Juni Informatiekunde

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Juni Informatiekunde"

Transcriptie

1 Juni 2007 Informatiekunde

2 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus RA Utrecht Telefoon: Fax: Internet: QANU Tekst en cijfermateriaal uit deze uitgave mogen, na toestemming van QANU en voorzien van bronvermelding, door middel van druk, fotokopie, of op welke andere wijze dan ook, worden overgenomen.

3 Inhoudsopgave Voorwoord 5 Voorwoord vicevoorzitter visitatiecommissie 7 Deel I Algemeen deel 9 1. Inleiding Taak en samenstelling van de commissie Werkwijze van de commissie Domeinspecifiek kader Informatiekunde 1 5. Algemene bevindingen 5 Deel II Opleidingsdeel De bacheloropleiding Informatiekunde en de masteropleiding Informatiekunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen 9 2. De bacheloropleiding Informatiekunde en de masteropleiding Informatiekunde aan de Rijksuniversiteit Groningen De bacheloropleiding Informatiekunde en de masteropleiding Information Science aan de Universiteit Utrecht 99 Bijlagen 133 Bijlage A: Curricula vitae van de leden van de visitatiecommissie Informatiekunde 135 Bijlage B: Kengetallen Universitair Onderwijs 137 Bijlage C: Programma s van visitatiebezoeken 141 3

4 4

5 VOORWOORD Dit rapport is onderdeel van de kwaliteitsbeoordeling van universitaire bachelor- en masteropleidingen in Nederland. Het doel van het rapport is om een betrouwbaar beeld te geven van de resultaten van de voor beoordeling voorgelegde opleidingen, alsmede een terugkoppeling te geven naar de interne kwaliteitszorg van de betrokken organisaties en als basis te dienen voor de ac creditatie van de betrokken opleidingen door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). De stichting Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) beoogt onafhankelijke, objectieve en kritische beoordelingen te laten plaatsvinden en opbouwende kritiek te leveren, zo veel mogelijk uitgaande van een gestandaardiseerde set van kwaliteitscriteria met oog voor specifieke omstandigheden. De visitatiecommissie Informatiekunde van QANU heeft haar taken met gro te toewijding uitgevoerd in een periode die wordt gekenmerkt door de overgang naar de bachelor-masterstructuur. De opleidingen zijn beoordeeld op een grondige en zorgvuldige manier en binnen een duidelijk beoordelingskader. Wij verwachten dat de oordelen en de aanbevelingen in zorgvuldige overweging zullen worden genomen door de betrokken oplei dingen, faculteitsbesturen en Colleges van Bestuur. Tijdens de visitatie bereikte ons het verdrietige bericht van het overlijden van de voorzitter van de visitatiecommissie, prof. dr. René Wagenaar. We willen op deze plaats onze grote waardering uitspreken voor de deskundige wijze waarop prof. Wagenaar de vergaderingen van de visitatiecommissie heeft voorgezeten en de vakkundige en aimabele wijze waarop hij de visitatiebezoeken heeft geleid. We zeggen dank aan de vicevoorzitter en de leden van de visitatiecommissie voor hun bereidheid deel te nemen aan deze beoordeling en voor de toewijding waarmee ze hun taak hebben uitge voerd. Ook gaat onze dank uit naar de staf van de betrokken afdelingen aan de universiteiten voor hun inspanningen en hun medewerking aan deze beoordeling. Quality Assurance Netherlands Universities mr. C.J. Peels directeur drs. J.G.F. Veldhuis voorzitter bestuur 5

6 6

7 VOORWOORD VICEVOORZITTER VISITATIECOMMISSIE De universitaire opleidingen Informatiekunde maken deel uit van een sterk veranderend landschap van zowel de maatschappij in het algemeen als van de universiteit in het bijzonder. In allerlei sectoren van de maatschappij worden in toenemende mate informatiesystemen ontwikkeld en gebruikt. Er valt daarbij te denken aan het recht, gezondheidszorg, onderwijs, het bedrijfsleven in het bijzonder ICT, bank- en verzekeringswezen, communicatie, kunst & cultuur, wetenschap, overheid, et cetera. In het universitaire landschap werd en wordt Informatiekunde geconfronteerd met de invoering van afzonderlijke bachelor- en masteropleidingen waardoor het noodzakelijk was opnieuw het programma vanuit de doelstellingen te doordenken, zowel onderwijskundig in de opleiding als bestuurlijk binnen de faculteit. Van belang daarbij is vooral ook het leggen van een heldere relatie met het vigerende onderzoek. Belangrijk hierbij is de wijze waarop in de Informatiekunde de integratie vormgegeven wordt tussen enerzijds informatietechnologie en informatiemanagement en anderzijds een of meer andere wetenschappen die als domeinen in het verlengde liggen van de hiervoor genoemde maatschappelijke sectoren. De visie op deze maatschappelijke en universitaire ontwikkelingen heeft geresulteerd in een verscheidenheid van programmatische en organisatorische structuren van de opleidingen waarover het laatste woord nog niet is gezegd. Wél kan worden gesteld dat deze discussies in de verschillende locaties zich alle richten op een eigen vormgeving en profilering van de gemeenschappelijke kern van de opleiding Informatiekunde: Informatiekunde richt zich op theorievorming en onderzoek naar het effectief structureren, verwerken, en communiceren van informatie en de rol die informatietechnologie daarbij speelt. Informatieprocessen bij individuen en organisaties worden niet alleen uit technisch maar ook uit cognitief, sociaal, en bedrijfskundig perspectief gezien. De condities waaronder deze discussie plaatsvindt aan de bezochte universiteiten zijn zodanig dat de commissie de afloop van deze discussie met vertrouwen tegemoetziet. In dit rapport geeft de visitatiecommissie Informatiekunde een beeld van deze opleidingen in deze veranderende wereld. Ten behoeve van de externe kwaliteitszorg en in opdracht van QANU heeft de commissie de afgelopen periode de opleidingen gevisiteerd. De door de instellingen vervaardigde zelfevaluatierapporten waren daarbij een goede en bruikbare informatiebron en wegwijzer voor nader te bestuderen stukken ter plaatse. Uitgaande van de zelfevaluatierapporten en de nader beschikbaar gestelde informatie heeft de commissie zich voorafgaand en tijdens de commissiebezoeken van de opleidingen een beeld kunnen vormen en dit vervolgens kritisch getoetst in dialoog met de opleidingen, de faculteiten en de instellingen waarin deze zijn gesitueerd. Op basis van deze schriftelijke en mondelinge informatie is de commissie in staat geweest het beeld en het oordeel te formuleren zoals verwoord in dit rapport. De commissie heeft ervaren dat de opleidingen op een professionele wijze hebben bijgedragen aan het vaststellen van het beeld van de commissie over de opleidingen. Zonder uitzondering hebben de vertegenwoordigers van de opleidingen hun opleidingen goed en gerechtvaardigd voorgesteld en toegelicht. Alle betrokkenen, bestuurders, docenten, studenten, alumni en het beroepenveld, die tijdens de commissiebezoeken in de dialoog waren betrokken, hebben bijgedragen aan de algemene vaststelling van de commissie dat de opleidingen op een zeer enthousiaste manier bezig zijn het boeiende vakgebied van de informatiekunde vorm te geven en uit te dragen. De commissie heeft ook geconstateerd dat de grote veranderingen in de omgeving, bijvoorbeeld ten aanzien van de afzonderlijke masteropleidingen, aandacht vragen en keuzen vergen binnen de organisaties. Zoals gezegd, het zoekproces loopt nog, en de discussies zijn nog niet uitgekristalliseerd, omdat wellicht ook alle relevante informatie in dezen nog niet op een rij staat en is uitgewisseld tussen de relevante participanten in de discussie. De commissie heeft in dit kader ten slotte ook geconstateerd dat het typische karakter van het vakgebied 7

8 vraagt om een voortdurend ijken van de eigen positie, zeker in het licht van de werving van en voorlichting aan nieuwe studenten, en dat daarbij landelijke afstemming raadzaam is. Twee vrijheidsgraden in de opzet van een opleiding springen hierbij in het oog. In de eerste plaats de aandacht voor ontwerpen in de opleiding, en in de tweede plaats de multidisciplinariteit en de relatie met andere faculteiten. De commissie heeft geconstateerd dat de opleidingen moeite hebben met een scherpe positionering in deze twee vrijheidsgraden. Met name in kleinschalige omgevingen blijkt de multidisciplinariteit lastig. De commissie hoopt dat dit rapport helpt om samen met de zelfevaluatierapporten een goed beeld te verschaffen van de huidige stand van zaken en kan bijdragen aan een goede rol van de opleidingen Informatiekunde in het aanbod van hoger onderwijs. De commissie dankt allen die tijdens het proces hebben bijgedragen aan de totstandkoming van de conclusies en dit rapport en denkt met plezier terug aan de bezoeken aan de opleidingen. De leden van de commissie zullen zich deze visitatiecyclus ook herinneren vanwege het plotselinge overlijden van commissievoorzitter prof. dr. René Wagenaar. Juist voor de laatste commissievergadering zorgde het bericht van zijn overlijden voor onbegrip en verdriet. De commissieleden hebben René tijdens de voorbereidende vergaderingen en de commissiebezoeken meegemaakt als iemand die op uiterst deskundige wijze, kritisch, rechtvaardig en plezierig de dialoog met de opleidingen wist te leiden. Zoals René trots was op het werk van zijn commissie zijn de leden van de commissie trots deel te hebben mogen uitgemaakt van de commissie Wagenaar. Prof. dr. ir. G.J.P.M. Houben, vicevoorzitter visitatiecommissie Informatiekunde 8

