Ruimtelijke visie Locatie Hogewaldstraat Verbindingsweg Beuningen

Transcriptie

1 Ruimtelijke visie Locatie Hogewaldstraat Verbindingsweg Beuningen

2 Colofon Ruimtelijke visie locatie Hogewaldstraat Verbindingsweg Beuningen. Opdrachtgever: Familie Derks-Faassen Ficarystraat KP Beuningen Projectnummer: Datum: mei 2014 Bruisten AEC Architecture Engineering Consultancy Wilhelminalaan DG BEUNINGEN Buro Waalbrug Schoenaker SZ 2

3 Inhoud 1. Aanleiding 5 2. Gebiedsbeschrijving 7 3. Richtlijnen en conceptvorming Inrichtingsvoorstel Beeldkwaliteit 14 3

4 Luchtfoto plangebied locatie Verbindingsweg Hogewaldstraat. 4

5 1. Aanleiding In het kader van de gemeentelijke uitwerking Notitie functieveranderingen Buitengebied van 26 januari 2010 heeft het college op 3 december 2013 besloten medewerking te verlenen aan: Het slopen van alle bedrijfsopstallen aanwezig op de locatie Ficarystraat 2. Het bouwen van 2 nieuwe woningen en 120m² bijgebouw per woning op de locatie Verbindingsweg Hogewaldstraat. De locatie is gekozen na een zorgvuldige belangenafweging voor ruimtelijke kwaliteit door de gemeente Beuningen. De locatie is een evident planologische betere keuze voor de bouw van 2 woningen dan de locatie aan de Ficarystraat 2. Ter plaatse van het perceel aan de Verbindingsweg Hogewaldstraat, de gronden kadastraal bekend als gemeente Beuningen, Sectie F, perceel 449, geldt het bestemmingsplan Buitengebied Beuningen. Voor de procedure voor de bestemmingsplanwijziging dient een notitie met een ruimtelijke visie voor de nieuw te bouwen woningen te worden opgesteld. Bruisten AEC heeft in samenwerking met Buro Waalbrug deze notitie opgesteld. Voorliggende document is hiervan het resultaat. Op basis van de stedenbouwkundige en landschappelijke karakteristiek in de directe omgeving is de beeldkwaliteit gedefinieerd. Voor de locatie zijn de ruimtelijke mogelijkheden onderzocht en is middels referentiebeelden de beoogde sfeer van de nieuw te bouwen woningen weergegeven. Het plangebied is aangegeven op de luchtfoto op de naastgelegen pagina. 5

6 Overzichtskaart 6

7 2. Gebiedsbeschrijving 2.1 Huidige situatie omgeving Het plangebied bevindt zich aan de oostelijke rand van de kern Beuningen op de hoek van de Verbindingsweg- Hogewaldstraat en is gelegen op de zuidelijke oeverwal van de rivier De Waal. Dit zijn de hoger gelegen zandige afzettingen van de rivier en vormden hierdoor een ideale vestigingsplaats. Het landschap kenmerkt zich hier door kleinschaligheid door de aanwezigheid van singels en boomgaarden en variatie in bebouwing. Zoals op het kaartbeeld van 1811 is te zien heeft de Hogewaldstraat (toen Hoge Waldsche straat) in het verleden een andere tracering gekend. Hierbij was het perceel dat nu aan de zuidwestzijde van de verbindingsweg ligt (verbindingsweg 2) eveneens ontsloten via de Hogewaldstraat. Aan de parcellering van de agrarische gronden is dit tracé nog goed af te lezen. De Verbindingsweg vormt de verbinding tussen de Reekstraat en de Hogewaldstraat. Beide wegen (Hogewaldstraat en Reekstraat) hebben een grillig verloop en lopen vrijwel evenwijdig aan elkaar. De bebouwing in deze linten bestaat met name uit woonbebouwing en (voormalige) agrarische bebouwing welke zich dicht op de straat bevindt, waardoor er sprake is van lintbebouwing. De zone tussen deze linten kan worden beschouwd als waardevolle landschappelijke zone. Het huidige beeld in het lint van de Hogewaldstraat wordt sterk bepaald door de dorpse bebouwing van de wijk De Haaghe, gelegen ten noorden van de Hogewaldstraat. De bebouwing aan de Verbindingsweg kent een landelijker karakter en is veelal gelegen op enige afstand van de weg op diepere percelen. Kaartbeeld

