RUP CENTRUM TE TONGEREN

Transcriptie

1 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen RUP CENTRUM TE TONGEREN Juni 2014 Verwerking adviezen Dossiernummer dienst MER: SCRPL NOT01A Samenvatting pag. 1/22

2

3 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen Colofon. Grontmij Belgium nv Herkenrodesingel 8B bus Hasselt 011/ Planning and design services Teamleader Katrien Van den Bergh Dossiernummer: Projectleider: Ann Steegmans Team Creemers Els Laevens Brecht Boonen Danielle Contact NOT01A Samenvatting pag. 3/22

4

5 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen Naam datum A Verwerking adviezen - samenvatting Juni 2014 Naam Handtekening datum Geverifieerd projectleider Arch./Stbk Ann Steegmans Juni 2014 Vrijgegeven afdelingshoofd Katrien Van den Bergh Juni 2014 NOT01A Samenvatting pag. 5/22

6

7 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen INHOUD. 1 Inleiding Geraadpleegde adviesinstanties Dienst BGP Adressenlijst Ontvangen adviezen Provinciebestuur Limburg Agentschap voor Natuur en Bos Ruimte Vlaanderen Onroerend Erfgoed Limburg Agentschap Wonen Vlaanderen Departement Mobiliteit en Openbare Werken De Lijn Limburg BIJLAGEN Ontvangen adviezen NOT01A Samenvatting pag. 7/22

8

9 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen NOT01A Samenvatting pag. 9/22

10

11 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen 1 INLEIDING Screeningsnota: verzoek tot raadpleging onderzoek naar de planmer-plicht Dit document bevat: een lijst met de aangeschreven adviesinstanties. een samenvatting van de ontvangen adviezen. een voorstel tot verwerking van de adviezen. 1. INLEIDING NOT01A Samenvatting pag. 11/22

12

13 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen 2 GERAADPLEEGDE ADVIESINSTANTIES 2.1 DIENST BGP De screeningsnota werd voor advies bezorgd aan de dienst BGP op 11 april Het advies van de dienst werd ontvangen op 14 april Het dossier kreeg het nummer SCRPL Bij het advies werd eveneens een adressenlijst gevoegd van instanties die aangeschreven dienden te worden in het kader van de screeningsnota. 2.2 ADRESSENLIJST De screeningsnota werd op 15 april 2014 bezorgd aan onderstaande instanties: Provinciebestuur Limburg Directie Infrastructuur, Ruimtelijke Ordening, Milieu en Natuur Sectie Ruimtelijke Ordening Planning en Beleid Provinciehuis Universiteitslaan Hasselt ANB Limburg VAC Koningin Astridlaan 50 bus Hasselt Ruimte Vlaanderen APL Limburg VAC Koningin Astridlaan 50 bus Hasselt 2. GERAADPLEEGDE ADVIESINSTANTIES NOT01A Samenvatting pag. 13/22

14 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen Onroerend Erfgoed Limburg VAC Koningin Astridlaan 50 bus Hasselt Agentschap Wonen-Vlaanderen Afdeling Wonen Mevrouw Hilde Van den Bosch - afdelingshoofd Koning Albert II-laan 19 bus Brussel Departement MOW De heer Filip Boelaert secretaris-generaal Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus Brussel De Lijn Limburg De heer Paul Smeets expert doorstroming Grote Breemstraat Hasselt NOT01A Samenvatting pag. 14/22