9 DEEL I: ALGEMEEN DEEL 9

10 10

11 1. Inleiding Met het oog op de accreditatie van de wetenschappelijke bachelor- en masteropleidingen door middel van een externe beoordeling van de kwaliteit heeft QANU, Quality Assurance Netherlands Universities, in 2006 de visitatiecommissie Informatiekunde ingesteld. In dit rapport doet de visitatiecommissie Informatiekunde, hierna te noemen de commissie, verslag van haar bevindingen. Het rapport bestaat uit twee delen, het algemeen deel en de afzonderlijke opleidingsrapporten. Het algemeen deel gaat in op de taak, samenstelling en werkwijze van de commissie. Daarnaast besteedt het algemeen deel aandacht aan het domeinspecifieke kader dat de commissie bij de visitatie heeft gehanteerd. Tot slot is er in het algemeen deel ook ruimte voor enkele algemene bevindingen. De afzonderlijke opleidingsrapporten behandelen per gevisiteerde opleiding de 21 facetten van het NVAO-beoordelingskader. 11

12 12

13 2. Taak en samenstelling van de commissie Beoordeelde opleidingen De commissie heeft in het kader van deze visitatie de volgende opleidingen beoordeeld. Universiteit Opleidingen (met CROHO-nummer) Radboud Universiteit Nijmegen Bachelor Informatiekunde (56842) Master Informatiekunde (66842) Rijksuniversiteit Groningen Bachelor Informatiekunde (56842) Master Informatiekunde (66842) Universiteit Utrecht Bachelor Informatiekunde (56842) Master Information Science (60809) Samenstelling van de commissie De visitatiecommissie Informatiekunde was samengesteld uit de volgende leden: De heer prof. dr. R.W. Wagenaar (hoogleraar Informatie- en Communicatietechnologie, Technische Universiteit Delft, voorzitter) De heer ir. A.F. Baldinger (voorzitter Nederlands Architectuur Forum, voormalig Corporate IT staff member, ING Group) De heer prof. dr. F. van Eynde (hoogleraar Computerlinguïstiek, Katholieke Universiteit Leuven) De heer prof. dr. ir. G.J.P.M. Houben (hoogleraar Information Systems, Vrije Universiteit Brussel en Technische Universiteit Eindhoven, vice-voorzitter) De heer B. Schotten (student Informatiekunde, Radboud Universiteit Nijmegen) De heer dr. C. Terlouw (directeur Instituut Elan, Universiteit Twente) De heer W. Wiersma (student Informatiekunde, Rijksuniversiteit Groningen) Als bijlage A zijn de curricula vitae van de commissieleden opgenomen. Secretaris van de commissie vanuit QANU was drs. W.J.J.C. Vercouteren RC. De commissie heeft geheel onverwachts haar voorzitter, René Wagenaar, verloren. De leden van de commissie waren geschokt door zijn plotselinge overlijden. De slotvergadering van de commissie heeft plaatsgevonden zonder haar voorzitter. Het overlijden van René Wagenaar, hoe triest ook, heeft in zakelijk opzicht geen wijzigingen aangebracht in het proces van visitatie. Dat wil zeggen dat de commissie haar werkzaamheden op een afgewogen wijze heeft kunnen afronden. Daarbij is het voorzitterschap van de commissie waargenomen door Geert-Jan Houben. De heer Van Eynde was niet in de gelegenheid om het visitatiebezoek aan de Radboud Universiteit Nijmegen bij te wonen. De heer Wiersma trad op als studentlid bij de visitatiebezoeken aan de Radboud Universiteit Nijmegen en de Universiteit Utrecht. Hij was niet betrokken bij de visitatie van de Rijksuni- 13

14 versiteit Groningen om redenen van het behoud van de onafhankelijkheid. Uitsluitend bij deze laatste universiteit trad de heer Schotten op als studentlid in de commissie. De samenstelling van de commissie is tot stand gekomen mede op basis van suggesties van de betrokken, te visiteren opleidingen. De betrokken opleidingen en faculteitsbesturen zijn in de voorbereidende fase in de gelegenheid gesteld om bezwaar aan te tekenen tegen de door het QANU-bestuur voorgelegde samenstelling van de commissie. Bij de samenstelling van de commissie heeft de Faculteit der Letteren van de Rijksuniversiteit Groningen expliciet aandacht gevraagd voor haar invulling van Informatiekunde. Zij heeft opgemerkt dat deze opleidingen Informatiekunde vooral gericht zijn op informatieverwerking in de context van communicatie en in het bijzonder op de verwerking van communicatie in de vorm van talige informatie. De prominentste specialismen voor studenten zijn enerzijds computationele taalkunde en anderzijds webtechnologie. Gezien dit profiel heeft deze opleiding erop aangedrongen dat ook vertegenwoordigers van informatiekunde in deze zin in de commissie zitting zouden hebben. Om die reden is de heer Van Eynde op verzoek van QANU tot de commissie toegetreden. Taakstelling van de commissie Op grond van het instellingsbesluit van de commissie van 11 december 2006 was de taak van de commissie om op basis van de door de faculteiten aan te leveren informatie en door middel van het ter plaatse voeren van gesprekken met de opleidingen 1) een oordeel te geven over de verschillende kwaliteitsaspecten van de betrokken opleidingen, zoals beschreven in het QANU-kader van januari 2004, 2) op basis daarvan vast te stellen of de opleidingen naar haar oordeel voldoen aan de criteria voor basiskwaliteit en 3) de aspecten van de opleidingen te identificeren die naar haar oordeel voor verbetering vatbaar zijn. 14

15 3. Werkwijze van de commissie Installatie van de commissie De commissie hield haar installatievergadering op 11 december 2006 en is formeel tijdens die vergadering geïnstalleerd door de heer mr. C.J. Peels, directeur van QANU. Tijdens de vergadering is van de zijde van QANU een uiteenzetting gegeven over het NVAObeoordelingskader, het QANU-kader en de daaruit voortvloeiende taakstelling van de commissie. Daarbij is ook met name ingegaan op de bepalingen in het QANU-kader die betrekking hebben op de onafhankelijkheid van de leden van de commissie. Aan alle leden is verzocht een onafhankelijkheidsverklaring te ondertekenen en deze aan QANU te geven. Alle leden hebben dat gedaan. Daarmee is de onafhankelijkheid van de commissieleden formeel vastgelegd. De commissie heeft in de installatievergadering afspraken gemaakt over de voorbereiding en de uitvoering van visitatiebezoeken. Voorbereiding van de visitatiebezoeken De commissie heeft afgesproken dat het wenselijk was om tijdens de visitatiebezoeken met zoveel mogelijk verschillende betrokkenen bij de opleidingen van gedachten te kunnen wisselen. Met name hechtte de commissie belang aan het kunnen spreken met de aan de opleiding afgestudeerde aio s en ook met vertegenwoordigers van het afnemende beroepenveld. Het gesprek met de aio s was in de ogen van de commissie relevant om te kunnen beoordelen in welke mate de opleidingen zouden voorbereiden op een loopbaan in het wetenschappelijk onderzoek. Het gesprek met de vertegenwoordigers van het beroepenveld was met name van belang om te kunnen beoordelen hoe de opleidingen aansluiten op de vragen vanuit het beroepenveld. Waar mogelijk is dit opgenomen in de programma s van de visitatiebezoeken. De programma s van de visitatiebezoeken zijn tot stand gekomen in samenspraak tussen de opleidingen en de visitatiecommissie. In bijlage C van dit rapport is het programma van elk van de visitatiebezoeken opgenomen. De commissie heeft afspraken gemaakt over de verdeling van de aandachtsgebieden onder de commissieleden. Daarbij heeft de commissie ervoor gezorgd dat alle onderwerpen en facetten van het NVAO-beoordelingskader bij een of meer commissieleden belegd waren, opdat steeds een compleet beeld van de opleidingen zou ontstaan. De commissieleden hebben ruim voor de visitatiebezoeken kennis kunnen nemen van de zelfevaluatierapporten van de opleidingen en de bijlagen daarbij. De commissieleden hebben ook ruim voor de visitatiebezoeken ieder twee bachelorscripties en twee masterscripties van elk van de opleidingen ontvangen. De scripties zijn aselect door de voorzitter en de secretaris van de commissie bij de opleidingen gekozen. Maatgevend voor deze selectie was een evenwichtige spreiding van de cijfers die de opleidingen aan de scripties hadden gegeven. Voor de Rijksuniversiteit Groningen zijn alle masterscripties door de commissie beoordeeld, omdat het aantal afgestudeerden van deze opleiding vooralsnog gering is. De commissieleden hebben op basis van de geraadpleegde zelfevaluatierapporten en de bestudeerde scripties vragen uitgewisseld voorafgaande aan de visitatiebezoeken. Deze vragen hebben een leidraad gevormd voor de gesprekken die de commissie tijdens de visitatiebezoeken heeft gevoerd. 15

