Provincie Groningen Primair Onderwijs en Voortgezet Onderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Provincie Groningen Primair Onderwijs en Voortgezet Onderwijs"

Transcriptie

1

2 Provincie Groningen 2006 Primair Onderwijs en Voortgezet Onderwijs februari 2007

3 Colofon Titel: Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen (JONG) Provincie Groningen 2006 Datum: februari 2007 Opdrachtgever: Stuurgroep JONG Auteurs: Jan Kruijer & Frans Oldersma Adres: Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Groningen Postbus CG Groningen tel Copyright 2007, Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Groningen Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Groningen. Voor zover het maken van kopieën is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912j het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals gewijzigd bij Besluit van 23 augustus 1995, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 882, 1180 AW Amstelveen). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze opgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich te wenden tot het Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Groningen.

4 Inhoud 1 Inleiding Geschiedenis Uitgangspunten Equal-project School4job Dit rapport Het primair onderwijs en speciaal onderwijs Aantal kinderen in de basisschoolleeftijd Basisschoolleerlingen in de leerplichtadministraties Achtergrondkenmerken van de leerlingen in het basisonderwijs Doubleren (vertraagde leerlingen) Leeftijdsachterstanden VO-adviezen, doorstroom naar voortgezet onderwijs en toetsscores Kinderen in het speciaal onderwijs Samenvatting en aanbevelingen Het voortgezet (speciaal) onderwijs Aantal jongeren in de voortgezet onderwijsleeftijd Aantal jongeren in het voortgezet (speciaal) onderwijs Opleiding en achtergrondkenmerken van leerlingen Etnische achtergrond van de leerlingen Jongens en meisjes Schoolloopbaan in het voortgezet onderwijs Onderwijssoort in het derde leerjaar van het voortgezet onderwijs Doubleren (vertraagde leerlingen) Opstroom en afstroom Slaagresultaten in het voortgezet onderwijs Samenvatting en aanbevelingen Alle 0-23 jarigen in beeld? De stand van zaken Uitbreiding van de monitor Voorschoolse periode Bovenleerplichtige periode Samenvatting en aanbevelingen Aanbevelingen Aanbevelingen Bijlage Definities en afkortingen Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

5 2 Onderzoeksbureau CMO Groningen

6 1 Inleiding Alle Groningse jongeren kunnen zich op 23-jarige leeftijd zelf redden in de maatschappij en op de arbeidsmarkt. Dat is het uitgangspunt van de onderwijsnota Handig Zelfstandig van de provincie Groningen. Om dat te bereiken is het in beeld krijgen van alle jongeren een belangrijk speerpunt van beleid. Als alle jongeren van 0 tot 23 jaar tijdens hun maatschappelijke loopbaan op provinciaal, regionaal en gemeentelijk niveau in beeld zijn, kan onder meer schoolverzuim op tijd worden gesignaleerd en voortijdig schoolverlaten worden tegengegaan. Een monitor is een goed instrument om alle jongeren in beeld te krijgen. Met een monitor worden periodiek gestandaardiseerde cijfers verzameld om maatschappelijke ontwikkelingen en effecten van beleid zichtbaar te maken. In de provincie Groningen is daarom op initiatief van en in samenwerking met een groot deel van de Groninger gemeenten gestart met de opbouw van de provinciale Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen (JONG 1 ). De JONG-monitor streeft na de schoolloopbaan van jongeren van 0 tot 23 jaar te volgen. Daarnaast zijn 17 gemeenten 2 met ondersteuning van het Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling (CMO) Groningen, gestart met een lokale Jeugd- en Onderwijsmonitor. Bij de opbouw van de JONG-monitor is er voor gekozen eerst de groep (partieel) leerplichtige leerlingen in beeld te brengen. Dit eerste rapport laat daarom de stand van zaken zien van de leerlingen uit de provincie Groningen die onderwijs volgen in het primair en voortgezet onderwijs (PO en VO). Om alle 0-23 jarige jongeren in beeld te krijgen, dient de monitor te worden uitgebreid met gegevens over onder meer voor- en vroegschoolse educatie (VVE) en het beroeps- en volwassenenonderwijs (BVE). Wanneer in de toekomst deze monitorrapportages worden herhaald, kunnen ook trends uit de gegevens over alle 0-23 jarige jongeren worden afgeleid. In deze rapportage wordt overigens al wel beschreven in hoeverre alle 0-23 jarigen op 1 april 2006 in beeld waren. 1.1 Geschiedenis De Groninger gemeenten en de provincie Groningen stelden in het jaar vast dat er te weinig zicht was op onderwijsgegevens. De beschikbare gegevens waren onvolledig en vaak weinig actueel. Daardoor waren gemeentelijke en provinciale cijfers niet vergelijkbaar met landelijke cijfers en konden geen betrouwbare conclusies worden getrokken. Niettemin was er wel een groeiende behoefte aan informatie over de gemeentelijke leerlingenpopulatie, de doorstroming van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs, onderwijsachterstanden en de ontwikkelingen rond het schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. Omdat gemeenten ook verantwoordelijk waren voor de evaluatie van het onderwijsachterstandenbeleid, is in 2002 besloten om gezamenlijk in de provincie Groningen te gaan werken aan de opbouw van de provinciale Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen (JONG). Het doel van de JONG-monitor is 1 Niet te verwarren met Operatie Jong, hetgeen een samenwerkingsverband is van de ministeries van VWS, OCW, Justitie, SZW en BZK, primair gericht op het voorkomen van uitval van jeugdigen. Voor meer informatie, zie 2 De gemeenten Appingedam, Bellingwedde, Delfzijl, De Marne, Eemsmond, Grootegast, Menterwolde, Pekela, Reiderland, Scheemda, Slochteren, Stadskanaal, Ten Boer, Veendam, Vlagtwedde, Winschoten en Winsum. Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

7 tweeledig. Het periodiek verzamelen van adequate cijfers en informatie moet in de eerste plaats de onderbouwing van het gemeentelijk en provinciale onderwijs- en jeugdbeleid leveren. In de tweede plaats moet ook duidelijk worden wat de voortgang en de effecten van het beleid zijn en in welke mate beleidsdoelstellingen worden gerealiseerd. Een stuurgroep die bestaat uit vertegenwoordigers van de Groninger gemeenten en de provincie Groningen coördineert de JONG-monitor. De opbouw van de JONG-monitor sluit aan bij de opzet van de landelijke (GOA) onderwijsmonitor. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OC&W) heeft in samenwerking met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten daarvoor een landelijk model ontwikkeld, waarbij ook Onderzoeks- en adviesbureau Oberon betrokken is geweest. In 2002 is het Onderzoekbureau van het CMO Groningen in samenwerking met Oberon voor de provincie gestart met de opbouw van de JONGmonitor. Op 1 april 2006 hebben alle Groninger gemeenten gegevens uit hun leerplichtadministratie aangeleverd voor de provinciale monitor. Op basis van deze gegevens wordt een provinciale rapportage (de nulmeting) geschreven. De rapportage zal duidelijk maken in hoeverre er momenteel zicht is op de onderwijsposities van alle in de provincie Groningen woonachtige 0-23 jarigen. Voor de 17 gemeenten die door CMO Groningen worden ondersteund bij de opbouw van de lokale monitor worden gemeentelijke rapportages geschreven. Monitoring blijft een belangrijk beleidsinstrument, ook onder de nieuwe wet Onderwijsachterstandenbeleid (OAB) die sinds 1 augustus 2006 van kracht is. De bestuurlijke verhoudingen tussen scholen, gemeenten en Rijk zijn in de wet OAB opnieuw gedefinieerd, wat inhoudt dat het gemeentelijk budget voor een groot deel rechtstreeks naar de scholen gaat. Hoewel gemeenten en schoolbesturen meer verantwoordelijkheden hebben gekregen, moeten zij onverminderd verantwoording af blijven leggen aan het Rijk. Naast de verantwoordingsplicht biedt monitoring ook antwoorden op beleidsvragen van gemeenten en informatie aan schoolbesturen. 1.2 Uitgangspunten De gegevens van 0-23 jarige Groningers vormen de basis voor de JONG-monitor. Met deze gegevens kunnen de ontwikkelingen in schoolloopbanen en onderwijsposities van leerlingen worden gevolgd. Bij de opbouw van de JONG-monitor zijn een aantal uitgangspunten belangrijk om te noemen. Ze worden hieronder kort besproken. Gegevensbronnen De gemeentelijke leerplichtadministraties vormen de centrale gegevensbronnen voor de lokale en de provinciale monitor. Dit betekent dat er voor scholen geen nieuwe gegevensstroom is bijgekomen. De bestaande en wettelijk vereiste gegevenslevering door scholen aan gemeenten wordt op deze manier optimaal benut. Bovendien wordt voor de Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen ook geen nieuwe registratie opgebouwd, maar wordt er gebruik gemaakt van een bestaande registratie die zoveel mogelijk up-to-date moet zijn (met actuele inschrijfgegevens e.d.). Goede gegevensuitwisseling tussen scholen en gemeenten is dan ook belangrijk en daarom is er de afgelopen jaren veel aandacht besteed aan de verbetering van de gegevensaanlevering. Door aan te sluiten bij de opbouw van de JONG-monitor, krijgen de gemeenten niet alleen gegevens die geschikt zijn voor 4 Onderzoeksbureau CMO Groningen

8 het monitoren van het lokale onderwijsbeleid, maar beschikken zij ook, op elk gewenst moment, over accurate gegevens van kinderen in de voorschoolse leeftijd, de leerplichtige en de bovenleerplichtige jongeren. Kortom: alle 0 tot 23 jarigen in beeld. Provinciebreed monitoropbouw De JONG-monitor verzamelt gegevens over de schoolloopbanen van alle jongeren in de provincie Groningen. De toegevoegde waarde van een provinciebrede aanpak is dat er een informatiesysteem ontstaat dat de effecten van gemeentelijk en provinciaal onderwijsbeleid en jeugdbeleid in beeld brengt. Tevens worden met de provinciebrede monitor gemeentelijke cijfers onderling vergelijkbaar, terwijl gemeentelijke cijfers ook kunnen worden afgezet tegen provinciale en landelijke cijfers. Uniformering De Groninger gemeenten hebben geïnvesteerd in een verbetering van de gemeentelijke leerplichtadministraties (vernieuwde programmatuur, meer formatie). Met ondersteuning van CMO Groningen zijn de leerplichtadministraties geüniformeerd en zijn de administraties van gegevens zodanig aangepast dat monitoring mogelijk is. De gemeenten hebben met scholen (hernieuwde) afspraken gemaakt over de gegevensuitwisseling, waarbij is gestreefd naar een uniforme gegevensaanlevering door scholen aan de gemeenten. Hiervoor zijn de procedures aangepast, verhelderd, soms opnieuw onder de aandacht gebracht van scholen, en nauwkeurig vastgelegd in protocollen. De afspraken over gegevenslevering komen uiteraard overeen met de wettelijke eisen en landelijke richtlijnen en de zijn eenduidig voor alle partijen. Dit heeft als belangrijk voordeel dat scholen de gegevensaanlevering kunnen vereenvoudigen. Elektronische uitwisseling De meeste VO-scholen in de provincie Groningen leveren niet langer schriftelijk, maar elektronisch hun leerlinggegevens (in- en uitschrijfgegevens, op- en afstroom, meldingen van verzuim en voortijdig schoolverlaten) aan gemeenten. Met deze elektronische gegevensuitwisseling, zijn de administratieve lasten voor zowel scholen als de gemeenten verminderd. Maar het kan nog beter. Op dit moment wordt gewerkt aan een verdere verbetering van de elektronische gegevensuitwisseling tussen de partijen. Privacy Om de privacy van individuele leerlingen te waarborgen zijn verschillende stappen ondernomen. Met de Wet Bescherming Persoonsgegevens als leidraad, zijn convenanten overeengekomen met alle betrokken partijen. Daarnaast is de verwerking van persoonsgegevens voor de Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen door gemeenten aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). Groeimodel Zowel de provinciale als de lokale Jeugd- en Onderwijsmonitoren zijn opgezet als groeimodel. Eerst worden de leerlingen in PO en VO in beeld gebracht. Om alle 0-23 jarige jongeren in beeld te krijgen moet in de toekomst de monitor worden uitgebreid met gegevens over bijvoorbeeld de voor- en vroegschoolse educatie (VVE) en de beroeps- en volwasseneneducatie (BVE). Als deze gegevens beschikbaar zijn en met enige regelmaat worden gepubliceerd in Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

