Grenseffecten van Veranderingen in de Prijsstelling van Motorbrandstoffen
|
|
- Thijmen de Veer
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 T3426 CW/IV NEI b, Nederlands Economisch Instituut Grenseffecten van Veranderingen in de Prijsstelling van Motorbrandstoffen Eindrapport In opdracht van Ministerie van Financiën, Ministerie van Verkeer en Waterstaat en BOVAG Divisie Transport Drs. M.A. van den Bossche Drs. E. Biickmann Mw. DIS. C.A.& Wilbers Rotterdam, december 1997 Postbus AD Rotterdam K P van der Mandelelaan MB Rotterdam Telefoon Telefax Telex NECIN NL Het NEI neemt deel m ERECO European Economie Research and Adwsory Consortium (EESV) itlchtmg Het Nederlands liconomlsch Instituut IS Ingeschreven m het Iiandelsreglster Rotterdam onder nr i. I 1 Y
2 Inhoudsopgave Blz. Samenvatting i 1 Inleiding 1.1 Ach tergrond 1.2 Doelstelling 1.3 Aanpak onderzoek op hoofdlijnen 1.4 Opbouw rapport 2 Structuur grenstank-model Module 1 - afvloeiing Module 2 - brandstofweglekeffect Module 3 - bestedingsweglekeffect 11 3 Actualisatie data grenstank-model Data module 1 - afvloeiing Brandstofprijzen in grensstreken Autopark in grensstreken Data module 2 - Brandstofweglekeffect Data module 3 - Bestedingsweglekeffect 23 4 Veldwerk 4.1 Opzet en response enquête 4.2 Algemene resultaten enquête Brandstofprijzen volgens respondenten Feitelijk tankgedrag voor en na de accijnsverhoging Vergelijking met a priori berekend tankgedrag na accijnsverhoging Tankgedrag hypothetische prijsverschillen 4.3 Resultaten enquéte ten behoeve van module 1 - afvloeiing Relatie hemelsbrede afstand en werkelijke afstand tot pompstation Relatie afvloeiing en prijsverhouding/afstand Aantal afgelegde kilometers per maand 4.4 Resultaten enquête ten behoeve van module 3 - bestedingsweglekeffect 5 Resultaten grenstank-model 5.1 Resultaten afvloeiing 5.2 Resultaten brandstofweglekeffect 5.3 Resultaten bestedingsweglekeffect Bijlagen Bijlage 1 Indeling gemeenten in grenszones Bijlage 2 Vragenlijsten Tanken over de grens Bijlage 3 Schatting relatie afvloeiing - prijs afstand Bijlage 4 Vergelijking situatie vóór accijnsverhoging 1997 met situatie 1992 N/T3426xQl
3 Voorwoord In opdracht van het Ministerie van Financiën, de BOVAG en het Ministerie van Verkeer & Waterstaat heeft het Nederlands Economisch Instituut (NEI) onderzoek verricht naar de brandstofafvloeiing voor en na de accijnsverhoging van 1 juli 1997 in de grensstreken met Duitsland en België. Bovendien is het rekenmodel dat in 1992 door het NE1 is ontwikkeld, geactualiseerd op basis van de huidige resultaten. Het bureau Tele-action b.v. te Utrecht heeft in dit onderzoek geparticipeerd door middel van het uitvoeren van een telefonische enquéte onder Nederlandse automobilisten in de Duitse en Belgische grensstreken, zowel voor als na de accijnsverhoging. Het onderzoek is binnen het NE1 verricht door Drs. C.A.J. Wilbers en Drs. E. Bückmann onder leiding van Drs. M.A. van den Bossche. De externe begeleiding was in handen van Drs. L. van den Ende en Drs. A. Hut (Ministerie van Financiën), Drs. A. van der Steen en Drs. M. Groeneveld (BOVAG) en L. Hemmen en Drs. M. Köbben (Ministerie van Verkeer & Waterstaat). Rotterdam, december 1997 N/T3426rOl
4 Samenvatting 1 Aanleiding In opdracht van het Ministerie van Financiën, de BOVAG en het Ministerie van Verkeer & Waterstaat heeft het Nederlands Economisch Instituut (NEI) in 1992 onderzoek verricht naar de brandstofafvloeiing in de grensstreken met Duitsland en België. In dat jaar is een rekenmodel ontwikkeld voor het berekenen van de grenseffecten van veranderingen in de prijsstelling van motorbrandstoffen. In het onderhavige onderzoek zijn nieuwe metingen in de grensstreken verricht voor het jaar 1997 om te komen tot een geactualiseerd model. Bovendien is het model achteraf getoetst aan de hand van een nameting die plaats vond na de invoering van de accijnsmaatregel van 1 juli Doelstelling Het onderzoek richt zich op de volgende doelstellingen: a) Het schetsen van een actueel beeld (1997) omtrent de tanksituatie in de grensstreken. b) Het updaten van het in 1992 ontwikkelde model, aan de hand waarvan nieuwe scenario s omtrent de ptijsstelling van brandstoffen kunnen worden doorgerekend op effecten voor: A de afvloeiing van brandstoffen vanuit de grensstreken naar België en Duitsland naar type brandstof en per grenszone; A de inkomsten van accijnzen, heffingen en BTW van de overheid; A de detailhandelsmarge en werkgelegenheid bij brandstofverkoopstations ten gevolge van de afvloeiing van brandstoffen; A de winstmarge en werkgelegenheid ten gevolge van: l shopverkopen bij brandstofverkoopstations; l bestedingen bij de overige detailhandel gekoppeld aan tanken. c) Het vormgeven van het te ontwikkelen model op een software-matige wijze die toekomstige scenario-berekeningen door de Ministeries en de BOVAG zelf vergemakkelijkt. d) Het meten van het feitelijke tankgedrag in de grensstreken na invoering van de accijnsverhoging op 1 juli 1997 en indien nodig, het aanpassen van het model op basis van deze nameting. 3 Opzet onderzoek In dit onderzoek is het in 1992 ontwikkelde grenstank-model van het NE1 als uitgangspunt genomen. Dit model is geactualiseerd op basis van twee metingen: A een voormeting (april-juni), waarbij aan de hand van een telefonische enquéte het tankgedrag vóór de accijnsverhoging is onderzocht en tevens enkele what-if vra- NEI, Grenseffecten van verandermgen m de prijsstellmg van motorbrandstoffen, Rotterdam, ymi N/T
5 NE/ gen zijn gesteld met betrekking tot het vermoedelijke tankgedrag bij andere prijsverhoudingen (onder andere prijsverhouding na accijnsverhoging 1 juli 1997); A een nameting (september-oktober), waarbij is gevraagd naar het feitelijke tankgedrag na de accijnsverhoging. De metingen zijn gehouden onder Nederlandse automobilisten die woonachtig zijn in de grensstreek met België en Duitsland op maximaal 30 kilometer afstand (hemelsbreed) van de grens. De actualisatie van het grenstank-model heeft geleid tot het vaststellen van een nieuwe modelstructuur, waarbij onder andere zijn bepaald: A de variabele input: meting van prijzen in grensstreken, zowel in voor- als nameting en het berekenen van het autobezit per grenszone; A de vaste input: op basis van het veldwerk van zowel voor- als nameting zijn de volgende modelvergelijkingen opnieuw geschat: - relatie tussen hemelsbrede afstand van woonplaats tot grens en de werkelijke afstand van woonplaats tot pompstation in Duitsland en België; - relatie tussen de prijsverhouding van brandstoffen van Nederland ten opzichte van het buitenland en de afstand enerzijds en de afvloeiing van brandstoffen naar het buitenland anderzijds. 4 Resultaten 4.1 Brandstofprijzen Gemeten prijzen In april en september 1997 zijn de brandstofprijzen gemeten aan beide zijden van de Nederlands-Duitse en Nederlands-Belgische grens. Uit de waarnemingen blijkt dat de feitelijke aan de grens gemeten toename van het prijsverschil tussen Nederland en Duitsland/België na de accijnsverhoging lager is dan de ingevoerde accijnsverhoging van 13 respectievelijk 6 cent (inclusief BTW) per liter benzine respectievelijk diesel. Onder de veronderstelling dat wijzigingen in de produktieprijzen in de periode juniaugustus 1997 aan beide zijden van de grens in gelijke mate hebben plaatsgevonden, kan worden gesteld dat de Nederlandse pompstations aan de Duitse grens hun benzine (Euro loodvrij) aanbieden tegen een literprijs (inclusief BTW) die gemiddeld 2,5 cent lager ligt dan volgens de beoogde verhoging van 13 cent zou worden verwacht. Hierbij kan de compensatieregeling voor tankstations die zijn gevestigd in de grensstreek NederlandDuitsland van invloed zijn geweest op hun prijsstelling van benzine3. Aan de Belgische grens ligt de benzineprijs (Euro loodvrij) in Nederland na de accijnsverhoging gemiddeld 6 cent lager dan bij volledig doorberekening van de ver- * Het is mogelijk dat Duitse of Belgische pomphouders hun prijs meer hebben verhoogd dan Nederlandse pomphouders om op deze wijze hun marge te vergroten. 3 Op het moment van de metmg van de prijzen in de grensstreken na de accijnsverhoging was een trjdelijke subsrdleregelmg van kracht waarin ondernemers met tankstations in aanmerkmg kwamen voor een tegemoetkorrung van 8 cent per liter benzme voor pompstabons tot 10 kilometer afstand verwijderd van de Durtse grens en 4 cent per liter benzine voor pompstations tussen 10 en 20 kilometer verwijderd van de Duitse grens. De subsrdre wordt verstrekt aan de hand van de fertehjke afzet van benzme. IVfT3426r01
6 111 hoging het geval zou zijn geweest. In deze grensstreek geldt geen compensatiemaatregel voor pompstations. Figuur Sl PrilsverscUen brandstoffen Nederlandse grensstreken met aangrenzende landen, situatie voor de acci]ns- verhogmg vergeleken met slhrahe na accqnsverhogmg (gemeten gemiddelde pnjsverscmen) Gemeten prijsverschil benzine (Euro loodvrij) in grensstreken _ ~. +l 11.5 : lwaermna-aeqe 17, 3, 1 II Voor acqnsverhogmg 1 I1 Na acqnsverhogmg II Versdul tussen voor en na Cl Hoogte van acqnsverhogmg (md. BTW) Nederland-LYhutsland 1 J l prijsverschil per liter (in centen) Gemeten prijsverschil diesel in gwneetrekea 71 Voor acqnsverhogmg Nederland-Belge Cl Na acqnsverhogmg I Versch~I tossen voor en na I Nederland-Dmtsland R l Hoogte van acqnsverhogmg hncl. Sm prijsverschil per liter (in centen) Bron Mehngen 111 grensstreken UI april en september 1997, afrondmg 0,5 centen. Uit de metingen blijkt voorts dat het verschil in de dieselprijs tussen Nederland en Duitsland in de grensstreken na de accijnsverhoging nagenoeg constant is gebleven in vergelijking met dat prijsverschil voor de accijnsverhoging. Dijt betekent dat de accijnsverhoging van 6 cent (inclusief BTW) niet is doorberekend in de dieselprijs die wordt gevoerd bij de pompstations in de Duitse grensstreek (onder de veronderstelling van dezelfde stijgingen in de produktieprijzen in beide landen). In de Belgische grensstreek ligt de gemiddelde gemeten dieselprijs per liter 1,5 cent lager dan bij een volledige doorberekening van de accijnsverhoging zou worden verwacht. IV/T3426rOl
