Beleidskader CBRN-verdediging

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Beleidskader CBRN-verdediging"

Transcriptie

1 Ministerie van Defensie Defensiestaf Directie Operationeel Beleid, Behoeftestellingen en Plannen Ressort Operationeel Beleid Bezoekadres: Plein 4 Postadres: MPC 58B Postbus ES Den Haag Nederland Steller: Lkol P. Nieuwenhuis Telefoon Intern (501) P.Nieuwenhuis.02@mindef.nl Beleidskader CBRN-verdediging Opdrachtgever CDS Status Definitief Versienummer 1.0; goedgekeurd Departementaal Beraad Datum 29 maart 2010

2 Voorwoord Ondanks de schijnbare afwezigheid van een chemische, biologische, radiologische en nucleaire (CBRN) dreiging tijdens operaties, vormen CBRN-agentia nog steeds een bedreiging voor zowel expeditionair als nationaal militair optreden. Hoewel de kans op grootschalige inzet duidelijk minder omvangrijk is dan een aantal jaren geleden, is de kans op het vrijkomen van kleine hoeveelheden CBRN-stoffen door subversieve acties of ongelukken juist toegenomen. Daarbij is de complexiteit van de huidige CBRN-dreiging multi-dimensionaal vanwege de diversiteit van mogelijke actoren, de omstandigheden van inzet en de inzetmiddelen. De Nederlandse krijgsmacht houdt daarom rekening met het uitvoeren van operaties onder (lichte) CBRN-omstandigheden. Daarnaast is het in staat op te schalen indien de situatie dat vereist. Een deel van de CBRN-defensiecapaciteiten is in staat om op afroep de civiele autoriteiten binnen de afgesproken termijnen te ondersteunen of af te lossen in het kader van de intensivering civiel-militaire samenwerking (ICMS). Mede hierdoor maakt Defensie zijn rol als structurele veiligheidspartner op nationaal grondgebied waar. De krijgsmacht past zich aan aan de veranderende omgeving, de eisen van de Nederlandse bevolking en de wensen van de militaire coalitiepartners. Daarbij heeft CBRN op dit moment door de nieuwe dreiging zowel nationaal als internationaal extra aandacht. Vooral nationaal zijn er op het gebied van CBRN veelbelovende interdepartementale ontwikkelingen. De intensieve samenwerking tussen departementen en instituten leidt tot een snellere en meer adequate hulpverlening en een zichtbare kwaliteitsimpuls. De spin-off naar expeditionair optreden is daarbij evident. Deze ontwikkeling wordt de komende jaren binnen de huidige randvoorwaarden minimaal voortgezet en daar waar mogelijk uitgebreid. Het voorliggende Beleidskader CBRN-verdediging geeft in het licht van de (inter)nationale setting weer op welk niveau de verschillende CBRN-taken en verantwoordelijkheden binnen de krijgsmacht belegd zijn, stelt vast wat een adequate CBRN-verdediging behelst, bepaalt welke de te volgen CBRN-aandachtsgebieden zijn, geeft het ambitieniveau weer en stelt de daarmee samenhangende prioriteiten vast voor de komende 10 jaren. Keuzes op het gebied van CBRN-aangelegenheden en specifiek onderliggend CBRN-beleid en uitvoeringsbepalingen dienen op basis van dit Beleidskader CBRN-verdediging te worden gemaakt. DE COMMANDANT DER STRIJDKRACHTEN P.J.M. van Uhm Generaal Blad 2 van 33 bladen

3 Inhoudsopgave Voorwoord 2 Inhoudsopgave 3 1. Inleiding 4 a. Doel en blikveld 4 b. Begrippen 4 2. CBRN-beleid 6 a. Internationale en nationale beleidsmatige inbedding 6 b. Grondbeginselen van de CBRN-verdediging 8 c. CBRN-pijlerbenadering 9 3. CBRN-capaciteiten, verantwoordelijkheden, organisatie en structuren en personeel 11 a. Algemeen 11 b. Verantwoordelijkheden 11 c. Organisatie en structuren 12 d. Personeel Dreigingsanalyse, ontwikkelingen, opereren onder CBRN-omstandigheden, ambities en prioriteiten 18 a. Dreigingsanalyse 18 b. Ontwikkelingen 20 c. Opereren onder CBRN-omstandigheden 22 d. Ambities, prioriteiten en roadmap CBRN-prioriteiten CBRN-varia 30 a. CBRN-overleg 30 b. CBRN-investeringen 31 c. Wetenschappelijk onderzoek 32 d. Financiële consequenties 33 Bijlagen: 1. Nationale en internationale CBRN-fora en internationale overeenkomsten. 2. Lijst van geraadpleegde bronnen. Blad 3 van 33 bladen

4 1. Inleiding Bij inzet in de drie hoofdtaken van Defensie 1, kunnen individuele militairen en eenheden geconfronteerd worden met CBRN-agentia. Grootschalige inzet met massavernietigingswapens (MVW) is voorlopig onwaarschijnlijk. Het beeld van grote militaire eenheden, volledig CBRN-beschermd langdurend optredend in besmette gebieden, is vooralsnog dan ook niet meer reëel. De kans op inzet op kleinere schaal van CBRNmiddelen is wel realistisch. Vooral niet-statelijke extremistische actoren, al dan niet gesteund door staten, blijken door de huidige industriële ontwikkelingen in staat om CBRNcapaciteiten te ontwikkelen en mogelijk in te zetten. Ook is bij zowel internationaal als nationaal optreden een CBRN-besmetting of een gevarengebied mogelijk door ongelukken met of aanslagen op CBRN-opslagplaatsen, kerncentrales, industriële installaties, ziekenhuizen en laboratoria waarbij zgn. Toxic Industrial Materials (TIMs) vrijkomen. Militairen moeten daarom niet alleen voorbereid blijven op het werken onder CBRNomstandigheden tijdens expeditionaire inzet, zij moeten tevens in staat zijn om binnen Nederland de civiele autoriteiten en hulpdiensten te ondersteunen met advies en assistentie en bij de beheersing van de gevolgen tijdens CBRN-incidenten in het kader van de ICMS. Defensie is immers een structurele veiligheidspartner geworden voor de civiele autoriteiten. Op dit moment bestaat er nog geen richtinggevend document met betrekking tot CBRN-verdediging bij het Ministerie van Defensie. a. Doel en blikveld Door het ontbreken van specifieke overkoepelende inhoudelijke richtlijnen op het gebied van CBRN bestaat de kans dat er beslissingen worden voorbereid of genomen die niet op vigerend beleid kunnen worden gebaseerd (zoals besluitvorming over en prioritering van wetenschappelijk onderzoek, keuze van deelname aan (inter)nationale overlegfora, materieelkeuzen, de wijze van opereren onder CBRN-omstandigheden). Daarnaast dient binnen Defensie duidelijk te worden op welke niveaus de taken en verantwoordelijkheden zijn belegd en op welke onderwerpen de CBRN-gemeenschap zich de komende tijd dient te richten. Dit beleidskader CBRN-verdediging beschrijft daarom op welk niveau de verschillende taken en verantwoordelijkheden belegd zijn, geeft de Nederlandse ambities en prioriteiten weer op het gebied van CBRN en kan als leidraad worden gebruikt voor het beantwoorden van vragen met betrekking tot CBRNaangelegenheden. Het geeft aan wat het ambitieniveau is, stelt in het licht van de veranderende omgeving vast wat een adequate CBRN-verdediging behelst en bepaalt welke de te volgen CBRN-aandachtsgebieden zijn en geeft daarmee aan wat de prioriteiten zijn voor de komende 10 jaren. Na 5 jaren, of naar aanleiding van (inter)nationale ontwikkelingen, vindt een evaluatie plaats en zal het beleidskader eventueel een actualisatie ondergaan. Het beleidskader CBRN-verdediging dient, naast de nationale en internationale doctrines, te passen binnen de Nederlandse Defensie Doctrine en complementair te zijn aan de Joint Beleidskaders Veiligheid & Bescherming en Verdediging & Bescherming tegen MVW s. b. Begrippen 2 Agens (mv. agentia). Een werkende oorzaak, kracht of (in dit geval) stof. Biologisch (B) agens. Een micro-organisme of een hiervan afgeleide giftige stof (toxine), dat ziekte in mens, dier of plant veroorzaakt of beschadiging van materieel. Biologisch wapen. Een (samengesteld) middel dat een biologisch agens overbrengt of 1 De drie hoofdtaken van Defensie zijn: 1. Bescherming van de integriteit van het eigen en het bondgenootschappelijke grondgebied, inclusief de Nederlandse Antillen en Aruba; 2. Bevordering van de internationale rechtsorde en stabiliteit; 3. Ondersteunen van civiele autoriteiten bij rechtshandhaving, rampenbestrijding en humanitaire hulp, zowel nationaal en internationaal. Uit: Defensienota Vertaald uit: NAVO Allied Administrative Publication (AAP) 21(B). Blad 4 van 33 bladen

5 verspreidt op een gekozen doel. Biologische oorlogvoering. Het gebruik van biologische wapens om slachtoffers onder mensen en dieren te veroorzaken of om planten te verdelgen of materieel te beschadigen. CBRN-verdediging. CBRN-verdediging omvat het geheel van plannen, capaciteiten en activiteiten bedoeld om de schadelijke effecten op materieel en personeel tijdens operaties, als resultaat van het gebruik of de dreiging van gebruik van CBRN-agentia, te voorkomen, beperken of te neutraliseren. Daarnaast behelst CBRN-verdediging het beperken of neutraliseren van secundair CBRN-gevaar, dat optreedt als gevolg van eigen of vijandelijke offensieve operaties of het (risico op het) abusievelijk vrijkomen van CBRN-agentia en TIM s in het milieu. Chemische (C) agens. Een chemische verbinding die is bedoeld om personen te doden, ernstig te verwonden of buiten gevecht te stellen door zijn fysiologische effecten. Uitgezonderd zijn chemische stoffen die bedoeld zijn om oproer te beteugelen, begroeiing te verdelgen, rookschermen te vormen of brand te stichten. Chemisch wapen. Een (samengesteld) middel dat een chemisch agens overbrengt of verspreidt op een gekozen doel. Chemische oorlogvoering. Het gebruik van chemische wapens om mens of dier te doden, verwonden of voor een bepaalde periode uit te schakelen of het gebruik van gebieden, faciliteiten of materieel te hinderen of ontzeggen. Nucleair (N) wapen. Een middel waarbij de explosie een nucleaire reactie opwekt (als gevolg van de energie die vrijkomt bij de splitsing dan wel fusie van atoomkernen) en het vrijkomen van een van te voren bepaalde hoeveelheid energie veroorzaakt. Nucleaire oorlogvoering. Het gebruik van nucleaire wapens om mens of dier te doden, verwonden of voor een bepaalde periode uit te schakelen of het gebruik van gebieden, faciliteiten of materieel te hinderen of ontzeggen. Radiologisch (R) wapen. Elk middel, anders dan een nucleair wapen, dat speciaal is ontworpen om radioactief materiaal en/of straling te verspreiden met als doel te vernietigen, beschadigen of te verwonden. Radiologische oorlogvoering. Het gebruik van radiologische wapens om slachtoffers te veroorzaken of het gebruik van materieel, uitrusting, infrastructuur of terrein te beperken. Het omvat tevens het bewust gebruik van radioactieve neerslag (fallout) die vrijkomt na inzet van nucleaire wapens. Straling. Blootstelling aan ioniserende straling valt binnen dit beleidskader CBRNverdediging voor zover dit de inzet van radiologische strijdmiddelen, het plaatsen van stralingsbronnen met als doel personen aan straling bloot te stellen en het gebruik van nucleaire strijdmiddelen betreft. Toxic Industrial Material. Een generieke term voor toxische chemische, biologische of radioactieve stoffen in vaste, vloeibare, aerosol of gasvorm. Het zijn stoffen die worden gebruikt of zijn opgeslagen voor industriële, commerciële, medische, militaire of huishoudelijke doeleinden. Een TIM kan chemisch, biologisch of radioactief van aard zijn en wordt dan vervolgens Toxic Industrial Chemicals (TIC), Toxic Industrial Biologicals (TIB) of Toxic Industrial Radiologicals (TIR) genoemd. Blad 5 van 33 bladen

