Mieren. Inhoud. Weetjes over mieren
|
|
- Erik de Croon
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Mieren Inhoud Voorwoord Weetjes over mieren Het uiterlijk van de mier Het mierennest Buiten het nest Vijanden van de mier De mier en de bladluis Bijzondere mieren Bronnen Weetjes over mieren Bijna overal zijn mieren. Onder een tegel in de tuin, onder een boomstam, waar je maar kijkt. Mieren kun je vinden in tuinen, langs wegen, in weilanden, op akkers, in de duinen en bossen, in bergen en woestijnen, en soms zelfs in huizen. Kortom overal. Behalve in het water en in de poolgebieden. Mieren zijn er altijd, alleen in de winter zie je ze niet. Dan zitten ze onder de grond. In Nederland leven wel vijftig soorten. Maar over de hele wereld zijn dat er wel heel wat meer. Namelijk zesduizend. En de meeste soorten daarvan leven in tropische gebieden. Meestal zie je de soort bruine wegmieren. Deze zie je in de tuinen en op straat. Ze leven in een nest onder een graspol en onder een steen. In bossen leven de rode bosmieren. Deze mieren maken nesten boven de grond, van dennennaalden. Soms zijn de heuvels wel meer dan één meter hoog. Mensen denken dat bosmieren schadelijk zijn, daarom worden hun nesten vaak vernielt. Maar in Duitsland zijn de mieren juist beschermt, omdat ze nuttig voor het bos zijn. Bosmieren ruimen namelijk ontzettend veel schadelijke insecten op. Faraomieren zijn de kleinste mieren in Nederland. Deze komen alleen in huizen en flats voor, daar is het namelijk altijd warm. De mieren zijn tropisch, daarom willen ze op warme plekken zijn. Ze zijn ooit per toeval in Nederland gekomen. Omdat faraomieren klein zijn, zijn ze lastig. Ook zijn ze heel licht van kleur. Je kan ze bijna niet zien en ze kruipen door alle kiertjes om voedsel te zoeken. De faraomieren zin in sommige flats een plaag. En niemand vind het natuurlijk prettig om elk hapje te controleren op mieren. In Leeuwarden had men, in een postkantoor, in 1892, heel erg last van faraomieren. 1 / 7
2 Nergens kon je je broodtrommel veilig laten staan. Elke dag vingen ze tienduizend mieren. Zes weken lang. Maar het hielp helemaal niks. Uiteindelijk werd het postkantoor afgebroken, omdat de mensen helemaal gek werden van de faraomieren. Nu kun je hulp inroepen van de ongedierte bestrijding van de gemeente. Die spuiten in het hele huis gif. Andere mieren komen niet in flats maar ook in gewone huizen. Dat vinden de meeste mensen natuurlijk erg lastig. De mieren kruipen in kasten met etenswaren en ze zitten in planten. Ook maken ze overal hoopjes zand, in de tuin. Veel mensen het niet netjes staan. En bovendien verzakken de tegels ook nog. Of je ligt net in het gras te zonnen, en de mieren kriebelen over je benen. Ze kunnen ook een gezellige picknick verpesten, door te steken en prikken. Kortom, mieren zijn niet populair bij mensen. Daarom zetten sommige mensen óf mierlokdoosjes op de vensterbank, óf ze strooien gif in de tuin. Ook zetten sommige mensen, als ze geen gif willen gebruiken, goudsbloemen of afrikaantjes in de tuin. Daar houden mieren niet zo van. Waar ze helemaal niet van houden in olie. Als je buiten wilt eten, kan je een ring van olie trekken om de poten van de tuintafel. Dan klimmen de mieren niet naar al dat eten op tafel, want dat kan niet! Het uiterlijk van de mier Een mier is een insect. Insecten herken je aan dat ze zes poten hebben, een mier heeft dus zes poten. Het lichaam heeft een kop, een borststuk en een achterlijf. Aan het borststuk zitten de poten vast. De maag zit, net zoals de krop, aan het achterlijf. Een krop is een soort zakje waarin de mieren voedsel voor andere mieren meenemen. Op de kop zitten de ogen. Het zijn er vijf: drie piepkleine ogen en twee wat grotere ogen. Met deze ogen kunnen ze niet zo heel goed zien. Gelukkig kunnen ze wel goed ruiken, dit doen mieren met twee grote voelsprieten. Deze zitten ook op de kop. Dan hebben we nog de twee kleine schepjes met tandjes eraan. Hiermee eten mieren. Met de tandjes kunnen ze dingen vastpakken en verslepen. Tussen de kaken zit nog iets, namelijk een tongetje. Daarmee likken ze nectar uit bloemen. Nectar is een zoete vloeistof. Bijen maken daarvan honing. Mieren leven altijd in groepen. Een groep heet een volk of kolonie. Een mier kan niet alleen leven, daarom noemen we ze sociale insecten. In een kolonie zijn drie soorten mieren: vrouwtjes, mannetjes en werksters. Een werkster is een vrouwtje dat geen eieren kan leggen. Dat komt omdat ze onvruchtbaar zijn. De mieren die je ziet lopen, zijn bijna altijd werksters. De vrouwtjes zijn meestal groter dan werksters. Die worden koninginnen genoemd. Koninginnen en mannetjes hebben vleugels, werksters niet. Mannetjes hebben hun vleugels altijd, koninginnen gebruiken hun vleugels alleen als ze gaan paren, daarna verliezen ze de vleugels. Het mierennest 2 / 7
3 De vliegende koninginnen en mannetjes zie je meestal in de zomer. Aan het einde van een warme dag. Dan kruipen de koninginnen uit de grond. Uit één zo n nest kunnen er honderden kruipen. Ze worden gevolgd door nog veel meer mannetjes. Ze vliegen heel hoog de lucht in om daar met elkaar te paren. Als ze uitvliegen om te gaan paren, noemen we dat zwermen. De koningin kiest de beste mier uit in de lucht. Degene die het hoogst vliegt, bevrucht de koningin. De vogels hebben al snel in de gaten dat er word gepaard. Vooral meeuwen komen er heen. Zo n lekker hapje koninginnen is smullen. Als je op zo n warme avond een hele hoop meeuwen ziet cirkelen in de lucht, weet je dat er veel vliegende mieren zijn. Toch komen er veel koninginnen, na de bruidsvlucht, weer veilig terug op de grond. Tijdens deze bruidsvlucht is ze bevrucht door een mannetje. Het eerste wat de koningin doet, als ze op de grond is gekomen, is haar vleugels van haar lijf wrijven. Die heeft ze nu niet meer nodig. Daarna gaat ze op zoek naar een holletje. Onder een steen of in de grond. Dan komt ze nooit meer boven de grond. Ze sluit de ingang van het holletje af. Ze zit dus opgesloten. Na een paar dagen legt ze een paar eieren. Uit die eieren komen na een tijdje larven. Dat zijn een soort witte rupsjes zonder