Besluit van de Deputatie

Transcriptie

1 directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning vergadering van 01 september 2016 aanwezig Briers Jan, gouverneur-voorzitter Vercamer Alexander Versnick Geert Hertog Peter Dauwe Jozef Bruggeman Hilde Couckuyt Eddy leden De Smet Albert, provinciegriffier dossiernummer: zittingnummer: 189 termijn: 07 september 2016 Besluit van de Deputatie kenmerk betreft verslaggever RUP/2016/GRUP/26/012 Kruibeke - gemeentelijk RUP Rupelmonde Centrum Advies milieuscreening. Geert Versnick 1. Feitelijke en juridische gronden het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM), aangepast door het decreet van 27 april 2007 (planmer-decreet) en het besluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's (planmer-besluit) In bovenvermelde decreten en uitvoeringsbesluiten is bepaald dat voor elk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP), of een plan-mer, of een onderzoek tot milieueffectrapportage (screening) dient te gebeuren. De initiatiefnemer van een RUP dient in het kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage een aantal instanties te raadplegen, waaronder de deputatie van de provincie waarin het RUP gelegen is. De adviesvraag strekt ertoe te vernemen of het plan in zijn huidige vorm aanzienlijke milieueffecten kan genereren en of de mogelijke milieueffecten van de voorgestelde planopties voldoende beschreven zijn. het op 10 augustus 2016 ontvangen 'verzoek tot raadpleging' over de screening naar de plan-mer-plicht m.b.t. het gemeentelijk RUP 'Rupelmonde Centrum' te Kruibeke. In de screening worden de mogelijke milieueffecten van de aangegeven planopties beschreven. Er wordt aangegeven dat er geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn. Bijgevolg wordt voorgesteld om geen plan-mer op te maken voor het RUP 'Rupelmonde Centrum' te Kruibeke. 2. Motivering Planinhoud Het plangebied beoogt de dorpskern en de residentiële rand van Rupelmonde. Rupelmonde is gelegen in het zuiden van de gemeente Kruibeke, aan de Schelde, ten noorden van de monding van de rivier de Rupel

2 p. 2./... Het ontwerp RUP Rupelmonde centrum voorziet in een optimalisatie van het BPA/RUP Bebouwde Kom Rupelmonde en is een juridische vertaling van het masterplan Scheldeboorden en scheepswerf CNR. Dit masterplan bestaat uit 4 deelgebieden. In voorliggend RUP worden 2 deelgebieden uitgewerkt, met name de dorpskern en de residentiële rand. De visie voor desbetreffende deelgebieden omvat volgende krachtlijnen: - De uitwerking van strategische projectzones - Verdichten van de kern - Uitbreiden van het zacht netwerk Inhoudelijke opmerkingen Als antwoord op de adviesvraag zijn er volgende specifieke bemerkingen te maken met betrekking tot de beschrijving van de mogelijke effecten van de planopties op het leefmilieu, meer bepaald voor wat betreft het integraal waterbeleid: Aanduiden waterlopen op grafisch plan De waterloop De Vliet, OS027 van 2 de categorie, grenst ten noorden van het plangebied. Ten oosten stroomt hij doorheen het plangebied. Dichter bij de monding in de Schelde begrenst deze waterloop het plangebied. Bij het uitwerken van het project is het belangrijk rekening te houden met de aanwezigheid van deze waterloop, zeker in het kader van het onderhoud van de waterloop. Het is dan ook aangewezen dat de waterloop via een indicatieve overdruk met het provinciaal nummer op het grafisch plan wordt aangeduid. Op die manier wordt duidelijk gemaakt dat de ruimte in de onmiddellijke omgeving van de waterloop een specifieke invulling krijgt die compatibel is met de aanwezigheid van de waterloop. Het tracé is indicatief om eventuele (al dan niet natuurlijke) verplaatsingen van de waterloop niet te hypothekeren. De stedenbouwkundige voorschriften dienen rekening te houden met de inrichting van de 5m-erfdienstbaarheidszone langsheen de waterloop en het (jaarlijks) onderhoud van de waterloop met een rups- of bandenkraan. Onderstaande voorwaarden kunnen vermeld worden in artikel voorafgaande bepalingen, punt 8. Waterhuishouding op pagina 4: gebouwen in de 5m-strook zijn verboden, alsook andere in de bodem verankerde constructies (tuinhuisjes, schommels, ) ; de 5m-strook mag niet worden opgehoogd ; het maaisel en de niet-verontreinigde ruimingspecie worden binnen de 5mzone gedeponeerd. De waterloopbeheerder heeft geen enkele verplichting deze specie verder te behandelen ; opritten en verharde paden langsheen de waterloop in de 5m-strook kunnen toegelaten worden indien in dezelfde 5m-strook een graszone aanwezig is van minstens 3m te rekenen vanaf de kruin van de waterloop landinwaarts voor het deponeren van maaisel en niet-verontreinigde ruimingspecie. De oprit moet ook zo worden aangelegd dat deze overrijdbaar is met een rups- of bandenkraan van minstens 30 ton ; personeelsleden van de waterloopbeheerder of personen die in zijn opdracht werken uitvoeren, hebben er een recht van doorgang en mogen er materialen en werktuigen plaatsen om werken aan de waterloop uit te voeren ;

