Vereniging voor Rasverbetering van Kleine Huisdieren
|
|
- Martina de Wit
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Vereniging voor Rasverbetering van Kleine Huisdieren Vereniging zonder winstoogmerk. 4271/89 KREVERHILLE Uitlezen en selectie en iets over genetica in de bijenteelt. INLEIDING... Het woord selectie heeft te maken met uitkiezen. Uitkiezen houdt in, dat er bepaalde verwachtingen worden gekoesterd door de uitkiezer. Men kijkt uit naar Deze verwachtingen worden in sterke mate beïnvloed door de verzuchtingen van de gebruiker van het levend materiaal dat nuttig is, het "erfelijk materiaal", de imker in dit geval. Dit beeld wordt dan ook in alle gevallen versterkt door de hoge verwachtingen en de idealen die men voorop stelt. Ik denk dat dit de rode draad is die iedereen koestert die met "selectie" bezig is of met de ontwikkeling van nieuwe varianten. Hij/zij is m.a.w. op zoek gaan naar een bepaald beeld, een bepaald doel. Hij/zij gaat op zoek naar beter materiaal, op zoek... naar een ideale toekomst Het uitkiezen of uitlezen van levende organismen, zoals bijen, is een zeer complexe bezigheid. Er wordt verondersteld dat men zijn doel kent. Er wordt eveneens verondersteld van de uitlezer, dat hij of zij het materiaal goed kent waaruit moet worden uitgezocht of geselecteerd. De uitlezer volgt daarbij een degelijk leesplan, dat op schema werd gebracht, dat hij/zij hanteert en dat hem/haar in staat moet stellen om op de meest objectieve wijze situaties en resultaten in te schatten. Op deze manier kan men het beoogde doel zeer kort benaderen. Men moet m.a.w. weten wat men kan verwachten, wat dus binnen de mogelijkheden ligt van de geaardheid van de teeltstof en van de zoektocht. Van " uitlezen" wordt veronderstelt dat men gaat vergelijken, beoordelen en uitkiezen, om dat verder te gaan. Er moeten dus vergelijkbare elementen zijn. Men moet dus in de eerste plaats werken met vergelijkbare organismen, (soorten, ondersoorten, rassen of stammen) in vergelijkbare milieusituaties (regio s of streken) die op een vergelijkbare wijze worden bewerkt of behandeld (teelttechniek). Deze laatste speelt een zeer belangrijke rol in het vergelijkingsproces en dus de oordeelkundigheid van de inschattingen. We gaan ervan uit dat er een hoofddoel wordt vooropgesteld dat een oordeelkundige en wetenschappelijke onderbouw heeft. We wensen van het gehanteerde ras, dat het ons in goede en slechte jaren steeds voldoening zal schenken; Zachtaardige en gezonde bijen, productieve en vitale bijen, rasvaste, zelf teelbare, zwermtrage bijen die het eenvoudig imkeren toelaten.
2 Het ras waarvoor wij kozen en dat ons nu, deze eigenschappen kan geven en ook beschikt over een ruime erfelijke, betrouwbare variabiliteit, is de hedendaagse ondersoort CARNICA met het ras troiseck van; De selecties Ratzeburger Züchterring (Sylt),de telersgroep Schleswig-Holstein en Hamburg, met de paringsstand Tal 2 List op Sylt opgericht in De selecties door de telersgroep Züchtering Aller Wümme, gesticht op 1 februari 1953 In 1960 stelde het verbond van de Hanoverse Imkers de bevruchtingsstand op Spiekeroog ter beschikking. De selecties door de telersgroep Toleranzzucht Kirchhain Toleranz Inselbelegstelle Norderney. De teelt van koninginnen is in onze hedendaagse imkerij één van de belangrijkste zorgen geworden. Naast de problemen met het verloederde biotoop dat zijn diepe nefaste sporen nalaat op de kwaliteit van de bijen, is men ervan overtuigd dat het genetisch draagvlak tegen verzwakking kan opgekrikt worden. Het is belangrijk omdat de smeltkroes van bijen en hun verschijningsvormen in onze streken, ons heden meer zorgen baart dan voldoening brengt. Wat de natuur in meer dan 30 miljoenjaar heft verwezenlijkt heeft de mens met zijn eigenzinnigheid en de drang naar MEER, op een zeer kleine tijdspanne weten te verknoeien. Heel wat ondersoorten zijn vermengd geworden en hebben de imkerij en de bij veel leed bezorgt. De heterogeniteit van eigenschappen maakt dat de imkerij voor veel imkers meer op een nachtmerrie lijkt dan op een aangename bezigheid. Komt er nog bij dat we steeds meer af te rekenen krijgen met dichte woonsituaties waardoor het sociale aspect, van het bijen houden, zwaar gaat doorwegen. Het gedragspatroon van de honingbij, het dichtbevolkte karakter van de streek en de zorgeloze hardnekkig gehanteerde vrijheid van de bijenman bezorgt de gemeenschappelijke imkerij zware nachtmerries. Het tot leven roepen van een ei leggend orgaan in het bijennest, dat haar geaardheden overdraagt op haar nakomelingen, heeft verregaande gevolgen voor het gedragspatroon van dat bijennest en de bijennesten in de omgeving. Rechtstreeks heeft het zijn gevolgen voor de wijze waarop het bijen houden wordt bedreven. Meestal is men onvoldoende doordrongen van het belang van de oordeelkundige en gespecialiseerde teelt met degelijke moeren. Koninginnetelers hebben dan ook een zware verantwoordelijkheid te dragen. Niet zelden wordt deze taak al te licht opgenomen. Koninginnen telen is immers een stempel drukken op de onmiddellijke omgeving, de imkerij. Hoe dan ook, met het bedrijven van koninginnenteelt, gaat men in feite een groot deel van de vrijheid van de imkerij aan banden leggen! Zij die dit niet inzien beseffen niet waar ze mee bezig zijn en ze zijn dan ook dikwijls oorzaak van verwarring, onrust en tal van uit de lucht gegrepen tegenbewijzen en misverstanden. Genetica is geen eenvoudige zaak Al te dikwijls interpreteert men dit op een al te vluchtige en simpele wijze.