poten. De koningin geeft de larven voedsel. Dat komt uit haar eigen maag. De larven groeien snel. Ze verpoppen zich na een paar dagen. Dan maken ze een soort velletje om zich heen. Dat velletje heet een cocon. In de cocon wordt de larve een pop. Na een tijdje kruipt er dan uit de cocon een mier. De cocons worden ook wel miereneieren genoemd. Maar eigenlijk zijn ze dat niet. Want miereneieren kun je haast niet met het blote oog zien. Eitjes, poppen en cocons heten ook wel jongbroed. De mieren uit de cocons zullen voortaan voor de koningin zorgen. Als het voorjaar is maken deze mieren het holletje open die de koningin dicht heeft gemaakt. Ze gaan naar buiten om naar voedsel te zoeken. Voor de larven, de andere werksters en voor de koningin. Die heeft namelijk al die maanden geen hap gegeten. Als de kolonie begint te groeien, beginnen de werksters met gangen en kamers te graven. Elke zandkorrel word naar buiten gedragen. Andere werksters zorgen voor het jongbroed. De werksters likken ze schoon zodat bacteriën geen kans krijgen om het jongbroed ziek te maken. Dat zijn de drie taken van een werkster: voor de koningin zorgen, voor het jongbroed zorgen en gangen en kamers graven. Meestal leeft de mierenkolonie onder de grond, daar is het nest. Mieren komen alleen boven de grond om voedsel te zoeken. Sommige soorten komen bijna nooit boven de grond. Een voorbeeld is de gele weidemier. Die zoeken voedsel onder de grond. Andere soorten maken het nest in een vermolmde boomstam of zelfs in een eikel. Mieren graven graag hun nest onder een steen. Overdag wordt de steen door de zon verwarmd. Na zonsondergang is de steen nog lang warm. Ook beschermt de steen tegen de regen. Het nest blijft dus droog. En het is een goede bescherming tegen vijanden. 3 / 7
4 Warmte en vocht zijn belangrijk voor het jongbroed. Het moet altijd in kamers liggen waar het vochtig en warm is. Daarvoor zorgen de werksters. Ze zijn dag en nacht bezig met het jongbroed te verhuizen. Als het te koud wordt, brengen de werksters het jongbroed naar kamers waar het warmer is. Dat is, overdag tenminste, vlak onder een steen waar de zon op schijnt. En als het daar dan weer te droog wordt, brengen de werksters het jongbroed weer naar vochtigere kamers. Zo past het jongbroed zich aan de temperatuur en vochtigheid van hun omgeving. Bosmieren bouwen hun nest precies zo hoog als nodig is. Ze gebruiken geen steen om hun nest warm te houden. Als het nest op een plek ligt waar het warm is, dan bouwen ze hem niet zo hoog. Anders wordt het te warm. Als het nest in de schaduw staat, maken ze hem hoger. Dan kunnen ze toch voldoende zonlicht opvangen. Als je in het bos loopt, moet je er eens op letten. In het nest zitten dus kamers. In één van de kamers zit de koningin. Daar wordt ze gevoerd door de werksters. Dag in, dag uit legt de koningin eitjes. Tot ze doodgaat. De koninginnen kunnen heel oud worden, soms 20 jaar! Er was eens een onderzoeker die een koningin in een kunstnest had. Die werd wel 29 jaar! Werksters worden maar een paar jaar. Mannetjes sterven na de bruidsvlucht.na een tijdje, als de koningin is gestorven, sterft de kolonie ook uit. Er komen namelijk geen nieuwe werksters meer. Soms zijn er in één nest meer koninginnen. Bij sommige soorten rode bosmieren, bijvoorbeeld. De kolonie blijft dan bestaan als de koningin doodgaat. In de winter houden de mieren op met hun werk. Dan kruipen ze dieper de grond in. Ze wachten tot het weer warmer wordt. Rode bosmieren komen, in het vroege voorjaar, op zonnige dagen zonnen. Ook de koninginnen komen dan naar buiten om zich op te warmen. Buiten het nest Als je kijkt bij een mierennest, zie je mieren die druk bezig zijn. Sommige mieren slepen met dennennaalden. Andere slepen weer een dode sprinkhaan of een vlieg naar het nest. Weer andere zijn op weg naar een boom. Af en toe zie je een mierenstraat. Dat is een smal pad dat mieren als een soort snelweg gebruiken. Ze rennen over de mierenstraat naar het nest of er juist vandaan. Soms blijven twee mieren onderweg staan. Ze voelen met hun voelsprietjes aan elkaar. Sommige mierensoorten hebben net als bijen een angel in hun achterlijf. Ze kunnen daarmee vergif in een vijand of prooi spuiten. Soms spuiten mieren dat gif in je huid. Bijvoorbeeld als je net lekker in het gras ligt. Dat doet eventjes heel erg zeer, maar je houdt er niks aan over. Knoopmieren heten deze stekende mieren. Dat is zijn naam omdat er tussen zijn achterlijf en zijn borststuk een soort knoop zit. Rode bosmieren hebben geen angel, ze kunnen wel goed spuiten. Ze spuiten mierenzuur. Dit is een scherpe bijtende stof. Je moet de volgende proef eens doen als je in het bos een bosmierennest ziet. Neem een doosje en tik daarmee een paar keer op het nest. Ruik daarna aan de onderkant. Wat je ruikt is een sterke dropgeur. Soms nies je ervan. Toen je op het nest klopte, spoten de mieren mierenzuur op het doosje, ze dachten dat het een vijand was. Er zijn ook mieren die op hun tegenstander een kleverige stof smeren. Ze smeren het op de voelsprieten van de tegenstander. Die ruikt niks meer. Vervolgens krijgen de vijanden geen lucht meer en stikken, omdat de mieren de stof ook op de gaatjes waar 4 / 7
5 mieren door ademen hebben gespoten. Elke mier heeft een kammetje aan zijn voorpoten. Hij gebruikt ze om zijn voelsprieten schoon te houden. Een mier staat vaak stil om zijn voelsprieten met zijn voorpoten schoon te maken. Zijn voelsprieten zijn heel belangrijk voor hem. Een mier heeft wel ogen, maar hij heeft meer aan zijn reuk. Goed ruiken is belangrijk voor hem. Mieren zitten meestal onder de grond. Ze hebben daar niets aan hun ogen. Ook als ze buiten zijn, ruiken ze om de weg niet kwijt te kunnen raken. Als hij loopt raakt hij steeds de grond even aan met zijn achterlijf. De mier laat dan een reukspoor achter. Als hij teruggaat naar het nest, volgt hij zijn eigen reukspoor terug. Als je naar een zandpad gaat waar een mierenstraat is, moet je eens een laagje zand van de mierenstraat wegvegen. Opeens zijn de mieren letterlijk de weg kwijt. Het lijkt net alsof ze niet verder durven te gaan. Dat klopt, je hebt hun