9 monitorrapportages, ontstaat er meer zicht op de doelgroep en hun schoolloopbanen. Zo wordt bijvoorbeeld de deelname en plaatsing van (doelgroep)kinderen aan een voorschoolse voorziening duidelijk. Maar ook de doorstroom van PO naar VO en de doorstroom van VO naar de BVE-sector en welke leerlingen het MBO met een startkwalificatie verlaten wordt inzichtelijk. Later kan de monitor nog uitgebreid worden met andere gegevens over jeugd, zoals over de keten onderwijs-arbeidsmarkt, werkloosheid, gezondheid en criminaliteit. 1.3 Equal-project School4job "School4job" is de verzamelnaam voor de vier Equal-projecten die in november 2005 in Noord-Nederland van start zijn gegaan. In de projecten werken 80 ontwikkelingspartners, verdeeld over de vier projecten, samen. Het doel van de vier projecten is de zorgstructuren op scholen te verbeteren en een goede toeleiding naar scholing en de arbeidsmarkt voor jongeren. Voor meer informatie, zie: De opbouw van de Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen is ingebed in één van de vier Equalprojecten, namelijk Keten sluiten met perspectief. Dit Equalproject kent een grote variatie aan activiteiten, georganiseerd in deelprojecten, die er op gericht zijn al ontwikkelend en experimenterend, nieuwe wegen en oplossingen te vinden die bijdragen aan het doel: alle jongeren een diploma (op het niveau van een startkwalificatie) en aan het werk. Het project wordt uitgevoerd in de drie noordelijke provincies en kent een groot aantal OntwikkelingsPartners (OP) en overige samenwerkingspartners. De deelprojecten van het project Keten sluiten met perspectief zijn verdeeld over drie clusters: Cluster 1 bevat activiteiten gericht op een (sluitende) registratie, monitoring en sturing. Cluster 2 heeft als centraal thema: het lokaal sluitend organiseren van de aanpak met en tussen de verantwoordelijke ketenpartners: onderwijsinstellingen, gemeentelijke leerplicht, Regionaal Meld- en Coördinatiepunt voortijdig schoolverlaters (RMC), CWI, UWV, Gemeentelijke Sociale Dienst. Cluster 3 bevat deelprojecten waarin het experimenteren met nieuwe trajecten en instrumenten centraal staat. Het voorliggende rapport is in het kader van de Keten sluiten met perspectief geschreven. Aan het eind van 2007 wordt opnieuw een provinciale rapportage geschreven over de Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen met gegevens over de provincie Groningen en de 25 Groninger gemeenten. 1.4 Dit rapport In deze provinciale rapportage Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen (JONG) 2006 worden de resultaten van de eerste gegevensverzameling gepresenteerd. Deze nulmeting maakt duidelijk hoe het op 1 april 2006 in de provincie Groningen is gesteld met de schoolloopbanen en onderwijsposities van de leerlingen die onderwijs volgen (of hebben gevolgd) in het primair en voortgezet onderwijs. Om vergelijkingen op landelijk niveau te kunnen maken, wordt daarnaast gebruik gemaakt van andere bronnen: het CBS en Cfi-tellingen. Door de combinatie van 6 Onderzoeksbureau CMO Groningen

10 deze bronnen kunnen diverse beleidsvragen op het gebied van onderwijs worden beantwoord. In hoofdstuk 2 staat het primair onderwijs centraal, gevolgd door het voortgezet onderwijs in hoofdstuk 3. Hoofdstuk 4 geeft een antwoord op de vraag in hoeverre de 0-23 jarigen uit Groningen in beeld zijn. Het rapport besluit met een hoofdstuk waarin de aanbevelingen uit eerdere hoofdstukken bijeen zijn gebracht, die moeten leiden tot verbeterde monitorgegevens. De in dit rapport gebruikte definities en afkortingen worden beschreven in de bijlage. Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

11 8 Onderzoeksbureau CMO Groningen

12 2 Het primair onderwijs en speciaal onderwijs In dit hoofdstuk gaat in op de Groningse leerlingen in het primair onderwijs (het basisonderwijs en het speciaal basisonderwijs) en leerlingen in het speciale onderwijs (expertisecentra). Beschreven worden de ontwikkelingen van het aantal leerlingen en hun achtergrondkenmerken. De eerste paragraaf behandelt de prognoses voor het aantal kinderen in de basisschoolleeftijd. De daaropvolgende paragrafen gaan over de leerlingen die ingeschreven staan in de gemeentelijke leerplichtadministraties van de 25 Groninger gemeenten. 2.1 Aantal kinderen in de basisschoolleeftijd Op de basisschool zitten kinderen die voor het merendeel tussen de 4 en de 13 jaar oud zijn 3. Op 1 januari 2006 woonden er kinderen van 4 tot en met 12 jaar in de provincie Groningen (CBS, 2006). Volgens prognoses van de provincie Groningen (IPB 4, 2004) zal dat aantal de komende jaren afnemen. Uit onderstaande figuur blijkt dat in 2010 het aantal 4-12 jarigen met ongeveer 400 zal afnemen. Volgens de prognose zal in de periode het aantal 4-12 jarigen en dus het aantal potentiële basisschoolleerlingen, met ruim afnemen. Figuur 1 Prognose van het aantal 4-12 jarigen in de periode , in de provincie Groningen Bron: IPB 2004; bewerking CMO Groningen Aantal kinderen op een Groningse basisschool Het aantal kinderen dat onderwijs volgt op de basisscholen in de provincie Groningen is in de afgelopen 5 jaar vrij constant gebleven. Volgens gegevens van het CBS (2006) bezochten in het schooljaar in totaal en in het schooljaar ruim kinderen een basisschool in de provincie Groningen (een aantal van deze leerlingen woont buiten de provincie Groningen). Na is dit aantal in vijf jaar tijd in zowel de provincie Groningen als landelijk gestegen met 0,2%. 3 Kinderen kunnen vanaf 4 jaar naar de basisschool, vanaf 5 jaar zijn kinderen volledig leerplichtig. Een klein deel van de basisschoolleerlingen is 13 of 14 jaar oud. 4 Interprovinciaal bevolkingsmodel: bevolkingsprognoses zoals gehanteerd door provincies en gemeenten Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

13 2.2 Basisschoolleerlingen in de leerplichtadministraties Volgens de leerplichtadministraties (LPAs) van de 25 Groninger gemeenten waren op 1 april 2006 bijna kinderen in de provincie Groningen ingeschreven op een basisschool Achtergrondkenmerken van de leerlingen in het basisonderwijs Geslacht De verhouding tussen het aantal jongens en meisjes die naar de basisschool gaan, komt overeen met landelijke gegevens: 51% van de leerlingen is jongen en 49% is meisje. Etnische achtergrond De etnische achtergrond van de leerlingen is vastgesteld op basis van het geboorteland van de leerling en van de ouders van de leerling (zie bijlage). Een aantal gemeenten heeft deze gegevens in de leerplichtadministratie opgenomen, waardoor de etnische achtergrond van ongeveer driekwart van de basisschoolleerlingen in de provincie Groningen is vast te stellen. In onderstaande tabel staat de etnische achtergrond van de leerlingen vermeld. Er is geen verdere uitsplitsing naar land van herkomst, omdat door het kleine aantal leerlingen de privacy van individuele leerlingen wordt geschaad. Ongeveer een vijfde van de basisschoolleerlingen heeft een niet-nederlandse etnische achtergrond. Ongeveer de helft daarvan heeft een etnische achtergrond op grond waarvan hij of zij wordt gerekend tot doelgroep van het minderhedenbeleid. Tabel 1 Leerlingen in het basisonderwijs naar etnische achtergrond, in de provincie Groningen Percentage Nederlands 79 % potentiële doelgroeplanden (niet westers) 10 % overige (niet doelgroep)landen (westers) 11 % Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; bewerking CMO Groningen Doelgroepleerlingen Leerlingen die een verhoogd risico hebben op onderwijsachterstanden worden tot de doelgroep van het onderwijsachterstandenbeleid gerekend; deze zogenaamde achterstandskinderen (of gewogen leerlingen) krijgen in het basisonderwijs een gewichtsfactor. Een hogere gewichtsfactor betekent een hoger risico op een onderwijsachterstand. Een leerling kreeg in de oude gewichtenregeling een gewichtsfactor toegekend, onder meer op basis van etnische achtergrond en/of opleidingsniveau van ouders (zie bijlage). De gewichtenregeling is in augustus 2006 gewijzigd. Vanaf deze datum wordt in de komende jaren een nieuwe regeling fasegewijs ingevoerd. Het opleidingsniveau van ouders is hierbij leidend. Wat dit betekent voor onderwijsachterstandenfinanciering voor de leerlingen uit de provincie Groningen is nog niet vast te stellen. Volgens de meest recente CBS gegevens (CBS, 2005) wijkt het opleidingsniveau van Groningers gemiddeld nauwelijks af van de rest van Nederland. Er zijn echter wel grote regionale verschillen. Het opleidingsniveau in Oost-Groningen en de regio Delfzijl en omstreken is gemiddeld lager. 10 Onderzoeksbureau CMO Groningen

14 In de leerplichtadministratie van enkele Groninger gemeenten is het leerlinggewicht niet adequaat geadministreerd. Dit kan het gevolg zijn van het feit dat basisscholen geen gegevens over leerlinggewichten aanleveren aan de gemeentelijke leerplichtambtenaar, of dat gemeenten over levering van deze gegevens geen afspraken hebben gemaakt met scholen. Daarnaast is het mogelijk dat de gegevens over het leerlinggewicht niet in de leerplichtadministratie worden geadministreerd. Van ongeveer driekwart van de basisschoolleerlingen in de provincie Groningen is de gewichtsfactor in een leerplichtadministratie geregistreerd. In tabel 2 staat de percentuele verdeling van de leerlinggewichten van Groningse leerlingen vermeld. In deze tabel is ook de landelijke verdeling in het schooljaar (CBS, 2006) opgenomen. Tabel 2 Percentuele verdeling leerlinggewichten , in de provincie Groningen en Nederland Provincie Groningen Nederland 0,0 78 % 78 % 0,25 14 % 10 % 0,4/0,7 0 % 0 % 0,9 8 % 12 % Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006 / CBS, 2006; bewerking CMO Groningen Uit tabel 2 blijkt dat 22% van zowel de Nederlandse als de Groningse basisschoolleerlingen een gewichtsfactor toegekend heeft gekregen op grond van (vermeende) onderwijsachterstanden. In de provincie Groningen wonen er relatief minder allochtone achterstandsleerlingen (gewogen leerlingen met een gewicht van 0,90) dan in Nederland als geheel. Daarentegen is het aandeel autochtone achterstandsleerlingen (gewogen leerlingen met een gewicht van 0,25) hoger dan het landelijk gemiddelde. In de onderstaande tabel 3 is te zien dat van de kinderen met een Nederlandse achtergrond ongeveer 18% tot de groep achterstandsleerlingen met een leerlinggewicht wordt gerekend. Van de niet-nederlandse kinderen (voor wat betreft de etnische achtergrond) met een westerse achtergrond wordt 27% als een achterstandsleerling aangemerkt en van de kinderen met een niet-westerse achtergrond betreft het 68% van de leerlingen. Tabel 3 Basisschoolleerlingen in de provincie Groningen naar etnische achtergrond en gewichtsfactor 0,0 0,25/0,90 Nederland 82 % 18 % westerse achtergrond 73 % 27 % niet westerse achtergrond 32 % 68 % Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; bewerking CMO Groningen Doubleren (vertraagde leerlingen) Een indicator voor onderwijsachterstanden is de mate waarin leerlingen doubleren. Echter, gegevens over het doubleren van de Groningse leerlingen zijn momenteel nog niet beschikbaar, omdat daarvoor inschrijfgegevens over de voorgaande leerjaren beschikbaar moeten zijn. Wanneer de huidige meting over een jaar wordt herhaald, is het mogelijk om het percentage doublures in elke groep Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

15 van het basisonderwijs vast te stellen en te blijven volgen. Het is dan ook mogelijk om na te gaan of doublures onder bepaalde groepen leerlingen (bijvoorbeeld op basis van geslacht of doelgroep) meer voorkomen. Overigens blijkt uit de huidige gegevens dat van 40% van de basisschoolleerlingen niet bekend is in welk leerjaar onderwijs wordt gevolgd Leeftijdsachterstanden Naast doubleren is de leeftijdsachterstand in het basisonderwijs een indicator voor onderwijsachterstanden. Leeftijdsverschillen tussen leerlingen op het basisonderwijs kunnen te maken hebben met doubleren of latere instroom. Door een leeftijdsachterstand kan op latere leeftijd een probleem ontstaan bij de verdere schoolloopbaan. Met name het percentage 13-jarigen in het basisonderwijs wordt beschouwd als een belangrijke indicator voor onderwijsachterstanden. In onderstaande figuur is weergegeven het percentage kinderen per leeftijd in het basisonderwijs in de provincie Groningen en landelijk 5. Uit de figuur blijkt dat de percentages nagenoeg niet verschillen. In de provincie Groningen zijn relatief iets meer 4-jarigen in het basisonderwijs dan landelijk. Het percentage 13- en 14- jarigen in het basisonderwijs is in Groningen 0,6%. Dit is iets lager dan het landelijke percentage van 0,7%. Figuur 2 Leeftijden in het basisonderwijs in percentages, in de provincie Groningen en landelijk percentage provincie Nederland leeftijd Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006 / CBS, 2006; bewerking CMO Groningen Van de westerse en niet-westerse basisschoolleerlingen is nagegaan hoeveel leerlingen 13 jaar of ouder zijn; hetzelfde is gedaan voor ongewogen en gewogen leerlingen. De percentages zijn weergegeven in tabel 4. Er blijken in de provincie Groningen meer niet-westerse leerlingen van 13 jaar en ouder onderwijs te volgen in het basisonderwijs dan westerse leerlingen. Daarnaast staan meer gewogen 5 De leeftijden zijn gemeten op 31 december 2005, overeenkomstig de peildatum van de landelijke indicator leeftijdsachterstand. 12 Onderzoeksbureau CMO Groningen