15 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen 3 ONTVANGEN ADVIEZEN 3.1 PROVINCIEBESTUUR LIMBURG Datum ontvangst advies: 19 mei 2014 Advies: Het advies van de Provincie betreft een toetsing aan het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Limburg (RSPL) en het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS). RSPL In het RSPL maakt Lummen deel uit van de deelruimte strokengebied binnen de hoofdruimte Netwerk Midden- Limburg. De deelruimte wordt gekenmerkt door een sterke structuur van bebouwde heuvelruggen en beekvalleien. Het behoud van de verschillende beekvalleien is belangrijk. Lummen wordt aangeduid als een hoofddorp. De hoofddorpen en woonkernen zijn de kernen van het buitengebied waar de doelstelling van het gedeconcentreerd bundelen op het kleinste schaalniveau moet worden gerealiseerd. (RSPL, RD p.385) Met betrekking tot wonen voor ouderen en zorg streeft de provincie naar een kwalitatieve invulling van de zorgbehoefte. Hierbij wordt er uitgegaan van een ruimtelijke spreiding van voorzieningen op basis van grootte van de gemeente en de kernen. Clustering van de woonvoorzieningen en de zorgvoorzieningen is het uitgangspunt evenals het streven naar een evenwichtige en leefbare samenstelling van de bewoners van een zorgvoorziening. GRS Bindende bepaling 11 van het GRS stelt dat het gemeentebestuur zal overgaan tot het uitwerken van een aantal strategische projecten: Uitbouw van het gebied Kerkeschom ism eigenaars, MPI, OCMW, gemeentebestuur als voorzieningenpool op lokale schaal. Het plangebied behoort tot de deelruimte dorpsband op centrale heuvelrug. Met betrekking tot de nederzettingsstructuur stelt het GRS dat ter hoogte van de kern Lummen alle voorzieningen gesitueerd zijn die dienst doen voor zowel de kern Lummen als de omliggende kernen. De gemeenschapsvoorzieningen worden naar de toekomst toe gebundeld in 6 grote polen, waaronder het zuidelijke deel van de openbare nutszone Kerkeschom i.f.v. gemeenschapsvoorzieningen in de zorgsector. (GRS, RD p.170) In het westen sluit het gebied aan op het kerngebied voor natuur en bos.(grs, RD p.154) Opmerkingen: Het Provinciebestuur heeft geen opmerkingen geformuleerd in haar advies. 3. ONTVANGEN ADVIEZEN NOT01A Samenvatting pag. 15/22

16 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen Verwerking: Niet van toepassing. 3.2 AGENTSCHAP VOOR NATUUR EN BOS Datum ontvangst advies: 29 april 2014 Advies: Het Agentschap besluit dat op basis van de gegevens binnen de discipline fauna en flora een plan-mer niet noodzakelijk is voor de uitwerking van het RUP. Het Agentschap verklaart zich dan ook akkoord met de inhoud van de screeningsnota en stelt dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten kan genereren. Opmerkingen: Het Agentschap voor Natuur en Bos heeft geen opmerkingen. Verwerking: Niet van toepassing. 3.3 RUIMTE VLAANDEREN Datum ontvangst advies: 06 mei 2014 Advies: Ruimte Vlaanderen stelt dat de screeningsnota voldoende de milieueffecten op de ruimtelijke ordening inschat. Opmerkingen: Ruimte Vlaanderen heeft geen opmerkingen. Verwerking: Niet van toepassing. NOT01A Samenvatting pag. 16/22

17 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen 3.4 ONROEREND ERFGOED LIMBURG Datum ontvangst advies: 20 mei 2014 Advies: Onroerend Erfgoed Limburg heeft enkele kleine opmerkingen. Opmerkingen: Hoewel men niet alle bronnen geraadpleegd heeft (o.a. de centraal archeologische inventaris en de kaart van Vanvinckenroye/Mertens) geeft de nota wel een goed inzicht in de potenties en knelpunten van het archeologisch erfgoed van Tongeren. Een actief behoud wordt echter niet nagestreefd maar Onroerend Erfgoed Limburg is wel hoopvol naar een goede doorvertaling in het definitieve RUP zodat de informatiewaarde bewaard kan blijven. Onroerend Erfgoed vindt het jammer dat er geen aandacht besteed werd aan het verkeersvrij maken van de Moerenpoort. Verder zijn er een paar vormfoutjes ingeslopen op pagina 179, zo is niet alleen het Begijnhof maar ook de Basiliek Unesco werelderfgoed en zijn niet enkel de monumenten maar ook de stadsgezichten aangeduid op het grafisch plan. Verwerking: Voor de gebouwen, stadsgezichten, archeologische zones en andere relicten die absoluut behouden moeten blijven, is het overeenkomstig beschermingsbesluit van toepassing. Voor wat betreft archeologisch patrimonium dat mogelijks in de bodem verborgen zit is de zorgplicht van goepassing. Echter, de stad Tongeren is ook rijk aan waardevolle gebouwen die niet beschermd zijn maar slechts opgenomen zijn in de inventaris van het bouwkundig erfgoed. Het behoud van die gebouwen is hierdoor niet gegarandeerd. Voor deze gebouwen en/of gehelen zullen er specifieke bepalingen opgenomen worden in de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP zodat het waardevol (historisch straat-)beeld bewaard blijft. Het RUP zal geen uitspraken doen over het al dan niet verkeersvrij maken van de Moerenpoort. Dit zijn elementen die bij de concrete herinrichting van de ruimte onderzocht moeten worden. Het kaartmateriaal zal nagekeken worden en de nodige aanpassingen zullen doorgevoerd worden in het kader van de verdere uitwerking van het RUP. 3. ONTVANGEN ADVIEZEN NOT01A Samenvatting pag. 17/22