reukspoor weggeveegd. Ze maken na een tijdje weer een nieuw reukspoor. De mieren uit hetzelfde nest hebben dezelfde geur. Ze herkennen elkaar daaraan. Voor een mier geldt: wie anders ruikt dan ik, is mijn vijand. Als twee mieren uit verschillende nesten elkaar ontmoeten, gaan ze elkaar besnuffelen met hun voelsprieten. Als ze dan merken dat ze anders ruiken, beginnen ze vaak meteen te vechten. Ze sperren hun kaken open en pakken een poot van de tegenstander. Ze beginnen met zuur te spuiten of ze proberen hun angels in hun vijand te steken. Vijanden van de mier Mieren hebben twee vijanden: mierenleeuwen en miereneters. Eigenlijk natuurlijk drie: mieren uit een ander nest. Mierenleeuwen zijn insecten. De volwassen dieren lijken op libellen. Mierenleeuwen zijn larven van de mierenjuffer. Ze leven in droog zand. Daarin graven ze een trechtervormige valkuil. Daarmee vangen ze niet alleen mieren, maar ook spinnen. De mier valt in de trechter en word gegrepen door de grote kaken van de mierenleeuw. Dan word de mier leeggezogen. De mierenleeuw vindt je van vroeg in het voorjaar tot ver in het najaar. De volwassen dieren laten de mieren wel met rust. 5 / 7
6 Miereneters hebben een kleverige tong. Die komt vijftig tot zestig cm uit z n snuit. Ze leven van mieren, termieten en maden. Met zijn scherpe klauwen scheurt hij het nest van de mier uit elkaar. Hij steekt z n snuit naar binnen en met zijn kleverige tong werkt hij de mieren naar binnen. Een miereneter kan ongeveer dertigduizend mieren per dag eten. De mier en de bladluis Bladluizen zijn kleine, meestal groene, insecten die leven op planten. Ze zuigen sap uit de planten. Er zit suiker in plantensap. Bladluizen krijgen, als ze sap zuigen, eigenlijk te veel suiker binnen. Zoveel suiker hebben ze niet nodig. Wat ze teveel aan suiker hebben poepen ze uit. We noemen deze poep honingdauw. De mieren zijn er dol op. Zij kunnen de suiker die is uitgepoept goed gebruiken. Als een werkster suiker wil, gaat ze naar een bladluis toe. Ze trommelt op het achterlijf van de bladluis met haar voelsprietjes. De bladluis poept dan een druppel honingdauw uit. Die mier drinkt dat dan op en gaat naar een andere bladluis. Als de werkster genoeg honingdauw opgelikt heeft, is haar achterlijf heel wat dikker geworden. De honingdauw zit in de krop. De suiker is namelijk niet voor de werkster zelf. Ze gaat terug naar het nest. Onderweg en in het nest geeft ze aan de kleine mieren druppeltjes honingdauw. Die bedelen erom. De kleine mieren geven het dan weer aan de larven. In één zomer kan een kolonie van bruine wegmieren één liter honingdauw hebben gehaald. In een groot bosmierennest is dat tientallen liters per jaar. Sommige mieren blijven bij de bladluizen om ze te bewaken. Ze pakken de bladluizen op als het winter wordt. Ze brengen ze naar het nest. De bladluizen worden daar op stal gezet. Je kunt de mieren wel een beetje vergelijken met veeboeren die hun koeien melken en s winters op stal zetten. Een paar mierensoorten leven alleen van de suiker van bladluizen. Een voorbeeld is de gele weidemier. Die leven onder de grond. Het melkvee bestaat uit wortelluizen. Dat zijn bladluizen die aan de wortels van het gras zuigen. De meeste mieren eten meer dan alleen maar bladluizenpoep. Rode bosmieren eten ook nog veel insecten. Ze maken sprinkhanen en rupsen dood en die brengen ze naar het nest. In de zomer worden er op één dag tweeduizend insecten naar hun nest gesleept! Bijzondere mieren Er zijn twee bijzondere mieren: de diefmier en de amazonemier. 6 / 7
7 Powered by TCPDF ( Spreekbeurten.info De diefmier is een klein miertje dat leeft in de buurt van rode bosmierennesten. De miertjes graven lange, smalle gangen naar het nest van de bosmieren. Af en toe lopen de diefmiertjes de gangen van de bosmieren in. Ze pikken voedsel, eieren en larven. Ze kruipen daarmee snel terug naar hun eigen gang. De bosmieren kunnen de diefmiertjes niet volgen omdat ze te groot zijn voor de smalle gangen van de miertjes. De amazonemieren moeten de bosmieren ook hebben. De koningin van deze mieren dringt na de bruidsvlucht meestal een bosmierennest binnen. Ze bijt daar de koningin dood. Nu zijn de bosmieren slaven geworden. Voortaan verzorgen ze de eitjes van de vreemde koningin. De werksters van de amazonemier kunnen alleen vechten. Zelf kunnen ze geen voedsel opnemen. Ze worden gevoerd door de slaven. Omdat de koningin van de bosmieren dood is, komen er geen nieuwe bosmieren meer. Daarom houden de amazonemieren soms een rooftocht. Ze marcheren naar een bosmierennest en doden of verjagen de mieren die hier wonen. Ze nemen daarna alle poppen mee naar hun eigen nest. Zo zijn er toch steeds voldoende slaven om voor de amazonemieren te zorgen. Bronnen Informatie over de mieren: Mieren Marleen Siemensma Informatie over de vijanden van de mier: / 7
Rode bosmier SOORTEN MIEREN
Rode bosmier De rode bosmier ontdek je soms al snel. Als je bijvoorbeeld in het bos loopt en dan ergens gaat zitten. Opeens zitten ze overal. In je broekspijpen, op je arm, tot in je sokken aan toe! En
Nadere informatieinhoud 1. De mier 2. De teek 3. De regenworm 4. De pissebed 5. De hoofdluis 6. De vlieg 7. De mug 8. De vlo 9. Filmpje Pluskaarten Colofon
Kleine beestjes inhoud. De mier 2. De teek 4. De regenworm 5 4. De pissebed 6 5. De hoofdluis 7 6. De vlieg 8 7. De mug 9 8. De vlo 0 9. Filmpje Pluskaarten 2 Colofon 4 Bronnen en foto s 5 . De mier Een
Nadere informatieINSECTEN. werkboekje
INSECTEN werkboekje 20 maart 2009 Dag lieve kleine vlinder Waar vlieg je toch naartoe? Breng jij misschien de eitjes weg, ben jij nu al moe? Jouw eitjes worden rupsjes. die groeien heel erg vlug. ook krijgen
Nadere informatieinhoud blz. 1. Soorten 3 2. Zo herken je een insect 4 3. Insecten en hun jong 6 4. Vijanden Meer insecten Filmpjes 15 Pluskaarten 16
Insecten inhoud blz. 1. Soorten 3 2. Zo herken je een insect 4 3. Insecten en hun jong 6 4. Vijanden 10 5. Meer insecten 11 6. Filmpjes 15 Pluskaarten 16 Bronnen en foto s 17 Colofon en voorwaarden 18
Nadere informatieZe gaat op zoek naar een holletje onder de grond op een droge plaats om er een nest te starten.