3 p. 3./... er worden bij voorkeur geen omheiningen geplaatst. Indien dit om veiligheidsredenen toch nodig wordt geacht, moet deze omheining geplaatst worden op een afstand tussen 0,75 meter en 1 meter vanaf de kruin van de oever en mag ze niet hoger zijn dan 1,5 meter ; dwarsafsluitingen mogen de toegang tot de strook niet belemmeren en moeten daarom gemakkelijk wegneembaar en terugplaatsbaar zijn of voorzien zijn van een poort ; bomen of struikgewas langs de waterloop moeten op minstens 0,75 m van de taludinsteek worden geplaatst. Hoogstambomen langs de waterloop moeten op een tussenafstand van minstens 10 m worden geplant. In het algemeen mogen de beplantingen het machinaal onderhoud niet bemoeilijken. Met betrekking tot deze erfdienstbaarheidszone is volgende wetgeving van toepassing. Het is belangrijk om deze wetgeving ook in de toelichtingsnota te vermelden: de Wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen, het Koninklijk besluit van 5 augustus 1970 houdende algemeen politiereglement van de onbevaarbare waterlopen, het provinciaal reglement van 27 mei 1955 en het Decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juni Aanleg verharde oppervlakte Stedenbouwkundige voorschriften: op pagina 4 (voorafgaande bepalingen punt 8 waterhuishouding) wordt vermeld Bij bebouwing geldt in alle bestemmingszones dat het hemelwater dient te worden opgevangen, passend gebufferd en verplicht herbruikt voor minimaal de benedenverdieping. Het is beter te vermelden dat de prioriteit moet uitgaan naar opvang en hergebruik van hemelwater, vervolgens naar infiltratie boven buffering met vertraagde afvoer. Een voorkeursvolgorde werd nl. vastgelegd door de gewestelijke stedenbouwkundige verordening (technisch achtergronddocument): 1. opvang en hergebruik van hemelwater 2. infiltratie op eigen terrein 3. buffering met vertraagde afvoer 4. lozing in het hemelwaterstelsel in de straat (waterloop of RWA riolering) 5. lozing in de gemengde riolering van de straat. Voor de artikels van de stedenbouwkundige voorschriften waarin gebouwen of verhardingen worden gerealiseerd dient er met betrekking tot de waterhuishouding bovenop de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater(b.vl.r. 05/07/2013) verwezen te worden naar het provinciaal beleidskader. Door de provinciale dienst Integraal Waterbeleid wordt er nl. aangedrongen om bij realisatie van verharde oppervlaktes van meer dan 1000 m², bovenop de geldende verordening meer gebiedsgerichte maatregelen te nemen om het effect van deze verhardingen te milderen om zo de (versnelde) afvoer naar de waterlopen te vermijden of te beperken. Deze maatregelen houden rekening met de terreinkenmerken (bodemtextuur en grondwaterstand), de overstromingsgevoeligheid van het stroomgebied en de omvang van de

4 p. 4./... verharding. Ze worden opgesomd in het provinciaal beleidskader (zie Er wordt akkoord gegaan met de conclusie dat geen plan-mer dient opgemaakt te worden. Dit besluit houdt geen enkel inhoudelijk planologisch advies in over het gemeentelijk RUP 'Rupelmonde Centrum' te Kruibeke. De planopties van dit RUP zullen geadviseerd worden in het kader van de plenaire vergadering. 3. Besluit Artikel 1. Het 'verzoek tot raadpleging' in het kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage voor het gemeentelijk RUP 'Rupelmonde Centrum' te Kruibeke wordt gunstig geadviseerd. Er wordt akkoord gegaan met de conclusie dat geen plan-mer dient opgemaakt te worden. Wel wordt aandacht gevraagd voor de andere gemaakte opmerkingen. Art. 2. Een afschrift van dit besluit zal voor verder gevolg gezonden worden naar: o het college van burgemeester en schepenen van Kruibeke. o het studiebureau Bureau voor urbanisme cvba Gent, 01 september 2016 namens de Deputatie: de provinciegriffier, (get.) Albert De Smet de gouverneur-voorzitter, (get.) Jan Briers