16 kinderen van 13 jaar en ouder (met een gewichtsfactor 0,25 of 0,90) ingeschreven in het basisonderwijs dan ongewogen kinderen van 13 jaar en ouder. Tabel 4 Percentage basisschoolleerlingen van 13 jaar en ouder in de provincie Groningen, per etniciteit en leerlinggewicht percentage kinderen 13 jaar en ouder in het basisonderwijs Nederlands/westers 0,6 % niet westers 1,2 % leerlinggewicht = 0,0 0,9 % leerlinggewicht = 0,25/0,90 2,4 % Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; bewerking CMO Groningen VO-adviezen, doorstroom naar voortgezet onderwijs en toetsscores De toetsscores, vo-adviezen en de doorstroming van primair naar voortgezet onderwijs geven een indicatie van de onderwijsachterstanden. Om deze reden worden ten behoeve van de JONG-monitor door gemeenten gegevens over deze indicatoren opgenomen in de leerplichtadministratie, nadat met scholen afspraken zijn gemaakt over de levering van deze gegevens. Vooralsnog hebben niet alle gemeenten in de provincie Groningen besloten eindtoetsscores in de JONGmonitor op te nemen. Bovendien is de levering en administratie van eindtoetsgegevens en vo-adviezen gestart in het schooljaar , zodat de beschikbare gegevens (die zich beperken tot de leerlingen van groep 8) te onvolledig zijn om daarover in de voorliggende rapportage te rapporteren. Waarom is het zinvol om deze gegevens te verzamelen? Het merendeel van de basisscholen gebruikt de CITO-eindtoets als een onafhankelijk onderzoek naar de vorderingen van leerlingen aan het einde van de basisschool. De resultaten van de eindtoets kunnen de leerling, de ouders en natuurlijk de leerkracht ondersteunen bij het kiezen van een brugklastype. In groep 8 krijgen alle leerlingen van de basisschool een advies over het te volgen schooltype in het voortgezet onderwijs. Dit zogenaamde vo-advies (schooltype of brugklastype) geeft een beeld van het eindniveau van een leerling in het basisonderwijs. Om een beeld te krijgen van de onderwijsachterstanden kunnen zowel de gemiddelde eindtoetsscore als de vo-adviezen worden vergeleken met landelijke gegevens. Ook kunnen de eindtoetsscores en de vo-adviezen van groepen leerlingen op achtergrondfactoren worden vergeleken, zodat een beeld kan worden gevormd van de verschillen in eindniveau van de diverse doelgroepen in het basisonderwijs. Bovendien kan worden nagegaan in hoeverre leerlingen het brugklastype kiezen dat overeenkomt met het vo-advies in groep 8 van de basisschool, in hoeverre het type onderwijs in de 3 e klas van het voortgezet onderwijs overeenkomt met het vo-advies en hoeveel leerlingen uiteindelijk het voortgezet onderwijs verlaten met een diploma overeenkomstig het vo-advies Kinderen in het speciaal onderwijs Landelijk volgt 3% van de kinderen in het primair onderwijs op een school voor speciaal basisonderwijs. Uit figuur 3 blijkt dat in de provincie Groningen relatief minder kinderen naar het speciaal basisonderwijs (voorheen so-lom, so-mlk, en iobk) gaan dan in Nederland als geheel (2,3%). Ook zijn er minder Groninger kinderen die naar een regionaal expertisecentrum (so/rec) gaan dan landelijk (respectievelijk 1,5% en 2,1%). Van alle jongens in het primair onderwijs zit Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

17 ongeveer 3% in het speciaal basisonderwijs, van alle meisjes is dit rond de 1,5%. Dit komt overeen met de landelijke verdeling van jongens en meisjes die ongeveer 2:1 is. Figuur 3 Deelnamepercentages speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs, in de provincie Groningen en landelijk 5 4,5 4 percentage 3,5 3 2,5 2 1,5 2,3 3,0 1,5 2,1 provincie landelijk 1 0,5 0 speciaal basisonderw ijs speciaal onderw ijs/rec Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006 / CBS, 2006; bewerking CMO Groningen 2.3 Samenvatting en aanbevelingen Samenvatting De afgelopen vijf jaar is het aantal kinderen op de basisscholen in de provincie Groningen licht gestegen met ongeveer 0,2% tot ruim in het schooljaar Dit komt overeen met de landelijke ontwikkeling van het aantal basisschoolleerlingen (ook een stijging van 0,2%). Volgens prognoses zal het aantal kinderen in de leeftijd van 4 tot en met 12 jaar de komende jaren afnemen (in de periode een afname van ongeveer 400, daarentegen in de periode een afname van ruim 7.000). Op 1 april 2006 waren volgens de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten bijna Groningse kinderen ingeschreven op een basisschool. Van ongeveer driekwart van de Groningse basisschoolleerlingen is het leerlinggewicht geadministreerd in de gemeentelijke leerplichtadministraties. Op basis van deze gegevens kan worden vastgesteld dat alle basisschoolleerlingen in de provincie Groningen 22% tot de zogenaamde achterstandskinderen met een leerlinggewicht behoort (overeenkomstig het landelijke percentage). In vergelijking met Nederland als geheel, zijn er in de provincie Groningen minder allochtone achterstandskinderen (0,90 leerlingen), maar meer autochtone achterstandskinderen (0,25 leerlingen). 14 Onderzoeksbureau CMO Groningen

18 Van driekwart van de basisschoolleerlingen is de etnische achtergrond op basis van gegevens uit de gemeentelijke leerplichtadministraties vast te stellen. Ongeveer 80% van de leerlingen in het basisonderwijs heeft een Nederlandse achtergrond, 10% een niet westerse en 11% een westerse achtergrond. Doubleren of een latere instroom zorgt voor leeftijdsverschillen tussen leerlingen in het basisonderwijs. Door een leeftijdsachterstand in het basisonderwijs kan op latere leeftijd de verdere schoolloopbaan worden belemmerd. Een indicator voor leeftijdsachterstand is het percentage 13 jarigen in het basisonderwijs. Dit percentage is in de provincie Groningen iets lager dan landelijk (respectievelijk 0,6 en 0,7%). In het basisonderwijs zijn achterstandskinderen en leerlingen met een niet-westerse achtergrond relatief vaker 13 jaar of ouder. Van de kinderen in het primair onderwijs volgt 2,3% speciaal basisonderwijs (iets minder dan het landelijke percentage van 3,0%). Ongeveer 1,5% van de kinderen is ingeschreven op een regionaal expertisecentrum (SO/REC, landelijk percentage is 2,1%). Aanbevelingen Het geboorteland van de leerlingen en de ouders is niet bij alle gemeenten opgenomen in de leerplichtadministratie. Voor deze gemeenten is dan ook niet de etnische achtergrond van leerlingen vast te stellen. Hiervoor moet gebruik worden gemaakt van een apart bestand vanuit de gemeentelijke basisadministratie (GBA). Aanbevolen wordt om de geboortelanden aan de leerplichtadministratie toe te voegen. Van ruim 60% van de leerlingen is bekend in welk leerjaar onderwijs wordt gevolgd. Om inzicht te krijgen in de vertraging die leerlingen oplopen tijdens hun schoolloopbaan is het van belang dat jaarlijks van alle leerlingen het juiste leerjaar wordt geadministreerd, zodat voor toekomstige monitorrapportages doublures op correcte wijze kunnen worden vastgesteld. De eindtoetsscores en vo-adviezen zijn belangrijke indicatoren voor onderwijsachterstanden. Wanneer deze gegevens van basisscholen worden verkregen en geadministreerd in de leerplichtadministratie, dan kan een beeld worden gevormd van de verschillen in eindniveau (van de diverse doelgroepen) in het basisonderwijs. De gegevens van groepen leerlingen kunnen onderling worden vergeleken op achtergrondfactoren, en daarnaast ook met landelijke gegevens. Bovendien kan worden nagegaan of leerlingen een brugklastype kiezen overeenkomstig het vo-advies in groep 8 van de basisschool. Tevens kan worden bepaald in hoeverre het type onderwijs in de derde leerjaar van het voortgezet onderwijs gelijk is aan het vo-advies en de diploma's die de leerlingen in het voortgezet onderwijs behalen overeenkomen met het vo-advies. Een jaarlijkse monitormeting is nodig om onderwijsloopbanen van jongeren uit de provincie Groningen te blijven volgen. Vergelijking met eerdere meetmomenten kan worden gebruikt om beleid te evalueren en om beleidsdoelen vast te stellen. Een herhaalde meting vergroot ook de informatieve waarde van de gegevensverzameling, bijvoorbeeld wanneer van groepen basisschoolleerlingen met diverse achtergrondkenmerken de latere schoolloopbaan wordt vergeleken. Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

19 16 Onderzoeksbureau CMO Groningen

20 3 Het voortgezet (speciaal) onderwijs In dit hoofdstuk worden gegevens beschreven van jongeren die volgens de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten onderwijs volgen in het voortgezet (speciaal) onderwijs. Gekeken wordt onder andere naar de aantallen leerlingen, de achtergrondfactoren van de leerlingen en het type onderwijs dat zij volgen. 3.1 Aantal jongeren in de voortgezet onderwijsleeftijd Op 1 januari 2006 woonden er ruim jongeren van 13 tot en met 17 jaar in de provincie Groningen (ongeveer de leeftijd van jongeren in het voortgezet onderwijs). Volgens prognoses van de provincie Groningen (IPB, 2004) zal het aantal jongeren tussen de 13 en 17 jaar in de periode met ruim 2% afnemen. Figuur 4 Prognose van het aantal jarige jongeren in de periode , in de provincie Groningen Bron: IPB 2004; bewerking CMO Groningen 3.2 Aantal jongeren in het voortgezet (speciaal) onderwijs In de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten waren op 1 april 2006 ruim jongeren in de leeftijd 11 tot en met 20 jaar ingeschreven in het voortgezet onderwijs. Daarnaast zijn er in dezelfde leeftijdsgroep nog bijna (4%) jongeren op een (v)so/rec ingeschreven. In onderstaande tabel staat per leeftijd het aantal in het voortgezet onderwijs ingeschreven jongeren. In het volgende hoofdstuk 4 wordt ingegaan op het aantal jongeren in de provincie Groningen die staan ingeschreven op een opleiding. Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

21 Tabel 5 Aantal jongeren ingeschreven in het voortgezet (speciaal) onderwijs, in de provincie Groningen Leeftijd aantal jongeren in de LPAs ingeschreven op het VO aantal jongeren in de LPAs ingeschreven VSO REC e.o Totaal Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; bewerking CMO Groningen 3.3 Opleiding en achtergrondkenmerken van leerlingen Deze paragraaf gaat over het type onderwijs dat de Groningse jongeren in het voortgezet onderwijs volgen. Eerst wordt gekeken naar de totale groep van 11 tot en met 20 jaar waarvan inschrijfgegevens bekend zijn. In de volgende paragraaf (paragraaf 3.4) zal vervolgens worden ingegaan op het type onderwijs dat de leerlingen in klas 3 van het voortgezet onderwijs volgen. In de figuur 5 is weergegeven welk type onderwijs de leerlingen volgens de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten volgen. Uit de figuur blijkt dat een groot deel van de vo-leerlingen (ruim 8.000) op het vmbo zit. Ruim leerlingen gaan naar het vwo, eveneens ruim naar het havo en ruim naar het praktijkonderwijs. Figuur 5 Type voortgezet onderwijs dat jongeren uit de provincie Groningen volgen aantal VSO/REC Praktijkonderw ijs Algemeen leerjaar VMBO HAVO VWO Onbekend Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; bewerking CMO Groningen 18 Onderzoeksbureau CMO Groningen

22 Ongeveer een vijfde deel van de vmbo leerlingen volgt leerwegondersteunend onderwijs (lwoo). Ongeveer 35% van de vmbo leerlingen volgt onderwijs binnen de theoretische leerweg (voorheen mavo) en ongeveer 16% de gemengde leerweg. Er gaan meer jongeren naar de basisberoepsgerichte leerweg (bbl) dan de kaderberoepsgerichte leerweg (kbl) van het vmbo (respectievelijk 26% en 21%). Uit figuur 5 blijkt is dat een groot deel van de leerlingen in algemene leerjaren zit; de eerste twee leerjaren (brugklassen) van vmbo/havo of havo/vwo. Van ongeveer leerlingen in het voortgezet onderwijs is het type opleiding niet bekend Etnische achtergrond van de leerlingen Van alle Groninger leerlingen in het voortgezet onderwijs heeft 83% een Nederlandse etnische achtergrond 6. De overige 17% heeft een niet-nederlandse etnische achtergrond. Van deze 17% heeft iets meer dan de helft een etnische achtergrond op grond waarvan men tot een doelgroep van minderhedenbeleid wordt gerekend (zie ook de bijlage). In figuur 6 is weergegeven welk soort onderwijs gevolgd wordt door de jongeren met een Nederlandse en niet-nederlandse achtergrond (zie bijlage). De jongeren uit de provincie Groningen met een niet-nederlandse achtergrond volgen vaker leerwegondersteunend onderwijs, de basisberoepsgerichte en gemengde leerweg binnen het vmbo dan jongeren met Nederlandse achtergrond. Daarentegen zitten jongeren met een Nederlandse achtergrond vaker op het praktijkonderwijs, de theoretische leerweg binnen het vmbo en het vwo. Figuur 6 Type voortgezet onderwijs van jongeren met een Nederlandse en niet-nederlandse achtergrond, in de provincie Groningen 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% VSO/REC Praktijkonderw ijs Algemeen leerjaar LWOO VMBO BBL VBMO KBL VMBO GL VMBO TL/ MAVO HAVO VWO Nederlands niet-nederlands Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; bewerking CMO Groningen 6 Nederlandse etnische achtergrond: zowel de leerling als beide ouders zijn geboren in Nederland. Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