16 Omdat de onderhavige visitatie een relatie heeft met de eerdere visitatie van de opleidingen Informatiekunde van de Vrije Universiteit, Universiteit Twente en Universiteit van Tilburg, hebben de commissieleden ook kennisgenomen van de rapportage van deze opleidingen, die dateert van december De commissie heeft voorafgaande aan de visitatiebezoeken aan de opleidingen een lijst doen toekomen van het informatiemateriaal dat de opleidingen verzocht werd tijdens de visitatiebezoeken ter inzage te leggen. Deze lijst was als volgt: voorlichtingsmateriaal over de opleiding voor aankomende studenten; onderwijs- en examenregeling, examenreglement en studentenstatuten; recente verslagen van vergaderingen van de opleidingscommissie en de examencommissie, onderwijsjaarverslagen en overgangsregelingen; documentatie die inzicht geeft in de onderzoeksomgeving en die eventueel aantoont dat deze van erkende kwaliteit is; representatieve selectie van studiemateriaal (studiehandleidingen, handboeken, syllabi en readers); overzicht van beschikbare relevante tijdschriften; representatieve selectie van werkstukken, portfolio s, onderzoeksverslagen van studenten, stageverslagen, inclusief beoordelingsformulieren; elektronische leeromgeving van de opleiding en overige relevante software; stagereglementen/handleidingen; representatieve selectie van toetsen, zowel opgaven als uitwerkingen/beantwoording en de beoordeling daarvan; scriptiereglementen en richtlijnen voor het maken van werkstukken; alle scripties die in het zelfevaluatierapport worden vermeld en eventueel beoordelingsformulieren als die gebruikt zijn; documentatie die inzicht biedt in het personeelsbeleid, scholing van de staf, beschikbare menskracht en middelen en onderwijsbelasting van de staf; kwaliteitshandboeken; college-, onderwijs- en curriculumevaluaties, studententevredenheidsmonitor(en) et cetera; alumni-enquêtes; medewerkerstevredenheidsonderzoeken; verslagen/rapporten facultaire onderwijscommissies; verslagen/rapporten relevante (d.i. voor het onderwijs) ad-hoccommissies; jaarverslagen (onderwijs, onderzoek, laatste drie jaar); facultaire sociale jaarverslagen; kengetallen rendementen en studievoortgangsmonitoring. Inrichting van de visitatiebezoeken De visitatiebezoeken zijn ingericht in samenspraak tussen de betrokken opleidingen en de secretaris van de commissie. Ieder visitatiebezoek heeft twee dagen in beslag genomen. Daarbij heeft de commissie met alle geledingen van de opleidingen kunnen spreken, zoals de decaan en het bestuur van de faculteit, opleidingsdirectie, opstellers van het zelfevaluatierapport, onderwijscoördinatoren, studieadviseurs, bachelor- en masterstudenten, onder wie zowel studenten 16

17 met een vwo-vooropleiding als studenten die instroomden vanuit het hbo, docenten, alumni, onder wie aio s, leden van de opleidingscommissie, examencommissie en vertegenwoordigers van het beroepenveld. De visitatiecommissie heeft bij alle opleidingen een kennismakingsgesprek kunnen voeren met een lid van het College van Bestuur of met de rector magnificus van de universiteiten. De commissie heeft op deze wijze een goed beeld van de opleidingen kunnen krijgen. In het eerste deel van de visitatiebezoeken had de commissie de gelegenheid de vragen en eerste indrukken over de opleidingen uit te wisselen op basis van de zelfevaluatierapporten en scripties. Geruime tijd voorafgaande aan het visitatiebezoek heeft de commissie op brede schaal laten aankondigen dat de mogelijkheid voor eenieder openstond om in een vertrouwelijk gesprek met de commissie bepaalde zaken aan de orde te stellen. Belangstellenden konden zich bij de secretaris van de commissie melden. Bij geen van de visitatiebezoeken is gebruikgemaakt van deze mogelijkheid. Tijdens de visitatiebezoeken heeft de commissie aanvullende informatie aan de opleiding gevraagd waar zij dat nodig achtte om tot een oordeel te komen. De opleidingen hebben steeds voor deze informatie gezorgd. De reeds beschikbare informatie, de documenten die ter plekke aanwezig waren, en de aanvullende informatie hebben de commissie in staat gesteld een goed overzicht van de opleiding te verwerven. Bij elk van de visitatiebezoeken heeft de commissie ook een rondleiding gekregen langs de collegezalen en de faciliteiten van de opleidingen. Na afloop van de gesprekken tijdens de visitatiebezoeken heeft de commissie in een intern overleg de bevindingen onderling besproken. Deze bevindingen heeft de commissie opgedaan zowel op basis van de vooraf bestudeerde stukken als op basis van de gevoerde gesprekken. De voorzitter van de commissie heeft aan het einde van de tweede visitatiedag in een openbare zitting de voorlopige bevindingen van de commissie uitgesproken. Vooraf is de opleidingen kenbaar gemaakt dat aan deze uitspraken geen rechten door hen konden worden ontleend. KUO-cijfers De schrijvers van de zelfevaluatierapporten hebben ter onderbouwing van een deel van hun cijfermateriaal mede gebruik gemaakt van cijfermateriaal dat afkomstig is van een database die door de VSNU is ontwikkeld. Deze cijfers worden ook wel de KUO-cijfers genoemd (Kengetallen Universitair Onderwijs). Deze database bevat gegevens over onder andere de studenteninstroom, rendementen en studieduur. Aangezien de cijfers op identieke wijze door het Centraal Bureau voor de Statistiek worden bewerkt, is het mogelijk om de universiteiten en opleidingen onderling te vergelijken. Met uitzondering van de cijfers over het aantal ingeschrevenen zijn alle cijfers over instroom, rendementen en studieduur gebaseerd op één basisdefinitie: de student heeft niet eerder aan een bepaalde opleiding van een instelling ingeschreven gestaan. Dit wordt ook wel de inschrijving Eerstejaars-Opleiding-Instelling (EOI) genoemd. Studenten met meer dan één inschrijving blijven dus buiten beschouwing omdat ze niet goed zijn toe te delen in hoofd- en nevenopleiding. 17

18 Om een aantal uiteenlopende redenen achtten de opleidingen de KUO-cijfers minder geschikt om hun rendementcijfers op te baseren. De commissie heeft daarom naast de KUO-cijfers kennisgenomen van de rendements- en doorstroomcijfers die de opleidingen zelf gebruiken. In bijlage B van dit rapport zijn de KUO-tabellen van de betrokken opleidingen opgenomen tot en met het meest recente jaar Beslisregels De commissie heeft voor de beoordeling van de facetten van het NVAO-beoordelingskader een vierpuntsschaal gehanteerd en de beslisregels gevolgd, die zijn neergelegd in het QANUkader. Deze zijn: de beoordeling onvoldoende geeft aan dat de opleiding niet voldoet aan de criteria voor basiskwaliteit die gelden voor het desbetreffende facet; de beoordeling voldoende geeft aan dat de opleiding voldoet aan de criteria voor basiskwaliteit die gelden voor het desbetreffende facet; de beoordeling goed geeft aan dat de opleiding aantoonbaar uitstijgt boven het niveau dat wordt vastgelegd door de criteria voor basiskwaliteit die gelden voor het desbetreffende facet; de beoordeling excellent geeft aan dat de opleiding als een voorbeeld van best practice mag worden beschouwd met betrekking tot het desbetreffende facet. De commissie heeft kennisgenomen van de beslisregel dat de commissie de mogelijkheid heeft op inhoudelijke gronden tot een voldoende voor een onderwerp te komen, zelfs wanneer een van de facetten onvoldoende zou zijn. Alle onderwerpen van het NVAO-beoordelingskader dienen voldoende te zijn. Bij de beoordeling van de onderwerpen wordt een tweepuntsschaal gebruikt, te weten voldoende of onvoldoende. De commissie heeft de beslisregels van het QANU-kader consequent toegepast. De commissie heeft in overeenstemming met deze regels het predikaat voldoende gebruikt als basisnorm. Dat zou op de oppervlakkige lezer de indruk kunnen maken alsof de commissie de beoordeelde opleidingen aan de magere kant beschouwt. De visitatiecommissie heeft echter beoordeeld of de opleidingen aan de gestelde basiskwaliteit beantwoorden en in overeenstemming daarmee een voldoende toegekend. De commissie heeft daarbij in de eerste plaats een antwoord gegeven op de vraag of een opleiding voldoet aan de specifieke criteria die zijn vastgelegd in het Accreditatiekader bestaande opleidingen van de NVAO. Anderzijds komt het voor dat de commissie een voldoende beoordeling voor een facet gegeven heeft in combinatie met een kanttekening of een verbeterpunt. De commissie heeft in dergelijke situaties aangegeven dat een dergelijke opmerking niet tot een onvoldoende beoordeling heeft geleid. Dit is een gevolg van het proces van weging van alle relevante bevindingen en oordelen dat de commissie voor elk van de facetten heeft gevolgd. De commissie beveelt mede om deze reden aan de oordelen integraal te lezen. 18