7 1V Gepercipieerde prijzen In de voor- en nameting van het veldwerk is de respondenten gevraagd naar de hoogte van de brandstofprijzen in Nederland en Duitsland/Belgie. Hieruit volgt dat het verschil in brandstofprijzen tussen Nederland en Duitsland/België dat wordt gepercipieerd door de automobilisten in het algemeen hoger ligt dan het verschil in de prijzen die daadwerkelijk zijn gemeten, zowel in de voor- als de nameting. Dit geldt onder andere voor het gepercipieerde prijsverschil van benzine tussen Nederland en België (bijna 10 cent hoger dan gemeten), waarbij de verklaring ligt bij het feit dat de automobilisten een lagere Belgische prijs hebben opgegeven dan is gemeten. In België zijn in oktober en december 1996 accijnsverhogingen van 1 Belgische Frank per liter doorgevoerd en blijkbaar is deze verhoging in de Belgische prijs niet waargenomen door de respondenten. Input grenstank-model In het grenstank-model worden de gemiddelde prijsverhoudingen tussen Nederland/Duitsland en Nederland/België voor de situatie voor en na accijnsverhoging gehanteerd, zoals deze feitelijk zijn waargenomen bij pompstations aan beide zijden van de grens van Duitsland en Belgie met Nederland. 4.2 Tankgedrag Uit het veldwerk volgt dat het aandeel van respondenten woonachtig in de grensstreken dat wel eens naar het buitenland gaat na de accijnsverhoging hetzelfde is gebleven in vergelijking met de situatie voor de accijnsverhoging (circa 50%). In de nameting geven de automobilisten wel aan regelmatiger te gaan dan in de voormeting het geval was. Het percentage respondenten in het bezit van een benzine-auto dat als belangrijkste reden voor een bezoek aan het buitenland het tanken opgeeft, neemt aanzienlijk toe ten opzichte van de voormeting (voor Duitsland van 30% tot 60%). In de voormeting is het aandeel van respondenten in de Duitse en Belgische grensstreek die alleen maar in Duitsland respectievelijk België benzine tanken voor beide streken even groot (circa ~Yo), terwijl het benzineprijsverschil met Duitsland in de situatie voor de accijnsverhoging aanzienlijk groter is dan met België. Uit de nameting volgt dat na de accijnsverhoging meer dan een kwart van de respondenten woonachtig in de Duitse grensstreek aangeeft alleen maar in Duitsland benzine te tanken. In totaal tankt ruim 40% van alle benzinerijders over de grens in Duitsland. Dit betekent een toename van circa 13% in vergelijking met de voormeting, waarbij de toename vooral zit in de respondenten die niet meer in Nederland tanken en alleen nog maar in Duitsland. Van de benzinerijders woonachtig in de Belgische grensstreek geeft in de nameting ruim 20% aan in België te tanken (toename van circa 5% in vergelijking met de voormeting), waarvan circa 13% niet in Nederland maar alleen in België tankt. IV/T3426rOl
8 V Flguur.52 Tankgedrag m bmtenland van benzmenlders woonachhg in Nederlandse grensstreek met Dutsland en Belgë (0-30 lulometer van grens), gedrag na accqnsverhogmg vergeleken met gedrag voor accljnsverhogmg (alle respondenten) Tankgedrag voor accijnsverhoging Tankgedrag na accijnsverhoging in grensstreek met Duitsland in grensstreek me1 Duitsland niet in Duitsland 72% niel in Duitsland 58 /0 alleen in zowel in Duitsland Nederland als in 9% Duitsland 19% alleen in Nededand Duitsland als in 28% Duitsland 14% Tankgedrag voor accijnsverhoging in grensstreek met België Tankgedrag na accijnsverhoging in grensstreek met België niet in Belgie 82% niet in BelgiC 77% alleen in België 9% zowel in Nededand als in Belgi(l 9% alleen in Belgi(l 13% zowel in Nededand als in Belgik! 10% Van de respondenten in het bezit van een dieselauto tankt na de accijnsverhoging circa 13% in Duitsland en circa 9% in België. Voor de accijnsverhoging tankte 9 respectievelijk 7% van de dieselrijders in Duitsland respectievelijk België. 4.3 Resultaten grenstank-model Afuloeiing brandstofin De gedragsvergelijkingen in het grenstank-model zijn geraamd op basis van zowel de voor- als de nameting en op basis van deze nieuwe relaties en actuele input gegevens zijn vervolgens berekeningen uitgevoerd. Met het grenstank-model is ten eerste een schatting gemaakt van de afvloeiing van brandstoffen vanuit de Nederlandse grensstreken naar Duitsland en België voor de situatie voor en na de accijnsverhoging. IV/T3426rOl
9 Vl Afvloeiing = het aantal liters brandstof dat door Nederlandse automobilisten woonachtig in de grensstreken wordt getankt in Duitsland en België, inclusief de liters die bij een gelijke prijsstelling in alle landen in het buitenland worden getankt4. Bij de berekening van deze brandstofafvloeiing is gecorrigeerd voor de extra verreden kilometers/verstookte liters ten gevolge van het tanken over de grens. Fqpur S3 Inschathng afvloetig van brandstoffen vanut Nederlandse grensstreken naar Dmtsland en Belpe, voor en na de accqnsverhogmg Afvloeiing grensstreek Nederland-Duitsland 250 ii & ti benzme dlesel totaal Afvloeiing grensstreek Nederland-Belgie ~~ ~--- --_-- -- ~ m $200 CL ; 150 s ti benzme &esel totaal De totale afvloeiing vanuit de grensstreek naar Duitsland wordt in de situatie voor de accijnsverhoging geschat op circa 130 miljoen liters brandstoffen per jaar. Dit betreft voornamelijk een afvloeiing van benzine (circa 120 miljoen liters per jaar). 4 Wellicht zal een aantal automoblhsten (woonachhg m de Nederlandse grensstreken) om andere redenen dan het pnjsverschll over de grens tanken (mkopen/boodschappen doen in het bultenland, dlchtstbqzijnde pompstahon, etc.). De veronderstellmg 1s dat bil een gelqke prilsstelling deze in het buitenland getankte liters zullen worden gecompenseerd door liters die in Nederland om dezelfde redenen worden getankt door automoblllsten woonachhg in Duitsland en BelgG. IV/T3426rOl
10 vri De geraamde afvloeiing naar België bedraagt in de situatie voor de accijnsverhoging circa 45 miljoen liter, eveneens grotendeels benzine. Laatst,genoemde afvloeiing is opvallend hoog indien het gemeten prijsverschil per liter benz me tussen Nederland en België in deze situatie in ogenschouw wordt genomen (circa $5 cent). Een verklaring van dit tankgedrag kan zijn dat niet alle benzmerijders in deze grensstreek na de accijnsverhogingen in België van 1996 zich bewust zijn van de verhoging van de benzineprijs aldaar en nog steeds uitgaan van het veel hogere prijsverschil van voor deze accijnsverhogingen. In totaal betekent dit, dat volgens het grenstank-model in de situatie voor de accijnsverhoging circa 175 miljoen liter brandstoffen werd getankt in het buitenland ten gevolge van een gunstiger prijsstelling aldaar. Het effect van de accijnsverhoging van 1 juli wordt geschat op circa 170 miljoen liter brandstoffen per jaar, wat een verdubbeling van de afvloeiing is in vergelijking met de situatie voor de accijnsverhoging. Het grootst is het effect van afvloeiing van brandstoffen naar Duitsland, circa 125 miljoen liter per jaar. Zoals op basis van het ongeveer gelijk gebleven prijsverschil van diesel in de Duitse grensstreek ook kon worden verwacht, is de afvloeiing van diesel naar Duitsland niet toegenomen. Brandstofweglekefict Het brandstofweglekeffect ten gevolge van de extra afvloeiing van brandstoffen naar het buitenland door de accijnsverhoging wordt uitgedrukt in drie factoren5. De eerste factor bestaat uit de gemiste inkomsten van de overheid (accijnzen, heffingen en BTW op brandstoffen)6. De tweede factor omvat de gemiste detailhandelsmarge van de pompstations ten gevolge van gemiste brandstofverkopen7. De laatste factor betreft de vertaalslag naar de met de afvloeiing samenhangende werkgelegenheid (2 werkgelegenheid onder druk ) bij de pompstations in de Nederlandse grensstreken. 5 Met weglek -effect wordt bedoeld het effect van de afvloeimg van brandstoffen naar het buitenland. Deze wordt tutgedrukt m gemiste inkomsten en onder druk staande werkgelegenherd. De afvloeiing zelf wordt mtgedrukt m liters. 6 De gerruste mkomsten zijn gedefirueerd als het aantal extra afgevloeide hters brandstof vermenigvuldigd met het oude niveau van de acajnzen, heffingen en BIW per hter brandstof (voor meer mformatre, zie hoofdtekst). 7 De genuste detailhandelsmarge is gedefinieerd als het aantal extra afgevloeide hters brandstof vermerugvuldlgd met het oude mveau van de marge per liter brandstof (voor meer mformatre, zre hoofdtekst). De werkgelegenheid onder druk IS gedefinieerd als werkgelegenheid die door de afname van de brandstofverkopen onder druk zal komen te staan en vormt daarmee een indicatie van het aantal fte dat ten gevolge van de extra afvloeimg bij pompstatrons zou kunnen verdwijnen. N/T3426r01
