Onderwijsondersteuningsprofiel Naam school GBS De Regenboog Ingevuld op September 2016 Typering van de school als onderwijsondersteuningsvoorziening Op De Regenboog wordt les gegeven aan ongeveer 140 verschillende leerlingen via het leerstofjaarklassen systeem. Al deze leerlingen hebben hun unieke persoonlijkheid en hun eigen behoefte om te leren en te spelen. Onze missie is dan ook: Iedere kleur is anders! De meeste leerlingen leren op een regelmatige, gemiddelde manier. Sommige leerlingen hebben een langere tijd nodig om iets te kunnen leren. Er zijn leerlingen die maar weinig uitleg nodig hebben om hele grote leerstappen te kunnen maken. Deze verschillen ontstaan door verschillen in intelligentie, sociale- en emotionele ontwikkeling, lichamelijke condities, motorische ontwikkeling, werkhouding en door het milieu en de cultuur waar onze leerlingen vandaan komen. De Regenboog heeft als taak om ons onderwijs zo in te richten dat elk kind zo goed mogelijk tot zijn/haar recht komt, ongeacht de verschillende leermogelijkheden van onze leerlingen. In onze visie heeft ieder kind iets talentvols! Om passend onderwijs vorm en inhoud te geven en zo optimaal mogelijk tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van de diverse leerlingen werkt de Regenboog handelings- en opbrengstgericht met behulp van de 1-zorgroute. De 1-zorgroute is een manier van werken die uitgaat van de mogelijkheden van leerlingen en streeft naar een optimale samenwerking met en tussen alle verantwoordelijke partners in het keten van onderwijs en hulpverlening voor de leerlingen. Binnen onze school hadden we de afgelopen jaren een unieke situatie van integratiegroepen t/m groep 3. In deze groepen kregen leerlingen met een SBO-beschikking samen les met kinderen van de basisschool. In de afgelopen twee jaar hebben we gewerkt aan terugplaatsing van deze leerlingen naar het gewone basisonderwijs in hun woonplaats. Deze integratie-situatie gaf ons een goede leerschool om te groeien naar Realistisch inclusief onderwijs. Ook werken we samen met de Casper Diemerschool uit Bergentheim. Een leerkracht wordt uitgeroosterd om met een groep kinderen van gr 4/5 en 6/7 een 75 minuten in de week aan de slag te gaan. De groep is maimaal 12 leerlingen. De criteria voor deze groep zijn hoge A scores op cito toetsen zowel begrijpend lezen als rekenen. Formulieren van het DHH protocol worden gebruikt en bij twijfel wordt het oordeel van de leerkracht en inbreng van de ouders meegenomen om een kind in een van deze groepen te plaatsen. Binnen de school differentiëren we in onze groepen. We houden er rekening mee dat ongeveer 30% van de kinderen niet de basisinstructie hoeft te volgen, maar regelmatig meteen aan het werk kan. Na een korte instructie (of zonder instructie) kunnen ze direct aan het werk met hun twee-sterren of drie-sterren taak. Ook vanuit de plusgroep kan er een opdracht komen om te verwerken in de groep.