19 Rapportage Op basis van de bevindingen van de commissie heeft de secretaris de conceptrapportages opgesteld. Deze zijn voorgelegd aan de commissieleden. In deze rapportage is niet expliciet de bron van de bevindingen opgenomen, omdat de bevindingen zowel op de vooraf bestudeerde documenten als op de gevoerde gesprekken zijn gebaseerd. De commissie heeft op 5 april 2007 in haar slotvergadering de rapportages besproken. De commentaren van de leden zijn in de rapportages verwerkt. De rapportages zijn vervolgens voorgelegd aan de faculteiten voor correctie van mogelijke feitelijke onjuistheden. Nadien zijn de opmerkingen van de faculteiten verwerkt door de secretaris in samenspraak met de voorzitter van de commissie. Slotopmerking De commissie heeft de visitatiebezoeken als plezierig en leerzaam ervaren. Dank gaat van de commissie uit naar de opleidingen voor hun gastvrijheid. 19

20 20

21 4. Domeinspecifiek kader Informatiekunde Doel van het domeinspecifieke kader Het domeinspecifieke kader geeft in algemene zin inzicht in de aard en het niveau van de eindkwalificaties van de opleiding. Het was uiteraard van belang in het kader van de visitatie Informatiekunde dat opleidingen zouden weten aan de hand van welk domeinspecifiek kader de visitatiecommissie hun opleidingen zou beoordelen. Daarom heeft de commissie het kader vooraf ter kennisname aan de opleidingen gezonden. Voor de visitatie Informatiekunde hanteerde de commissie als domeinspecifiek kader zowel de gemeenschappelijke kern van de Informatiekunde die in Nederland is opgesteld als de gangbare internationale beschrijving van het vakgebied van Informatiekunde. De gemeenschappelijke kern staat centraal. De internationale beschrijving is bedoeld om de afstemming met de internationale ontwikkelingen in het vakgebied mogelijk te maken. De visitatiecommissie heeft naar voren gebracht dat dit domeinspecifieke kader ruimhartig door de commissie wordt geïnterpreteerd en dat het kader tijdens de visitatie ook ruimhartig gehanteerd zal worden. De visitatiecommissie heeft bewust voor deze interpretatie en hantering gekozen om recht te doen aan de eigen invalshoek van de opleidingen die in het vakgebied van de informatiekunde werkzaam zijn. Gemeenschappelijke kern Informatiekunde In 1999 is in overleg met vertegenwoordigers van de opleidingen in VSNU-verband met het oog op de opname in het CROHO de volgende beschrijving van de gemeenschappelijke kern van de opleidingen Informatiekunde tot stand gekomen: Informatiekunde richt zich op theorievorming en onderzoek naar het effectief structureren, verwerken en communiceren van informatie en de rol die informatietechnologie daarbij speelt. Informatieprocessen bij individuen en organisaties worden niet alleen uit technisch maar ook uit cognitief, sociaal en bedrijfskundig perspectief bezien. Deze gemeenschappelijke kern dateert uit De visitatiecommissie is zich ervan bewust dat sindsdien de ontwikkelingen in het vakgebied niet hebben stilgestaan. Het kan dan ook zijn dat opleidingen niet meer alle perspectieven omvatten maar zich op een of meer van de perspectieven richten. De visitatiecommissie ziet Informatiekunde als het integreren van informatietechnologie en informatiemanagement met een of meer andere wetenschappen. Deze wetenschappen kunnen verschillende zijn, al naar gelang de invalshoek die opleidingen kiezen. Vergelijking in internationaal verband Nederlandse universitaire opleidingen op het gebied van Informatiekunde zullen zich bij voorkeur moeten meten op het internationale vlak. In die zin is het van belang dat de Nederlandse opleidingen zich richten op wat in internationaal verband op het gebied van Informatiekunde maatgevende ontwikkelingen zijn. 21

22 Een internationale standaard voor de informatiekundige opleidingen is het door de Association for Computing Machinery (ACM) en door Association for Information Systems (AIS) ontwikkelde modelcurriculum voor de opleidingen op het vakgebied Information Systems. Voor dit modelcurriculum verwijzen we naar J.T. Gorgone, P. Gray e.a.: MSIS 2000, Model Curriculum and Guidelines for Graduate Degree Programs in Information Systems, ACM, AIS, Deze internationale standaard zal de visitatiecommissie eveneens hanteren in het licht van de invalshoek die de opleidingen zelf hebben gekozen en van de ontwikkelingen die zich sedert 1999 hebben voorgedaan. Het modelcurriculum is uit de volgende onderdelen opgebouwd: Foundations. In dit deel zijn disciplines opgenomen die de inleiding vormen op het gebied van de Information Systems. Daaronder zijn Fundamentals of Information Systems, Information Technology, Hardware en Software en Programming, Data and Object Structures. Information Systems Core. Tot dit deel behoren disciplines als Data Management, Analysis, Modelling and Design of Information Systems, Data Communication and Networking, Project and Change Management en Information Systems Policy and Strategy. Integration. In dit deel zijn cursussen of activiteiten geplaatst, die als doel hebben de verschillende disciplines te integreren. Career Tracks. Dit deel heeft betrekking op (keuze)disciplines, gericht op de beroepen die de afgestudeerde na zijn studie kan uitoefenen. Deze beroepen bevinden zich op het gebied van wetenschappelijk onderzoek, consultancy, management, electronic business, datamanagement en andere. De commissie wijst erop dat in ons land masteropleidingen studenten ook voorbereiden op wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijk publiceren, dit in tegenstelling tot opleidingen in de Verenigde Staten. Ter afsluiting Opleidingen kunnen goede redenen hebben om in hun domeinspecifieke kader bepaalde accenten te leggen. Dit bevestigt dat er geen standaardkader bestaat dat in detail is voorgeschreven. Daar staat tegenover dat de gemeenschappelijke kern en het weergegeven modelcurriculum een referentiekader bieden waaraan de visitatiecommissie de opleidingen wil toetsen. De commissie hanteert de zelfgekozen doelstellingen van de opleidingen als een belangrijk referentiepunt voor de beoordeling. De beoordeling door de commissie richt zich dan op de vraag of deze zelfgekozen doelstellingen passen bij een wetenschappelijke opleiding en of ze op hoofdlijnen overeenkomen met de gemeenschappelijke kern van Informatiekunde en met het internationaal gevalideerde modelcurriculum. De opleidingen van de Rijksuniversiteit Groningen hebben enkele opmerkingen ten aanzien van het domeinspecifieke kader gemaakt. De opleidingen lieten weten zich te richten op informatiekunde in de context van communicatie en in het bijzonder de verwerking van talige informatie. Gezien deze keuzen gaven de opleidingen aan zich het meest in een kader voor Information Science te kunnen vinden en minder in een kader voor (Business) Information Systems, waarvan de commissie uitgaat. De commissie heeft kennisgenomen van deze opmerkingen. De ruimhartige interpretatie van het domeinspecifieke kader door de commissie laat ook de ruimte voor deze opleidingen, zo was de conclusie van de commissie. 22

23 De visitatiecommissie van de visitatie in 2002 heeft hetzelfde domeinspecifieke kader gebruikt, waardoor tussen beide visitaties een bepaalde mate van vergelijkbaarheid op dit punt is ontstaan. 23

24 24

25 5. Algemene bevindingen De commissie constateerde een duidelijke verschuiving van het visitatiestelsel dat voorheen bestond naar het huidige accreditatiestelsel. De commissie is zich er zeer bewust van geweest dat het er binnen het huidige stelsel om gaat de kwaliteit van de opleidingen vast te stellen aan de hand van een lijst van welomschreven facetten. De taak van de commissie is derhalve te beoordelen en die oordelen inzichtelijk te maken. De commissie heeft zich onthouden van enige vorm van raadgeving of advisering aan de betrokken opleidingen, omdat zulks immers niet van haar verwacht wordt. Niettemin is de commissie een aantal zaken opgevallen, die voor de stand van zaken op het gebied van de Informatiekunde in Nederland en de verdere ontwikkeling van het onderwijs in dit boeiende vakgebied van belang kunnen zijn. Deze opmerkingen van de commissie dienen de opleidingen overigens niet te lezen als tekenen van voldoende of onvoldoende kwaliteit. De kwaliteitsoordelen staan in de afzonderlijke opleidingsrapporten. Het gaat hier om een aantal overwegingen van de commissie. Grote verscheidenheid De ontwikkeling van informatiekunde in Nederland vindt in belangrijke mate plaats langs een veelheid van lijnen. De informatiekunde is, zoals het domeinspecifieke kader aangeeft, de wetenschap van het integreren van informatietechnologie en informatiemanagement met een of meer andere domeinen. Deze domeinen kunnen verschillend zijn, al naar gelang de invalshoek die opleidingen kiezen. Omdat nagenoeg elk van de opleidingen de verbinding van informatietechnologie en informatiemanagement met onderling verschillende domeinen kiest, is de richting van deze opleidingen Informatiekunde ook elke keer een andere. De commissie vat deze verschillen op als een rijkdom. De commissie ziet dat de opleidingen zich ook ten opzichte van elkaar positioneren door verschillende richtingen te kiezen in de informatiekunde. Dat biedt studenten natuurlijk de mogelijkheid om ook keuzen te maken die in overeenstemming zijn met hun belangstelling. Bewaking van het domein De eerder genoemde rijkdom van de richtingen die de opleidingen kiezen, legt hun echter in de ogen van de commissie ook de verantwoordelijkheid op helder te zijn in de richting die de opleidingen kiezen. Juist bij een veelheid van mogelijke keuzen zou het risico kunnen optreden van het niet duidelijk afbakenen van de richting c.q. het domein van de opleiding. Niet alle opleidingen slagen er even goed in om hun keuze of profilering voldoende duidelijk te maken. Dat kan in beginsel het risico opleveren dat een opleiding te weinig richting heeft of te weinig een eigen focus of een eigen gezicht heeft. Dat is niet bevorderlijk voor de informatiekunde in zijn geheel in Nederland en het is ook niet bevorderlijk voor de betreffende opleidingen. Bij dat laatste kan het lastig zijn studenten helder uit te leggen wat de opzet en de bedoeling van de opleiding is, als gevolg waarvan wellicht minder studenten naar de opleiding zullen gaan of teleurgesteld voortijdig hun studie staken. Voor de informatiekunde als geheel in Nederland is een meer gespecificeerde en duidelijke opvatting over wat informatiekunde is en welke richtingen daarbinnen bestaan bevorderlijk voor de verdere ontwikkeling van het onderwijs in dit vakgebied. De commissie wijst daarbij ook op het volgens haar belangrijke aspect van ontwerpen in de informatiekunde. Zonder een beperkte definitie van ontwerpen te willen bepleiten is het de commissie wel opgevallen dat ontwerpen op zich soms onderbelicht is in de opleidingen. In de informatiekunde kan de vaardigheid om te ontwerpen een zinvol instrument op het brede gebied van de informatiekunde zijn. 25