8 Kaartbeeld 1868 oeverwal kenmerkt zich door beplante wegen en beslotenheid door aanwezigheid van boomgaarden en laanbeplanting Kaartbeeld verdichting door aanvullende bebouwing en opgaand groen Kaartbeeld 1966 in de loop der jaren is de oeverwal in dit gebied opener geworden en heeft deze meer gelijkenis gekregen met de komgronden. Ter hoogte van de locatie aan de Verbindingsweg heeft eerder al een bebouwing gestaan (agrarische schuur t Strotje). Kaartbeeld 1995 de vele boomgaarden zijn veelal verdwenen en de karakteristieke beslotenheid van de oeverwal maakt plaats voor openheid 8

9 2.2 Huidige situatie locatie Het plangebied wordt naast de Verbindingsweg en de Hogewaldstraat begrensd door een Awatergang aan de zuidkant en een langgerekt perceel van de Hogewaldstraat 31 aan de noordoostzijde. Ter hoogte van de verbindingsweg bevindt zich een regelwerk in de Awatergang. De bebouwde percelen (Verbindingsweg 1 en Hogewaldstraat 31) kennen elk een robuuste groene erfscheiding bestaande uit struweel en boomvormers waarmee zij bijdragen aan de vanuit de historie aanwezige kleinschaligheid en karakteristiek van de oeverwal. Luchtfoto plangebied 9

10 3. Richtlijnen en conceptvorming 3.1 Richtlijnen en randvoorwaarden Voor de herinrichting van het perceel is een aantal voorschriften en richtlijnen geformuleerd waaraan voldaan moet worden: het plan dient een toegevoegde waarde te hebben voor het buitengebied (sanering opstallen en landschappelijke inpassing nieuw te bouwen woningen); er dient een beschrijving te komen voor de beeldkwaliteit die een afstemming vraagt met de bebouwde omgeving In het landschapsontwikkelingsplan landschap in beweging (december 2006) voor de gemeente Beuningen, Druten en Wijchen wordt voor het deelgebied waaloeverwal een uitvoerige lijst richtlijnen voor beeldkwaliteit gegeven. Hieronder de relevante selectie van deze richtlijnen: Streven naar een erf met een landelijk karakter. Kleinschaligheid behouden en versterken. Kleinschalige bebouwing toestaan Creëren van samenhang tussen bebouwing en beplanting op het erf. Gebruik maken van streekeigen, inheemse beplantingen op het erf en terrein. Groene zones versterken en handhaven. 3.2 Conceptvorming Voor het inpassen van de 2 nieuw te bouwen woningen op de betreffende locatie wordt er één perceel aan de bestaande lintbebouwing langs de Hogewaldstraat en één perceel aan de Verbindingsweg gesitueerd. Beide percelen vragen door deze verschillende ligging om een andere benadering. Het perceel aan de Hogewaldstraat schikt zicht in de compactere opzet van de lintbebouwing en zal zich hier duidelijk naar de weg presenteren. De bebouwing op het perceel aan de Verbindingsweg zal zich daarentegen bescheidener opstellen en een terugliggende positie ten opzichte van de weg krijgen om lintvorming hier juist te voorkomen. Door de bebouwing in een erfachtige opzet te plaatsen verkrijgt het zijn landelijke karakter en om aan te sluiten bij de ruimtelijke structuur van het gebied zal uitsluitend direct rond de woningen een siertuin worden gesitueerd. De daarachterliggende ruimte zal een open en landschappelijke inrichting krijgen met daarin plek voor bijvoorbeeld een dierenweide. 10