Leerlingenaantal (01-10-16) 135 Kengetallen Leerlingengewicht Aantal lln 0,3: 23 Aantal lln 1,2: 0 2013-2014 2014-2015 2015-2016 Aantal sbo-verwijzingen 0. 0 1 GK Aantal verwijzingen so cl. 3 0 0 Aantal verwijzingen so cl. 4 0 0 Aantal kinderen met een ontwikkelingsperspectief gr 1 gr 2 gr 3 gr 4 gr 5 gr 6 gr 7 gr 8 1 EB 1IvdV 2 BH/BS Uitstroom naar VO 2012/2013 2013/2014 2014/2015 2015/2016 Voortgezet so 0 0 0 0 Praktijk onderwijs 0 0 0 0 VMBO BB 5 2 4 3 VMBO K 8 6 8 1 VMBO T 8 9 7 12 HAVO 4 2 2 6 VWO 5 1 3 3 Resultaat zelfevaluatie basisondersteuning SCORES BASISPROFIEL (jongste afnames) Elk teamlid heeft een vragenlijst ingevuld en daar is een gemiddelde score uitgekomen. De scores kunnen variëren van 1-4, alles beneden de 3 vraagt om actie. Deze vragenlijst zal elke twee jaar herhaald gaan worden. Gemiddelde score Standaard 1: Veiligheid 3,78 Standaard 2: Afstemming 3,42 Standaard 3: Begeleiding 3,75 Standaard 4: Klassenmanagement: anticiperen, structureren, timen, leertijd en goede routines Standaard 5: Klassenmanagement: materialen en ruimte, inrichting van het lokaal Standaard 6: Klassenmanagement: individuele verwerking en lesverloop 3,61 3,59 3,42 Standaard 7: Onderwijsondersteuning 3,32 Standaard 8: Ontwikkelingsperspectieven 3,00 Standaard 9: Beleid leerlingenondersteuning 3,24 Standaard 10: Evaluatie leerlingenondersteuning 3,47 Standaard 11: Deskundigheid 3,52 Standaard 12: Ouders 3,48 TOTAAL SCORE: 3,46
Inspectieoordeel kwaliteit van ondersteuning Datum laatste inspectierapport november 2015 TOELICHTING OP DE OORDELEN 2.1 Kwaliteitsoordelen op de tien onderzochte standaarden Hieronder staan de kwaliteitsoordelen op de standaarden per kwaliteitsgebied en een toelichting daarop. De score geeft aan in welke mate de betreffende standaard is gerealiseerd. Bijlage 1 geeft de portretten weer die bij deze standaarden horen. Legenda: 1. zeer zwak 2. zwak 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen Onderwijsresultaten 1 2 3 4 5 De Regenboog heeft de -voor het onderwijs - relevante kenmerken van de leerlingen goed in beeld. Dat heeft onder meer geleid tot etra aandacht voor het taalonderwijs. In de laatste drie schooljaren lagen de eindresultaten één keer (2013) onder en twee keer (2014 en 2015) boven de ondergrenzen die de inspectie hanteert. Daarmee worden de eindresultaten als voldoende beoordeeld. Wel constateert de inspectie dat de eindresultaten in 2015 slechts nipt boven de ondergrens lagen en dat de school, gelet op de kenmerken van de leerlingen, gemiddeld een hogere score zou moeten kunnen halen. De school heeft, naast het vervangen van enkele methodes, diverse ontwikkelactiviteiten in gang gezet om dat te bereiken. De tussentijdse resultaten zijn voldoende en laten over de afgelopen jaren een duidelijke stijgende lijn zien. Onderwijsproces 1 2 3 4 2.1 Aanbod 2.2 Zicht op ontwikkeling 2.3 Didactisch handelen 2.4 Ondersteuning De Regenboog hanteert een aanbod dat voldoende breed en eigentijds is en dat dekkend is voor de kerndoelen. Een structurele en planmatige invulling (en doorgaande lijn) van burgerschap en sociale integratie ontbreekt nog. De school wil zich gaan profileren op wetenschap en techniek en dan met name op de onderzoekende houding die daaraan ten grondslag ligt. Voor alle groepen geldt dat de leerkrachten goed zicht hebben op de ontwikkelingen van de leerlingen en zij maken analyses van (achterblijvende) leerresultaten. Het maken van analyses is dit schooljaar een speerpunt, waarvoor ook scholing gevolgd wordt. De leerkrachten maken voor de kernvakken groepsplannen. Op grond van de beschikbare gegevens worden de leerlingen per vak ingedeeld in instructiegroepen. De leerkrachten en intern begeleider evalueren de groepsplannen en stellen deze (ook tussentijds) bij. Voor leerlingen met achterblijvende leerresultaten stelt de leerkracht een formulier etra aandacht op, waarin beschreven is hoe de achterstand ingehaald wordt. De planmatigheid hiervan is leerkrachtafhankelijk en van wisselende kwaliteit. Voor leerlingen die bijzonder ondersteuningsbehoeften hebben (voormalig 'rugzakleerlingen'), wordt een ontwikkelingsperspectief met duidelijke eind- en