18 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen 3.5 AGENTSCHAP WONEN VLAANDEREN Datum ontvangst advies: 09 mei 2014 Advies: Het Agentschap is van oordeel dat de screeningsnota op een correcte wijze de mogelijke gevolgen voor het leefmilieu beschrijft. Opmerkingen: Het Agentschap heeft geen opmerkingen. Verwerking: Niet van toepassing. NOT01A Samenvatting pag. 18/22

19 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen 3.6 DEPARTEMENT MOBILITEIT EN OPENBARE WERKEN Datum ontvangst advies: 16 mei 2014 Advies: Het Departement Mobiliteit en Openbare Werken gaat akkoord met het besluit dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten zal teweegbrengen. Het Departement formuleert wel enkele aandachtspunten. Opmerkingen: Het is niet duidelijk wat de parkeerbalans is in het centrum na invoering van het nieuwe parkeerbeleid. De wisselwerking met het gemeentelijk mobiliteitsplan en het parkeeronderzoek is erg belangrijk. Gezien het mobiliteitsplan nog niet volledig herwerkt is, is het beter om enkel de parkeerprincipes toe te lichten in de nota dan ook een absoluut aantal parkeerplaatsen te vermelden. (p.77) Gelden de CROW-normen voor parkeerplaatsen voor het volledige centrumgebied of enkel voor de ontwikkeling Clarissenstraat? Indien deze normen niet gelden voor het volledige centrum dan is dit een gemiste kans om het autobezit en gebruik in de binnenstad te verminderen. (p.141) Om het fietsbezit en gebruik te stimuleren is het interessant om ook hier een aantal fietsenstallingen voor woningen vast te leggen. (cfr. RUP Clarissenstraat) Verwerking: In afwachting van het mobiliteitsplan zal in de verdere uitwerking van het RUP het cijfermateriaal achterwege gelaten worden en zullen enkel de parkeerprincipes toegelicht worden. De CROW-normen worden niet enkel gehanteerd in de ontwikkeling aan de Clarissenstraat maar worden ook toegepast voor nagenoeg alle meergezinswoningen in het centrum van Tongeren. Deze bepaling wordt echter niet rechtlijnig doorgetrokken. Op sommige plekken in het centrum van Tongeren is het namelijk niet wenselijk om parkeermogelijkheid te voorzien bij de meergezinswoningen, zoals onder meer in het kernwinkelgebied en het kernhorecagebied. Voor deze projecten wordt er rekening mee gehouden dat er in de nabijheid voldoende parkeercapaciteit bestaat zodat het parkeren kan afgewikkeld worden naar een gebundelde parkeervoorziening in de nabijheid. Daar tegenover staat dat elke meergezinswoning moet voorzien in voldoende inpandige fietsenstallingen. Het voorzien van de nodige fietsenstallingen in het gebouw en nabij de toegang van het gebouw zal er steeds voor zorgen dat het fietsgebruik wordt gestimuleerd. 3. ONTVANGEN ADVIEZEN NOT01A Samenvatting pag. 19/22