6 2. CBRN-beleid a. Internationale en nationale beleidsmatige inbedding Nationale en internationale samenwerking op het gebied van CBRN-verdediging geeft mede richting aan de inrichting van CBRN-verdediging van de Nederlandse krijgsmacht. (i) Internationaal Internationale samenwerking in verschillende fora leidt tot de ontwikkeling van gemeenschappelijke standaarden, versterking van de interoperabiliteit en het delen van onderzoeksuitkomsten over CBRN-concepten, doctrines, procedures en materiaal en is voornamelijk gericht op expeditionaire inzet. NAVO. Algemeen kan worden gesteld dat de NAVO zich op het gebied van CBRN lange tijd voornamelijk op de 1 e en 2 e hoofdtaak van de krijgsmacht heeft gericht. Tegenwoordig ligt er ook een focus op de 3 e hoofdtaak. De Nederlandse CBRNverdediging sluit in alle hoofdtaken nauw aan bij de NAVO-benadering. Binnen de NAVO is het vermogen om te kunnen overleven een principiële overweging bij strategische planning en besluitvorming, vastgelegd in de Essential Operational Capability (EOC) Survivability and Force Protection (FP). Deze EOC heeft als doel om de effecten van iedere vijandelijke actie, inclusief de effecten van CBRNwapens, te minimaliseren, waarbij de vrijheid van handelen en de doeltreffendheid van de strijdkrachten blijft gegarandeerd. FP is essentieel voor operaties om zeker te stellen dat alle militaire eenheden, onder alle operationele omstandigheden, in staat zijn zich te verdedigen en te beschermen tegen de mogelijke dreigingen. FP is bij de NAVO als volgt gedefinieerd: Measures and means to minimize the vulnerability of personnel, facilities, materiel, operations and activities from threats and hazards in order to preserve freedom of action and operational effectiveness thereby contributing to mission success. 3 Force Protection Capabilities Security Force Protection Engineering Air and Missile Defence Health Protection Consequence Management CBRN Defence Plans and Programs Personnel Security Physical Security Operations Security Information Security Security Forces Physical Protection Fire Protection Explosive Ordnance Disposal Improvised Explosive Device Protection Explosive Threats and Hazards Missile Defence Theatre Missile Defence Ground-based Air Defence Public Health Evacuation Treatment Recovery Safety Contingency Planning Emergency Response Recovery Planning Exercises Civil-Military Response Public Information Meteorological Protection Detection, Identification and Monitoring Warning and Reporting Hazard Management Physical Protection Medical Countermeasures and Support Exercises / Training Figuur 1: Force Protection Capabilities, uit ACO Directive Force Protection (2009) 3 Uit: AJP 3.14 (2007), AJP (2008) en ACO Directive Force Protection (2009). Blad 6 van 33 bladen

7 Binnen de NAVO wordt CBRN gezien als een van de zes FP-capabilities (zie figuur 4 ). Gezamenlijke afspraken zijn vastgelegd in NATO-doctrine en beschreven in de Allied Joint Publication, AJP 3.8: Allied Joint Doctrine for CBRN Defence en de Allied Joint Tactical Doctrine, ATP 3.8.1: Allied Joint Tactical Doctrine for CBRN Defence. Nederland speelt een actieve rol in NAVO CBRN-fora. De Commandant der Strijdkrachten (CDS) is verantwoordelijk voor zowel wie (de deelnemer), als de wijze waarop (inhoudelijk) Nederland participeert in deze gremia; het Joint Kenniscentrum CBRN (JKC CBRN) coördineert deze inbreng. Europese Unie (EU). De EU heeft op dit moment grote aandacht voor het onderwerp CBRN. CBRN-verdediging is onlangs dan ook aangemerkt als een van de kernprioriteiten. Dit komt tot uiting in verschillende activiteiten en vernieuwde documentatie. De EU kijkt daarbij voornamelijk naar het grondgebied van de lidstaten en dat komt overeen met de 3 e hoofdtaak van de krijgsmacht. In 2001 gaf de Europese Raad de aanzet tot het creëren van CBRN-beleid door het opstellen van de eerste maatregelen ter bestrijding van de CBRN-dreiging op EUniveau. In de loop van de jaren is het vormgeven van dit beleid voortgezet. Eind 2007 zijn op EU-niveau het vigerende CBRN-beleid en de daaraan gekoppelde lopende activiteiten over "de aanpak van CBRN-risico's en bio-paraatheid" voor het laatst aangepast. In februari 2008 heeft de Europese Commissie een CBRN-Taskforce opgericht. Een van de belangrijkste kenmerken van het werk van de Taskforce was de multidisciplinaire aanpak en de betrokkenheid van een groot aantal nationale autoriteiten, organisaties, instituten en structuren. De Taskforce heeft in januari 2009 een eindrapport gepubliceerd dat 264 afzonderlijke aanbevelingen bevat. Het EU CBRN-beleid voor de komende jaren zal gebaseerd zijn op dit eindrapport. Om een aanzet te geven voor de nieuwe richting van het EU CBRN-beleid is, op basis van het eindrapport van de Taskforce, medio 2009 een CBRN-actieplan met een groot aantal maatregelen gelanceerd. Het algemene doel voor de komende jaren is de dreiging van CBRN-incidenten en de schade die zij aan de burgers van de EU kunnen berokkenen, te beperken door middel van een coherent CBRNactieplan met duidelijke prioriteiten, waarbij alle belanghebbenden ook vertegenwoordigers van het bedrijfsleven betrokken worden. Nederland is, onder leiding van de Nationaal Coördinator Terreurbestrijding (NCTb), met vertegenwoordigers van de betrokken departementen (waaronder Defensie) en verschillende instituten actief betrokken bij de beoordeling, invulling en uitvoering van dit nieuwe EU CBRN-beleid. De conclusie die nu al kan worden getrokken is dat dit nieuwe beleid niet afwijkt van de Nederlandse ideeën en de stappen die op dit moment worden gezet en in dit document worden verwoord. Tenslotte wordt er door de Europese Commissie in het kaderprogramma nadrukkelijk geïnvesteerd in systeemtechnologieontwikkeling om de kwetsbaarheid van de lidstaten tegen CBRN-agentia te verminderen, om de crisisrespons slagvaardiger te maken en om het herstelvermogen te vergroten. European Defence Agency (EDA). De EDA heeft als doel de lidstaten en de Europese Raad te ondersteunen in hun inspanningen om de Europese defensiecapaciteiten op het gebied van crisismanagement te verbeteren en het beleid op het gebied van Europese veiligheid- en defensiepolitiek te ondersteunen. 4 Uit: AJP Blad 7 van 33 bladen

8 De EDA doet dit door te werken aan een allesomvattende en systematische benadering van de gewenste Europese capaciteiten. Daarnaast stimuleert de EDA een meer effectief gebruik van Europese Research & Technology capaciteit. Tevens stimuleert de EDA samenwerkingsprojecten op materieelgebied om bij te dragen aan de defensieve capaciteiten van Europa en om als katalysator bij te dragen aan de verdere herstructurering van de Europese defensie-industrie. Gezien bovenstaande doelstelling kan het van belang zijn om deel te nemen aan EDA CBRN-verdedigingsprojecten. Deze projecten kunnen op termijn leiden tot een versterkte Europese CBRN-verdedigingscapaciteit, kunnen een bijdrage leveren aan wetenschappelijk onderzoek en technologie-ontwikkeling en kunnen spin-off hebben voor de Nederlandse defensie-industrie. Evenals bij de NAVO speelt Nederland ook binnen de EDA een actieve rol in diverse gremia. Daar waar mogelijk en opportuun wordt tevens aansluiting gezocht bij vele EDA CBRNprojecten. Ook hier coördineert het JKC CBRN de Nederlandse inbreng die ook door niet militaire defensiepartners 5 kan worden ingevuld. (ii) Nationaal Interdepartementaal Hoewel in bijna de gehele veiligheidsketen CBRN op de agenda staat 6, kan op dit moment nog niet gesproken worden over overkoepelend nationaal CBRNbeleid. De interdepartementale adviesgroep CBRN tracht in 2010 de eerste aanzet te geven. Wanneer besluitvorming kan plaatsvinden, is niet te voorspellen. Indien noodzakelijk zal dit Beleidskader CBRN-verdediging aan het te verschijnen interdepartementale beleid worden aangepast. Defensie De EOC Survivability and FP heeft in de Nederlandse Defensie Doctrine (NDD) invulling gekregen in EOC 7 Veiligheid en Bescherming : Het behoud van eigen militair vermogen door de effecten van activiteiten van anderen, met inbegrip van letale en niet-letale wapeninzet, te beperken en de vrijheid van handelen en wapeninzet te garanderen. Binnen deze EOC 7 is de CBRN-verdediging van de Nederlandse krijgsmacht belegd. Dit is echter nooit uitgewerkt in overkoepelend Defensie CBRN-beleid. Dit beleidskader CBRN-verdediging geeft invulling aan deze behoefte. b. Grondbeginselen van de CBRN-verdediging De volgende overkoepelende grondbeginselen dienen als leidraad voor de CBRNverdediging van de Nederlandse krijgsmacht: Dreigingsanalyse. De dreigingsanalyse is gebaseerd op accurate en tijdige inlichtingen en op het vermogen de mogelijke consequenties ervan te analyseren. De dreigingsanalyse dient altijd te worden uitgevoerd en continu te worden bijgesteld aan de hand van de actuele situatie, zodat de passende CBRN-verdedigingscapaciteiten en maatregelen kunnen worden geselecteerd en aangepast. Operationeel risicomanagement. Risico- en kwetsbaarheidanalyses zijn noodzakelijk om de operationele risico s voor militaire eenheden vast te stellen bij het betrekken van een operatiegebied. Slachtoffers en materieeldegradatie zijn niet te voorkomen in een 5 Hierbij kan gedacht worden aan wetenschappelijke onderzoeksinstituten zoals bv. universiteiten en TNO. 6 Zie bijlage 1 voor nationale en internationale overlegstructuren. Blad 8 van 33 bladen