De hommel In de vroege lente ontwaakt de hommelkoningin en verlaat haar ondergrondse schuilplaats. Ze gaat op zoek naar een holletje onder de grond op een droge plaats om er een nest te starten. Hommels
Nadere informatieZe gaat op zoek naar een holletje onder de grond op een droge plaats om er een nest te starten.
De hommel Hommels kunnen tot 60% van hun lichaamsgewicht aan stuifmeel meedragen. In de vroege lente ontwaakt de hommelkoningin en verlaat haar ondergrondse schuilplaats. Ze gaat op zoek naar een holletje
Nadere informatieVan eitje tot vlinder
Werkblad Van eitje tot vlinder Wat is de goede volgorde van de plaatjes? Begin bij plaatje : de vlinder legt eieren. Schrijf de letter a in hokje. Welk plaatje is de volgende? Zet de letter ervan in hokje
Nadere informatieDe kleine beestjesclub
Thema: mini Biologie Dieren Insecten en spinnen Moeilijkheid: * Tijdsduur: ** Juf Nelly De kleine beestjesclub Doel: Na deze opdracht weet je meer over verschillende insecten Uitleg opdracht Je luistert
Nadere informatieSPREEKBEURT BIDSPRINKHAAN
SPREEKBEURT BIDSPRINKHAAN l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n ONGEWERVELDEN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN WE HEBBEN DE BELANGRIJKSTE INFORMATIE OVER DE BIDSPRINKHAAN
Nadere informatieWaarom gonzen er minder bijen? Het is tijd om meer te leren over de wereld van de bijen, tijd voor bij-les
B i B j O e E n K HET GONST! Er zijn al 100 miljoen jaar bijen op de planeet aarde. Dat is een stuk langer dan er mensen zijn en zelfs langer dan sommige dinosaurussen! Bijen zijn insecten die belangrijk
Nadere informatieHier zien jullie alweer de zesde uitgave van ons jeugdblad. Nieuwsgierig wat de Oele nu weer heeft te vertellen. Lees maar gauw.
Hier zien jullie alweer de zesde uitgave van ons jeugdblad. Nieuwsgierig wat de Oele nu weer heeft te vertellen. Lees maar gauw. Vlinders in de tuin Vooral op warme dagen kun je veel vlinders zien in allerlei
Nadere informatieWist je dat?... Overwintering van vlinders. Vragen. De vlinder. De levenscyclus..
Lesbrief groep 5 6 Inhoudsopgave Wist je dat?... Vlinderwiel Stripverhaal.. Overwintering van vlinders. Vlinder mobiel Het voedsel van rupsen.. Vragen. De vlinder. De levenscyclus.. 1 Wist je dat Allerlei
Nadere informatieKoningin. Opdracht Wie van de drie? Bekijk de bijen in het doosje en zoek op. Welke bij is de koningin? Wat valt je op aan de koningin?
Opdracht 1 Koningin 1. Wie van de drie? Bekijk de bijen in het doosje en zoek op. Welke bij is de koningin? Wat valt je op aan de koningin? Zet een kring om de koningin. doosje bijen doosje met broedraat
Nadere informatieinhoud blz. Vlinders 3 1. Insecten 4 2. De kop 5 3. De vleugels 6 4. Van ei tot vlinder 7 5. Dag en nachtvlinders 8 6. Voedsel 9 7. Vijanden 10 8.
Vlinders inhoud blz. Vlinders 3 1. Insecten 4 2. De kop 5 3. De vleugels 6 4. Van ei tot vlinder 7 5. Dag en nachtvlinders 8 6. Voedsel 9 7. Vijanden 10 8. Vlinders in Nederland 11 9. Filmpjes 15 Pluskaarten
Nadere informatieWandelroute langs insecten en andere kleine beestjes
Wandelroute langs insecten en andere kleine beestjes Tijdens deze buitenopdracht komen jullie verschillende insecten tegen. Ook vind je andere kleine beestjes, die geen insecten zijn. De route is met een
Nadere informatieSpreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info
Lieveheersbeestje Wie het het lieveheersbeestje? Veel mensen vinden insecten, en vooral kevers, maar griezelige beesten. Ze hebben van die rare sprieten op hun kop, van die enge dunne pootjes, En ook hun
Nadere informatieOpdrachtkaart Zwart: Hoe ziet de bij eruit?
Opdrachtkaart Zwart: Hoe ziet de bij eruit? Maak de houten puzzel van de bij. Opdracht 2: Bekijk de bij heel goed. Wat zie je allemaal? Zie je de kop, het borststuk en het achterlijf? Dit heb je nodig
Nadere informatieBijenhoudersvereniging St Ambrosius Boxtel
januari In deze maand zijn de hommelkoninginnen nog in hun winterslaap. februari Op een warme dag komt een hommelkoningin uit haar schuilplaats en gaat op zoek naar voedsel. Als het kouder wordt moet ze
Nadere informatieRaar, maar waar! Natuur Na
Raar, maar waar! Natuur Inhoud 1. Raar, maar waar! 3 2. Een vreemd ei. 4 3. Spring er maar uit. 5 4. Verstopt. 6 5. Slim. 7 6. Vlieg er niet in. 8 7. Een kever met een luchtje. 9 8. Een zware hap. 10 9.
Nadere informatieRaar, maar waar! deel 1. groep 3 en 4
Raar, maar waar! deel 1 Natuur groep 3 en 4 Inhoud 1 Raar, maar waar! 3 2 Een vreemd ei 4 3 Spring er maar uit 5 4 Verstopt 6 5 Slim 7 6 Vlieg er niet in 8 7 Een kever met een luchtje 9 8 Een zware hap
Nadere informatieinhoud 1. Kom jij uit een ei? 2. Dieren uit een ei. 3. Vogels 4. Vissen 5. Insecten 6. Spinnen 7. Reptielen 8. Kikkers en padden 9.
Het ei inhoud. Kom jij uit een ei? 3. Dieren uit een ei. 5 3. Vogels 7 4. Vissen 8 5. Insecten 0 6. Spinnen 3 7. Reptielen 4 8. Kikkers en padden 5 9. Filmpje 6 Pluskaarten 7 Bronnen en foto s 9 Colofon
Nadere informatieinhoud 1. Dieren op reis 2. Waarom dieren reizen 3. Op zoek naar eten 4. Op zoek naar een broedplek 5. Weg uit de kou 6. Filmpje Pluskaarten Bronnen
Dieren op reis inhoud 1. Dieren op reis 3. Waarom dieren reizen 4 3. Op zoek naar eten 5 4. Op zoek naar een broedplek 9 5. Weg uit de kou 13 6. Filmpje 14 Pluskaarten 15 Bronnen 17 Colofon en voorwaarden
Nadere informatieStripverhaal.. De vlinder.. De vleugels van een vlinder... De levenscyclus.. Vlinderlied en dans. Verstopte vlinders.. Opvallen of niet..