20 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen 3.7 DE LIJN LIMBURG Datum ontvangst advies: 17 april 2014 Advies: De Lijn is het eens met het gemotiveerd besluit dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten kan genereren. Opmerkingen: De Lijn heeft geen opmerkingen. Verwerking: Niet van toepassing. NOT01A Samenvatting pag. 20/22

21 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen 4 BIJLAGEN 4.1 ONTVANGEN ADVIEZEN 4. BIJLAGEN NOT01A Samenvatting pag. 21/22

22 Juni RUP Centrum Verwerking adviezen NOT01A Samenvatting pag. 22/22

23 p r o v i n Directie Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat TONGEREN Dienst Ruimtelijke Planning en Beleid Geacht college Betreft: uw verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Centrum Tongeren te Tongeren Op 16 april 2014 ontvingen we uw verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage voor het RUP Centrum Tongeren te Tongeren met de vraag om advies uit te brengen binnen de decretaal voorziene termijn van 30 dagen na ontvangst van deze brief. Artikel van het D.A.B.M. stelt dat de initiatiefnemer van een plan in het kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage een aantal instanties dient te raadplegen aangaande de mogelijke aanzienlijke milieueffecten die het plan kan hebben. Het plan waarover deze screeningsnota handelt, betreft de herziening van 14 BPA s die in de periode van 1984 tot 2008 werden opgemaakt. De stad Tongeren wenst met het RUP Centrum enerzijds de opties uit het ruimtelijk structuurplan te realiseren en anderzijds een werkbaar instrument te creëren voor vergunningverlening binnen het centrum. Het plangebied betreft het eigenlijke stadscentrum van Tongeren dat gelegen is binnen de historische wallenstructuur. In onderstaand advies gebeurt er een toetsing aan het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Limburg (RSPL) en het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS). In het RSV is Tongeren aangeduid als structuurondersteunend kleinstedelijk gebied in Zuid-Limburg. Het ruimtelijk beleid in structuurondersteunende kleinstedelijke gebieden is erop gericht de stedelijke kern en het stedelijk functioneren te consolideren en te versterken door het creëren van ruimte voor een bijkomend aanbod aan woningbouw, aan stedelijke voorzieningen en aan economische activiteiten. Dit aanbod kan omwille van de aanwezigheid van een relatief sterke stedelijke kern ook worden ingeplant op plaatsen binnen het stedelijk gebied die vandaag nog weinig stedelijkheid bezitten. (RSV- RD p. 211) De afbakening van de Contactpersoon: Leen Coenegrachts Telefoonnummer: Kenmerk: /S2014N Dossier: 2014N Bijlagen: / Correspondentieadres Provincie Limburg, Universiteitslaan 1, B-3500 Hasselt Telefoon Fax roplangroep@limburg.be Bij antwoord kenmerk, dossier en datum vermelden

24 (structuurondersteunende) kleinstedelijke gebieden gebeurt door de provincie in nauw overleg met het Vlaams Gewest en de betrokken gemeenten. Het PRUP afbakening structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Tongeren, dat 5 deelplannen bevat, is in schetsontwerpfase. Het plangebied bevindt zich binnen het voorstel van afbakeningslijn in de voorstudie van de afbakening van het kleinstedelijk gebied Tongeren. 2