3 Bijen zijn geen erwten of konijnen, schapen of canarie s. Het erfelijk patroon, dat zich laat vertalen in de chromosomen, laat ons vermoeden dat er een zeer grote diversiteit ontwikkeld wordt in de eitjes die ze legt. Anderzijds worden de eitjes waaruit vrouwelijke individuen ontstaan nog bevrucht door een brede verzameling van sperma dat in de spermateek van, de koningin beschikbaar is en afkomstig is van meerdere darren Het is een rariteit dat je een document kan lezen in tijdschriften, of publicaties die de werkelijkheid omschrijft rond het genetisch samenspel van de kolonievormende bijen en hun toekomst. De genetische variabiliteit tussen de halfzussen is dus enorm groot het is dan ook de interactie tussen die samenhang van individuen die een resultante vormt van het aanvoelen van de waarnemingen die de imker heeft over de kolonie. A priori heeft elke bijenkoningin de mogelijkheid om minstens genetisch verschillende eicellen te produceren, versus eieren te leggen. (16 paar chromosomen maakt een opdeling in gameten tot 2 16 mogelijk) Ga daar nu maar eens enkele koninginnen uit telen die de gemiddelde waarde van uw waarnemingen zal dragen ge zijt nog niet aan de nieuwe patatten Dan zullen deze nieuwe koninginnen nog moeten paren weer een gokje hoeveel darren neemt ze tot haar genoegen en dus hoeveel genetisch verschillende zaadcellen zullen bij welke eicellen samenkomen We weten van een bijenkolonie dat de koningin omgeven is door tal van verschillende klusters werksters/halfzussen die genetisch, kleine tot zeer grote verschillen dragen. Het ganse pakket aan werksters vormt een mooi raderwerk die het voortbestaan van de kolonie moet verwezenlijken. Maar waar we meestal niet blijven bij stilstaan is het feit dat ze door hun genetische belasting ook verschillende levenslengtes hebben en niet allemaal er dezelfde tijd over doen om van ei naar volwassen bij te evolueren. De bijen hebben onze boeken niet gelezen Binnen de ondersoorten van de Apis meliffera s (ligustica, iberica, caucasica, carnica, scuttelata, intermissa, sahariensis, macedoniaca, anatoliaca, jemenitica, enz enz.) is er een klein tot zeer groot verschil in ontwikkelingsperiode. (Ei imago). Ook waar genomen binnen onze eigen Europesen ondersoorten en of rassen. De genetische mengeling maakt er klusters van binnen het werksteraanbod. Er zijn er die vlugger geboren worden er zijn er die veel later geboren worden (18,.. 22,.. dagen) Het verschil licht hem in kleine mate in het open broedstadium maar manifesteert zich vooral in het verpoppingsstadium ra ra ra wat er dan gebeurt met de populatie snelheid, de aangroei van de kolonie, de ontwikkelingssnelheid van de varroamijt en andere kwalen. (Dikwijls uitgedrukt in vitaliteit in de waarnemingen.) Ook tegen de verweerbaarheid tegen andere kwalen heeft dit zijn gevolgen. Praktisch gezien is dit zeer duidelijk waar te nemen bij de koninginnenteelt want het zijn halfzussen van het teeltvolk. Is het geen schering en inslag dat, ondanks we goed vertrekken met de controle van de eileg, er duidelijke verschillen waar te nemen zijn in het geboren worden van een teelt koninginnen. Er zijn teelten waar er soms tot twee dagen verschil is tussen de eerste en laatst geborene! (waarnemingen in broedstoof) De selectie van de teeltsnelheid van koninginnen zit dus mee in het selectieprogramma en moet ons toelaten om sneller verder te komen in de opstelling van de selectieopstellingen. Ook en controle in de selectievolken inzake geboortesnelheid zou al een hele stap vooruit zijn. Ik heb het geluk dit te kunnen waarnemen kunnen waarnemen in de inmiddels sterk gehybridiseerde ondersoorten in Noord-Afrika. Hiermee wil ik maar aantonen dat selectie en de verwachting van het nakomelingschap wel groot kan zijn. Maar het heeft voor een groot stuk ook te maken heeft met een beetje geluk, om
4 hetgeen je waarnam in de moederkolonie te verkrijgen of zelfs te verbeteren in de dochterkolonies. Geduld is een mooie deugt om te volharden Wees op je hoede als je dus ongecontroleerde paringen hebt dan wordt ze zee nog woeliger en troebeler. Redenen genoeg om te zeggen dat het van zeer groot belang is dat deze bepalende bezigheden, op een degelijke en open wijze kunnen worden gevolgd, zeker door de omwonende imkers en eveneens door de ruimere imkerij. Er zijn geen geheimen in deze optiek alleen waarheden en respect. De bijenteelt is een gemeenschappelijk goed dat oordeelkundig en stevig in de juiste banen moet worden gehouden. Er wordt van de omwonende imker dan ook voldoende begrip en vertrouwen en eventueel medewerking verwacht, die nodig is, om deze belangrijke en steeds blijvende opdracht te ondersteunen. Vraag is of dat het vertrouwen wel gegeven wordt of beter gezegd begrijpt men de basisgegevens wel inzake erfelijkheid en selectie Weet dus dat bezig zijn met selectie en teelt en verspreiding, een zeer ernstige zaak is en die ook aldus moet worden bedreven. Een groep van mensen doe samen bezig zijn met een selectieplan moet goed gestuurd worden. BIJEN ZIJN NIET ZOMAAR BIJEN De deelnemers aan dit selectieplan worden keurmeesters genoemd en de selectieleider wordt de selectiecoördinator genoemd. Samen werken ze in de keurwerkgroep. (Keurwerkgroep KREVERHILLE) We hopen dat U een beter begrip verwerft in de keurproblematiek, in de moeilijke studie van het selectiewerk en de wijze waarop samen moeten tewerk gaan om positief resultaat te komen. PRAKTISCH INZICHT VAN DE KEURING... Een aantal imkers zijn van mening dat, wanneer ze aan koninginneteelt doen, ze ipso facto hun bijenstand door selectie verbeteren. Zo eenvoudig is het helemaal niet. Jammer voor hen is dit in onze streken vooral niet het geval. Toevalligheden laten u zaken zien die u verwonderen maar die u niet in de hand hebt. Het is wel waar dat men door koninginneteelt de productie van een bepaalde stand kan doen stijgen en het bijengedrag kan wijzigen. Dit komt omdat men met jonge koninginnen de oude of darrenbroedige of door ziekte minderwaardige koninginnen te vervangen automatisch onmiddellijk veranderingen ziet, maar met specifieke eigen selectie heeft dit niets te maken. Dit wil niet zeggen dat we het belang van degelijke koninginneteelt moeten onderschatten, wel integendeel, de koninginneteelt ligt, binnen de imkerij, aan de basis van elk selectieprogramma. Selectie is heel wat meer dan dat. Het is het kweken van een reeks afstammelingen waarin telkens weer eigenschappen zoals de broednest ontwikkeling, de zwermtraagheid, de productiviteit, de zachtaardigheid, de gezondheid e.a. gecontroleerd worden. We moeten daarbij de verschillende kwaliteiten inschatten naar een bepaalde waarde en vergelijken met de andere kolonies. De beste kolonies worden voor nateelt overgehouden, terwijl de minderwaardige uitgeschakeld worden of zeker niet in aanmerking komen voor genetische productie. Selectie, op deze basis, is ouder dan de mens zelf. Maar als we dit letterlijk willen nemen moeten we ons weer
5 verplaatsen in de bijenkast We produceren dan wel geen koninginnen uit de kolonies die niet in aanmerking komen voor teelt maar we laten wel de darren rond vliegen Willen we dit ernstig doen dan moeten we zo ook geen toegang geven tot het paringsterrein van de nieuwe koninginnen De natuur toont ons hoe sinds miljoenen jaren de bijenpopulatie over de hele wereld door natuurlijke selectie tot soorten, ondersoorten, rassen en geografisch aangepaste ecotypen zijn geëvolueerd. Bijenkolonies die niet op eigen krachten voldoende voedsel konden inzamelen, of kolonies die bepaalde klimaatomstandigheden niet verdroegen, of bijenvolken die onvoldoende opgewassen waren tegen concurrentie of parasieten, werden onmiddellijk of geleidelijk uitgeschakeld. Jaar na jaar herhaalt zich hetzelfde; het tot stand komen van overvloedig veel kolonies en het wegsterven van wat zich niet kan handhaven, om onnoemelijk verschillende redenen. Het behoort tot het fenomeen van de EVOLUTIE. Zo zijn al onze landrassen ontstaan, lang voor dat er aan bijenteelt of rassenteelt werd gedacht. Wanneer we nu bijen aan hun natuurlijk medium onttrekken en we gaan ze in kunstmatige woningen stoppen en daarbij nog "verzorgen", op een beschutte plaats, dan lopen we kans of zeg maar vaak de kans, die natuurlijk (positieve)selectie te gaan dwarsbomen. Inderdaad, een kolonie die niet voldoende wintervoorraad op eigen krachten heeft weten te verzamelen of een late nazwerm die niet voldoende voorzieningen kon treffen, loopt geen gevaar meer om niet door de winter te komen. We verstrekken ze immers voldoende voedsel, we stoppen ze in een degelijk, comfortabel gebouwde en beschutte woning, terwijl de kolonie in haar natuurlijke omgeving door een ganse reeks van loerende kwalen of door een combinatie van fysiologische situaties zou omgekomen zijn. Selectie is dus heel wat anders en heel wat meer dan gewoon bijenvriendelijk te gaan imkeren. Het houdt de verantwoordelijkheid in voor de evolutie van het bijenras waar we mee bezig zijn. Het vraagt een degelijk inzicht van het mysterie van het erfelijkheidsgedrag, gekoppeld aan de techniek van observatie, vergelijken en oordeelkundig bewerken met aan de finale een juiste keuze voor de toekomst bepalen. (En we kunnen dit laatste dan wel mooi verwoorden maar het is steeds een gok wagen in de goede richting.) Het zal u zeker niet ontgaan zijn dat selectie, kiezen en elimineren is. Selectie is vergelijken tussen een groot aantal erfdragers of kolonies die ondergebracht zijn op een beperkte plaats of vergelijkbare plaatsen en die behandeld worden volgens een oordeelkundig vast patroon, om toevalligheden wel degelijk uit de weg te gaan. We voegen hier onmiddellijk aan toe dat deze plaats moet gezien worden in een heuse regio. De meeste standen zullen moeten beveiligd worden door ze gefragmenteerd op te stellen. Dit heeft uiteraard verband met de infectiedruk die we op deze wijze kunnen beperken. (AVB. Varroa, Acarapis, virussen e.d.) Over de concurrentie zijn andere inzichten vooropgesteld) Het maken van aantekeningen en het blijvend inschatten van situaties met hun gevolgen benadert de kans op positieve selectie.