Lesbrief groep 3 4 Inhoudsopgave Stripverhaal.. De vlinder.. De vleugels van een vlinder... De levenscyclus.. Vlinderlied en dans Verstopte vlinders.. Opvallen of niet.. Het koolwitje Zo maak je een vlinder
Nadere informatieSpinnen. Inleiding. 1. Paren van spinnen. 2. Babyspinnen
Spinnen Inleiding Spinnen zijn nuttige dieren,want ze ruimen veel insecten op. Spinnen maken draden, daar maken ze een web van of ze laten de insecten erover struikelen. Spinnen hebben 8 ogen maar kunnen
Nadere informatieDocentenhandleiding Onderzoek Leefomgeving
Docentenhandleiding Onderzoek Leefomgeving Doelgroep: Groep 6,7 en 8 Leerstofgebied: Natuur en techniek Werkvorm: Buiten in groepjes van 3 leerlingen Duur: 45 minuten buiten + 30 minuten nabespreken in
Nadere informatieTekst en illustraties. Beestjesdeskundige. Zie jij in dit boek 15 keer deze vlieg? Pas op voor neppers!
Tekst en illustraties Beestjesdeskundige Zie jij in dit boek 15 keer deze vlieg? Pas op voor neppers! LEMNISCAAT ROTTERDAM Allerlei beestjes 6 Bidsprinkhanen 38 Beestjesspeurders 8 Waterbeestjes 40 Beestjesstamboom
Nadere informatieStokstaartje. Inhoud. 1. Wat is een stokstaartje. 2. Mijn familie onder de grond
Stokstaartje Inhoud 1. wat is een stokstaartje 2. mijn familie onder de grond 3. de jacht en het eten 4. de geboorte 5. het lijf 6. extra/vragen 1. Wat is een stokstaartje De wetenschappelijke naam van
Nadere informatieLevenscyclus. Raten zijn 6hoekige kamers waar stuifmeel en honing wordt opgeslagen.
[Honingbij] Algemene Naam: Honingbij Wetenschappelijke Naam: Apis mellifera Raten zijn 6hoekige kamers waar stuifmeel en honing wordt opgeslagen. Het lichaam van een bij bestaat uit drie onderdelen: een
Nadere informatie1. Bijen 3 2. Drie soorten bijen 4 3. Op zoek naar eten 5 4. Wonen 7 5. De imker 9 6. Honing Was Filmpje 13 Pluskaarten 14 Bronnen en
Bijen inhoud 1. Bijen 3 2. Drie soorten bijen 4 3. Op zoek naar eten 5 4. Wonen 7 5. De imker 9 6. Honing 10 7. Was 12 8. Filmpje 13 Pluskaarten 14 Bronnen en foto s 16 Colofon en voorwaarden 17 1. Bijen
Nadere informatieL I EDBIJLAGE. Liedbijlage Insecten
Liedbijlage Insecten L I EDBIJLAGE Samenstelling Chrystal Cochius Illustraties Elsbeth Cochius, grafisch kunstenaar en winnares van de HeArtpool grafiekprijs Overijssel 2005 I N SECTEN Zonder insecten
Nadere informatieinhoud blz. 1. Prikken en steken 2. De bij 3. De brandenetel 4. De mug 5. De kwal 6. De pieterman 7. De rode mier 8.
Ik prik! inhoud blz. 1. Prikken en steken 3 2. De bij 4 3. De brandenetel 5 4. De mug 6 5. De kwal 7 6. De pieterman 8 7. De rode mier 9 8. De pijlstaartrog 10 9. De schorpioen 11 10. De cactus 12 11.
Nadere informatieLesbrief groep 7 8. Inhoudsopgave. Insecten. Soorten. Knipblad. Vlinders lokken. Leefgebied van de vlinder. Stripverhaal
Lesbrief groep 7 8 Inhoudsopgave Insecten Soorten Knipblad Vlinders lokken Leefgebied van de vlinder Stripverhaal Maak van de tuin een vlindertuin Trek Eten en gegeten worden De verdelgers De voedselketen
Nadere informatieinhoud De oude eik 1. In het park 2. De delen van de eik 3. Herfst 4. Dieren helpen de eik. 5. Winter 6. Lente 7. Rupsen 8.
De oude eik inhoud De oude eik 3 1. In het park 4 2. De delen van de eik 5 3. Herfst 6 4. Dieren helpen de eik. 7 5. Winter 8 6. Lente 9 7. Rupsen 10 8. De galwesp 11 9. De boomklever 12 10. Filmjes 13
Nadere informatienatuurboekje van zomer 2017
natuurboekje van zomer 2017 HOI! HÉ, KIJK, IS DAT EEN WESP? Hij schiet van links naar rechts, omhoog, omlaag. Soms hangt hij stil in de lucht, als een helikopter. Maar vliegt een wesp op die manier? Nee!
Nadere informatieNaam:_ KIKKERS. pagina 1 van 6
Naam:_ KIKKERS _ De kikker is een amfibie. Er zijn veel soorten kikkers op de wereld. In Nederland zie je de bruine en de groene kikker het meest. De groene kikkers zijn graag veel in het water, de bruine
Nadere informatieLesbrief Bodemdiertjes favoriete voedsel
Lesbrief Bodemdiertjes favoriete voedsel Doelgroep: Groep 4 t/m 8 Leerstofgebied: Wereldoriëntatie Werkvorm: Groepjes Duur: ± 30 minuten Doel van de opdracht: Leerlingen leren wat het favoriete voedsel
Nadere informatieNachtvlinders. Glasvleugelpijlstaart. De sint-jansvlinder is een dagactieve nachtvlinder
Nachtvlinders Wist je dat er 2 groepen vlinders zijn? De ene groep noemen we dagvlinders, de andere groep noemen we nachtvlinders. Het verschil tussen dag- en nachtvlinders lijkt heel simpel: dagvlinders
Nadere informatieSuchmann. Natuur, hoofdstuk Lente en natuurverschijnselen
Suchmann Natuur, hoofdstuk Lente en natuurverschijnselen Wanneer: Dinsdagmiddag 6-13-20 & 27 april De kinderen worden in groepjes verdeeld van 3 of 4 kinderen. Ieder groepje krijgt een onderwerp toebedeeld
Nadere informatieFlora en fauna. Flora
Flora en fauna Flora De bomen in Australië zijn het hele jaar groen. Niet altijd het mooie groen zoals bij ons, maar meer het grijze groen. Zoals de eucalyptus, waarvan de meeste soorten nooit hun bladeren
Nadere informatieDierenwelzijnslessen voor basisscholen. Honingbijen
Dierenwelzijnslessen voor basisscholen Honingbijen 1 Inleiding In Nederland worden bijen gehouden, omdat ze honing maken. Ze worden verzorgd door een imker. Er zijn in Nederland ongeveer 8000 imkers. Veel
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 26 juni Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 26 juni 2018 Beste natuurliefhebber/-ster, Volgens de weerprofeten zou het een mooie dag worden en ze kregen helemaal gelijk. De temperatuur was aanzienlijk hoger
Nadere informatieVraag 1. Waarom moet je goed voor de rupsen zorgen als je vlinders wilt hebben?