11 viu Tabel Sl Inschatting van het brandstofweglekeffect ten gevolge van accrjnsverhoging In tabel Sl staat de schatting van het brandstofweglekeffect van de accijnsverhoging op de drie factoren weergegeven. De geschatte derving van inkomsten uit accijnzen en heffingen op brandstoffen en BTW neemt ten gevolge van de hogere afvloeiing naar het buitenland toe met circa 250 miljoen gulden per jaar. Hiervan bestaat circa 190 miljoen gulden uit accijnzen, ongeveer 50 miljoen gulden uit gederfde BTW inkomsten en circa 10 miljoen uit heffingen. Van de 190 miljoen accijnzen heeft 140 miljoen betrekking op de Duitse grensstreek en 50 miljoen op de Belgische. Het effect van de extra afvloeiing van brandstoffen op de detailhandelsmarge (exclusief BTW) van de Nederlandse pompstations aan de grens ten gevolge van meer gemiste brandstofverkopen wordt geraamd op ruim 15 miljoen gulden per jaar. Uit de modelramingen volgt dat ten gevolge van de extra afvloeiing van brandstoffen door de accijnsverhoging de werkgelegenheid die onder druk komt te staan bij pompstations in Nederland als gevolg van de gemiste omzet circa 250 fte per jaar zal bedragen. Bestedingsweglekefiect Het bestedingsweglekeffect ten gevolge van de extra afvloeiing van brandstoffen naar het buitenland is in deze studie gedefinieerd als de gemiste shopverkopen bij pompstations in de Nederlandse grensstreken en de gemiste verkopen bij de overige detailhandel in deze regio s die zijn gekoppeld aan het tanken. Dit effect wordt uitgedrukt in de bruto winstmarge en de werk elegenheid die onder druk komt te staan ten gevolge van verminderde bestedingen $. Tabel S2 Inschatting van het bestedingsweglekeffect ten gevolge van de acci)nsverhogrng Grensstreek Grensstreek Nederland-Durtsland Nederland-Selgie Gemeste bruto wrnstmarge (mrl)oen guldens 25 5 per laar) Werkgelegenherd onder druk (fte s per laar) Totaal De raming van de verminderde bestedingen 1s gebaseerd op het gemiddeld besteed bedrag per afgevloeide liter, zoals opgegeven door de respondenten, die in het buitenland tanken. Aangezien dit slechts een deel van de waamemrngen betreft, dienen de resultaten ten aanzien van het bestedingsweglekeffect als indicatief te worden beschouwd. lv/t3426rol
12 Na de accijnsverhoging neemt de geschatte totale gemiste winstmarge toe met ruim 30 miljoen gulden per jaar ten opzichte van de situatie voor de accijnsverhoging. Van deze 30 miljoen gulden per jaar komt ruim 1 miljoen gulden voor rekening van de pompstations, het o verige betreft de gemiste winstmarge van de overige detailhandel. Als een gevolg van de hogere afvloeiing na de accijnsverhoging wordt ingeschat dat door de verminderde bestedingen bij pompstations en de overige detailhandel in de grensstreken in totaal circa 390 fte aan werkgelegenheid onder druk komt te staan. Dit betreft voornamelijk werkgelegenheid bij de overige detailhandel, namelijk ruim 380 fte. IV/T34261Ql
13 1 1 Inleiding 1.1 Achtergrond In opdracht van het Ministerie van Financiën, de BOVAG en het Ministerie van Verkeer & Waterstaat heeft het Nederlands Economisch Instituut (NEI) in 1992 onderzoek verricht naar de brandstofafvloeiing in de grensstreken met Duitsland en België. In dit jaar is een rekenmodel ontwikkeld voor het berekenen van de grenseffecten van veranderingen in de prijsstelling van motorbrandstoffen. Het bureau AGB Intomart te Hilversum heeft in het toenmalige onderzoek geparticipeerd door middel van het uitvoeren van een telefonische enquête onder automobilisten in de Duitse en Belgische grensstreken en in Duitsland en België zelf. Het model is daarna binnen het Ministerie van Financiën nog, herhaaldelijk gebruikt voor het maken van effect-inschattingen bij nieuwe beleidsopties. Recentelijk werd echter geconstateerd dat het model, met de bijna vijf jaar oude modelparameters, voor de actuele prijssituaties onvoldoende betrouwbare uitkomsten lijkt te genereren. Hierbij gaat het in het bijzonder om de effecten van de accijnsverhogingen op 1 juli 1997 in Nederland (13 cent inclusief BTW voor benzine en 6 cent inclusief BTW voor diesel). In het onderhavige onderzoek zijn nieuwe metingen in de grensstreken verricht om te komen tot een geactualiseerd model. Bovendien is het model achteraf getoetst aan de hand van een nameting die plaats vond na de invoering van de accijnsmaatregel van 1 juli Doelstelling Het onderzoek omvat de volgende doelstellingen: a) Het schetsen van een actueel beeld (1997) omtrent de tanksituatie in de grensstreken. b) Het updaten van het in 1992 ontwikkelde model aan de hand waarvan nieuwe scenario s omtrent de prijsstelling van brandstoffen kunnen worden doorgerekend op effecten voor: A de afvloeiing van brandstoffen vanuit grensstreken naar België en Duitsland naar type brandstof; A de inkomsten van accijnzen, heffingen en BTW van de overheid; A de detailhandelsmarge en werkgelegenheid ten gevolge van afvloeiing van brandstofverkoopstations; A de winstmarge en werkgelegenheid ten gevolge van: l shopverkopen bij brandstofverkoopstations; l bestedingen bij de overige detailhandel gekoppeld aan tanken. c) Het vormgeven van het te ontwikkelen model op een software-matige wijze die toekomstige scenario-berekeningen door de Ministeries en BOVAG zelf vergemakkelijkt in vergelijking met het in 1992 ontwikkelde model. NEI, Grenseffecten van verandermgen in de prijsstellmg van motorbrandstoffen, Rotterdam, juni IV/T3426rOl
14 d) Het meten van het feitelijke tankgedrag in de grensstreken na invoering van de accijnsverhoging op 1 juli 1997 en indien nodig, het aanpassen van het model op basis van deze nameting. 1.3 Aanpak onderzoek op hoofdlijnen In het onderhavige onderzoek is het in 1992 ontwikkelde model van het NE1 als uitgangspunt genomen en is dit model geactualiseerd op basis van twee metingen: A een voormeting waarbij het tankgedrag vóór de accijnsverhoging is onderzocht en tevens enkele what-if vragen zijn gesteld met betrekking tot het vermoedelijke tankgedrag bij andere prijsverhoudingen (onder andere prijsverhouding na accijnsverhoging 1 juli 1997); A een nameting waarbij wordt gevraagd naar het feitelijke tankgedrag na de accijnsverhoging. Voormeting Het in 1992 ontwikkelde model is opnieuw gevuld met gegevens, die een betrouwbaarheid hebben die vergelijkbaar is met het onderzoek uit Dit betekent in de praktijk dat de volgende stappen zijn doorlopen: A vaststelling nieuwe modelstructuur; A veldwerk in de periode april-juni 1997 op basis van een vraagstelling die vergelijkbaar is met de vorige, maar waarin de accijnsverhoging van 1 juli 1997 is verwerkt; A opnieuw schatten van de modelvergelijkingen; A het actualiseren van de gegevens ten aanzien van onder andere zonale gegevens met betrekking tot autobezit, afstanden, brandstofprijzen, e.d.; A het uitvoeren van enkele prijsstellingsscenario s (onder andere situatie na accijnsverhoging 1 juli 1997). Nameting Na de invoering van de accijnsverhoging op de brandstofprijzen, zijn de volgende stappen genomen: A veldwerk waarin is gevraagd naar het feitelijke tankgedrag van automobilisten in de grensstreken; A vergelijken van het feitelijk tankgedrag met de a priori berekende afvloeiing na de accijnsverhoging en bijstellen van het model voor verschillen in berekende en gemeten gedragseffecten. 1.4 Opbouw rapport Het rapport is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 wordt de structuur van het grenstank-model beschreven. Vervolgens worden in hoofdstuk 3 de actuele data gepresenteerd die als input in dit model dienen. De opzet en resultaten van de telefonische enquête in de situatie voor en na de accijnsverhoging worden in hoofdstuk 4 gerapporteerd. Hoofdstuk 5 gaat tenslotte in op de resultaten van berekeningen met het grenstank-model. rv/t
15 2 Structuur grenstank-model De algemene structuur van het grenstank-model staat weergegeven in figuur 2.1. Het grenstank-model is opgebouwd uit drie modules : 1. Module 1 - afvloeiing; 2. Module 2 - brandstofweglekeffect; 3. Module 3 - bestedingsweglekeffect. Figuur 2 1 Algemene structuur grenstank-model Module 1 Afvloeiing 1 Module 2 Brandstofweglekeffect II Module 3 Bestedingsweglekeff eet In module 1 wordt de totale afvloeiing van brandstoffen per jaar vanuit de grensstreken naar het buitenland bij een prijsstelling in de uitgangssituatie en in een scenario geraamd. Aan de hand van het verschil tussen de geschatte brandstofafvloeiing van beide prijsstellingen wordt vervolgens in module 2 het effect van deze wijziging in de afvloeiing op de inkomsten van accijnzen en BTW van de overheid en op de detailhandelsmarge en werkgelegenheid van de brandstofverkoopstations geschat. In module 3 wordt tot slot het effect van de bestedingen gekoppeld aan de verandering in het grenstanken geraamd. In de volgende paragrafen wordt de structuur van iedere module afzonderlijk beschreven. 2.1 Module 1 - afvloeiing In figuur 2.2 staat de structuur van module 1 van het grenstank-model weergegeven. In deze module wordt de totale afvloeiing van brandstoffen per jaar vanuit de grensstreken naar het buitenland bij een prijsstelling in de uitgangssituatie en in een scenario geraamdr2. De modelstructuur IS beschreven exclusief dynanusermg, dat wil zeggen, dat wordt verondersteld dat de output van het model een evenwichtssltuatie weergeeft. * De modelstructuur wordt beschreven voor de situatre waarin de brandstofprqzen in Nederland hoger zqn dan de prijzen m Dmtsland en Belgre. Met de urtgangssituatre wordt de situatie bedoeld die op het moment van gebruik van het model geldt. IV/T3426rOl