6 Grondslagen en werkwijze... Elke methode om aan rassenteelt te doen, begint met het uitlezen en het kiezen van waardevol teeltmateriaal. In de bijenteelt betekent dit beschikken over waardevolle kolonies die door hun eigenschappen en productie duidelijk boven de middelmaat uitkomen. Nu moeten we hierbij duidelijk in acht nemen dat het hier niet zo zeer de onmiddellijke productieve waarde van de uitgelezen kolonie is die ons interesseert dan wel haar genetische waarde. De teeltkolonie moet dus aan een aantal eigenschappen voldoen die we binnen een bepaalde tijdspanne en met voldoende vergelijkbare kolonies zijn opgevallen. Dat de goede eigenschappen van een bepaalde stamkolonie op haar nakomelingen overgaat is lang niet altijd het geval. Het gebeurt dikwijls dat men over een kolonie, die ontstaan is uit een bepaalde kruising en met uitzonderlijke productiemogelijkheden, beschikt waarvan de nakomelingen in talloze minderwaardige en zeer verscheidene individuen met verschillende kwaliteiten uiteenvalt. Een gekend voorbeeld uit de teelt van landbouwgewassen kan dit illustreren. Door kruising van twee inteeltlijnen bij de veredeling van maïs, bekwam men in de VS een 50-tal jaar geleden de zogenaamde Hybride-maïs met uitermate hoge productiewaarden. Wie echter het waagde een nateelt uit te zaaien van deze uitzonderlijke teelt kwam tot de onthutsende vaststelling dat de nateelt een treurige aanblik bood van een totaal minderwaardig gewas. Er stonden planten met, korte, middelmatige en lange stengels, magere en brede planten met grote en kleine korrels in een bonte verscheidenheid door elkaar. De productie bleef vanzelfsprekend ver beneden de verwachtingen. De waarde van deze hybride-maïs was zeer waardevol maar als erfelijk patrimonium voor eventuele selectie is hij totaal waardeloos. En met deze ervaringen vechten de collega s die met Buckfast-varianten bezig zijn constant. Dit is geen verwijt maar een realiteit. De diversiteit in het genenaanbod is zo groot dat het nakomlingschap moeilijk te voorspellen is. Ook in de bijenteelt zijn het niet zo zeer de opflakkeringen na toevallige gelukte kruisingen die ons interesseren. Het zijn de stammen die ons interesseren die na een bestendige controle van de eigenschappen, waarvan de juiste afstamming gekend zijn, die hun waarde gedurende verschillende generaties bewezen hebben en dus behouden hebben. Zo ondervinden we dat de erfelijke aanleg voldoende homogeen is. Wanneer ze voor de praktijk gunstige eigenschappen bezitten om voor selectie in aanmerking te kunnen komen kunnen we starten. Maar ook dat is niet altijd rozengeur en maneschijn Wat zich niet toont is voor onze zintuigen niet aanwezig. Dit is volkomen waanzinnig om dit te bevestigen. Het genetisch patroon in een individu laat zich niet altijd waarnemen Genen en allelen zijn voor wat hun impact op het individu betreft, steeds in interactie met elkaar via het RNA systeem van het chromosomenpatroon. Dus niet alle eigenschappen kunnen zich aanmelden en zich bewijzen. Dit is ofwel omdat ze niet aanwezig zijn of omdat ze buiten spel zijn gezet en zich in latere generatie(s) wel zullen manifesteren en zich laten gelden.
7 In onze deelname van veredeling is het niet zo zeer de productieve waarde die belangrijk is, doch tal van erfelijk bepaalde eigenschappen die door degelijke observatie en vergelijk mogelijk kenbaar wordt. De productiewaarde heeft inderdaad te maken met de vitaliteit van de bijen maar ook met de levenslengte van de bijen. Hierin spelen de buiten-genetische waarden, het fenotype of de leefomgeving een belangrijke rol. (Biotoop/imkerijtechnieken) M.a.w. Er worden verschillende eigenschappen in de gaten gehouden en met elkaar vergeleken. Zoals reeds werd aangehaald moeten we rekening houden met zowel het genotype als het fenotype. Wanneer we willen vergelijken moeten we over verschillende kolonies beschikken die zich in dezelfde omstandigheden bevinden; in dezelfde bijenstand, of vergelijkbare bijenstanden, door dezelfde man behandeld met dezelfde oordeelkundige technieken. KEURING... De waardebepaling van een kolonie aan de hand van meetbare eigenschappen noemt men keuring. Om het euvel van milieufactoren zo veel mogelijk uit de weg te gaan mogen we weinig of niets aan het toeval over laten. We moeten de toevalligheden die niet altijd meetbaar zijn trachten te omzeilen. Er moet dus een erkenning zijn van een aantal parameters die dan ook degelijk worden gehanteerd en naar waarde geschat. We kunnen dit succesvol op de volgende wijze realiseren; Vergelijken tussen méér dan 10 (liefst zelfs 50) gelijkwaardige kolonies; Gebruik maken van één stam binnen een bepaald ras; Gebruik maken van dezelfde teeltstof tussen kolonies met gelijkwaardige koninginnen, (ouderdom); Gebruik maken van dezelfde imkerijtechnieken; Gebruik maken van dezelfde standplaats; Gebruik maken van gecontroleerde bevruchtingen (reinteelt); Regelmatige controle van de resultaten op de uiterlijke kenmerken, bij middel van vleugelindex, pantserkleur, haarlengte, viltbanden e.d.; Degelijk notawerk van de behandelingen en reacties van de kolonies; Minimum één volledig seizoen observatie (na overwintering); Oordeelkundig vergelijken van de verkregen resultaten; Beslissen welke teeltstof in aanmerking komt, welke op de wachtlijst komt en welke geëlimineerd moet worden; Controles opzetten van de verkregen resultaten. Zoals je kan merken vraagt dit van de keurder een degelijke installatie en een goed uitgewerkt actieplan.
8 Om een volledige keuring bij bijenkolonies uit te voeren worden volgende punten in acht genomen: 1. Bepaling van de productiviteit. Om tot een betrouwbare vergelijking van de productiewaarde te komen, is het noodzakelijk dat men, van alle in het selectieplan betrokken kolonies, regelmatig aantekeningen maakt betreffende de honingopbrengst en de algemene ontwikkeling. Hiervoor wordt meestal een weegschaal gehanteerd waarop de kolonies kunnen worden geplaatst. Het toenemend of afnemend gewicht van de verschillende vergelijken wordt genoteerd en vergeleken. Aantekeningen maken is dus elementair, het ligt aan de basis van de selectiebezigheid. 2. De afstamming. De kennis van de ouderparen is van primair belang om de weg van de selectie degelijk uit te stippelen. Het spreekt voor zich dat we over de mannelijke afstamming enkel met zekerheid kunnen ingelicht zijn wanneer de paringen op een degelijk geïsoleerde bevruchtingsstand werden uitgevoerd. Bovendien is het niet alleen noodzakelijk ingelicht te zijn over de ouderkolonies, maar dient men ook inlichtingen bij te houden over de voorouders en de zusterkolonies. Hoe gelijkmatiger de gemiddelde waarde van de hele familie boven de gemiddelde productiewaarde van een bepaalde stand ligt, des te hoger de kans dat van het nakomelingschap ook gunstige resultaten te verwachten zijn. Isoleren en vooral kiezen naar vroeg geboren koninginnen. 3. Bepaling van uitwendige kenmerken. Door jarenlange ervaring in de bijenteeltstations is men tot de vaststelling gekomen dat er door selectie enkel duurzaam resultaat te verwachten is binnen een bepaald ras van een bepaalde ondersoort. Een selectie uit een sterk vermengde kruispopulatie leidt binnen redelijke termijn tot geen enkel blijvend resultaat. Met de wetenschap op de achtergrond en de ondersteunende ervaringen in acht genomen, is het van belang de rassen en stammen duidelijk van elkaar te kunnen onderscheiden. Nu weet elke imker met een zekere praktijkervaring, dat het niet zo moeilijk is een Italiaanse bij van een Karnioolse of van de landbij te onderscheiden, maar het wordt reeds heel wat ingewikkelder en dus moeilijker wanneer we een zuiver ras moeten onderscheiden van een kolonie van hetzelfde ras of wanneer we in een bepaalde ondersoort afzonderlijke rassen uit elkaar moeten houden. Dit onderscheid is mogelijk door het nauwkeurig bepalen en uitmeten van uitwendige kenmerken zoals; beharing, de kleur van het pantser, de breedte van de viltbanden, de tonglengte en het aderstelsel of de index van de vleugels. Het bepalen van de uitwendige kenmerken laat ons toe, vast te stellen of de kolonie rasecht is en om te besluiten dat een bepaalde kolonie zo homozygoot (eenvormig van eigenschappen) is dat er een hoge kans bestaat dat ze haar nakomelingen hetzelfde erfpatroon zullen meegeven.