9 militaire operatie. De gedachte om slachtoffers en materieeldegradatie volledig te voorkomen werkt in het algemeen zelfs contraproductief op het succes van de missie. Dit noodzaakt commandanten om de balans tussen risico s en operationele doelstellingen actief te bepalen en te beheersen. Joint operaties. Het missiedoel, de vrijheid van handelen en doeltreffendheid moeten gegarandeerd blijven, ondanks een mogelijke CBRN-dreiging. Het is daarom noodzakelijk dat CBRN-verdediging alle elementen van de krijgsmacht omvat binnen de joint area of responsibility (AOR) en alle aspecten van dreiging in ogenschouw neemt. Om een allesomvattende CBRN-verdediging, in een (multi)nationale omgeving, te optimaliseren moeten alle CBRN-capaciteiten op zowel operationeel als tactisch niveau worden geharmoniseerd. Prioriteitstelling. Het is onwaarschijnlijk dat er voldoende specialistische CBRNcapaciteiten aanwezig zijn om alle elementen in dezelfde mate te ondersteunen. Prioriteit moet gegeven worden aan de operationele zwaartepunten. Flexibiliteit. CBRN-verdediging moet flexibel zijn, modulair in toepassing en snel kunnen inspelen op wijzigende dreiging en veranderende operationele omgeving. Daarnaast moet de CBRN-verdediging rekening houden met verschillende (inter)nationale richtlijnen en regelgeving. c. CBRN-pijlerbenadering Gebaseerd op een dreigingsanalyse, gedestilleerd uit gevalideerde inlichtingen, is de CBRN-verdediging doctrinair opgebouwd uit vijf pijlers, te weten Detection Identification & Monitoring, Warning & Reporting, Physical Protection, Hazard Management en Medical Counter Measures & Support. Deze pijlers dienen altijd in samenhang te worden bezien, omdat ze invloed op elkaar uitoefenen. Het veronachtzamen van één pijler, maakt de CBRN-verdediging in het geheel ineffectief. Alle pijlers moeten dan ook aan de orde zijn gesteld voorafgaande aan operaties en bij de ontwikkeling van beleid, doctrine, tactieken, technieken, procedures en opleiding en training. CBRN defence CBRN-verdediging Detection, Identification and Monitoring Warning and Reporting Physical Protection Hazard Management Medical Counter Measures and Support Detectie, identificatie en monitoring Waarschuwing en rapportage Fysieke bescherming Managen van incidenten Geneeskundige tegenmaatregelen en ondersteuning CBRN Intelligence CBRN-Inlichtingen Figuur 2: Het CBRN-huis met de vijf pijlers. Intelligence. Het product van het verzamelen, interpreteren en verwerken van gegevens over specifieke CBRN-aangelegenheden en capaciteiten van vreemde Blad 9 van 33 bladen

10 mogendheden, vijandelijke of potentieel vijandelijke (elementen van) reguliere strijdkrachten of irregulier optredende strijdende partijen alsmede van gegevens over gebieden en omstandigheden waarin militair wordt opgetreden of in de toekomst mogelijk moet worden opgetreden. Detection, Identification & Monitoring (DIM). Detectie, identificatie en monitoring omvat de onderling samenhangende processen benodigd om te constateren dat een CBRN-agens is vrijgekomen (ontdekking), het soort middel vast te stellen (typering), de omvang van de besmetting vast te stellen (meting) en veranderingen op de geconstateerde situatie vast te stellen (monitoring). Warning & Reporting (W&R). CBRN-waarschuwing en rapportage is het verzamelen, rapporteren, evalueren en verspreiden van informatie over CBRN-incidenten en gevarengebieden. Het doel is het effect van een incident beheersen, het informeren van een geselecteerde populatie en het genereren van input voor besluitvorming. Het gebruik van communicatie en informatiesystemen kan de waarschuwing, interpretatie en rapportage aanzienlijk versnellen. Physical Protection (PP). Fysieke bescherming omvat maatregelen en middelen voor individuele, collectieve en materiële bescherming tegen CBRN-incidenten. Dit maakt het mogelijk CBRN-incidenten te overleven en operaties (beperkt) voort te zetten in een CBRN-omgeving. Hazard Management (HM). Management van een CBRN-incident omvat een combinatie van voorbereidings- en uitvoeringsmaatregelen gebaseerd op de principes van preventie en beheersing. Hieronder worden voorzorgsmaatregelen (beperken van de consequenties bij gebruik) en risicobeperkende maatregelen (minimaliseren van de kans op blootstelling, besmettingsbeheersing en ontsmetting) verstaan. De invloed van CBRN-incidenten op operaties wordt verkleind of beheerst door HM-maatregelen. Medical Countermeasures & Support (MCMSPT). Medische tegenmaatregelen omvatten de (preventieve) maatregelen en middelen die nodig zijn om de weerstand tegen de uitwerking van CBRN-agentia te verhogen. Medische ondersteuning omvat de planning en uitvoering van de opvang, adequate behandeling en evacuatie van (CBRN)slachtoffers onder CBRN-dreiging en -omstandigheden. Blad 10 van 33 bladen

11 3. CBRN-capaciteiten, verantwoordelijkheden, organisatie en structuren en personeel a. Algemeen CBRN-verdediging is een krijgsmachtbreed onderwerp en daarom geldt voor de Nederlandse krijgsmacht dat de CBRN-verdediging joint gestructureerd moet zijn. CBRN-doctrines en voorschriften moeten joint ontwikkeld worden en de CBRNorganisatie-elementen worden krijgsmachtbreed ingezet. De plaats van onderbrenging binnen een krijgsmachtdeel mag geen invloed op de doctrine, tactieken, technieken, procedures, uitrusting en noodzakelijke vaardigheden hebben. Alleen daar waar het operationele optreden van een krijgsmachtdeel specifiek anders is, zijn voor die specifieke OPCO-eigen situatie de CBRN-doctrine, het concept of operations (conops) of de tactics, techniques &procedures (TTP s) aangepast. Bovenstaande maakt het mogelijk om joint te functioneren. Iedere militair is, ongeacht binnen welk krijgsmachtdeel, in te zetten en kan overleven en opereren onder CBRNomstandigheden. Iedereen spreekt dezelfde taal en beheerst dezelfde skills en drills. Iedere militair moet in staat zijn om zelfstandig maatregelen te nemen om zich optimaal te beschermen tegen de invloeden van CBRN-wapens en middelen (conform CDS-aanwijzing A Opleiding en Training voor (vredes)operaties). Op basis van de dreigingsanalyse dient tijdens operaties iedere operationele commandant te beschikken over specifieke CBRN-capaciteit. Een CBRN-functionaris assisteert en adviseert de commandant bij het integreren van CBRN-verdediging in het voorbereiden en uitvoeren van de operatie. Daarnaast heeft de operationele commandant de beschikking over de middelen om de CBRN-verdediging van zijn eenheid te organiseren. Voor het samenwerken met andere departementen en hulpverleners binnen Nederland zal door informatie-uitwisseling, oefening en training kennis moeten ontstaan over elkaars operationele optreden. Samenwerkingverbanden in het kader van Intensivering Civiel Militaire Samenwerking (ICMS) zijn hier voor opgezet. b. Verantwoordelijkheden De verantwoordelijkheid voor CBRN binnen het Ministerie van Defensie is als volgt belegd: (i) (ii) (iii) De CDS heeft de verantwoordelijkheid voor de overkoepelende krijgsmachtbrede ontwikkeling en uitvoering van het CBRN-beleid. Hierbij spelen, indien noodzakelijk, alle in punt 3.c. genoemde organisatie-elementen een rol. De coördinatie is in handen van de DOBBP en het Joint Kenniscentrum CBRN (JKC CBRN) heeft de leidende rol in de uitvoering. De CDS stelt het krijgsmachtbrede CBRN-beleid (doctrines, voorschriften, e.d.) vast. Inhoudelijk kan de C-JKC CBRN gemachtigd worden om, na toestemming van de Directie Operationeel Beleid, Behoeftestellingen en Plannen (DOBBP) en afstemming met betrokken partijen, CBRN-uitvoeringsbepalingen voor Defensie vast te stellen. De CDS heeft daarnaast de verantwoordelijkheid voor (joint) operaties inclusief de voorbereiding en organisatie van de CBRN-verdediging. Tevens is de CDS, in het kader van ICMS verantwoordelijk voor het ondersteunen van civiele autoriteiten en hulpverleningsdiensten bij de bestrijding van CBRN-incidenten in Nederland. De unit contraproliferatie, een samenwerkingsverband tussen de Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst (MIVD) en de Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst (AIVD), is verantwoordelijk voor het verzamelen van actuele Blad 11 van 33 bladen

12 CBRN-inlichtingen. (iv) (v) (vi) (vii) De Directie Militaire Gezondheidszorg (DMG) is verantwoordelijk voor het geneeskundige beleid op het gebied van tegenmaatregelen en de geneeskundige ondersteuning bij een CBRN-dreiging en nadat daadwerkelijk CBRN-middelen zijn ingezet. De Commandanten van de diverse Defensieonderdelen zijn verantwoordelijk voor de invulling van het overkoepelende krijgsmachtbrede CBRN-beleid voor hun eigen organisatieonderdeel. Dit beleid kan in specifieke gevallen aan de aard van het organisatiedeel aangepast worden. Iedere commandant van een eenheid is verantwoordelijk voor de organisatie van de CBRN-verdediging binnen zijn Area of Responsibility (AOR). Bij een operatie zullen in de opdracht de benodigde CBRN-capaciteiten worden aangegeven. Echter, iedere commandant is en blijft verantwoordelijk voor afronding van de individuele en collectieve opleiding en training voor iedere operatie (inzet). Internationaal is afgesproken dat elke eenheid in staat moet zijn om minimaal gedurende 24 uur, ook onder de dreiging of het gebruik van CBRN-wapens, te kunnen overleven en indien mogelijk de operationele opdracht uit te kunnen uitvoeren. Alle individuele militairen moeten in staat zijn te voldoen aan de gestelde eisen in de CDS-aanwijzing A-700, waarin ook CBRN een onderwerp is. c. Organisatie en structuren Het Ministerie van Defensie beschikt over de volgende CBRN-capaciteiten: (i) Bestuursstaf (BS) De unit contraproliferatie is binnen de MIVD verantwoordelijk voor het opstellen van de militaire dreigingsanalyse op het gebied van CBRN. Dit team richt zich tevens op de contraproliferatie van massavernietigingswapens en overbrengingsmiddelen. Onderdeel van de Hoofddirectie Personeel (HDP) is de Directie Militaire Gezondheidszorg (DMG). De DMG is, met inachtneming van de aanwijzingen, richtlijnen en kaders van de HDP, verantwoordelijk voor het ontwikkelen, toetsen en overdragen van het militair gezondheidszorgbeleid, het beleid betreffende de Arbodienstverlening en het militair geneeskundig zorgsysteem. Binnen deze directie is minimaal één beleidsfunctionaris aangewezen die zich bezig houdt met dossiers met een medische CBRN-relevantie. (ii) Defensiestaf (DS) De CDS heeft binnen zijn staf in de Directie Operaties (DOPS) de beschikking over een CBRN-functionaris level 3 7. Daarnaast zijn er meerdere CBRNdossierhouders, op het gebied van beleidsmatige en financiële kaders en behoeftestellingen, binnen de andere twee directies (DAOG en DOBBP). 7 Deze level-indeling geeft aan welk deel van het takenpakket bestaat uit CBRN-gerelateerde zaken: level 1: CBRNploegcommandant (neventaak op compagniesniveau en lager, gericht op praktische verkennings- en ontsmettingshandelingen ); level 2: lid CBRN-kern (neventaak op compagniesniveau, gericht op onderdeelsmaatregelen en advies lagere commandanten); level 3: CBRN-staffunctionaris (hoofdtaak vanaf bataljonsniveau, gericht op analyse en advisering). Blad 12 van 33 bladen