26 Instroom en studieduur masteropleidingen De commissie heeft geconstateerd dat opleidingen soms moeite hebben met de verdeling van de studielast over de bachelor- en masteropleiding. Dit is zonder twijfel een gevolg van de nog recente invoering van de bachelor-masterstructuur. Een mogelijk onevenwichtige verdeling van de studielast over de bachelor- en de masteropleidingen in de zin van een wellicht wat lichte bacheloropleiding kan echter gevolgen hebben voor de aansluiting tussen de beide opleidingen. De commissie vraagt daarom aandacht voor een dusdanig gewicht en een dusdanige invulling van de bacheloropleiding dat deze goed aansluit op de masteropleiding. De commissie heeft bij de opleidingen ook de worsteling opgemerkt met de duur van de masteropleiding. De vraag die daarbij steeds rees, was of een eenjarige master voldoende tijd en ruimte biedt om tot een voldoende niveau en tot voldoende kennis van informatietechnologie, informatiemanagement en de gekozen domeinen te komen. De commissie heeft daaruit de voorlopige conclusie getrokken dat een eenjarige master in beginsel onvoldoende gelegenheid biedt om het vakgebied van de informatiekunde voldoende te exploreren. De commissie acht het verstandig hierover landelijk een discussie te voeren. Heldere organisatie Vooral op het gebied van de kwaliteitszorg heeft de commissie nogal wat verschillende modellen voor sturing van de organisatie aangetroffen. Daar is op zich niets mis mee. Het is de commissie echter wel opgevallen dat niet altijd de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden voldoende duidelijk zijn belegd. De opleidingen staan zowel voor organisatorische als inhoudelijke sturing, evaluatie en verantwoording. Niet overal is duidelijk omlijnd wie waarvoor verantwoordelijk is. Dat kan afbreuk doen aan de slagvaardigheid van de opleidingen en het kan ook afbreuk doen aan de helderheid voor interne en externe stakeholders van de opleidingen. De commissie pleit voor heldere structuren en korte, heldere lijnen als het om besluitvorming en evaluatie gaat. Wetenschappelijk karakter en beroepenveld Als het gaat om stages en afstudeeropdrachten, kan het voor de informatiekundige van groot belang zijn deze in de praktijk van het bedrijfsleven en de overheid uit te voeren. Het gebied van de informatiekundige omvat de ontwikkeling, het ontwerp en de implementatie van informatiekundige oplossingen in de praktijk door het verbinden van informatietechnologie met andere domeinen. De studie is dan ook bij uitstek geschikt voor de aansluiting met de praktijk in het bedrijfsleven en bij de overheid. Dat maakt het vakgebied extra interessant en boeiend. Anderzijds legt de samenwerking met het bedrijfsleven ook extra verplichtingen op aan de opleidingen. Het kan zo zijn dat de beroepspraktijk eerder de concrete implementatie en uitvoering zoekt en minder geïnteresseerd is in het wetenschappelijk verantwoorde niveau van hetgeen informatiekundigen willen bereiken. Bij de opleidingen ligt de verantwoordelijkheid om in dit spanningsveld verantwoorde beslissingen te nemen. De opleidingen moeten blijven bewaken dat de op zich zeer waardevolle inbreng van de beroepspraktijk niet het wetenschappelijke karakter onder druk zet. Dit zal des te sterker gaan spelen wanneer de masteropleidingen de opwaartse trend in het instromende aantal studenten weten vast te houden en weten te versterken. 26

27 DEEL II: OPLEIDINGSDEEL 27

28 28

29 1. De bacheloropleiding Informatiekunde en de master opleiding Informatiekunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen Administratieve gegevens Bacheloropleiding Informatiekunde: Naam opleiding: Informatiekunde CROHO-nummer: Niveau: bachelor Oriëntatie: wo Studielast: 180 EC Graad: bachelor Variant(en): voltijd Locatie(s): Nijmegen Einddatum accreditatie: 31 december 2007 Masteropleiding Informatiekunde: Naam opleiding: Informatiekunde CROHO-nummer: Niveau: master Oriëntatie: wo Studielast: 60 EC Graad: master Variant(en): voltijd Locatie(s): Nijmegen Einddatum accreditatie: 31 december 2007 Het bezoek van de commissie aan de Faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica van de Radboud Universiteit Nijmegen vond plaats op 18 december 2006 en 19 december Structuur en organisatie van de faculteit Het onderzoek aan de Faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica is thematisch geclusterd in vijf onderzoeksinstituten waarin wetenschappers in een multidisciplinair verband samenwerken. De instituten zijn onderverdeeld in leerstoelgroepen of afdelingen. De leerstoelgroepen bevatten ook de formatie voor het geven van onderwijs. De leerstoelgroepen stellen deze formatie via een facultair vastgestelde verdeelsleutel ter beschikking. Deze verdeelsleutel is 40% van de totale formatie voor stafleden en 10% voor postdocs en promovendi. De faculteit kent ook vier onderwijsinstituten. Elk onderwijsinstituut staat onder leiding van een directeur en heeft de ondersteuning van een onderwijsbureau. Binnen de onderwijsinstituten zijn de opleidingen opgenomen. Elke opleiding heeft een opleidingscoördinator. Een van de onderzoeksinstituten van de faculteit is het Institute for Computing and Information Sciences (ICIS). Binnen dit instituut is sprake van zes leerstoelgroepen, te weten Grondslagen, Software Technologie, Informatica voor Technische Toepassingen, Informatie- en 29

30 Kennissystemen, Security of Systems en Biofysica. Een van de onderwijsinstituten van de faculteit is het Onderwijsinstituut voor Informatica en Informatiekunde. Het Onderwijsinstituut betrekt de docenten hoofdzakelijk van het onderzoeksinstituut ICIS. Het Onderwijsinstituut verzorgt de bacheloropleidingen en masteropleidingen Informatica en Informatiekunde. De inbedding van de opleidingen in de faculteit en in het ICIS biedt voor de opleidingen de mogelijkheid om kennis te nemen van de meest recente ontwikkelingen op de relevante wetenschapsgebieden Invoering bachelor-masterstructuur en afbouw ongedeelde opleidingen: stand van zaken De opleiding Informatiekunde is in het jaar 2000 als ongedeelde opleiding onder het CROHO-nummer 6842 van start gegaan. Het aantal studenten dat zich voor de studie Informatiekunde inschreef bedroeg toen 18. Van dit aantal hebben 13 niet of nauwelijks studieresultaten behaald. Deze studenten hebben zich reeds in het eerste of tweede studiejaar uitgeschreven. Van de resterende studenten is één student gestopt na het derde studiejaar, drie studenten zijn overgestapt naar het curriculum 2001 en één student is afgestudeerd. Eén student is later ingestroomd in het curriculum 2000, maar deze is inmiddels afgestudeerd. Dat houdt in dat er geen studenten meer zijn in het curriculum Het curriculum 2001 is met ingang van het tweede jaar in 2002 geharmoniseerd met de bachelor- en masterstructuur. De overgangsregeling ging uit van de richtlijn dat de nieuwe cursussen die in het ontwerp van de curricula 2002 en 2003 waren voorzien de verdwijnende cursussen zoveel mogelijk zouden vervangen. Dat betekende dat het curriculum 2001 al opgedeeld was in een bachelor- en masterstructuur. Alle in 2001 ingestroomde studenten stromen dan ook in de gedeelde opleiding in. Het aantal studenten dat zich in 2001 ingeschreven heeft, bedroeg achttien. Van deze studenten studeren nog er nog negen in het nu gedeelde programma. Van deze studenten hebben drie de bacheloropleiding afgerond. Deze studenten zijn ingestroomd in de masteropleiding in Nijmegen of elders in Nederland. De overige zes studenten hebben de bacheloropleiding bijna afgerond. Zij zullen zich op korte termijn in de masteropleiding inschrijven. Conform de onderwijs- en examenregeling hebben zij al een deel van het masterprogramma gevolgd. 30

