Hoofdstuk IV - 2. Industrie en Bouw. 2.1. Omschrijving Voornamelijk kwantitatieve beschrijving van de sector aan de hand van RSZcijfers. Voor de afbakening van de sectoren en de opdeling in subsectoren gebruiken wij de activiteitennomenclatuur "NACE-BEL" zoals die werd opgemaakt door het Ministerie van Economische Zaken en ook gehanteerd wordt door de RSZ. Op deze manier kunnen wij via de RSZ-cijfers het belang van de sectoren omschrijven door de weergave van het aantal ondernemingen en het aantal werknemers. In de verwerking van de RSZ-cijfers hanteert GOM-Limburg 1 voor de Industrie een elftal subsectoren: - Winning van delfstoffen - Elektriciteit, gas, water - Voeding en tabak - Textiel, kleding, leer en schoeisel - Hout, papier, druk - Chemie - Rubber, kunststof - Niet-metaalhoudende minerale producten, incl. bouwmaterialen - Metaalverwerking - Transportmiddelen - meubels en overige industrie, incl. recuperatie De Bouw wordt als een aparte sector opgenomen in het cijfermateriaal, zonder verdere opdeling. Uitnodiging aan sectoren tot verdere verdieping. Aan de hand van deze door de RSZ beschikbaar gestelde informatie geven wij de naar tewerkstelling belangrijkste sectoren aan. Waar mogelijk wordt hieraan nog specifieke sectorinformatie toegevoegd, maar verdere sectoranalyses en plannen worden niet besproken. Eerste doelstelling van deze streekvisie was immers met de gezamenlijke partners werken aan de verbetering van de omgevingsfactoren om op deze wijze de regionale economische ontwikkeling te stimuleren. Uiteraard kunnen hier een aantal acties vanuit de sectoren zelf op aansluiten. Tot heden is dit al in belangrijke mate gebeurd voor landbouw en toerisme waar in overlegverbanden vanuit de sector specifieke actieplannen werden opgemaakt die in deze streekvisie worden opgenomen. Dit is meteen een uitnodiging naar de andere sectoren om in de verdere verfijning van de streekvisie specifieke sectorinitiatieven voor te stellen. 1 Socio-economische situatie Limburgse Streekplatformen. GOM-Limburg, Hasselt, 1999. Streekvisie Noord-Limburg Hoofdstuk IV Analyse bedrijfssectoren 2. Industrie en Bouw. 123
2.2. Situatieschets De industriële sector in Noord-Limburg telt 11.356 arbeidsplaatsen in 444 bedrijven. De Industriële sector omvat in Noord-Limburg 444 bedrijven, hetzij 15 % van het totaal aantal bedrijven in de regio. Deze bedrijven realiseren in totaal 11.356 arbeidsplaatsen hetgeen een aandeel betekent van 31 % in de totale tewerkstelling. Dit geeft een gemiddelde tewerkstelling van 25 werknemers per bedrijf. De tewerkstelling in de industrie is nog in belangrijke mate (82 %) een tewerkstelling van mannen. De industriële sector levert het grootst aantal arbeidsplaatsen in de gemeenten Lommel, Overpelt en in mindere mate in Bree en Hamont-Achel. De industriële tewerkstelling is het zwakst in de gemeenten Neerpelt en Hechtel-Eksel. GEMEENTEN INDUSTRIE Bedrijven Werknemers % werknemers Bocholt 40 854 8 Bree 63 1.579 14 Hamont-Achel 61 1.562 14 Hechtel-Eksel 23 228 2 Lommel 78 3.039 27 Meeuwen-Gruitrode 26 556 5 Neerpelt 28 158 1 Overpelt 85 2.732 24 Peer 40 648 6 Noord-Limburg 444 11.356 100 Limburg 2.196 65.316 Bron : RSZ 1997, GOM-Limburg 124 Streekvisie Noord-Limburg Hoofdstuk IV Analyse bedrijfssectoren 2. Industrie en Bouw