13 Het JKC CBRN is een joint organisatiedeel (JOD) en wordt strategisch aangestuurd door de CDS 8. Het JKC CBRN is verantwoordelijk voor het genereren en in stand houden van kennis inzake alle aspecten van de militaire CBRN-verdediging. Het JKC CBRN adviseert gevraagd en ongevraagd over alle aspecten van de militaire CBRN-verdediging, zowel in een nationale als internationale omgeving 9. Dit JOD is onder single service management van Commandant Landstrijdkrachten (C-LAS) gebracht 10. De Joint CBRN-School (JCBRNS) is een joint organisatiedeel (JOD) en wordt strategisch aangestuurd door de CDS. De JCBRNS is verantwoordelijk voor het verzorgen van functiegerichte CBRN-opleidingen en het verzorgen van CBRNgerelateerde specialistische cursussen die door nationale regel- en wetgeving verplicht zijn gesteld. Hierbij wordt voldaan aan een krijgsmachtbrede behoefte. Deeltaken van de JCBRNS zijn: het verzorgen van opleidingen aan civiele (hulpverlenings-) organisaties en het op verzoek verlenen van opleiding- en trainingsadvies. Ook dit JOD is onder single service management van C-LAS gebracht 11. (iii) Defensie Materieel Organisatie (DMO) De DMO is verantwoordelijk voor het voorzien-in van nieuw materieel, de instandhouding van bestaand materieel en de afstoting van overtollig materieel. Dit proces wordt gestuurd met behulp van het Defensie Materieel Proces (DMP). Voor de verwerving en instandhouding van CBRN en geneeskundig materieel t.b.v. de verzorging onder CBRN-omstandigheden, is de afdeling Logistieke systemen van het ressort Landsystemen verantwoordelijk. Deze taak is single service belegd bij de sectie CBRN & Geneeskundig materieel. De integratie van CBRN bij varende systemen is belegd bij de afdeling Zeesystemen/Maritieme Techniek. Voor zover dit niet is uitbesteed, is de directie Logistieke Bedrijven belast met de uitgifte, opslag en onderhoud van CBRN-materieel. (iv) Commando Dienstencentra (CDC) Bedrijfsgroep Gezondheidszorg (BGGZ) - Het Militair Geneeskundig Logistiek Centrum (MGLC) verzorgt de verwerving, opslag, kwaliteitsbewaking en uitgifte van CBRN-gerelateerde geneesmiddelen. - Het calamiteitenhospitaal als onderdeel van de Centraal Militair Hospitaal (CMH) kan dienen als opvang van CBRN-slachtoffers, zowel militair als civiel. - Binnen het Coördinatiecentrum Expertise Militaire Gezondheidszorg (CEMG) wordt kennis verzameld op het gebied van de medische CBRN-aspecten. Het CEMG adviseert gevraagd en ongevraagd de BS en DMG op dit gebied, begeleidt wetenschappelijk onderzoek en heeft nauwe contacten met civiele instanties. Daarnaast is het CEMG betrokken bij ontwikkelingen op gebied van detectie en identificatie zowel voor B als C-agens in lijn met de wetenschappelijk inhoudelijke overlap met diagnose van Biologische en Chemische agens. Het CEMG heeft ook zitting in verschillende NAVO- 8 In CDS-aanwijzing A-811 wordt de aansturing van JOD n beschreven. 9 Zie Terms of Reference JKC CBRN. 10 In de Administratieve Organisatie (AO) CLAS wordt aangegeven hoe, op basis van de CDS-aanwijzing A-811, het JKC CBRNen de JCBRNS binnen de CLAS-organisatie zijn ingebed. Het JKC CBRN en de JCBRNS zijn administratief belegd in de organisatie van het Opleiding en Trainingscentrum Genie (OTC Gn) en C-OTCGn is tevens C-JOD n. 11 Ibid 10. Blad 13 van 33 bladen

14 overlegfora. Verder is het CEMG vertegenwoordigd in interdepartementale crisisteams die bijeenkomen bij een CBRN-incident (Back Office Radiologische Incidenten (BORI) en Beleid Ondersteunend Team Milieu Incidenten (BOT-mi)) Het Instituut Defensie Geneeskundige Opleidingen (IDGO) verzorgt de geneeskundige CBRN-opleiding voor artsen, verpleegkundigen en de officieren van de geneeskundige dienst. (v) Commando Landstrijdkrachten (CLAS) Het CLAS heeft binnen haar staf in de Directie Operaties de beschikking over een CBRN-sectie, bestaande uit twee CBRN-functionarissen level 3. Daarnaast zijn er enkele CBRN-dossierhouders binnen de staf aanwezig. In elke, onder het CLAS ressorterende, brigadestaf zijn eveneens twee CBRN-functionarissen level 3 ingedeeld. Tijdens operaties is er in elke eenheid op het niveau van bataljon of compagnie een CBRN-kern opgenomen. Op dit moment wordt de CBRN-verdedigingscapaciteit van het CLAS gevormd door 101 CBRN-verdedigingscompagnie. In 2012 wordt een tweede CBRNverdedigingscompagnie binnen het CLAS operationeel. Beide identieke eenheden zijn in staat om CBRN-verkenningen, CBRN-detectie en grondige ontsmettingen uit te voeren in het gehele geweldspectrum. Met ingang van 2012 zijn de capaciteiten van deze eenheden volgens de ICMS-afspraken op afroep beschikbaar voor ondersteuning van civiele autoriteiten en hulpdiensten binnen Nederland. Binnen 400 Geneeskundig Bataljon van het CLAS is personeel opgeleid om CBRNbesmette gewonden te ontsmetten in de gewonden ontsmettingstations (GOS) en de Medical Treatment Facility (MTF) in het kader van Collective Protection (ColPro). Op dit moment zijn deze specifieke voorzieningen aanwezig voor het niveau 1 (hulppost). In 2010 komen deze voorzieningen voor het niveau 2 (MOGOS) beschikbaar 13. Als JOD zijn het JKC CBRN en de JCBRNS bij het CLAS ondergebracht. Op de JCBRNS wordt de toekomstige responsecapaciteit ten behoeve van de derde hoofdtaak ondergebracht 14. Hierdoor is het mogelijk om deze capaciteit tevens te benutten voor opleiding, training en kennisproductie. Operationeel wordt er met de volgende structuur gewerkt: CBRN collection centre (CC): op brigadeniveau wordt een CC ingericht. CBRN sub collection center (SCC): op bataljonsniveau wordt een SCC ingericht. CBRN-kern: elke compagnie heeft de beschikking over een CBRN-kern. CBRN source level: elke groep/individu. 12 Zie bijlage Uit Handboek Gezondheidzorg KL (8-1/0): Niveau 1: De zorg wordt verleend aan het begin van het gezondheidszorgsysteem en die wordt gekenmerkt door niet-specialistische behandeling, primair gericht op het behoud van leven en/ of ledematen, alsmede verdere zorg t.b.v. onmiddellijke terugkeer naar de eenheid of afvoer naar een hoger zorgniveau. Niveau 2: De zorg die wordt verleend in aanvulling op het 1e niveau en die vooral is gericht op het behoud van leven en/of ledematen, alsmede verdere zorg t.b.v. herstel van de inzetbaarheid of afvoer naar een hoger zorgniveau. 14 De responsecapaciteit wordt in hoofdstuk 4, punt b (ontwikkelingen), sub iii (nationale omgeving) verder uitgewerkt. Blad 14 van 33 bladen

15 (vi) Commando Luchtstrijdkrachten (CLSK) Binnen het CLSK maakt de CBRN-verdediging deel uit van de FP-organisatie. Op de meeste vredeslocaties van het CLSK is een CBRN-advisor en een CBRN-trainer (level 3 15 ) aanwezig. Verder zijn CBRN-specialisten van het CLSK geplaatst bij het JKC CBRN en de JCBRNS. Tijdens operaties zijn de volgende CBRN-elementen opgenomen in de FPorganisatie: CBRN-Commandopost (tevens Sub Collection Center). CBRN-kern (alleen de Patriot-batterijen bij de Groep Geleide Wapens) 16. CBRN-Verkenning- en Detectieteams (tevens CBRN-waarnemer). CBRN source level: elk individu. Voor wat betreft de grondige ontsmetting van materieel moet worden teruggevallen op de capaciteit van de specialistische ontsmettingscapaciteit van het CLAS, Host Nation Support (HNS) of de CBRN-capaciteit van een Joint Force Commander (JFC) ter plaatse. Voor de ontsmetting van gewond personeel moet gebruik worden gemaakt van het GOS bij de medische CLAS-installatie. Deze capaciteiten worden eventueel, afhankelijk van de dreiging en op basis van besluitvorming, tijdens de voorbereiding op de missie/operatie toegewezen. (vii) Commando Zeestrijdkrachten (CZSK) CZSK beschikt over een CBRN-stafofficier (level 3) bij het Maritiem Doctrine - en Tactiekencentrum (MDTC) en over een maritiem CBRN-KC bij de School voor NBCverdediging, Damage Control & Bedrijfsveiligheid (SNBCD&BV) voor meer specifieke krijgsmachtdeelgebonden procedures en technieken. Operationeel wordt er met de volgende structuur gewerkt: CBRN collection centre: Stafschepen met geëmbarkeerde staf op taskforce niveau. CBRN sub collection center: - Stafschepen met geëmbarkeerde staf op taskgroup niveau. - Gevechtsschepen op missie, geen deeluitmakend van een verband. - Bij het Korps mariniers op bataljonsniveau. CBRN-kern: - Elk schip heeft personeel level 1 of 2 opgeleid met een CBRN-rol in neventaak. - Bij het Korps mariniers beschikken de compagnieën over een CBRN-kern 15 Zie VS 3-755/1 Handleiding CBRN-verdediging (interimversie 1). 16 De consequenties van het besluit om het Commando Grondgebonden Luchtverdediging (inclusief de GGW) onder te brengen bij de CLAS, zijn nog niet bekend. Blad 15 van 33 bladen