31 1.2. Het beoordelingskader Doelstellingen opleiding F1: Domeinspecifieke eisen De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). Beschrijving De opleidingen hebben een visie op het vakgebied van de informatiekunde ontwikkeld. Dat hebben de opleidingen gedaan in samenspraak met een klankbordgroep met vertegenwoordigers van naastgelegen opleidingen, zoals Informatica, Informatiemanagement en Medische Informatiekunde en met vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. In die visie hebben de opleidingen de eisen voor de afgestudeerde informatiekundige geformuleerd. De informatiekundigen dienen in de ogen van de opleidingen een prominente rol te vervullen bij de integrale ontwikkeling van informatiesystemen, waarbij deze systemen uit menselijke, organisatorische, technologische (ICT-) en systemische elementen bestaan. De afstemming van deze elementen vindt plaats in een ontwerp ofwel een architectuur. Een belangrijke focus van de opleidingen is de betrouwbaarheid van dat ontwerp. Daarnaast dient de informatiekundige het onderhandelingsproces rond het ontwerp, waar veelal sprake is van tegenstrijdige belangen, te kunnen faciliteren, te kunnen bijsturen en de belangen van de verschillende partijen te kunnen bewaken. De keuze van de opleidingen is samen te vatten in de woorden Enterprise Engineering & Architecting. Om aan deze eisen te voldoen dient de informatiekundige over de volgende eigenschappen te beschikken: academische vorming en goede analytische vermogens, in staat zijn om essentiële en relevante abstracties te maken, bijbehorende modellen op te stellen en te redeneren in termen van deze modellen, niet alleen oog te hebben voor het uiteindelijk op te leveren product maar ook voor de processen van afstemming en onderhandeling die daarvoor nodig zijn, en in staat zijn om met creatieve oplossingen te komen. De opleidingen hebben op basis van deze visie de eindkwalificaties geformuleerd in de vorm van de doelstellingen en eindtermen. Deze doelstellingen en eindtermen zijn opgenomen in de bijlage van dit rapport. De doelstellingen zijn dat de informatiekundige bij het doen van onderzoek op het vakgebied, het doceren op het vakgebied en als professional op het gebied van het bestendigen en veranderen van systemen werkzaam moet kunnen zijn. De eindtermen voor de opleidingen zijn daarvan een nadere concretisering. Deze eindtermen vallen uiteen in algemene eindtermen en vakmatige eindtermen. De algemene eindtermen zijn op academisch niveau kunnen werken en denken, zelfstandig kunnen leren, kennis kunnen ontsluiten en kunnen inzetten en kunnen reflecteren op leren en handelen. De vakmatige eindtermen zijn de volgende: beheersen van Processen van Verandering en Bestendiging van informatiesystemen in de zin van het ontwikkelen en/of in gebruik houden van deze systemen; 31

32 beheersen van het Subject van Verandering en Bestendiging in de zin van het onderkennen en beheersen van de organisatorische, menswetenschappelijke, informationele, technologische en systemische gezichtspunten van informatiesystemen; beheersen van de Grondslagen van de Informatiekunde in de zin van het kunnen toepassssen van de methoden, technieken en theorieën van de informatiekunde; beheersen van een of meerdere Verbredingsgebieden, zoals medische informatiekunde, juridisch kennisbeheer, computerrecht en informatiemanagement; kennen en toepassen van Onderzoek en Reflectie in de zin van relevante onderzoeksvragen kunnen formuleren en een passende onderzoeksaanpak kunnen beschrijven en kunnen uitvoeren. De opleidingen hebben de eindkwalificaties afgestemd op een aantal bestaande Nederlandse en buitenlandse curricula. Met name het internationale curriculum van ACM en AIS uit 1999 is daarbij van belang geweest. De opleidingen hebben verantwoord op welke punten zij hebben gemeend af te moeten wijken van het genoemde internationale curriculum. De opleidingen hebben de bachelor- en de masteropleiding opgezet als een inhoudelijk samenhangend geheel. De opleidingen hebben een onderscheid gemaakt tussen de doelstellingen en eindtermen van de bacheloropleiding en die van de masteropleiding. Dit onderscheid heeft te maken met het niveau en met de profilering. Het beoogde niveau van de bacheloropleiding is een uitvoerend niveau en het beoogde niveau van de masteropleiding is het richtinggevende niveau. Het uitvoerende niveau betekent dat de bachelor de aangeleerde kennis en vaardigheden onder leiding en binnen een gegeven kader kan uitvoeren. Het richtinggevende niveau wil zeggen dat de master in staat is de aangeleerde kennis en vaardigheden zelfstandig uit te voeren binnen een gegeven kader en daarbij in staat is zelf de richting te bepalen. Ten aanzien van de profilering geldt dat de bacheloropleiding een brede basisopleiding is. De masteropleiding heeft een profiel dat gebaseerd is op het onderzoek in Nijmegen, te weten de informatiearchitectuur en de betrouwbaarheid van informatiesystemen. Oordeel De commissie heeft vastgesteld dat de opleidingen een visie op de informatiekunde hebben ontwikkeld en deze visie hebben omgezet naar eindkwalificaties van de studenten in termen van doelstellingen en eindtermen. De commissie heeft vastgesteld dat de opleidingen eindkwalificaties hebben opgesteld die gebaseerd zijn op een gedachtewisseling met relevante, naastgelegen opleidingen en vertegenwoordigers van het beroepenveld. Daarnaast hebben de opleidingen hun eindkwalificaties afgestemd op andere opleidingen Informatiekunde, zowel in Nederland als daarbuiten. De commissie heeft daarbij vastgesteld dat de opleidingen voor een duidelijke profilering kiezen. Deze profilering geldt in het bijzonder het ontwerp ofwel de architectuur van informatiesystemen en de betrouwbaarheid van dat ontwerp. De commissie heeft vastgesteld dat de opleidingen deze profilering in hun strategie hebben neergelegd en als basis voor hun eindkwalificaties hebben gekozen. De commissie heeft vastgesteld dat de eindkwalificaties die de opleidingen hebben opgesteld, passen binnen het domeinspecifieke kader dat de commissie bij deze visitatie heeft gehanteerd. 32

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor nvao w n e d e rla n d s- vlaam se a c c re d ita tie o rg a n is a tie ; fluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Aarde en Economie van de Vrije Universiteit

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe College van Bestuur Hogeschool Drenthe Postbus 2080 7801 CB EMMEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool

Nadere informatie

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland 17 december 2015 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Wanneer een Toets Nieuwe Opleiding? 4 3 Werkwijze Toets Nieuwe Opleiding 5 4 Aanvraagdossier ten behoeve van

Nadere informatie

Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling

Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling Conferentie Onderwijsinspectie, Amersfoort, 20 mei 2015 Sietze Looijenga, QANU In deze workshop: Hoe wordt in visitaties aandacht besteed aan

Nadere informatie

Samenvatting aanvraag

Samenvatting aanvraag Samenvatting aanvraag Algemeen Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): Naam instelling Contactpersoon/contactpersonen Contactgegevens Nieuwe opleiding Nieuw Ad programma Nieuwe hbo master Nieuwe

Nadere informatie

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf Format samenvatting aanvraag Opmerking vooraf Mocht u de voorkeur geven aan openbaarmaking van de gehele aanvraag in plaats van uitsluitend onderstaande samenvatting dan kunt u dat kenbaar maken bij het

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam ,wao v nederlands- vlaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam datum 30 november

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie () Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september 2016.

Nadere informatie

De NVAO heeft voor de beoordeling van de aanvraag op 27 oktober 2005 een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende de volgende samenstelling:

De NVAO heeft voor de beoordeling van de aanvraag op 27 oktober 2005 een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende de volgende samenstelling: College van bestuur Universiteit Utrecht Postbus 80125 3508 TC UTRECHT Besluit Besluit strekkende tot positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding wo-master Selective Utrecht Medical Master

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV College van bestuur NHTV Internationale Hogeschool Breda Postbus 3917 4800 DX BREDA Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

Vanuit de NVAO werd het panel ondersteund door lic. Rik Belmans, beleidsmedewerker.