Noord-Limburg INDUSTRIE Bedrijven Werknemers % werknemers Delfstoffen 4 48 0 Elektriciteit, gas, water 1 21 0 Voeding, tabak 93 1.486 13 Textiel, kleding, leer, schoeisel 33 885 8 Hout, papier, druk 48 614 5 Chemie 5 126 1 Rubber, kunststof 21 927 8 Niet-metaalhoudende minerale prod.(bouwmat.) 28 1.050 9 Metaalverwerking 155 4.014 35 Transportmiddelen 16 1.487 13 Meubelen en overige industrie, incl. recuperatie 40 698 6 TOTAAL 444 11.356 100 Bron : RSZ 1997, GOM-Limburg Metaalverwerking is sterk aanwezig in Noord-Limburg. Binnen het geheel van metaal- en kunststofverwerkende nijverheid groeit samenwerking tussen bedrijven op vlak van toelevering. Toelevering als speerpuntsector in Limburg. Uit dit overzicht van de industriële bedrijvigheid in Noord-Limburg blijkt de sterke aanwezigheid van de subsector metaalverwerking. De metaalverwerking is een brede sector waartoe bovendien ook nog de transportmiddelensector kan gerekend worden. Metaalverwerking in Noord-Limburg is sterk aanwezig in Overpelt, Lommel, Hamont-Achel, Meeuwen-Gruitrode en gecombineerd met de transportmiddelensector in Bree. Anderzijds sluit vanuit de aard van het productieproces en deels vanuit de historische evolutie ook de kunststofverwerkende nijverheid bij deze sector aan. De kunststofverwerking staat in Noord- Limburg nog eens voor 927 arbeidsplaatsen die zich hoofdzakelijk situeren in Lommel en Overpelt. Binnen het geheel van deze metaal- en kunststofverwerkende nijverheid is er een duidelijke tendens van intensifiëring van samenwerkingen tussen bedrijven op vlak van toelevering. Gezien de aanwezige traditie van veel toeleveringsbedrijven kan Limburg een profiel opbouwen van een regio van toelevering van goederen en diensten van hoogwaardige kwaliteit en steunend op technologische kennis. Dit betekent tevens een verfijning van het industrieel weefsel en een vervlechting met bedrijven in omliggende regio's. In die zin wordt de toeleveringssector in Limburg naar voor geschoven als een belangrijke speerpuntsector. Streekvisie Noord-Limburg Hoofdstuk IV Analyse bedrijfssectoren 2. Industrie en Bouw 125
De voedingsnijverheid volgt op de tweede plaats met 1.486 jobs. Bouwsector telt in Noord-Limburg 2.881 arbeidsplaatsen. Op de tweede plaats in de Noord-Limburgse industrie volgt de voedingsnijverheid met een tewerkstellingsaandeel van 13 % binnen de industrie, of 1.486 jobs. Bree, Lommel en Bocholt zijn de gemeenten met de hoogste tewerkstelling op dit vlak. Grotendeels concentreert de activiteit zich in de streek Noord-Limburg op de groenteverwerking, aardappelverwerking, brouwerij en beperkte vleesverwerking. Zoals reeds in het onderdeel landbouw werd aangegeven is er, met enige uitzondering inzake de groenteverwerking, weinig relatie met de landbouwproductie in de streek. De Noord-Limburgse bouwsector scoort voor wat betreft het aantal bedrijven even hoog als de industriële sector, zij het dat de bouw instaat voor een beperkter aandeel in de tewerkstelling. De bouwsector in Noord-Limburg telde in 1997 2.881 arbeidsplaatsen, hetgeen 8% betekent van de totale RSZtewerkstelling. Dit brengt de gemiddelde tewerkstelling in het bouwbedrijf op 6,2. In