23 3.3.2 Jongens en meisjes Van alle voortgezet onderwijs leerlingen is 51% jongen en 49% meisje. Dit is overeenkomstig het landelijke beeld. De volgende figuur laat zien welk deel van de jongens en van de meisjes op elk van de typen voortgezet onderwijs is ingeschreven. Meisjes gaan vaker naar het vwo, havo en de theoretische leerweg binnen het vmbo dan jongens. Jongens gaan vaker naar het praktijkonderwijs en het leerwegondersteunend onderwijs. Figuur 7 Type voortgezet onderwijs, naar geslacht 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% VSO/REC Praktijkonderw ijs Algemeen leerjaar LWOO VMBO BBL VBMO KBL VMBO GL VMBO TL/ MAVO HAVO VWO jongens meisjes Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; bewerking CMO Groningen 3.4 Schoolloopbaan in het voortgezet onderwijs Deze paragraaf gaat in op de schoolloopbaan in het voortgezet onderwijs vanaf het moment dat leerlingen voor een type voortgezet onderwijs hebben gekozen. Omdat de meeste leerlingen vanaf leerjaar 3 de brugjaren achter zich hebben gelaten en het type onderwijs volgen waarin later examen wordt gedaan, volgt eerst een beschrijving van de aantallen leerlingen per type onderwijs in het derde leerjaar Onderwijssoort in het derde leerjaar van het voortgezet onderwijs. Om het onderwijsniveau in het voortgezet onderwijs te kunnen vergelijken met landelijke cijfers wordt in het hiernavolgende uitgegaan van het gevolgde onderwijs in het derde leerjaar. Het is gebruikelijk om het type onderwijs in het derde leerjaar nader te bestuderen, omdat in de eerste 2 (brug)jaren veelal nog geen type voortgezet onderwijs is gekozen. Overigens is het leerjaar binnen het voortgezet onderwijs in de meeste gevallen niet adequaat in de leerplichtadministraties van de gemeenten geregistreerd. Vanuit inschrijfgegevens van scholen is voor 70% van de leerlingen het leerjaar vastgesteld. 20 Onderzoeksbureau CMO Groningen

24 In figuur 8 is weergegeven welk type onderwijs in het derde leerjaar wordt gevolgd, in de provincie Groningen en Nederland als geheel. Landelijk gaat ongeveer 46% van de vo-leerlingen in het derde jaar naar het vmbo (exclusief het lwoo). In Groningen geldt vrijwel hetzelfde percentage. Groninger vmbo-leerlingen volgen iets vaker de basisberoepsgerichte leerweg en iets minder vaak de theoretische of kaderberoepsgerichte leerweg dan het landelijk gemiddelde. De Groningse voleerlingen gaan minder vaak naar het vwo, maar vaker naar het havo dan in de rest van Nederland. Figuur 8 Opleiding in het derde leerjaar van het voortgezet onderwijs provincie Groningen en Nederland percentage provincie Nederland Algem. leerjaar LWOO VMBO BBL VBMO KBL VMBO GL VMBO TL/MAVO HAVO VWO Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006 / CBS, 2004; bewerking CMO Groningen Doubleren (vertraagde leerlingen) Het percentage vertraagde leerlingen (leerlingen die in een volgend leerjaar in een gelijk of lager leerjaar zitten) is uit gegevens in de leerplichtadministratie nog niet vast te stellen, omdat in deze eerste rapportage nog geen inschrijfgegevens over de voorgaande leerjaren beschikbaar zijn (zie de eerdere opmerkingen in paragraaf 2.2.2). Bij het CBS zijn hierover wel gegevens bekend over de drie noordelijke provincies tezamen voor het schooljaar (zie Tabel 6). Tabel 6 Percentage vertraagde leerlingen in het voortgezet onderwijs, in Noord-Nederland en Nederland Noord-Nederland Nederland leerjaar 1 en 2 3 % 3 % vmbo 3 en 4 5 % 5 % havo % 10 % vwo % 6 % Totaal alle schoolsoorten 5 % 5 % Bron: CBS, 2006 Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

25 Uit tabel 6 blijkt dat in het schooljaar van de leerlingen uit Noord- Nederland die onderwijs volgen op een school voor voortgezet onderwijs (exclusief praktijkonderwijs en vmbo agrarisch) 5% een vertraging heeft opgelopen. Dit is gelijk aan het landelijke percentage. Jongeren uit Noord-Nederland blijven iets vaker zitten in havo 3-5 en vwo 3-6 dan het landelijk gemiddelde Opstroom en afstroom Een achterstand in de onderwijsloopbaan kan ook worden opgelopen door afstroom naar een lager type onderwijs. Een overzicht van de afstroom en de opstroom (van een lager onderwijstype naar een hoger onderwijstype) kan pas gegeven worden bij een volgende meting. In vervolgrapportages kunnen percentages worden gerapporteerd van leerlingen die veranderen van de soort opleiding of type onderwijs, indien mogelijk uitgesplitst naar per leerjaar en type onderwijs Slaagresultaten in het voortgezet onderwijs In het kader van de JONG-monitor is met de scholen voor voortgezet onderwijs afgesproken dat jaarlijks eindexamenresultaten worden aangeleverd. Een juiste administratie van de eindexamenresultaten is onder andere van belang voor het vaststellen van de startkwalificatie. Leerlingen die een vwo of havo diploma hebben behaald, krijgen daarmee een startkwalificatie. Voor de huidige nulmeting (waarvoor de gegevens op 1 april 2006 zijn verzameld) zijn nog geen gegevens beschikbaar over slaagresultaten, omdat vanaf het schooljaar deze informatie door de scholen wordt doorgegeven aan de Groninger gemeenten. In deze paragraaf wordt volstaan met gegevens van het CBS (2006). In figuur 9 zijn de slaagpercentages weergegeven van leerlingen uit Noord- Nederland in het schooljaar , afgezet tegen landelijke slaagpercentages. Figuur 9 Slaagresultaten (als percentage van het aantal examenkandidaten) in het voortgezet onderwijs (voorlopige cijfers), in Noord-Nederland en Nederland percentage Noord-Nederland Nederland 0 vmbo bbl/kbl vmbo gl/tl havo vw o Bron: CBS, Onderzoeksbureau CMO Groningen

26 Uit figuur 9 blijkt dat vmbo-leerlingen uit Noord-Nederland iets vaker slagen dan het landelijk gemiddelde. De slaagresultaten op het vwo zijn gelijk aan het landelijk gemiddelde terwijl de resultaten op het havo iets beneden het landelijk gemiddelde liggen. 3.5 Samenvatting en aanbevelingen Samenvatting Het aantal jongeren van 13 tot en met 17 jaar zal volgens prognoses van de provincie Groningen in 2020 ten opzichte van nu met ruim 2% afnemen. Momenteel wonen ruim jongeren in deze leeftijdsgroep in Groningen. Op 1 april 2006 waren in de provincie Groningen ruim jongeren van 12 tot en met 20 jaar ingeschreven in het voortgezet onderwijs. Ruim Groningse jongeren waren op een vso/rec ingeschreven. Volgens de leerplichtadministraties van de 25 Groninger gemeenten zijn ongeveer vo-leerlingen in het vmbo ingeschreven. Ongeveer een vijfde deel hiervan volgt leerwegondersteunend onderwijs. Van alle Groningse vmbo-leerlingen volgt 35% de theoretische leerweg, 16% de gemengde leerweg, 26% de kaderberoepsgerichte leerweg en 21% de basisberoepsgerichte leerweg. Ruim leerlingen volgt gaat naar het praktijkonderwijs, terwijl ruim leerlingen naar het havo en eveneens ruim naar het vwo gaan. Van ongeveer leerlingen in het voortgezet onderwijs is het type opleiding niet bekend. In vergelijking met jongeren met een niet-nederlandse achtergrond, zitten jongeren met een Nederlandse achtergrond vaker in het praktijkonderwijs, de theoretische leerweg binnen het vmbo en het vwo. Leerlingen met een niet- Nederlandse achtergrond volgen vaker leerwegondersteunend onderwijs, de basisberoepsgerichte en gemengde leerweg binnen het vmbo. Meisjes gaan vaker naar het vwo, havo en de vmbo-theoretische leerweg dan jongens. Jongens gaan daarentegen vaker naar het praktijkonderwijs en het leerwegondersteunend onderwijs. Er zijn geen grote verschillen met landelijke cijfers voor wat betreft de typen opleidingen die de Groningse vo-leerlingen in het derde leerjaar volgen. Het percentage Groningse vmbo- en lwoo-leerlingen komt overeen met het landelijke percentage. In vergelijking met Nederland als geheel, gaan Groningse vo-leerlingen minder vaak naar het vwo, maar vaker naar het havo. In de voorliggende rapportage over de eerste meting kunnen nog geen gegevens over doublures worden gerapporteerd, omdat geen inschrijfgegevens over meerdere jaren voorhanden zijn. Cijfers van het CBS laten zien dat in het schooljaar landelijk 5% van de leerlingen in het voortgezet onderwijs is blijven zitten. In de drie noordelijke provincies is dit percentage hetzelfde. Jongeren uit Noord-Nederland blijven iets vaker zitten in havo 3-5 en vwo 3-6 dan het landelijk gemiddelde. De slaagresultaten in het voortgezet onderwijs zijn nog niet in de leerplichtadministratie opgenomen. Volgens gegevens van het CBS zijn de slaagpercentages Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

27 van leerlingen uit de noordelijke provincies op het vmbo iets hoger, op het vwo gelijk aan en op het havo iets beneden het landelijk gemiddelde. Aanbevelingen Op 1 april 2006 kan op basis van de beschikbare gegevens in de leerplichtadministraties van de 25 Groninger gemeenten onvoldoende zicht worden verkregen op de Groningse leerlingen in het voortgezet onderwijs. Een enkele gemeente heeft de voortgezet onderwijsleerlingen niet geadministreerd. Voor veel gemeenten geldt dat inschrijfgegevens van leerlingen in het voortgezet onderwijs niet goed zijn bijgewerkt. Zo is het leerjaar in het voortgezet onderwijs bij ongeveer 95% van de leerlingen niet goed geadministreerd. Het (jaarlijks) bijhouden van het leerjaar is nodig om inzicht te krijgen in gegevens over doubleren, het maken van landelijke vergelijkingen met betrekking tot schooltype en leeftijdsachterstanden. De etnische achtergrond van leerlingen is bij een aantal gemeenten niet te achterhalen vanuit de leerplichtadministratie. Voor deze rapportage is bij deze gemeenten een apart bestand uit de gemeentelijke basisadministratie (GBA) opgevraagd. Aanbevolen wordt om de geboortelanden van leerlingen en hun ouders vanuit de gemeentelijke basisadministratie(gba) te koppelen aan het leerplichtadministratiesysteem. De meerderheid van de Groninger gemeenten maakt gebruik van een uniforme administratie van het type opleiding in het voorgezet onderwijs (de ilt-codering). Echter, in veel leerplichtadministraties is vrijwel niet opgenomen welke leerlingen een startkwalificatie hebben behaald. Om het juiste opleidingstype te bepalen en om na uitschrijving van de school vast te kunnen stellen of een jongere een startkwalificatie heeft behaald, moeten scholen zowel de volledige in- (en uit-) schrijfgegevens als de examenresultaten aan gemeenten aanleveren. Informatie over de startkwalificatie is nodig om vast te stellen of een leerling voortijdig schoolverlater is. 24 Onderzoeksbureau CMO Groningen

28 4 Alle 0-23 jarigen in beeld? In dit hoofdstuk wordt beschreven hoeveel van de 0-23 jarige Groningse jongeren in beeld zijn. Hiervoor wordt het aantal jongeren in de leerplichtadministraties van de 25 Groninger gemeenten vergeleken met het aantal in de provincie wonende jongeren. Vervolgens is nagegaan van hoeveel van de jongeren daadwerkelijk gegevens betreffende een inschrijving op een onderwijsinstelling of voorschoolse voorziening bekend zijn. Hiermee kan de vraag beantwoord worden of het voortijdig schoolverlaten en het absoluut verzuim in de provincie in beeld gebracht kan worden vanuit de in de leerplichtadministraties aanwezige gegevens. 4.1 De stand van zaken Volgens het CBS woonden op 1 januari 2006 ruim jongeren in de leeftijd van 0 tot 23 jaar in de provincie Groningen. In de leerplichtadministraties van de 25 Groninger gemeenten waren op 1 april 2006 ongeveer jongeren van 0 tot 23 jaar geadministreerd, al dan niet op een opleiding ingeschreven. Dit betekent dat 80% van de jongeren bij de gemeenten via de leerplichtadministraties in beeld zijn. In de onderstaande figuur is te zien dat vooral jongeren in de niet-leerplichtige leeftijd ondervertegenwoordigd zijn in de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten. Van de 0 tot en met 3 jarigen komt 47% voor in de gemeentelijke leerplichtadministraties en van de 18 tot 23 jarigen komt 57% voor in de leerplichtadministraties. Figuur 10 Percentage in de leerplichtadministraties voorkomende jongeren ten opzichte van CBS inwoneraantal 0-3 jr 47% 4-12 jr 100% jr 100% jr 57% totaal 0-23 jaar 80% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 120% Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; CBS, 2006; bewerking CMO Groningen Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