Vanuit de NVAO werd het panel ondersteund door lic. Rik Belmans, beleidsmedewerker. College van bestuur Universiteit van Amsterdam Postbus 19268 1000 GG AMSTERDAM Besluit Besluit strekkende tot positieve beoordeling van de aanvraag Toets nieuwe opleiding wo-master Master in International

Nadere informatie

De waaier van informaticadisciplines. Lex Bijlsma en Rik Bos Open Universiteit 4 april 2013

De waaier van informaticadisciplines. Lex Bijlsma en Rik Bos Open Universiteit 4 april 2013 De waaier van informaticadisciplines Lex Bijlsma en Rik Bos Open Universiteit 4 april 2013 Accreditatie Bolognaverklaring (1999): maatregelen voor internationale mobiliteit in Europees hoger onderwijs

Nadere informatie

Taalwetenschappen Faculteit Communicatie en Cultuur Universiteit van Tilburg

Taalwetenschappen Faculteit Communicatie en Cultuur Universiteit van Tilburg Taalwetenschappen Faculteit Communicatie en Cultuur Universiteit van Tilburg November 2006 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

November 2006. Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam

November 2006. Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam November 2006 Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie (120 EC) Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN

Besluit. College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN Besluit datum 19 januari 2005 onderwerp Definitief besluit accreditatie hbo-bachelor Bouwkunde ons kenmerk NVAO/20050113/CT

Nadere informatie

November Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen

November Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen November 2006 Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

Samenvatting aanvraag

Samenvatting aanvraag Samenvatting aanvraag Algemeen Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing Nieuwe opleiding is): Nieuw Ad programma Nieuwe hbo master Nieuwe joint degree 1 Verplaatsing bestaande opleiding Nevenvestiging

Nadere informatie

November Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen

November Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen November 2006 Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een oordeel positief van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de wo-master Executive MBA

Besluit strekkende tot een oordeel positief van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de wo-master Executive MBA ,nvao r nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot een oordeel positief van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de wo-master Executive MBA datum 31 mei 2018 onderwerp Besluit

Nadere informatie

Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015. 23 april 2015

Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015. 23 april 2015 Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015 23 april 2015 Parkstraat 28 Postbus 85498 2508 CD Den Haag P.O. Box 85498 2508 CD The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 info@nvao.net

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam ,nvao ~ n e d e rla n d s- vlaam se a c c re d ita tie o rg a n is a tie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam

Nadere informatie

De OU kiest een nieuwe koers. Lex Bijlsma 23 november 2013

De OU kiest een nieuwe koers. Lex Bijlsma 23 november 2013 De OU kiest een nieuwe koers Lex Bijlsma 23 november 2013 Accreditatie en visitaties Bachelor Informatiekunde: gevisiteerd 4 april 2012 Accreditatie definitief 13 juni 2013 Master Software Engineering:

Nadere informatie

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. Samenvatting Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. In 2007 is de Vereniging CultuurProfielScholen (VCPS) opgericht, het

Nadere informatie

Richtlijn voor het schrijven van een zelfevaluatierapport voor een beperkte opleidingsbeoordeling

Richtlijn voor het schrijven van een zelfevaluatierapport voor een beperkte opleidingsbeoordeling Richtlijn voor het schrijven van een zelfevaluatierapport voor een beperkte opleidingsbeoordeling Versie 1.0.3, 1 mei 2012 QANU (Quality Assurance Netherlands Universities) Catharijnesingel 56 Postbus

Nadere informatie

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht The Netherlands

Nadere informatie

«nvao. fluit. w nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie

«nvao. fluit. w nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie «nvao w nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie fluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de postinitiële wo-master Marketing van de Vrije

Nadere informatie

Protocol voor Nederlandse aanvragen Toets Nieuwe Opleiding leidend tot een Joint degree. 7 juni 2010

Protocol voor Nederlandse aanvragen Toets Nieuwe Opleiding leidend tot een Joint degree. 7 juni 2010 Protocol voor Nederlandse aanvragen Toets Nieuwe Opleiding leidend tot een Joint degree 7 juni 2010 versie februari 2011 Inhoud Voorwoord 3 1 Inleiding 3 2 Wanneer kan een toets nieuwe opleiding leidend

Nadere informatie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie Breakout sessie 2-5 Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling De voorstellen beschreven in deze notitie dienen als uitwerking van (aangekondigde) wetswijzigingen. Op basis van deze wetswijzigingen

Nadere informatie

Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen. Universiteit Leiden

Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen. Universiteit Leiden Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen Universiteit Leiden April 2010 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030

Nadere informatie

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf Format samenvatting aanvraag Opmerking vooraf Mocht u de voorkeur geven aan openbaarmaking van de gehele aanvraag in plaats van uitsluitend onderstaande samenvatting dan kunt u dat kenbaar maken bij het

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool nvao nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool datum 29 december

Nadere informatie

Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties

Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties 1 Inleiding In haar procedure van de accreditatie van bestaande opleidingen heeft de NAO een belangrijke plaats ingeruimd

Nadere informatie

November 2006. Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Utrecht

November 2006. Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Utrecht November 2006 Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Utrecht Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030 230

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Protocol TNO Educatieve Master

Protocol TNO Educatieve Master Protocol TNO Educatieve Master NVAO 14 maart 2016 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze toets nieuwe opleiding educatieve master (womaster) 4 3 Toelichting op het beoordelingskader beperkte toets nieuwe opleiding

Nadere informatie

Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Radboud Universiteit Nijmegen

Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Radboud Universiteit Nijmegen ,m)ao r nederlands -vlaamse accreditatieorganisatie Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Radboud Universiteit Nijmegen datum 31 augustus

Nadere informatie

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Theologie en Religiewetenschappen Programma: Religie en Samenleving Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding 1. Voor toelating tot de

Nadere informatie

Neerlandistiek CROHO 60849

Neerlandistiek CROHO 60849 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Eamenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding CROHO 60849 voor het studiejaar 2017-2018 Inhoud: 1. Algemene bepalingen 2. Toelating 3. Inhoud en inrichting van de opleiding

Nadere informatie

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Het is aan het beoordelingspanel om te bepalen of deze toelichting relevant is bij de beoordeling van de onderhavige opleiding. Positionering

Nadere informatie

Aanvraagformulier nieuwe opleiding. Basisgegevens. Contactpersoon/contactpersonen Postbus GG Amsterdam

Aanvraagformulier nieuwe opleiding. Basisgegevens. Contactpersoon/contactpersonen Postbus GG Amsterdam Aanvraagformulier nieuwe opleiding Basisgegevens Naam instelling(en) Contactpersoon/contactpersonen Universiteit van Amsterdam Postbus 19268 1000 GG Amsterdam Contactgegevens Naam opleiding Internationale

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 3 0 5 5

U I T S P R A A K 1 3 0 5 5 U I T S P R A A K 1 3 0 5 5 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

November Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden

November Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden November 2006 Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030 230

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Psychobiologie van de Universiteit van Amsterdam

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Psychobiologie van de Universiteit van Amsterdam }nvao r n e d e rlcw d s- vlaam se a ccre d ita tie o rg a n is a tie les Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Psychobiologie van de Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

es luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Epidemiologie van de Vrije Universiteit Amsterdam

es luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Epidemiologie van de Vrije Universiteit Amsterdam ,nvao r nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie es luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Epidemiologie van de Vrije Universiteit Amsterdam datum 30 september

Nadere informatie

BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG

BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG STUDENTEN DOEN UITSPRAKEN OVER DE ACADEMISCHE WERELD, HET VAKGEBIED EN HET BEROEPENVELD.. onderzoek niet zo saai als ik dacht werken in

Nadere informatie

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf Format samenvatting aanvraag Opmerking vooraf Mocht u de voorkeur geven aan openbaarmaking van de gehele aanvraag in plaats van uitsluitend onderstaande samenvatting dan kunt u dat kenbaar maken bij het

Nadere informatie

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus 4200 2350 CA LEIDERDORP Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

TUSSENBERICHT SELECTIE VAN VOLTIJD MASTEROPLEIDINGEN IN HET WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS EN STUDENTENSTROMEN

TUSSENBERICHT SELECTIE VAN VOLTIJD MASTEROPLEIDINGEN IN HET WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS EN STUDENTENSTROMEN TUSSENBERICHT SELECTIE VAN VOLTIJD MASTEROPLEIDINGEN IN HET WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS EN STUDENTENSTROMEN December 2016 In de wet Kwaliteit in Verscheidenheid is met ingang van het studiejaar 2014/2015

Nadere informatie

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties: Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Kunstgeschiedenis Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen

Nadere informatie

Januari Taalwetenschappen Faculteit der Geesteswetenschappen Universiteit van Amsterdam

Januari Taalwetenschappen Faculteit der Geesteswetenschappen Universiteit van Amsterdam Januari 2007 Taalwetenschappen Faculteit der Geesteswetenschappen Universiteit van Amsterdam Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Filosofie

Curriculumevaluatie BA Filosofie Curriculumevaluatie BA Filosofie Beste student, U heeft onlangs het laatste onderdeel van uw bacheloropleiding Filosofie afgerond en staat op het punt het bachelorexamen aan te vragen. Om de kwaliteit

Nadere informatie

Protocol voor Nederlandse Aanvragen Accreditatie leidend tot een Joint degree. 7 juni 2010

Protocol voor Nederlandse Aanvragen Accreditatie leidend tot een Joint degree. 7 juni 2010 Protocol voor Nederlandse Aanvragen Accreditatie leidend tot een Joint degree 7 juni 2010 versie februari 2011 Inhoud Voorwoord 3 1 Inleiding 3 2 Wanneer kan een accreditatie voor een joint degreeopleiding

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus GB ZWOLLE

Besluit. College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus GB ZWOLLE College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus 10090 8000 B ZWOLLE Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Vrije Universiteit Amsterdam

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Vrije Universiteit Amsterdam nuao w nederlands -vlaam se accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Vrije Universiteit Amsterdam datum 29 juli 2016 Onderwerp

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ONDERZOEKSCHOOL Huizinga Instituut 2012-2016

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ONDERZOEKSCHOOL Huizinga Instituut 2012-2016 De Colleges van Bestuur van: GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ONDERZOEKSCHOOL Huizinga Instituut 2012-2016 de Erasmus Universiteit Rotterdam; de Radboud Universiteit Nijmegen; de Rijksuniversiteit Groningen;

Nadere informatie

Informatiekunde. Faculteit der Economie en Bedrijfswetenschappen. Universiteit van Tilburg

Informatiekunde. Faculteit der Economie en Bedrijfswetenschappen. Universiteit van Tilburg Informatiekunde Faculteit der Economie en Bedrijfswetenschappen Universiteit van Tilburg April 2010 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht

Nadere informatie

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte toets nieuwe opleiding van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 36791).