Naam: VLINDERS Vlinders zijn niet weg te denken uit onze leefomgeving. In het voorjaar kunnen we haast niet wachten tot de eerste Kleine vosjes of Citroenvlinders zich laten zien. En dan in de zomer en
Nadere informatieZwarte weduwe. Inleiding. Woonplaats. Het vrouwtje; giftig gevaar!
Zwarte weduwe Inleiding De zwarte weduwe behoort tot de spinnenfamilie. Deze kleine spin dankt haar naam aan het vrouwtje. Na het paren valt ze dikwijls het mannetje aan en doodt hem. Toen ik dit las was
Nadere informatieSpreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken
Vogelspinnen 1. Griezelverhalen over vogelspinnen Over spinnen zeggen ze dat ze eng zijn. Maar wist je eigenlijk wel dat het juist heel nuttige dieren zijn. Er is onderzocht dat ze ongeveer 80% van alle
Nadere informatieDieren in de winter 3
Dieren in de winter 3 inhoud blz. 1. Winter 3 2. De egel 4 3. De vleermuis 5 4. De eekhoorn 6 5. De merel 7 6. De ree 8 7. De pad 9 8. Het lieveheersbeestje 10 9. Filmpjes 11 Bronnen en foto s 12 Colofon
Nadere informatieAmfibieën. Les 1 Kenmerken amfibieën en de kikker. 1. De leerkracht vertelt dat de les gaat over hoe je amfibieën kunt herkennen.
Amfibieën Les 1 Kenmerken amfibieën en de kikker Inhoud 1. De leerkracht vertelt dat de les gaat over hoe je amfibieën kunt herkennen. Hulpmiddel Prezi les 1: http://prezi.com/hwpatwdyvqpv/?utm_campaign
Nadere informatieHoofdstuk 1: Veldkenmerken en voorkomen 3. Hoofdstuk 2: Voedsel en vijanden 4. Hoofdstuk 3: Voortplanting en verwanten 6
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Literatuurlijst 1 Inleiding 2 Hoofdstuk 1: Veldkenmerken en voorkomen 3 Hoofdstuk 2: Voedsel en vijanden 4 Hoofdstuk 3: Voortplanting en verwanten 6 Hoofdstuk 4: Verzorging
Nadere informatieLesbrief Bodemdiertjes favoriete voedsel
Lesbrief Bodemdiertjes favoriete voedsel Doelgroep: Groep 6 t/m 8 Leerstofgebied: Wereldoriëntatie Werkvorm: Groepjes Duur: ± 30 minuten Doel van de opdracht: Leerlingen leren wat het favoriete voedsel
Nadere informatieinhoud Neuzen 1. Je neus 2. Groot is mooi 3. Wroeten 4. Grijpneus 5. Speurneus 6. Onder water 7. Zoem, zoem, ik ruik je 8. Ruiken met je tong
Neuzen inhoud Neuzen 3 1. Je neus 4 2. Groot is mooi 6 3. Wroeten 7 4. Grijpneus 8 5. Speurneus 9 6. Onder water 10 7. Zoem, zoem, ik ruik je 11 8. Ruiken met je tong 12 9. Filmpjes 13 Pluskaarten 14 Bronnen
Nadere informatie14 Speuren naar dieren Handleiding voor begeleiders 01
Handleiding voor begeleiders 01 Ten opzichte van 50 jaar geleden zijn veel diersoorten verdwenen. Dit is vooral een gevolg van de toename van de bevolking en de steeds grotere ruimte waarop mensen beslag
Nadere informatieSprinkhanen en krekels
Sprinkhanen en krekels Springende herrieschoppers Er bestaan ongeveer 20.000 soorten sprinkhanen en krekels! En behalve in de koudste gebieden op aarde kun je ze overal tegenkomen. De verschillende soorten
Nadere informatieQuiz over tekenbeten. 1. Tot welke dierensoort behoort de Teek? A. Spinachtigen B. Insecten C. Krabben
Quiz over tekenbeten 1. Tot welke dierensoort behoort de Teek? A. Spinachtigen B. Insecten C. Krabben 2. Waar leven de teken? A. Op de stenen B. In gras en in bosjes C. Hoog in de bomen 3. Wat doet de
Nadere informatieInfo plus Ongewervelden
Project Dieren F- verrijking week 7 Info plus Ongewervelden Lees de extra informatie in je boek op bladzijde 126 t/m 129 over spinnen. De opdrachten hoef je niet te maken. Ongewervelden De hoeveelheid
Nadere informatieSpreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info
Bijen Inleiding Als je over bijen praat dan denkt iedereen direct, oei dat zijn die zoemende beestjes die steken en dat doet pijn, maar bijen maken ook honing en hoe ze dat doen is heel interessant om
Nadere informatieKijk je mee? Oerwoud. 2006, Parasol N.V. België
Kijk je mee? Oerwoud 2006, Parasol N.V. België Pag. 2 Inhoudsopgave In het oerwoud 3 De luiaard 4 De toekan 5 De jaguar 6 De leguaan 7 De tapir 8 De papegaai 9 De aap 10 De adder 11 Lianen 12 Woordenlijst
Nadere informatie8 5 Aarde en heelal. Lees de vragen over de planeten in de tabel hieronder. Vragen over de planeten. Aarde Maan Mars
Lees de vragen over de planeten in de tabel hieronder. Vragen over de planeten. Aarde Maan Mars Is er water? ja beetje ja (vooral ijs!) Kunnen er planten groeien? ja nee nee Kunnen er dieren leven? ja
Nadere informatieInformatie: zoetwaterdiertjes
Informatie: zoetwaterdiertjes In het zoete water wonen heel veel diertjes. Ze zien er best schattig uit, maar pas op! Leven in een sloot is heerl gevaarlijk. Kijk maar eens naar dit diertje. Het is de
Nadere informatieLesbrief Bij, wesp, hommel of zweefvlieg
Lesbrief Bij, wesp, hommel of zweefvlieg Doelgroep: Groep 4 t/m 8 Lesduur: ± 45 minuten Werkvorm: Groepjes of alleen Leerstofgebied: Wereldoriëntatie Doel van de opdracht: Het leren herkennen van een bij,
Nadere informatieinhoud blz. Dieren in groepen 1. Insecten: de zwerm of kolonie 2. Vogels: de vlucht 3. Vissen: de school 4. Zoogdieren: de kudde 5.