tussendoelen opgesteld. Ook deze wordt regelmatig geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. Dit geldt echter in onvoldoende mate voor leerlingen die voor één of meer vakken losgekoppeld zijn van het reguliere programma. Onvoldoende duidelijk is of het aanbod optimaal aansluit bij de onderwijsbehoeften van deze leerlingen. Op grond hiervan beoordeelt de inspectie standaard 2.4 als onvoldoende. De geobserveerde lessen, die samen met een observant van de school zijn uitgevoerd, waren, hoewel wisselend van kwaliteit, van voldoende niveau. Duidelijk zichtbaar waren het zelfstandig werken en samenwerkend leren. De kenmerken van het gekozen activerende direct instructiemodel is niet in alle groepen in de volle breedte waargenomen. Niet altijd is duidelijk wat de relatie is tussen de gekozen activiteit en het doel van de les en ook de afstemming van de instructie sluit niet altijd aan op de behoefte van de leerlingen. Mede daardoor is de actieve betrokkenheid van de leerlingen niet altijd optimaal. Voor meerbegaafde leerlingen is er een plusklas. Schoolklimaat en veiligheid 1 2 3 4 3.1 Schoolklimaat 3.2 Veiligheid Op De Regenboog heerst een prettig en veilig klimaat. Het team geeft aan dat men in de streek meer geneigd is een ambacht te ambiëren dan een opleiding in het hoger onderwijs en dat vertaalt zich ook naar de mogelijkheden van en de cultuur op de school. Dit betekent niet dat het team lage verwachtingen van de leerlingen heeft, maar wel dat men voorzichtig is de lat te hoog te leggen. In het kader van Klasse-PRO zijn er in samenspraak met de leerlingen omgangs- en klasseafspraken gemaakt; die zijn in het handelen bij de ene leerkracht duidelijker zichtbaar dan bij de andere. Pesten komt weinig voor en de leerlingen geven aan zich veilig te voelen en graag naar school te gaan. Dat beeld wordt bevestigd door de ouders. De huidige methode voor sociaal emotionele ontwikkeling wordt onvoldoende structureel gebruikt; volgend schooljaar gaat men een andere methode gebruiken. De school heeft een veiligheidsbeleid. Kwaliteitszorg en ambitie 1 2 3 4 4.1 Evaluatie en verbetering 4.2 Kwaliteitscultuur 4.3 verantwoording en dialoog Met het nieuwe schoolplan geeft De Regenboog aan goed zicht te hebben op waar ze staat, wat de sterke en zwakke kanten zijn en waar ze naar toe wil. Het schoolplan vindt zijn vertaling in het jaarplan, waarin de verbeteractiviteiten smart beschreven zijn. Wel mist de inspectie daarin de doorloop van al eerder ingezette langjarige trajecten. De evaluatie van de opbrengsten op schoolniveau kan nog een slag dieper. Door de scholing op het analyseren van de opbrengsten (op leerling- en groepsniveau) is men zich wel meer bewust van de waarde van dergelijke evaluaties. De school heeft een gestandaardiseerd instrument om de kwaliteit van het onderwijs te meten. De directeur (die sinds januari 2015 in dienst is) doet lesbezoeken aan de hand van thematisch ingerichte kijkwijzers, waarvan de resultaten teambreed worden besproken. De (onderwijskundige) afspraken zijn vastgelegd en worden periodiek besproken. De ouders worden bij het beleid betrokken met een klankbordgroep (naast de MR) en de leerlingen hebben een leerlingenraad. Het evaluatieve karakter van de informatie over de resultaten en ontwikkelingen kan wel versterkt worden. 2.2 Oordelen over naleving De inspectie concludeert dat er geen tekortkomingen zijn in de naleving van de wettelijke voorschriften die zijn gecontroleerd.