5

6 AGENTSCHAP NATUUR, & BOS Vlaamse overheid Adviezen en Vergunningen Oost- en West-Vlaanderen Koningin Maria Hendrikaplein 7O bus 73 9OOO GENT BUUR I bureau voor urbanisme cvba Sluisstraat 79 / O3.O Leuven T aves.ovl.anb@lne.vlaanderen.be uw kenmerk SCRPL16155 vragen naar/ Steven Laureys Aves.ovl.anb@lne.vlaanderen.be Betrefü plan MER screeninb Onderwerp RUP Kruibeke - Rupelmonde centrum Datum van ontvangst 10 augustus 2016 ons kenmerk* AVES/LS/ MER/ KRB/1610r23-OV. telefoonnummer 09/ t b'rjlagen datum I I AIJU Beschermingsstatus Nabij vogelrichtlijngebied 8E "Durme en middenloop van de Schelde" Nabij habitatrichtlungebied BE23OOO06 "schelde en Durmeëstuarium van de Nederlandse grens tot Gent" Nab'rj IVON "De vallei van de Boven Zeeschelde van de Dender- tot de Rupelmonding" Rechtsgrond Dit advies wordt verstrekt door het Agentschap voor Natuur en Bos op basis van de volgende wetgeving: Artikel decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid Artikel 3, 3o besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's Bespreking passende beoordeli ng De initiatiefnemer van de vergunningsplichtige activiteit, het plan of programma heeft geen PB opgemaakt, Uit de aangeleverde informatie door de betrokkene blijkt dat er geen sprake zalzijn van een betekenisvolle aantasting van de instandhoudingsdoelstellingen van een speciale beschermingszone. Bijgevolg oordeelt het Agentschap voor Natuur en Bos dat alle noodzakelijk informatie werd aangeleverd zodat er geen verder stappen moeten genomen worden voor het opstellen van een formele PB.

7 Bespreking MER screening Het Agentschap voor Natuur en Bos gaat akkoord met de inhoud van de screeningsnota. we hebben geen opmerkingen wat betreft de globale milieueffecten van het plan, en meer specifìek voor de discipline fauna en flora. opmerkingen op het plan zelf zal het Agentschap voor Natuur en Bos geven naar aanleiding van een eventuele plenaire vergadering. Conclusiet Het Agentschap voor Natuur en Bos stelt vast dat er voldoende werd aangetoond dat er geen aanzienlijk'e milieueffecten op aanwezige natuurwaarden zullen veroorzaakt worden en gaat akkoord met de inhoud van de screeningsnota. Hoogachtend q(,^ Gert Van Hoydonck Adjunct-directeur Adviezen, Vergu Regio Oost- en West-Vlaanderen enningen en Subsidies SI0vêñ L AußêlJ

8

9 Vlaamse overheid Koningin Maria Hendrikaplein 70 bus 91 9OOO GENT T wwtil. o n roere n d e rfgo ed. b e BUUR cvba Sluisstraat 79-O3.o2 3OOO LEUVEN uw bericht van uw kenmerk 09/08/2016 per mail vragen naar/ Benjamin Boone Beniamin.Boone@rwo.vlaanderen.be.l eanyves.decl i ppele rwo.vlaand eren.be ons kenmerk 4.OO2/46013/99.97 telefoonnummer bijlagen datum 0 4 fltfi. 20lt Betreft: advies op MER-screening voor ruimtelijk uitvoeringsplan(rup)/ RUP Rupelmonde Centrum. Geachte heer Geachte mevrouw Het agentschap Onroerend Erfgoed ontving de adviesvraag over de MER-screening voor RUP Rupelmonde Centrum op 9 augustus Binnen de begrenzing van het uitvoeringsplan z'rjn er gronden of erop aanwezige constructies gelegen die - geheel of ten dele zijn beschermd als monument, of eraan palen; - geheel of ten dele beschermd zijn als cultuurhistorisch landschap, dorps- of stadsgezicht; Bij de verdere opmaak van het RUP zijn er volgende bemerkingen: Discipline archeologie: geen opmerkingen. Discipline landschappen: geen opmerkingen. Discipline bouwkundig erfgoed: ln functie van de versterking van het historisch centrum en behoud van het historisch karakter van de panden gelegen op de grens van het dorpsgezicht en de panden met erfgoedwaarden, wordt er de Vlaanderen?ñ is erfgoed pagina 1 van 2