16 CBRN source level: elke groep/individu, zowel bij de vloot als bij het Korps mariniers. Ontsmettingscapaciteit op schepen op zee is, gezien de hoeveelheid te ontsmetten oppervlak, alleen gericht op operationele ontsmetting. Voor verdere ontsmetting wordt tijdens operaties mede gebruik gemaakt van de deksproeiinstallatie en de invloed van de zon en het zeemilieu. Hiervoor is een langdurig verblijf van personeel (min. 72 uur) in de citadel 17 noodzakelijk. Voor de grondige ontsmetting zijn zowel de schepen als de eenheden van het Korps mariniers afhankelijk van de specialistische ontsmettingscapaciteit van het CLAS of de host nation. Voor de ontsmetting van gewond personeel moet gebruik worden gemaakt van het GOS bij de medische CLAS-faciliteiten. Deze capaciteiten worden eventueel, afhankelijk van de dreiging en op basis van besluitvorming, tijdens de voorbereiding op de missie/operatie toegewezen. (viii) Koninklijke Marechaussee (KMar) d. Personeel Tijdens de uitoefening van de taken, zowel nationaal als internationaal, kan KMarpersoneel worden geconfronteerd met incidenten waarbij CBRN-middelen of TIM s vrijkomen. Specifiek voor de KMar is dat het personeel ook als first responder 18 met CBRN-agentia kan worden geconfronteerd. De KMar zal in dergelijke situaties optreden overeenkomstig de calamiteitenplannen waarin de taken en verantwoordelijkheden van de betrokken KMar-diensten zijn vastgelegd. De KMar beschikt niet over specifieke CBRN-capaciteiten. Voor wat betreft de grondige ontsmetting van materieel moet worden teruggevallen op de capaciteit van de brandweer of de specialistische ontsmettingscapaciteit van het CLAS. Voor de ontsmetting van gewond personeel tijdens inzet in Nederland als first responder valt de KMar terug op de reguliere ziekenhuizen. Bij expeditionaire inzet, of als er CLAS-capaciteit (GOS niveau 1) ontplooid is, wordt hiervan gebruik gemaakt. Deze capaciteiten worden eventueel, afhankelijk van de dreiging en op basis van besluitvorming, tijdens de voorbereiding op de missie of operatie toegewezen. Het borgen van specifieke CBRN-kennis en ervaring en het behouden van continuïteit van deskundigheid binnen het CBRN-werkveld is van belang. CBRN-kennis wordt steeds breder en per onderwerp gedetailleerder, zodat opleidingen langer duren. Dit betekent ook dat het opdoen van de benodigde kennis en ervaring door een CBRN-specialist steeds langer duurt. Op dit moment is de groep van personeel dat werkzaam is in het CBRN-functiegebied niet aangemerkt als specialist. Er zijn wel doorstroom- en bevorderingsmogelijkheden binnen het functiegebied, maar deze worden niet systematisch toegepast. Tenslotte zijn de ontwikkelingsmogelijkheden voor doorstroom naar verwante functieplaatsen nog niet in kaart gebracht. Het behoud van deskundigheid binnen het vakgebied en de borging van kennis en ervaring kan worden gerealiseerd door met het personeel de afspraak te maken dat zij een bepaalde periode in het CBRN-functiegebied werkzaam zullen zijn 19. Hierdoor wordt 17 Dit is een situatie waarbij men in een CBRN-gevarengebied op een groot gedeelte van het schip een overdruk creëert, waardoor de CBRN-agentia niet kunnen doordringen in de leef- en werkomgevingen van het schip. 18 First responder: hulpdienst die als eerste aanwezig is op een plaats incident. 19 Bv. door inhoud te geven aan het flexibel personeelssysteem (FPS) en de initiële functieduur op 5 jaren vast te leggen. Blad 16 van 33 bladen

17 tevens het rendement van langdurige opleidingen vergroot. Dergelijke afspraken worden vastgelegd in het Persoonlijk Ontwikkelplan (POP) van de militair. De organisatie wijst dan achtereenvolgens een aantal functies in het functiegebied CBRN toe. De loopbaan ontwikkelt zich afhankelijk van de keuzes van individu en organisatie. Als het belang van de organisatie dat eist, kan een functie desnoods dwingend worden toegewezen. Het is van belang om goed zicht te houden op de defensiebreed beschikbare CBRNfuncties en de samenhang tussen die functies goed vast te leggen om daarmee loopbaanmogelijkheden voor het personeel te creëren 20. De combinatie JKC CBRN en JCBRNS hebben als organisatieonderdelen binnen het CBRN-vakgebied de beste kijk op de beschikbare (inter)nationale CBRN-functies en het adequaat opgeleid CBRNpersoneel. Tezamen krijgen zij, onder de verantwoordelijkheid van C-JOD, een coördinerende rol om defensiebreed binnen het CBRN-vakgebied adviezen 21 te kunnen genereren voor vulling van CBRN-functies. 20 Vergelijkbaar met het matchingstool individuele uitzendingen dat op dit moment door de HDP in samenwerking met de DS wordt ontwikkeld. 21 De adviezen zijn, op basis van kennis en ervaring, gevraagd en ongevraagd, niet bindend en gaan richting de bevoegde functietoewijzingsautoriteit. Blad 17 van 33 bladen

18 4. Dreigingsanalyse, ontwikkelingen, opereren onder CBRN-omstandigheden en ambities, prioriteiten en roadmap CBRN-prioriteiten a. Dreigingsanalyse (i) Trends Nederland is een open land in een wereld waarin afstanden nauwelijks meer een rol spelen. Deze openheid heeft onder meer een hoog levenspeil gebracht, maar maakt Nederland ook kwetsbaar. Bedreigingen voor de interne veiligheid hebben onmiskenbaar een mondiaal karakter. De internationale (veiligheids-)situatie wordt gekenmerkt door een aantal algemene ontwikkelingen en trends die voor het veiligheidsbeleid van belang zijn. De groeiende verwevenheid tussen interne en externe veiligheid, maakt dat vrijwel alle bedreigingen van de samenleving een internationale dimensie hebben. Grote delen van de wereld zijn instabiel en dit leidt tot tal van problemen. Vooral zwakke staten vormen een aanwijsbare bron voor veiligheidsrisico s. Zo hebben in een maatschappij waar de staat vrijwel afwezig is extremistische organisaties vrij spel. En ook al is in een land de staat aanwezig, dan functioneert zij lang niet altijd in dienst van de bevolking. Ook dit blijft niet zonder gevolgen; politiek en religieus extremisme vinden hier namelijk een voedingsbodem. De veiligheid van Nederland wordt onverminderd beïnvloed door de geopolitieke verhoudingen en de verschuivingen daarin. In veiligheidspolitiek opzicht vragen in het bijzonder de opkomst van China en de ontwikkeling op de lange termijn van Rusland de aandacht. Voorts blijven in het Midden-Oosten de toestand in Irak, Afghanistan en Pakistan, het Israëlisch-Palestijnse conflict en de ontwikkelingen rondom het nucleaire programma van Iran zorgwekkend 22. In de drie hoofdtaken dient de krijgsmacht rekening te houden met CBRNdreiging, waarbij een trend waarneembaar is van afnemende dreiging op interstatelijk niveau, al zijn er nog landen met een operationele dan wel slapende offensieve capaciteit 23. Naast statelijke actoren baart vooral de opkomst van andere actoren zorg. Al dan niet gesteund door staten blijken organisaties en individuen gevaarlijke capaciteiten te ontwikkelen. Waar politiek gedreven actoren nog een rationele remming ten toon spreiden, zijn er religieuze en ideologische groeperingen die vrijwel nergens voor terugdeinzen, mogelijk ook niet voor CBRNterreur 24. De verbreding van het veiligheidsbegrip en de onderlinge verwevenheid van de hedendaagse veiligheidsrisico s zijn op dit moment een trend. De kwetsbaarheid van moderne samenlevingen in een open wereld komt op steeds meer terreinen aan het licht. Bij het beschermen van onze samenleving moet in toenemende mate worden gedacht aan o.a. de proliferatie van massavernietigingswapens. Naast de bescherming van het grondgebied gaat het steeds vaker om de bescherming van het individu en de samenleving. (ii) Technologische ontwikkelingen Ons land is een interessant doelwit voor landen en organisaties die streven naar het bezit van massavernietigingswapens. Veel van de hoogwaardige technologie die in Nederland voorhanden is, is namelijk zowel voor civiele als voor militaire toepassing bruikbaar. Het is daarom belangrijk dat bedrijven en wetenschappelijke 22 Uittreksel uit beleidsbrief Wereldwijd Dienstbaar Jaarverslag 2009 MIVD. 24 Uit: EU Security, Threat Assessment: Present and Mid-TermThreats (unclassified) Blad 18 van 33 bladen

19 instellingen zich bewust zijn van de risico's (van de mate van openheid) in hun contacten met organisaties en instanties uit landen die ervan worden verdacht massavernietigingswapens te ontwikkelen. Veel landen beschikken over een beperkte capaciteit om chemische en biologische agentia te produceren ter ondersteuning van defensief onderzoek. Vervaardiging in kleine hoeveelheden met dit doel is toegestaan. Een ontwikkeling die voortzet is dat landen van zorg, door de snelle ontwikkeling van hun industrie, steeds beter in staat zijn zelfstandig grondstoffen en voorlopers voor CBRN-wapens te ontwikkelen en te produceren. Vooral de biotechnologie en moleculaire biologie ontwikkelen zich snel. De civiele kennis die hierbij vrijkomt, kan tevens aangewend worden voor een biologisch wapenprogramma. Hierbij is het moeilijk om vast te stellen of een onderzoek zuiver voor civiele doeleinden wordt ingezet en wordt het steeds eenvoudiger om eventueel clandestiene activiteiten voor de buitenwereld verborgen te houden. Moderne chemische synthese technologie kan aanleiding geven tot ontdekking en beschikbaar komen van stoffen die het dreigingsspectrum uitbreiden. Ook het risico op verdere verspreiding van kennis neemt toe nu het onderzoeksveld zich mondiaal steeds verder ontwikkelt. Uit onderzoek is gebleken dat landen van zorg samenwerken om de ontwikkeling en productie van chemische en biologische wapens te vereenvoudigen. Deze samenwerking betreft de uitwisseling van kennis, materiaal en grondstoffen 25. De aandacht van de MIVD is de afgelopen jaren o.a. gericht op proliferatie van massavernietigingswapens en de ontwikkelingen rond nucleaire, chemische en biologische wapens. De intensieve samenwerking met de AIVD leverde een gezamenlijk team op dat zich richt op de contraproliferatie van massavernietigingswapens en overbrengingsmiddelen 26. (iii) Nationaal strategische rapportage In de Strategie Nationale Veiligheid (SNV) 27 wordt rekening gehouden met de verspreiding van CBRN-wapens en dit wordt omschreven als één van de klassieke dreigingen. Er wordt gesteld dat op gebied van CBRN-aanvallen nog steeds beleids- of technische ontwikkelingen voor de deur staan. Op basis van de SNV stelt de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb) periodiek (4x per jaar) in het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland (DTN) het algemene dreigingsniveau in Nederland vast. (iv) Industriële CBRN-dreiging Door de verdergaande verstedelijking en industrialisering en het daaraan inherente verschuiven van het militaire optreden naar verstedelijkt gebied, is er een verhoogde kans dat er TIM s in het milieu terechtkomen bij rampen of door aanslagen. Het vrijkomen van TIC s, TIB s of TIR s kan voortkomen uit een gerichte aanval met het bewuste middel door een actor, een aanslag op een aanwezige (industriële) faciliteit door een actor of simpelweg door een ongeval. Mogelijke faciliteiten zijn medische installaties en onderzoeks-, productie-, opslagen recyclingfaciliteiten van de (bio)chemische-, farmaceutische-, nucleaire- en landbouwindustrie. De gevolgen kunnen zich zowel op korte als op langere termijn effectueren en leveren schade op aan het milieu, het menselijk lichaam en materieel. 25 Uittreksel uit jaarverslag AIVD Jaarverslag Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst (MIVD) 2008, d.d. 29 april Opgesteld door het Kabinet Balkenende IV d.d. 14 mei Blad 19 van 33 bladen