Epertise op het gebied van kinderen met etra onderwijsbehoeften Op weg naar realistisch inclusief onderwijs: In het voorjaar van 2010 heeft het team van De Regenboog uitgesproken de collectieve ambitie te hebben zich te ontwikkelen in de richting van een brede zorgschool. Een brede zorgschool zien wij als een school die realistisch inclusief is. Het ontwikkelen naar realistisch inclusief onderwijs past binnen de voorwaarden voor passend onderwijs. Op een realistisch inclusieve school hebben leerkrachten de overtuiging dat er zoveel mogelijk tegemoet gekomen moet worden aan de diverse onderwijsbehoeften van leerlingen. Dat kunnen leer-, gedrags- en fysieke behoeften zijn. Effectief leerkrachtgedrag staat centraal en er is formatie om aan de speciale onderwijs behoeften van kinderen tegemoet te komen. Effectief leerkracht gedrag wordt bekeken door de IB-er, de locatie coördinator en beoordeeld door de directeur. De directeur heeft dit geborgd in de gesprekkencyclus. Hierin is ook realistisch inclusief onderwijs een punt van aandacht. Onder het team is specialisme in het omgaan met leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Alleen in uitzonderlijke gevallen wordt een leerling verwezen. Ons verwijzingspercentage was in het schooljaar 2013-2014 2,53%. We willen toewerken naar realistisch inclusief. We willen dus het percentage elk jaar naar beneden laten gaan. Ons doel is dat we hooguit 1% verwijzen aan het eind van de komende schoolplan periode. (2019-2020) Voor de begeleiding van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften hebben de leerkrachten steeds meer vaardigheden in huis. Ook kunnen indien mogelijk aparte werkplekken ingericht worden waar de begeleiding individueel of in kleine groepjes kan plaatsvinden. Leerkrachten hebben kennis en competenties op het gebied van tegemoet komen aan de specifieke onderwijs behoeften van de kinderen Op schoolniveau is er speciale onderwijsondersteuning door onderwijsassistentes en/of ib er/ab-er voorhanden. Eperts met betrekking tot stoornissen en beperkingen zijn direct beschikbaar binnen VGPO De Oosthoek. We hebben binnen ons gebouw ruimte ingericht voor Schoolmaatschappelijk werk, logopedist, schoolverpleegkundige, oefen-cesartherapie, dysleie behandeling en een orthopedagoog. Epertise op het gebied van
kinderen met etra onderwijs behoeften: Spraaktaalproblemen Dysleie Dyscalculie Motorische beperkingen We hebben op dit gebied geen epertise in het team, wel hebben we de logopedist (Logopedisch Spectrum) in het gebouw. We werken volgens het dysleie protocol. Kinderen met vermoedens van ernstige enkelvoudige dysleie, kunnen in een etern traject onderzocht worden en zo mogelijk op school behandeld. We hebben positieve ervaringen/resultaten met een behandeling op locatie. Leerlingen met de diagnose dysleie krijgen bij toetsen ondersteuning volgens de richtlijnen van cito. Bij vermoedens van dyscalculie wordt door een orthopedagoog van het samenwerkingsverband, waarbij de Regenboog hoort, onderzoek gedaan. Ook kan de zelfstandig orthopedagoog de diagnose stellen. Leerlingen met de diagnose dyscalculie krijgen bij toetsen ondersteuning volgens de richtlijnen aangegeven in hun verklaring. De Regenboog is een rolstoel vriendelijk gebouw, ook is er een toilet met douche voor de leerlingen met lichamelijke beperkingen aanwezig. Op dit moment is er ruimte voor lichamelijke verzorging. In De Regenboog houdt de Caesaroefentherapeut (Kids In-motion) praktijk om kinderen indien gewenst etra te ondersteunen bij de grove en fijne motoriek Aanwezig bij: Team Een of Enkelen Eterne desk. Zieke kinderen Voor langdurig zieke kinderen (o.a. HBO+ of master in team
ZML-kinderen Auditieve beperkingen Visuele beperkingen Gedragsproblemen kinderen met kanker) heeft de school in de afgelopen jaren eenmalig ondersteuning gehad vanuit het UMCG. Per situatie wordt bekeken of de school tegemoet kan komen aan de behoeften van aangemelde leerlingen. Wij hebben ervaring met een leerling met Down bij ons op school (gr 1-6). In het verleden hebben we een leerling gehad met gehoorproblemen. We maakten gebruik van Solar apparatuur. Eventueel kan de school etra ondersteuning krijgen via Kentalis. De Regenboog heeft geen ervaring met leerlingen met een visuele beperking. We zullen dit per situatie bekijken. Door de begeleiding en ondersteuning van cluster-4-leerlingen de afgelopen jaren, voelen leerkrachten zich steeds meer competent in het omgaan met gedragsproblemen. Als de veiligheid van het kind, de leerling of de leerkracht in gevaar komt, wordt het protocol schorsing/verwijdering gehanteerd. Zo nodig is etra ondersteuning mogelijk vanuit het samenwerkingsverband. ADHD Zie gedragsproblemen Autisme Zie gedragsproblemen Jong risicokind Anderstaligen Hoogbegaafdheid Leerkrachten voelen zich competent om JRK-leerlingen te begeleiden. We hebben binnen ons gebouw al meerdere jaren een integratiegroep kleuters en groep 3. Met een vragenlijst, ingevuld door de ouders, probeert de school zicht te krijgen op de onderwijsbehoeften van de leerling (eerste signalering). Hier hebben we geen ervaring mee. We hebben een commissie HB, zij is volop in ontwikkeling.
