of dalen, mogen niet vóór 16.00 u noch na 21.00 u beginnen zonder het akkoord van de bezoekende ploeg. 3) Wedstrijden op zondag: De wedstrijden die aanleiding geven tot stijgen en/of dalen mogen niet voor 09.00 u noch na 17.00 u beginnen zonder het akkoord van de bezoekende ploeg. 4) Wedstrijden op feestdagen: a) indien de feestdag een maandag, dinsdag, woensdag, donderdag of zondag is zijn de bepalingen van punt 3 hierboven van toepassing. b) indien de feestdag een vrijdag is zijn de bepalingen van punt 1 hierboven van toepassing. c) indien de feestdag een zaterdag is zijn de bepalingen van punt 2 hierboven van toepassing. 5) Wedstrijden op weekdagen Recreatieve wedstrijden die op weekdagen gespeeld worden, mogen niet vóór 20:00 uur, noch na 21:00 uur beginnen zonder akkoord van de bezoekende ploeg. 6) De jeugdwedstrijden mogen niet voor 09.00 uur beginnen. De landelijke jeugdwedstrijden mogen niet voor 10.00 uur beginnen zonder akkoord van de bezoekende ploeg. De provinciale, interprovinciale en landelijke jeugdwedstrijden mogen niet na 17.00 uur beginnen zonder het akkoord van de bezoekende ploeg. De provinciale, interprovinciale en landelijke jeugdwedstrijden mogen niet op vrijdagavond gespeeld worden, zonder het akkoord van de bezoekende ploeg. Voor de reeks U21 jongens en U19 meisjes mogen de wedstrijden op zaterdag niet voor 09.00 uur (landelijk 10.00 uur) beginnen, of niet later dan 13.00 uur (landelijk 12:00 uur) beginnen, zonder het akkoord van de bezoekende ploeg. 6) Voor recreatieve wedstrijden die in de week gespeeld worden is punt 1 van toepassing TTB: niet van toepassing Motivatie: Aanpassingen enkel ter verduidelijking; betreft geen inhoudelijke wijzigingen. Datum implementatie: Onmiddellijk 6/7
Art: nr. CD 292 Titel: Jeugdcategorieën WetCom van: 27 oktober 2016 Initiator: Raad van Bestuur AV van: 26 november 2016 Bijlage nr: E Voorstel: ART. 292 JEUGDCATEGORIEEN A) ALGEMEEN 1) Een jeugdspeler mag slechts in zijn jeugdcategorie en deze er onmiddellijk boven gelegen, optreden. 2) De jeugdcategorieën worden voorgesteld door de sporttechnische coördinator en ter goedkeuring voorgelegd aan de AV. 3) Een speler is speelgerechtigd wanneer hij voldoet aan Artikel AD 73. 4) Wanneer verschillende wedstrijden van één club op hetzelfde ogenblik plaatsgrijpen, kan een jeugdspeler nooit aan meer dan één wedstrijd deelnemen. 5) Elke overtreding op dit artikel zal bestraft worden volgens CD art. 274 door het forfait en de boete voorzien in de TTB B) AFWIJKINGEN 1) Zodra een speler ten volle 16 jaar is, mag hij in alle hogere categorieën opgesteld worden. 2) Zodra een speelster ten volle 14 jaar is, mag zij in alle hogere categorieën opgesteld worden. AD artikel 1 is hier uitzonderlijk niet van toepassing. 3) Gemengde ploegen worden toegelaten in de categorieën U8, U10, U12 en U14. Zo is het ook toegelaten in deze categorieën met een volledig uit meisjes bestaande ploeg in een overwegend uit jongensploegen bestaande afdeling mee te spelen. 4) Op voorstel van de sporttechnisch coördinator kan, op vraag van de betrokken speler en zijn club, een afwijking om aan te treden in een lagere categorie verleend worden voor de duur van één seizoen, termijn welke verlengbaar is. Een speler die een afwijking bekomt, kan enkel in deze lagere categorie aantreden en enkel in teams welke actief zijn op GOPC, provinciaal of regionaal niveau. Er kunnen maximaal 2 afwijkingen per team binnen hetzelfde seizoen verleend worden. De, met een omstandig verslag, gemotiveerde aanvraag dient uiterlijk 2 weken voor de eerste officiële wedstrijd waarin betrokkene wordt opgesteld worden overgemaakt. Indien een afwijking kan worden verleend zal de sporttechnisch coördinator een attest afleveren aan de club om aan de verplichtingen in kader van artikel CD 217 van het Huishoudelijk Reglement te kunnen voldoen. TTB: Niet van toepassing Motivatie: Een structurele oplossing aanbieden om de aanvragen tot afwijkingen te kunnen behandelen, indachtig de filosofie om jeugdspelers de basketbalsport (blijven) te laten beoefenen en zo veel mogelijk spelgelegenheid aan te kunnen bieden. Datum implementatie: onmiddellijk 7/7