Dieren in groepen inhoud blz. Dieren in groepen 3 1. Insecten: de zwerm of kolonie 4 2. Vogels: de vlucht 8 3. Vissen: de school 10 4. Zoogdieren: de kudde 12 5. Filmpjes 15 Pluskaarten 16 Bronnen en foto
Nadere informatieKRIEBELENDE KRUIPERTJES
KRIEBELENDE KRUIPERTJES Een insectenwandeling over het dreuzelpad door natuurtuin 't Loo voor kinderen van groep 4, 5 en 6. 2 Een tocht over insecten door de natuurtuin 't Loo over het dreuzelpad. Geschikt
Nadere informatieinhoud blz. Inleiding 1. Twee hoofdsoorten 2. Echo 3. Huid en vleugels 4. Jonge vleermuizen 5. Vleermuizen in Nederland
Vleermuizen inhoud blz. Inleiding 3 1. Twee hoofdsoorten 4 2. Echo 6 3. Huid en vleugels 7 4. Jonge vleermuizen 8 5. Vleermuizen in Nederland 9 6. Andere soorten vleermuizen 11 7. Vleermuisweetjes 13 8.
Nadere informatieLesbrief Bij, wesp, hommel of zweefvlieg? 1
Bij, wesp, hommel of zweefvlieg? 1 Doelgroep: Groep 4 t/m 8 Lesduur: Werkvorm: Leerstofgebied: ± 45 minuten Groepjes of zelfstandig Wereldoriëntatie Doel van de opdracht: Het leren herkennen van een bij,
Nadere informatieEen vlinder wordt niet geboren als vlinder. Het leven van de vlinder bestaat uit vier fases: Het eitje, de larve, de pop en de vlinder.
Vlinders zijn prachtige, vliegende insecten met grote, opvallende vleugels. De snelheid waar vlindersoorten mee kunnen vliegen varieert nogal. De snelste vlinders kunnen maar liefst 45 kilometer per uur
Nadere informatieGOED GEDAAN ZOEKBIJ!
JULLIE HEBBEN DE RODE GEVONDEN! ROOD JULLIE GAAN HIER LEREN WAAR BIJEN DE HONING VAN MAKEN. ZOEM VLAKBIJ NAAR EEN VELDJE PAARSE OF GELE BLOEMEN ZIE JE ER BIJEN OF HOMMELS VLIEGEN? KIJK WAT ZE DOEN IN DE
Nadere informatieBijen project boekje. Groep 4 - juni 2006
Bijen bestuiven de....... De imker houdt bijen voor de....... De bij haalt de...... uit de bloem. De... maakt honing van de nectar. De........ van de bijen legt de eitjes. Een mannetjesbij heet een...
Nadere informatieSPREEKBEURT LANDHEREMIETKREEFT
l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT LANDHEREMIETKREEFT ONGEWERVELDEN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN WE HEBBEN DE BELANGRIJKSTE INFORMATIE OVER
Nadere informatieKLARA DE KIKKER. OPDRACHT: Sommige kikkers kunnen tot 20 keer hun eigen lichaamslengte springen. Hoe ver kan jij springen?
Edo van Uchelen KLARA DE KIKKER Kikkers zijn amfibieën, net als padden en salamanders. Ze leven zowel op het land als in het water. In poelen en beken leggen ze eitjes. Reigers en andere dieren eten graag
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 16-04-2019 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was ruim een half jaar geleden dat ik op de tuinen van De Wiershoeck en de Kinderwerktuin was, dus de hoogste tijd om
Nadere informatieinhoud Herfst 1. Het weer 2. Overal blad 3. Zaden 4. Paddenstoelen 5. De eekhoorn 6. De egel 7. Insecten 8. Vogels op reis 9. Filmpje Pluskaarten
Herfst inhoud Herfst 3 1. Het weer 4 2. Overal blad 5 3. Zaden 6 4. Paddenstoelen 7 5. De eekhoorn 8 6. De egel 9 7. Insecten 10 8. Vogels op reis 11 9. Filmpje 12 Pluskaarten 13 Bronnen en foto s 15 Colofon
Nadere informatieKiBO-ongedierte Kennisinstituut voor de bestrijding van ongedierte
Wespen 1. Plaats in het dierenrijk De Duitse en de gewone wesp de Duitse wesp (Vespula germanica F.) de gewone wesp (Vespula vulgaris L.) Dierenrijk Afdeling klasse Orde Familie Geleedpotigen insecten
Nadere informatieinhoud 1. Bloemen 2. Planten 3. Wat is een bloem? 4. Binnen in de bloem 5. De bloem krijgt bezoek 6. Van stamper naar vrucht
Bloemen inhoud. Bloemen 2. Planten 4. Wat is een bloem? 5 4. Binnen in de bloem 6 5. De bloem krijgt bezoek 7 6. Van stamper naar vrucht 8 7. De bloem wordt een vrucht 9 8. Meer hulp 0 9. Kun je me ruiken
Nadere informatieVoorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2
Voorbereiding post 5 Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 5: Kleuren om (van) te snoepen, voor groep 1 en 2. Inhoud: Algemeen
Nadere informatie1. De cocons van de Gewone Knuffelbijen (Rosse metselbijen) komen nog niet uit. Hoe kan dat?
Antwoorden op veel gestelde vragen Tip: Gebruik Control-F om een zoekterm in te voeren. 1. De cocons van de Gewone Knuffelbijen (Rosse metselbijen) komen nog niet uit. Hoe kan dat? Gewone Knuffelbijen
Nadere informatieVLINDERS. generatie van o.a. de Kleine vos en Gehakkelde aurelia NATUURRIJK TESPELDUYN AUGUSTUS 2018
Als je je bal weer eens in de waterkant ziet verdwijnen, hebben sommige golfers toch enige huiver om in de kant te zoeken. De kikkers springen onverwacht op, libellen grazen over je hoofd en vreemde beestjes
Nadere informatieinhoud 1. Slangen 2. Een reptiel 3. Maten 4. Waar? 5. Ruiken 6. Gif 7. Wurgen 8. Hap, slik! 9. Een nieuwe jas 10. Weetjes 11. Filmpje Pluskaarten
Slangen inhoud 1. Slangen. Een reptiel. Maten 6. Waar? 7 5. Ruiken 8 6. Gif 9 7. Wurgen 10 8. Hap, slik! 11 9. Een nieuwe jas 1 10. Weetjes 1 11. Filmpje 1 Pluskaarten 15 Bronnen en foto s 17 Colofon en
Nadere informatieSpreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info
Pijlgifkikkers Inhoudsopgave Inleiding Inleiding 1. Soorten pijlgifkikkers 2. Voortplanting 3. Voeding 4. Waar leven ze 5. Wat kunnen pijlgifkikkers allemaal 6. De vijanden Slotwoord Literatuurlijst Dit
Nadere informatieVlinders kijken. op Landgoed Schothorst
Vlinders kijken op Landgoed Schothorst Enke Kleine vos erdpa In de maanden mei tot en met september zie je ze vliegen: eeg vandaag ga je op zoek naar s. In dit boekje s!iveook nst Du vind je allerlei spelletjes
Nadere informatieVoorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2
Voorbereiding post 5 Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2 Welkom bij IVN Valkenswaard Dit is de powerpointserie als voorbereiding op post 5: Kleuren om (van) te snoepen voor groep 1 en 2. Inhoud: Algemeen
Nadere informatieowen davey Knettergek van kevers
owen davey Knettergek van kevers 4 Deze geelgerande watertor zoekt een kikkervisje om op te eten. inhoudsopgave 6 8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 29 30 32 34 36 Wat zijn kevers? Een manier van leven Degelijk
Nadere informatieBinnen de kast heeft elke bij haar eigen taken en verantwoordelijkheden: de koningin legt de eitjes, de darren vrijen met de koningin en de werksters
Hoe ziet een bij er uit? 1 2 3 4 Koningin, Werkster & Dar Iedereen zijn taak Binnen de kast heeft elke bij haar eigen taken en verantwoordelijkheden: de koningin legt de eitjes, de darren vrijen met de
Nadere informatieMeer over de ooievaar. Even voorstellen. Hier wonen ze. Echte natuur. Hieraan herken je hem
Overname en dupliceren van dit materiaal is alleen toegestaan voor educatieve en niet-commerciële doeleinden en alleen als het materiaal is voorzien van een bronvermelding. Vogelbescherming Nederland,
Nadere informatieDe woestijn. Uitgestrekt, droog en heet!