Limburg bedraagt deze gemiddelde tewerkstelling per bouwbedrijf 7,2. Tewerkstelling in de bouw is nagenoeg uitsluitend een aangelegenheid van mannen. Slechts 5% van de jobs worden door vrouwen ingenomen. Gemeenten in Noord-Limburg die een belangrijk aandeel realiseren in de tewerkstelling in de bouw zijn Meeuwen-Gruitrode met 20 % van de arbeidsplaatsen in de Noord-Limburgse bouw, Bree (19%) en Overpelt (15%). GEMEENTEN BOUW Bedrijven Werknemers % werknemers Bocholt 36 163 6 Bree 52 554 19 Hamont-Achel 59 287 10 Hechtel-Eksel 40 178 6 Lommel 58 281 10 Meeuwen-Gruitrode 51 564 20 Neerpelt 44 127 4 Overpelt 53 434 15 Peer 58 293 10 Noord-Limburg 451 2.881 100 Limburg 2.470 17.429 Bron : RSZ, 1997, GOM-Limburg 126 Streekvisie Noord-Limburg Hoofdstuk IV Analyse bedrijfssectoren 2. Industrie en Bouw
Limburgse bouwsector is gezond. Ter afronding verwijzen wij naar een onderzoek van NCMV-Limburg en Nacebo (Beroepsvereniging voor zelfstandige bouwondernemingen) naar de gezondheidstoestand van de Limburgse bouwbedrijven. 2 Hieruit blijkt dat 59% van de Limburgse bedrijven in de bouwsector gezond zijn. Deze worden gekenmerkt door weinig of geen betalingsproblemen en een positief resultaat. Enkel in West-Vlaanderen hebben de "gezonde" bouwbedrijven een hoger aandeel, nl. 62%. Naar deelsectoren toe blijkt het aandeel van de gezonde bedrijven hoger te liggen bij de installatiebedrijven (67%), de algemene bouwnijverheid (63%) en de stukadoors (62%). Beduidend lager dan het Limburgse gemiddelde scoren water- en wegenbouw (52%), timmerwerken (54%), vloerders (53%) en schildersbedrijven (52%). Het aantal starters in de bouwsector is stabiel en volgens Nacebo-Limburg geeft de bouwbarometer een stijgende lijn aan. Elementen die een bijdrage leveren aan deze evolutie zijn de goede omvang van het werkvolume, de tevredenheid over de sector en het eigen bedrijf en de goede samenwerking met architecten, bouwheren en onderaannemers. De verwachte daling van het aantal bouwvergunningen wordt gecompenseerd door een groter aantal verbouwingen. Dreigend personeelstekort in Limburgse bouw- en metaalsector. Acuut probleem in de Limburgse bouw- en metaalsector is het dreigend personeelstekort voor de bedrijven. Dit blijkt uit een onderzoek op basis van gegevens van de VDAB en van het arbeidsmarktobservatorium van het Subregionaal Tewerkstellingscomité (STC). Zowel de Limburgse Bouwkamer als het Fonds Tewerkstelling en opleiding Metaalnijverheid Limburg (FTML) dringen aan op maatregelen om meer mensen in een technische richting op te leiden. Allereerst stellen FTML en de Bouwkamer vast dat het aantal vacatures in beide sectoren stijgt, terwijl het aantal werkzoekenden sinds 1996 flink is gedaald. Voor heel wat beroepen in bouw- en metaalsector is er nu al een ernstig tekort op de arbeidsmarkt. De oorzaak van deze problemen ligt volgens beide instanties bij de verminderde interesse voor technisch onderwijs en voor herscholingen voor werkzoekenden naar een technisch beroep. 2 Limburgse bouw- en afwerkingsbedrijven even gezond als collega's in de rest van Vlaanderen. Persbericht van NCMV- Limburg en Nacebo, januari 1999. Streekvisie Noord-Limburg Hoofdstuk IV Analyse bedrijfssectoren 2. Industrie en Bouw 127