29 De koppeling tussen de gemeentelijke basisadministratie (GBA) en de leerplichtadministratie geeft de mogelijkheid om de basisgegevens (waaronder naam, adres en leeftijd) van alle in een gemeente wonende 0-23 jarigen in de leerplichtadministratie op te nemen en bij te houden. Niet alle Groninger gemeenten gebruiken deze mogelijkheid. Van ongeveer driekwart van de jongeren die in de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten voorkomen is geregistreerd of zij opleiding volgen of dat zij zijn ingeschreven op een voorschoolse voorziening. In tabel 7 staat voor elke leeftijd het aantal in de leerplichtadministraties voorkomende Groningse jongeren en het percentage dat volgens deze administraties is ingeschreven op een onderwijsinstelling of voorschoolse voorziening. Uit de tabel blijkt dat vooral van de jongeren in de leeftijden 4 tot en met 17 jaar (voornamelijk de leerplichtige leeftijd) de inschrijfgegevens zijn geadministreerd. Alle 5 tot 17 jarige jongeren zijn leerplichtig en van al deze jongeren zou in de leerplichtadministratie een inschrijving op een school moeten zijn geregistreerd. Als een kind niet staat ingeschreven op een school, terwijl het wel leerplichtig of partieel leerplichtig is, is er sprake van absoluut verzuim (zonder dat een grond voor vrijstelling aanwezig is; zie bijlage). Tabel 7 Jongeren in de leerplichtadministraties van de 25 Groninger gemeenten, per leeftijd met percentage in VVE/opleiding, en startkwalificatie aantal in de leerplichtadministratie op 1 april 2006 percentage op onderwijsinstelling/ VVE Percentage startkwalificatie bekend 0 jaar ,4-1 jaar ,5-2 jaar ,2-3 jaar ,6-4 jaar ,3-5 jaar ,7-6 jaar ,6-7 jaar ,6-8 jaar ,4-9 jaar ,3-10 jaar ,1-11 jaar ,2-12 jaar ,5-13 jaar ,7-14 jaar ,4-15 jaar ,3-16 jaar ,5 0,4% 17 jaar ,8 2,4% 18 jaar ,9 4,5% 19 jaar ,0 5,9% 20 jaar ,8 7,3% 21 jaar ,3 8,2% 22 jaar ,5 6,6% totaal prov. Groningen ,1 1,5% Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; bewerking CMO Groningen 26 Onderzoeksbureau CMO Groningen

30 Van het totale aantal 0 tot en met 3 jarigen in de provincie Groningen is van ruim 3% (bijna 750 kinderen) een inschrijving op een voorschoolse voorziening geregistreerd in de leerplichtadministraties. Van de jongeren ouder dan 17 jaar is van 27% een inschrijving op een opleiding bekend. Jongeren tot 23 jaar die niet zijn ingeschreven op een opleiding en die geen startkwalificatie hebben, worden beschouwd als voortijdig schoolverlaters (zie bijlage). Uit tabel 7 wordt duidelijk dat van het merendeel van de jongeren van 16 jaar en ouder in de leerplichtadministraties niet is geregistreerd of zij een startkwalificatie hebben behaald (zie de laatste kolom in tabel 7). Vanuit de bij de gemeenten geregistreerde gegevens is daarom het aantal voortijdig schoolverlaters in de provincie Groningen niet vast te stellen. De percentages (partieel) leerplichtige jongeren die volgens de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten niet ingeschreven zijn op een scho0l (het absoluut verzuim) zijn in figuur 11 weergegeven. In de figuur zijn ook opgenomen de 4-jarige leerlingen die onderwijs mogen volgen op een basisschool, maar nog niet leerplichtig zijn. In de provincie Groningen is 82% van de 4-jarige kinderen ingeschreven in het basisonderwijs. Verder blijkt uit figuur 11 dat van de volledig leerplichtige jongeren in de provincie bijna 5% volgens de leerplichtadministraties niet op een opleiding is ingeschreven. Bij de partieel leerplichtigen is dit 13%. Voor de totale groep leerplichtigen betekent dit dat ruim 5% niet is ingeschreven (absoluut verzuim). Dit komt neer op ongeveer jongeren. Echter, hierbij moet de kanttekening worden gemaakt dat niet duidelijk is of bij de betreffende jongeren daadwerkelijk sprake is van absoluut verzuim of een administratieve achterstand. Figuur 11 Percentage jongeren die wel of niet zijn ingeschreven in een opleiding, per leerplichtstatus percentage niet ingeschreven ingeschreven jarig volledig leerplichtig partieel leerplichtig Bron: LPAs Groninger gemeenten, 2006; CMO Groningen Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

31 4.2 Uitbreiding van de monitor Wanneer de basisgegevens van alle 0-23 jarigen die in een gemeente woonachtig zijn in het leerplichtadministratiesysteem 7 worden overgenomen, ontstaat de mogelijkheid om gegevens over de voorschoolse periode en bovenschoolse periode toe te voegen. Op termijn kunnen overigens ook andere dan onderwijsgerelateerde gegevens aan de monitor worden toegevoegd Voorschoolse periode Het opnemen van gegevens van de 0 tot 4 jarigen in de gemeentelijke leerplichtadministratie geeft de mogelijkheid om het gebruik van voorschoolse voorzieningen zoals de peuterspeelzaal te monitoren. Ook kan worden nagegaan of en aan welk voorschools programma de kinderen deelnemen. In de provinciale JONG-monitor (de samenvoeging van 25 Groninger leerplichtadministraties) zijn momenteel de basisgegevens van de 0 tot 4 jarige inwoners van de provincie slechts voor een deel toegevoegd (vanuit de gemeentelijke basisadministratie, GBA). De deelname aan voor- en vroegschoolse educatie wordt bij ongeveer 3% van de in de provincie wonende kinderen bijgehouden. Momenteel zijn de voorbereidingen gestart voor het toevoegen van gegevens betreffende voor- en vroegschoolse educatie (in het kader van de VVE module van de JONG-monitor) bij een aantal gemeenten Bovenleerplichtige periode Om een inzicht te verkrijgen in het aantal voortijdig schoolverlaters, is het nodig na het verlaten van het voortgezet onderwijs de onderwijs-inschrijfgegevens van de leerlingen te blijven registreren in de leerplichtadministratie. Het belang hiervan is vooral groot wanneer het diploma van het voortgezet onderwijs niet tot een startkwalificatie leidt. Dit is het geval bij het vmbo diploma (de diploma s havo en vwo worden als startkwalificatie en dus voldoende vooropleiding voor een start op de arbeidsmarkt beschouwd). Het secundaire beroepsonderwijs (mbo, niveau beroepsopleiding) is voor leerlingen met een vmbo diploma een mogelijkheid om een startkwalificatie te verkrijgen. 4.3 Samenvatting en aanbevelingen Samenvatting Van alle 0-23 jarigen die in de provincie Groningen wonen komt 80% voor in de leerplichtadministraties. Van deze 80% is overigens niet iedereen op een opleiding ingeschreven. Vooral de jongeren in de niet-leerplichtige leeftijd zijn ondervertegenwoordigd in de leerplichtadministraties. Van de jongeren in de leeftijd van 0-23 jaar die wel in de leerplichtadministraties zijn opgenomen, is ongeveer driekwart ook daadwerkelijk in een opleiding of een voorschoolse voorziening ingeschreven. Van de bovenleerplichtige jongeren is maar van een enkeling geregistreerd of een startkwalificatie behaald is. Het is dus 7 De naam "leerplichtadministratie" is in dit geval niet meer voor de hand liggend, maar wel bijvoorbeeld "leerlingenadministratie". 28 Onderzoeksbureau CMO Groningen

32 ook niet mogelijk om vanuit de gemeentelijke leerplichtadministraties vast te stellen of er sprake is van voortijdig schoolverlaten. Van de 4 jarigen is volgens de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten 18% niet ingeschreven op een school of voorschoolse voorziening. Van alle volledig leerplichtige jongeren in de provincie Groningen is van 5% niet bekend of een opleiding wordt gevolgd en van de partieel leerplichtigen is dit van 13% niet bekend. Aanbevelingen Aanbevolen wordt om de basisgegevens van alle 0-23 jarigen vanuit de gemeentelijke basisadministratie (GBA) over te nemen in de leerplichtadministratie. Daarnaast is het van belang om periodiek de (in het kader van JONG hernieuwde) afspraken met onderwijsinstellingen betreffende gegevenslevering aan gemeenten te evalueren en bij te stellen. Bij veel gemeenten moet de gegevensadministratie van gegevens over leerlingen in het middelbaar beroepsonderwijs en de voorschoolse instellingen nog worden opgestart. Om startkwalificaties te kunnen administreren is het van belang dat van elke leerling in de leerplichtadministratie wordt geregistreerd welk onderwijstype wordt gevolgd. Daarnaast is het noodzakelijk om jaarlijks de examengegevens van leerlingen in het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs te administreren. Het behalen van een diploma en het niveau van het diploma bepalen of een leerling een startkwalificatie heeft verkregen en wel of geen voortijdig schoolverlater is. Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

33 30 Onderzoeksbureau CMO Groningen

34 5 Aanbevelingen De Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen (JONG) heeft als doel de schoolloopbaan en onderwijspositie van alle jongeren van 0 tot 23 jaar in beeld te brengen. Een belangrijk uitgangspunt is dat de gemeentelijke leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten de basis vormen voor de monitoring. In de afgelopen jaren is gewerkt aan het optimaliseren van de administratie van (partieel) leerplichtige jongeren in de gemeentelijke leerplichtadministraties, waarbij tot dusverre met name een adequate administratie van alle leerlingen in het primair en voortgezet onderwijs is nagestreefd. De eerder in de rapportage genoemde aanbevelingen voor een verdere verbetering van de administratie ten behoeve van de JONG-monitor zijn in dit hoofdstuk bijeengebracht. 5.1 Aanbevelingen Algemeen In een groot deel van de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten is op 1 april 2006 de basisgegevens van alle 0 tot 23 jarige inwoners van de betreffende gemeenten geadministreerd. Echter, diverse Groninger gemeenten hebben de etniciteit van leerlingen niet in de leerplichtadministratie opgenomen. Om de etniciteit van de leerlingen te kunnen bepalen dient het geboorteland van elk kind en de beide ouders bekend te zijn. Hoewel het technisch mogelijk is deze gegevens op te nemen, is dit in enkele leerplichtadministraties van Groninger gemeenten nog niet gerealiseerd. In sommige gevallen bleek het ook niet mogelijk te zijn deze gegevens op een andere wijze te verkrijgen. Gezien de bijzondere aandacht die in het onderwijsachterstandenbeleid wordt besteed aan de allochtone achterstandsleerlingen, is het raadzaam de vereiste gegevens voor het bepalen van de etniciteit van de leerlingen op te nemen in de gemeentelijke leerplichtadministratie. Op 1 april 2006 is van 5% van de (partieel) leerplichtige jongeren in de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten geen inschrijving op een school bekend, hetgeen kan duiden op gevallen van absoluut verzuim of van een administratieve achterstand. Nader onderzoek door de gemeentelijke leerplichtambtenaren moet uitwijzen of sprake is van absoluut verzuim of van een administratieve achterstand. Primair onderwijs Op basis van de gegevens uit de leerplichtadministraties van de 25 Groninger gemeenten is een goede beschrijving te maken van het aantal leerlingen in het basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en leerlingen ingeschreven op een so/rec. In de leerplichtadministratie van enkele gemeenten is de gewichtsfactor van basisschoolleerlingen niet adequaat geadministreerd. Juist door een correcte administratie van de leerlinggewichten kan inzicht worden verkregen in het aantal leerlingen in de provincie Groningen (en de desbetreffende gemeenten) die behoren tot de doelgroepen van het onderwijsachterstandenbeleid (leerlingen met een gewichtsfactor). Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