20 (v) Conclusie De huidige CBRN-dreiging is complex omdat deze multi-dimensionaal is in de diversiteit van mogelijke actoren, de omstandigheden van inzet en de inzetmiddelen. Er zijn veel verschijningsvormen van CBRN-wapens en middelen en de effecten kunnen in de meeste gevallen worden gemoduleerd van klein tot grootschalig. Zo zijn CBRN-middelen in te zetten door elkaar bestrijdende staten, niet-statelijke actoren, groeperingen of individuen. Een mogelijke inzet blijft daarbij niet beperkt tot de operatiegebieden, maar kan ook voorkomen op Nederlands grondgebied. Naast dit alles bestaat er een reële dreiging op het opzettelijk of onopzettelijk vrijkomen van TIM s Grootschalige inzet met CBRN-middelen is tegenwoordig niet waarschijnlijk. Het beeld van grote militaire eenheden, volledig CBRN-beschermd langdurend optredend in besmette gebieden, is dan ook niet meer reëel. Kleinschalige (terroristische) inzet is wel realistisch. De psychologische impact door het gebruik van CBRN-middelen op mens en maatschappij blijft enorm; ook al is het gebruik kleinschalig. Tenslotte moet ook het effect van het eenvoudigweg in het bezit hebben (en dus de mogelijkheid tot het gebruik) van CBRN-wapens niet worden onderschat. b. Ontwikkelingen (i) Algemeen De krijgsmacht wordt geconfronteerd met een veelheid aan CBRN-ontwikkelingen die implicaties hebben voor het voortzettingsvermogen en de ermee samenhangende beschermingsniveaus. Het beleid op het gebied van CBRNverdediging richt zich op een integrale benadering van alle activiteiten die deel uitmaken van het operationeel optreden. Defensie heeft behoefte aan een CBRNverdedigingscapaciteit waarbij zowel aan interoperabiliteit als in specifieke krijgsmachtdeelgebonden behoeftes wordt voorzien. De genoemde dynamiek in operationeel optreden en in de aard van de dreiging vereist snelheid en creativiteit in de oplossingen. (ii) Internationale omgeving De internationale verhoudingen veranderen, en daarmee ook de CBRN-dreiging. Defensie moet ook in deze nieuwe omstandigheden in staat zijn om in alle drie de hoofdtaken te opereren. In de komende decennia neemt het risico op conflicten naar verwachting toe, mogelijk als gevolg van economische machtverschuivingen, schaarste aan tal van grondstoffen (monopolies), klimaatveranderingen, migratieproblematiek en de proliferatie van geavanceerde tot geïmproviseerde wapensystemen, mede door ongecontroleerde kennisverspreiding. Nederland blijft betrokken bij het handhaven van de (internationale) rechtsorde die direct of indirect de belangen van Nederlandse burgers raken. Tegenstanders zijn in toenemende mate niet-statelijke groeperingen; ze zijn technologisch en organisatorisch inferieur, kunnen gebruik maken van geïmproviseerde wapens en proberen de inzet daarvan zo onvoorspelbaar mogelijk te laten zijn en voelen zich in hun handelen niet gebonden aan internationaal recht, internationale verdragen en Rules of Engagement (ROE). Kleinschalige dreiging met o.a. biologische, chemische en radiologische wapens blijft daarom een reëel gevaar. (iii) Nationale omgeving Voor de toekomst zijn de politieke richtlijnen duidelijk: meer multidisciplinair optreden en dus meer samenwerking tussen de verschillende diensten, instellingen en instituten. Voor CBRN betekent dit voor de krijgsmacht Blad 20 van 33 bladen

CBRNincidentbestrijding

CBRNincidentbestrijding CBRNincidentbestrijding Defensie CBRN Centrum Defensie Expertisecentrum CBRN Inhoud Civiel-Militaire Samenwerking/CBRN Defensie CBRN Centrum Responscapaciteit Trainingsfaciliteit Kennis & Adviescapaciteit

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl 23 september

Nadere informatie

Joint Doctrine Publicatie 3.8. CBRN-verdediging

Joint Doctrine Publicatie 3.8. CBRN-verdediging Joint Doctrine Publicatie 3.8 CBRN-verdediging Joint Doctrine Publicatie 3.8 CBRN-verdediging 2 Joint Doctrine Publicatie 3.8 Colofon Defensiestaf Directie Operationeel Beleid, Behoeftestellingen en Plannen

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum Betreft Inzetbaarheidsrapportage eerste helft 2018

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum Betreft Inzetbaarheidsrapportage eerste helft 2018 Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR

Nadere informatie

Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018

Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: De begrotingsstaat van het Ministerie

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 775 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018 Nr. 25 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 17 november

Nadere informatie

Het medisch zorgsysteem van de Krijgsmacht. T.F.M. Dijkgraaf Luitenant Kolonel vliegerarts

Het medisch zorgsysteem van de Krijgsmacht. T.F.M. Dijkgraaf Luitenant Kolonel vliegerarts Het medisch zorgsysteem van de Krijgsmacht T.F.M. Dijkgraaf Luitenant Kolonel vliegerarts 1 Algemeen Militair Verpleegkundige 2 Mini CV Sedert 1986 werkzaam als militair arts Tot 1996 bij de Kon Landmacht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 2432 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Nadere informatie

De Militaire Inlichtingenen

De Militaire Inlichtingenen De Militaire Inlichtingenen Veiligheidsdienst 1 De rol van de krijgsmacht is de laatste jaren veranderd. Inlichtingen nemen in de huidige veiligheidscontext een steeds belangrijkere plaats in. Tijdens

Nadere informatie

Minister IGK SG/PSG. CZSK Bestuursstaf

Minister IGK SG/PSG. CZSK Bestuursstaf BIJLAGE: ORGANOGRAMMEN Organogrammen vraag 98 Organogram Defensie Minister IGK SG/PSG ADD BSG DBO DCo DF&C DJZ CDS HDB HDFC HDBV HDP MIVD MLA CDC DMO CLSK CLAS Operationele Commando s CZSK Bestuursstaf

Nadere informatie

CBRN kennis. Hoe bouw je kennis op en vertaal je deze naar de praktijk DEC CBRN. Majoor Gertjan Witteveen

CBRN kennis. Hoe bouw je kennis op en vertaal je deze naar de praktijk DEC CBRN. Majoor Gertjan Witteveen CBRN kennis Hoe bouw je kennis op en vertaal je deze naar de praktijk DEC CBRN Majoor Gertjan Witteveen CBRN kennis bij Defensie Inleiding bij Defensie Een voorbeeld ter illustratie Kennisbenutting bij

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 321 Defensie Cyber Strategie Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 26

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 763 Toekomst van de krijgsmacht Nr. 36 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

DEFENSIE CBRN- CAPACITEITEN. Organisatie Defensie majoor WJ (Wytse) Borst C-Responseenheid

DEFENSIE CBRN- CAPACITEITEN. Organisatie Defensie majoor WJ (Wytse) Borst C-Responseenheid DEFENSIE CBRN- CAPACITEITEN Organisatie Defensie majoor WJ (Wytse) Borst C-Responseenheid 22 oktober 2012 Agenda 1. Oorsprong civiel-militaire samenwerking 2. Wat levert Defensie aan CBRN-capaciteiten

Nadere informatie

Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag.

Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag. Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag. Let op: Alleen het gesproken woord geldt! De lancering

Nadere informatie

Defensie en Nationale Veiligheid

Defensie en Nationale Veiligheid Defensie en Nationale Veiligheid Kolonel Piet Hagenaars Regionaal Militair Commandant Noord 20 februari 2018 HQ Royal Netherlands Army 1.PzDiv 11 Airmobile Brigade 13 Light Brigade 43 Mechanised Brigade

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 33 763 Toekomst van de krijgsmacht Nr. 57 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

ONGERUBRICEERD/ALLEEN VOOR OFFICIEEL GEBRUIK. SBIR-pitch: Defensieverkenningen. cyberspace

ONGERUBRICEERD/ALLEEN VOOR OFFICIEEL GEBRUIK. SBIR-pitch: Defensieverkenningen. cyberspace SBIR-pitch: Defensieverkenningen in cyberspace Inhoud 2 1. Aanloop naar de ontwikkeling van CNA-capaciteit 2. Verkennen van het digitale domein 3. Concrete behoefte Adviesaanvraag regering bij AIV/CAVV

Nadere informatie

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen AGENDAPUNT 2 Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen Vergadering 12 december 2014 Strategische Agenda Crisisbeheersing In Veiligheidsregio Groningen werken wij met acht crisispartners (Brandweer, Politie,

Nadere informatie

Nationale crisisbeheersing en CIMIC. Prof. dr. Rob de Wijk Directeur HCSS en HSD Hoogleraar IB Leiden

Nationale crisisbeheersing en CIMIC. Prof. dr. Rob de Wijk Directeur HCSS en HSD Hoogleraar IB Leiden Nationale crisisbeheersing en CIMIC Prof. dr. Rob de Wijk Directeur HCSS en HSD Hoogleraar IB Leiden Van klassieke rampenbestrijding naar moderne crisisbeheersing Interne en externe veiligheid raken verweven

Nadere informatie

Psychosociale opvang geüniformeerden bij CBRN incidenten. Magda Rooze MA/MBA Senior adviseur

Psychosociale opvang geüniformeerden bij CBRN incidenten. Magda Rooze MA/MBA Senior adviseur Psychosociale opvang geüniformeerden bij CBRN incidenten Magda Rooze MA/MBA Senior adviseur Richtlijn psychosociale opvang geüniformeerden Geüniformeerden worden regelmatig blootgesteld aan potentieel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 27 925 Terroristische aanslagen in de Verenigde Staten Nr. 40 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Joint CBRN School. en multi CBRN opleidingen. Lkol E.R. Sinninghe Commandant Joint CBRN School

Joint CBRN School. en multi CBRN opleidingen. Lkol E.R. Sinninghe Commandant Joint CBRN School Joint CBRN School en multi CBRN opleidingen Lkol E.R. Sinninghe Commandant Joint CBRN School 22 oktober 2012 22-10-2012 Opbouw Presentatie Samenwerken met Ministerie van V&J ICMS maatregelen Joint CBRN

Nadere informatie

HDAB Aanvulling stand van zakenbrief Afghanistan: nazorg, counter insurgency opleiding en eigen vuur incident

HDAB Aanvulling stand van zakenbrief Afghanistan: nazorg, counter insurgency opleiding en eigen vuur incident Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Afschrift aan de Voorzitter van de Eerste

Nadere informatie

National Incident Management Systemen

National Incident Management Systemen National Incident Management Systemen Het veiligheidsministerie van de Verenigde Staten heeft een aantal stappen gemaakt ter borging van de veiligheid in een Nationale Incident Management Systeem 1 Homeland

Nadere informatie

Nederlandse Defensie Doctrine Instrument van buitenlands en

Nederlandse Defensie Doctrine Instrument van buitenlands en Marcel de Haas Nederlandse Defensie Doctrine Instrument van buitenlands en veiligheidsbeleid Sinds september 2005 heeft de Commandant der Strijdkrachten (CDS, voorheen Chef Defensiestaf) de aansturing

Nadere informatie

ISO 9000:2000 en ISO 9001:2000. Een introductie. Algemene informatie voor medewerkers van: SYSQA B.V.

ISO 9000:2000 en ISO 9001:2000. Een introductie. Algemene informatie voor medewerkers van: SYSQA B.V. ISO 9000:2000 en ISO 9001:2000 Een introductie Algemene informatie voor medewerkers van: SYSQA B.V. Organisatie SYSQA B.V. Pagina 2 van 11 Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 3 1.1 ALGEMEEN... 3 1.2 VERSIEBEHEER...