9 Uit de uitwendige kenmerken kunnen we ook te weten komen dat de betreffende koningin op de bevruchtingsstand gepaard heeft met die darren welke door ons ter plaatse gebracht werden. We moeten uiteraard niet in een verkeerd uiterste vervallen. De beoordeling van de kenmerken is geen doel op zich zelf. De uiterlijke kenmerken vertalen als het ware de paringszuiverheid binnen een bepaalde stam. De andere kenmerken die niet afleesbaar zijn, zijn de factoren die belangrijk zijn en die een steeds wederkerende zorg blijven om het beste uit het beste uit te lezen. GECONTROLEERDE PARINGEN... Al eerder werd gesteld dat het doorvoeren van selectie zo wel vrouwelijke als in mannelijke zin, - twee maal zoveel effect heeft als het enkel selecteren van de vrouwelijke lijn. Het paren van genotypische gelijken heeft zeker zijn nut. Daarom is men gaan zoeken naar meer specifieke paringssystemen die de overerving van de gewenste eigenschappen zekerder maakt. Overzicht van de paringen... Inteelt... De paring van verwante individuen met de bedoeling een homogenisering van de genenstructuur te bereiken. Te enge inteelt of matige inteelt op termijn kunnen een nefaste invloed hebben omdat ze de globale genenstructuur verarmen. Dit fenomeen is niet onmiddellijk bij bijen aan de orde. Uitteelt... De paring tussen groepen of lijnen binnen éénzelfde ras. Het kan gaan om gewone paring van genotipische gelijken of om paringen van ingeteelde lijnen of groepen. Het combineren van ingeteelde lijnen of' groepen is bedoeld om de nefaste invloed van voortdurende inteelt op te heffen. Bovendien wordt de genenstructuur verrijkt en treedt bv. heterosiseffect op. Rassenkruising... De paring van individuen van verschillend ras met de bedoeling: de genenstructuur te verrijken. Doorgaans treedt een verhoogde vitaliteit op. We spreken eveneens van heterosiseffect. Ondersoortkruisingen KRUISING Stijging van de honingopbrengst Carnica X Mellifera 31 % Caucasica X Carnica % Caucasica X Mellifera % Caucasica X Zuid-russische bij % Anatolische X Buchfast-bij % Op het heterosiseffect steunende combinaties tussen lijnen of tussen rassen.
10 Opgemerkt moet worden dat het effect optreedt bij de Fl-generatie. Maar in de daarop volgende generatie splitsen de gekoppelde genenmogelijkheden zo massaal uit dat er niet veel herkenbaars meer over schiet van de gekruiste F1 -groepen en van de oorspronkelijke ouderparen. Het wordt een onmogelijke zaak om de oorspronkelijke gegevens terug op te rapen en het over te doen met de resultaten van de F2-generatie. zie wet van Mendel. We weten nu dat de haardrift correleert met de vitaliteit. Deze vitaliteit staat parallel met het heterosiseffect en met de levenslengte van de bijen die deel zijn van de techniek. Het komt er nu op neer even de redenen door te nemen van deze vitaliteitverbetering en na te gaan of we dit effect in het selectieschema kunnen krijgen. Het moet wel duidelijk zijn dat het effect vitaliteit voornamelijk zijn oorzaak heeft in de vlotte vitale stuuracties tussen de verschillende werksters in het bijennest. Deze stuuracties zijn het gevolg van, enerzijds de ruime variabiliteit van de vitale actieschema s, die toe te schrijven zijn aan de biologische verscheidenheid van werksters en anderzijds aan de levenslengte van de bijen. Deze twee situaties kunnen elkaar versterken maar zijn meestal reeds als enig verschijnsel om de prestaties van het nest hoog te laten aanslaan. Uit ervaring blijkt dat een goede basis van erfelijke vitaliteit, dus de biologische verscheidenheid van de werksters, een fundamentele basis is die in het selectieschema goed in te bouwen is. Hier dienen we echter goed uit de doppen te kijken, want heterosis bekomen uit ondersoortkuising heeft geen toekomst voor de stabiliteit van een goed keurschema. Wij kiezen voor het principe van de UITTEELT in de familieselectie. Dit is niet het eenvoudigste maar, wanneer je de basislijnen goed in de hand hebt, dan is dit de grootste garantie voor de stabiliteit van de soort in imkershanden. Het komt er nu op neer dat we een degelijk werkschema op poten zetten om ons UITTEELTmechanisme werkbaar te maken. Momenteel kunnen we varen op de zee van het prachtig werk van onze Duitse collega s. En dus is zeer intensief speurwerk niet aan de orde. Daarbij komt, dat we steeds profiteren van de terugkeer, de paring met goed geselecteerde vadervolken. Dus onze eenvoudige keuring, wordt stevig ondersteund. Dit betekent niet dat we onze aandacht mogen laten verslappen. We beschikken nu over deftig materiaal en dus is ook aan onze zijde, (50%) voldoende aandacht en oordeelkundigheid zeer belangrijk. Dit wordt belangrijker naarmate ons erfgoed gunstiger evolueert. Anderzijds is het van belang dat iedere keurmeester minimaal 15 vergelijkbare reinteeltmoeren te beschikking heeft om geloofwaardig en dus ernstig werk te leveren. Maken van goede afspraken ven de ter beschikking gestelde reinteeltmoeren. Afspraken ivm de opstelling is en één van. Om een objectieve inschatting te maken van het gedrag van de bijenvolken moeten de te observeren kolonies altijd samen blijven.