35 Om inzicht te krijgen in de vertraging die leerlingen oplopen tijdens hun schoolloopbaan is het van belang dat van alle leerlingen het juiste leerjaar wordt verwerkt, zodat voor toekomstige monitorrapportages doublures op correcte wijze kunnen worden vastgesteld. Niet alle Groninger gemeenten hebben de eindtoetsscore en het vo-advies van leerlingen in groep 8 van de basisschool opgenomen in de leerplichtadministratie. De CITO-eindtoetsscore en vo-adviezen zijn belangrijke indicatoren voor onderwijsachterstanden. Wanneer deze gegevens van basisscholen worden verkregen en geadministreerd in de leerplichtadministratie, dan kan een beeld worden gevormd van de verschillen in eindniveau (van de diverse doelgroepen) in het basisonderwijs. Dergelijke gegevens van groepen leerlingen in de provincie Groningen kunnen met elkaar worden vergeleken, maar ook met overige provinciale en landelijke cijfers. Bovendien kan worden nagegaan of Groningse leerlingen een brugklastype kiezen overeenkomstig het vo-advies in groep 8 van de basisschool, of het type onderwijs in de derde leerjaar van het voortgezet onderwijs gelijk is aan het vo-advies en in hoeverre de diploma's die de leerlingen in het voortgezet onderwijs behalen overeenkomen met het vo-advies. Om bovengenoemde redenen is het goed de in 2006 gestarte administratie van eindtoetsgegevens en vo-adviezen de komende jaren voort te zetten. Voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs Op 1 april 2006 kan op basis van de beschikbare gegevens in de leerplichtadministraties van Groninger gemeenten een tamelijk accuraat overzicht worden verkregen over de leerlingen die onderwijs volgen in het voortgezet onderwijs. Echter, op enkele punten zijn de inschrijfgegevens van VO-leerlingen niet up-todate. Uit analyse van de inschrijfgegevens van VO-leerlingen blijkt dat de administratie van het type onderwijs onjuistheden vertoond. Zo is van een aanzienlijk deel van de VO-leerlingen niet geadministreerd welk type VO-onderwijs zij volgen; van veel vmbo-leerlingen is niet bekend welke leerweg zij volgen. Hetzelfde geldt voor de administratie van leerlingen in het beroepsonderwijs. Een adequate administratie van het type onderwijs is benodigd om vast te kunnen stellen of leerlingen na het behalen van een diploma daarmee een startkwalificatie verwerven. Voortijdig schoolverlaten De aanpak van voortijdig schoolverlaten heeft sinds enkele jaren een hoge beleidsprioriteit. Zo wil de rijksoverheid dat aantal jongeren van 18 tot 25 jaar zonder startkwalificatie in 2010 met 50% is gedaald ten opzichte van het ijkjaar Gemeenten zijn verantwoordelijk vanuit verschillende wettelijke kaders voor een sluitende aanpak, dat wil zeggen de registratie en aanpak (dus het terugdringen) van voortijdig schoolverlaten. Hierbij speelt de administratie van het behalen van een startkwalificatie een belangrijke rol, ook als het gaat om bovenleerplichtige leerlingen. Met name het secundaire beroepsonderwijs (mbo, niveau beroepsopleiding) biedt leerlingen met een vmbo-diploma de mogelijkheid een startkwalificatie te verkrijgen. Dit betekent dat er inschrijfgegevens van instellingen voor (middelbaar) beroepsonderwijs moeten worden opgevraagd. Hierbij is het van belang om leerweg en niveau van opleiding bij elke leerling te registreren. 32 Onderzoeksbureau CMO Groningen

36 In de leerplichtadministraties van de Groninger gemeenten wordt het behalen van een startkwalificatie -en daarmee het voortijdig schoolverlaten- nog in onvoldoende mate geregistreerd. Informatie over de startkwalificatie is nodig om vast te stellen of een leerling voortijdig schoolverlater is. Het behalen van een startkwalificatie kan worden bepaald als het type onderwijs in de administratie is opgenomen en bekend is welk diploma een leerling heeft behaald. Om bovengenoemde reden wordt aanbevolen de administratie van het juiste type onderwijs, het behalen van een diploma en een startkwalificatie te verbeteren. Toekomstige monitoring Monitoring is een instrument om periodiek inzicht te krijgen in de onderwijsposities en schoolloopbanen van leerlingen en door het verzamelen van gegevens over meerdere jaren, zicht te krijgen op ontwikkelingen en trends. Om deze reden ligt het uiteraard voor de hand om de monitoring voort te zetten en in de toekomst vervolgmetingen te laten uitvoeren en te rapporteren in vervolgrapportages van de Jeugd- en Onderwijsmonitor Groningen. Bovendien kunnen in vervolgrapportages ook vergelijking van gegevens over meerdere metingen worden gepresenteerd, zodat ook inzicht kan worden gegeven in vertraging die zich voordoen in de schoolloopbaan van de leerlingen (doublures) en in de vraag of leerlingen het brugklastype kiezen dat overeenkomt met het voadvies in groep 8 van de basisschool, in hoeverre het type onderwijs in de 3 e klas van het voortgezet onderwijs overeenkomt met het vo-advies en hoeveel leerlingen uiteindelijk het voortgezet onderwijs verlaten met een diploma overeenkomstig het vo-advies. Om vast te kunnen stellen of er sprake is van voortijdig schoolverlaten is het nodig inschrijfgegevens na het voortgezet onderwijs te blijven registreren tot het moment dat een jongere 23 jaar wordt of een startkwalificatie heeft. In veel gemeenten zijn de basisgegevens van de 0 tot 4 jarige inwoners van de gemeente nog niet toegevoegd aan de leerplichtadministratie. Aanbevolen wordt om deze vanuit de gemeentelijke basisadministratie (GBA) toe te voegen. Hierdoor is er de mogelijkheid om de deelname aan VVE-programma s te registreren, om het bereik (onder doelgroepkinderen), de uitvoering en de opbrengsten van het VVEbeleid te monitoren. Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

37 34 Onderzoeksbureau CMO Groningen

38 Bijlage Definities en afkortingen Gebruikte definities Absoluut verzuim Absoluut verzuim houdt in dat een kind niet staat ingeschreven op een school, terwijl het wel leerplichtig of partieel leerplichtig is (zonder dat een grond voor vrijstelling aanwezig is). Absoluut verzuim dient te worden gecontroleerd door de gemeente, doorgaans de leerplichtambtenaar. CBS Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft tot taak het verzamelen, bewerken en publiceren van statistieken ten behoeve van praktijk, beleid en wetenschap. Cfi Het agentschap Centrale Financiën Instellingen (Cfi) is een onderdeel van het ministerie van OCW, en is belast met de uitvoering van onderwijsbekostiging. CUMI-regeling en Leerplusarrangement voortgezet onderwijs De huidige CUMI-regeling VO wordt per 1 januari 2007 vervangen door het Leerplusarrangement VO (kortweg: L+A VO). Via het L+A VO krijgen scholen extra geld als minimaal 30% van hun leerlingen afkomstig is uit achterstandswijken- of gebieden. Dit wordt bepaald aan de hand van de armoedemonitor van het CBS/SCP: gebieden met relatief veel laagbetaalde inwoners, uitkeringsgerechtigden en niet-westerse allochtonen. In totaal zullen zo n 100 vo-scholen in Nederland extra gelden ontvangen, en is m.n. bedoeld voor vermindering van voortijdig schoolverlaten, leveren van maatwerk aan leerlingen en verbetering van de schoolprestaties vooral gericht op het wegwerken van taalachterstanden. De scholen kunnen zelf bepalen hoe ze het geld inzetten. De regeling is tot stand gekomen na raadpleging van schoolleiders, gemeenten en diverse belangenorganisaties uit het voortgezet onderwijs. Op hun verzoek is het L+A VO van toepassing op alle schoolsoorten, dus niet alleen op het vmbo, maar ook op praktijkonderwijs, havo en vwo. Scholen die zowel op de teldatum 1 oktober 2005 als op teldatum 1 oktober 2006 minimaal 30 procent leerlingen hebben uit gebieden met bovengemiddelde armoede komen in aanmerking voor deze aanvullende financiering. Etniciteit Op basis van het geboorteland van henzelf en van hun ouders zijn de leerlingen ingedeeld naar etniciteit. Hierbij zijn twee definities in gebruik: Volgens de beperkte definitie is iemand allochtoon als de persoon zelf en één van de ouders in het buitenland geboren is of als beide ouders in het buitenland geboren zijn. Naast deze definitie werd ook de ruime definitie, waarbij iemand als allochtoon wordt aangemerkt als de persoon zelf of ten minste één van de ouders in het buitenland geboren is. In deze rapportage is deze ruime definitie gebruikt. Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

39 Verder is gebruik gemaakt van een standaardindeling van allochtonen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen westerse en niet-westerse allochtonen. Tot de westerse herkomstlanden worden gerekend alle landen in Europa (maar zonder Turkije), Noord-Amerika, Oceanië, Japan en Indonesië (met inbegrip van het voormalig Nederlands-Indië). De niet-westerse herkomstlanden zijn Turkije en alle landen in Afrika, Latijns-Amerika en Azië (met uitzondering van Japan en Indonesië). Ten behoeve van het minderhedenbeleid wordt binnen de niet-westerse allochtonen vaak ook nog vier grote doelgroepen van het minderhedenbeleid van de overheid onderscheiden, te weten Turken, Marokkanen, Surinamers en Antillianen/Arubanen. Indien mogelijk (bij voldoende aantallen personen, zodat de privacy van deze personen niet worden geschonden), worden in de voorliggende rapportage deze herkomstlanden onderscheiden. Gewichtenregeling basisonderwijs (en herziening, augustus 2006) De bestaande gewichtenregeling voor het basisonderwijs gaat uit van etnische komaf, al dan niet gecombineerd met opleidingsniveau van de ouder(s). Deze regeling gaat dus niet uit van geconstateerde onderwijsachterstanden. Voor leerlingen met een gewicht van 0,25 of hoger ontvangt de school extra formatie. De weging van een leerling vindt plaats bij inschrijving. Als de leefsituatie van een leerling verandert, blijft het bij inschrijving vastgestelde gewicht van kracht. Kinderen uit eenzelfde gezin kunnen daardoor verschillende gewichten hebben. Het leerlinggewicht kan alleen wijzigen indien de leerling een andere school gaat bezoeken en waarbij de leefsituatie tussentijds gewijzigd is. Bestaande leerlinggewichten 0,25: Leerlingen van wie beide ouders of verzorgers maximaal een schoolopleiding hebben genoten tot of tot en met het niveau eindexamen voorbereidend beroepsonderwijs. Indien het een leerling uit een eenoudergezin betreft, geldt deze opleidingseis alleen voor de ouder die de dagelijkse verzorging van het kind op zich heeft genomen. 0,4: Leerlingen die verblijven in een internaat of pleeggezin en van wie de vader of moeder het schippersbedrijf uitoefent of heeft uitgeoefend. 0,7 : Leerlingen van wie de ouders werkzaam zijn in het circus- of kermisbedrijf, of leerlingen van wie één van beide ouders of voogden in een woonwagen woont of heeft gewoond. 0.9: Leerling met een niet-nederlandse culturele achtergrond die tevens voldoet aan één van de volgende voorwaarden: de vader of verzorger heeft een schoolopleiding genoten tot of tot en met het niveau eindexamen voorbereidend beroepsonderwijs de moeder of verzorgster heeft een schoolopleiding genoten tot het niveau eindexamen voorbereidend beroepsonderwijs de meest verdienende ouder of verzorger oefent een beroep uit in loondienst, waarin hij/zij lichamelijke of handarbeid verricht, of geniet geen inkomsten uit tegenwoordige arbeid De nieuwe gewichtenregeling geldt vanaf 1 augustus 2006 en wordt in stappen ingevoerd, gespreid over vier jaar. Elk jaar wordt naast de nieuwe instroom ook een nieuwe leeftijdsgroep van de zittende leerlingen volgens de nieuwe systematiek geteld. Tot de leerlingentelling van 2009 bestaan de oude en de nieuwe gewichtenregeling daardoor naast elkaar. De eerste telling voor de nieuwe regeling vindt plaats op 1 oktober Op die datum moeten de leerlingen van vier en vijf 36 Onderzoeksbureau CMO Groningen