11 Ruimtelijk concept 11

12 4. Inrichtingsvoorstel 3.1 woning Hogewaldstraat. Deze woning voegt zich in de lintbebouwing aan de Hogewaldstraat waarbij het hoofdgebouw zich duidelijk presenteert naar de weg. Bij voorkeur heeft de voorruimte van het perceel dan ook een open inrichting. Karakteristiek voor een dergelijk lint is de verspringende rooilijn. Meer specifiek voor deze locatie betekend dit dat (mede door de situering van Hogewaldstraat nr 14, locatie overzijde) er gekozen is de woning ten opzichte van de naastgelegen woningen naar achteren en op de westelijke helft van het perceel te plaatsen. De woning is zo gepositioneerd op de kavel dat er een doorzicht blijft naar de zuidelijk gelegen open ruimte en deze waarneembaar blijft vanaf de Hogewaldstraat. Op deze manier blijft het landelijke karakter van de Hogewaldstraat behouden. Het bijgebouw is uitgevoerd met kap en qua vorm en positionering ondergeschikt aan het hoofdgebouw en gelegen achter de denkbeeldig doorgetrokken lijn van de voorgevel van het hoofdgebouw. De afstand tussen beide gebouwen dient een onderlinge samenhang tussen de gebouwen te waarborgen en dus niet meer dan 5 meter te bedragen. Gezien de nabijgelegen T-splitsingen en tegenoverliggende bebouwing, ligt het voor de hand om de inrit aan de westzijde van het perceel te situeren. Het perceel wordt omzoomd door een haag (bijvoorbeeld een Beuk of Meidoorn) die aan de voorzijde maximaal 1.00 m hoog is. Het heeft de voorkeur om ook aan de achterzijde geen hoge erfafscheiding te maken maar het zicht met het achterliggende weiland te behouden. Een bakenboom ter hoogte van de woning markeert het hoofdgebouw. Hierbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld een Eik, Linde of Walnoot. 3.2 woning Verbindingsweg. De woning aan de Verbindingsweg kent een ruimere opzet en vormt hiermee de overgang naar het landschap aan de zuidzijde van de locatie. De erfachtige opzet van de bebouwing ligt op enige afstand van de weg (los ensemble) waardoor deze als beëindiging van de lintbebouwing langs de verbindingsweg kan worden gezien. Op het voorterrein is ruimte voor een hoogstamfruitboomgaard en eventueel een zogenaamde bleekweide, moestuin of hobbymatige dierenweide (gansen, kippen, geiten). De inrit die aansluit op de verbindingsweg is excentrisch gelegen om niet te refereren naar een landgoedachtige opzet. De inrit biedt tevens zicht op (een deel van) het hoofdgebouw, de bijgebouwen en het achtererf. De woning en bijgebouwen dienen in een erfachtige opzet te worden gesitueerd waardoor onderlinge samenhang is gewaarborgd. De hooimijt op het achtererf kan als een meer opzichzelfstaand element worden gesitueerd en als blikvanger vanaf de Verbindingsweg en de Hogewaldstraat fungeren. Een bakenboom markeert het erf en het hoofdgebouw en de haag (max. 1.00m hoog, bijvoorbeeld Beuk of Meidoorn) om het erf markeert de erfafscheiding en de overgang van siertuin naar een meer landschappelijke inrichting. Aan de zuidzijde van het erf zal een natuurvriendelijke oever (plasberm) met natuurlijke vegetatie de afscheiding vorm gaan geven. Deze natuurlijke afscheiding vormt een fraaie overgang naar het daarnaast gelegen eslandschap. Voor de herprofilering van het talud van de A-watergang dient wel rekening te worden gehouden met de eisen die het waterschap hier aan stelt m.b.t. de doorstroming. 12