16 Afvloeiing = het aantal liters brandstof dat door Nederlandse automobilisten woonachtig in de grensstreken wordt getankt in Duitsland en België, inclusief de liters die bii een eelíike tiríisstelhn~ in alle landen in het buitenland worden geta.nktn. Bij de berekening van deze brandstofafvloeiing wordt gecorrigeerd voor de extra verreden kilometers/verstookte liters ten gevolge van het tanken over de grens. Input module 1 De input van deze module bestaat zowel uit vaste als variabele gegevens. Variabele gegevens kunnen worden gewijzigd door de gebruiker van het model, vaste gegevens niet. De vaste data zijn: A de indeling van het grensgebied naar zones op basis van de hemelsbrede afstand tot de grens; A de relatie tussen de werkelijke afstand van woonplaats tot het pompstation en de hemelsbrede afstand van woonplaats tot de grens, inclusief een correctiefactor voor tanken vanaf andere plaats dan de woonplaats (zie bijlage 1); A de relatie tussen de afvloeiing per auto per maand naar D/B enerzijds en de prijsverhouding Nl/B of Nl/D en de werkelijke afstand tot het pompstation anderzijds (zie bijlage 1); A het totaal aantal afgelegde kilometers per maand per brandstofsoort voor autobezitters woonachtig in het grensgebied, exclusief extra afgelegde kilometers ten gevolge van het tanken over de grens. De variabele data omvatten: A de brandstofprijzen in de uitgangssituatie in de grensstreken van Nederland, Duitsland en België per brandstofsoort; A de omzetverhouding tussen de verschillende soorten benzines in de uitgangssituatie; A het autopark per grenszone naar benzine en diesel in de uitgangssituatie *; A het gemiddelde brandstofverbruik per kilometer naar benzine- en dieselauto s in de uitgangssituatie. Daarnaast is een scenariovariabele gedefinieerd, waarmee een scenario ten aanzien van een mutatie in de Nederlandse brandstofprijzen kan worden doorgerekend. Deze mutatie wordt door de gebruiker opgegeven als een wijziging in de accijnzen inclusief BTW. l3 Wellicht zal een aantal automobilisten woonachtig in de Nederlandse grensstreken om andere redenen dan het prqsverschil over de grens tanken (mkopen/boodschappen doen m het buitenland, drchtstbijzqnde pompstation, etc.). De veronderstellmg is dat bij een gelijke prijsstellmg deze in het bultenland getankte hters zullen worden gecompenseerd door liters die in Nederland om dezelfde redenen worden getankt door automobilisten woonachtig in Duitsland en Belg@; l4 In het spreadsheet-model is een afzonderlijk blad opgenomen, waarin per relevante gemeente het autopark kan worden opgegeven. Tevens kan de gebruiker de verdeling benzine/diesel-auto s wijzigen. Het model berekent vervolgens het autopark per grenszone naar benzine en diesel. IV/T3426rQi
17 Piguur2.2 Struchlurmodule1-afvloeiing INPUT.VAR. Pompprrjzen m grensstreek (Hfl/ liter) NL/D/B, urtgangssituatre A Super (gelood) 1 A Super Plus (loodvnj) / ; ;;;e~oodv 3) lnput,vast Indeling Belgische en Duitse grensstreek naar zones o.b.v. hemelsbrede afstand 0-5 km km 5-10 km km km km SCENARIO Prijsmutatie (accijnsverhoging &l. BTW) A benzine A diesel i INPUT,VAR. Gmzetverhouding benzines l Prrjsverhoudmg A benzme A diesel NL03 en NWD Gemiddelde hemelsbrede afstand tot de grens per zone Gemrddelde werkelijke afstand 1 tot pompstation per zone 1 INPUT,VAS tussen prijsverhouding, afstand en het aandeel afvloeimg gelankte liters per auto per maand L INPUT,VAS' Gemrddeld krlometrage per auto, per maand, per grensstreek A benzme A diesel I INPlJT,VAR % in buitenland getankte liters t.o.v. totaal per auto, per maand, per zone A benzine A dresel lv/t3426dl Totaal verbnnk per auto, per maand, per grensstreek A benzine A dresel Aantal m buitenland getankte liters per auto, per maand, per zone A benzine INPUT,VAR A diesel Autobezn per zone A benzme 1 A dresel -- Totale afvloering, mtgangssituatie en scenarro, per jaar, per zone A benzme A desel OUTPUT
18 6 Berekeningen module 2 De volgende berekeningen worden achtereenvolgend uitgevoerd: 1. Berekening gemiddelde werkelijke afstand tot het pompstation per grenszone op basis van: A gemiddeld e h emelsbrede afstand tot grens per zone; A relatie werkelijke afstand tot pompstation en hemelsbrede afstand tot grens. 2. Berekening van prijsverhouding per liter brandstof tussen Nederland en Duitsland en tussen Nederland en België voor benzine en diesel (in uitgangssituatie en in scenario), op basis van: A brandstofprijzen in uitgangssituatie per soort per liter in grensstreken; A scenariovariabele prijsmutatie; A omzetverhouding tussen soorten benzines. 3. Berekening van het aandeel van de afvloeiing van liters benzine en diesel ten opzichte van het totale verbruik van benzine en diesel per auto per maand per grenszone (in uitgangssituatie en in scenario), op basis van: A relatie aandeel afvloeiing liters ten opzichte van totale verbruik per auto per maand met prijsverhouding en afstand; A output stap 1 en Berekening van afvloeiing van liters benzine en diesel naar buitenland per auto per maand per grenszone (in uitgangssituatie en in scenario), op basis van: A het totaal aantal afgelegde kilometers per maand per auto per grenszone; A het gemiddelde verbruik per kilometer; A output stap Berekening totale afvloeiing van liters benzine en diesel naar buitenland per jaar per zone (in uitgangssituatie en in scenario), op basis van: A autopark per grenszone naar benzine en diesel; A output stap 4. Output module 1 De totale afvloeiing van liters benzine en diesel naar Duitsland en België per jaar per grenszone voor de opgegeven prijsstelling in de uitgangssituatie en voor het opgegeven scenario. 2.2 Module 2 - brandstofweglekeffect In figuur 2.3 staat de structuur van module 2 van het grenstank-model weergegeven. In deze module wordt bepaald wat de effecten van de verandering van de afvloeiing van liters benzine en diesel naar het buitenland zijn op de inkomsten van accijnzen, heffingen en BTW van de overheid en op de detailhandelsmarge en de werkgelegenheid van de brandstofverkoopstations. Input module 2 De vaste input van module 2 betreft de output van module 1, de totale afvloeiing van liters benzine en diesel naar Duitsland en België per jaar per grenszone voor de opgegeven prijsstelling in de uitgangssituatie en voor het opgegeven scenario. Deze wordt voor beide prijsstellingen geaggregeerd over de grenszones en vervolgens wordt de totale verandering in de geschatte afvloeiing ten gevolge van de opgegeven prijsmutatie bepaald. N ft3426rol
19 7 De variabele input omvat de volgende data: A opbouw landelijke brandstofprijzen per liter in de uitgangssituatie naar produktieprijs exclusief detailhandelsmarge, detailhandelsmarge, alccijnzen, heffingen en BTW; A brandstofprijzen per liter gemeten in de grensstreken van Nederland in de uitgangssituatie (zie module 1); A omzetverhouding tussen soorten benzines (zie module 1); A omzet/werknemer bij brandstof-verkoopstations in uitgangssituatie (omzet exclusief BTW, per fte (=full time equivalent)). N/T3426rOl
20 Figuur 2.3 Structuur module 2 - brandstofweglekeffect lnput.var. L Opbouw pomppnjs per liter, nationaal, uitgangssituatie A Super (gelood) A Super Plus (loodvnj) A Euro (loodvrij) A Diesel naar A produktieprijs (excl marge) A handelsmarge (variabel) A accijnzen/hefflngen ABTW I J Pompprijzen in grensstreken (HfMiter), uitgangssituatie NL, D, B A Super (gelood) A Super Plus (loodvrij) A Euro (loodvrij) A Dlesel PriJsmutatIe (accijnsverhogmg &cj. BTW) SCENARIO Opbouw pompprijzen in grensstreken (evt aangepaste handelsmarge) in ultgangssltuatie Omzetverhouding benzines INPUT,VAR I INPUT,VAST (output module 1) 1 I Verandering afvloermg per Jaar t g v. prijsmutatie A benzine A diesel Opbouw brandstofprijzen grensstreken, per liter, in scenario A benzine A diesel i I Prijs brandstof (excl BTW) INPUT,VAR 1, t OUTPUT 4 Effect inkomsten BTW per jaar I INPUT,VAR )l- N/T3426rOl -1 r F-1 OUTPUT
21 9 Berekeningen module 2 In deze module worden de volgende berekeningen uitgevoerd: 1. Opbouw brandstofprijzen per liter in de grensstreken van Nederland in de uitgangssituatie naar produktieprijs exclusief detailhandelsmarge, detailhandelsmarge, accijnzen, heffingen en BTW, op basis van: A opbouw landelijke brandstofprijzen in de uitgangssituatie naar diverse aspecten; A brandstofprijzen in uitgangssituatie gemeten in de grensstreken van Nederland. 2. Opbouw brandstofprijzen na opgegeven prijsmutatie van benzine- en dieselprijzen per liter in de grensstreken naar diverse aspecten, op basis van: A output stap 1; A scenariovariabele prijsmutatie; A omzetverhouding tussen benzines. 3. Effect op inkomsten van accijnzen, heffingen en BTW van de overheid ten gevolge van verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar het buitenland, op basis van: A totale verandering in afvloeiing van liters benzine en diesel naar buitenland ten gevolge van prijsmutatie in opgegeven scenario; A accijnzen, heffingen en BTW per liter in grensstreken in de uitgangssituatie (output stap 1, bij accijnsverhoging) of in het scenario (output stap 2, bij accijnsverlaging). Figuur 2 4 Illustrahe effect op totale mkomsten van accqnzen vanmt grensstreken ten gevolge van een accqnsver- ww accijns per liter brandstof acajns- verhoging t nieuw oud ml positief effect tgv hogere accijns ml negatief effect tgv extra afvloeiing # getankte liters brandstof in NI door automobilisten woonachtig nieuw oud extra afiloeiing In figuur 2.4 wordt geïllustreerd wat een accijnsverhoging voor effect heeft op de inkomsten van accijnzen voor de overheid vanuit de grensstreken van Nederland. Enerzijds gaat het om een positief effect door een toename van de accijnsinkomsten op het aantal liters brandstof dat door automobilisten woonachtig in de grensstre- IV/T3426rOl
22 10 ken in de nieuwe situatie nog steeds in Nederland wordt getankt. Anderzijds om een negatief effect door het wegvallen van de inkomsten op het aantal liters brandstof dat door automobilisten woonachtig in de grensstreken voorheen in Nederland werd getankt en in de nieuwe situatie in het buitenland wordt getankt (=toename afvloeiing * oude acci nsniveau per liter). Laatstgenoemde effect wordt berekend in het grenstank-model 5, eerstgenoemde effect blijft buiten beschouwing. 4. Effect op detailhandelsmarge (exclusief BTW) van Nederlandse pompstations in grensstreken door wijziging in brandstofverkopen ten gevolge van verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar het buitenland, op basis van: A totale ierandering in afvloeiing van liters benzine en diesel naar buitenland ten gevolge van prijsmutatie in opgegeven scenario; A detailhandelsmarge (exclusief BTW) per liter benzine en diesel in grensstreken in de uitgangssituatie (output stap 1). Figuur 2 5 Illustrahe effect op totale detatiandelsmarge van pompstations m grensstreken ten gevolge van een accqnsverhogmg marge per liter brandstof A negatief effect tgv lagere marge negatief effect tgv extra afvloeiing afname marge oud fgv acc@s- verhoging nieuw # getankte liters brandstof in NI door automobilisten woonachtig nieuw oud extra afiloeirng In figuur 2.5 wordt geïllustreerd wat een accijnsverhoging voor effect heeft op de detailhandelsmarge van pompstations in de grensstreken van Nederland. Ten eerste gaat het om een negatief effect door het wegvallen van de marge op het aantal liters brandstof dat door automobilisten woonachtig in de grensstreken voorheen in Nederland werd getankt maar in de nieuwe situatie in het buitenland wordt l5 In het geval van een acajnsverlnglng betreft het een positiefeffect door de extra inkomsten op het aantal liters brandstof dat door automoblhsten woonachtig m de grensstreken voorheen in het buitenland werd getankt (en dus geen accilnsinkomsten opleverde) en m de nieuwe situatie m Nederland wordt getankt (=afname afvloenng * nieuwe accijnsniveau per liter). IV/T3426rOl
23 11 getankt (=toename afvloeiing + oude niveau marge per liter). Dit effect wordt berekend in het grenstank-model. Indien de pomphouders in de grensstreken de accijnsverhoging niet volledig in de prijs doorrekenen, zal de detailhandelsmarge per liter brandstof bij desbetreffende pompstations dalen16. Dit heeft een negatief effect tot gevolg op de marge van het aantal liters brandstof dat door automobilisten woonachtig in de grensstreken in de nieuwe situatie nog steeds in Nederland wordt getankt. Dit effect blijft in het grenstank-model buiten beschouwing. In het model wordt verondersteld dat de marge niet verandert ten gevolge van de opgegeven prijsmutatie. 5. Effect op omzet (exclusief BTW) van Nederlandse pompstations in grensstreken ten gevolge van verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar het buitenland, op basis van: A prijs (exclusief BTW) per liter benzine en diesel in grensstreken in de uitgangssituatie (output stap 1, bij accijnsverhoging) of in het scenario (output stap 2, bij accijnsverlaging); A totale verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar buitenland ten gevolge van prijsmutatie in opgegeven scenario. Het betreft hier (in het geval van een accijnsverhoging) wederom alleen het effect van het wegvallen van de omzet van het aantal liters dalt door automobilisten woonachtig in de grensstreken voorheen in Nederland werd getankt en in de nieuwe situatie in het buitenland wordt getankt (=toename afvloeiing * oude niveau prijs per liter). 6. Arbeidsplaatsen bij Nederlandse brandstofverkoopstations in grensstreken die samenhangen met het effect op de omzet van brandstoffen ten gevolge van de verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar buitenland, op basis van: A output stap 5; A omzet/werknemer bij brandstofverkoopstations. Output module 2 1. Effect op inkomsten van accijnzen, heffingen en BTW van de overheid ten gevolge van verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar het buitenland. 2. Effect op detailhandelsmarge (exclusief BTW) van Nederlandse brandstofverkoopstations in grensstreken door gewijzigde brandstofverkopen ten gevolge van verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar het buitenland. 3. Arbeidsplaatsen bij Nederlandse brandstofverkoopstations in grensstreken die samenhangen met het effect op de omzet van brandstoffen ten gevolge van verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar het buitenland (in fte). 2.3 Module 3 - bestedingsweglekeffect In figuur 2.6 staat de structuur van module 3 van het grenstank-model weergegeven. Ln deze module worden de effecten geraamd van de verandering van de afvloeiing l6 De hoogte van de dalmg van de marge per liter IS afhankelijk van de hoogte van tegemcetkommgen van overheid (subsidieregelmgen) en/of oliemaatschappqen (lagere produktieprijzen). N/T34261Ql
24 12 NE/ A w r van brandstoffen naar het buitenland op de bestedingen bij de shops van Nederlandse brandstofverkoopstations en bestedingen bij de overige detailhandel in de Nederlandse grensstreken. Input module 3 De vaste input van module 3 is: A de output van module 1, de totale afvloeiing van liters benzine en diesel naar Duitsland en België per jaar per grenszone voor de opgegeven prijsstelling in de uitgangssituatie en voor het opgegeven scenario. Deze wordt voor beide prijsstellingen geaggregeerd over de grenszones en vervolgens wordt het verschil bepaald; A gemiddeld besteed b e d rag per afgevloeide liter brandstof per grensstreek (inclusief BTW): l bij shops van brandstofverkoopstations in het buitenland; l bij de overige detailhandel in het buitenland. De variabele inputgegevens zijn: A gemiddeld e b ru t o winstmarge shopverkopen pompstations en overige detailhandel in de uitgangssituatie; A omzet/werknemer bij pompstations en bij overige detailhandel in de uitgangssituatie (omzet exclusief BTW); A de BTW-tarieven in Duitsland en België in de uitgangssituatie. Berekeningen module 3 In module 3 worden de volgende berekeningen uitgevoerd: 1. Berekenen van totale effect op omzet (exclusief BTW): A bij shops van brandstofverkoopstations in de Nederlandse grensstreken; A bij de overige detailhandel in de Nederlandse grensstreken. op basis van: l de totale verandering van afvloeiing van liters benzine en diesel naar Duitsland en België per jaar per grenszone; l gemiddeld besteed bedrag per afgevloeide liter brandstof per grensstreek (inclusief BTW): - bij shops van brandstofverkoopstations in het buitenland; - bij de overige detailhandel in het buitenland; - de BTW tarieven in Duitsland en België. 2. Berekenen van effect op bruto winstmarge: A van shops van brandstofverkoopstations in de Nederlandse grensstreken; A van de overige detailhandel in de Nederlandse grensstreken op basis van: l output stap 1; l gemiddelde bruto winstmarge: - van shops van brandstofverkoopstations; - van de overige detailhandel. 3. Berekenen van arbeidsplaatsen die samenhangen met de verandering in omzet door gewijzigde bestedingen bij: A shops van brandstofverkoopstations in de Nederlandse grensstreken; A de overige detailhandel in de Nederlandse grensstreken op basis van: l output stap 1; 0 omzet/werknemer: IV/T3426rOl
25 - bij brandstofverkoopstations; - bij de overige detailhandel. Output module 3 1. Effect op bruto winstmarge ten gevolge van gewijzigde bestedingen gekoppeld aan het tanken bij: A shops van Nederlandse brandstofverkoopstations in grensstreken; en A overige detailhandel in Nederlandse grensstreken. 2. Arbeidsplaatsen die samenhangen met de verandering in omzet door gewijzigde bestedingen gekoppeld aan het tanken bij: A shops van Nederlandse brandstofverkoopstations in grensstreken; en A overige detailhandel in Nederlandse grensstreken. IV/T3426rOl
26 14 Piguur 2.6 Strucluur i module 3 - beded&m~+hffed lnput,vast Bruto besteed bedrag shops van pompstations per afgevloeide liter A Belgd A Duitsland Bruto besteed bedrag ovenge detailhandel per afgevloeide liter A België A Duitsland lnpw.vast r INPUT,VAR BTW-tarieven r A Belgre A Durtsland I LJ Netto besteed bedrag shops van pompstatrons per afgevloeide liter A België A Duitsland INPUT,VAST (output module 1) Verandering afvloeung per jaar t.g.v pnjsmutatie A benzine A diesel I J Netto besteed bedrag overige detailhandel per afgevloeide liter A België A Duitsland I Effect op omzet overige detailhandel per jaar J rnput.vai-2 I rnput,var INPUT,VAR MPwr,VAR. El-- EI] OUTPU OUTPUT Effect marge shopverkopen pompstatrons per jaar I Effect marge overige detailhandel per jaar OUTPIJ r Eff èct werkgelegenheid tg. v omzet ove :rige detailhandel per,jaar
27 3 Actualisatie data grenstank-model 3.1 Data module 1 - afvloeiing Brandstofprijzen in grensstreken Gemeten prijzen vóór de accijnsverhoging In de onderstaande tabellen zijn de gemiddelde brandstofprijzen en -prijsverschillen aangegeven, zoals deze zijn gemeten aan beide zijden van de Nederlands-Duitse en Nederlands-Belgische grens in de periode 9-11 april De waarnemingen zijn gedaan in de grensstreken met Duitsland en België, in dorpen en steden, langs snelwegen, en langs doorgaande wegen, zowel naar de grens als in het binnenland. Per provincie en per grensstreek zijn gemiddelde prijzen berekend en op basis daarvan de prijsverschillen. Ook zijn de landelijke prijzen gegeven, die door de meeste pompstations in het binnenland in dezelfde periode werden gevoerd. De prijzen in buitenlandse valuta zijn omgerekend naar Nederlandse valuta tegen het gemiddelde van de midden- en de aankoopkoersen van dat moment (DM 100 = f 113,lO en BFR 100 = f 5,526). Hierbij wordt ervan uitgegaan dat betalingen in vreemde valuta zowel contant als giraal zullen worden verricht. Tabel 3 1 Cermddelde brandstofpriy.en m grensstreek Nederland-Duitsland, gemeten m periode 9-11 apnll997 Grensstreek Nederland-Duitsland Nederland DuMand Pri~sverschd N-D Prqsratio N/D Overijssel: Nederland Dmtsland Pnjsverschd N-D Gelderland : Nederland Dmtsland Pnjsverschd N-D Limburg : Nederland Dmtsland Pqsverschil N-D Landelijk: Nederland Dmtslandb Super gelood nuddelde brands Super plus 1OOdVl-l~ Geen (m cente E ure loodvnj nesel 214,l ,7 138,9 191,o 187,2 181,6 136,3 23,l 19,0 19,l 25 1,12 1,lO 1,ll 1,02 213,8 205,5 200,l 139,9 192,4 188,6 182,9 144,4 21,4 16,9 17,l 4,5 214,6 207,7 202,l 140,9 192,l 188,6 183,l 136,6 22,4 19,0 19, ,2 189,2 25,0 215 I 206,o 185,5 2or.5 I 200,o 179,B m3 I 136J 133,7 2,6 4 Landelqke admesprqzen verkregen vz de ANWB. b) Landelilke admespqzen verkregen v1a de ANWB, volgens opgave hggen de werkelijke pnjzen een aantal procenten lager. Bron. NEI, mebng in de Belgrsche en Duitse grensstreek, 9-11 april 1997, Fmancleel Dagblad, valuta koersen. IV/T