40 jaar volgens de nieuwe gewichtenregeling worden geteld. Voor de overige leerlingen geldt dan nog de oude regeling. In de jaren daarna worden steeds twee nieuwe leeftijdsgroepen volgens de nieuwe regeling gewogen. Voor het bepalen van het gewicht van de leerling is het opleidingsniveau van de ouders/verzorgers/voogden van belang. Hiermee worden bedoeld diegenen die verantwoordelijk zijn voor de dagelijkse verzorging van de leerling. Voor het bepalen van het gewicht van de leerling worden bij de opleidingen van de ouder(s) drie categorieën onderscheiden: Categorie 1 - Maximaal basisonderwijs of (v)so-zmlk: De ouder heeft maximaal basisonderwijs (tot en met het dertiende levensjaar) of (v)sozmlk gehad. Categorie 2 - Maximaal lbo/vbo, praktijkonderwijs of vmbo basis- of kaderberoepsgerichte leerweg: De ouder heeft maximaal lbo/vbo, praktijkonderwijs of vmbo basis- of kaderberoepsgerichte leerweg gedaan. Of de ouder heeft maximaal twee jaar onderwijs in een andere schoolopleiding in het voortgezet onderwijs aansluitend in het basisonderwijs gehad. In de praktijk komen hiervoor de volgende, verouderde benamingen voor: lager beroepsonderwijs (lbo); lagere agrarische school (las); lagere technische school (lts); lager economisch en administratief onderwijs (leao); lager huishoud- en nijverheidsonderwijs (lhno); ambachtsschool; huishoudschool; technische school. Categorie 3 - Overig voortgezet onderwijs en hoger: De ouder heeft een opleiding van drie of vier jaar mavo (c- of d-niveau), drie of vier jaar vmbo gemengde leerweg of theoretische leerweg genoten. Of de ouder heeft meer dan twee jaar havo of vwo gevolgd. Voor het niveau mavo/havo/vwo kunnen ook de oudere opleidingen worden gelezen: (m)ulo, mms of hbs. Of de ouder heeft een mbo, hbo of universitaire opleiding gevolgd. De nieuwe regeling kent twee gewichten: 0,3 en 1,2. De gewichten zijn gekoppeld aan de eerder genoemde opleidingscategorieën 1 en 2. Nieuwe leerlinggewichten 0,3: toegekend aan leerlingen van wie beide ouders of de ouder die belast is met de dagelijkse verzorging een opleiding uit categorie 2 heeft gehad. 1,2: toegekend aan leerlingen van wie één van de ouders een opleiding heeft gehad uit categorie 1 en de ander een opleiding uit categorie 1 óf 2. 0: toegekend aan leerlingen van wie één van de ouders of beide ouders een opleiding heeft gehad uit categorie 3. Leerplicht: wanneer volledig en partieel leerplichtig? Een leerling is volledig leerplichtig vanaf het 5e levensjaar tot het moment dat hij voor aanvang van het nieuwe schooljaar de leeftijd van 17 reeds heeft bereikt. Het jaar voorafgaand aan dit jaar is de leerling partieel leerplichtig. De partiële, ofwel gedeeltelijke, leerplicht ligt in het verlengde van de volledige leerplicht. Jongeren die zestien jaar zijn of twaalf schooljaren hebben doorlopen en waarbij duidelijk is geworden dat een leer-werktraject beter bij de jongere past, moeten gedurende één schooljaar maximaal twee dagen per week onderwijs volgen. Dit betekent dat zij tot maximaal twee dagen onderwijs verplicht zijn. Het aantal dagen dat ze een opleiding volgen mag altijd meer zijn. De vraag is nu natuurlijk hoe een leerling weet of het verplichte schoolbezoek voor hem uit één of twee dagen bestaat. Het antwoord op deze vraag is te vinden in de voorwaarden die Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

41 de leerplichtwet stelt aan de partiële leerplicht. De partiële leerplicht waarbij tenminste één dag per week onderwijs gevolgd moet worden, geldt voor jongeren die met hun werkgever een overeenkomst voor beroepspraktijkvorming hebben gesloten. Deze jongeren moeten een wettelijk erkende cursus volgen, die aansluit op hun dagelijkse werk. Partieel leerplichtige kinderen die geen leer-werkovereenkomst hebben, moeten minimaal twee dagen per week naar een onderwijsinstelling, zoals het regionaal opleidingscentrum (ROC). Leerplichtadministratie De Leerplichtwet verplicht gemeenten tot de controle op en de handhaving van het schoolbezoek van leerplichtige jongeren. Gemeenten moeten hiervoor een leerplichtadministratie voeren, waarin in- en uitschrijvingen worden bijgehouden en uiteraard verzuimgegevens. Met de wettelijke verplichting van de regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten (de RMC-functie) hebben gemeenten ook een taak gekregen in de administratie van bovenleerplichtige leerlingen tot aan de startkwalificatie. Het gaat met name om de meldingen en doorverwijzingen van voortijdig schoolverlaters. Scholen zijn wettelijk verplicht om inschrijfgegevens en verzuim te melden aan de leerplichtambtenaar van de gemeente waar de betreffende leerling woont. Monitor Met een monitor wordt periodiek gestandaardiseerd cijfermateriaal verzameld om maatschappelijke ontwikkelingen en effecten van beleid zichtbaar te maken. Primair onderwijs: PO, BO, SO, SBO, SO REC Binnen het primair onderwijs (po) wordt onderscheid gemaakt tussen basisonderwijs (bo) en speciaal onderwijs (so). Binnen het speciaal onderwijs onderscheiden we het speciaal basisonderwijs (sbo), en de speciaal onderwijs regionale expertise centra (so rec). Startkwalificatie De leerling heeft een startkwalificatie als hij/zijn een HAVO diploma, een VWO diploma of een diploma op minimaal niveau twee van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (MBO) heeft behaald. Een diploma V(M)BO of MAVO geeft dus nog geen startkwalificatie. VMBO, LWOO Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs; de naam voor het samengevoegde (i)vbo en mavo. Er zijn 4 leerwegen binnen het vmbo: theoretische leerweg (tl; ongeveer vergelijkbaar met de oude mavo met de vakken op het hoogste niveau), gemengde leerweg, kaderberoepsgerichte leerweg en basisberoepsgerichte leerweg. De leerwerktrajecten worden ingevoerd voor met name de leerlingen die het meest moeite hebben met de theoretische vakken. In het vmbo is een zogeheten zorgstructuur ingevoerd. Voor leerlingen die bij het volgen van het vmbo-onderwijs ondersteuning nodig hebben, is er de mogelijkheid tot leerwegondersteunend onderwijs (lwoo). Het lwoo kan zowel individueel als klassikaal plaatsvinden. Voortgezet onderwijs: VO, VSO REC, Praktijkonderwijs Er wordt onderscheid gemaakt tussen voortgezet onderwijs (vo), voortgezet speciaal onderwijs regionale expertise centra (vso rec) en praktijkonderwijs. Het praktijkonderwijs, behoort tot het reguliere voortgezet onderwijs. 38 Onderzoeksbureau CMO Groningen

42 Voortijdige schoolverlater Iedere jongere tot 23 jaar die de school verlaat zonder een startkwalificatie wordt beschouwd als een voortijdig schoolverlater. Afkortingen BBL BOL BVE CBP CBS Cfi GBA GOA HBO HAVO IPB JONG LPA(s) LWOO OAB OCW PO RMC ROC SBO VMBO VMBO-GL VMBO-TL VMBO-BBL VMBO-KBL VO VSV VVE VWO WO beroepsbegeleidende leerweg (bve) beroepsopleidende leerweg (bve) beroeps- en volwasseneneducatie College Bescherming Persoonsgegevens Centraal Bureau voor de Statistiek agentschap Centrale Financiën Instellingen gemeentelijke basisadministratie (wet) Gemeentelijk Onderwijsachterstandenbeleid hoger beroepsonderwijs hoger algemeen voortgezet onderwijs Interprovinciaal bevolkingsmodel Jeugd- en ONderwijsmonitor Groningen gemeentelijke leerplichtadministratie(s) leerwegondersteunend onderwijs (wet) Onderwijsachterstandenbeleid ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap primair onderwijs regionaal meld- en coördinatiepunt voortijdig schoolverlaters regionaal opleiding en centrum speciaal basisonderwijs voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs gemengde leerweg theoretisch leerweg basisberoepsgerichte leerweg kaderberoepsgerichte leerweg voortgezet onderwijs voortijdig schoolverlaten voor- en vroegschoolse educatie voorbereidend wetenschappelijk onderwijs wetenschappelijk onderwijs Jeugd en Onderwijsmonitor Groningen (JONG): Provincie Groningen

43 40 Onderzoeksbureau CMO Groningen

44

Voortgezet onderwijs in de provincie Groningen

Voortgezet onderwijs in de provincie Groningen FACTSHEET Voortgezet onderwijs in de provincie In deze factsheet gaan we in op de situatie in het voortgezet onderwijs in de provincie, en vergelijken die met de situatie in Nederland. Hoeveel scholen

Nadere informatie

VSV-cijfers. Aanval op schooluitval. RMC regio 1 Oost-Groningen. Convenantjaar Voorlopige cijfers

VSV-cijfers.  Aanval op schooluitval. RMC regio 1 Oost-Groningen. Convenantjaar Voorlopige cijfers g ) Eemsmond 46 ( 3,1 ) ) Ten Boer 22 ( 3,1 ) Loppersum 21 ( 2,1 ) Appingedam 35 ( 3,8 ) Delfzijl 71 ( 3,1 ) Haren 2 ( 1,9 ) 3 Slochteren 28 ( 2,1 ) Hoogezand-Sappemeer 94 ( 3,5 ) Menterwolde 29 ( 2,7

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens,

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens, , Toelichting bij geleverde maatwerktabellen 2006/2007 en 2007/2008* Levering: 17 februari 2010 De maatwerktabel over voortijdig schoolverlaters 2006/2007 bevat gegevens over het voortgezet onderwijs (vo)

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kerncijfers uit de periode 2008-2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 8ste editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Quick Scan buurten Hoogezand-Sappemeer April 2013. Subtitel

Quick Scan buurten Hoogezand-Sappemeer April 2013. Subtitel Quick Scan buurten Hoogezand-Sappemeer April 2013 Subtitel Colofon Titel: Quick Scan Buurten in Hoogezand-Sappemeer Datum: 9 april 2013 Opdrachtgever: Woningcorporatie Lefier Auteur: drs Fransje Grisnich

Nadere informatie

Gebruik jeugdhulp in Groningen: 2016 vergeleken met 2015

Gebruik jeugdhulp in Groningen: 2016 vergeleken met 2015 Gebruik jeugdhulp in Groningen: 2016 vergeleken met 2015 In 2015 is de jeugdhulp overgegaan naar de gemeenten. Om deze transitie goed te kunnen monitoren verstrekken gemeenten en jeugdhulp aanbieders gegevens

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:13 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties van Drentse

Nadere informatie

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten Factsheets Voortijdig Schoolverlaten Februari 2007 Inleiding Deze factsheets behoren bij de brief kenmerk BVE/INI/2007/3891 en presenteren een weergave van de nu bekende feiten en getallen over de groep

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2008-2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 8ste editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-201 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 0-0 Drentse Onderwijsmonitor 0 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties van

Nadere informatie

Opgave op grond van artikel 25, tweede en derde lid van de Leerplichtwet 1969 over schooljaar 2006-2007

Opgave op grond van artikel 25, tweede en derde lid van de Leerplichtwet 1969 over schooljaar 2006-2007 Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Primair Onderwijs po 079-3232.333 Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaten 0c het voortgezet et onderwijs in

Voortijdig schoolverlaten 0c het voortgezet et onderwijs in e088 Voortijdig schoolverlaten 0c olverlaten vanuit het voortgezet et onderwijs in Nederland en 21 gemeenten naar herkomstgroepering en geslacht Antilianen- Toelichting bij geleverde everde maatwerktabellen

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Assen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Assen Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Assen-DEF.indd 1 18-05-16 11:13 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Midden--DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Aa_Hunze-DEF.indd 1 18-05-16 11:1 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-20 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:14 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Emmen-DEF.indd 1 18-05-16 11:15 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Midden- Kerncijfers uit de periode - Feitenblad Midden- Leerlingen op de basisscholen in de gemeente Midden- De gemeente Midden heeft basisscholen. In waren er nog

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2011-201 Feitenblad Onlangs verscheen de 11 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 01-01 Feitenblad Na 1 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:15 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Onderwijs. Kerncijfers

Onderwijs. Kerncijfers Kerncijfers 205 Onderwijs. Kerncijfers.2 Voor- en vroegschoolse educatie.3 Primair onderwijs.4 Speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs.5 Voortgezet onderwijs. Middelbaar beroepsonderwijs.7 Verzuim,

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Coevorden Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

Voortijdig Schoolverlaters 2005 Toelichting bij de tabellen

Voortijdig Schoolverlaters 2005 Toelichting bij de tabellen Voortijdig Schoolverlaters 2005 Toelichting bij de tabellen Definitie: Voortijdig schoolverlaters zijn gedefinieerd als leerlingen die het (bekostigd) onderwijs verlaten zonder dat zij een startkwalificatie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-201 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Stromen door het onderwijs

Stromen door het onderwijs Stromen door het onderwijs Vanuit het derde leerjaar van het vo 2003/2004 Erik Fleur DUO/IP Juni 2013 1. Inleiding In schooljaar 2003/2004 zaten bijna 200 duizend leerlingen in het derde leerjaar van het

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Midden- Kerncijfers uit de periode 01-0 Feitenblad Midden- Na 1 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters 0c van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort

Voortijdig schoolverlaters 0c van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort 08 Voortijdig schoolverlaters 0c olverlaters verdacht van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort Toelichting bij geleverde everde maatwerktabellen De maatwerktabel bevat gegevens

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Hoogeveen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-20 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 201 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kerncijfers uit de periode 2009-2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 9 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Westerveld Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-208 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 209 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2012-201 Feitenblad Gemeente Leerlingen op de basisscholen in de gemeente De gemeente heeft basisscholen. Dit is één minder dan

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 Utrecht, januari 2013 INHOUD Samenvatting 4 Inleiding 6 1 Trends en wetenswaardigheden 8 1.1 Inleiding 8 1.2 Trends 8 1.3 Wetenswaardigheden 11 2 Wet-

Nadere informatie

Uitleg van de figuren PO 1

Uitleg van de figuren PO 1 Uitleg van de figuren PO 1 Uitleg van de figuren - PO In dit document worden de verschillende figuren nader toegelicht die in het NCO rapport Waar blijven uw oud-leerlingen? worden getoond. Voor ieder

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Borger-Odoorn Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Aa en Hunze Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2009-2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 9 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit

Nadere informatie

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Definitie Voortijdig schoolverlaters zijn leerlingen tot 23 jaar die het (door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Nadere informatie

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond Onder- en overadvisering in beeld 6/7-8/9 Gemeente Helmond November 9 Mevrouw drs. Marian Calis OCGH Advies Samenvatting Een goede aansluiting tussen het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs is in