Nadere informatie

Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming Continu veiliger

Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming Continu veiliger Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming Continu veiliger Continu veiliger De Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) ziet er op toe dat de nucleaire veiligheid en

Nadere informatie

Visie op crisismanagement in de zorgsector en de toegevoegde waarde van een Integraal Crisisplan. All hazard voorbereid zijn (1 van 3)

Visie op crisismanagement in de zorgsector en de toegevoegde waarde van een Integraal Crisisplan. All hazard voorbereid zijn (1 van 3) Visie op crisismanagement in de zorgsector en de toegevoegde waarde van een Integraal Crisisplan All hazard voorbereid zijn (1 van 3) Versie 1.0 11 november 2014 Voorwoord Zorginstellingen zijn vanuit

Nadere informatie

S Instandhoudingsprogramma Walrusklasse onderzeeboten

S Instandhoudingsprogramma Walrusklasse onderzeeboten Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Afschrift aan de Voorzitter van de Eerste

Nadere informatie

WELKOM BIJ HET KVNRO-SYMPOSIUM VAN KLASSIEKE RAMPENBESTRIJDING NAAR MODERNE CRISISBEHEERSING

WELKOM BIJ HET KVNRO-SYMPOSIUM VAN KLASSIEKE RAMPENBESTRIJDING NAAR MODERNE CRISISBEHEERSING WELKOM BIJ HET KVNRO-SYMPOSIUM VAN KLASSIEKE RAMPENBESTRIJDING NAAR MODERNE CRISISBEHEERSING civiel-militaire samenwerking Oefening Alert2016 in Veiligheidsregio Twente 13-11-2016 Van klassieke rampenbestrijding

Nadere informatie

Verpleegkundige Adviesraad BNMVV

Verpleegkundige Adviesraad BNMVV 2005-01/14 Verpleegkundige Adviesraad BNMVV Reglement Pagina 1 van5 Artikel 1 Begripsbepaling In dit reglement wordt verstaan onder: 1.1 DMG De Directie Militaire Gezondheidszorg (DMG) ondersteunt de hoofddirecteur

Nadere informatie

Datum Betreft Antwoorden op feitelijke vragen over het jaarverslag MIVD 2013

Datum Betreft Antwoorden op feitelijke vragen over het jaarverslag MIVD 2013 > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl

Nadere informatie

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet van 3 december 1987, Stb. 635, houdende regels betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten Zoals deze is gewijzigd bij de wetten van 02-12-1993(Stb.759)

Nadere informatie

Milieu-incident? BOT-mi staat paraat! De BOT-mi instituten

Milieu-incident? BOT-mi staat paraat! De BOT-mi instituten Milieu-incident? BOT-mi staat paraat! De BOT-mi instituten Milieu-incident? BOT-mi staat paraat! De BOT-mi instituten 03 Bij calamiteiten met gevaarlijke stoffen is snel en deskundig advies essentieel.

Nadere informatie

10159/17 mak/gra/fb 1 DG D 1C

10159/17 mak/gra/fb 1 DG D 1C Raad van de Europese Unie Brussel, 12 juni 2017 (OR. en) 10159/17 ENFOPOL 301 PROCIV 54 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 8 juni 2017 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig

Nadere informatie

Militaire gezondheidszorg

Militaire gezondheidszorg Militaire gezondheidszorg Ondersteuning bij internationale militaire operaties Koninklijke Luchtmacht Afdeling Gezondheidszorg Operaties Kol Henk van der Wal MBA-H MHA EMSD Hoofd december 8, 2014 Example

Nadere informatie

De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid

De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid CTV NCTV De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) beschermt Nederland tegen bedreigingen die de maatschappij kunnen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 16950 2500 BZ Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 16950 2500 BZ Den Haag www.nctv.nl

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum Betreft Jaarplanning 2018

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum Betreft Jaarplanning 2018 > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl

Nadere informatie

vaste commissie voor Defensie

vaste commissie voor Defensie Den Haag, 9 februari Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie BuZa i.v.m. agendapunt 3, 4, 8, 15 EU i.v.m. agendapunt 5 OCW i.v.m. agendapunt 4 Document: Besluitenlijst van de procedurevergadering

Nadere informatie

1 De coördinatie van de inzet

1 De coördinatie van de inzet 1 De coördinatie van de inzet Zodra zich een incident voordoet of dreigt voor te doen, wordt de rampenbestrijdingsorganisatie via het proces van opschaling opgebouwd. Opschalen kan worden gedefinieerd

Nadere informatie

Den Haag, 4 mei vaste commissie voor Defensie. Procedurevergadering Datum: donderdag 11 mei 2017 Tijd:

Den Haag, 4 mei vaste commissie voor Defensie. Procedurevergadering Datum: donderdag 11 mei 2017 Tijd: Den Haag, 4 mei Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie BuHa-OS i.v.m. agendapunt 3 BuZa i.v.m. agendapunt 3 EU i.v.m. agendapunt 8 V&J i.v.m. agendapunt 3 WR i.v.m. agendapunt 2 Activiteit: Procedurevergadering

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2002 (24.01) (OR. es) 5159/02 STUP 4

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2002 (24.01) (OR. es) 5159/02 STUP 4 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 januari 2002 (24.01) (OR. es) 5159/02 STUP 4 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de Groep drugshandel Ontwerp-aanbeveling van de Raad over de noodzakelijke

Nadere informatie

Verordening brandveiligheid en hulpverlening

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Verordening brandveiligheid en hulpverlening Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de

Nadere informatie

De Nederlandse Defensie Doctrine Exponent van veiligheidsbeleid

De Nederlandse Defensie Doctrine Exponent van veiligheidsbeleid De Nederlandse Defensie Doctrine Exponent van veiligheidsbeleid Marcel de Haas Verschenen in: Atlantisch Perspectief, jaargang 29, no. 6, 2005, pp. 11-15. Met het uitbrengen van de Nederlandse Defensie

Nadere informatie

Het Rotterdam-scenario

Het Rotterdam-scenario Het Rotterdam-scenario De directe humanitaire gevolgen van een 12 kiloton nucleaire explosie in de haven van Rotterdam Zoet is de oorlog, voor wie hem niet kent Erasmus van Rotterdam Wilbert van der Zeijden

Nadere informatie

Reservistenbeleid. Van beleid naar activiteit. PD-DAOG Bgenmarns Frank van Sprang

Reservistenbeleid. Van beleid naar activiteit. PD-DAOG Bgenmarns Frank van Sprang Van beleid naar activiteit PD-DAOG Bgenmarns Frank van Sprang PRESENTATIE Aanleiding Wat is de reservist Stand van zaken Korte en lange termijn visie 2 Aanleiding Financieel duurzame Krijgsmacht Toekomstige

Nadere informatie

Conclusies Inspectie De Inspectie heeft zich in haar onafhankelijke onderzoek gefocust op de lokale

Conclusies Inspectie De Inspectie heeft zich in haar onafhankelijke onderzoek gefocust op de lokale 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00

Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00 1 Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00 Doel Ontwikkelen, implementeren en evalueren van beleid en adviseren op één of meerdere aandachtsgebieden/beleidsterreinen ten behoeve

Nadere informatie

Medic Special Forces: de hogere kunst van het pleisterplakken

Medic Special Forces: de hogere kunst van het pleisterplakken Medic Special Forces: de hogere kunst van het pleisterplakken tekst: sgt. Derek de Vries Lees het volledige artikel in de FALCON Grizzly, this is Mike ready to copy nine-liner This is grizzly, ready to

Nadere informatie

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen 25 juni 2007 Inhoudsopgave Inleiding... 1 1 Niveaus in de incident- en crisismanagementorganisatie... 1 1.1 Operationeel niveau...

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 600 X Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 1998 Nr. 55 BRIEF VAN

Nadere informatie

Het BiSL-model. Een whitepaper van The Lifecycle Company

Het BiSL-model. Een whitepaper van The Lifecycle Company Het BiSL-model Een whitepaper van The Lifecycle Company Met dit whitepaper bieden we u een overzicht op hooflijnen van het BiSL-model. U vindt een overzicht van de processen en per proces een beknopte

Nadere informatie

Welkom op dit symposium met de pakkende titel Cybercrime, de digitale vijand voor ons allen.

Welkom op dit symposium met de pakkende titel Cybercrime, de digitale vijand voor ons allen. Speech Erik Akerboom, Secretaris-generaal Ministerie van Defensie Symposium KVNRO Cybercrime, de digitale vijand voor ons allen Donderdag 20 november, KMA te Breda Dames en heren, Welkom op dit symposium

Nadere informatie

Reorganisatie Militaire Gezondheidszorg 15 december 2011, nr. 1

Reorganisatie Militaire Gezondheidszorg 15 december 2011, nr. 1 Reorganisatie Militaire Gezondheidszorg 15 december 2011, nr. 1 Voorwoord door de Kwartiermaker Militaire Gezondheidszorg Defensie staat aan de vooravond van wederom een grote reorganisatie. Deze keer

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 31283 11 november 2013 Algemeen organisatiebesluit Defensie 2013 30 oktober 2013 Nummer: BS/2013031819 De Minister van

Nadere informatie

CBRNe bij het Nederlands Forensisch Instituut. Vooruitstrevende technieken en diepgaande kennis

CBRNe bij het Nederlands Forensisch Instituut. Vooruitstrevende technieken en diepgaande kennis CBRNe bij het Nederlands Forensisch Instituut Vooruitstrevende technieken en diepgaande kennis Toonaangevend forensisch CBRNe-onderzoek Het CBRNe-programma van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI)

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 5.3 Projectmanagement

FUNCTIEFAMILIE 5.3 Projectmanagement Doel van de functiefamilie Leiden van projecten en/of deelprojecten de realisatie van de afgesproken projectdoelstellingen te garanderen. Context: In lijn met de overgekomen normen in termen van tijd,

Nadere informatie

SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013

SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013 SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013 In het Slotdocument van het VGS-congres 2013 Gemeentesecretaris in Veiligheid staat een leidraad voor

Nadere informatie

CBRN-DREIGING: DE NIEUWE UITDAGINGEN. CBRN-dag. 3 oktober 2017 Maj. O. ROUSSEAU

CBRN-DREIGING: DE NIEUWE UITDAGINGEN. CBRN-dag. 3 oktober 2017 Maj. O. ROUSSEAU CBRN-DREIGING: DE NIEUWE UITDAGINGEN CBRN-dag 3 oktober 2017 Maj. O. ROUSSEAU Doelstelling To inform about the evolution of the CBRN threat and the new challenges which have arisen. Informeren over de

Nadere informatie

vaste commissie voor Defensie

vaste commissie voor Defensie Den Haag, 25 januari Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie BuZa i.v.m. agendapunt 4, 5, 8 EU i.v.m. agendapunt 4, 10 EZK i.v.m. agendapunt 14, 15 FIN i.v.m. agendapunt 4 I&W i.v.m. agendapunt

Nadere informatie

Protocol Schuilen of ontruimen/evacueren

Protocol Schuilen of ontruimen/evacueren Protocol Schuilen of ontruimen/evacueren Bij incidenten met gevaarlijke stoffen Johan de Cock Kenniscongressen Protocol Leren 2007 Dinsdag 20 februari, Ede Dinsdag 27 februari, Den Haag Dinsdag 6 maart,