28 16 Zoals uit tabel 3.1 en 3.2 blijkt, liggen de brandstofprijzen in de grensstreken van Nederland duidelijk lager dan in het binnenland van Nederland, vooral diesel is in eerstgenoemde streken goedkoper. Ook blijken de Nederlandse prijzen in de grensstreek met Duitsland lager te zijn dan in de grensstreek met België, waarschijnlijk door het veel grotere prijsverschil met de pompen over de grens in eerstgenoemde gebied. Tabel 3.2 Germddelde brandstofpnjzen m grensstreek Nederland-Belg+, gemeten m penode 9-11 apnll997 Grensstreek Nederland Belgre Prqsversdul N-B Pnjsratio N/B Noord-Brabant Nederland Belge Prilsverschil Limburg : Nederland Belgie Pnjsverschil Landelijk: Nederland Belfleb Nederland-België N-B N-B Geroddelde brandstofprqzen (in centen) Super gelood Super plus Euro loodvnj loodvnj ,9 215,2 203,2 197,5-0, lm 1,02 1,02 214,4 207,6 201,8 213,7 201,9 196,4 0, , , ,8 U 3, besel 140, ,Ol 141,o 139,B ,2 138,5 2,7 143b Landelijke admesprqzen verkregen m.a ANWB. b) Landelijke admesprqzen verkregen via de ANWB, volgens opgave hggen de werkelijke pnjzen een aantal procenten lager Bron NEI, meting m de Be@che en Dmtse grensstreek, 9-11 april 1997; Fmancleel Dagblad, valuta koersen. Tussen de verschillende provincies van de grensstreken zijn ook verschillen te zien, waarbij vooral de lage dieselprijs in Limburg aan de Duitse grens opvalt. Aan Duitse zijde van de grens met Limburg zijn de prijzen voor alle brandstofsoorten beduidend lager dan in de overige Duitse regio s aan de grens met Nederland. Opvallend is dat in de grensstreek van Nederland-België de prijzen in Limburg en aan de Belgische zijde van de grens met Limburg juist hoger liggen dan in de andere regio s langs deze grens. Gemeten prijzen na de accijnsverhoging In de periode van september 1997 zijn, evenals tijdens de voormeting, de brandstofprijzen gemeten aan pompstations in de grensstreken van Duitsland en België. In tabel 3.3 en 3.4 staan de gemiddelde brandstofprijzen voor iedere grensstreek en per provincie weergegeven. Bij de berekening van de gemiddelden zijn de gemeten prijzen gewogen met de grootte van het brandstofverkoopstation aan de hand van het aantal aanwezige pompen. IV/T3426rOl
Op-/aanmerkingen Evaluatie accijnsverhoging op diesel en LPG en Bijlage, d.d. 28-5-2014
Op-/aanmerkingen Evaluatie accijnsverhoging op diesel en LPG en Bijlage, d.d. 28-5-2014 1. In de Brief (pag. 4) en Bijlage (pag. 3) wordt gesproken van 51 miljoen extra belastingopbrengsten in het eerste
Nadere informatieInhoud. Achtergrond& doelstelling Onderzoeksopzet Belangrijkste bevindingen Resultaten in detail
Tanken en aankopen over de grens rapportage In opdracht van: BOVAG, NOVE, VNPI Trendbox BV Amsterdam, 24 juli 2013 Inhoud Achtergrond& doelstelling Onderzoeksopzet Belangrijkste bevindingen Resultaten
Nadere informatieDE GRENS BEREIKT. De worsteling van pomphouders in de grensstreek
DE GRENS BEREIKT De worsteling van pomphouders in de grensstreek Emile Roemer, voorzitter SPTweede Kamerfractie Februari 2014 INHOUD INLEIDING 3 ACHTERGROND 4 STEEKPROEF 5 RESULTATEN 6 REACTIES POMPHOUDERS
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 21 665 Wijziging van de Wet op de accïjns van minerale oliën (verhoging van de accijns van benzine) Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING Algemeen Het
Nadere informatieDeel 1: Landelijke ontwikkeling
Deel 1: Landelijke ontwikkeling Accijnstarieven en indexaties De accijnstarieven van diesel en LPG zijn per 1 januari 2014 verhoogd. Daarnaast zijn de accijnstarieven van benzine en diesel geïndexeerd.
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 22 800 IXB Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk IX B (Ministerie van Financiën) voor het jaar 1993 Nr.
Nadere informatieBenzine-accijns op de helling
Benzine-accijns op de helling Auteur(s): Bruinsma, F.R. (auteur) Rietveld, P. (auteur) Vuuren, D. van (auteur) Daniël van Vuuren is als AIO verbonden aan het Tinbergen Instituut. Piet Rietveld en Frank
Nadere informatieINSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE. Studie in opdracht van Fevia
INSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE Studie in opdracht van Fevia Inhoudstafel Algemene context transport voeding Enquête voedingsindustrie Directe
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 752 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2014) Nr. 93 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN Aan
Nadere informatieMaatschappelijke effecten van de accijnsverhoging op diesel en lpg
Maatschappelijke effecten van de accijnsverhoging op diesel en lpg Klaas Bangma; Pieter Fris, Dick Snel Opdrachtgever; BOVAG Zoetermeer, 22 oktober 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatie3. Kenmerken van personenwagens
3. Kenmerken van personenwagens Tabel 29: Verdeling van personenwagens volgens bouwjaarcategorie Bouwjaar categorie bjcat 1990 en eerder 403.46 3.89 403.46 3.89 1991 tot 1995 997.17 9.62 1400.63 13.52
Nadere informatieDe effecten van accijnsmaatregelen. 1. Aanleiding. 2. Accijnzen
De effecten van accijnsmaatregelen 1. Aanleiding Tijdens de behandeling van het Belastingplan 2006 is de motie Bakker 1 aangenomen. In de motie Bakker wordt gesteld dat in het verleden is gebleken dat
Nadere informatieResultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015
Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel
Nadere informatieOpvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).
Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk
Nadere informatieCIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003
CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003 R.J. Kenens L. Hingstman Februari 2004 NIVEL Postbus 1568, 3500 BN UTRECHT Telefoon: 030-27 29 700 www.nivel.nl Pagina 2 van 6 INLEIDING In
Nadere informatieVerkoop van sterk alcoholische dranken in grensgebieden. Het grensgebied met Duitsland onder de loep genomen
Verkoop van sterk alcoholische dranken in grensgebieden Het grensgebied met Duitsland onder de loep genomen Zoetermeer, 29 januari 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik
Nadere informatieAantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016
Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,
Nadere informatieDatum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n)
Aan De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 17 december 2008 2008Z02000/ 2008D06520 Onderwerp Beantwoording vragen
Nadere informatieAccijnsmonitor Resultaten januari t/m december 2013
Accijnsmonitor Resultaten januari t/m december 2013 Accijnsverhoging op tabak: resultaat accijnsmonitor 2013 Op 1 januari 2013 is de accijns op een pakje sigaretten met 35 cent en op een pakje shag met
Nadere informatieVersie 8.07 Autobelastingen Factsheet 2013
Versie 8.07 Hoogte autobelastingen in 2013 Benzineauto Belasting per automobilist 2500 2712 2000 1500 1000 1716 1968 1524 1272 500 De gekozen voorbeeldauto is een gebruikte benzineauto en representeert
Nadere informatieResultaten Conjuntuurenquête jaar 2015
Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Willemstad, Mei 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Concluderende opmerkingen... 17 1 CBS Curaçao mei 2016 Inleiding
Nadere informatieVoorburg, 21 januari 197~ Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV
CONSULT aan Rijkswaterstaat MOGELIJKE VERMINDERING VAN HET BENZINEVERBRUIK DOOR DE INSTELLING VAN SNELHEIDSBEPERKINGEN R-7~-3 Voorburg, 21 januari 197~ Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid
Nadere informatieInitiatiefnota over de accijnsopbrengsten
Initiatiefnota over de accijnsopbrengsten Lid Omtzigt 1 De stijging van de accijnzen levert nauwelijks geld op en het niet meenemen van de grenseffecten is een ernstige fout geweest van de regering, die
Nadere informatiebareqts rans Rechtbank Den Haag Team Administratie Civiel - Algemene Zaken
bareqts rans 902644/16357071089 Rechtbank Den Haag Team Administratie Civiel - Algemene Zaken C/09/486070 1 HA RK 15/137 AANTEKENINGEN MONDELINGEN BEHANDELING VERZOEKSCHRIFT PREPROCESSUELE COMPARITIE van
Nadere informatieKenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek 2009 Versie 2
Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie sociale en regionale statistieken (SRS) Sector statistische analyse voorburg (SAV) Postbus 24500 2490 HA Den Haag Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 135 Initiatiefnota van het lid Omtzigt over de accijnsopbrengsten Nr. 2 INITIATIEFNOTA De stijging van de accijnzen levert nauwelijks geld op
Nadere informatieS 5 Aan Provinciale Staten
Sf groningen S 5 Aan Provinciale Staten lil'.v. :--.':ii. 't, i-'".!! it ^ i"i' \U > i vtïc-i '.-^lujs-l 050 316 49 33 Datum Briefnummer Zaaknummer Behandeld door Telefoonnummer E-mail Antwoord op Bijlagen
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po Regio Zuid- en Oost-Gelderland
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio Zuid- en Oost-Gelderland datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten
Nadere informatieResultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014
Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze
Nadere informatieDGMR Totaal. Figuur 1. DGMR - Milieubelasting per jaar
Notitie Project DGMR Duurzaam Betreft Milieubarometer 2011-2012 Ons kenmerk A.2007.5221.01.N006 Versie 001 Datum 7 oktober 2013 Verwerkt door VI GA Contactpersoon drs. ing. B.E.A. (Bianca) van Osch E-mail
Nadere informatieNieuwe verdeelmodel provinciefonds
Nieuwe verdeelmodel provinciefonds vertaling ijkpunten naar inclusief actualisering Eindrapport Cebeon, 24 mei 2011 I Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Bestuur... 4 3 Verkeer en vervoer... 6 4 Water en
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po Regio Noord-Gelderland
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio Noord-Gelderland datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden.
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po Regio Drenthe / Overijssel
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio Drenthe / Overijssel datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden.
Nadere informatieFinanciële baten van windenergie
Financiële baten van windenergie Grootschalige toepassing van 500 MW in 2010 en 2020 Opdrachtgever Ministerie van VROM i.s.m. Islant Auteurs Drs. Ruud van Rijn Drs. Foreno van der Hulst Drs. Ing. Jeroen
Nadere informatie1. Levensverwachting: realisatie ten opzichte van verwachting
Datum: 14 september 2016 Publicatie AG2016 Gemiddelde stijging van de voorziening circa 0,5%, de zuivere kostendekkende premie neemt gemiddeld toe met circa 0,8%. Op dit moment is de de overlevingstafel
Nadere informatieTrendrapportage Markt. arktwerking en Consumentenvertrouwen in de energiemarkt. Eerste halfjaar 2012
Trendrapportage Markt arktwerking en Consumentenvertrouwen in de energiemarkt Eerste halfjaar 2012 Energiekamer Nederlandse Mededingingsautoriteit Den Haag, september 2012 Inhoud Inleiding en leeswijzer...3
Nadere informatieEerste evaluatie verdienmodel MDV-1 Immanuël
Eerste evaluatie verdienmodel MDV-1 Immanuël Stichting Masterplan Duurzame Visserij februari 2016 p/a Vlaak 4 8321 RV Urk Contactpersoon: drs. J.Luchies T: 0527 681641 E: jluchies@mkbadviseurs.nl www.masterplanduurzamevisserij.nl
Nadere informatieInitiatiefnota accijnsopbrengsten en brief over oldtimers. Pieter Omtzigt Tweede Kamerlid voor het CDA
Initiatiefnota accijnsopbrengsten en brief over oldtimers Pieter Omtzigt Tweede Kamerlid voor het CDA 110 Volumeontwikkeling motorbrandstoffen Kwartaal 1, 2011 = 100 Autogas (LPG) Motorbenzine Autodiesel
Nadere informatieDe gevolgen van de accijnsverhogingen in 2013 In 2013 werden de minimum accijnstarieven enorm verhoogd:
Standpunt van de tabakswinkeliers en de tabaksgroothandel verenigd in de NSO resp. TZN over de accijnsverhoging in 2020 op sigaretten en rooktabak (april 2019). In het Nationaal Preventieakkoord wordt
Nadere informatieDe Tweedehands Automarkt en Variabilisatie. achterliggend rapport bij deelrapport 1: een marktverkenning - tabellenboek
De Tweedehands Automarkt en Variabilisatie achterliggend rapport bij deelrapport 1: een marktverkenning tabellenboek \inisterie van Verkeer en Waterstaat 'irectoraatgeneraal Rijkswaterstaat Colofon Uitgave:
Nadere informatieActualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009
Aan: Van: Ashna Nakched Evert Pommer en Klarita Sadiraj Inlichtingen bij Evert Pommer e.pommer@scp.nl T 7947 kamer D-0608 Datum 24 januari 2010 Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009 Het ministerie van
Nadere informatieEffecten op de koopkracht variant A en variant B Anders Betalen voor Mobiliteit/ ABvM
Effecten op de koopkracht variant A en variant B Anders Betalen voor Mobiliteit/ ABvM Samenvatting belangrijkste resultaten Op verzoek van V&W heeft SZW een eerste inschatting gemaakt van de koopkrachteffecten
Nadere informatieGraydon Kwartaalmonitor Q3 2018
Graydon Kwartaal monitor 1 Voorwoord Inhoud De economie zit duidelijk in de lift. Na eerdere positieve berichten over de groeiende omvang van het Nederlandse bedrijfsleven, blijkt ook uit deze Graydon
Nadere informatie5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.
5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 + H2 Conform Co₂-prestatieladder 3.0 Verantwoording Titel Voortgangsrapportage CO₂-emissies Periode Januari 2016 t/m december 2016 Revisie 1.0 Datum
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po Regio Zeeland
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden. Niets uit
Nadere informatieResultaten Conjunctuurenquete 2014
Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen
Nadere informatiePERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. module Gezondheid en Arbeid
PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE module Gezondheid en Arbeid 2000 DOCUMENTATIE pagina 1 Inhoudsopgave Inleiding 1. Doelstellingen onderzoek 1.1 Doel onderzoek 1.2 Onderzoeksopzet 1.3 Opdrachtgever 1.4
Nadere informatie5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.
5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2 Conform Co₂-prestatieladder 3.0 Verantwoording Titel Voortgangsrapportage CO₂-emissies Periode Januari 2015 t/m december 2015 Revisie 1.0 Datum
Nadere informatieOntwikkeling provinciale belasting
Ontwikkeling provinciale belasting 2015-2019 C. Hoeben COELO Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden COELO Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden Faculteit
Nadere informatieDe belangrijkste conclusies die op basis van de tellingen in 2018 (in vergelijking met 2016) kunnen worden getrokken zijn:
FACTSHEET Tellingen Coffeeshopbezoekers Roermond Resultaten metingen 2018: april en augustus In opdracht van de gemeente Roermond voert Breuer&Intraval jaarlijks (van 2018 tot en met 2021) tellingen uit
Nadere informatieDoorrekenen H2 scenario
Doorrekenen H2 scenario Significant B.V. 28 oktober 2010 Paul van Hooff Scenarioberekeningen Om de gevolgen van veranderingen in de samenstelling van de busvloot in de Stadsregio Arnhem Nijmegen te kunnen
Nadere informatieWillemstad, mei Resultaten Conjunctuurenquête 2016
Willemstad, mei 2017 Resultaten Conjunctuurenquête 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 5 1.1 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen... 5 1.2 Concurrentiepositie...
Nadere informatieMemorandum. Technical Sciences Brassersplein 2 2612 CT Delft Postbus 5050 2600 GB Delft. Aan Bestuur stichting Pensioenfonds TNO. www.tno.
Memorandum Aan Bestuur stichting Pensioenfonds TNO Van Dr. F. Phillipson Onderwerp Risicobereidheidsonderzoek Pensioenfonds TNO Inleiding In de periode juni-augustus 2014 is er een risicobereidheidsonderzoek
Nadere informatieActualisatie berekening basismobiliteit regio Achterhoek. Rapport
Actualisatie berekening basismobiliteit regio Achterhoek Rapport Actualisatie berekening basismobiliteit regio Achterhoek Rapport In opdracht van: Regio Achterhoek 10 augustus 2015 Nummer: 0027-R-D Cissonius
Nadere informatieMoerdük. ge meente. o 80% ervaart de geboden ondersteuning als nuttig RAADSINFORMAT EBRIEF
ge meente Moerdük RAADSINFORMAT EBRIEF Van Col van en wethouders Aan de leden van de qemeenteraad Onderuverp Nummer griffie Zaaknummer Documentnummer 7 g ð69 v2q 3q3 Cliëntervaringsonderzoek Wet maatschappelijke
Nadere informatieCarbon footprint BT Nederland NV 2014
Carbon footprint BT Nederland NV 2014 1 Inleiding Ten behoeve van het behalen van niveau 3 van de CO 2 Prestatieladder heeft BT Nederland N.V. (hierna BT Nederland) haar CO 2-uitstoot (scope 1 & 2 emissies)
Nadere informatieOktober Regionale Recessie Barometer Rotterdam. Economische verwachting tot 2011
Economische verwachting tot 2011 Oktober 2009 CONCLUSIES Zakelijke diensten, zorg en logistiek hebben een belangrijk aandeel in de Rotterdamse werkgelegenheid. Verwachte daling van werkgelegenheid in Rotterdam
Nadere informatie(autogas en propaan)
Petitie Geen accijnsverhoging LPG (autogas en propaan) De Vereniging Vloeibaar Gas (VVG) vraagt u de voorgenomen accijnsverhoging op LPG met 0,07 per liter naar 0,18 per liter per 1 januari 2014 niet door
Nadere informatieSamenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk
Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 Definitieve rapportage 4 augustus 2016 DATUM 4 augustus 2016 TITEL Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 ONDERTITEL
Nadere informatieOnderzoek Alumni Bètatechniek
Onderzoek Alumni Bètatechniek 0 meting - Achtergrond Eén van de knelpunten op de Nederlandse arbeidsmarkt is een tekort aan technisch geschoolden. De Twentse situatie is hierin niet afwijkend. In de analyse
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio Utrecht
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden. Niets uit
Nadere informatieRapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012
Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012 Oktober 2013 Samenvatting Provinciebreed wordt er in 2012 met 91% van de medewerkers een planningsgesprek gevoerd, met 81% een voortgangsgesprek en met
Nadere informatieOpenbaarvervoer-, auto- en multimodale ontsluiting werkgebieden,
Openbaarvervoer-, auto- en multimodale ontsluiting werkgebieden, 1996-2016 Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere
Nadere informatieWijziging Gebruikelijkloonregeling
Notitie Wijziging Gebruikelijkloonregeling datum 5 november 2015 Aan Van StartupDelta N. Rosenboom en T. Smits, SEO Economisch Onderzoek Rapportnummer 2015-78 Conclusie SEO Economisch Onderzoek heeft de
Nadere informatiePersbericht. Afzetprijzen industrie gestegen. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-071 30 maart 2001 9.30 uur Afzetprijzen industrie gestegen Na drie maanden van prijsdalingen zijn de prijzen van Nederlandse industrieproducten in februari
Nadere informatieBijlagen hoofdstuk 8 Mobiliteit Lucas Harms
Thuis op het platteland. De leefsituatie van platteland en stad vergeleken. Anja Steenbekkers, Carola Simon, Vic Veldheer (red.). Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, januari 2006 Bijlagen hoofdstuk
Nadere informatieWKK-barometer december. Zwartzustersstraat 16, bus Leuven
WKK-barometer 2016 december Zwartzustersstraat 16, bus 0102-3000 Leuven 016 58 59 97 info@ @cogenvlaanderen.be www.cogenvlaanderen.be Dit is de tweede WKK-barometer die COGEN Vlaanderen publiceert. De
Nadere informatieRapportage Vergelijkend Onderzoek naar Ziekteverzuim SW-sector 2003
Rapportage Vergelijkend Onderzoek naar Ziekteverzuim SW-sector 2003 Inleiding In het arboconvenant Sociale Werkvoorziening is bepaald dat jaarlijks een vergelijkend onderzoek naar de hoogte van het ziekteverzuim
Nadere informatiePersbericht. Aardolie drukt prijsniveau industrie. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-021 31 januari 2001 9.30 uur Aardolie drukt prijsniveau industrie De prijzen van Nederlandse industrieproducten zijn in december met 2,3% gedaald ten
Nadere informatieResultaten Conjuntuurenquete 2018
Resultaten Conjuntuurenquete 2018 Datum, maart 2019 Inleiding In november en december 2018 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) ruim 500 bedrijven benaderd. Doel van deze enquête is om op reguliere
Nadere informatiepagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn
pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer 20120679Na van Judith Terwijn datum 29 oktober 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks een arbeidsmarktonderzoek
Nadere informatie5.1.2 Woonlasten (lokale lastendruk)
5.1.2 Woonlasten (lokale lastendruk) Tot de woonlasten worden gerekend de OZB, rioolrechten en afvalstoffenheffing. De woonlasten vormen het grootste deel van de opbrengst uit de gemeentelijke heffingen
Nadere informatieFactsheet 24 november 2010 LO
Factsheet 24 november 2010 LO Ledenonderzoek Flexmigranten 2010 Elk jaar bevraagt de ABU zijn leden over de groep flexmigranten. Daaruit komt zeer bruikbare informatie over deze specifieke groep uitzendkrachten.
Nadere informatieOntwikkeling leerlingaantallen
Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging
Nadere informatieBundeling werken in nationale bundelingsgebieden,
Bundeling werken in nationale bundelingsgebieden, 2000 2008 Indicator 20 mei 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po Regio Limburg
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio Limburg datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden. Niets
Nadere informatieCO2-prestatieladder Periodieke voortgangsrapportage 1e helft 2014
CO2-prestatieladder Periodieke voortgangsrapportage 1e helft 2014 Verheij Infra b.v. Prisma 89 3364 DJ Sliedrecht Tel : 0184-433095 Getekend: Email Site : info@verheijsliedrecht.nl : www.verheijsliedrecht.nl
Nadere informatieUw brief van Ons kenmerk Behandelend ambtenaar Zoetermeer
OC enw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen Europaweg 4 Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Telefoon (079)
Nadere informatieOntwikkeling R&D-uitgaven industrie 2009 en 2010
Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie Bedrijfseconomische Statistieken Statistische analyse Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag Ontwikkeling R&D-uitgaven industrie 2009 en 2010 Gert Buiten, Andries
Nadere informatieUpdate Quick Scan economische effecten gebiedsontwikkeling Kollum Buitenpost
Update Quick Scan economische effecten gebiedsontwikkeling Kollum Buitenpost Opdrachtgever: Wind Vastgoedontwikkeling b.v. ECORYS Nederland BV Emirto Rienhart Manfred Wienhoven Rotterdam, 04 november 2010
Nadere informatieOpenbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting werkgebieden,
Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting werkgebieden, 1996-2015 Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere
Nadere informatiePersbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-015 1 maart 2012 9.30 uur Gevoelens van onveiligheid iets verminderd Minder Nederlanders voelen zich onveilig Slachtofferschap veel voorkomende criminaliteit
Nadere informatieCO2 scope 3 verborgen Netto CO2-uitstoot 216 ton CO2 Tabel 1: CO 2-footprint Waalpartners 2016
Projectgegevens Opdrachtgever Waalpartners bv Projectnaam Energie en CO2 management Projectnummer 9031.17 Memonummer Me01CvH9031.17 Onderwerp Energie- en CO2 beoordelingsrapportage 2016 Auteur Cisca van
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po Regio Haaglanden en Rijn Gouwe
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio en datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden. Niets uit
Nadere informatieEen nadere analyse van de ontwikkeling van de franchise in de periode
Een nadere analyse van de ontwikkeling van de franchise in de periode 1998-2001 Uitgevoerd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Den Haag, september 2003 Inleiding In juni 2001 is de
Nadere informatiewerkdocument rijksdienst voor de ijsselrneerpolders J. Nicolai 1983-109 Cdw ministerie van verkeer en waterstaat
ministerie van verkeer en waterstaat rijksdienst voor de ijsselrneerpolders werkdocument I De kosten van verschillende energiebronnen door J. Nicolai me i 1983-109 Cdw postbus 600 8200 AP lelystad Smedinghuis
Nadere informatieLeerlingaantal VO Amsterdam
BEA economische argumentatie Leerlingaantal VO Amsterdam 2012-2026 Verschillen verklaard & prognoses getoetst De ramingen van de ontwikkeling van de leerlingaantallen in het voortgezet onderwijs in Amsterdam
Nadere informatiefootprint 2018 CO2 footprint 2018 Opgesteld door: RM Vrijgave: MM Paraaf: Datum: Paraaf: 1.0 Versie: Datum: Status: Definitief
footprint 2018 Opgesteld door: RM Vrijgave: MM Versie: Status: Datum: Paraaf: Datum: Paraaf: 1.0 Definitief 05-02-2019 Versiebeheer Versie Datum Aangepast door Omschrijving 0.1 23-01-19 R. Meijers Concept
Nadere informatieOverzicht kostenontwikkelingen taxi vervoer 2014
Overzicht kostenontwikkelingen taxi vervoer 2014 G.P. Lut Dit onderzoek is uitgebracht in opdracht van Sociaal Fonds Taxi Kenmerk R20130152B/C10128/GLU/GJO Zoetermeer, Inhoudsopgave 1 INLEIDING 4 2 NACALCULATIE
Nadere informatieResultaten Conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2018
Resultaten Conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2018 Chris M. Jager Inleiding In juni en juli 2018 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) bijna 360 bedrijven benaderd. Doel van deze enquête is om
Nadere informatie5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2
5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 Conform Co₂-prestatieladder 3.0 Verantwoording Titel Voortgangsrapportage CO₂-emissies Periode Januari 2016 t/m juni 2016 Revisie 1.0 Datum 14 juli
Nadere informatieVerschillenanalyse effect nieuwe BKR. Samenvatting. Inleiding. datum Directie Kinderopvang, Ministerie SZW. aan
Verschillenanalyse effect nieuwe BKR datum 15-8-2018 aan van Directie Kinderopvang, Ministerie SZW Lucy Kok en Tom Smits, SEO Economisch Onderzoek Rapportnummer 2018-78 Copyright 2018 SEO Amsterdam. Alle
Nadere informatieGesubsidieerd zaken doen in Duitsland. Effecten van NIOF subsidies en een nadere analyse van het vermarkten van producten binnen dat kader
Gesubsidieerd zaken doen in Duitsland Effecten van NIOF subsidies en een nadere analyse van het vermarkten van producten binnen dat kader Inhoudsopgave 1. Inleiding 3. Analyse 3 3. Inzicht in Noord-Nederlandse
Nadere informatieEen onderzoek onder afval- en reinigingsmanagers in Nederland
Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Samenvatting Zwerfafval anno 2005 Een onderzoek onder afval-
Nadere informatieOnderwerp: ramingsanalyse Rijkswaterstaat van de raming Lingewaard ea betreffende een A15 met een lange tunnel
Eusebiusbuitensingel 66 6828 HZ Arnhem Postbus 9070 6800 ED Arnhem T (026) 368 89 11 F (026) 363 48 97 don-info@rws.nl Onderwerp: ramingsanalyse van de raming Lingewaard ea betreffende een A15 met een
Nadere informatieVoortgang CO 2 emissie reductie H2-2012
Voortgang CO 2 emissie reductie H2-2012 ICT staat voor groen! 2012 ICT - Alle rechten voorbehouden - WWW.ICT.NL pagina 1 Historie Versie Datum Auteur Omschrijving 0.1 13-8-2012 F. Wuts Initiële versie
Nadere informatie13 Cluster 12: de benzineservicestations
13 Cluster 12: de benzineservicestations 13.1 Typering van het cluster Tot dit cluster behoren alle tankstations in Nederland met de daarbij behorende winkels (tankshop). Nederland telt circa 2.200 benzineservicestations,
Nadere informatieWoningbouw in VINEX-bouwgemeenten: aantallen en bouwkosten
Auteur: Bert Bunschoten Centraal Bureau voor de Statistiek Telefoon: (070) 337 42 09 E-mail: bbnn@cbs.nl Woningbouw in VINEX-bouwgemeenten: aantallen en bouwkosten Geleidelijk worden er meer woningen gebouwd
Nadere informatie