25 Volgens het RSPL maakt Tongeren deel uit van de hoofdruimte Haspengouw en Voeren en ligt in de deelruimte Droog Haspengouw. Droog Haspengouw heeft een te versterken open ruimte rol voor de provincie. Landbouw, landschap, natuur en laagdynamisch toerisme en recreatie moeten worden ondersteund. De agrarische activiteit is de belangrijkste economische drager en ook het meest bepalend voor het ruimtelijk beeld (RSPL-RD, p. 170). Tongeren profileert zich in de eerste plaats als een centrum van diensten en voorzieningen en heeft als oude Romeinse stad een belangrijk toeristisch potentieel. Bijkomende stedelijke functies worden voornamelijk opgevangen door inbreiding van het binnenstadsgebied en verdichting van het stadsrandgebied. De kwaliteiten van de omgeving als groot aaneengesloten landschappelijk waardevol gebied met een sterk agrarisch karakter vormen de omkadering van de stad. Bij mogelijke uitbreidingen moeten die kwaliteiten gevrijwaard blijven (RSPL-RD, p. 192). In het GRS behoort het plangebied tot de deelruimte structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Tongeren. De stedelijke ontwikkeling binnen de Wallen richt zich op het versterken van het historisch, commercieel en toeristisch gegeven. Er wordt gefocust op de revitalisering van het woonmilieu door de ontwikkeling van een aantal strategische projecten. Het historisch erfgoed vormt hier de belangrijkste troef. Binnen de nederzettingsstructuur wordt het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied van Tongeren in functie van zijn eigenheid opgedeeld in 5 kwadranten. Het plangebied maakt onderdeel uit van het centrumkwadrant. De woonfunctie en het winkelkerngebied, het werelderfgoed en het rijke Romeinse verleden zijn samen met het waardevolle cultuurhistorisch patrimonium en de aanwezigheid van een groot aantal gemeenschapsvoorzieningen bepalend voor de ruimtelijke ontwikkeling van het centrumkwadrant. Het winkelkerngebied vormt de functionele drager van de bovenstad. Een meer diffuus woonweefsel van kleine straten kenmerkt de benedenstad. De aslijn Putstraat Momberstraat Piepelpoel Predikherenstraat Clarissenstraat vormt de overgang tussen de boven- en de benedenstad. Om deze dragers van ruimtelijke ontwikkelingen te ondersteunen en de leefkwaliteit te versterken, wordt specifieke aandacht besteed aan de herinrichting van de niet bebouwde ruimte. Binnen de toeristisch recreatieve structuur wordt bijzondere aandacht gegeven aan de relatie tussen het cultuurhistorische erfgoed, het winkelapparaat en de horeca, naar het benutten van de toeristische potenties van de aanwezige landschaps- en natuurwaarden en het versterken van de identiteit en eigenheid van Tongeren. Permanente aandacht voor stadsverfraaiing en kwalitatieve herinrichting van het openbaar domein ondersteunen de toeristisch interessante polen ruimtelijk en functioneel in beeld- en belevingswaarde. Met betrekking tot de handelsstructuur is de visie om het winkelkerngebied en horeca-apparaat in Tongeren centrum te versterken. Dit winkelkerngebied wordt in het richtinggevend deel afgebakend. Verder worden enkele winkelaanloopstraten geselecteerd en bepaalde gebieden worden als zones voor antiek- en kunsthandel geselecteerd. Naar lijninfrastructuur wordt in het GRS prioriteit gegeven aan de aanleg van de zuidoostelijke verbindingsweg, gekoppeld aan o.a. de herinrichting van de Wallen. De herinrichting van de Wallen heeft tot doel de verkeersleefbaarheid te verhogen, de woonfuncties langsheen de Wallen te bevorderen, de barrièrewerking ter hoogte van de Wallen op te heffen en de relatie tussen het centrum en de aanliggende woongebieden te verbeteren. Het parkeren wordt verschoven naar randparkings. Naar de uitbouw van een OV-netwerk zullen de Wallen fungeren als een cruciaal schakelelement. Het RUP is een rechtstreekse uitvoering van bindende bepaling 21 Opstellen rup s herziening bpa s centrum van het GRS Tongeren. Verder zijn er nog enkele bindende bepalingen (acties) waar het RUP Centrum een ondersteunende rol kan spelen, zoals bepaling 26 Revitalisering van het centrumgebied binnen de wallen, bepaling 33 realisatie van de herinrichting van een aantal pleinen en straten binnen de Wallen, bepaling 36 treffen van maatregelen ter verbetering van het parkeren thv het 3

26 centrum, bepaling 38: actieve participatie en indien mogelijk ook het opnemen van een trekkersrol bij de ontwikkeling van een aantal strategische stedelijke projecten: Herinrichting van de Wallen Stadsinbreiding en revitalisering benedenstad. Principes inzake duurzaamheid moeten doorvertaald worden. 4

27 Inhoudelijke opmerkingen zullen worden gemaakt in het kader van de plenaire vergadering. Met achting Kristien Lefeber directeur 5

28

29

30

31

32

33

34