11 Met een deel van deze kolonies naar drachtgebieden reizen heeft geen zin als ze niet allemaal meereizen. Immers het is toch duidelijk dat een deel van de observatie ook steunt op vergelijkbare elementen, die zijn afwezig als we de kolonies scheiden van elkaar. Ook is het van belang deze kolonies eenvormig op te stellen. Hiermee wordt bedoeld dat ze liefst in dezelfde vliegrichting zijn neergezet en belangrijker nog dat ze ofwel allen onder dak staan of allen in openlucht zijn opgesteld. Voor de aanvang van ieder seizoen moeten er beslissingen genomen worden in verband met het doortelen. Een aantal reinteeltmoeren komen in aanmerking en hebben hun bestemming en andere zullen uit de keuringsopstelling verdwijnen. Toch moet er overwogen worden om de niet gekozen moeren niet allemaal te verwijderen. Keuring heeft ook te maken met vergelijking met ouder teeltmateriaal! Al wat je niet merkt in de uiting van het nakomelingschap wijst niet onmiddellijk in de richting van het zit er niet in Genen praten met elkaar of zijn in interactie met elkaar om een resultante te tonen in haar uiterlijk of haar gedrag. Oordeelkundig blijven, blijft de boodschap! Corneel Dewindt
Imkeren met Apis Mellifera Carnica. Presentatie Jos Römgens NBV studiedag 2017
Imkeren met Apis Mellifera Carnica Presentatie Jos Römgens NBV studiedag 2017 1 Inhoud Waarom imkeren met carnica? Apis mellifera Carnica Oorsprong, kenmerken en eigenschappen Stammen en lijnen Behouden
Nadere informatieSelectie op eigen stand op basis van de mijtval/dag. Egbert Touw, Mari van Iersel DDB
Selectie op eigen stand op basis van de mijtval/dag Egbert Touw, Mari van Iersel DDB Inhoud Bijenvolken verschillen in eigenschappen Selectie op eigen stand Bedrijfsmethode: imkers selecteren beste koninginnen
Nadere informatieTeeltwaarde en teeltwaardeschatting bij Beebreed
Teeltwaarde en teeltwaardeschatting bij Beebreed Pim Brascamp, 16 december 2017. Aangepast 4 november 2018. De teeltwaarde van een koningin of volk voor een bepaald kenmerk (bijvoorbeeld honingopbrengst)
Nadere informatieMen moet de zwarte bij redden* (door Dylan Elen)
Men moet de zwarte bij redden* (door Dylan Elen) De zwarte bij past zich makkelijk aan aan diverse milieus en heeft minder behoefte aan nazicht door de imker. Helaas lijkt zij gedoemd om te verdwijnen,
Nadere informatieBUCKFASTBIJEN (1) KONINGINNENTEELT (2) BEVRUCHTINGSEILAND(EN) (3)
BUCKFASTBIJEN (1) KONINGINNENTEELT (2) BEVRUCHTINGSEILAND(EN) (3) EVEN VOORSTELLEN KO DE WITT, HOOFDWEG 77 SCHILDWOLDE (NL) - MEDE-OPRICHTER BBV - JARENLANG REDACTIE BUCKFAST BULLETIN - MEDEWERKER STICHTING
Nadere informatieMOEREN KWEKEN MET HET OVERLARFPROJECT
INHOUD : 1. Doel. 2. Voor- en nadelen 3. Woordverklaringen 4. Wat kopen en/of maken vooraf? 5. Wat zullen we vooraf doen? 6. Kweken in een moergoed pleegvolk 7. Klaarmaken van het pleegvolk 8. Werkschema
Nadere informatieSZH voor levend erfgoed
SZH voor levend erfgoed Verwantschap Kor Oldenbroek en Myrthe Maurice Informatieochtend Drentsche Patrijshonden Woudenberg 15 februari 2014 Programma Wat kunt u vanmorgen verwachten: - Wat is verwantschap?
Nadere informatie2 Voortplanten met organen Bouw en werking van geslachtsorganen Werking van geslachtshormonen Afsluiting 31
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Voortplanten van genen 9 1.1 Genetica 9 1.2 Kruisingen 13 1.3 Crossing-over en mutatie 16 1.4 Erfelijkheid en praktijk 17 1.5 Inteelt en inteeltdepressie 21 1.6 Afsluiting
Nadere informatiePrestatietests en Teeltwaardebepaling voor bijenkoninginnen van het ras Apis mellifera carnica.
Europees selectieprogramma in de bijenteelt Prestatietests en Teeltwaardebepaling voor bijenkoninginnen van het ras Apis mellifera carnica. Spreker: prof dr. ir. O. van Laere Van Laere is werkzaam bij
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: Erfelijkheid 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Biologie: Erfelijkheid 6/29/2013 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) en studenten van forum http://www.toelatingsexamen-geneeskunde.be
Nadere informatieNieuwe richtingen in de koninginnenteelt. F. K. Tiesler, Teeltcoordinator D.I.B.
Nieuwe richtingen in de koninginnenteelt F. K. Tiesler, Teeltcoordinator D.I.B. Structuur van de imkerij in Duitsland Een klein deel doet actief aan teelt (~ 1%) Structuur van de imkerij in Duitsland Meerdere
Nadere informatieWerkgroep kleine herkauwers. bepaald sjabloon. U kan deze website zelf gebruiken op
vzw Steunpunt Levend Erfgoed 29 Werkgroep kleine herkauwers Genetische diversiteit van Vlaamse en Kempense geit vraagt gezamenlijke actie Wat heel wat fokkers van deze twee oude geitenrassen al vermoedden
Nadere informatieIntroductie Ben Som de Cerff:
Het ontstaan van bijen(onder)soorten en de eigenschappen van Buckfast, Carnica en de Zwarte bij 6-11-2017 Introductie Ben Som de Cerff: docent bijen- en koninginnenteelt 65 Buckfast-volken,9 standen, kasttype
Nadere informatieInteelt, verwantschappen en consequenties van inteelt
Inteelt, verwantschappen en consequenties van inteelt Jack J. Windig CGN Agrobiodiversiteit Oude rassen Waard om te bewaren Mooi Cultureel Erfgoed Herbergen unieke genetische eigenschappen Ook in: Conventie
Nadere informatieImkeren met zachtaardige carnicabijen. Presentatie Jos Römgens 7 november 2015 NBV studiedag Beilen
Imkeren met zachtaardige carnicabijen Presentatie Jos Römgens 7 november 2015 NBV studiedag Beilen 1 Inhoud Zachtaardige honingbij? Apis mellifera Carnica Oorsprong en verspreiding kenmerken De gewone
Nadere informatieDiversiteit en inteelt
Diversiteit en inteelt Koninginnenteeltdag 27 januari 2018 Pim Brascamp Deze voordracht voor de Koninginnenteeltdagis ontworpen op verzoek van de Koninginnenteeltcommissie. Het gaat over diversiteit en
Nadere informatieGENETIC COUNSELLING SERVICES
GENETIC COUNSELLING SERVICES Ed.J.GUBBELS november 2011 www.gencouns.nl Dobberen op de genenpool evolutie soorten veranderen in de loop van de tijd, hun erfelijke variatie zorgt ervoor dat er, in een telkens
Nadere informatie3 Rundveefokkerij Melkproductiecontrole Selectie Fokwaardeschatting Inseminatieplannnen 69 3.
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Veiligheidsvoorschriften 9 1.1 Genen en hun vererving 9 1.2 Genotype en fenotype 14 1.3 Erfelijke gebreken 18 1.4 Genfrequenties 25 1.5 Afsluiting 27 2 Fokmethoden 28 2.1
Nadere informatieHAVO 5 Begrippenlijst Erfelijkheid allel Allelen zijn verschillende vormen van een gen. Zij liggen in homologe chromosomen op precies dezelfde
HAVO 5 Begrippenlijst Erfelijkheid allel Allelen zijn verschillende vormen van een gen. Zij liggen in homologe chromosomen op precies dezelfde plaats. Allelen coderen voor dezelfde eigenschap bijvoorbeeld
Nadere informatieWie beslist, de natuur, de imker of beide? Selectie bij bijen
Wie beslist, de natuur, de imker of beide? Selectie bij bijen Tekst Tjeerd Blacquière en Pim Brascamp Selecteren is hetzelfde als kiezen. Sinds bijen worden gehouden hebben imkers gekozen welke volken
Nadere informatieSZH voor levend erfgoed
SZH voor levend erfgoed Populatiemanagement Infoavond Drentsche Patrijshonden Woudenberg 19 november 2013 Een korte introductie Kor Oldenbroek Myrthe Maurice Van Eijndhoven Wat kunt u vandaag verwachten:
Nadere informatieDe volgende vragen testen je kennis van de meest voorkomende vaktermen in de klassieke genetica. Welk woord ontbreekt in de volgende zinnen?