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte toets nieuwe opleiding van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 36791). nvao r nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de wo-master Health Informaties van de Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Technische Universiteit Eindhoven College van bestuur Postbus MB EINDHOVEN. Geacht college,

Technische Universiteit Eindhoven College van bestuur Postbus MB EINDHOVEN. Geacht college, nederlands-vlaamse accreditatie organisatie Geacht college, wo-bachelor Technische Informatica (#2618) NVAO/20083009/IvH Uitreksel van besluit In haar brief van 25 september 2008 heeft de NVAO medegedeeld

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus 5375 6802 EJ ARNHEM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

Doelstellingen van de opleiding Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen van de opleiding Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. nvao nederiands - viaamse accreditatieorganisatie Besluit datum 21 november 2016 onderwerp Definitief accreditatiebesluit (004107) bijlage 1 Intrekking en nieuwe vaststelling van het accreditatiebesluit

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel bij de OER 2016-2017 Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

Borging kwaliteit en functioneren examencommissies

Borging kwaliteit en functioneren examencommissies Borging kwaliteit en functioneren examencommissies Wageningen University 20 mei 2015, Prof. Dr. Martin Kropff Rapport Verdere Versterking Aanleidingen voor mijn verhaal:! Rapport onderwijsinspectie Vraag:

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

Visitaties in de hogescholen en universiteiten. VEP 7 december 2012

Visitaties in de hogescholen en universiteiten. VEP 7 december 2012 Visitaties in de hogescholen en universiteiten VEP 7 december 2012 1 Visitaties in de hogescholen en universiteiten 1. Situering van de visitaties in de kwaliteitsbewaking 2. Onderzoek van Belgische Rekenhof

Nadere informatie

Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accred tatie aan de opleiding wo-master Computer Science van de Open Universiteit

Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accred tatie aan de opleiding wo-master Computer Science van de Open Universiteit n ede rl an ds - u I a a mse a ccre ditati eor ga ni sati e Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accred tatie aan de opleiding wo-master Computer Science van de Open Universiteit datum 31 iuli

Nadere informatie

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wie zijn wij? Patrick van den Bosch Expert Kwaliteitszorg Patrick.vandenbosch@vluhr.be Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wouter Teerlinck Expert Kwaliteitszorg Wouter.teerlinck@vluhr.be

Nadere informatie

Archiveren toetsen. Toetsadviescommissie, Johan Jeuring Faculteit Bètawetenschappen Januari 2012

Archiveren toetsen. Toetsadviescommissie, Johan Jeuring Faculteit Bètawetenschappen Januari 2012 Archiveren toetsen Toetsadviescommissie, Johan Jeuring Faculteit Bètawetenschappen Januari 2012 Moeten we toetsen archiveren? Welke onderdelen? Waarom moeten we dat doen? Hoe lang moeten we dat doen? Wie

Nadere informatie

Juli Scheikundige Technologie Rijksuniversiteit Groningen

Juli Scheikundige Technologie Rijksuniversiteit Groningen Juli 2009 Scheikundige Technologie Rijksuniversiteit Groningen Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030 230 3100 Fax: 030

Nadere informatie

Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79

Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79 Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79 Boekbespreking Techniek in het natuurkunde-onderwijs M.J. de Vries, Uitg.: Technische Universiteit Eindhoven, 1988 Dissertatie, 278 p. De

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE MASTEROPLEIDING TAALWETENSCHAPPEN 90 EC PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2015-201 Deel

Nadere informatie

Concept-besluit van het DB-OW over de herziening van de curricula van de masteropleidingen (7 oktober 2008).

Concept-besluit van het DB-OW over de herziening van de curricula van de masteropleidingen (7 oktober 2008). Erasmus Universiteit Rotterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Concept-besluit van het DB-OW over de herziening van de curricula van de masteropleidingen (7 oktober 2008). 1. Concept-besluit en facultaire

Nadere informatie

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Teamscan op accreditatiewaardigheid Teamscan op accreditatiewaardigheid De Teamscan accreditatiewaardigheid (in vervolg: scan) geeft inzicht in hoe het opleidingsteam ervoor staat met betrekking tot de opleidingsaccreditatie. De scan bestaat

Nadere informatie

juli juli 2015

juli juli 2015 ,mao w n e d e rla n d s- vlaam se a ccre d ita tie o rg a n is a tie Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw Associate-degreeprogramma Integraal Bouwmanagement van de

Nadere informatie

Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen. Vrije Universiteit Amsterdam

Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen. Vrije Universiteit Amsterdam Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen Vrije Universiteit Amsterdam Februari 2010 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht

Nadere informatie

Midden-Oostenstudies CROHO 60842

Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Examenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Programma Midden-Oostenstudies voor het studiejaar 2016-2017 Inhoud: 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

Inleiding Universiteiten Hogescholen Beroep bij de Ondernemingskamer

Inleiding Universiteiten Hogescholen Beroep bij de Ondernemingskamer Landelijke commissie voor geschillen medezeggenschap Hoger Onderwijs Jaarverslag 2013 Inleiding Ingevolge de Wet Versterking Besturing van 4 februari 2010, geldt met ingang van 1 september 2010 voor de

Nadere informatie

Onderwijsvisitatie Economie Erasmus Universiteit Rotterdam

Onderwijsvisitatie Economie Erasmus Universiteit Rotterdam Onderwijsvisitatie Economie Erasmus Universiteit Rotterdam QANU, december 2009 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030

Nadere informatie

Nadere uitwerking beoordeling educatieve minoren behorende bij wo-bacheloropleidingen

Nadere uitwerking beoordeling educatieve minoren behorende bij wo-bacheloropleidingen Nadere uitwerking beoordeling educatieve minoren behorende bij wo-bacheloropleidingen 15 juli 2013 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze huidige beoordelingsronde 4 3 Beoordeling educatieve minoren met toelichting

Nadere informatie

QANU september 2010. Onderwijsvisitatie Medische Informatiekunde Universiteit van Amsterdam

QANU september 2010. Onderwijsvisitatie Medische Informatiekunde Universiteit van Amsterdam QANU september 2010 Onderwijsvisitatie Medische Informatiekunde Universiteit van Amsterdam Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht The

Nadere informatie

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf Format samvatting aanvraag Opmerking vooraf Mocht u de voorkeur gev aan opbaarmaking van de gehele aanvraag in plaats van uitsluitd onderstaande samvatting dan kunt u dat kbaar mak bij het bureau van de

Nadere informatie

Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland

Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Het is aan het beoordelingspanel om te bepalen of deze toelichting relevant is bij de beoordeling van de onderhavige

Nadere informatie

Universiteit van Amsterdam wo-bachelor Biologie (180 EC) 23 maart 2016 Bachelor of Science voltijd Amsterdam

Universiteit van Amsterdam wo-bachelor Biologie (180 EC) 23 maart 2016 Bachelor of Science voltijd Amsterdam ,nvao w nederlands-vlaamse accreditatieorganisatie Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Universiteit van Amsterdam datum 29 juli 2016

Nadere informatie

Handreiking voor het schrijven van een kritische reflectie voor een beperkte opleidingsbeoordeling

Handreiking voor het schrijven van een kritische reflectie voor een beperkte opleidingsbeoordeling Handreiking voor het schrijven van een kritische reflectie voor een beperkte opleidingsbeoordeling September 2015 QANU (Quality Assurance Netherlands Universities) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ONDERZOEKSCHOOL OIKOS

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ONDERZOEKSCHOOL OIKOS De Colleges van Bestuur van: GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ONDERZOEKSCHOOL OIKOS 2017-2021 de Radboud Universiteit Nijmegen; de Rijksuniversiteit Groningen; de Universiteit Leiden; de Universiteit Utrecht;

Nadere informatie

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over de doelstellingen, eindkwalificaties en opbouw van de Masteropleiding Filosofie & Maatschappij.

Nadere informatie

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN REGELS VOOR HET SCHRIJVEN EN BEOORDELEN VAN BACHELORSCRIPTIES BIJ KUNST- EN CULTUURWETENSCHAPPEN (tot 1 september 2015 geldt dit reglement ook voor de BA Religiewetenschappen)

Nadere informatie

Directeur onderwijsinstituut

Directeur onderwijsinstituut Directeur onderwijsinstituut Doel College van van Bestuur Zorgdragen voor de ontwikkeling van het facultair en uitvoering en organisatie van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen de faculteit, uitgaande

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-master Social Work van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-master Social Work van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen ,nvao F nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-master Social Work van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen datum 31 juli

Nadere informatie

Biologie, scheikunde en medische opleidingen

Biologie, scheikunde en medische opleidingen Biologie, scheikunde en medische opleidingen... 2 Wiskunde, natuurkunde en informatica... 2 Bouwkunde en civiele techniek... 3 Ontwerpopleidingen... 4 Techniek en maatschappij... 4 Biologie, scheikunde

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie