Leden. Huishoudelijk reglement Februari 2011

Transcriptie

1 Huishoudelijk reglement Februari 2011 Leden artikel 1 De aanvrage van het lidmaatschap geschiedt schriftelijk bij het bestuur. Het lidmaatschap gaat daadwerkelijk in, als aan de financiële verplichting voortvloeiend uit het lidmaatschap voor de duur van zes maanden is voldaan. Artikel 2 a. Voor zover in de statuten wordt verwezen naar algemene bewoordingen als lidmaatschap, lid of leden, wordt hieronder verstaan zowel leden als beschreven in artikel 4 lid 1 als aspirant-leden zoals beschreven in artikel 5 lid 1 van de statuten. Uitzondering hierop vormen de vermeldingen in artikel 8 en artikel 20 tot en met 24 van de statuten, waarbij de verwijzing geldt voor leden zoals beschreven in artikel 4 lid 1 van de statuten, zijnde personen van 18 jaar of ouder. b. Voor zover in dit huishoudelijk reglement wordt verwezen naar lid of leden wordt hiermee verstaan leden zoals beschreven in artikel 4 lid 1 van de statuten. De bewoording lidmaatschap in het huishoudelijk reglement is van toepassing op zowel leden als aspirant-leden. In overige gevallen worden de aspirant leden, zoals beschreven in artikel 5 lid 1 van de statuten, specifiek vermeld. artikel 3 1. Het vaststellen van de jaarlijkse bijdrage door de algemene vergadering - als bedoeld in artikel 7 van de statuten - vindt minimaal plaats voor de volgende categorieën. blokfluit leden gesubsidieerde leerling leden leerling leden werkende leden Voor alle vier de categorieën geldt de indeling voor zowel leden als voor aspirant leden (leden jonger dan 18 jaar). 2. Onder blokfluit leden worden verstaan leden die blokfluit les genieten. Onder gesubsidieerde leerling leden worden verstaan beginnende muziekbeoefenaren waarvoor de vereniging van de gemeente Woudenberg lesgeld subsidie ontvangt. Deze status duurt maximaal 5 jaren. Onder leerling leden worden verstaan leden welke muziek les genieten maar echter de status als onder 2b bedoeld hebben gehad dan wel daar niet voor in aanmerking komen. Onder werkende leden worden verstaan alle leden niet vallend onder a, b of c. 3. De inpassing van de (adspirant-) leden in de onderscheiden categorieën is ter beoordeling van het bestuur, mits niet in strijd met de statuten.

2

3 artikel 4 De (adspirant-) leden zijn verplicht: a. De voor hen vastgestelde jaarlijkse bijdrage per halfjaar bij vooruitbetaling te voldoen. b. De door het bestuur vastgestelde vergaderingen, muziekoefeningen en uitvoeringen zoveel mogelijk bij de wonen. c. De bepaling van Statuten en Huishoudelijk reglement na te komen. d. Gedurende alle muziekuitvoeringen en vergaderingen zich aan de leiding van dirigent en bestuur te onderwerpen. e. De hun - al dan niet tegen bepaalde vergoeding - in bruikleen gegeven instrumenten, muziekstukken en andere eigendommen van de vereniging in goede staat te houden. De door nalatigheid ontstane schade zal door of namens de vereniging worden hersteld, waarbij de kosten hiervan op haar of hem worden verhaald. f. Instrumenten, muziekstukken en of andere eigendommen van de vereniging, uitsluitend voor persoonlijk gebruik aan te wenden. g. De aan hen in bruikleen gegeven eigendommen van de vereniging uitsluitend ten behoeve van de verenigingsactiviteiten te gebruiken. Het bestuur kan per geval van deze bepaling ontheffing verlenen. h. In geval van vrijwillig of gedwongen uittreden uit de vereniging, op eerste vordering van het bestuur, de in bruikleen gekregen goederen van de vereniging in ongeschonden staat terug te brengen bij het daartoe aangewezen bestuurslid. Bij gebreke hiervan zal het bestuur de terugvordering eisen met vergoeding van de daartoe aangewende kosten en van de kosten van een eventueel noodzakelijk herstel. artikel 5 Indien een (adspirant-) lid de in artikel 4 lid a t/m g genoemde bepalingen herhaaldelijk niet nakomt; door kwaadwilligheid de uitvoering van muziekstukken tracht te verijdelen of op wiens gedrag valt aan te merken, kan hij/zij door het bestuur - eventueel op voordracht van de dirigent of van een vijftal leden - voor een bepaalde tijd van deelname aan de verenigingsactiviteiten worden uitgesloten of geschorst. Het bestuur artikel 6 De leden van het bestuur hebben zitting gedurende 3 jaren. Het aftreden geschiedt overeenkomstig het bepaalde in artikel 9 lid 3 van de statuten, met dien verstande, dat niet twee leden van het dagelijks bestuur gelijktijdig aftredend zijn. artikel 7 Bij tussentijds aftreden van een bestuurslid wordt in diens plaats voorzien bij de eerstvolgende ledenvergadering. artikel 8 Alvorens het aftreden van de penningmeester kan plaatsvinden, dient de algemene vergadering hem decharge te verlenen. artikel 9