Populatiegenetica Versie 2006-2007 Vragen bij COO Belangrijke begrippen De volgende vragen testen je kennis van de meest voorkomende vaktermen in de klassieke genetica. Welk woord ontbreekt in de volgende
Nadere informatieInhoud. Voorwoord 5. Inleiding 6
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Erfelijkheidsleer 9 1.1 Erfelijke verandering 9 1.2 Ontdekking van de erfelijkheidsleer (genetica) 12 1.3 De chromosomen 13 1.4 Kwalitatieve eigenschappen 17 1.5 De monogene
Nadere informatieHet gebruik van inteelt om inteelt te beheersen
Het gebruik van inteelt om inteelt te beheersen door Carol Beuchat PhD Gesteld, we hebben een populatie dieren, die zich willekeurig voortplanten. Door de generaties heen zal het gemiddelde niveau van
Nadere informatieSemi-natuurlijke selectie van varroaresistentie in Nederlandse bijen
Semi-natuurlijke selectie van varroaresistentie in Nederlandse bijen Bart Pannebakker (WU-Erfelijkheidsleer) bart.pannebakker@wur.nl Tjeerd Blacquière (PRI-bijen@wur) tjeerd.blacquiere@wur.nl Percentage
Nadere informatieVermeerderen op basis van eigen teeltmateriaal. Evert van Ginkel
Vermeerderen op basis van eigen teeltmateriaal Zaterdag 4 november 2017 Evert van Ginkel Waarom koninginnenteelt? De bijen kunnen alles zelf wel regelen. Het maakt de bijen niet uit dat ze vlot steken,
Nadere informatieDoor recombinatie ontstaat een grote vescheidenheid in genotypen binnen een soort. (genetische
Chromosomen bestaan voor een groot deel uit DNA DNA bevat de erfelijke informatie van een organisme. Een gen(ook wel erffactor) is een stukje DNA dat de informatie bevat voor een erfelijke eigenschap(bvb
Nadere informatieOmgaan met inteelt in kleine rassen
Omgaan met inteelt in kleine rassen Piter Bijma, Jack Windig en Sipke-Joost Hiemstra Centrum Genetische bronnen Nederland (CGN) Animal Breeding and Genomics Centre (ABGC) 23 april 2008. Traditionele planten-
Nadere informatieHAPTE CHAP SAMENVATTING
HAPTE CHAP Wanneer voortplanting tussen individuen van verschillende soorten, maar ook van verschillende populaties wordt voorkómen, noemen we dit reproductieve isolatie. Reproductieve isolatie speelt
Nadere informatieImkeren met zachtaardige bijen. Presentatie Jos Römgens 12 mei 2016 Dorpshuis Hoofdplaat
Imkeren met zachtaardige bijen Presentatie Jos Römgens 12 mei 2016 Dorpshuis Hoofdplaat 1 Inhoud Zachtaardige honingbij? Wat doen de meeste imkers? Koninginnenteelt gebeurt zo weinig! Hoe kom ik aan betere
Nadere informatieImkersgilde de Vlijtige Bie BV
Imkersgilde de Vlijtige Bie BV Belgie-Belgique P.B. 9200 Dendermonde 1 P708659 Noteer in uw agenda: 17 februari - Algemene vergadering 4 maart - Plantenruildag 9 maart - bijenweide, aanleg en onderhoud
Nadere informatieMitose is een ander woord voor gewone celdeling. Door gewone celdeling blijft het aantal chromosomen in lichaamscellen gelijk (46 chromosomen).
Samenvatting door M. 1493 woorden 28 februari 2014 5 5 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Genotype en fenotype Veel eigenschappen zijne erfelijk. Je hebt deze eigenschappen geërfd van
Nadere informatieGenetische Selectie. Eindwerk: hondenfokker 2 de jaar. Sabine Spiltijns
Genetische Selectie Eindwerk: hondenfokker 2 de jaar Sabine Spiltijns 2010-2011 0 We kunnen aan de hand van een genetische selectie ongeveer voorspellen hoe de puppy s van onze hondjes er gaan uitzien.
Nadere informatieAantal directe nakomelingen ingeschreven in het NHSB: 395. 7-8-2015 Dobermann Dia nummer 1
Aantal directe nakomelingen ingeschreven in het NHSB: 395 7-8-2015 Dobermann Dia nummer 1 Dobermann: Omgaan met verwantschap en inteelt Drs. Laura Roest Dierenarts en kynologisch medewerker 7-8-2015 Dobermann
Nadere informatieSamenvattingen. Samenvatting Thema 4: Erfelijkheid. Basisstof 1. Basisstof 2. Erfelijke eigenschappen:
Samenvatting Thema 4: Erfelijkheid Basisstof 1 Erfelijke eigenschappen: - Genotype: o genen liggen op de chromosomen in kernen van alle cellen o wordt bepaald op moment van de bevruchting - Fenotype: o
Nadere informatieHandleiding Pawpeds Deel 3
Handleiding Pawpeds Deel 3 Landcodes We proberen te informeren over het land waarin de dieren werden geboren en waar ze nu wonen. Dit wordt weergegeven in de stambomen en gelijst zoals bijvoorbeeld US/DE,
Nadere informatieGa ik door met deze koningin? Jos Römgens 10 mei 2017
Ga ik door met deze koningin? Jos Römgens 10 mei 2017 Inhoud Ontwikkeling tot koningin Functie van de koningin in het volk Kwaliteit van de koningin Wat betekent dat voor de imker? Het bijenvolk en de
Nadere informatie6,4. Samenvatting door E woorden 6 december keer beoordeeld. Biologie voor jou
Samenvatting door E. 1393 woorden 6 december 2016 6,4 18 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Thema 4: Erfelijkheid 5-HTTPLR gen heeft invloed op de hoeveelheid geluk die je ervaart.
Nadere informatieEvolutie. Basisstof 4 thema 5
Evolutie Basisstof 4 thema 5 Wat is evolutie? Planten en dieren zijn in de loop van een hele lange tijd stapje voor stapje ontstaan door het proces dat we evolutie noemen. Een zwaar bestaan eerste verschijnsel:
Nadere informatieModule Basisgenetica. -voetafdruk van dit drukwerk is berekend met ClimateCalc en gecompenseerd bij: treesforall.nl. De CO 2
Module Basisgenetica De CO 2 -voetafdruk van dit drukwerk is berekend met ClimateCalc en gecompenseerd bij: treesforall.nl www.climatecalc.eu Cert. no. CC-000057/NL Colofon Auteurs Body Bosgra Hans Hilverda
Nadere informatieHoe veredel je voor duurzame resistentie in aardappel en de rol van moleculaire merkers?
Hoe veredel je voor duurzame resistentie in aardappel en de rol van moleculaire merkers? Edith Lammerts van Bueren Louis Bolk Instituut, Wageningen University DNA labs, 8 maart 2013 De schrik van elke
Nadere informatieGenomic revolution : betekenis voor
Genomic revolution : betekenis voor karakterisering, behoud en fokkerij van zeldzame rassen? Jack Windig Centre of Genetic Resources, The Netherlands (CGN) Genomic revolution Genoom Het hele DNA Alle chromosomen
Nadere informatie1... is de bijdrage per individu van een genotype aan het aantal individuen in de volgende generatie. 2. De... heeft de waarde één min...
Natuurlijke selectie Versie 2008 Vragen bij COO Belangrijke begrippen 1................... is de bijdrage per individu van een genotype aan het aantal individuen in de volgende generatie. 2. De..................
Nadere informatieKoninginneteelt simpel beginnen, en door samenwerking simpel houden. Koninginneteeltdag 28-01-2012 Henk Kok
Koninginneteelt simpel beginnen, en door samenwerking simpel houden Koninginneteeltdag 28-01-2012 Henk Kok Onderwerpen Waarom ga je koninginnen telen Toenemend effect van KT Complexiteit van KT Stappen
Nadere informatieNewsletter April 2013
1. Inleiding Met het thema van deze nieuwsbrief willen we ons richten op de fundamenten van het fokken: de basisgenetica. Want of je het nu wil of niet. dit is ook de basis voor een succesvolle fok! Misschien
Nadere informatieInteelt en genetische diversiteit van hondenrassen in België
Inteelt en genetische diversiteit van hondenrassen in België 23 februari 2012 Prof. Nadine Buys, Dr. Steven Janssens en lic. Katrien Wijnrocx Onderzoeksgroep Huisdierengenetica, K.U.Leuven Overzicht Achtergrond:
Nadere informatiePRI 3512 Houden van bijen - Diergezondheid [3512] v.3
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen LCE : Datum : Verantwoordelijke controleur : Operator : VEN : Adres : PRI 3512 Houden van bijen - Diergezondheid [3512] v.3 C: conform NC: Niet-conform
Nadere informatieFokkerijkansen voor de geit
Fokkerijkansen voor de geit Kor Oldenbroek Symposium duurzame toekomst geitenrassen 12 november 2016, Putten Centrum voor Genetische Bronnen, Nederland (CGN) CV Kor Oldenbroek IVO in Zeist/ASG Lelystad
Nadere informatieInteelt in kleine populaties. Bart Ducro Animal Breeding and Genomics Centre
Inteelt in kleine populaties Bart Ducro Animal Breeding and Genomics Centre Inhoud Inteelt Populatiegrootte Fokbeleid Wat is inteelt? Inteelt: paren van verwanten samenbrengen van genetisch identiek materiaal
Nadere informatieOp deze twee vragen zullen we trachten, zo eenvoudig mogelijk, nadere inlichtingen te geven.
Inteelt - stamvorming door terugkruising ook opslorpingskruising genoemd Henri Rosseau - 1973 Elke rasechte kanariekweker stelt zich tot doel een eigen stam te vormen met uitgesproken specifieke zangcapaciteiten.
Nadere informatieS E L E C T I E E N K O N I N G I N N E T E E L T. Inleiding. Wat is het overlarfproject? Uw lokale overlarver. Praktische richtlijnen
S E L E C T I E E N K O N I N G I N N E T E E L T Inleiding Niet alleen in de veeteelt en de plantenteelt maar ook in de bijenteelt is het steeds de betrachting geweest de gewenste eigenschappen van een
Nadere informatieBeschrijving van de verschillende carnicalijnen.
Beschrijving van de verschillende carnicalijnen. Binnen het ras carnica zijn door selectie verschillende lijnen ontstaan. Er is voor de carnicaimker dus wat te kiezen. Om iets meer te weten over de verschillende
Nadere informatie<A> Thymine is een pyrimidinebase en vormt 3 waterstofbruggen met adenine. <B> Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine.
Biologie Vraag 1 Welke uitspraak is correct? Thymine is een pyrimidinebase en vormt 3 waterstofbruggen met adenine. Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. Cytosine
Nadere informatie<A> Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. <B> Guanine is een pyrimidinebase en vormt 2 waterstofbruggen met cytosine.
Biologie Vraag 1 Welke uitspraak is correct? Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. Guanine is een pyrimidinebase en vormt 2 waterstofbruggen met cytosine. Thymine
Nadere informatieImkersgilde de Vlijtige Bie BV
Belgie-Belgique P.B. 9200 Dendermonde 1 P708659 Imkersgilde de Vlijtige Bie BV Wilde planten zoals de korenbloem en de papaver gaven een overvloed aan gevarieerd stuifmeel en nectar. Een verdwenen droom!
Nadere informatieDe rol van verwantschap in de fokkerij. Piter Bijma Fokkerij en Genetica, Wageningen UR
De rol van verwantschap in de fokkerij Piter Bijma Fokkerij en Genetica, Wageningen UR De Boodschap In elk gesloten ras neemt de verwantschap geleidelijk toe Dat is een normaal fenomeen De toename van
Nadere informatieKoninginnenteeltdag Invoeren van moeren. Marie José Duchateau
Koninginnenteeltdag 2017 Invoeren van moeren Marie José Duchateau 1 Verschillend!! Koniniginnen Koninginnenteelt: Koninginnen van bepaalde type ras Selectie bepaalde kenmerken Leuke uitdaging Koninginnen:
Nadere informatieBeevital HiveClean Habeetat en Beetricious Habeetat Beetricious Habeetat Beetricious
Ik ga hier niet in op de geschiedenis van de varroamijt en de herkomst. Verderop kun je lezen hoe en wanneer de mijt moet worden bestreden. De mijt zelf is een parasiet van de bij. De mijt is in staat
Nadere informatieGenetische variatie en inteelt : basisconcepten. Steven Janssens Nadine Buys
Genetische variatie en inteelt : basisconcepten Steven Janssens Nadine Buys Inteelt Inteelt treedt op voor dieren waarvan de ouderdieren met elkaar verwant zijn (dit betekent dat in de afstamming van vader
Nadere informatieVervolgens wordt ook ingegaan op de hypothese dat patronen in fenotypische plasticiteit adaptief kunnen zijn. De eerste vraag was of natuurlijke
Variatie in abiotische factoren komt voor in alle natuurlijke omgevingen, zoals variatie in ruimte en tijd in temperatuur, licht en vochtigheid. Deze factoren kunnen vervolgens bijvoorbeeld voedselaanbod
Nadere informatieGenetische verbetering van honden: feiten en fictie van lijnenteelt
Genetische verbetering van honden: feiten en fictie van lijnenteelt Johan van Arendonk Animal Breeding and Genomics Centre Wageningen Universiteit Hilvarenbeek, zaterdag 18 april Bij hond denk ik aan:
Nadere informatieAchtergronddocument: Analyse van de CBO-richtlijn uit
wijzigingsdatum: dinsdag januari 0 Achtergronddocument: Analyse van de CBO-richtlijn uit 0 0 In elke populatie, dus ook de Nederlandse, komen relaties tussen bloedverwanten voor waaruit kinderen worden
Nadere informatieBeschrijving van de verschillende carnicalijnen.
Beschrijving van de verschillende carnicalijnen. Binnen het ras carnica zijn door selectie verschillende lijnen ontstaan. Er is voor de carnicaimker dus wat te kiezen. Om iets meer te weten over de verschillende
Nadere informatieProef Biologie Fruitvliegjes
Proef Biologie Fruitvliegjes Proef door een scholier 1401 woorden 17 juni 2007 4,3 27 keer beoordeeld Vak Biologie Inleiding: We kregen een opdracht om genetische overerving bij fruitvliegjes te onderzoeken.
Nadere informatieAntwoorden door een scholier 1825 woorden 28 februari keer beoordeeld
Antwoorden door een scholier 1825 woorden 28 februari 2005 6 511 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie Thema 5 Opdracht 1 1. Het uiterlijk is een fenotype van een organisme. 2. Alle erfelijke informatie
Nadere informatieAntwoorden Biologie Thema 5
Antwoorden Biologie Thema 5 Antwoorden door een scholier 697 woorden 9 juni 2003 6,8 323 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Basisstof 1 Opdracht 1 1. Het fenotype zijn de zichtbare
Nadere informatieVan Nico van Hove en Niek Spronsen. Begeleider: Dhr. Van Piekeren
Van Nico van Hove en Niek Spronsen. Begeleider: Dhr. Van Piekeren Inhoudsopgave: Uitleg begrippen Inleiding Plan van aanpak Werkwijze Het onderzoek De resultaten Conclusie/discussie Uitleg begrippen, termen
Nadere informatieInteeltbeheersing bij rashonden
Inteeltbeheersing bij rashonden Jack J. Windig CGN CGN en Livestock research (Lelystad) Onderdeel Wageningen UR Livestock Research voorheen ASG, ID-Lelystad, ID- DLO CGN = Centrum Genetische bronnen Nederland
Nadere informatieWerken met de Doppenmethode. Studiedag Boskoop 11 november 2017 Leo van der Heijden
Werken met de Doppenmethode Studiedag Boskoop 11 november 2017 Leo van der Heijden Enkele vragen vooraf: Kennismaken Wie houdt langer dan 5 jaar bijen? Wie imkert met bijen van een bepaald ras? Wie heeft
Nadere informatieDe geschiedenis van de Carnica stam Sklenar. De Sklenar stam
De geschiedenis van de Carnica stam Sklenar De Sklenar stam In het wijndeel van Oostenrijk, dus aan de rand van het eigenlijke Carnica-verspreidingsgebied, hield Guida Sklenar zich bezig met de selectie
Nadere informatieHet werken in de bijen Opbrengst Koningin is hier een zeer belangrijke factor Ook de omgeving Maar ook de imker speelt een grote rol Hij kan bepalen
Het werken in de bijen Opbrengst Koningin is hier een zeer belangrijke factor Ook de omgeving Maar ook de imker speelt een grote rol Hij kan bepalen welke koningin van welk ras in zijn volk komt Vervangen
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: evolutieleer 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Biologie: evolutieleer 6/29/2013 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) en studenten van forum http://www.toelatingsexamen-geneeskunde.be
Nadere informatieHoe houden beginnende imkers de volken raszuiver? zie blad 2. Cursus koninginnenteelt met de doppenmethode in De Bommelerwaard
Nieuwsbrief nummer 49 maart 2014 Vereniging van Carnica Imkers ---------------------------------------------------------------------- Aanbod teeltmateriaal 2014 We vragen onze leden die dit jaar teeltmateriaal
Nadere informatieSelectie op VSH bij de Carnica
Selectie op VSH bij de Carnica Wat is VSH? De hier gepresenteerde activiteiten en resultaten zijn mogelijk dankzij de stichting Arista Bee esearch De stichting werkt in principe met alle rassen bijen;
Nadere informatie3. Eén gen kan vele allelen hebben. Hoeveel allelen van één gen heeft ieder individu?