SVIB Anders, nl Er is een plusgroep, in combinatie met de Casper Diemer School in Bergentheim. Wekelijks 75 minuten. Vanuit de plusgroep krijgen de kinderen etra opdrachten mee naar de groep. n.v.t. Identiteit is leidend bij de plaatsing van een leerling. De levensovertuiging van ouders moet in overeenstemming zijn met die van de school. Ook staat bij ons het welzijn en welbevinden en ontwikkeling van elk kind centraal! Elke plaatsing van een leerling is afhankelijk van de situatie, de aard en de ernst van de onderwijs behoefte. De aanmelding van nieuwe leerlingen met speciale onderwijs behoeften gaat als het voorschools is altijd via een warme overdracht met de peuterspeelzaal. Bij dit gesprek is dan de leerkracht en de IB-er en de peuterleidster en de ouders aanwezig. In sommige gevallen ook iemand van het CJG. Is het een rechtstreekse aanmelding, dan komt er een gesprek met de IB-er, de ouders en de directeur. Ook hierbij kan iemand vanuit het CJG aanwezig zijn. voorzieningen voor kinderen met etra onderwijsbehoeften Beschikt de school over een speciale groep waar bepaalde kinderen (een deel van de week) apart les krijgen? Zo ja, om wat voor groep gaat het? Binnen de school zijn kleinere ruimtes aanwezig. De leerkracht of onderwijsassistente kan hier met één leerling of een klein groepje leerlingen te werken. Onze voorkeur gaat dan uit naar het maken van kleine groepjes.
Bij de kleuters hebben we een 0/1/2 groep en een 2/3 groep. Door de inzet van een leerkrachtondersteuner kunnen we 4 morgens per week een kleine groepen 0/1, 2 en 3 vormen. Voor de hoogbegaafde leerlingen hebben we een keer per week een uur en kwartier les samen met leerlingen van de Casper Diemer. Het gaat om leerlingen van groep 3-5 en leerlingen van groep 6/7/8. Gebouw Schoolomgeving Leerlingpopulatie Teamfactoren Leerkrachtfactoren Stimulerende en belemmerende factoren voor de begeleiding van kinderen met etra onderwijsbehoeften Stimulerende factoren Belemmerende factoren Een mooi gebouw met veel speelruimte rondom. In het gebouw veel etra ruimtes om plaats te bieden aan eterne deskundigen. Een prachtige kelder voor techniek onderwijs Rustige buurt. Goed bereikbaar, ook met openbaar vervoer De kinderen hebben veel ruimte thuis om te bewegen. Ouderbetrokkenheid is groot op het gebied van meehelpen. De NIO uitslagen zijn de laatste jaren zo rond het gemiddelde van een IQ van 100 Team van leerkrachten met veel jaren ervaring. 2 leerkrachten met integratiegroep ervaring, 4 leerkrachten met ervaring met een leerling met Down. Hard werkend team. Goede harmonie en sfeer. Veel teambuildingsactiviteiten gedaan. We volgen teamscholing via Klasse Pro. Dit traject gaat om continu verbeteren. Dit jaar doen we een pas op de plaats om het geleerde binnen de groepen goed weg te zetten. Ook volgen we nascholing op het gebied van analyseren van Leegstaande lokalen, door de krimp. Weinig nieuwe mensen komen in Mariënberg wonen. Geen groeigemeente. Het percentage gewogen leerlingen is hoog. Zo rond de 20%. Ouderbetrokkenheid bij het helpen van het leren kan verbeteren. Het team is al jaren voor een groot deel gelijk. Een deel van het team moet nog voor zichzelf zoeken naar mogelijkheden van individuele nascholing.