4 Naast de in artikel 10 van de statuten genoemde functies, worden door het bestuur uit haar midden een vicevoorzitter, een 2e secretaris en een 2e penningmeester aangewezen. artikel 10 Het bestuur wijst uit haar midden aan: Een muziekbibliothecaris Een beheerder van de instrumenten Een beheerder van de uniformen Een beheerder van de repetitieruimten. Zij kan zich hiertoe laten bijstaan door nietbestuursleden. artikel 11 De secretaris en de penningmeester zijn onder verantwoordelijkheid van het bestuur belast met de zorg voor de administratieve werkzaamheden der vereniging, waarmee te verstaan: het voeren van alle correspondentie, het verzorgen van de verslagen, het in orde houden van de boekhouding, archief, het doen van de ontvangsten en uitgaven der vereniging. artikel 12 De secretaris en de penningmeester zorgen namens het bestuur voor de aanbieding van het jaarverslag en de rekening en verantwoording over het afgelopen jaar aan de algemene vergadering. artikel 13 De secretaris zorgt voor het administratieve deel en de penningmeester zorgt voor het financiële deel, alsmede voor de verantwoording hierover aan het bestuur. artikel 14 Het als muziekbibliothecaris aangestelde bestuurslid legt een lijst aan van alle aan de vereniging toebehorende muziekstukken en zorgt dat de onder zijn beheer zijnde stukken in goede orde verkeren en zijn opgeborgen. In overleg met de muziekcommissie en het bestuur verzorgt hij de nodige aankoop en aanvulling van muziekstukken. artikel 15 Het bestuurslid belast met het beheer en toezicht op het aan de vereniging toebehorende instrumentarium legt een lijst aan van het instrumentarium en een lijst waarin is vermeld welk instrument aan wie in bruikleen is gegeven. Hij zorgt dat het nodige onderhoud en de reparaties worden verricht. Onder goedkeuring van het bestuur en in overleg met de dirigent verzorgt hij de nodige aankoop van materialen en/of instrumenten. artikel 16 Het door het bestuur aangestelde bestuurslid belast met de zorg voor de aan de vereniging toebehorende uniformen, legt hiervan een lijst aan, waarin tevens is vermeld wie een uniform met toebehoren in bruikleen heeft. Tevens zorgt dit bestuurslid dat de nodige reparaties daaraan worden verricht. In overleg met het bestuur zorgt hij voor de nodige aankopen de uniformen betreffende.

5 artikel 17 Het door het bestuur als beheerder van de repetitieruimten aangestelde bestuurslid is belast met het algehele beheer van de repetitieruimen, de inrichting en de inventaris. artikel 18 Het bestuur benoemd een muziekcommissie, minimaal bestaande uit de bibliothecaris en 2 leden van de vereniging. In deze commissie heeft de dirigent een adviserende stem. artikel 19 Op een bestuursvergadering kunnen slechts dan besluiten worden genomen, indien minimaal 2/3 van het aantal bestuursleden ter vergadering aanwezig is. Bestuursvergaderingen worden bijeen geroepen door de secretaris. De oproeping dient schriftelijk onder vermelding van de te behandelen onderwerpen aan de adressen van de bestuursleden, danwel door persoonlijke overhandiging te geschieden. Algemene vergadering artikel 20 Het vaststellen der jaarlijkse bijdrage van de in artikel 3 van dit reglement genoemde leden vindt jaarlijks door de algemene vergadering plaats, op voordracht van het bestuur. Ereleden zijn geen jaarlijkse bijdrage verschuldigd. Voor donateurs wordt door de algemene vergadering een minimum donatie vastgesteld. artikel 21 De ereleden worden uitgenodigd tot het bijwonen van de algemene vergadering; zij ontvangen alle geschriften, van de vereniging uitgaande, gratis. Zij hebben een adviserende stem, tenzij zij tevens gewoon lid zijn. artikel 22 De (adspirant-) leden ontvangen alle stukken van de vereniging uitgaande, alsmede een exemplaar van de Statuten en het Huishoudelijk reglement. artikel 23 Toegang tot de algemene vergadering hebben naast de in artikel 18 van de statuten genoemde personen, tevens de adspirant leden en de ouders of verzorgers van adspirant leden. Zij hebben het recht aan discussies deel te nemen. Stemrecht hebben alleen de in artikel 20 lid 4 van de statuten bedoelde personen. artikel 24 De leden die de algemene vergadering bijwonen tekenen de presentielijst. artikel 25 Ieder lid heeft het recht staande een vergadering amendementen in te dienen. Deze worden voor het onderhavige voorstel in stemming gebracht en wel eerst het amendement dat volgens de voorzitter de verste strekking heeft. artikel 26

6 Stemming over personen geschiedt schriftelijk. artikel 27 Bij schriftelijke stemming benoemt de voorzitter een commissie voor stemopneming, welke commissie na het volbrengen van haar taak automatisch aftreedt. artikel 28 Ieder lid kan bij stemming over personen verzoeken om een vrije stemming. De voorzitter is verplicht aan dit verzoek gevolg te geven. Een vrije stemming moet duidelijk als zodanig door de voorzitter worden aangekondigd. artikel 29 Schriftelijk uitgebrachte stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht indien: Op het stembriefje de naam/namen niet duidelijk vermeld staat/staan, of dezelfde naam meermalen voorkomt, en/of voorzien is van een of meer overbodige toevoegingen. Op het stembriefje meer namen voorkomen dan het aantal te verkiezen personen bedraagt. Het stembriefje is ondertekend. artikel 30 Een voorstel tot wijziging of aanvulling van het Huishoudelijk reglement dient tenminste veertien dagen voor de vergadering ter kennis van de leden te worden gebracht. Hierbij dient de oproep vergezeld te gaan van de volledige tekst van de voorgestelde wijziging. artikel 31 Het Huishoudelijk reglement kan alleen gewijzigd worden in een algemene vergadering, indien 2/3 der uitgebracht geldige stemmen daar voor is. artikel 32 In alle gevallen, waarin het huishoudelijk reglement niet voorziet, beslist het bestuur.