Genetica Vragen bij hoofdstuk 13, 14 en 15 van 'Biology', Campbell, 7e druk Versie 2006 2007 Theorie 1. Hoe noemt men een plant die raszuiver is voor een bepaalde eigenschap? 2. Hoe noemt men planten met
Nadere informatieDe teelt 1 van honingbijen
De teelt 1 van honingbijen Oorspronkelijke titel: Die Zucht der Hönigbiene 1 De Duitse woorden Zucht en Aufzucht zijn vertaald in teelt, en het woord Züchtung in veredeling. De teelt van honingbijen Een
Nadere informatieSamenvatting Biologie Erfelijkheid & Evolutie (Hoofdstuk 7 & 8.1)
Samenvatting Biologie Erfelijkheid & Evolutie (Hoofdstuk 7 & 8.1) Samenvatting door CÃ line 1065 woorden 5 juli 2016 5,5 4 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie P4 Hoofdstuk 7 1 Uniek Eigenschappen
Nadere informatieJuli blauw Biologie Vraag 1
Biologie Vraag 1 Bij bijen komt parthenogenese voor. Dit is de ontwikkeling van een individu uit een onbevruchte eicel. Bij bijen ontstaan de darren (mannelijke bijen) parthenogenetisch. De koningin en
Nadere informatieJuli geel Biologie Vraag 1
Biologie Vraag 1 Bij bijen komt parthenogenese voor. Dit is de ontwikkeling van een individu uit een onbevruchte eicel. Bij bijen ontstaan de darren (mannelijke bijen) parthenogenetisch. De koningin en
Nadere informatieVruchtbaarheidsindex 2008 voor schapen
Vruchtbaarheidsindex 008 voor schapen S. Janssens, 0/0/009 Onderzoeksgroep Huisdierengenetica, departement Biosystemen, K.U.Leuven Inleiding De index voor vruchtbaarheid, afgekort als, wordt berekend na
Nadere informatieKoninginnenteelt via de doppenmethode
Koninginnenteelt via de doppenmethode o NBV koninginnenteeltdag o 25 januari 2014 Austerlitz Dennis van der Waals 1 2 Het gaat om de moer! de kwaliteit van een bijenvolk wordt bepaald door de koningin
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 3 + 4
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 3 + 4 Samenvatting door een scholier 1472 woorden 23 oktober 2007 6,5 24 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Hoofdstuk 3 - Genetica Homologe chromosomen
Nadere informatieII Een nakomelingenkeuring is geen theorie.
II Een nakomelingenkeuring is geen theorie. Inleiding. Binnen een fokkerij die zichzelf serieus neemt is een nakomelingenonderzoek een must. Maar men moet zich goed realiseren waar men mee bezig is of
Nadere informatie6,1. Samenvatting door een scholier 1949 woorden 7 februari keer beoordeeld. Biologie voor jou
Samenvatting door een scholier 1949 woorden 7 februari 2011 6,1 46 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Basisstof 1: chromosomen Chromosomen: komen voor in een celkern bevindt zich de
Nadere informatieBiologie 1997 Augustus
www. Biologie 1997 Augustus Vraag 1 In de onderstaande tekening is de elektronenmicroscopische afbeelding van een cel van een traanklier van een mens weergegeven. Het afgescheiden traanvocht bevat een
Nadere informatieDuitse plannen om koninginnen te selecteren op grond van hun DNA
Duitse plannen om koninginnen te selecteren op grond van hun DNA Pim Brascamp Koninginnenteeltdag 28 januari 2017 Bronnen: Spötter e.a. en lezingen van Prof Bienefeld in Celle (2015) en Mayen (2016) Stuur
Nadere informatie1. Mendeliaanse overerving - koppelingsanalyse
1. Mendeliaanse overerving - koppelingsanalyse 1.1 Inleiding Genetische kenmerken die afhangen van één enkel gen (meer precies : locus) noemen wij mendeliaans. Mendeliaanse kenmerken segregeren in families
Nadere informatieParagraaf Homologe chromosomen
Paragraaf Homologe chromosomen Opbouw: Lees de les op biologielessn.nl over homologe chromosomen goed door. Maak de onderstaande vragen van deze bladzijde. Reproductie vragen: 1. Wat zijn homologe chromosomen?
Nadere informatieFokken en Scrapie resistentie bij de Toggenburger geit
Fokken en Scrapie resistentie bij de Toggenburger geit Jack Windig, Jan Langeveld, Lucien van eulen, Rita Hoving Oene, 8 november 2014, Ledenvergadering Landelijke Fokgroep Toggenburger CGN, Livestock
Nadere informatieSamenvatting Erfelijkheid Vmbo 3a Biologie voor Jou. Erfelijke informatie ligt in de celkern in de chromosomen. Chromosomen bestaan weer uit DNA.
Samenvatting Erfelijkheid Vmbo 3a Biologie voor Jou 4.1 Fenotype Genotype = waarneembare eigenschappen van een individu = de erfelijke informatie in het DNA Genotype + milieufactoren = fenotype Erfelijke
Nadere informatieImkercafé Deel 4. Zwermen voorkomen, varroa bestrijden, voeren, nieuwe koninginnen en problemen oplossen..
Imkercafé Deel 4 Zwermen voorkomen, varroa bestrijden, voeren, nieuwe koninginnen en problemen oplossen.. Vandaag na de pauze: Overleg onderhoud Biebult (Wim Baselmans). Overleg koninginnenteeltcommissie
Nadere informatieBETTER COWS BETTER LIFE
BETTER COWS BETTER LIFE De perfecte match voor een perfecte veestapel Een goed presterende veestapel is de wens van iedere veehouder. Met fokkerij legt u de basis voor uw veestapel van de toekomst. U wilt
Nadere informatieVerslag Biologie Fruitvliegjes
Verslag Biologie Fruitvliegjes Verslag door een scholier 1593 woorden 15 februari 2017 5,5 7 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Inleiding In dit practicum gaan we de theorie en praktijk van erfelijkheid
Nadere informatie4 HAVO thema 4 Erfelijkheid EXAMENTRAINER OEFENVRAGEN
Examentrainer Vragen Karyogrammen In afbeelding 1 zijn twee karyogrammen weergegeven. Deze karyogrammen zijn afkomstig van een eeneiige tweeling. Het ene kind is van het mannelijk geslacht zonder duidelijke
Nadere informatiePraktische opdracht Biologie Evolutie en ordening PO
Praktische opdracht Biologie Evolutie en ordening PO Praktische-opdracht door Bieb 1397 woorden 18 mei 2017 6,2 4 keer beoordeeld Vak Biologie Nieuwe olifantensoort ontdekt in Afrika 1a: Wat zijn de wetenschappelijke
Nadere informatieDefensief gedrag bij honingbijen
Defensief gedrag bij honingbijen Koninginnenteeltdag 2015 Marie José Duchateau met dank aan Minke van Det en Paul Smeets Honingbijen hebben van nature defensief gedrag: Verdediging van de kolonie tegen
Nadere informatieHet genotype van een individu staat in de chromosomen. Daar staat namelijk de erfelijke informatie in van alle eigenschappen die erfelijk zijn.
Opdracht door een scholier 1105 woorden 13 november 2004 5,9 55 keer beoordeeld Vak Biologie Basis erfelijkheidsleer Ik kan de bouw en functie van chromosomen beschrijven. In de kern van een cel komen
Nadere informatieFenotype nakomelingen. donker kort 29 donker lang 9 wit kort 31 wit- lang 11
1. Bij honden is het allel voor donkerbruine haarkleur (E) dominant over het allel voor witte haarkleur (e). Het allel voor kort haar (F) is dominant over het allel voor lang haar (f). Een aantal malen
Nadere informatieAngeldragers Honingbij Solitairebij Hommel Wesp
Insecten Angeldragers Honingbij - Geel en bruin van kleur - Angel met weerhaakjes bij alle werkbijen - Koningin legt eitjes - Leven in kolonie (in de zomer: 30.000-70.000) in een kast of een korf - De
Nadere informatie