De woestijn Uitgestrekt, droog en heet! Bij een woestijn denken we vaak vooral aan zand, zand en nog eens zand. Maar er zijn ook heel andere woestijnen op aarde. Er zijn bijvoorbeeld ook kleiwoestijnen,
Nadere informatieinhoud 1. Allemaal de kiebels 2. De bult 3. Kiebels in mijn haar 4. De kwal 5. De brandnetel 6. Huisdieren 7. Vlooien 8. Hooikoorts 9.
Jeuk inhoud 1. Allemaal de kiebels 3 2. De bult 4 3. Kiebels in mijn haar 5 4. De kwal 6 5. De brandnetel 7 6. Huisdieren 8 7. Vlooien 9 8. Hooikoorts 10 9. Filmpjes 11 Pluskaarten 12 Bronnen 14 Colofon
Nadere informatieDE MELKSLANG. Na-aap slang
DE MELKSLANG Na-aap slang De melkslang heeft mooie, opvallende kleuren. Met zijn rode, zwarte en witte ringen zie je hem zeker niet over het hoofd. En dat is nou precies de bedoeling! DIERENPASPOORT MELKSLANG
Nadere informatieWat is hij nou onhandig! Eindelijk krijgt hij een lucifer aan.
Ogen in het bos Nick is bang. Maar hij weet niet goed waarom. Hij is nooit bang in het donker. Maar nu De takken kraken in de wind. Nick voelt dat er iets is. Een mens of een dier. Niet ver weg. Het kijkt
Nadere informatieWerkstuk Biologie Bijen
Werkstuk Biologie Bijen Werkstuk door een scholier 1330 woorden 13 december 2004 5,6 79 keer beoordeeld Vak Biologie Inhoudsopgave Wat is de functie van de koningin? Wat is de functie van darren Wat is
Nadere informatieBELANGRIJKE ALGEMENE INFORMATIE
BELANGRIJKE ALGEMENE INFORMATIE Dit lesprogramma is een uitgave van Stichting Educatieve Natuurtuin Goffert te Nijmegen 2013 1e oplage. Ontwerp & Tekst: Louis van der Heijden Bij het maken van deze lesbrief
Nadere informatieZie jij een bij? Docentenhandleiding Groep 1/2. TIJD: 45 min (exclusief knutselen)
THEMA 6 bijen Dit materiaal is ontwikkeld in opdracht van IVN, in het kader van Gezonde Schoolpleinen. Tekst: Dieuwertje Smolenaars, NME Amsterdam-Noord. Vormgeving en illustraties: Paper & Pages. Docentenhandleiding
Nadere informatieWaarom? 3 1. Waarom heeft een zebra witte en zwarte strepen? 4 2. Waarom worden bladeren in de herfst geel en oranje? 5 3. Waarom hebben leeuwen
Waarom? Waarom? 3 1. Waarom heeft een zebra witte en zwarte strepen? 4 2. Waarom worden bladeren in de herfst geel en oranje? 5 3. Waarom hebben leeuwen manen? 6 4. Waarom slaapt je arm of been soms? 7
Nadere informatieSpreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info
Apenheul Geschiedenis Apenheul ging voor het eerst open in 1971. Het eerste en enige park ter wereld waar apen vrij in het bos leefden en vrij tussen de bezoekers konden lopen. Het begon met wolapen, slingerapen
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 2 mei Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 2 mei 2017 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was een beetje wisselvallige dag. In het begin was het bewolkt, en in het eerste half uur heb ik bijna geen insect gezien.
Nadere informatieSPREEKBEURT BRUINE ANOLIS
SPREEKBEURT BRUINE ANOLIS l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n REPTIELEN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN WE HEBBEN DE BELANGRIJKSTE INFORMATIE OVER DE BRUINE
Nadere informatieinh oud 1. Dieren in de winter 2. De egel 3. De vleermuis 4. De eekhoorn 5. De merel 6. De ree 7. De pad 8. Het lieveheersbeestje 9.
Dieren in de winter inhoud 1. Dieren in de winter 3 2. De egel 4 3. De vleermuis 5 4. De eekhoorn 6 5. De merel 7 6. De ree 8 7. De pad 9 8. Het lieveheersbeestje 10 9. De koe 11 10. Filmpjes 12 Pluskaarten
Nadere informatieInsecten die voorraden en materiaal aantasten
Insecten die voorraden en materiaal aantasten Motten Houtwormen Kakkerlakken Broodkevers In deze folder vindt u meer informatie over bovenstaande insecten. U leest hoe u ze herkent, wat voor overlast ze
Nadere informatievlinders infoblad Meer informatie van de afdeling NME (Natuur en Milieu Educatie) van Carmabi is te vinden op:
infoblad vlinders Alle vlinders en motten op de wereld horen tot de orde van Lepidoptera, het Latijnse woord voor insecten met geschubde vleugels. Deze schubben (die je onder een microscoop moet bekijken
Nadere informatie,:,- ::s (\') ., - n. -==-. (\) ==} (\) (\) (ih. (\) (h. b,. (\)
ë' - ::s r,:,- -+ o -+ (\') 0 lo., o_ 0 - n. ==} -==-. < (ih o= (h b,. =g ) Tuinwandeling voor groep 1 / 2 van het primair onderwijs HET LIEVEHEERSBEESTJESPAD Tuin: Landzigt Tijdsduur: cira 1 uur Eigen
Nadere informatieOpdrachten thema. Veluwe
en thema Schema groepjes en opdrachten bij vorm 2: elke opdracht vaste begeleider Groepje 1: zandhagedissen Groepje 2: mierenleeuwen Groepje 3: boompiepers Groepje 4: zandoorwormen Groepje 5: sneeuwvlo
Nadere informatieAngeldragers Honingbij Solitairebij Hommel Wesp
Insecten Angeldragers Honingbij - Geel en bruin van kleur - Angel met weerhaakjes bij alle werkbijen - Koningin legt eitjes - Leven in kolonie (in de zomer: 30.000-70.000) in een kast of een korf - De
Nadere informatie