toetsen. We hebben een nieuwe taalmethode Taalactief 4 aangeschaft. We zijn bezig om deze methode goed in ons onderwijs in te voeren. Elk jaar zoeken we opnieuw naar verbeteringen op onderwijskundig gebied. We zullen in ons schoolplan voor de jaren 2015-2020 de grote lijn beschrijven van onze voornemens. Eterne deskundigen Binnen ons gebouw hebben we een aantal dagen Logopedisch centrum Nederland. Verder verhuren we ruimte aan: Cesartherapie, orthopedagoog. Ook krijgen kinderen dysleie behandeling binnen onze school. We hopen dat zorgverzekeraars dit blijven toestaan.
De ondersteuning op de Regenboog in schema: Blijvende hulp van eternen Via de CAT Niveau 2: Aanvullende ondersteuning door de basisschool: De school ontwikkelt in eigen beheer etra ondersteuningsmogelijkheden. Denk bv. etra epertise op het gebied van dysleie plusgroep voor leerlingen, CJG in school, logopedie, Samen-Doen-Team, enz. Basisondersteuning: onderwijsaanbod te hebben voor kinderen met een minder of meer dan gemiddelde intelligentie, voor kinderen met leerproblemen (bijvoorbeeld als gevolg van dysleie / dyscalculie) en voor kinderen met etra onderwijsbehoeften op het gebied van gedrag.bij het bieden van passende ondersteuning aan deze leerlingen kan de basisschool via korte lijnen een beroep doen op eterne epertise. Korte lijnen, ofwel zonder loketten. Hieronder valt de epertise van een logopediste of orthopedagoog en ook S(B)O-deskundigheid op het gebied van gedrag en sociaal-emotionele ontwikkeling, van zeer moeilijk lerende leerlingen, van leerlingen met lichamelijke beperkingen, van leerlingen met epilepsie en van leerlingen met spraak-taalproblemen. Op welke onderdelen wil de school de onderwijsondersteuning verder verbeteren en hoe?
De komende tijd willen we op De Regenboog: - De zorg planmatig uitvoeren. Analyseren, daarna ook actie ondernemen en smarti groepsplannen maken. - OPP s invoeren voor de kinderen die het nodig hebben, vanaf eind groep 5 op zijn vroegst. Mocht het eerder nodig zijn dan moet aangetoond zijn dat een kind een IQ heeft van beneden de 80. - Meer tegemoet komen aan kinderen die meer-en hoogbegaafd zijn. - Opbrengsten minimaal op het niveau van de inspectie krijgen. - Ook grenzen van onze zorg bespreken. We hebben in het vorige zorgprofiel beschreven wat criteria zijn: genoeg financiële middelen, kind moet blijven ontwikkelen, mate waarin medische zorg nodig is, meervoudige fysieke problemen, andere kinderen mogen niet in hun ontwikkeling worden belemmerd, welbevinden moet goed zijn, veiligheid van lln en lk, kind moet contact kunnen maken, ouders moeten meewerken, persoonlijkheidsstoornis. In de komende jaren moeten we duidelijk krijgen, wat de grenzen van onze zorg zijn. Tot die tijd bekijken we per aangemelde leerling wat mogelijk is op dat moment en in die situatie? - Groeien in het omgaan met meervoudige problematiek. - Deelname-verwijzingspercentage naar SBO beneden de 2% krijgen, in 2020 minder dan 1%. - Effectieve aanpak bij dyslectische kinderen - Gaan bespreken of we willen gaan werken met groepsplannen gedrag. Binnen de Oosthoek wordt hier gezamenlijk een plan voor gemaakt. - Oriëntatie op anti-pestmethode en deze m.i.v. aug 2016 invoeren.