Nadere informatie

Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s

Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s Kennispublicatie Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s 1 Infopunt Veiligheid In 2006 heeft de toenmalige Veiligheidskoepel een landelijk Referentiekader GRIP opgesteld. De op 1 oktober 2010

Nadere informatie

Convenant betreffende militaire capaciteit voor civiele ondersteuning tussen de ministers van BZK, Defensie en Justitie

Convenant betreffende militaire capaciteit voor civiele ondersteuning tussen de ministers van BZK, Defensie en Justitie PARTIJEN: Convenant betreffende militaire capaciteit voor civiele ondersteuning tussen de ministers van BZK, Defensie en Justitie 1. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), 2.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 700 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2009 Nr. 79 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 7636 3 mei 2011 Wijziging regeling commandanten 26 april 2011 Nr. BS/2011008944 Afdeling Personeelsbeleid en Rechtspositie

Nadere informatie

Stappenplan voor het juist inrichten van uw BHV-organisatie Een essentieel onderdeel van integrale (brand)veiligheid

Stappenplan voor het juist inrichten van uw BHV-organisatie Een essentieel onderdeel van integrale (brand)veiligheid Stappenplan voor het juist inrichten van uw BHV-organisatie Een essentieel onderdeel van integrale (brand)veiligheid 2 Stappenplan voor het juist inrichten van uw BHV-organisatie: Een essentieel onderdeel

Nadere informatie

Defensie na de kredietcrisis: Een kleinere krijgsmacht in een onrustige wereld

Defensie na de kredietcrisis: Een kleinere krijgsmacht in een onrustige wereld Defensie na de kredietcrisis: Een kleinere krijgsmacht in een onrustige wereld 8 april 2011 Toekomst krijgsmacht Wat we doen, doen we goed eerste klas mensen eerste klas spullen Toegeven op het voortzettingsvermogen

Nadere informatie

Basisgegevens. Algemene karakteristieken

Basisgegevens. Algemene karakteristieken Basisgegevens Functiebenaming: Beleidsmedewerker Dienstonderdeel/post: Ambassade Washington Functieniveau: 09 Aantal uren: Min/Max AO 2040 uur per week Formatieplaatsnr: bovenformatief (tijdelijke functie

Nadere informatie

Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303

Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303 Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303 Doel (Mede)zorgdragen voor de vormgeving en door het geven van adviezen bijdragen aan de uitvoering van het beleid binnen de Hogeschool Utrecht kaders en de ter

Nadere informatie

Samenhang. GHOR Zuid-Holland Zuid. uw veiligheid, onze zorg

Samenhang. GHOR Zuid-Holland Zuid. uw veiligheid, onze zorg Samenhang GHOR Zuid-Holland Zuid uw veiligheid, onze zorg De GHOR (geneeskundige hulpverleningsorganisatie in de regio) is belast met de coördinatie, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening

Nadere informatie

Functies en teams in de rampenbestrijding

Functies en teams in de rampenbestrijding B Functies en teams in de rampenbestrijding De burgemeester - De burgemeester heeft de eindverantwoordelijkheid voor en de algehele leiding bij het bestrijden van incidenten in de eigen gemeente; - De

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag > Retouradres Postbus 2070 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 25 CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 2070 2500 ES Den Haag www.defensie.nl

Nadere informatie

Prince 2 / Principal Toolbox implementatie

Prince 2 / Principal Toolbox implementatie Prince 2 / Principal Toolbox implementatie bij Defensie Theo Akkermans Hoofd Expertisecentrum Projectmanagement 1 Inleiding Inleiding Introductie Prince2 bij Defensie Ondersteuning Prince2 Principal Toolbox

Nadere informatie

Risico s kennen, weerbaarheid. vergroten

Risico s kennen, weerbaarheid. vergroten Risico s kennen, weerbaarheid vergroten Maaike van Tuyll Plv programmamanager Dreigingen en Capaciteiten, NCTV Maaike.Tuyll@dgv.minvenj.nl DNB Business Continuity Seminar 2011 Amsterdam - 9 november Strategie

Nadere informatie

CONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES

CONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES CONVENANT SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES 2012 Ondergetekenden: 1. Het Slotervaart, gevestigd te Amsterdam, in deze rechtsgeldig

Nadere informatie

BluefieldFinance. BluefieldFinance. Sense Template. Toegevoegde waarde vanuit inhoud

BluefieldFinance. BluefieldFinance. Sense Template. Toegevoegde waarde vanuit inhoud Sense Template BluefieldFinance Toegevoegde waarde vanuit inhoud De Organisatie Opgericht 2007 Bluefield Finance is als onderdeel van Bluefield Partners in 2007 opgericht door 2 ervaren financials met

Nadere informatie

PERSOONLIJK De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA Den Haag. van het Ministerie van Defensie

PERSOONLIJK De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA Den Haag. van het Ministerie van Defensie PERSOONLIJK De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Algemen Rekenkamer Lange Voorhout 8 2500 EA Den Haag T 070 3424344 070 3424130 E w voorlichting@rekenkamer.nl

Nadere informatie

Lessons Learned - Samenhang. Leo Kooijman

Lessons Learned - Samenhang. Leo Kooijman Lessons Learned - Samenhang Leo Kooijman Soesterberg, 10-01-2008 Inhoud Waar staan we met de NEC-experimenten Wat hebben we gedaan Wat hebben we geleerd Hoofdlijnen aanpak vervolg 2008 e.v. Totaalpakket

Nadere informatie

Datum 5 juni 2018 Betreft Reactie op het conceptrapport Inzet Nederlandse krijgsmacht voor VN-missie in Mali. Geachte heer Visser,

Datum 5 juni 2018 Betreft Reactie op het conceptrapport Inzet Nederlandse krijgsmacht voor VN-missie in Mali. Geachte heer Visser, > Retouradres 2500ES 's-gravenhage Ministerie van Defensie Plein 4 Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl Ministerie van Buitenlandse Zaken Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 2500 EB Den

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 750 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2014 Nr. 48 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Nadere informatie

12892/15 van/sl 1 DGD1C

12892/15 van/sl 1 DGD1C Raad van de Europese Unie Brussel, 9 oktober 2015 (OR. en) 12892/15 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 9 oktober 2015 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig doc.: 12449/15 Betreft:

Nadere informatie

Studiedag gezondheid en welzijn in Ops Inzet van civiele medische capaciteiten in operaties

Studiedag gezondheid en welzijn in Ops Inzet van civiele medische capaciteiten in operaties Studiedag gezondheid en welzijn in Ops Inzet van civiele medische capaciteiten in operaties 16 Okt 18 LtKol SBH An De Smedt Outline Algemeen concept medische steun in Ops Concept Middelen Concrete Case

Nadere informatie

Crisisorganisatie uitgelegd

Crisisorganisatie uitgelegd GRIP Snelle opschaling, vaste teams, eenhoofdige leiding Wat kan er gebeuren? KNOPPENMODEL Meer tijd voor opschaling, maatwerk in teams en functionarissen GRIP 4 / 5 STRATEGISCH OPERATIONEEL / TACTISCH

Nadere informatie

Wat gaat er goed en wat kan er beter?

Wat gaat er goed en wat kan er beter? Wat gaat er goed en wat kan er beter? KVNRO Symposium 10 november 2016 Prof. dr. Rob de Wijk HCSS/Universiteit Leiden Naar een Zero Risk maatschappij Postmodern Europa Succesvol overheidsbeleid: echte

Nadere informatie

Kabinetsreactie op het AIV/CAVV-advies Digitale Oorlogvoering

Kabinetsreactie op het AIV/CAVV-advies Digitale Oorlogvoering Kabinetsreactie op het AIV/CAVV-advies Digitale Oorlogvoering Op 17 januari heeft een gezamenlijke commissie van de Adviesraad voor Internationale Vraagstukken (AIV) en de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke

Nadere informatie

Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen

Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen Rampenplan Gemeente Assen 2007 versie 9 mei 2007 Inleiding Het voorliggende Rampenplan Gemeente Assen 2007 beschrijft de organisatie en werkwijze van de

Nadere informatie

De ondergetekenden, Zijn het volgende overeengekomen: Er is een samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid.

De ondergetekenden, Zijn het volgende overeengekomen: Er is een samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid. Convenant houdende afspraken over de samenwerking in het kader van de verbetering van de bestrijding van zorgfraude: oprichting TASKFORCE en BESTUURLIJK OVERLEG INTEGRITEIT ZORGSECTOR De ondergetekenden,

Nadere informatie

Beleidsmedewerker Onderwijs

Beleidsmedewerker Onderwijs Horizon College Beleidsmedewerker Onderwijs Sector BMO Alkmaar C70) Afdeling Communicatie en Onderwijs (C&O) Contract: Vervanging wegens zwangerschapsverlof Periode: 1 mei 2015 tot 1 oktober 2015 Omvang:

Nadere informatie

Informatiemanager. Doel. Context

Informatiemanager. Doel. Context Informatiemanager Doel Ontwikkelen, in stand houden, evalueren, aanpassen en regisseren van het informatiemanagement, de digitale informatievoorziening en de ICT-facilitering van de instelling en/of de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 33 763 Toekomst van de krijgsmacht Nr. 55 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 23 september 2014 De vaste commissie voor Defensie heeft een

Nadere informatie

1. FUNCTIE-INFORMATIEGEGEVENS. Assistent Defensie Attaché Buitenlandse zaken HMA te Jakarta Defensieafdeling 7 (zie bijgevoegde salarisschaal)

1. FUNCTIE-INFORMATIEGEGEVENS. Assistent Defensie Attaché Buitenlandse zaken HMA te Jakarta Defensieafdeling 7 (zie bijgevoegde salarisschaal) FUNCTIE INFORMATIEFORMULIER (FIF) 1. FUNCTIE-INFORMATIEGEGEVENS Functienaam Business Unit Organisatie (Sub)onderdeel Rang / schaal Assistent Defensie Attaché Buitenlandse zaken HMA te Jakarta Defensieafdeling

Nadere informatie

Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen BghU 2018

Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen BghU 2018 Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen BghU 2018 *** Onbekende risico s zijn een bedreiging, bekende risico s een management issue *** Samenvatting en besluit Risicomanagement is een groeiproces waarbij

Nadere informatie

CBRN Opleidingsplan SEH afdelingen Ziekenhuizen 2012-2013

CBRN Opleidingsplan SEH afdelingen Ziekenhuizen 2012-2013 CBRN Opleidingsplan SEH afdelingen Ziekenhuizen 2012-2013 Opgesteld door Regionaal CBRN-OTO project Auteur C. de Groot Versie 1.1 Datum 19 juli 2012 INLEIDING Met het regionale CBRN-OTO project wil TraumaNet

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 bron : http://www.emis.vito.be Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen dd. 27-06-2000 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 Gewijzigd voorstel voor een beschikking

Nadere informatie

VERTROUWELIJK. 2. De dienst bezit generlei executieve bevoegdheden.

VERTROUWELIJK. 2. De dienst bezit generlei executieve bevoegdheden. VERTROUWELIJK No. 51 BESLUIT van 8 augustus 1949, zoals sedert gewijzigd, houdende nadere regelen met betrekking tot de organisatie, de werkwijze, de taak en de samenwerking van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

Nadere informatie