10 aandacht op gevestigd dat de schaal bepalend is. Verdichting van de dorpskern door schaalvergroting mag daarom geen algemeenheid zijn binnen dit RUP. Voor de panden met erfgoedwaarden is bovendien het behoud van het architecturale en architectuurhistorisch aspect van belang. Het is dan'ook essentieel dat de voorschriften in het RUP hier op afgestemd worden zodat de schaal, het karakter en de erfgoedwaarden, die typisch zijn voor de historische dorpskom gevrijwaard worden. Tevens wordt opgemerkt dat het beeld van Mercator opgenomen werd in de inventaris van het bouwkundig erfgoed. Het vruwaren van dit beeld in het kader van het RUP en het opnemen van voorschriften in functie van het behoud van dit beeld is wenselijk. Conclusie Het agentschap Onroerend Erfgoed vindt dat het plan in zijn huidige vorm milieueffecten kan teweeg brengen voor de verschillende disciplines van onroerend erfgoed. Kunt u het plan aanpassen aan de bovenvermelde bemerkingen, zodat de milieueffecten niet als "aanzienlijk" beschouwd worden voor onroerend erfgoed en dat de opmaak van een plan-mer niet nodig is? Met vriendelij Mira Van Ol Provinciaal Directeur Vlaanderen?ñ is erfgoed pagina 2 van 2

11

12

13

14 From: MERadvies To: Marjolein Claesen Subject: Re: advies Mer RUP Rupelmonde te Kruibeke Date: maandag 29 augustus :59:15 Attachments: standaardopmerkingen bij mail.odt Beste, De OVAM heeft geen specifieke opmerkingen op dit RUP. Als bijlage vindt u onze standaardopmerkingen. met vriendelijke groeten, Natalie Hoffmann Algemene Diensten - Team Klantenbeheer OVAM Stationsstraat MECHELEN T F E MERadvies@ovam.be Samen maken we morgen mooier Heeft u onze nieuwsbrief al gelezen? Schrijf u in op Van: "Marjolein Claesen" <marjolein@buur.be> Aan: "ruimtelijke planning" <ruimtelijke.planning@oost-vlaanderen.be>, "Francis pepermans" <Francis.pepermans@sport.vlaanderen>, "Aves ovl anb" <Aves.ovl.anb@lne.vlaanderen.be>, "apl ovl" <apl.ovl@rwo.vlaanderen.be>, oostvlaanderen@onroerenderfgoed.be, rup@rwo.vlaanderen.be, "advies departement" <advies.departement@mow.vlaanderen.be>, "mobiliteitsontwikkeling ovl" <mobiliteitsontwikkeling.ovl@delijn.be>, MERadvies@ovam.be, Zeeschelde@wenz.be, kust@vlaanderen.be, "advies departement" <advies.departement@mow.vlaanderen.be> Cc: "Margot Van Royen" <Margot.V@kruibeke.be> Verzonden: Dinsdag 9 augustus :19:36 Onderwerp: advies Mer RUP Rupelmonde te Kruibeke Betreft: Verzoek tot raadpleging RUP Rupelmonde te Kruibeke in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van een plan of programma: Artikel van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (D.A.B.M.), zoals recent aangepast door het decreet van 27 april 2007 Artikel 3 en 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma s (Plan-m.e.r.-besluit) Geachte, In naam van de gemeente Kruibeke maken wij U de screeningsnota over. De gemeente wenst het RUP Rupelmonde op te maken. Voor dit plan hebben wij een screeningsnota opgesteld waarin onderzocht wordt of dit plan mogelijk aanzienlijke milieueffecten kan hebben. Wij zijn tot het besluit gekomen dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke negatieve milieueffecten kan genereren. U vindt deze screeningsnota als bijlage. De overige documenten (zoals plannen) worden verzonden via WeTransfer.

15 Als adviesinstantie hebt u expertise in één van de onderzochte milieudisciplines of bent u betrokken bij het plan. Graag vernamen wij van u of u het eens bent met ons gemotiveerd besluit dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke negatieve milieueffecten kan genereren. Wij benadrukken dat de bedoeling van deze adviesvraag zeer specifiek is, namelijk om van u te vernemen of u vindt dat het plan in zijn huidige vorm aanzienlijke milieueffecten kan genereren. Indien u vindt dat het plan in zijn huidige vorm toch aanzienlijke milieueffecten kan teweeg brengen, gelieve dit dan duidelijk te motiveren en gelieve desgevallend een aantal voorstellen tot wijziging van het plan of een aantal milderende maatregelen voor te stellen die er voor zouden zorgen dat de milieueffecten van het plan niet meer als aanzienlijk beschouwd zouden kunnen worden. Uw advies zal samen met de screeningsnota voorgelegd worden aan de dienst Mer die de finale beslissing zal nemen over de plan-mer-plicht. Deze beslissing wordt gepubliceerd op de website Gelieve ons uw advies door betekening of tegen ontvangstbewijs te bezorgen binnen de decretaal daartoe voorziene termijn van 30 dagen. Met dank vriendelijke groeten, Marjolein Claesen architect ruimtelijke planner BUUR bureau voor urbanisme cvba Sluisstraat 79 / B Leuven Korenmarkt 14A B Gent T +32 (0) M +32 (0) marjolein@buur.be // WACHTEBEKE VOORBEELDPROJECT IN NIEUW DRAAIBOEK GROENPLAN / LEES HET HIER! Disclaimer:

16