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

Onderwijs. Kerncijfers 203

Onderwijs. Kerncijfers 203 Kerncijfers 203 Onderwijs. Kerncijfers.2 Voor- en vroegschoolse educatie.3 Primair onderwijs.4 Speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs.5 Voortgezet onderwijs. Middelbaar beroepsonderwijs.7 Schoolverzuim

Nadere informatie

Onderwijsmonitor 2010 Hendrik-Ido-Ambacht

Onderwijsmonitor 2010 Hendrik-Ido-Ambacht Onderwijsmonitor Hendrik-Ido-Ambacht De zes Drechtstedengemeenten hebben voor het voeren van onderwijsbeleid behoefte aan beleidsondersteunende informatie. Hierbij gaat het om vragen als: hoeveel kinderen

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor 2014

Drentse Onderwijsmonitor 2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 9 de editie Imke Oosting CMO Groningen Wat is de Drentse onderwijsmonitor? In beeld brengen van onderwijspositie en prestaties van Drentse leerlingen Van basisschool tot en

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente De Wolden Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Achtergronddocument berekening doelgroepleerlingen 2017/ 18

Achtergronddocument berekening doelgroepleerlingen 2017/ 18 Achtergronddocument berekening doelgroepleerlingen 2017/ 18 (OIS) brengt sinds 2017 het aantal doelgroepleerlingen per basisschool in beeld voor Onderwijs, Jeugd en Zorg (OJZ), ter ondersteuning van het

Nadere informatie

Onderwijsmonitor 2011

Onderwijsmonitor 2011 Onderwijsmonitor 211 Hendrik-Ido-Ambacht De gemeente Hendrik-Ido-Ambacht heeft behoefte aan informatie voor het voeren van hun onderwijsbeleid. Het Onderzoekcentrum Drechtsteden (OCD) voorziet via deze

Nadere informatie

VSV-cijfers. Aanval op schooluitval. RMC regio 13 Achterhoek. Convenantjaar Voorlopige cijfers

VSV-cijfers.  Aanval op schooluitval. RMC regio 13 Achterhoek. Convenantjaar Voorlopige cijfers olle 3,5 ) 54 ( 2,1 ) Twenterand 66 ( 2,3 ) Tubberge 24 ( 1,1 Olst-Wijhe 25 ( 1,6 ) Raalte 82 ( 2,3 ) Hellendoorn 61 ( 2,0 ) Wierden 53 ( 2,4 ) Almelo 207 ( 3,6 ) 1 Deventer 311 ( 4,2 ) Rijssen-Holten

Nadere informatie

DE LOKALE STAAT VAN HET ONDERWIJS IN UW GEMEENTE Blauwe Ogen 2

DE LOKALE STAAT VAN HET ONDERWIJS IN UW GEMEENTE Blauwe Ogen 2 DE LOKALE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2 IN UW GEMEENTE 2009 Blauwe Ogen 2 Een uitgave in het kader van het LEA-ondersteuningstraject van OCW februari 2009 LEESWIJZER Het is van belang dat u als gezamenlijke

Nadere informatie

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Definitie Voortijdig schoolverlaters zijn leerlingen tot 23 jaar die het (reguliere) onderwijs verlaten zonder dat zij een

Nadere informatie

Onderwijsmonitor 2010 Alblasserdam

Onderwijsmonitor 2010 Alblasserdam Onderwijsmonitor Alblasserdam De zes Drechtstedengemeenten hebben voor het voeren van onderwijsbeleid behoefte aan beleidsondersteunende informatie. Hierbij gaat het om vragen als: hoeveel kinderen nemen

Nadere informatie

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten Jongeren en gezin Ontwikkeling van het aantal jongeren (2000-2011, index: 2000=100) Bron:CBS bevolkingsstatistiek, bewerking ABF Research In Houten is het aantal jongeren in

Nadere informatie

Schoolloopbanen. Deel twee: Een verdieping naar basisschooladvies. In opdracht van: DMO. Projectnummer: Lotje Cohen MSc

Schoolloopbanen. Deel twee: Een verdieping naar basisschooladvies. In opdracht van: DMO. Projectnummer: Lotje Cohen MSc Deel twee: Een verdieping naar basisschooladvies In opdracht van: DMO Projectnummer: 12262 Merel van der Wouden MSc dr. Esther Jakobs Lotje Cohen MSc Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal 300 Telefoon 020

Nadere informatie

Factsheets VSV. November 2005

Factsheets VSV. November 2005 Factsheets VSV November 2005 Reikwijdte en beperkingen van de cijfers In deze factsheets zijn de RMC-registraties en de Enquête beroepsbevolking twee belangrijke bronnen. Beide bieden zicht op de vsv-populatie.

Nadere informatie

toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011

toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011 TAAL EN REKENEN VAN BELANG toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011 INHOUD Inleiding... 5 Hoofdstuk 1 Resultaten VMBO in de regio Den Haag... 7 1.1 Totaal overzicht van de afgenomen

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Fact sheet nummer 9 juli 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Er zijn in Amsterdam bijna 135.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2013). Veel jongeren volgen een opleiding of

Nadere informatie

Onderwijsmonitor Maassluis - Vlaardingen - Schiedam Cito-eindtoetsresultaten, VO-adviezen, overgang PO-VO

Onderwijsmonitor Maassluis - Vlaardingen - Schiedam Cito-eindtoetsresultaten, VO-adviezen, overgang PO-VO Onderwijsmonitor Maassluis - Vlaardingen - Schiedam Cito-eindtoetsresultaten, VO-adviezen, overgang PO-VO juli 2014 Kenniscentrum Schiedam-Vlaardingen Inhoud 1.1 Kenmerken van de doelpopulatie... 2 2.1

Nadere informatie

Onderwijsmonitor 2011 Papendrecht

Onderwijsmonitor 2011 Papendrecht Onderwijsmonitor 211 Papendrecht De gemeente Papendrecht heeft behoefte aan informatie voor het voeren van haar onderwijsbeleid. Het Onderzoekcentrum Drechtsteden (OCD) voorziet via deze factsheet in die

Nadere informatie

Opgave schoolverzuim leer- en kwalificatieplichtige leerlingen over. schooljaar

Opgave schoolverzuim leer- en kwalificatieplichtige leerlingen over. schooljaar Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie DUO/ICO Primair Onderwijs po 079-3232.333 Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666

Nadere informatie

Opgave op grond van artikel 25, tweede en derde lid van de Leerplichtwet 1969 over schooljaar

Opgave op grond van artikel 25, tweede en derde lid van de Leerplichtwet 1969 over schooljaar Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Primair Onderwijs po 079-3232.333 Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666

Nadere informatie

BIJLAGE 1 Nulmeting Project Plan van Aanpak Marokkaanse risicojongeren

BIJLAGE 1 Nulmeting Project Plan van Aanpak Marokkaanse risicojongeren BIJLAGE 1 Nulmeting Project Plan van Aanpak Marokkaanse risicojongeren 2006-2009 1 Demografie 1.1 Marokkaanse Hagenaars van 12 tot en met 24 jaar Per 1 januari 2005 wonen in Den Haag 6.296 Marokkanen van

Nadere informatie

Bijlagen bij hoofdstuk 5 Minderheden in het onderwijs Mérove Gijsberts (SCP) en Marijke Hartgers (CBS)

Bijlagen bij hoofdstuk 5 Minderheden in het onderwijs Mérove Gijsberts (SCP) en Marijke Hartgers (CBS) Jaarrapport Integratie Sociaal en Cultureel Planbureau / Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum / Centraal Bureau voor de Statistiek september, 2005 Bijlagen bij hoofdstuk 5 Minderheden in

Nadere informatie

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Definitie Voortijdig schoolverlaters zijn leerlingen tot 23 jaar die het (bekostigd) onderwijs verlaten zonder dat zij een

Nadere informatie

Studievoortgang in het voortgezet onderwijs

Studievoortgang in het voortgezet onderwijs Studievoortgang in het voortgezet onderwijs Lieke Stroucken 1. Leerlingen naar herkomstgroepering en aantal kinderen in het huishouden, brugklascohort 2004/ 05 Leerlingen uit éénoudergezinnen en niet-westers

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor jaar

Drentse Onderwijsmonitor jaar Drentse Onderwijsmonitor 2009 0-23 jaar januari 2010 Colofon Titel: Drentse Onderwijsmonitor 2009 Datum: januari 2010 Opdrachtgever: Provincie Drenthe, Vereniging Drentse Gemeenten Auteurs: Jan Kruijer,

Nadere informatie

Samenvatting Leidse Monitor

Samenvatting Leidse Monitor Samenvatting Leidse Monitor 2007-2008 December 2009 Dr. Jaap van Lakerveld Drs. Ingrid Gussen Dr. Kees de Brabander Drs. Theresa Steeman PLATO Platform Opleiding, Onderwijs en Organisatie BV Universiteit

Nadere informatie

Onderzoek eindadviezen werkers WP BO die doorstromen naar WP VO

Onderzoek eindadviezen werkers WP BO die doorstromen naar WP VO Onderzoek eindadviezen werkers WP BO die doorstromen naar WP VO Voor het eerst hebben wij uitgebreid onderzoek verricht naar de kwaliteit van de basisschooladviezen van De Werkplaats aan het einde van

Nadere informatie

Onderwijsmonitor 2010 Papendrecht

Onderwijsmonitor 2010 Papendrecht Onderwijsmonitor Papendrecht Inhoud: 1. Conclusies 2. Voorschoolse educatie 3. Primair onderwijs 4. Voortgezet onderwijs 5. Speciaal onderwijs 6. Middelbaar beroepsonderwijs 7. Hoger onderwijs 8. Opleidingsniveau

Nadere informatie

Jaarverslag Leerplicht. Schooljaar Delfzijl Appingedam Loppersum

Jaarverslag Leerplicht. Schooljaar Delfzijl Appingedam Loppersum Jaarverslag Leerplicht Schooljaar -6, oktober 6 Inleiding Het leerplichtjaarverslag -6 dat wij u hierbij aanbieden is het jaarverslag voor de gemeenten, en. Leeswijzer In dit verslag wordt inzicht gegeven

Nadere informatie

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten Factsheets Voortijdig Schoolverlaten April 2006 Inleiding In deze factsheets wordt een weergave van de nu bekende feiten en getallen over de groep voortijdig schoolverlaters in Nederland gepresenteerd.

Nadere informatie

Dieptestudie voortijdig schoolverlaten. Overzicht 2001

Dieptestudie voortijdig schoolverlaten. Overzicht 2001 Dieptestudie voortijdig schoolverlaten. Overzicht 2001 ITS/Sardes Loes van Tilborg (Sardes) Wander van Es (Sardes) januari 2002 Inhoudsopgave Pagina Inleiding 2 1. De opzet van het diepte-onderzoek 3 1.1.

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

Startnotitie Lokale Educatieve Agenda

Startnotitie Lokale Educatieve Agenda Startnotitie Lokale Educatieve Agenda november 2008 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding blz. 3 2. De lokale Ecucatieve Agenda 3 3. De rol van de gemeente 4 4. Partners en de verdeling van verantwoordelijkheden

Nadere informatie

Artikelen. Citotoets en de overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs

Artikelen. Citotoets en de overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs Artikelen Citotoets en de overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs Lieke Stroucken (CBS), Dick Takkenberg (CBS), Anton Béguin (Cito) Aan het eind van de basisschool maken leerlingen samen

Nadere informatie

Doorstroom naar voortgezet onderwijs

Doorstroom naar voortgezet onderwijs Doorstroom naar voortgezet 2014-2015 Dit rapport toont detailinformatie over de doorstroom naar het voorgezet van de leerlingen van de school. Naast gegevens over de vervolgscholen en marktaandeel, toont

Nadere informatie

Jeugd in Schildersbuurt. De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015).

Jeugd in Schildersbuurt. De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015). Jeugd in Schildersbuurt De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft 31.639 inwoners (1 januari 2015). 1 Demografie Demografie Deze paragraaf geeft een beeld van de samenstelling van de

Nadere informatie

Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen

Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen Scolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen Jaap Roeleveld Kohnstamm Instituut, Universiteit van Amsterdam (email: jroeleveld@kohnstamm.uva.nl) Abstract Sinds de laatste wijziging van de gewichtenregeling,

Nadere informatie

Opgave schoolverzuim leer- en kwalificatieplichtige leerlingen over. schooljaar 2011-2012

Opgave schoolverzuim leer- en kwalificatieplichtige leerlingen over. schooljaar 2011-2012 Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie DUO/ICO Primair Onderwijs po 079-3232.333 Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666

Nadere informatie

Aan. de gemeenteraad. Gemeentebestuur Spuiboulevard GR DORDRECHT. Retouradres: Postbus 8 330QAADORDRECHT. F (078) www, dordrecht.

Aan. de gemeenteraad. Gemeentebestuur Spuiboulevard GR DORDRECHT. Retouradres: Postbus 8 330QAADORDRECHT. F (078) www, dordrecht. Retouradres: Postbus 8 330QAADORDRECHT Aan de gemeenteraad Gemeentebestuur Spuiboulevard 300 3311 GR DORDRECHT F (078) 639 8080 www, dordrecht.nl Datum 27 augustus 2009 Begrotingsprogramma Werk en Scholing

Nadere informatie