13 13

14 5. Beeldkwaliteit. In deze paragraaf wordt de beoogde beeldkwaliteit beschreven. Gebruikte afbeeldingen zijn geen exacte weergave van de bouwplannen maar dienen ter inspiratie. Kenmerkend voor de Waaloeverwal zijn de bebouwingslinten. De linten bestaan uit kavels met een hoofdgebouw en een of meerder ondergeschikte bijgebouwen. Het hoofdgebouw staat op een variabele afstand van de weg. De achtergelegen bijgebouwen staan aan een erf en liggen veelal versprongen van het hoofdgebouw. De kavels hebben een groene uitstraling door boomgaarden, erfbeplanting en erfafscheidingen. Het principe van de lintbebouwing en het boeren erf vormen het uitgangspunt voor de verdere beeldkwaliteit en inrichting. 5.1 woning Hogewaldstraat. Situering. De bebouwing van onderhavige woning volgt de lintbebouwing van de Hogewaldstraat. De voorgevel loopt evenwijdig aan de straat en toont zich als een kloeke kap (zadeldak) met een lage goot. Het bijgebouw ligt verder terug op de kavel achter het hoofdgebouw. Vormgeving. De vormgeving van de woning sluit aan bij de bovengenoemde principes en is eigentijds. De bebouwing bestaat uit één bouwlaag met een zadeldak. Met de vorm en bouw van de woning wordt een zelfde uitstraling beoogd als de naastgelegen woning op de hoek van de Verbindingsweg Hogewaldstraat maar moet wel als zelfstandige architectonische eenheid herkenbaar zijn. De entree van de woning zit aan de westelijke gevel. De zuidgevel richt zich op het achterliggende open gebied. Zowel de woning als het bijgebouw worden voorzien van een met pannen gedekte kap (niet glimmend) De architectonische uitwerking geeft de bebouwing een landelijk karakter dat door de toe te passen materialen en eigentijdse inbreng wordt versterkt. 14

15 15

16 4.2 woning Verbindingsweg. Vormgeving. Een kloeke woning met rechthoekige vorm en qua schaal refererend naar woningen in de omgeving is hier ruimtelijke mogelijk. Dit stuit echter op de beleidsmatige grens van 1000m³ per woning (inclusief aanbouwen). Derhalve heeft de woning een vierkante grondvorm gekregen waarbij de vormentaal refereert aan een hooimijt. De vormgeving van de woning sluit aan bij de bovengenoemde principes en is eigentijds maar refereert qua vorm en uitstraling aan een hooimijt en bestaat uit één bouwlaag met een verhoogd tentdak. De woning wordt opgebouwd uit baksteen met de entree aan het erf op de noordelijke gevel. De oostelijke en zuidelijke gevel van de woning zijn meer open en gericht op het achterliggende open gebied. De straatgevel (westgevel) gaat voor een deel verscholen achter de fruitboomgaard (hoogstam). De schuur is opgebouwd uit een houten (donkere) opbouw met een zadeldak met wolfseinden. Een kapvorm die refereert aan haar omgeving. Door de toe te passen houten bekleding (potdeksel) en bescheidenere grootte, goot- en nokhoogte toont de schuur zich ondergeschikt aan het hoofgebouw. De architectonische uitwerking geeft het gebouw een organisch karakter door de toe te passen materialen en eigentijdse inbreng. Zowel de woning als de schuur worden voorzien van een met pannen gedekte kap (niet glimmend). Erfbeplanting. Ten aanzien van de erfbeplanting wordt verwezen naar de uitgangspunten van het landschapsontwikkelingsplan. Alle beplanting is streekeigen (inheems). Afscheidingen op het erf zullen bestaan uit hagen. Voor een goede landschappelijke inpassing komt langs de aanwezige sloot een plasberm met natuurlijke vegetatie. Langs de oever zal zich door de gecreëerde omstandigheden en het juiste beheer vanzelf natuurlijke vegetatie gaan ontwikkelen. 16

17 Fruitboomgaard hoogstam Bakenboom Natuurvriendelijke oever Hooimijt Groene erfafscheiding Bijgebouwen Samenhang bebouwing 17

18 Tuinachtige inrichting Landschappelijke open inrichting Groene erfafscheiding Hooimijt Groen voorterrein Tuinachtige inrichting 30m Zone extensief beheer Plasberm met natuurlijke oevervegetatie Terreinschets Hogewaldstraat - Verbindingsweg Gemeente Beuningen N Schaal: 1:1000 (A3-formaat) Datum: