REGLEMENT VOOR DE SUBSIDIËRING VAN CULTURELE PROJECTEN

Transcriptie

1 REGLEMENT VOOR DE SUBSIDIËRING VAN CULTURELE PROJECTEN Goedgekeurd in de gemeenteraad van 28 september 2009 Bekendgemaakt op 18 december 2008 en 1 oktober 2009 Artikel 1: Voorwerp Dit reglement kadert inhoudelijk in het Decreet op het lokaal cultuurbeleid van 13 juli 2001 en het cultuurbeleidsplan. Een van de vier focussen in het cultuurbeleidsplan is creatie: In Gent staan de kunsten en de creativiteit van professionele en niet-professionele kunstenaars centraal met het oog op de uitbouw van Gent tot creatiestad met Europese ambitie. De operationele doelstelling luidt Creatie staat centraal in het stedelijk cultureel ondersteuningsbeleid, dat een evenwicht bewaart tussen continuering en stimulering. Een andere focus betreft de cultuurparticipatie en de culturele participatie. Culturele participatie is het op een culturele manier actief deelnemen aan de stedelijke samenleving en het mede vorm geven aan het begrip cultuur. Hier gaat het om het sociaal-cultureel verenigingsleven, de amateurkunsten, de sociaal-artistieke praktijk, het vrijwilligerswerk, de niet-formele vorming en andere vormen van levenslang en levensbreed leren. Het Departement Cultuur stelt zich tot doel deze vormen van deelname aan het stedelijke cultuurleven te erkennen, te bevorderen en te ondersteunen. Dit subsidiereglement heeft bijgevolg tot doel, binnen de perken van de kredieten daartoe goedgekeurd op het budget van de Stad Gent en overeenkomstig de Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen en de voorwaarden en modaliteiten zoals hierna vastgesteld: 1. de creativiteit van culturele actoren in de stad impulsen te geven 2. vernieuwende en/of experimentele artistieke initiatieven mogelijk te maken 3. projecten te ondersteunen die de gemeenschapsvorming, de cultuurcompetentie en cultuurparticipatie verhogen 4. samenwerking binnen het Gentse cultuurlandschap aan te moedigen 5. kwaliteitsverbetering en professionalisering bij de culturele actoren in de stad te stimuleren. Artikel 2: de aanvrager 1 De aanvraag kan uitgaan van een vzw, een feitelijke vereniging of van een of meerdere individuele personen. 2 De aanvrager moet zijn zetel, secretariaat of domicilie hebben op het grondgebied van Gent. 3 Eenzelfde aanvrager kan maximaal twee projecten per kalenderjaar indienen. Artikel 3: voorwaarden om in aanmerking te komen voor subsidiëring 1 Het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd moet: 1. op het grondgebied van Gent plaatsvinden;

2 2. publiek toegankelijk zijn; 3. afgebakend zijn in tijd en ruimte; 4. buiten de reguliere werking van de initiatiefnemer(s) vallen. 2 Voor de toepassing van dit reglement komen niet in aanmerking projecten die: 1. door overheidsbesturen of onderwijsinstellingen worden georganiseerd; 2. uitgaan van commerciële organisaties of winstgevende doeleinden nastreven; 3. uitgaan van structureel door de Stad Gent en/of de Vlaamse Overheid gesubsidieerde initiatiefnemers en die behoren tot de reguliere werking van de aanvragers; 4. individuele afstudeerprojecten; 5. uitgaan van niet-professionele instrumentale muziekgezelschappen en niet structureel betoelaagde theatergezelschappen die ressorteren onder de stedelijke reglementen terzake; 6. reeds een belofte van subsidie van een andere stadsdienst kregen tenzij na overleg met de betrokken dienst de noodzaak tot aanvullende subsidiëring wordt aangetoond. Artikel 4: het project en de inhoudelijke criteria 1 Dit reglement heeft betrekking op de subsidiëring van volgende projecten: 1. artistieke projecten 2. sociaal-artistieke projecten 3. projecten in de sector van de amateurkunsten 4. bijzondere sociaal-culturele projecten 5. niet-periodieke publicaties. 2 Bij de beoordeling van de aanvraag wordt rekening gehouden met de volgende inhoudelijke criteria M.b.t. artistieke projecten, sociaal-artistieke projecten, projecten amateurkunsten en bijzondere sociaal-culturele projecten: a. de creativiteit in concept en uitwerking van het project binnen een of meerdere artistieke disciplines b. de vernieuwende en/of experimentele aard van het project qua inhoud, thema, vorm en/of doelgroep c. het aantoonbare gemeenschapsvormende aspect van het project d. de gehanteerde instrumenten en/of methodieken ter bevordering van de cultuurcompetentie van deelnemers en publiek e. de geleverde inspaningen voor verruiming en diversifiëring van het publieksbereik f. de samenwerking met andere actoren g. de uitstraling van het project. M.b.t. niet-periodieke publicaties a. de mate van relevantie voor en binding met de Stad Gent op artistiek, cultureel en/of cultuurhistorisch vlak b. de creativiteit in concept en uitwerking en de kwaliteit van de publicatie naar inhoud en naar vorm c. de mate waarin via promotie en distributie een breed publiek beoogd wordt. Artikel 5: Indiening van de aanvraag

3 De aanvrager moet minstens twee maanden voor de datum waarop het project plaats vindt, een schriftelijke aanvraag indienen bij de staf van het Departement Cultuur. De aanvrager maakt hiervoor gebruik van een standaard aanvraagformulier dat ter beschikking wordt gesteld op de website van de Stad en bij het Departement Cultuur, nl. Stad Gent Departement Cultuur staf Veldstraat GENT Bij de aanvraag worden gevoegd: a. een nauwkeurige omschrijving en motivering van het project met vermelding van de plaats, de datum en het tijdsverloop of de fasering van het project en waarbij ook wordt ingegaan op de doelstelling en de doelgroep b. een toetsing aan de criteria zoals vermeld in artikel 4 van huidig reglement c. in voorkomend geval een overzicht van de partners en de samenwerking in het kader van het project d. een gedetailleerde begroting van inkomsten en uitgaven, andere gevraagde subsidies voor hetzelfde project, sponsoring, eigen inkomsten met postgewijze toelichting en een duidelijke vermelding voor welke kosten een tussenkomst wordt gevraagd. Uitgaven of inkomsten die niet duidelijk gerelateerd zijn aan het voorgestelde project of die met catering of representatie te maken hebben worden niet in rekening gebracht bij de beoordeling en de bepaling van de toelage e. naam, adres, en telefoonnummer van de persoon bevoegd om namens de organisator(en) informatie te verschaffen f. het rekeningnummer van een op naam van de aanvrager gestelde bankrekening en eventueel BTW-statuut en ondernemingsnummer g. ingeval het een eerste subsidieaanvraag ooit bij het Departement Cultuur betreft: een korte toelichting over de doelstelling en eventuele eerdere activiteiten van de organisator h. ingeval de aanvrager een rechtspersoon is: een exemplaar van de statuten, de balans en rekeningen alsook een verslag inzake beheer en financiële toestand. Indien de subsidie kleiner is dan euro wordt de aanvrager vrijgesteld van deze verplichting. Artikel 6: beoordeling van de aanvraag 1 De staf van het Departement Cultuur gaat de ontvankelijkheid van de ingediende aanvragen na, onderzoekt de dossiers en kan aanvullende informatie opvragen. 2 De staf van het Departement Cultuur formuleert een advies met betrekking tot het aanvraagdossier en legt het voor aan de gemeenteraadscommissie bevoegd voor cultuur, die maandelijks samenkomt met uitzondering van de maanden juli en augustus. 3 Het college van burgemeester en schepenen neemt binnen de twee maanden na indiening van de aanvraag een principiële beslissing over de mogelijke financiële ondersteuning op basis van het advies van de gemeenteraadscommissie bevoegd voor cultuur. 4 Het bedrag van de subsidie wordt bepaald in functie van: a. het culturele belang van het project en de mate waarin het op minstens één van de criteria inspeelt; b. de inkomsten en uitgaven van het project en de door andere instanties/overheidsbesturen toegekende subsidies;

4 c. het beschikbare budget voor onderhavig reglement binnen het begrotingsjaar. Artikel 7: uitbetaling van de subsidie 1 De uitbetaling van de verleende subsidie gebeurt in twee schijven. 1. Na de principiële goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen ontvangt de aanvrager een voorschot van 75 % van het toegekende bedrag. 2. Het saldo van 25 % wordt door de het college van burgemeester en schepenen vastgelegd na het indienen van de volgende stukken binnen de twee maanden na afloop van het project: a. de eindafrekening van uitgaven en inkomsten b. de nodige financiële bewijsstukken genummerd met verwijzing naar de eindafrekening c. een inhoudelijk verslag over het project, gestaafd met documenten. 2 De subsidie kan nooit het totaal van de effectief gemaakte kosten overschrijden. Als het project een batig saldo oplevert maar uit het dossier blijkt dat dit saldo nuttig aangewend wordt voor de werking of geïnvesteerd wordt in toekomstige projecten, bestaat de mogelijkheid dat het toegekende subsidiebedrag behouden blijft. 3 Indien een project waaraan subsidie werd toegekend, niet kan doorgaan of na indiening van de aanvraag grondig werd gewijzigd, deelt de aanvrager dit onmiddelijk mee aan de staf van het Departement Cultuur. Indien nodig en op basis van een advies van de staf van het Departement Cultuur, kan het college van burgemeester en schepenen de subsidie geheel of gedeeltelijk wijzigen, inhouden of terugvorderen. 4 Als blijkt dat de aanvrager onjuiste gegevens verstrekt heeft, dat één of meer voorwaarden van dit reglement niet werden nageleefd of dat de subsidie niet gebruikt wordt voor het doel waarvoor zij is toegekend, kan het college van burgemeester en schepenen beslissen om de subsidie geheel of gedeeltelijk in te trekken of terug te vorderen. 5 De aanvrager verbindt er zich toe het stadsbestuur onmiddellijk op de hoogte te brengen van enige wijziging van zijn/haar rekeningnummer. Artikel 8: communicatie De steun van het stadsbestuur moet op alle publicaties, affiches, folders en andere vormen van publiciteit in het kader van het project vermeld worden door ofwel het logo van de Stad ofwel de melding met steun van de Stad Gent op te nemen. Artikel 9: verantwoording en controle Door de inzending van het aanvraagdossier aanvaardt de aanvrager uitdrukkelijk de bepalingen en voorwaarden van dit reglement na te leven en verantwoording af te leggen ten aanzien van het college van burgemeester en schepenen over de aanwending van de eventuele subsidie. De Stad Gent behoudt zich in het kader van dit reglement het recht voor de aanwending van een subsidie en de voortgang en uitvoering van de actie ter plaatse te controleren. Artikel 10: algemene bepalingen 1 De aanvrager nodigt de staf van het Departement Cultuur uit voor het project. 2 Ingeval voor het project inkomstgeld wordt gevraagd, verleent de aanvrager de courante prijsreducties voor bijzondere doelgroepen.

5 3 De staf van het Departement Cultuur verleent de aanvrager alle nuttige informatie over de toepassingspraktijk van het reglement en over andere of alternatieve vormen van ondersteuning. Artikel 11: slotbepalingen Dit reglement treedt in werking met ingang van 1 januari 2009 en vervangt de vroegere reglementen voor de subsidiëring van culturele projecten en activiteiten en van bijzondere sociaal-culturele initiatieven goedgekeurd op de respectievelijke data van 20 december 1999 en van 26 juni 2006.